DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
Dit de Provincie.
FEUILLETON.
KRONKELENDE PADEN.
Uit den MiddelMrgschen Raad.
YABT
WOENSDAG 30 NOV. 1927. No. 52.
DE ELECTRIFICATIE VAN ZEELAND.
Ged. Staten deelen aan de Provinciale
Staten mede, dat zij van den Raad van
Bestuur der N.V. „P.Z.E.Meen schrij
ven ontvingen, dat zij aan de Staten
overleggen. De raad van Bestuur verzoekt
in dit schrijven, dat een bedrag van
f485.000 ter beschikking van de N. V.
wordt gesteld voor de electrificatie van
een deel der Noordgroep, te welen voor
den aanleg van een hoogspanningskabel
van Nieuw-Vosmeer over St. Philips-
land en Anna-Jacobapolder naar Zijpe,
van een bovengrondsche hoogspannings
leiding van Zijpe naar Brouwershaven en
van bovengrondscbe laagspanningsnetten
in de kommen der gemeenten en buurt
schappen: Anna-Jacobapolder, Zijpe, Brui-
nisse, Oosterland, Sir Jansland, Nieuwer-
kerk, Capelle., Ouwerkerk, Dreischor,
Schuddebeurs, "Noordgouwe, Zonnemaire
en Brouwershaven.
Ged. Staten zijn van nxeening, dat bet
aanbeveling verdient, de door den Raad
van Bestuur uitgesproken electrificatie-
gedachte zoo spoedig mogelijk tot reali
teit te brengen, waartoe, naar den stand
van zaken voor dit oogenblik, nog slechts
de medewerking der Staten wordt ver-
eischt; de betrokken gemeente-besturen
hebben nagenoeg alle de hunne toegezegd,
zooals de Raad van Bestuur bericht.
In het besluit van 21 December 1925
moeten hierdoor vervallen de gedeelten
bedoelende het sluiten van garantie-over
eenkomsten. met de gemeenten, en dat
om met de gemeente Goes, Kierikzee en
Tholen desgewenscht .andere overeen
komsten aan te gaan. Overblijven de ge
deelten, waarin opdracht wordt gegeven
stroomleveringsovereenkomsten met de P.
N. E. M. te sluiten voor de voorziening
van de Noordgroep en Zuid- en Noord-
Beveland en nadat een en ander zijn be
slag zal hebben gekregen, over te gaan
tot den aanleg der noodige werken.
De Raad van Bestuur wijst er in zijn
uitvoerig .schrijven on. op, dat de laak
die was opgedragen, verre van gemakke
lijk is gebleken. Vooral de moeilijkheden
ten opzichte der garantie-bepalingen zet
bet nader uiteen. Het tastbare resultaat
van alle pogingen in die richting blijft on
bevredigend, endiet is dat te meer, waar
van verdere onderhandelingen met Zie-
rikzee en Tholen niets is te verwachten,
zoolang men die beide gemeenten, in wel
ken vorm ook, wil doen deelen in het ri
sico 'der electriciteitsvoorziening. Waar
het niet aangaat alle risico op de andere
gemeenten te leggen, en gezien de goede
resultaten van rechtstreeks leveren aan
den verbruiker in Zceuwsch-Vlaanderen
wil de raad van Bestuur thans ook in dö
Noordgroep het systeem toepassen om
daar stroom te leveren, waar de ren labili
teit van het bedrijf door .verbintenissen
van de verbruikers of andere belangheb
benden tot betaling van een bepaald be
drag aan stroom, verzekerd mag worden
geacht. De Raad is er zicli wel van
bewust, dat het zoeken van de oplossing
in deze richting niet slechts een verande
ring in garantie-systeem is, maar veel
meer een verandering in electrificatie-
systeem. Men is afgestapt van het idee,
dat men niet behoefde te vragen naar de
geneigdheid van de bevolking om stroom
af te nemen, maar dat men, gedachtig
aan het spreekwoord1, dat de eetlust onder
het eten wel komt, althans de kommen
der gemeenten kon electrificeeren. Met
bet nieuwe systeem zal men langzamer
voortwerken. Men zal toch bij voorkeur
garanties der gemeenten moeten aanvaar
den. De gemeenten, die een centrale heb
ben en ook Tholen met- eigen gasfabriek
zijn uilges chakeld, Zierikzee echter niet.
