Het Vrouwen-boekje.
Het Zeeuwsche boekje.
Voor de Jeugd.
ding finaal kwijt. Toen wisten zijl het
verlossende woord niet te spreken en
moesten zij het aanzien, hoe d 01 o r hun
toedoen de ■Communisten hunne godde-
looze practijken konden toepassen.
De rust is thans, dank zij' het kracht
tig "optreden van de Reigeering weer her-
steld, maar daarmee zijn de' verwoestingen
nlïet ongedaan gemaakt en de dooden
niet weer in 't leven teruggeroepen. Het is
een zware bloedschuld, die de Socialisten
op zich hebben geladen.
In onze Indien hebben de Com
munisten weer een poging gedaan om
onrast te stoken en onregelmatigheden uit
te lokken. Gelukkig echter werd de op
stand in de kiem gesmoord en bleef
Java voor ernstige ongeregeldheden be
waard.
Rjoemenifë staat thans aan de
doodsbaar van Koning Ferdinand, die na
een lang lijden eindelijk bezweken is.
De vrees dat zijn sterven het sein zou
zijn voor de aanhangers van den vroege,
ren troonopvolger om zich met geweld
van het bewind meester te maken, is
tot nu too ijdel gebleken, wat als een
groot voorrecht mag worden beschouwd.
Want 'tis nog altijd onrustig op den
Balkan. Het smeult overal en een betrek
kelijk kleine vlam kan ook hier groot©
verwoestingen aanrichten.
Trouwens niet alleen op den Balkan,
is het onrustig. De R, u s s i s c h e reu
(g'eering kan zich nog alleen door een
uiterst gewelddadig optreden op de been
honden. D© doodvonnissen zijln daar aan
do orde van den dag. Het burgerbloed
wordt bij stroomen vergoten. En er is
niemand die kan zeggen, wat voor dit
zwaar beproefde land dei toekomst zal
brengen.
In ons land was het met name het
ontzettend auto-ongeluk te Diever, hetwelk
da algemeen© aandacht trok en op velen
een diepen indruk maakte. Ook deze
droeve gebeurtenis leert ons weer op-
njteiuw dat het leven een damp is en
dat de dood ieder uur wenkt.
Voor Zeeland was van beteekenis
de algemeens vergadering on de tentoon,
stelling van de Z. L- M- Er moest ook
in verband met dei vele regens van de
laatste weken geklaagd worden over den
ongunst der tijden, maar tegelijkertijd bleek
dat de activiteit bij onze landbouwende
bevolking nog volstrekt niet gedoofd is.
En dat is een verblijdend verschijnsel.
Wamt nog altijd blijft het waar, van God
de zegen, maar van ons de arbeid.
Onze dienstboden.
Over dit altijd weer belangrijke onder
werp lezen wij in het maandblad van de
Nederlandsche vereeniging van Huisvrou
wen:
„Waarom mag in heel veel betrekkin
gen het meisje 's avonds niet in haar eigen
kamertje zitten, maar stelt mevrouw het
als een eisch, dat ze haar avonduren in
de keuken zal doorbrengen? Waarom
wordt het „meidenkamertje" veelal ge
bruikt als een soort gasthuis voor meube
len, die nergens in huis meer gebruikt
worden, en waarom worden daar menig
maal de wanden gehangen versierd,
zegt mevrouw met oude platen, die
niemand meer aankijkt? Bedenk, mevrouw
dat het niet anders dan u en uw gezin
ten goede kan komen, wanneer uw dienst
meisje zich in uw huis waarlijk „thuis"
gevoelt, doch hoe zal ze dat kunnen in
een omgeving, die haar niets eigens biedt?
