VERKOUDEN MBommmp DE ZEEUW TWEEDE BLAD. Voor den Zondag. üe kinderen van Ben Hesed. TcA k Eerst alleen FEUILLETON, Voorde Borst. VAN I ZATERDAG 24 SEPT. 1927, No. 302. BLIJMOEDIGHEID. Verblijdt u in de hoo,p I Ram- XII:'12 a. Verblijdt u in de hoop!" ^Ziedaar een ernstige les die ons door den apostel wordt opgegeven. Als wo haar overdenken, dan treft ons tweeërleizij. kan alken dooi' vrijge maakte. harten geleerd worden; en ook door vrijgemaakte harten moet' zij nog worden geleerd. Alleen door „vrijgemaakte harten". Niet „volmaakte mienschen", maar men- -schon die hunniei zonden hebben beleden en met God veirzoeuwt zijn; die zijn „in hope zalig"; die mogen zich verblijden in dio hoop. Do anderen, dio nog vluchten voor God, die hebben ook wel hoop, maar het is stervende) hoop, geen levende-- Het is hoop. op hersenschimmen. "Uitgestelde, hoop, dio het hart krenkt- Hoop die bezwijkt in dei beproeving; hoop als een kaartenhuis, als een rietstaf, als drijfzand Er is veel „stervende hoop", veel uitge stelde hoop, voel bedrogen hoop, ook onder kerksche mcnschen- Sommigen kunnen dat een leven lang verbergen, tot op hun sterfbed on dan nóg- Maar bij sommigen barst zij. lois- Dan kómt het voor dat iemand aan oen dokter een millioen biedt voor eeh half jaar le<- vens; en wat voor leven! Jk heb een ernstig, geleerde gekend» hij. kwam ooik ter kerke; maar bij) bad geen „levende hoolp". Toen bijl den dood voelde naderen, zeido hiji tot mij: „Nu bob ik het gevoel dat ik een lieel donj- keiren tunnel in moot; stikdonker- Ha, hoe griezelig!" Maar toen onze gcioovige oude dicht ter Beoits hot einde naderbij zag komen, heef! hij. gedicht; Ik zal, al is heit eind niöt ver. Niet vreelzen Daar is voor mijl een li-cVe ster Verrezen; Een ster, die in de duisternis niet kwijnen, Maar helderst, waar het duisterst is zal schijnen- Totdat haar licht, versmelten mag In den nooit ondergaaindein Dag! Ziedaar het verschil. 1-Io.penden of ho. peloozen. Delvende of stervende hoop. Waarin staat gij? En toch en Ziellier onze tweede opmerking toch moet heit ook aan do vrijgemaakte harten nog gezegd erf ge- leerd worden; „Verblijdt u in, de hoop Daar is zooveel .jammler om u heen; deze wereld is door de zonde zulk een plaats van verschrikking geworden voor velen- Daar is zooveel overgebleven zwak heid, verzoeking, wereld s chgez i n dh'ei d zonde- Daar is nog zooveel macht van den! duivel, die weet dat hij. maar korten tijd" heeft. Dat kan .alios de hoop doen verbied, ken;-laat het niet toe! Zet uw hart wijd open voor het vriendelijk licht der hope; eri wees blijde! Laat de beloften Gods U diep in uw ziel zinken en weeist blijde! Daarom, laat da hoop bij u niet ver- hl eeken; want Hij' die u roept is getrouw Stelt u helder voor dat Hij, de „God der hope" heieit die uwe harten met- blijd schap. vervullen wil- Verblijdt u over wat Hij) beeft gedaan in helt verleden, over uw reddinfgi van hdt verderf. Laten al „uw beenderen" zeggen; „Heieire, wie is U gelijk, die den ellendige redt va,n Dien die sterker is dan hij, en den nooddruftige van zijn beraover?" 