De totaatkosten worden geraamd op 1.
wiillioen gld. De aanvankelijke kosten zoo-
als boven gezegd f485.000. Overgelegd
Naar het Eragelsch.
37) o—
Den volgenden morgen stond Mary aan
bet bed van haar slapende nicht- O, hoe
vermoeid zag dat jonge gelaat er uit!
„Line, het is al zoo laat, je moet nu
heusch opstaan. Kijk eens," voegde zij er
aan toe, terwijl ze het gordijn terzijlde
(trok, „hoe vroolijk de zon schijnt". Caro
line wendde het hoofd af, zeggende: „Ik
wenschte, dat ik die builen alles kon slui
ten, 'tis als een bespotting] voor me;
van nu af aan bestaat er immers' geen
zonrteschijin meer in mijn leven-".
Al gauw brak het uur aan om de braid
te tooien: het laatste wat de huisgenooi
ten voor haar kunnen doen voor zij de
ouderlijke woning vaarwel zegt. Maar in
dit geval was het niet haar moeder of
of zuster die haar hielp. Mary had dei
kostbare japon zoolang in haar eigen
kamer bewaard. Caroline keek eon oogon.
blik naai' het wit zijden kleed en de
kanten sluier. Toen zei ze: ,,Mary, ik
wenschte, dat het mijn doodskleed was-
Moet ik het dragen? Is er geen ontkomen
aan?" Op dat oogenblik kwam mevrouw
Burke binnen, reeds gekleed voor de ga
legenhedd.
„Wat staat die japon je goed, Caroline.
Ik geloof, dat ik maar weer een goede
keus heb gedaan". Juist hoorde ze setae.
wordt ook liet leveringscontract met de
P. N. E. M.
(Slot.)
De heeren den Hollander en Vertregt
hebben 'de S. D. A. P.'ers ook eens flink
de les gelezen over hun pedanterie en
aanmatiging, alsof "het de sociaal-demo
craten alleen waren, van wie een behoor
lijke steunregeling voel' werkloozen is
uitgegaan. Is het college van B. en W.
dat de voorstellen indiende, in meerder
heid sociaal-democratisch? vroeg de heer
Vertregt. Zijn niet al die voorstellen met
algemeene stemmen door den Raad aan
genomen? En is het zoo, dat in het
Steun-comité de SD.A.P.'ers staan tegen
over de andere leden van dat comité?
De ï'oode heeren hebben op al die vra
gen geen antwoord gegeven. Ze zijn maar
niet meer op de zaak teruggekomen. Maar
of ze genezen zijn van him eigenwaan
en of ze in een volgende verkiezings
campagne Weer niet met dezelfde praatjes
zullen aankomen, is de vraag. Ze schijnen
zichzelf graag te prijzen.
Een principieel dehat had dc lieer den
Hollander hog met den voorzitter en de
S.D.A.P. over de optochten op Zondag.
Hij drukte er zijn spijt over uit, dat de
burgemeester nog maar steeds toestem
ming blijft geven voor het houden van
optochten óp Zondag, al is het dan niet
tijdens de godsdienstoefeningen.
Een bevredigend antwoord mocht hij
echter niet ontvangen. De burgemeester
voelt blijkbaar niet, hoezeer hij anderen
in hun heiligste gevoelens krenkt door
deze publieke Zondagsontheiliging toe te
laten. Ook de S.D.A.P. voelt blijkens
de geprikkelde uitlatingen van den rooden
wethouder daar blijkbaar kniets van.
En toch doet men in socialistische krin
gen niet anders dan da Christelijke ar
beiders daarheen lokken. Welk een incon
sequentie x
De heer den Hollander deed verder goed
als Christelijk sociaal man, eens even
de sociale opvattingen van den heer Jero-
nimus, die aan zijn betoogen ten grond
slag liggen, in het licht te stellen.