Slacht u heusch. .dat het prettig voor
haar was, ook 's avonds nog te zitten te
midden van alle werkmateriaal, waarmee
ze den .geheelen dag reeds heeft omge
gaan? Is zij, om welke redenen dan ook,
niet als huisgenoote in uw gezin opge
nomen, d.w.z. gebruikt ze haar maaltijden
afzonderlijk en heeft ze dus op die manier
een soort eigen leven, laat dan uwerzijds
niets ongedaan om dat leven prettig en
aangenaam te maken. Misschien heeft ze
De Landbouwdag en
te M i d d 1 b u rg.
Met goedvinden van Luctor legt de Re
dactie voor dezen keer beslag op deze
rubriek, om daarin iets te vertellen van
jfle land bouwdagen in en bijl Middelburg
gehouden.
Met opzet schrijven wij in en b ij Mid
delburg. De Hoofdbestuurs- en algemeen©
vergadering der Z.L.M. met het resp. daar
aan verbonden souper en diner werden
wel in de Zeeuwsche hoofdstad gehouden,
maar liet terrein der tentoonstelling is op
het gebied van Koudekerke gelegen.
'tWas wel jammer, dat men in de om
geving van Middelburg blijkbaar niet de
beschikking had over een groot terrein
voor een doel als dit. De expositie was
nu over diverse weiden verdeeld, wat aan
d© overzichtelijkheid van het geheel niet
ten goede kwam.
We zullen maar beginnen met de ten
toonstelling en daarover ©enige opmerkin-
gen maken. Wij hoorden eenige bezoekers
en bezoeksters zich uitlaten in dezen zin,
dat de tentoonstelling van 1921 op het
vliegveld te Vlissingen, ook door H. M.
de Koningin bezocht, toch eigenlijk veel
mooier was dan nu. Toen was er dit en
dat te zien, wat nu ontbrak.
Maar zij, die zoo redeneeren, vergeten,
dat deze tentoonstelling er eenig en al
leen een is van den kring Walche
ren der Z- L. M. Zij trachtte, zooals
toch duidelijk in het programma stond
aangegeven, een idee te geven, van wat
land- en tuinbouw en veeteelt op Wal
cheren, en daar alleen, prestoeren. Men
geen smaak, misschien zelfs geen lust om
haar kamertje wat gezellig te maken, maar
met een beetje goeden wil van uw kant is
dat wel te veranderen. Laat ze eir ieen
vriendin mogen ontvangen, zelf thee zet
ten, geef haar op die manier het gevoel,
in haar eigen vertrekje „thuis' 'te mogen
zijn en 14 zult daardoor meewerken om
haar van vee} straatgeslenter, en wellicht
nog van erger, daaruit voortvloeiende din
gen, terug te houden. Is het niet een
algemeen bekend feit, dat menig meisje
de straat opgaat, omdat het thuis, in dit
geval in haar betrekking, zoo ongezellig
i,s? En wanneer je jde groote, holle keu
kens ziet in menig oudorwetsch huis, of
de kleinere in de moderne woningen, die
ontzettend volgepropt staan met allerlei
dingen, waarvoor men ergens anders in
huis geen bergplaats kon vinden, is< dat
wel eenigszins te begrijpen. Wie echter
een knus, klein kamertje ter harer be
schikking heeft, het gezellig inricht met
eigen dingen, desnoods zelf eens een kus
sen of kleedje of lampekap ervoor maakt.
£al zich weldra thuis gaan voelen en er
graag na volbrachten arbeid haar vrije
uren doorbrengen.
We kunnen zoo vaak elkaar het leven
veraangenamen op een manier, die oms
heel "weinig moeite kost, maar anderen
groote vreugde verschaft, en wanneer we
ons van weerszijden ernstig daarop toeleg
gen, zaf tie bestaande toestand heel wat
verbeteren en zullen we elkaar niet alleen
beter leeren kennen, doch ook beter loeren
waardeeren.
Eenige recepten.
B an an e n-s 11 e e u wp u d di n g. Ge
hebt noodig 6 groote bananen, 120 gram
(dus 1.2 ons) rijst, 71/2 d.L. of 3/i L. melk
en '15 gr. gelatine, verder 45 gram (bijna
een half ons) suiker en twee eiwitten.