1 Verblijdt u met dankzegging- Verblijdt u over de verzadiging van de; vreugde', die! naar Gods bedoeling uw deel gaat 62.) Naar het Engelsch. -1-0 „Wie van ons is waardig,?" zeidei 'Pe trus- „Zie ik loochende den Heere, met Vervloekingen, toch gebood Hij mij voor de Kerk te' zorgen, zeggende tot mij: „Si mon, Simon, zie, de satan heiaft lüiedefh! zeer begeerd te ziften als' de tarwe, maar Ik heb voor u gebeden, dat uw geloof niet ophoud©; en gij, als gij1 eens zult bekeerd zijn, zoo versterk uwe broeders." Ik weet, dat dit woord niet alleen voor mij was, maar voor allen, die in verzoeking zijln 'gebracht boven hun krachten." En toen Ben O'bed dit hoorde, viel hij; weenende op. de knieën, en zij baden allen met herai, dat hiji nog Tehlouden mccht blijven, en zij'nei zonde, vergeven) worden. Toen hij eindelijk zich oprichtte, was de hoop. bijl hem weergekeerd. „Ziet", riep hij uit, „de Ileiere heeft mij. vergiffenis geschonken, want de last is van mijn! ziel afgewenteld. Toch moet ik henen- gaan van deze plaats, waarheen de Geest mij leiden zal." Daarop wendde hij! zich tot Anat- „Kunt gij het mij! ook vergeven?" vroeg hij) en zijn stem beefde- worden; het volle voedsel voor uw geest; het heerlijk voorwerp van uwe aanbidt ding; de heiligstei liefde van uw hart- Verblijdt u dat het heimwee uws har ten bevredigd zal worden. Gij kunt hot hier soms zoo benauwd hebben,, zoo bedroefd en beangst zijn; arm aan vertroosting, beroofd van' hoop. Dat wordt nu eeuwig en volkomen' anders. Verzadiging van vreugd-a is daar, vóór Zijn aangezicht en liefelijkheid In Zijn, rechterband- Geen oog lvoaft hot gezien, maar Hij ziet hel; nu roods; geen oor heeft het ge hoord, maar Hij v-rnaeiuit het; nu reeds'. Geen hart heeft het bedacht; maar God heeft het bereid, verblijdt U! Wat wij eenmaal wazen zullen, Blijft verborgen tot don stond Die de wondron zal onthullen 'Van hot eouwig vree verbond. Maar wij weten; als Gods Zoon Is verschenen, op Zijd troon Zullen we als do Zijnen prijken, Hem beschouwen, Ham gelijken- En omdat deze dingen zo.o zijn, ver blijdt u! LEVENSLUST. Levenslust is 'twara leven, Is het liefelijkste good, Dat de lachende aard kan geven Van. haar woelde, cm overvloed, 's Is 'geen trek deir dwaze zinnen 'tjonge leveh te bemin!reen: Levenslust is levenskracht; Levenslust is vroolijk strijden, Hopend en geduldig lijden Is een kinderlijk verblijden, Dat de'n Hemel tegenlacht- Maar om 'tloven wel te smaken Dient daar nog eon hoogcr gloed In de vrome borst to blaken Vaste, kalme stervensmoed! Wie ge.cn moed 'hoeft ami te sterven, Zal den moed tot leven derven: Steeds gaapt de afgrond aan zjjh voet- Om langs rozen mij' te leiden Om mijn leger zacht te. spreiden, Als dit minnend hart moet scheiden, Geef o God! geief mij die beiden: Levenslust >en stervenlsmoied- DE GENEI3TET- Een Rcomsch en een rcod oordeel. Naar aanleiding van het jubileum van „Patrimonium" schreef „Het Volk" een vuil artikel, waarin de haat tegen de Christelijke arbeidersbeweging' duidelijk tot uiting komt. Met miskenning' van de waarheid schreef het sócialistische orgaan: „Alle hervormingen der laatste kwart eeuw kwamen tot stand buiten den arbeid van deze mannen om. Jhr. mr de Geer, do tegenwoordige minister-president, kwam in de Kamer nog een keer frank en fier op voor het algemeen kiesrecht Van Vliet en de zijnen lieten dat aan anderen over! Talma heeft als minister eenige goedé dingen gewild, maar ook zijn werk was halfslachtig en allesbehalve doortastend. In de partijpolitiek voor de koalitie ging trouwens 'heel zijn frissche kijk op den strijd der arbeiders van weleer verloren. Toen hij op zijn best was stak hij boven „Patrimonium" uit, toen hij de macht had bevredigde hij slechts dit Verbond