We zullen de plank niet ver misslaan,
als we zeggen, dat deze hezuinigings-
man van vakorganisatie en sociale wet
geving niets moet hebben. Het geld gaat
vóór en hoven alles. Zijn optreden her
innert aan de mannen der liberale school
in de vorige eeuw, toen de meest onbarm
hartige toestanden, in-naam der vrijüeid,
werden geduld. Zijn opvattingen zijn, van-
,uit Christelijk standpunt bezien, dan ook
absoluut te veroordeelen. Ze leiden bij
consequente toepassing (men zag het in
de vorige eeuw) tot de meest on-chris-
telijke toestanden.
In hooge mate onbillijk is het ook, zoo
als dhr Jieronimus wil, de hooge loonen
(van ambtenaren, enz.) onaangetast te
laten, maar wel te gaan tornen aan de
lagere (die der werklieden). Onbillijk èn
inconsequent.
Het was te voorzien, dat ook over
armenzorg en werkloozensteun
menig woord zou worden gezegd, want
hier is de hoofdoorzaak van den treuri-
gen toestand van Middelburg',? financiën
in gelegen.
Uitgezonderd dhr Jeronimus, die, zoo
als reeds gezegd, de uitkeering aan werk
loozen van f 12 op f 10 wilde brengen,
vestigden alle leden, ,die hjerover het
woord 'voerden, alleen de aandacht op
de laakbare houding van omliggende ge
meentebesturen, die de armlastige ge
zinnen zooveel mogelijk naar Middelburg
willen transporteeren. Een der Raads
leden beweerde, dat die besturen aan
zulke gezinnen graag het reisgeld (en
kele reisMiddelburg) vergoeden. We wil
len het wel gelooven!
Hoogstaand kan men zoo iets bezwaar
lijk noemen. Het is een feit, dat de
dorpsgemeenteraden op Walcheren
misschien een heel enkele uitgezonderd
niet willen toetreden tot de werkloos
heidsverzekering én ook weinig of niets
aan werkverschaffing en werkloozensteun
doen. Welnu, dan maar getracht de ge
zinnen, waarin werkloosheid en armoede
den op de gang. Mevrouw Hodge en Julia
bimuenroepend, die voorbij wilden gaan,
zei ze: „Kom eens binnen omi de bruid
te bewonderen. Staat die krans haar niet
goed en hoe vind je die kant?"
Ook deze kwelling doorstond Caroline;
met groote bedroefde oogen keek zij voor
zich uit en antwoordde ternauwernood,
als men het woord tót haar richtte. Doch
do dames letten er niet op, of ze deden'
tenminste maar zoo. Eindelijk werden de
twee nichtjes weer alleen gelaten. Plotse,
ling smeekte Caroline: „O, Mary, beloof
me, dat je dicht in mijn nabijheid zult
blijven; je bent yvel geen bruidsmeisje,
maar jij bont de eenige, die me lief
heeft; blijf dicht biji me beloof het.
me I.
In de kerk had zich een groote me
nigte verzameld. Het was een vroolijke
aanblik, al die lichtje toiletjes en schit
terende uniformen. Vlak bij het altaar
zag men die jonge bruid den bruide
gom, reeds in de herfst van het leven,
een hard, cynisch mensch de vroo
lijk rondkijkende bruidsmeisjes naast
de bruid een slanke gestalte in rouw-
kleeding. Mary. Ze hoorde het trouw-
formulier voorlezen. Een oogenblik stilte
de predikant sprak een gebed uit,
las daarna de heilige gelofte voor en
bruid en bruidegom legden den eed van
trouw af voor God. Ze zag hen hun namen
inschrijven. Ze wist, dat deze geheele
plechtigheid slechts was een Ijespotting
van het heilige huwelijk dat voor God
gesloten wordt.
Maar de teerling is geworpen; .de
heerschen of dreigen te zullen heerschen,
aan Middelburg kwijt te raken.
Door woordvoerders van verschillende
politieke partijen werd openlijk gezegd,
dat zulke gevallen zich .voordoen. Het
bleek echter, dat de Armenwet verbiedt
hier iets tegen te doen. De Burg. Arm
besturen moeten voorzien in alle geval
len ,waar werkelijk armoede bestaat, on
verschillig of de behoeftige personen of
gezinnen langen of korteren tijd in ,de
gemeente wonen.