De rijst wordt met de melk gaar ge
kookt waarhij we ruim 1 d.L. melk apart
houden. Drie bananen worden intusschen
van de schil ontdaan en met suiker fijn
gemaakt. Als de rijst gaar is, wordt dit
mengsel er doorheen .geroerd. Het restje
melk wordt opgewarmd en de roze gela
tine, er in opgelost, waarbij we zorgen,
dat de melk vooral niet tot het kookpunt
komt. De eiwitten worden stijf geklopt en
wanneer de rijst bijna koud is, er door-
tteon geroerd. Tenslotte wordt de gelatine
door de massa geroerd en het schoteltje
opgediend, versierd met de schijfjes ba
naan die in een weinig water mot suiker
zijn gaar gekookt.
Een klein lekker koekje. Ander
half ons .boter en drie eierdooiers, vier
eetlepels suiker, een half theelepeltje ka
neel en 125 gram bloem. Om smake
lijke zandkoekjes te bakken wordt dit sa
men tot een glad deeg gekneed, dat men
daarna op rijksdaalderdiktc uitrolt. Met
een likeurglaasje steekt men er koekjes
uit, geeft ze desgewenscht een gegolfd
of gekarteld randje en bakt ze in een
heeten oven goudgeel.
Con serveeren van eieren. Hier
volgen eenige bijzonderheden omtrent het
„inmaken" van eieren, een werkje, dat in
zomertijd (liefst in Augustus) moet ge
schieden.
(De methode, die men bij het conser-
veeren van eieren moet toepassen, is:
liet afsluiten van de schaal. Allerlei me
thoden zijn ingebruik, o.a. goed schoon
maken van de schaal en bedekken met
een impermeabele laag, b.v. collodium.
Leggen van de eieren in kalkwater.
(kalkeieren.)
(Men neemt hiervoor 200 gr. gebluschte
kalk op 1 liter water.
Leggen van de eieren in een oplossing
van waterglas (1 deel vloeibaar waterglas
en 9 deelen water).
In al deze gevallen moet de tempe
ratuur zoo laag. mogelijK worden gehouden
De kalkeieren hebben een zeer dunne
broze schaal. Zij kunnen m den rege]
niet in de schaal gekookt worden. Bij
waterglas-eieren is dit in mindere mate
liet geval.
moet haar dan ook niet vergelijken met
die van 1921, maar met die van 1912.
In 1921 zanden, om maar iets te noe
men, de paardenfokkers uit geheel Zee-
Jand, ook de wereldbekende uit Zeeuwsch-
Vlaainderen, hun paarden naar de tentoon
stelling. Thans waren alleen de paarden
uit Walcheren, geëxposeerd. En zoo was
liet in alle afdeelingen. Natuurlijk waren
er firma's buiten Walcheren, die een stand
hadden ingenomen voor hun chilisalpeter,
landbouw werktuigen, broeiramen, enz.,
maar stands als deze staan natuurlijk bui
ten de eigenlijke tentoonstelling om. De
paarden, het rundvee, de varkens, geiten,
schapén, het pluimvee, enz. was uitslui
tend door Walchenaars ingezonden.
Is er nu vooruitgang te bespeuren sei-
dert 1912? Wii meenen deze vraag, op
gezag van tal van tot oordeelen bevoegde
personen, die wij hiernaar vroegen, beves
tigend te mogen beantwoorden. Er is
groote vooruitgang waar te nemen.
Zeker, over 't algemeen is de oudere, ras
echte Walchersche boer 'n tikje conserva
tiever dan b.v. zijn Zuid-Bevelandsch© col
lega, in dien zin, dat hij niet zoo spoedig er
toe overgaat, nieuwe, eenigszins dure ma
chines voor zijn bedrijf aan te schaf
fen. Dit komt misschien ook wel hier
door, dat men op Walcheren het groot
bedrijf niet in die male als in andere
deelen van onze provincie kent.