en wei nigen meer. „Mene, mene, tekel, Upharsin" „ge wogen, maar te licht bevonden" dit woord uit Daniël 5 is toepasselijk op het jubileerend verhond. Het is tekort gescho ten in zijn taak, heeft zich laten gebruiken door de vijanden der arbeidersklasse en heeft de Christelijke arbeiders gelaafd met preeken inplaats van zo le organiseeren voor den strijd. Deze christelijke.arbeiders zijn niet moei alle wat ze vroeger waren. Vóór oen halve eeuw waren het afgesloofde en zalvende broeders met sluike haren voor de ooren. De christelijke vakbeweging op vóór gang van de moderne heeft betere zo nen gekweekt. Maar de heele christelijke arbeidersbeweging, met „Patrimonium" vooraan, is nog een sta-in-den-wég rooi de verlossing van het proletariaat. De sociaal-demokratie en dc moderne vakbeweging kan allen omvatten, die strij den willen voor de zaak des volks. Christe lijk of niet, ze zijn welkom als strijders voor de overwinning van het proletariaat. In dezen strijd deed „Patrimonium" niets dan kwaad en het Verbond zal ook in de komende halve eeuw niets doen dan afbreuk aan de opkomst der arbeiders klasse. Dit jubileum is een jubileum van plic'ht- verzakers in den strijd van het proletari aat". Geheel anders oordeelt het R.-K. „Cen trum", waarvan Mr Aalberse de hoofd redacteur is. „Patrimonium", aldus dit orgaan, neemt in onze vaderlandsche historie der laatste halve eeuw een bizonderc plaats in. Het Verbond gaf een krachtigen steun aan de ontwikkeling der protestantsch- christelijke par tijen," indirect ook op staat kundig gebied. En wat in zijn wording en groei vooral treft en weldadig aandoet'is de geest yan samenwerking tusschen personen van al len rang en stand, welke samenwerking zooveel tot den wasdom bijdroeg. In den strijd tegen revolutie en ongo- disme wist Patrimonium pal te staan, evenals liet zich lauweren verwierf in de worsteling om betere maatschappelijke verhoudingen. Met de katholieke arbeidersbeweging kon het daardoor meermalen één lijn trek ken, en zoo werd het mogelijk den invloed der „neutrale" en socialistische organisa ties te weerstaan en ons volk te behoeden voor de dreigende gevolgen hunner over- heersching. Met waardeering wordt dan ook onzer zijds de arbeid van Patrimonium, van zijn stichters, zijn leiders en léden herdacht. En gaarne voegen wij onze gelukweii- schen bij de vele, welke het Verbond op zijn gouden jubileum ten' deel vallen". Gewone en buitengewone kruisen. Uit oen artikel van Dr Stegenga in het (Amst.) Predikbeurteublad "Mem heeft allen een kruis en de kruisen zijn onderscheiden. Er zijn van die gewone kruisen, die ieder me.nsc.li ook werkelijk kruisen vindt en iedereen heeft medelijden met u, misschien zelfs wel drie dagen lang. Zoo b.v. als de dood uw vrouw van uw zijde wegrukt of uw kindje, dat pas begon te loopen, uit zijn bedje wegsteel!. Dan doen de men- schen zelfs hun zwarte pak voor u aan en schenken u uit de volheid hunner har ten: rouwbeklag. Gij krijgt kaartjes met „p. c." welnu wat wilt ge dan meer? Dat rouwbeklag duurt soms wel drie da gen, maar als na een maand of een jaar de smart in uw nog gloeit als een vuur, als ge 't maar niet hebben kunt... dan spreekt niemand er meer over, en: gij he.bt niemand. Maar daar zijn ook buitengewone krui sen, die niemand weten mag, stil ver- 4 Juist omdat verkoudheid zich zoo onschuldig voordoet, is zij zoo gevaar lijk. Vergeten wij toch nooit, dat zij