Gemengd Nieuws. Voor de Jeugd. oudejaars-middernacht. Berichten over onze Adverteerders. dingaansdag. «i tSk&i& 4# faetw èsirae, 4Nbv termeerd huist«S« words opgtrood, duid» Ifjk gama&kt. Gelukkig ontving de moeder de post en daarmede het vuile stuk, dat uit Utrecht wis verbonden, zoodat het pervers* ding de verbeelding v&n het gezonde kind niet kon bezoedelen. - Maar is het niet verschrikkelijk Dergelijke „waanzinnigen" ioopen er in Na deriand rond en verzenden hm .stukken met de post. Het zijn de moderne dwepers. Men moet met hun bestaan re.teniug houden. Ondefl de vieze foto leest man de vrome betuiging, die er op berekend is de geloovige kinderen te verleiden „Naakt zijn, beteekent dichter bij God zijn." Dichter bij God I Ja, inderdaad, dichter naderen deze arme verdwaasden een god. Den god hmner eigen verbeelding; den god, dien zij zalf wanen te zijn. Maar niet den eenigen, waarachtige» God en Vader, Die Zijn gevallen mensehenkinderen kleedde in rokken van vellen, omdat Hij wist, hos anders het gedichtsel huns harten, dat ten allen dage alleenlijk boos is, hen ten gronde zou voeren. Men ziet aan een en ander weer, hoe de zonde zieh in onze dagen bag'nt te voldragen, hoe zich het hoerenvoorhoofd vertoont, dat weigert schaamrood te worden; hoe men zijn ongerechtigheid vrij uit beg'nt te spreken. Daar kondigt de klok van den toren In plechtige slagen 'tons aan. Dat ouden en jongen het hoorein: „Een jaar, weer een jaar, is vergaan!" Nog eenmaal naar builen getreden. Omhoog naar de sterren geblikt, Den Vader gedankt en gebeden, Die alles ten 'goede beschikt 1 Gedankt voor zoo menigen zegen, Gesmaakt door ons hart, door ons huis Voor Jxoost, onder tranen verkregen, Voor krachten, vernieuwd onder 't kruis Voor giften op allerlei wijze Verrassend, beschamend herhaald, Voor aardsche en voor hememsche apjjze, Als man' uit den hemel gedaald. Gebeen voor zoo menige zonde, Eeschreid, toch he-p'esgd keer op keer Voor wrok vaar God* w' «he'd vcrw ndde Als waar' Hij de Liefde niet meer. Voor ondank, die snood kon vergeten, Wie d'evenaar houdt van ons lot. Voor al, wat mij weegt op 't geweten, De schuld van een jaar, o, mijn Godl 0 troost, dat. de trouw van mijn Vader, Toch nooit door mijn ontrouw zich wendt! Hij gaat tot mij uit, «er ik nader, Die nimmer verandering kent. Nog eenmaal naar bui en getreden, Gebikt boven 'tetanengwttf, Den Vader gedankt en gebeden, Tot ik Hem vind ip mij zelfl J. I. L. TEN" KATE. In dit nummer viadt mea aan origineels puzzle van da Koninklijke Zeepfabrieken De Duif", v. h. Chr. Pleines. Pleines' duifpost heeft voor allen, die er eenige moeite roer willen doen, wat meege bracht. Hoeveel? Dat valt moeilijk te zeggen, maar zeker is, dat ean beirag van f2000 aaa geldprijzen wordt uitgeloo d niet alleen, maar daar we hier te doea hebben met een firma, wier soliditeit boren verdenking is, ook uitbetaald. Voor bijzonderheden verwijzen we naar de aankondiging in de adrertentiembriek. UIT ZEELAND'S VERLE.EN, Door A. M. Wessols. Hef verspeelde Staatslak'evd, «op een zekeren dag van! hat jaar 1530 heeksehte er in Midde-frurg aan drukte vaft belang. En'geen wonder. Eon balangrgke tijding was- binnenga, bomen, die de Middelburger» met groote Verwachting vervulde. Op h«t Kasteel van den Edelman', Hevjr Adolf van Bourgondië, die tegelijk Heer van Rcveron, Markies van V-eera en Admiraal van Zeeland was .was dit bericht het eerst bekend. Niemand minder dan' Zijne Hoogheid Keizer Karei, de machtige vorst, zou een bezoek