AA No. 227 Woensdag 29 Juni 1927 41e Jaargang oeiers, IOOD, en Kar. rg. Tel. 431. De kinderen ven Ben Hesed. Blad iders en Hooi- trdeeligst bij Middelburg evraagd beklant^ 'szaak, ing te koop lOP: ten Hooigras, 10 P: ieveulen, op: staat zijnden |r „Melotte", lachine, f65. IOOD, IRTSDIJK. sn Advertenties liomen door verschuure, 261. in Jaar garantie. FEUILLETON. IETS BIJZONDERS GEMEENTEPOLITIEK. aan. den ding ha*!, het werk, Dat deze blijk, d*f erraoedde. ar stelden, de heere» waard ee- ■lingen. van Aagtekerke ran groo- deo heer ter of mei orden van ange sprak ers en. dhr an toezicht- ,te een uit- .enis en d abriek, die langstelling Jbr K. F. lag in het jaarlij ksche an „Gronin- )ij tot Ver- je, in 1903 L af geves- i Directeur, ioht rapport sn, tot eeo .01 werden tppij bedroeg k- IIM3 tel. sschrijving r no. 14 bi vam ureau res. OP: ïorp in Zeeland- overgenomen beschikbaar. 6 bureau „De ir, 165 roeden sden Tarwe, Hooigras. iveren vóór of op jiOOLE, Souburg, In en inlichtingen GANDER, Arnemuiden. VLAANDEREN, Je). een Middelburg. 431. Directeur-Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA. Bureau: Lange Vorststraat 70, Goes Tel.: Redactie en Administratie no. 11 Postrekening No. 44455. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f 3.—s Losse nummersf 0.08 Prijs der A d v e r t e n t i n 14 regels f1.20, elke regel meer 30 cf. Bij abonnement belangrijke korting. Ten besluite. Naar aanleiding van wat wij in ons nummer van 20 Juni schreven onder het hoofdje „Teleurstellend debat", schrijft thans het „Protestantsche Zuiden" het volgende: „Maandag 20 Juni bevatte „De Zeeuw" een antwoord op hetgeen wij in het vorig nummer van ons blad schreven, waaropl we maar niet verder zullen ingaan, aange zien het weer naast ons betoog staat. Wij zullen echter nu het anti-revolu tionaire orgaan toch nog voortgaat enkele vragen stellen, dan komen wij misschien toch nog iets verder. 1. Waarom haalt „De Zeeuw" den heer Lohman aan, en niet hetgeen door M|r Schokking in de Tweede, en .door prof. Slotemaker de Bruine in de Eerste Kamer gesproken is tijdens de behandeling der Staatsbehandeling 1922? 2. Wij herhalen onze vraag of het blad, en de Antirevolutionaire partij hetzelfde standpunt tegenover de Herv. Kerk in neemt als Groen van Prinsterer? 3. Wil het orgaan medewerken om art. 20 van het antirevolutionaire program te doen vervangen door art. 16 van dat deï C. H. U.? Zoo neen, waarom niet? 4. Zit achter het genoemde art. 20 niet een neo-calvinistische Kerk- en Staatsbe schouwing, door Dr Kuyper in ons land geïntroduceerd. 5. Wil „De Zeeuw" ons namen van vooraanstaande leden der Geref. Kerken noemen, die tevens lid zijn der C.H.U.?" Hier worden twee vergissingen gemaakt. Vooreerst hebben wij in bedoeld arti- keltie niet geantwoord op wat het „Prot. Zuiden" schreef, maar alleen naar aan leiding daarvan opgemerkt, dat op deze wijze geen vruchtbaar debat moge lijk was. Wij zijn ook niet „voortgegaan", maar hebben alleen onze teleurstelling uitgespro ken over de wijze waarop de schrijver deza zaak behandelde, waardoor, zij het dan onbedoeld, de kerkelijke hartstochten wer den geprikkeld. En wat nu de gestelde vragen betreft, ons antwoord is kort en bondig, dat wij op een dergelijke wijze niet geëxamineerd willen worden, om de eenvoudige reden, dat dergelijke vragen zich niet voor cate gorische beantwoording leenen. B.v.wat is neo-Calvinisme? Voor iemand die giewoon is mlet' derge lijke termen te „werken" levert da be antwoording van die vraag niet de min ste moeilijkheid op. Maar wie wat dieper over deze dingen nadenkt en b.v. kennis genomen heeft van de studie van Dr Severijn over „Ernst Troeltscb over de beteekenis van het Calvinisme voor de cultuurgeschiede nis", dia gevoelt dat hier toch nog wel wat meer aan vast zit dan velen schijnen te vermoeden. Wij eindigen daarom, nu niet met een woord van wijlen Jhr A. F. de Savornin Lobman wiens autoriteit tot onze groote verwondering door het „Prot. Zuiden" in twijfel schijnt te worden getrokken, maar met een uitspraak van Prof. Slotemaker de Bruine, bij de behandeling van de