'Maar het organisatiewezen mag er op
Walcheren zijn. Staan daar niet te Mid
delburg de grootsche gebouwen der Coüp.
Aankoopveireeniging „Eiland Walcheren"
ein der Coöp. Zuivelfabriek? Mogen de
boerenleenbanken niet bogen op ©en
bloeiend bestaan? Kent menig dorp niet
zijn hengsten-, stieren- en geiitenvereemi-
ging en varkensfonds? J,
Enkele wenken.
Middel tegen insectenbeten.
Men strijke zoo spoedig mogelijk op de
gebeten plek een 1pCt. oplossing van
salicyl-zuur in brandspiritus. Wal zeggen
wil, dat meni 1 a 2 gram salicylzuur dient
op te lossen in 100 gram brandspiritus.
De flcscli na gebruik .altijd direct sluiten!
Schoonmaken van witte vach-
t e n. Als de vacht inderdaad echt is, mag
men er niet met water aankomen, omdat
de huid daardoor hard en stug zou wor
den. Dergelijke vachten moet men schoon
wrijven met warme zemelen, warm zand,
benzine (voorzichtig!) of tetra.
Geldt het namaak-vachten, dan kan men
die, met veering en al, in een lauw, warm
zeepsop uitwasschen, naspoelen in koud
water. De vacht kan, kletsnat, in den
wind gehangen worden 0111 te drogen.
Beste Jongens en Meisjes.
In bijna elk briefje wat ik kreeg, stond
dit keer iets over de vacantie.
Jullie zullen het misschien niet kunnen
gelooven, maar er was niemand die
schreef dat hij of zij 't zoo naar vond dat
de schooldeur voor zoo langen tijd geslo
ten bleef. Neen, allemaal waren jullie even
blij, en dat mag ook wel. Wanneer we een
heel jaar lang goed ons best gedaan heb
ben, is 't heerlijk eens vrij te zijn, de reken
en jaartallenboekjes naar de kast te ver
huizen en prettig te spelen.
Ook zijn er verscheidene neefjes en
nichtjes die uitgaan. Voor lien die thuis
blijven, heb ik een vacantiewerkje bedacht.
De anderen mogen natuurlijk ook wel mee
doen, maar zullen misschien geen lijd heb
ben. Jullie moeten dan maar eens een
versje over de vacantie maken van acht
regels, 't Hoeft juist geen acht te zijn, 't
mag ook korter maar niet langer. Ik zal
ze dan goed doorlezen en het mooiste de
volgende week in de krant laten zetten, na
tuurlijk met den naam er bij. Nu allen
maar flink aan 't werk. Je kan het des
noods doen, als je aan 't wandelen bent, of
als je b.v. eens even uit zit te rusten van
de bessenpluk. Ik ben benieuwd hoeveel
dichters en dichteressen er in onze familie
zijn. Zelf zal ik 't ook probeeren, maar dat
zal er waarschijnlijk wel niet in komen.
Zooals jullie weten zijn het dit keer weer
prijsraadsels.
Nu de briefjes. Het eerst zijn aan de
beurt „De twee zusjes" uit Oudelande.
Oud elan de. „De twee zusjes". Fijn
hè, dat jullie nu vacantie hebben. Zijn
jullie al verhuisd of is 't niet doorgegaan,
't Is altijd een lieele drukte. „Pareltje".
Regent liet daar .bij jullie ook zoo, hier
was het den heelen dag weer mis.
KI 0© tin ge. „Vergeet me nietje". Jij
zou zeker ook wel graag mee willen, of
ga je toch ook op reis. Alles tegelijk kan
natuurlijk niet. „Jan de Lapper". Ook
overgegaan? Dan wel gefeliciteerd hoar.
Je hebt de vacantie dus wel verdiend,
moet je nu ook nog huiswerk maken?
Ierseke. „Bijna Vergeten". Ja hoor,
je raadsels waren in orde, maar je moet
niet „Mijnheer" boven het briefje zetten.