aan Zeeland brengen, in heit bizonder aan Markies Adolf, wiéai gast hij eenige dagen zou zijn'. Hot b.richt veroorzaakte een drukte van belang. Onmiddellijk gaf de Zteeuwsche Admh raai de noodige bevelen, dat alles tot in de ^fijnste puntjes m-oétet worden van. zorgd, opdat Middelburg en zjjn hof zijne Keizerlijke Hoogheid zoo luisterrijk moge* lijk ontvangen zou. Ten einde alles voor dien gewichtigeni dag keurig in orde te hebben, riep Edeli. man Adolf zjjn Itffschilder Jan Gossaart, nog meer bekend onder den naam Jan van Mabuse, bij zich. Deze schilder nam onder de schilders der Middeleeuwen, wier naam en wier doeken tot ver over de grenzen b kerid waren, een eerste en invloedrijke plaats in. Jan van Mabuse studeerde eerst te Antwerpen en kwam daarna naar Zee* land, waar bij veel kennissen had, eu dat bij geregeld doorkruiste. Hij bracht een groot gedeelte van zijn leven in ons© provincie door, o-a op het prachtige kasteel Swytburgh te Gort-gene, als lptschilder van den Heer Philips. Ge dl* V-s.-; b# sas «kaast en door zijn grappen veriiand^ hij meer den naam van Nar, dan van schilder.- Nb den dood van den Heer Phil.ps werd hjjj door Heer Adolf var. Bourgondië ge roepen naar diens Kof te Middelburg, om voortaan diens lijfschüder te zijn- Vela 7,-er kers van hem dafeorea uit dien tijd. Zijn Madonna's warden zeer geroemd en talrijke opdrachten kreeg de {ijda.jjke Middelburger, Als een bewijs, dat zijn bekwaamheid var doorgedrongen was, sj vernield, dat hij door de Landvoogdes Msrgara.ha aan haar Hof werd on boden. Margareiha, sinds haar 174e jaar we duwe van een opaanschen pr.ns, was een kunstlievende en geteitede vrouw, zoodat Schilder Jan bet te Mechelen aan haar hof, goed naar zijn zin had. Wjj zullen echter geen biogr&chie van onzen Schilder geven, maar ons alleen bepalen bij dit voorval, dat in de Zeeuw- sehe Geschiedenis bekend is als „Het verdobbelde Staatsiekleed". Zooals gezegd, zaten dan heer Adolf en Schilder Jan bij elkaar. Toen daBour- fendiër aan zijn lijfschilder het aange- ondigde keizerlijke bezoek meded.ee.dfi gleed een g'imlach van .voldoen'ng over zjjn schalksch gelaat. Zoo iets was ko en op zijn mo'en, want de ernstige, vooral door de Roomschen zoo gevierde Ma donna-schilder, was in het dagelijksche teven een losbol. Als hij voor zjjn ezel zat, dan was het de kunstenaar bij de gratie Gods, maar buiten zjjn werkplaats was het de vroolijke Frans. Zijn vlugge geest ontwierp onmiddellijk voor Heer Adolf een aantal keurige plannen. De Keizer moest oen ui'stekenden dunk van Middelburg en van het Hof van den Mar kies hebben vond hjj. Alles moest prach tig in orde zijn, een hoogen vorst waar dig. Ook Adolf van Bourgondië deelde dez« meaning. Hij zou geen geld ontzien, om zijn luister des .le grooler to doen zijn. Heel het Hofgezin, van klein tot groot moest in schitterende kloeren worden ge stoken. Zijn geheimschrijver zijn alchi mist of 'sl-errekijker, zijn lijfsehilder en dat was onze Jan van Mabuae zij alten Kregen van Heer Adolf een pracht vol kostelijk gewaad, van fijn wit damast, fraai beslikt met gulden bloemen. Met hen moest Heer Adolf zijn eer en adel lijken naam hoog houden. Wat was onze Madonna-schilder blijde met ?ijn prach tig staatsiekleed! Zoo iets moois had hjj nog nimmer aan gohad' Laat nu Kei zer Karei maar naar Middelburg komen, ik zal er niet veel minder uitzien dan ■-zijn Hoflieden, vond hij. Aon heit Hof te Middelburg was men druk in da weer. Het kasteel werd ter eere Van den Keizerlijken