een ontsteking der slijmvliezen is en dat reeds een simpele verplaatsing dier ontsteking b.v. napr de stem banden, de bronches of naar het slijm vlies van de longen - en hoe gauw gebeurt dat niet - haar veel ernstiger maakt. Acute en chronische bronchi tis, asthma, borstbenauwdheid zijn de terecht gevreesde gevolgen van een verwaarloosde verkoudheid. Maak de genezing niet moeilijker en duurder door met de juiste behandeling te wachten. Begin bij het begin en verzorg een eenvoudige verkoudheid dadelijk met de versterkende, onschadelijke, maar krachtig slijtnoplossende A MfSfFEt 'S Per koker: f 1.50, f2.75, f4.50 borgen zwoegt men er onder, want do menschen zouden housch hoos worden, als zij uw kruis konden of no.g erger or zich vroolijk over maken. Men hooft het kruis dor jongen: de bit tere strijd om rein te leven, ze kunnen 't niet altijd en durven 'tniet zegigen. Stel u voor, zoo iets onfatsoenlijksZe hebben niemand. En men heeft een kruis der ouden, die als die Jan Jansen van Nicolaas Roets, zitten met een kleinkind op de knie; en dan zegt de kleine dreumes: Weet u. wel, grootvader, wat tante gister tegen moedor zei: ,,'t Was beter als u een ka mertje kreeg onder het groene gras." Daar is een kruis der eenzamen, op hun kamertje: Waarvoor loven: ze nog? Alleen collectanten en belastingambtena ren ontdekken waar ze wonen. Een kijkje bij de opening van de Kamers der Staten- Generaal. Zooals bekend was dit jaar voor de eerste maal Prinses Juliana aanwezig bij het lezen der Troonrede. Het meisje zweeg, doch slechts één ocigenblik. Z.ij stond op van haar zitplaats en strekte, haar hand naar den jongen man uit. „Ik vergeef het u", zeide zij. lang zaam, „daar ik weet, dait heit Zij'n wil is, dat ik u vergiffenife schenk." Ben O'bed kuste nederig de. uitgestrekte hand; daarop verliet hij hen en ging, waarheen de-Geest hem zou leiden, en niemand van hen zag zijn gelaat op. aar de weer. Doch na vele jaren hooide Jo hannes van eenen, die Christus predikte, te midden der slaven van Alexandrië, vele smaadheden, lijdende om Jezus' wil, en eindelijk bij oen igeeseling zijln leven laten de- De naam van dezen man was Bom Obed; zoo zeide. de pelgrim, die het me dedeelde. HOOFDSTUK XXX- Een kris tall en fl eis ch. „De. lastdieren zijn w-eg; maar ik bekom mer er mij) niet .om." „Eenigo jaren geleden zoudt ge daar an ders over gedacht hebben.". En de spre ker lachte. „Oef, ik ben koud", vervolgde, hij, terwijl hij bukte, om he.t vuur op te stoken; „wij hadden beter gedaan, voor zonsondergang terug tei komen; er. is hier geen brandstof. Do oudere man haalde onverschillig des schouders op, en warmde zijn handen boven het uitdoovende vuur. Doch hij zeido niets; na .een poos s.prak zijn metge zel weer, alsof hij bat woord tot zichzelf richtte; „Do Heere zal zeggen: „Eén armer dan ik heieft de. lastdieren noodi-g; daarom heeft hij ze -genomen- Ik wenschte1, dat hij het mij. gevraagd had, dan zou ik hem vrijelijk gegeven hebben; maar als hij! het noodig heeft, is dit in zichzelf al vol doende verontschuldiging voor de- daad. „Welzeker," viel de ander hem bits in de redei, „en door deze daad van een' tot ouderdom vervallen dwaas wordt de stam met den dag armeir- Ik, Bien Kish zeig het- Welke erfenis zullen mijn zomen) hebben, dat dei moeite waard is om te be zitten, als dez-e1 dingen voortduren?" „Een oude dwaas, noemt ge hem? En wat zegt. Ben Abu er van, die