Wel kan de gemeente bij werkverschaf
fing en werkloozensteun voor zulke ge
vallen .maatregelen treffen. Dhr Streef
kerk wilde daarbij gezinnen, die nog geen
drie jaar in Middelburg wonen, uitscha
kelen. Dat zal misschien sommigen weer
houden om ook maar op hoop van zegen
te Middelburg te gaan wonen. In een
volgende vergadering zal hierover beslist
worden.
Weth. Onderdijk deed in dit verhand
eenige mededeelingen over de plannen
voor werkverschaffing, waarbij echter .al
leen zij, die werkelijk ondersteuning noo-
dig hebben, dus de kostwinners, zullen
aangenomen worden. In 'de eerste en
voornaamste plaats zal het kanaal bij den
Oranjezon worden verlepgd. Daarmee zal
in Januari worden begonnen met plm.
140 man. Alleen is men nog in onder
handeling met den minister over een
flinke rijkssubsidie hiervoor. Ook zal de
weg langs den Vlissingschen Singel ver
breed en voor hot doorgaand verkeer beter
in orde gebracht worden. Wellicht krijgt de
Raad in een volgende vergadering nog wel
meer hierover te hooren.
Dat de verhouding tusschen R.-K. en
S. D. A. P. in den Middelburgschen Ge
meenteraad nog niet bijzonder innig is,
bleek bij de debatten over armenzorg.
Van sociaal-democratische zijde werd den
Roomsch-Katholieken verweten, dat het
Burg. Armbestuur prooentsgewijze aan
R.-K. bedeelden zooveel moet uitkeeren.
Het is, zoo zeiden de roode heeren, alsof
men van H.-K. zijde maar zooveel mo
gelijk afschuift op het B. A.
Dhr Mes liet zjch dat natuurlijk niet
zeggen, en wees er op, dat vele bedeel
den zich wel R.-K. noemen, maar het
allerminst zijn. Daar zijn er onder, die
hun plichten in geen jaren meer zijn
nagekomen. De R.-K. kerk te Middelburg
moge niet vele kapitalisten tellen, 2e wil
toch hare armen zoo goed mogelijk
helpen.
Bij de artikelsgewijze behandeling der
begrooting werd niet veel bezuinigd. Een
poging van den heer Mes om de presentie
gelden voor de Raadsleden te halveeren,
mislukte. Hij kreeg slechts steun van
vier zijner mede-leden.
Ook de post voor schoolvoeding en
-kleeding bleef gehandhaafd. Er tegen
-yd'
Tjakko Kuiper, een der hoofdpersonen
in het Amsterdamsche drama.
dienst is geëindigd straks verzamelen
allen zich om de feestelijk gedekte tafel.
De eerste, die Caroline feliciteert als
„mevrouw Stone" is een knap officier
in een scharlaken uniform. Wie, die ma
joor Bragg dien dag zag, zou geloofd
hebben, dat 'hij moedwillig het 'levens
geluk vernield had, van dat jonge meisje
wiens eenige fout was, dat ze haar ver
trouwen aan den verkeerde geschonken
had? Doch bleef zijn daad voor het oog
der menschen verborgen, Eén is er, Die
alles ziet, eens zou de dag komen, dat
ook "deze zondige mensch voor Gods
rechterstoel zou moeten verschijnen.
Eindelijk is het feest afgeloopen. De
laatste toast geslagen, de laatste compli
mentjes ware en onware, gemaakt,
en de gasten verspreidden zich. Caro
line ging, gevolgd door Mary naar boven
om zich voor de Teis te kleeden. Voor
het laatst zou ze haar eigen kamer be
treden. Ze opende de deurdaar lag
het noodlottig pakket, in wit vloei ver
pakt, met een lint toegebonden. Ze sprong
er op toe. Mary zag in één oogopslag,
wat het was en wilde ze van het onge
lukkige meisje overnemen, maar Caroline
wilde ze niet afstaan. „Neen, Mary, ik
wil ze nog eens lezen." en het pakket
openrukkend, g eep ze den bovensten brief
en las hem snel door. „Kijk nu zelf
Mary. Had ik ooit kunnen verdragen dat
mijn diepste gevoelens, aan dit papier
toevertrouwd, onder vreemde oogen ge
bracht werden, had ik mama's bitteren
spot en verachting kunnen trotseeren?"