bezoeker prach tig versierd. Een mooi welkomstlied werd door Heer Adolf's geheimschrijver opgesteld. Ieder werd nog eens goed op hot hart gedrukt, zijn volle medewerking to verteemsn, opdat niets in de war zou Ioopen. Het" was do Laatste avond, die aan don gewicmtigea dag voorafging. Dezen dag waven allen nog druk ia de Weer geweest eta Jan van Mabuse niet het minst. Hij vroeg Heer Adolf verlof, om buiten hot Hof, nog eens een straatje om te mogen gaan, en deze maak te geen bezwaar. Immers, Jan, zijn be roemde schilder, had zich in de laat ste dagen zoo afgesloofd, dat hij zich wed' eens wat verzetten mocht, i e'.aas, was hij maar thuis gebleven. Blijde ia het vooruitzicht op den feest dag van morgen, stapte hjj door Middel burgs straten. Zijn ateatsiekleed had hij in eon pak bij zich, om het, indien zich daartoe de ge'egehhiedd voordeed, zjjn vrienden te toornen. Daar kwam hij langs een taveerne en schilder Jan, die veel kennissen had, ko* dan ook niet onopgemerkt voorbijgaan. Hij werd door eeage dobbelende fïien- dei sanigiewe on. Jn pea oogweik zat hjj tuSBchon hen in. Voi over de voorberei dingen van den dag van morgen, ver telde hij hun alles, en. tot overtuiging toonde hij hum het prachtige staatsie kleed. Algameene bewondering fcrcfc het! Heer Adolf moest er toch maar goed bij zitten meende men. Doch d« bewondering was gauw ten einde. (Wordt vervolgd.) Het jjs bij fort Pampus- Het ijs op Pampus toont een interessant schouwspel. De aanhoudende Oostenwind perst de schotsen van de Zuiderzee in de* zen wijden trechter, zoadat de massa tot den bod-am wordt opgestapeld en zich vaak meters hoog verheft. Het fort Pams. pus, van alle gemeenschap verstaken, ver. helt zich eenzaam baven een. schitt rend heuvellandschap van gestolde golven ten Oosten van Burgerdam. Dooide koudebevangen. De reeds bejaarde wacbtsman Zwaan, die des nachts toezicht houdt bij hef her. stellingswerk aan een remming in de Visschershaven te IJmuiden en. daartoe verb jf houdt op een daar liggend vlot, is gisternacht te water geraakt- Hjj- wist zichzolf te redden on om zijn kleed in" te drogen zette hij zich nabj een' kachel, die in een hokje op 'het vlot stond, neer. Vermoedelijk is de man toen versuft geraakt- Gistermorgen troffen de werk. lit-den hem, door de kou(le bevangen, geheel verstijfd aan. Onmiddellijk trachtto men de levensgeesten weer op te wekken, doch het mocht niet meer baten. Be oude man was inmiddels overleden. Een dronken woesteling. Dö herbergier p. te Ohèvremont-Kerkrade, was den heelen dag uit geweest mei vim spcmdw&AMCï, tedsfessfc» den in aanleg zjn-ien spoorweg, p. tr&e. teelde in tal van cafe's, en toen hj des avonds thuiskwam,was hjj stom. dronken. Hjj bedreigde vrouw en, kin-de ren, die op straat vluchtten- Toen koelde bij zijn woede aan alles wat zich in zijn herberg bevond. Met een stoei vermeide hjj stoeten, tafels, het b rffc-t de bierpomp, flesschen en glazen. Br bleef niet veei meer over in het cafi- Buren verwittigt den de politie, die den woesteling arrest teerden en ter ontnuchtering naar het arrestantenlokaal overbrachten. Wolven in polen- Qroote troel pen wolven, opgejaagd door honger en kou, hebben in Polen' vele boerin ga. dood; buiten den beganen weg hebben zjj twee vrouwen en vier smokkelaars in de buurt van da Russische grens ven slonden. Er zjjn troepen gestuurd om de wolven te jagen. Ontsporing door telegraaf draden. De sneltrein ParijsCalais is Eins- dagnacht bij Calais opgehouden door een wirwar van telefoon-1 en telegraafdraden, wel kt door den storm van de palen waren af gerukt. De locomotief van den sneltrein ont spoorde. De reizigers werden in auto» naar Calais gebracth. Een locomotief, welke den trein naar Boulogne wilde terughalen, liep onderweg in een station op een goederentrein. De machinist en de conducteur van den goederentrein werden licht gewond. Oproer in een gevangenis. In de Franscha militaire strafgevangenis op Cor- sica is een oproer uitgebroken. De aanlei ding daartoe,,is nog onbekend. 