als hoofd man zal opvolgen, wanneer de oude man! tot zijn vaderen zal zijn teruggekeerd-" „Hem kan ik niet dulden," antwoordde Ben Kish wrevelig- „Hij. hamert voortdu rend op hetzelfde aanbeeld. Doe dit, om dat de Nazaren-eir het bevolen he'eft- Ver mijd dat. omdat de Nazarener verklaard heeft, dat het verkeerd is. Wat bekommer ik mij om den vermoorden Nazarener of Zijn gezegden? Bovendien geloof ik de ver halen niet, die ze van Hem vertellen; nie-< mand gelooft ze in geheel Judea, behalve De Ministers van Staat be geven zich in vol ornaat naar hunne plaatsen om tegen woordig te zijn bij de openiDg der Kamers. zij-, die arm zijn en er niets bij te verliezen hebben. Ik vroeg betreffende dezie dingen, toen ik naar Jerusalem ging, aan een voor namen Rabbi, dien ik in den tempel zag. Ik- had mijn geloften gedaan, en mijn of ferande gebracht volgens de wet, en' ik hoorde den man tot, het volk spreken ove'r deze nieuwe leerstellingen van den Naza rener. „Godslasterend", noemde hij zef „•een sluw plan van den Satan, om de dwazen des harten te verleiden, en bo ven alles in tegenspraak met de wet van Mozes". Bovendien wordt er met hen, die deze onwettige stellingen in Jerusa lem verkondigen, korte metten gemaakt." „Zeide hij dat waarlijk?" riep de andere man uit, die Simeon genaamd was. „Dus is het iets anders dan de daad van een ouden dwaas, zooals onze geëerbiedigde meester doet; de duivel heeft er de hand in." „Luister," zeide Ben Kish, zich lot zijn metgezel overbuïgende- „Ik zal u zeggen, wat hij daarna met mijl besprak. „Zweer mij, dat ge het niet verder zult vertellen." „Bij den Tempel!" riep Simeon dadelijk uil. B:en Ki'sh keek achter zich, toen naar beide zijden, alsof hij vreesde-, dat iemand zich dicht, bij- hen verscholen had. De groote vreeslijn scheen eenzaam en ver laten. zooals zij zich uitstrekte onder Daar is een kruis van fatsoenlijke ver borgen armoede, en als ge oplet, kunt get zien dat zij, die het. dragen, 's avonds het brood opzoeken, heimelijk, dat da openbare armoede, die 't om geld voor je never te doen was, heeft weggegooid. Daar is een kruis der rijken: Eenzaam zijn zij op de wereld, immers, wie heeft hen lief, doen hun vrienden 't niet om 'tgeld? 0, dio verborgen kruisen! De vliegtocht naar Indië. In „Het Vliegveld" geeft Plesman een beeld der vele moeilijkheden die Scholte en Geysendorffer bij hun tocht naar Indië hadden te overwinnen. Wij ontleenen daaraan het volgende: „De terreinen hebben onze vliegtuig bestuurders de angstigste oogenblikken van hun leven bezorgd. In Calcutta was het terrein zeer zacht en omgeven door hooge hoornen. Slechts met de grootste moeite kon men liet toestel van den grond los krijgen en over de hoornen heen lood sen. In Aleppo drong het roode zand van het terrein in de wielassen en vrat een hoelo bronzen lagerbus weg,- zoodat 't wiel er bij bengelde en in Gonstantinopel op één wiel moest worden geland. In Sengore was het terrein zóó slecht, dat men bij de landing opeens vast liep in het zand, gelukkig ech ter zonder dat het toestel op zijn neus ging staan. Bij het vertrek uit Sengaro kwam het vliegtuig juist op den rand van het terrein wederom in het zachte gedeelte; daarach ter bevond zich een heuveltje met boomen. Geysendorffer trok het toestel met allo macht op, het botste over den heuvelrand, de schroef maaide de takken af, die den vliegers om de ooren vlogen en het toestel kwam