Mary las den brief door. Wat zou ze
stemden slechts twee A.-R. en twee C.-H.,
De heide bezuinigers stemden notabene
vóór! Alleen bij den post bestratingen
mocht het den heer Vertregt gelukken
hierop plm. f 7000 te bezuinigen. De ver
betering van de Lange Delft zal nu in
wat langzamer tempo dan wethouder On
derdijk wilde, geschieden.
Aan hel slot van den Donderdagmiddag
ging het over de belastingen. Het stand
punt der S.D.A.P. bleek al heel duide
lijk: flink de vermogens aanpakken (niet
minder dan 100 opcenten op de vermo
gensbelasting) enten spoedigste be
gin 1928 komt zulk een voorstel van
deze fractie meer progressie op de
inkomstenbelasting.
Men lette nu eens even op de volgende
onbillijkheid. In Middelburg zijn, zooals
alle leden moesten toegeven en ook wel
blijkt uit het vrij geringe bedrag, dat aan
vermogensbelasting binnenkomt, weinig
groote inkomens. Die er waren, hebben
voor hot grootste deel de vlucht genomen.
De moeste vermogens zijn maar klein. Het
bedrag, waarvan de bezitters van zulke
kleine vermogens moeten loven is vaak
niet meer, data! van een politie-agent,
gemeente-ambtenaar of onderwijzer. Maar
de vermogen-bezitter moet extra geplukt,
de laatstgenoemden moeten zooveel moge
lijk ontlast worden.
Het eind van het liedje was, dat het
soc. dem. voorstel om 100 opcenten op
de vermogensbelasting te heffen, .alleen
de stemmen kreeg van sociaal- en vrij
zinnig-democraten, dezelfde fracties, die
van de zoozeer berooide gemeentekas nog
uitgaven durfden vragen voor school
arts, abattoir, zweminrichting en woning
bouw voor minst gesitueerden.
Het voorstel-Vertregt (50 opcenten), viel
ook, omdat bij de sociaal- en vrijz. demo
craten zich nu de heeren De Veer en
Den Hollander voegden. Daarna werd het
voorstel van de .meerderheid van B. en
W. (75 opcenten) met alg. stemmen aan
genomen.
D.e Hoofdelijke Omslag, oorspronkelijk
geraamd op f600.000, kon bepaald wor
den op f 570.000. Waar die een vorig
jaar f475.000 was, kan ieder belasting
betaler er nu reeds op rekenen, dat hij
zoo ongeveer 20 pCt. aan deze belasting
meer mag betalen. Een ongunstige -be-
grooting, die voor 1928.
De feriryboot.
De lieer Wallieh heeft gisteren in de
Statenvergadering inzake de motor-ferry
boot ongeveer als volgt gesproken:
Met verlof der vergadering zij het mij
vergund eenige vragen tot Ged. Staten
te richten. Wellicht dat de antwoorden
er op in deze of in de vergadering van 21
December kunnen worden medegedeeld,
en zoo noodig een nader onderwerp van
bespreking kunnen uitmaken. Het betreft
een onderwerp, dat niet alleen van het
grootste belang is voor de provincie'maar
dat ook inderdaad de aandacht heeft,
getuige de er aan gewijde artikelen in
de Zeeuwsche pers, van de geheele pro
vincie; bovendien van het overige deel
van Nederland, gezien o.a. het afdelings
verslag van de Tweede Kamer over hoofd
stuk 9 der Staatsbegrootingspr. bedoelt
het vraagstuk der motorferryboot. Spr.