45 gestraften verschansten zich in een vleugel van het gebouw en dreigden een ieder te zullen neer- schioten, die hen zou willen naderen. Gen- darmee en een afdeeling soldaten ran. 50 man hebben de gevangenis omsingeld. Gered door haar lange haar. Bij Bozen stak een wiel rijdend meisje een spoorwegovergang over, juist toen een trein kwam aanrijden. Zij zou verpletterd zijn als niet haar lange wapperende haren in het draadwerk; van den afsluitboom waren ver ward gerahkt, waardoor zij vastgehouden werd. Haar rijwiel viel onder den trein en werd tot splinters vernield. De brandweer en de aneeuw. Woensdagnacht is bij Herford (Eng.) het grootste gedeelte van Standon Lordship, een buitenplaats die in de helft van de 16de eeuw gebouwd is, door brand verwoest. De brandweer, die tele'oniscsh ontboden was, had uren lang werk om een betrekkelijk kor- ten afstand af te leggen, omdat de motor- brandspuit zich door een onoverkome'ij ehard- bevroren sneeuwbank den weg versperd zag. De brandweer moest daarop terug langs een grooten omweg en in de nabijheid van het buiten lag de sneeuw weer zoo dik, dat men opnieuw moeilijk vorderen kon. Er is niets van eenige waarde meer gered, kunnen worden. Beste Jongens ea Meisjes, Wanneer jullie dit babbeltje lez-en ia het nieuwe jaar al reeds begonnen en is 'tal 1928. Het lijkt om nag zoo kort geleden nietwaar, dat het jaar 1927 be gon. Alis we taen op Nieuwjaarsdag eens naar de kalender keken, en we zagen die dikke stapel blaadjes, dan dachten we, dat zal taoh wed heel lang duren voor dit jaar om pns. En 'tleek ons zoo heerlijk dat jaar dat komen zou, met al die prettige plannen die vre hadden, met al die feestdagen en verjaardagen. En de eerste maand toea telden we de blaadjes ean voor een,-ieteren dag weer, en eindelijk na 31 dagen was «r pas een maand om. Nu nog edf van die maanden, dat zou toch nog wel heel lang dure*. Maar al spoedig vergaten we te tellen totdat we nu plotseling met een schrik zien, dat er nog maar «akela van die blaadjes en ten slotte niet één meer over is. En nu, nu is het weer Oudejaarsavond. Oudejaarsavond. Hot is altijd voor iedereen, ook voor de kind-eren', een avond vol herinneringen, een ernstige avond. Het is een avond waarop we nog eens terug denken aan al hetgeen wat we ia het afgaloopea jaar gedaan hebben. En we weten het wel, we heb ben weer zoo heel veel verkeerds gedaan, zoo veel gezondigd, en och, als we het optellen en bij elkaar rekenen, dan zien we dat er maar zoo heel weinig goeds bij was We .hadden 'tons zoo voorgeno men, dat we het dit jaar nu eens beter eu anders zouden doen, eu we hebben er om gebeden ook. Vooral ia die eerste dagen van het jaar. Totdat het eens ge beurde, dat we het vergeten hebben, zoo- veel was er om aan te denken, en ook misschien wel een» omdat we meenden, dat 't toch zoo weinig helpt. Maar dat is toch niet zoo. Laten we daarom ook op dezen Oudejaarsavond bidden en dan ken, en zoo het nieuwe jaar beginnen, om 'tdan steeds weer opnieuw