Een „mijnheer" kan toch geen tante zijn.
„Brandneusje". Je hebt nu zeker wel gras
genoeg voor de konijntjes. En wat eten
ze nog meer? Ik heb er niet veel ver
stand van.
Koudekerke. „M. Har. Tromp" en
„De Ruijter". Dit keer moeten jullie ook
weer aan den slag. Maar 't gaat er ge
lukkig nogal vredig toe. „J. R." Jou heb
ik al een paar keer gemist. Ik weet niet
of de letters juist zijn. Het was een beetje
onduidelijk geschreven. „Struisvogel". 'Ik
denk, dat jij dit keer het briefje geschre
ven had. Als 't niet zoo is, kom je het
mij maar eens vertellen. Ja, ik houd ook
veel van bloemen, 't Is altijd zoo gezel-
Lig hé? „Vilota". Wat was dat een aar
dige teekening, zoo kunnen ze samen
Zeker, er loopem ook op Walcheren
conservatieve typen rond waar vindt
men ze niet? die het beter meenen te
wieten dan de deskundig© adviseurs en
de organisatieleiders. Zij, storen zich aan
niets ©11 blijven de methode van vader
en grootvader volgen. Maar de groote
meerderheid der Walchersche boeren ziet
toch wel in, dat men door zóó te han
delen. niemand anders dan zichzelf bena
deelt en dat ook bij de land- en tuin
bouwers ©endraclit macht maakt. Vooral
onder d© jongere boeren, zelfs ook hier
en daar (hoewel nog te weinig) onder de
boerendochters is de organisatiezin sterk
aan het ontwikkelen. Aangenaam doet het
aan, zoo'n flinke, jonge boer, met idealen
voor zijn bedrijf en beroep vervuld, te
ontmoeten en hem te hooren vertellen van
nieuwe successen behaald of te verwach
ten langs den weg der organisatie.
Nog eens, de Walchersche land- en tuin
bouw en veeteelt mogen groeten vooruit
gang boeken. De tentoonstelling van 21 Juli
1927 heeft het bewezen. Natuurlijk doet
men er b.v. niet in 't groot aan de fok
kerij der zware .paarden van het Bel
gisch type, zooals in Zeeuwsch-Vlaande-
ren, want men moet ook rekenen met de
hoedanigheid van den grond en den aard
der Walchersche bedrijven.
Maar toch boorden we iemand, die op
't gebied der paardenfokkerij wel van een
en ander afweet, verzekeren, dat het ge
halte der tentoongestelde paarden van nu
veel beter is dan dat op de vorige ten
toonstelling. De vereeniging Hippos mag
succes pp haar werk zien.
Ook het rundvee mag er zijn. Er zijn wel
districten in onze provincie, waarin daar
aan minder aandacht wordt geschonken.
Nu zullen wc niet iedere afdeeling be-
wel verre reizen maken. Ik zal haar heel
goed bewaren hoor!
Oostkapelle. „W. L." Leuk, als je
er mij ook nog een stuurt. Wat trof dat
slecht, dat het Donderdag zoo regende,
ben je toch naar M. geweest? Ja, gilles
tegelijk is wel wat erg veel. Het was een
lange brief. „Klaverbloem". Vind je het
niet jammer, dat jullie al vveer zoo gauw
naar school moeten? In veel plaatsen, is
de vacantie dan pas begonnen. „Scliuil-
vink". Heb jij ook veel bessen geplukt,
of ben je soms uit geweest? Jullie zul
len wel fijn samen gespeeld hebben.
K ape lie. „Breistertje". Weet jij ook
waar Sneeuwwitje is of moet die veel
buiten spelen nu 't zomer is? Van den
winter zal 't wel weer beter gaan. „Rood
borstje". Je vacantie schiet al aardig op
hè? Is de tocht naar VI. nog doorgegaan?