Staatshegrooting voor 1923 in de Eerste Kamer. Door hem werd er op gewezen, en wij gaan daarin met hem accoord, dat hij het middel door Prof. Visscher in de Tweede Kamer aan de hand gedaan niet heel gelukkig achtte. Maar, zoo betoogde hij, „mijn overtui- Naar het Èngelsch 3.1 -o „Juist; en heb ik daar nu van gedron ken? Ik dacht het wel, ofschoon menige maan tot volheid kwam, sinds ik het ge proefd heb." Nadenkend streek de vreem deling langs zijn baard en vervolgde: „Ik wil hier gaarne wachten, totdat de an deren mij bereikt hebben; het zal niet lang duren. Wie zit daar ginder in de scha duw der rots?" 1 „Mijn zuster," antwoordde de knaap kortaf. „Zij is blind", voegde hij er met een plotselinge opwelling van vertrouwe lijkheid bij. „Blind? Hoe treurig, hoe diep treurig," zeide de man, met zijn hand over zijn oogen strijkende. „God gave, dat"'. - daarop brak hij plotseling af en gebood zijn dromedaris neer te knielen. Het beest gehoorzaamde, terwijl het een: klaaglijk geluid liet hooren. „Hij ruikt ook de nabijheid van water; en toch heeft hij gisteren avond zijn buik vol gedronken. Stil, Neha! je moogt straks weer naar hartelust drinken. En de kleine is blind?" „Ja, doch zij heeft een wonderbaarlijk ging is, dat zoowel het anti-revolutionaire program als de woorden van prof. Vis scher een 'buitengewoon voor treffelijk doel beoogden, n.l. om alle kerkelijke moeilijkheden, die de normale ontwikkeling van ons politieke leven be dreigen weg te werken, indien dat moge lijk is. Ik persoonlijk, ik spreek alleen voor mij zelf, waardeer het dubbel, o m - dat ik iedere kerkelijke wrij- ving tusschen de antirevoluti onaire en Chr.-Hist. groep zeer zou betreuren en zeker niet zou meedoen om de scheiding daartusschen tot een klove te maken of de kerkelijke harts tochten te prikkelen". Prof. Slotemaker de Bruine staat, zooals hij dan verder aantoont niet op het Anti revolutionaire standpunt. Maar toch is er tusschen zijn optreden en dat van het „Prot. Zuiden" een he melsbreed verschil. Terwijl de heer Slotemaker de Bruine, evenals de heer Lohman, geen oogenblik twijfelt aan de goede bedoelingen van de A.-B. partij ten opzichte van de Ned. Herv. Kerk, tracht de schrijver in het „Prot. Zuiden" den indruk te wekken, dat de A.-R. partij al wordt dit niet algemeen doorzien de bedoeling zou hebben de belangen van die Kerk te scha den, sterker nog, de Ned. Herv. Kerk te doen verdwijnen en poogt hij bij voor keur de kerkelijke wrijving tusschen de Antirevolutionaire en de Chr.-Hist. groep zooveel mogelijk te bevorderen, i- Een vruchtbare discussie is daardoor on mogelijk waarom wij dan ook zoo vrij: zijn hier een punt te plaatsen. 'L'.\ 'V*3 ;-. \'r Raadslid of niet? De vorige week hebben! wiji de aan dacht gevestigd op moeilijkheden dia zich bij de toelating van raadsleden! te Oude- lande voordeden, en waarover thans door Ged. Staten uitspraak moet worden ge daan. In dit verband willen wij: ook melding maken van wat te Lemmer gebeurde. Deze gemeentel lijgt wiel heel ver van Zeeland af, maar de kwestie dia zich daar voordeed kan nu of later ook in deze omgeving aan de orde komen en daarom kan het goed. zijn er hier even biji sti) te staan. De commissie, doof den Raad van Lam mes belast met het nazien der ge loofsbrieven van de gekozen leden, had tc-M opzichte van het nieuw benoemde lid W. Poppe, bezwaar tot toelating. De meerderheid der commissie grondde deze bezwaren op de overweging dat bedoelde persoon leeraar is bij het Nijverheids^ onderwijs ter plaatse en op dezen grond het raadslidmaatschap niet toelaatbaar ge acht rnoef worden, omdat dit door dg ge meente wordt gesubsidieerd. Do minder heid der commissie was vóór toelating, omdat eenzelfde geval in den gemeente raad van Den Haag is voorgekomen, waar de meerderheid van dien Raad tot toelating besloot, welk standpunt door Ged. Staten! van' Zuid-Holland toen is gedeeld. De commissie wensehte uitspraak van den! Raad, omdat ze zich onbevoegd achtte in deze een beslissing te nemen. goed gehoor. Zij hoorde het gerinkel van de bellen, voordat ik u zag." „Ja, ja! Niemand kan dat