te doen. Zooals ik zei, als jullie dit lezen is het al J.928. Daarom weasoh ik jullie dan ook allemaal een gelukkig jaar toe. En hoop ik dat jullie ook in dit nieuwe jaar, weer even goed je best zult doen als in 't vorige, en op die manier mee werken om ons hoekje zoo gezellig mo gelijk te maken. Dit keer zijn er niet zooveel briefjes, maar dat zal wel door de vacantie komen. Verscheidene nichtjes of neefjes zijn uit, en anderen hebben logees, zoodat er yam raden dan niet veel komt. Ziezoo, nu is de beurt weer aan jullie, 't Begint al heel gemakkelijk want het zijn geen prijsraadsels. I «2 Alia» „Doifite", Jam. Sö«f- hé, dat dé niet wat lang» geduurd h*eft. Mf.ar wie weet hoe gauw juLie al weer kunnen rijden. Een mooi beek is dat. 0 o s t k a p e 11 e. W. L. Dat was dus wel een meevaller voor je. Bat hoekje W. W. ken ik wel, het is erg mooi, vind je ook niet? Nou, het ijs is maaj wat f(jn. Colynsplaat. „Bakkerin-netje". Nog wel gefeliciteerd met de belde jarigen. Dat waren heel wat kroonjaren. Die boek jes heb ik wel eens ge ezea. Vind jij een witte Kerst ook zoo prettig? Oud -Vosmeer. „Uiist". Ja, de Kerst dagen zijn heerlijke dagen. Ik ge.oof ook dat ai de kinderen dan blij zijn. Neem- dat zal niet meevaJen, ieder het zijne te geven. Kruinin-gen. „Flora's kind". En ben je nog in Goes geweest? 'kHeb je niet gezien. Hier is het adres: Leni-e Sahmidt, Silhermanpos, Pretoria, Trans vaal. Goes. „Boschviooltje". Welbed ankt hoor, voor je wenschen. Zoo vlug als jij kan ik 't niet. Ja, de Kerstdagen waren heel gezellig. En, heb je al een sneeuwpop gimaakt? „Gladiolus". Wel bedankt hoor, voor die mooie Kerstkaart. Dat was een prettige verrassing voor piij. En heb jij ook al van sneeuw en ij3 genoten? „Talbot". Wat had je dat keurig gedaan. Dat roode strikje stond er zoo echt leuk bij. 't Is zeker wal een heel werk geweest, maar ik zal er nu ook heel zuinig op zijn. 'sH. H. Kinderen. „Klimop". Wat zullen jullie allemaal erg geschrokken zijn. Gelukkig maar dat 'tzoo goed alge- Ioopen is. Dat boekje heb ik wel eenis gelezen. j.Het Vierta.". „D." Nu jij hebt goed j« bost gedaan, door mij zoo'n langen brief te schreven. Dat kwam zeker ook dóo-r de vacantie. Neen, om te fietsen viel het niet mee. Als je eenmaal in de 2e klas zit, wordt bet je dadelijk heel wat moeilijker gemaakt. Kranig, dat je toch nog no. 1 bent. „B." En is het schaatsen je goed bevallen. In 't eerst is 't een heele toer hè, om op da been te blijven. Maar dan went 't toch al gauw wat. „P." De vacantie schiet al aardig op. Heb je al weeir zin ora naar school te gaan, of had je liever nog wat vrij. „J." Jongen, nog hartelijk gefeliciteerd. Toch maar fijn- om jarig te wezen. Wat een mooie schilderstukken zal je nu kunnen maken, 'k Denk dat je een tweede Rembrandt wordt. „M." Je moet maar goed dat nare drankje innemen, des te eerder hen je weer beter. Het is toch niets prettig om ziek te zijn. Krabbe ndijke. „Luistervink". Jij bent ook goed bedacht zeg. Ik zou haast jaloersoh op je worden.Wil je je zusje nog feiiciteeren. Ik merk wel, dat je een prettige KeTst gehad hebt. En dan nog twee boeken gekregen. „S eutelbloempje". Wat leuk, dat je dat vriendje altijd nog schrijft. Gaan julli» van den zomer weer samen uit? Nu zjjn al die prettige dage* al weer voorbij. Ja, ar is aan Link pak sneeuw .gevallen. G o e a. G. T. Je had het raadsel goed ge raden. Stuur je het nu geregeld in, dat lijkt me wel gezellig. Dan krijg je ook telkens een briefje. „Zilverblad". Als 'tnu weer