't Is altijd wel gezellig, samen een
dagje uit. „Patrijs". Jou moet ik voor-
loopig dus missen, het spijt mij ook hoor.
Misschien dat je over een poosje weer
meer tijd hebt.
Cats. „Rival". Jij bent nog steeds de
eenigste in C. Ben je thuis ook de eenig-
ste of heb je nog meer broertjes en
zusjes?
Ellewoutsdijk. „Roodhuid". Ik
dacht, dat je den prijs niet mooi vond.
Je schroef nooit meer. Dat was niets
prettig.
Wis s e kerke. „Boerinnetje". 'Je hebt
gelijk hoor, er was een foutje in gekomen.
Ik heb zeker een beetje gedroomd want
ik had het nog nageraden.
K ruining en. „De kleine landman".
Is jullie vacantie ook al gauw om, je hebt,
't denk ik wel druk .gehad. Het blijft
maar regenen, hé? „Amice". Heb ik dat
goed gelezen dat je geslaagd bent voor
de .H. B. S. Je zou dan mooi het briefje
zelf kunnen brengen. En wanneer be
ginnen de lessen? „Het Bloemenmeisje".
Ook vacantieplannen of zal er niet veel
van komen. Met die regen heb je weer
tijd voor de raadsels. Van buiten spelen
komt dan niet veel. „Fiona's kind". Het
is .nog niet erg warm geweest hè? Voor
zieken is dit wel prettig, want die kunnen
er als ze den heelen dag in bed moeten
zijn, veel last van hebben.
Heinkenszand. „Kazan". Je hebt
nu wel gelegenheid om met de nieuwe
tram eens een tochtje te maken. Of ga
je een verdere reis maken?
Middelburg. „"Wildzang". "Nu heb
ik al je raadsels gebruikt, er is er niet
één meer. Waar ga je naar toe? Staan
er deze maand ook weer van die moei
lijke raadsels in dat blad? „Scharrelaar".
Denk er om, je moet ook weer aan het
werk. Wat beginnen de dagen al weer
korter te worden.
C o 1 ij n s.pl a at„Zonnezus". Welbe-
dankt voor die kaart hoor, ik vond hem
prachtig, 't Leek wel een tooverplaat, er
kwam geen eind aan. „A. V." Prettig, dat
jij' nu een briefje voor haar geschreven
hebt. Ik vond het heel best. Hoe lang
blijft „Z." nog weg? Dit zijn weer prijs
raadsels.
Oost -Souburg. „C. W." Het is wel
eens lastig voor iedereen een briefje te
bedenken, vooral wanneer ik er een krijg
waar niet veel in staat.
St. Laurens- „Meidoom". Je had
vergeten je naam er bij te zetten, maair
zoo is 'ttoch goed? Natuurlijk mag dat,
het was best in orde zoo'.
Wolphaartsdij'k. „Zilverpeertje'."
Jij! had 'tniet mis en VaJata had het
niet mis., wie 'twel mis had, dat was ik.
Lees maar wat ik aan „Boerinnetje"
schreef. „Leeuwtje". Het zomersche weer
is een groote concurrent van mij', in den
winter heb ik trouwer bondgenoot. Maar
daarom vind ik den zomer toch erg
prettig.
K r ab b 0 n d ij k e. „Dahlia". Je had er
niet bijgezet wat dat spreekwoord was,
cm ik moet je eerlijk zeggen, ik heb. 'took
nieit kunnen vinden. Zijn jullie leuk uit
geweest? „Fazant". Ja, ik ben er ook
spreken. Dat past beter in een vakblad.
Maar dit mag gezegd, dat deze tentoonstel
ling in haar geheel voor Walcheren een
groot succes is geweest. Voor menigeen,
die van Walcheren misschien geen al te
hoogen dunk had, is ze een openbaring
geweest. Hulde aan de organisators, die
het zoover hebben weten te brengen.
Natuurlijk is het de tijd nog niet, om op
de behaalde lauweren te gaan rusten.