meent niet te behoeven herinneren aan
de misère, die er vast zat aan de vast
stelling van de definitieve plannen voor
deze veerboot, die bedoelde te zijn een
belangrijke verbetering van het verkeer
tusschen Vlissingen en Breskens. Ook
weten wij allen, hoe de boot bij zijn
eerste komst te Vlissingen en de eerste
proefvaart op de Westerschelde, niet vol
deed en deswege teruggezonden werd ter
verbetering naai- de werf, en de reeds
vastgestelde proeftocht met de Staten
leden en andere genoodigden werd uitge
steld, welke proeftocht nog steeds is uit
gesteld. Bekend is verder, dat ten tweeden
male na een eersten tocht naar Breskens
nu opname in het dok te Vlissingen werd
noodig geacht om verdere voorzieningen
te treffen ten einde de boot voor het be
er niet voor gegeven hebben, had Caro
line haar kwelgeest durven weerstaan!
Alleen het feit. dat de briefwisseling in
het geheim geschied was, had haar in
zijn macht gebracht. De brieven spraken
immers slechts van een eerlijke toege
negenheid, die een levenslange zegening
voor hem had kunnen zijn, had hij ze
kunnen waardeeren.
Brief na brief opende Caroline, maar
de taak was haar te zwaar. Ze alle
opnemend, wierp zij ze in de haard en
stak ze aan. „Daar, verbrandt nu mata,
alles js nu toch voorbij", riep ze uit.
En ze keek toe, hoe de blaadjes papier
verkoolden en de vlammen langzaam uit
doofden. „Mary, die asch, dat is het
overblijfsel van mijn verknoeid leven; mijn
liefde is dood, hoop is er niet meer
en ook mijn geloof heeft mij verlaten;
toch moet. ik voortleven; o, kon ik maar
doodgaan".
„Lieve Caroline, spreek niet zoo, tracht
nog hoop te koesteren".
Caroline ging zitten. Ze keek naar haar
nicht, die bitter scheide. „Mary", zeide
ze zachtjes, „als ik niet voor hltijd verlo
ren ben, zal het jouw liefde zijn, die me
gered heeft. Wil 'je voor me bidden en,
als je kan, me blijven liefhebben?"
„Met deze woorden kwam e- weer een
glimp van hoop in Mary's bedroefd hart.
Toen de dag ten einde liep, en het geluid
van de muziek en het feest beneden, ver
stomd was, kon zij eerst haar eigen kamer
opzoeken. Ze kon echter den slaap niet
vatten; ze schreide bij de gedachte, aan
het jonge meisje, dat door een verkeerde
stemde doel beter geschikt te make*.
De Zeeuwsch-Vlamingen, vooral de jje-
woners van Breskens, die dagelijks als
stuurlui aan den wal het manoeuvreere*
van het schip zagen,evenals zij, die hg
ongunstig tij de haven binnen liepen met
de boot, weten ook. dat er bestaat een
wanverhouding tusschen de grootte en de
bestuurbaarheid der boot eenerzijds en
de afmetingen der haven anderzijds. Met
als gevolg, het herhaaldelijk onklaar raken
van de boot bij het binnenvallen dei
Breskensche haven. Onklaar raken betee-
kent op een gegeven oogenblik onbestuur
baar zijn. Dat tot nu toet de boot niet
andere, juist aanwezige schepen averij
bezorgde, is je verklaren uit de vrees
van de schippers voor dit vaartuig. Dat
het niet op den Westhavendam liep, moet
speciaal worden geweten aan de be
kwaamheid van den kapitein en aan het
nog niet gevaren hebben bij storm. Toch
kan het niet anders, of langzamerhand
«.tinken de stemmen steeds luider van
hen, die vragen, vragen om meer licht
in deze zaak, vooral ook, waar nu sinds
13 October de boot uit de vaart is ge
nomen, wederom voor het .aanbrenge*
van veranderingen. Het wil spr. voorko
men, dat de inwoners van de provincie
recht hebben niet te .blijven staan bij
het uiten van vragen, maar om te komen
tot het juiste weten van den werkelijken
toestand.
Verwacht had spr., dat het college op
voorstel van de bootcommissie, spontaan
was gekomen met een verklaring, een
verklaring, die wellicht veel, waarin over
dreven werd, recht zou kunnen zetten;
die de klimmende onrust over deze zaak
tot juister proporties zou hebben kunnen'
terug brengen. Nu de verklaring eigene»
beweging niet komt, meent spr. de tolk
te moeten zijn van hen, die meer licht
wenschen in deze zaak, en stelde daar
op zijn reeds gepubliceerde vragen.