beter weten! dan ik; zoo ging het mij vroeger ook; doch het gezicht te hebben herkregen is heerlijk. Dank zij den WoiLdorbaailijken, den Profeet van Israël, heb ik dat nu De jongen keek verbaasd den mail aan. Zij waren nu de rots genaderd, waar in de schaduw het blinde meisje zat. „Ik groet u, kleine," zeide de vreemde ling, naast het kind op het zand plaats nemende, terwijl hij haar ernstig in de glanslooze oogen zag. „Wie spreekt pr tot mij'?" „Vrees niet, Anat; ik ben bij je," zeide Seth, haar smal bruin handje vattende. „Ik ben' niet bang; de stem is goed." „Waar woont ge?" vervolgde de vreem deling. „Wij zijtt als in het wild levende geiten in de woestijn,' 'zeide de knaap op bit teren toon; overdag dwalen wij tusschen de rotsen, en 's nachts leggen wij ons ter ruste, waai' de duisternis ons overvalt. „Ge zijt toch niet alleen op de wereld." vroeg de vreemdeling verder. „Je hebt toch bloedverwanten, waar zijn die?" „De Nijl is menigmaal gerezen, sedert zij naar het rijk der dooden zijn heenge gaan", zeide Anat, 'treurig het hoofd buigende. „Menigeen ging met hen, want er heerscht© een groote zieikte. Ik werd Ook de voorz. was van meeninig, dat op grond van het bepaalde in de Ge meentewet, welke spreekt van niet toela ting van ambtenaren bij het L.O. of M-O. werkzaam, deze candidaat niet voor het Raadslidmaatschap in aanmerking kan komen. Omdat het Nijverheidsonderwijs bij het L.O. of MO- 'is ondergebracht, zal be doelde persoon als ambtenaar van één van! beide bestempeld dienen te worden. De voorz. merkte bij liet uiteenzetten van zijn standpunt op, dat de oorspron kelijke tekst van deze wet aanvankelijk luidde: „onderwijs in den geest van het bestaande", waarbij eerst tijdens de behan deling de verwisseling in Nijverheids onderwijs was gekomen en overgenomen. Hierbij hebben zeer waarschijnlijk Ged. Staten van Z.-Holland niet stil gestaan. Besloten werd na deze uiteenzetting tot niet toelating te besluiten en zajl hiervan zeer zeker dei betrokkene in be roep komen bij Ged. Staten van Fri'ete- land. De hoop werd uitgesproken dat on geacht de uitspraak van Ged. Staten deza kwestie in hoogste instantie zal worden beslist." Ook in andere gemeenten, o.a. te Goes hij de candi'daatstelling heeft deze kwes tie reeds de aandacht getrokken. Yan do een© zijde ward betoogd dat een candidaat, leeraar bij het N.O- toch geen zitting zou mogen nemen, waartegen van! andere zijde gewezen! werd óp de ui't- -spraak van Ged. Staten Van' Zui'd'-iïol- land. Wanneer de Friesche Gedeputeerden zich hebben uitgesproken en eventueel een beslissing van de Kroon is uitgelokt, hopen we hierop nader terug 'te komenL De belangstelling voor de zons verduistering. De belangstelling van de menigte richtte zich gisteren in Engeland geheel op da zonsverduistering van vanmorgen. Tie nduizenden toeschouwers stroomden toe uit alle deelen van Engeland en Schotland met sporen en autoi's. Men ver wacht ongeveer een millioen kijkers van elders' in de strook van d© totale verduis tering. Allé. spoorwegmaatschappijen lieten bet- halve honderden gewone en pleEiertrednen! ook luxertreinen loopen met restauratie), en slaaprijtuigen, waarin alle plaatsen' tot de laatste toe besproken' waren. Daar de plaatsen in het verduistering^:- gebied niet berekend waren op de groote invasie, waren alle spoorwegstations en andere gebouwen in tijdelijke:, den ge- heelen nacht geopend© restauraties veran derd. Ofschoon de verduistering te Lonlden slechts gedeeltelijk was, zouden' de par ken en andere open ruimten reeds om vier uur in den ochtend geopend worden. In do Hartlepools aan de Oostkust ver wachtte men den grootsten toeloop. Men nam er maatregelen voor het voeden! en laven van 100.000 menschen. Bij gebrek aan bedden, was er volop gelogenlheli'd om den tijd buiten bed te korten, o.a. in dansgelegenheden De werkloosheid te St. Petersburg. Het bestuur der vakvereeniigmgcn heeft Vrijdag te St. Petersburg vergaderd ter bespreking van maatregelen! tegen de toe nemende werkloosheid. Dei bevolking van St. Petersburg telt op het oogenblik ook bezocht, en daarna was het