Doch dit zullen de bekwame leiders in
de organisaties en de diverse consulenten
den Wal dienaren wel aan 't verstand we
ten te brengen. Stilstand zou ook hier
achteruitgang beteekenen. Daarom excel
sior!
De tuinbouw is op Walcheren blijkbaar
de kinderschoenen nog niet ontwassen.
Zooals de voorzitter der Z.L.M. in zijn
rede ter algemeene vergadering aantoonde',
zal het ook in Walcheren steeds meer gaan
en moeten gaan in de richting van meer
tuinbouw. Doch dere maakt nu nog maar
al te veel de crisis der jeugd door. In
samenwerking evenwel met den rijfcstuin-
bouwconsulent en den directeur der vei-
lingsvereeniging en in den weg van krach
tige organisatie zal men ongetwijfeld voor
uitgang mogen boeken. Vooral hier kan
deskundige leiding en intensieve studio
niet worden gemist.
Met onze beste wenschen voor het
mooie eiland Walcheren met zijln arbeid
zame, degelijke bevolking, onze hartelijke
gelukwenschen aan hen, wier namen in
de lijst der bekroningen een plaats kre
gen en onzen vriendeJijfcen dank aan liet
tentoonstdlingsbestuur voor de gastvrij©
ontvangst van de pers, eindigen we dit
opstel.
I 1 i - 11 1
eens geweest, maar 'tis al lang geleden.
Nu is 'ter veel grooter en' ook veel
drukker. Zijn do roode al geplukt?
„Kruidje roer me niet". Weineen, dat
waren toch geen prijsraadsels, dus him
dert 't niets. Is do zoo lang verwachte
vacantie eindelijk begonnen? „Sleutel,
bloempje". Kreeg je geen zin om mee te
gaan vliegen? Ja, olifanten kunnen meesit
al heel wat kunstjes. Jei hebt zeker wel
genoten met die boottocht? „Kamperfoe.
lie" en „Madeliefje". Jullie maken ze,
ker o oir wel een versje? Er wordt in
dozen tijd bij'na nergens anders over g'eu
praat en geschreven ook; 'tis alles val-
vantie.
G o 0 s. „Zilverblad". Neen, de niet
prijsraadsels moeten niet ingestuurd,
maar als je 't wel doet is 't ook goed.
Je had een groot vel, maar 'twas een
kort briefje. „Leesgraag". De tijd begint
pu op to schieten hé? Ik ben er ook
wol eens een weekje geweest. Je zult
liet er best naar je zin hebben, 'tls te
hopen dat 'tmooi weer is. „BoschviooL-
tje". Ik heb wel ciens een lieele week
op een boerderij gelogeerd. Dat was wat
fijn hoorl Moet je later organist©1 worden?
Je doet zeker wel goed je best? „Erica".
Toch nog tijd gehad om een briefje te
schrijven, je geeft het ook niet gauw
op. Niets geen prettig weer hé en toch
hebben wij er nog 't minste last van, voor
'tland is 'tveel ergcir. „Anemoontje". Ik
donk dat jij maar liever naar school
gaat. Of heb ik 't mis 'gedacht? Je speelt
nu zeker wel veel met je vriendinnetjes.
„Leergraag". Eigenlijk zou ik je naam
nu maar een poosje moeiten veranderen in
„Speelgraag", vind je ook niet? Want
nu komt er niet veel van leeren, veel
plezier hoor. „Henlri Ford". Ga jij ook
uit? Vertel me eiens waar je> naar toe
gaat. Je moest je naamgenoot maar eens
op gaan zoeken. Of is dat wat te ver?
„Gladiolus". Ja, hot is echt weer 0111
verkouden te worden. Dat zou fijn zijn
als je naar R,". mocht- Als ik heel goed
oppas mag ik ook op reis. 'k Zal dus maar
goed mijn best doen. „Talbot". Wat een
werk zal dat geweest zijn, met die twee
kleuren. Ik zou er geien geduld voor hobu
ben. Toch stond het wel leuk.