Jhr Mr. J. F. Schuurbeque
Boeije. f Na een kortstondige onge
steldheid is gisteren te Den Haag over
leden in ruim 84-jarigen ouderdom, Jhr
Mr J. F. Schuurbeque Boeije, oud-presi
dent van de Arrondissements-rechtbank
te 's Graveiihage. Jean Francois Schuur
beque Boeije werd 27 Mei 1843 te Zierik
zee geboren.
Doodelijke val. Te Eecloo (B.J
is de heer D. Commerge uit Breskens
uit een raam der tweede verdieping van'
een hotel gevallen en gedood.
Herbenoemd tot burgemeester vain
Axel de heer F. Blok, en van 's Heer
Arendskerke Jhr U. E. Lew© vali Nijen-
stein.
Verkeersverbeteringen'
Door de Vrijvv. Verkeers-In'spectie in) Zea
land zijn de volgende verzoekschriften
Verzonden:
le. aata dein Minister van Waterstalat,
om heim te wijzen op den ondragelijkenj
toestand op den verkeersweg Brabant
Zeeland in den Cat herspolder onder
Woensdrecht, en hem te verzoeken hierin
provisoir, dan wel definitief zoto spoedig
mogelijk verbetering te willen brengen-
2e- aani de burgemeesters en weithou,
ders der gemeenten Nisse, Schore, Krui.
ningen en Krabbendijke, om hen te ver
zoeken de zich op de hoofdverkoerswö-
gen, door die gemeenten, bevindende
grintkuilen te laten dempen, en voor zoo
ver noodig de in voorraad te houden
grint of bazalt te laten bergen op daalt
voor aan te leggen depots boven de sloo-
ten. Deze grinthoopen leveren voor eiken
weggebruiker des avonds groot gevaar
op, daar zij op meerdere plaatsen een
halve tot een Meter op het rijvlak van den
weg liggen. Vooral na de invoering van
de lichtdempverplichting is deze toestand
nog zeer verscherpt.
'3e. aan R. en Wt_ van Goes, met het ver
zoek in hunne gemeente een .parkeerter
rein voor auto's in den zin der wet
aan te wijzen.
Zonderlinge opv oeding su
maatregelen- Dezer dagen begon te
Serooskerke (W.) het gerucht te loo-
pen dat een vrouw aldaar haar 4-jarig
zoontje zo<u mishandelen. Een door de
schrede verloren scheen en dat mo
gelijk velen tot een zegen zou gewor
den zijn, als de moeder, aan wie God haar
had toevertrouwd, haar plicht niet Ijad
verzaakt.
HOOFDSTUK XVI.
Niet lang na het huwelijk van Caro
line, werd dominee Woodley opgeroepen
tot een taak, die het hem, gegeven de
omstandigheden, heel wat aangenamer
was, te volvoeren. Ada Maxwell was her
stellende en nu genoegzaam op krachten
gekomen om dieel te nemen aan de doop
plechtigheid van haar kind. Het was ech
ter nog zoo bitter koud buiten, dat de
kleine bij haar ten huize gedoopt zou
worden, waartoe een kleine kring van
intieme kennissen genoodigd was, om hier
van getuige te zijn. Hiertoe behoorden
ook 'kapitein Butler en zijn vrouw en
kapitein Nugent en Mary. De jonge moe
der was nog te zwak pm te staan, doch
ze zat met de kleine haar evenbeeld
in 't klein, op schoot. Haar echtgenoot
stond dicht aan haar zij, en de voorganger
begon met den dienst, die allen vereen
de in het gebed, om God te danken en
Zijn zegen af te smeeken over het jonge
leven, dat Hij geschapen had. Eindelijk
kwam het oogenblik, dat de kleine ge
doopt werd het was mevrouw Ellis,
die de baby van de jonge moeder overnam,
en haar in de armen van den prediker*
legde.
'(Wordt vervolgd.)