goed door gaat vriezen kan het nog wel mooi ijs worden. Op die manier wordt het een fijne vacantie. „Leergraag". Dat vind ik heel aardig, dat je er ook nog wat bij geschreven hebt. Ik ben nieuwsgierig wan neer er een terugkomt. Ja, dat is een fijn boek. Krabbendijke. „Tulpje". Wat aar-, dig dat jullie ook mee gaan doen. Harte lijk welkom hoorl Ik denk dat we het wed goed samen kunnen vinden. „Theeroosje" Jij hebt dit keer het briefje geschreven hè? Lees maar eens wat ik aan Tulpje schreef, Het is best als jullie ze per maand instu ren. „Fazant". Wel jammer dat je neefjs niet gekomen was, dat zou wol gezellig ge weest zijn. Ja, dat was een plotselinge dooi. O ostburg. „J. V." Zoo, dus jij hebt de raadsel» ook eens opgelost. Je had 't zeker wel meer gedaan, want de co- lossing was good. Wil jo ook eoa schuil naam hebben? St. Laurens. „R»7«kn.opje". WtsJbe dankt, voor dia prachtig» kaart. Dat viel nog eens moe, toen ik da brief open maakte. Neen, 't ging niet gemakkelijk door die d.kke sneeuw. HeinkenBzand. „Piet vfcri Dorp". Leuk dat je nog geschreven hebt. Ben je nu weer heelemaal ba ter? Je moet maar voorzicht g zijn. Tante heeft jou wel waf verwend, ook Kil om je ziek zijn? Grijpskerke. ,,'tBoerinnetjo". We vinden het natuurlijk allemaal prettig als je ook mee gaat doea. Maar er is al ean nichtje met dien naam, weet je mis schien nog een anderen? 'sH. H. Kind e ren. „Lentabloampje". En .ik weet wel of het mooi is, want ik heb 't al gelezen. Wel ja, je kan t' nog best Ieeren. Jammer hè, dat de vacantie al bijna weer om is. „Lern- gem". Ook dat boek van jou kon ik. Dat is ook echt fijn. Ja, die oplossingen waren allebei goed, hoowel niemand an ders dat had. En heeft 't weerbericht goed zijn. best gedaan? „Be gebroeders?'. -,,K." Als je eenmaal -schaatsen hebt, zal je het wel gauw leeren ook, hoowel dat niet zonder vallen en rollen zal gaan. „A." En is het prettig Kerstfeest geweest? Jullie hebben zeker ook een boekje gekregen? „M." Jij bént ditmaal de laatste, maar 't briefje kwam ook een beetje laat. Ge lukkig nog niet te laat. Goes. Erica". Wat zal dat gezellig zijin zoo met elkaar. Het moest maar altijd vacantie blijven, of aiet? L da Mijn jshecl bestaat uit fK. Isttvrt», Een jaar wordt verdeeld in 22, 1, 37, 38, 28, 14, 51, ij 6, 20, 27 Een jaar telt 45, 16, 32, 23, 18 en 5, 4, 43, 19, 8. lederen dag mogen de 21, 34, .26, 12, 1-5, 29, 39, 48 hun 30, 9,49, 11, 40, 25, 47 weer ie's later op. Wanneer het sneeuwt is het in de 3, 38, 51, 31, 31, 39 prachtig. Niets is zoo veranderlijk als het 45, 44, 46, 39. Hollandsche 13, 41, 47, 35, 7, 17, 24 zijn niet bang voor de 33, 41, SI. Oudere menschen hebben bij vochtig weer dikwijls last van 36, 34, 10, 50, 40. 42, 5, 5, 2 is een meisjesnaam. II. Voor de jongeren. Mijn geheel bestaat uit 16 letters. Met de vacanties is de 4, 2, 10, 6, 8 al tijd erg vol. Iedereen is eens in 't jaar 13, 15, 2, 9, 7 Een kind moet niet 16, 11, 12 maar zacht zijn. Het is nu mooi weer voor de 14, 2,16, 3 slee. Een 1, S, 5 -heeft steeds een hooge plaats. Hartelijke groeten van TANTE DOLLIE. I. Op die 16e Besember is dit deur heel S- Afrika 'n foosdaj of eintlik 'n nisdag. Selfs Boere, wat nie om die Sondag gee nie, sal die dag nie 'n ploeg in die land steek nie. (In Su'd Afrika is dit dan Lente). Hoe dit so ge-kom het sal duide- hk wees as die volgende stukkie gelees is- In 1814 het die Engelse bcsit geneom van die Kaapkolonie (die toentijdslbe kende deel van S- Afrika). Raie van die Afrikaanse Boere, kon om verskillende oorsake niet met die regering van die Engelse Goevemeur Lord Charles Somer. set en ®y opvolgers klaar kom nia. Hulle besloot toe om verder die bosse ia te trek. 