'sH. II. kinderen. „Lerngeim". Nog
een overgamgcrOok gefeliciteerd hoor!
En nu straks maar weer met nieuwen
moed aan den gang. Tot ho© lang heb
je vrij? „Madeliefje". Jij' moet zeker weer
eerder naar school dan je 'broer? Die
neemt het er maar fijn van met zijn
lange vacantie! „Het Viertal". Zijn jullie
nu Woensdag uit geweest of is het pas
deze weck. Ik wou dat ik oolk maar een
Oom had, die een kersen bo om gaard had.
Dat zou een smulpartij worden. „Die Ge
broeders M- eh A-" Zooi gauw vergeet
ik jullie niet hoor, want jullie hebben
nog aldoor je best gedaan. Dat was pret.
ti'g Nieuws. „J." Jij hebt 't foutje ook
gevonden? Gelukkig was 'tniet zooi erg
dat je daardoor het raadsel niet raden
kon.
'sH. Arendskerke. „Duifje". Jullie
moeten maar flink op me brommen dan
zal het wel niet meer gebeuren. Het is
nu een gezelligen tijd, want. de meest©
menisehen gaan óf zelf uit, óf krijgen
logé's. „Torenvalk". Bni heb je al een
groote verzameling postzegels? Je schreef
er den laatsten tijd niets meer over. „Aca
cia" on „Spring in 'tveld". Ziezoo, dit is
alweer het laatste briefje. Jullie mogen
dit keer eens hekkensluiters zijln.
I. Vpor de grooteren:
Mijn geheel bestaat uit 40 letters:
De 3. 39. 30. 18. 26 heeft altijd het
hoogste woord.
Een 20. 23. 11. 17. 9. 30 weet altijd
wat voor vleesch hij in de kuip heeft.
I. 38. 4. 40. 6. '28. 38. 3. j. 25 is de
naam van een nichtje uit Goes.
Eb en 5. 23. 6. 13. 33 wisselen elkan
der voortdurend af.
De Joden moesten op bepaalde tijden
27. 22. 20. 3. 37. 26.
Men zegt wel eens: zoo zwaar als
10. 29. 6. .31.
12. 22. 35. 15 is een nachtzegen.
24, l'O, 19, 3, 1, 11, 36, 14, 20, zijn
vooral op buitenwegen 's avonds onmis
baar.
Een mooie 8. 34. 21. 13. 7 versiert het
heele huis.
Een geweldigen wind noemt men wel
een 15. 37. 30. 27. 32. 2. ,20. 3. 39. 36. 40,
II. Voor de jongeren:
Mijn geheel bestaat uit 27 letters:
21. 25. 16. 14. 27. 24. 2. 18 is de
naam van een maand.
Op veel huizen ziet men tegenwoordig
18 3. 1. 13. 26.
Een 22. 20, 1, 14, 7 is een zuidvrucht.
Eten wordt in 4. 9. 12. 21. 2. 12 ge
kookt.
Op den eersten 3. 5. 18. 13. 10 verloor
9. 7. 19. 3 zijn 24. 18. 13. 10 is een
bekend rijmpje.
8. 23. 2. 18. 15. 13. 17. 12 is. een
getal.
11. 6. 14. 18 wordt veel voor schuttin
gen gebruikt.
(Ingezonden door „Wildzang")
G rap j es.
In de kazerne. Sergeant (tot rec-
cruut, loteling): „Als ge iemand ziet met
strepen moet ge altijd salueeren. Voor
wien moet ge nu salueeren?
Recruut: „Voor een zebra, sergeant".
Snugg er. „Ga eens kijken, Jo, of
de barometer gedaald is", zei mevrouw
tot haar dienstbode.
Even later komt Jo terug met de bood
schap: „Neen, mevrouw, hij hangt nog
secuur aan z'n spijker".
De hartelijke groeten van
Tante Dollie.