los, maar het staartvlak had in de hoornen gegrepen en de stalen stijlen wa ren verbogen. Daardoor was het evenwicht van 't vliegtuig verstoord en moest Weber in al lerijl alle koffers achter uit de kajuit naar voren sleepen en moesten ook de passa giers zooveel mogelijk voor in de kajuit gaan zitten. Zoo, met veel moeite bereikte men Singa pore waar de hoogste vliegkunst yereischt werd om het toestel behouden aan den grond le brengen. Weber nam de gebogen stijlen mee naar een Engelsche scheepswerf, welke een noodreparatie uitvoerde. Ook dezen nacht kwam hij niet tot rust. In Singapore stond men op een voetbalveld. Vertrekken met volle lading van deze kleine lap gronds was uitgesloten. Dus liet men benzine uit en men bracht bagage en onderdeelen aan boord van een stoomschip met bestemming naar Batavia, en vertrok op hoop van ze gen. Het gelukte -maar in Muntok moest men landen om benzine en olie bij te vul len. Gelukkig bevond de olie, welke indertijd voor Van der Hoop was bestemd, zich nog op het terrein. De olie-storingen, welke door de hoogere temperatuur optraden, hebben onze vlie gers angstige oogenblikken bezorgd, wan neer opeens de olie uit de uitlaat sloeg, de bougies vet werden en de ontploffingen, van de cylinders begonnen te haperen. Welk een reusachtigen invloed deze hitte had, moge ook daaruit blijken, dat er bellen ontstonden in de alcohol van het aperiodisch compas, met dat gevolg, dat het aflezen van het compas moeilijkheden opleverde. Toch moest op dit compas gevlogen worden, want bij den terugtocht qntmoette men zulke ontzaglijke regens, dat men vloog als in een watergordijn en elke oriëntatie onmogelijk bleek. Boven volkomen onbekend terrein in een zondvloed moesten de vliegers zich door hun compas laten leiden. Ieder, die auto rijdt, weet hoe moeilijk het sturen wordt, wanneer het lijkt, of iemand een tuinspuit op de voorruit heeft gericht. Hier was het of er tien tuinspui- ten tegelijk aan alle kanten water gaven en door deze zee van vocht koerste het toestel met den wind in den rug met snelheden van 210 K.M. per uur. Geen wonder dan ook, dat de vliegterrei nen in Bangkok, alsook in Calcutta, vol komen blank stonden en de H-NADP bij zijn landing hooge moddergolven op wierp". del schitterende sterren; de nachtwind huilde onheilspellend in de bladeren der alleenstaande boomen; de neergehurkte» kameel-en staarden slaperig in 'tvuur en1 herkauwden tevreden hun voedsel. „Ik heb een .gevoel, of er iemand nabij! is, em luistert," zeide hiji rillende, terwijl hiji een handvol spaanders op het üitdoiovand© vuur wierp. Do andere man lachte, doch' rilde ook, „Dat gevoel heib Ik altijd 's nachts in da woestijn,' 'zeide hij. „Misschien komt het door do sterren, die als .groote oogeni uit. den hemel neerzien; of door den wind dia een -gieluid maakt als weeklagen van oen vrouw om haar dood kind. Maar wat he-bt ge mij te vertellen?" „Hebt ge gezworen?" „Ik heb gezworen en "bij den Tem pel; wat wilt ge meier." „Ik sprak met hem' over onzen mees ter," zeiden Ben Kish, „dat hij naar Jerusalem is gekomen en daar in aatorar king kwam met mannen, -die hem van den; Nazarener vertelden en dat hij sedert dien tijd ons voortdurend vermaant en tot ons predikt van den Man; heim den Messias, den Heilige1 -en Rechtvaardig© noemt, voor speld door de Profeten en door Mozes- (W-ordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1927 | | pagina 5