'n Klomp van hulle onder die Kommandainte Potgieter, Maritz en Piet Relief het ver die bosse ingegaan- Gevaro van wilde diere, maar veral van vijandige Kafferstamme het kort kort gedreig. Maar die grootste gevaar was onenigheid onder die leiers. Piet Retief het altijd probeer vrede maak maar uiteinde-lik was dit vir homi oamoontlik, en die gevolg was dat hjj met 'n klompie ander mans hom afge- skei bet om na Natal se kant toe te trek. Hy was oortuig dat geen land kan vo rentoe kom ais daar geen hawe is nie, fen omdat daar in Natal toe nog maar net 'n paar handelaars gewoon het, wat hul ,nie met politiek bemoei bet niet, was daar 'm pragtige kans om daar 'n hawe te open, scmder die Engelse ysgering hulle daar sal lastig val. Ons aal sien dat hy verkeerd gedink het, want dia regering van Engeland het die Boere daar ook ttie met ruis gelaat nie- Piet Retief gaan too met party va* «y werlfoubaarste inanne op reis, an aan1 ay ander volgelinge gee hy order om so ttUidig aan agter na te korti. Verder wou hy tegelykertyd 'n; boa'oék bring aaa, Dinigaatn de koning van die Soeloes om van hom grond te koop of op 'm anlder manier permissie te kry om ia Natal te gaan woon- Hy moes toe vor di« Drakerasberga trek.' Baar het toe nog nooit 'n wa vor dra berge gery nie, dusi moes hul altyd eers klom endjies te pord vooruit gaan om die beste plek te soek, waar 'n pad k<xn gemaa'k word. Maar dit was vir die au Voortrekkers niks nie. Gee vir 'n boer 'a wa, 'a sjpan oase, 'd bokseil, 'n geweer en sy koffieketel, en by sal rondom die wereld trek ai» daar geaa see was nie. Dit was dus vir Piet Retief ea sy mA- bfcrs 'u sank van pleeier om die waagstuk aaa te vang. Om die waena bo-oip die berge te kry, was botrefcik maklik gawee», want aan die Vrydaats-e kant is die klim nie steil aio, maar aan Natal sle kant is dit he«d anders. Op party plekke gaan die berge vir hondeird-e voet» rog-af, dus moes hul -mooi soek naar 'n plek waar die waens af kon gaan- Tog het hulle dit na ste« daa sukkel reg jsekry, en daarvandaan nog tien of twaalf dae na die baai- Die Engelse handelaars wat daiar wa» het 'a tamelike ruwe lews gely- Daar was nog niks wat op 'n huis gelijk het nie. Maar tog het hulle Piet Retief »o. goed entrang as moontlik was- Dtie baai lyk mooi ea die grond rondom lyk baie gesxik om 'n dorp aan te IS. Nadat hul moge dae daar vertoef het, aeom hulle weer die terugtog aati, maar nou naar Dingaan om grond te kry. Terwijl Kommandant Retief nog aan di« baai wais om 'n ondersoek in te stel het hy reeds met 'bi boodskaip'per 'n brief aan Dingaan gestuur, dat hy hom graag sal kom besoek- Tote Relief daar aankom, het Dingaan' al gewest, dat hy kom, maar moenie dink dat meneer R,eu tiof nou sommer die koninkliko kraai kan instap nie ea kan 3ê: „Bag kaptoinl Hoe gaat dit7" Onee, Dungaan was 'n koning en hij- het hom as 'a koning laat behandel. Retief en ay vrinde word eers deftig ontvang deur sy voornaamste mdoaroa (howeling), wait hul eens .behoorlik moes les gee in die manier hoe hulle moet maak as hulle voor sy koninklike swart majesteit vorskjjn. Hulle moes leer, wan. neer mag hulle sit, wanneer mag hulle praat, en meer sulke fratse. Mens kan so dink, hoe die ou Ro-ora gebrom het, toe hulle dit alles hoor, {Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1927 | | pagina 7