licht van mijne oogen verduisterd; niet plotse ling, doch langzamerhand, zooals de avond in den nacht overgaat. Het is nu altijd nacht." „Ach ia!" zei de vreemdeling mat eten zucht. „Een nacht, waarin men vreemde droomen heeft en angst u wakende en droomende niet verlaat." „En zorg je geheel alleen voor de klei ne?" vervolgde hij, zijb. doordringende) oogen op den knaap vestigend. „Ik alleen", zeide de knaap vol trots. „Wij leefden te midden van gindscbei heuvelen, en ik oefende mijn handwerk uit in de stad, maarhier brak hij plot seling af en keek den man wantrouwend aart. „Wilt ge geen brood met ons bre ken? Ge zijt onze gast." De vreemdeling boog ernstig het hoofd, terwijl hij de hand op de borst legde. Hij begreep de vraag. Daarop spoedde Seth zich been en haalde uit 'n spleet in dè rotsen dadels en gedroogd koren met een' pompom vol water. Hun gast nuttigde het voedsel; da knaap en het meisje eveneens. „Ik was blind", zeide de vreemdeling, eindelijk opstaande, „en ik werd van mijn blindheid genezen door den grootein Pro feet van Israël. Men noemt hem Jezus." „Waar woont Hij?" „In Jeruzalem, aan gene zijde van de 1.635-000 zielen, er zijn 300.000 arbeiders en 200.000 ambtenaren'. In 1924 waren er onder deze 500.000 ongeveer 127.000 werkloozen, welk aantal thans tot 180.000 gestegen is, of 11 pet. van de totale bevol king. Van deze 180-000 zijn er 108.000 on geschoolde werklieden, van wie een aan zienlijk deel al vijf jaar onafgebroken werkloos is. Sinds December 1925 heb ben de werkloozen te St. Petersburg in het geheel 6 millioen' roehei steun ge trokken. De bevrijding van Daudet. De politie heeft een' onderzoek ingesteld op het bureau van de „Action Francaise", het koningsgezinde blad, waarin Daudet geregeld artikelen schroef. Bij deze huiszoeking heeft men twee telefoonlijnen ontdekt, welke niet op de centrale zijn aangesloten. Thans wordt onderzocht, waarheen deze lijnen leiden. De politie uit geheel Frankrijk zoekt nog naar Daudet, evenals de politie te Lausanne. Een bericht uit Rome zegt, dat Daudet zich te San R,emo bevindt ert volgens andere berichten wordt hij te» R,ome verwacht. De Belgische koning .gevisiteerd. Toen Koning Albert van België dezer dagen een bezoek aan Riijissal wilde bren gen, werd hij te Halluin, waar hijl met zijinl auto de Fransche grens passeerde, aange houden door een Fransch douanebeambte1, dia hem niet herkende. Den koning, die in burger gekleed was, evenals de hem begeleidende officier, werd gevraagd of hij niets had a'an1 te geven. Koning Albert antwoordde ontkennend, maar de beambte bleef achterdochtig en besloot hem te visiteeren. De ontstelde adjudant wilde protestee ren, maar de koning legde hem het zwij gen op; en de beambte ging zorgvuldig den inhoud van de koninklijke zaikken! na en betastte de kleeding of er geen belaste zaken tusschen zaten1. Toen hij uit een vart de zakken een gouden sigarettenkoker met het koninklijk wapen te voorschijn haalde, sloeg hij' A'an schrik bijna tegen den grond, maar de koning klopte hem lachend op den schou der en zei hem zich niet bezorgd te maken, daar hij enkel zijn plicht Ixad ge daan. Een tunnel onder de Schelde te Antwerpen. Binnenkort wordt door Staat, provincie en de gemeente Antwerpen opgericht een' intercommunale maatschappij voor het bouwen van een tuimel onder de Schelde, welke den rechter- en linkeroever zal verbinden. De kosten' zijn geschat op 250 millioen, plus 50 millioen voor verbete ring van bouwterreinen op den linker oever. Tot bestrijding van renten en an dere uitgaven zal een tolrecht worden' geheven op het gebruik van dien nieuwen verbindingsweg. De opbrengst daarvan is geschat op 3 millioen per jaar. Nungesser en Coli. Uit Quebec wordt gemeld, dat do ex peditie van 50 man, welke in het Noorden! van Canada, een onderzoek naar dever miste. Fradsche vliegers Nungesser ©n Coli heeft ingesteld, onverrichterzakei is terug gekeerd. Ziij heeft geen spoor van de vliegerskunnen ontdekken. Groote inkomens in Amerika. Twee-honderd-zeven belastinigibataters in Amerika hadden een inkomen van 1 mil lioen dollar of meer tegen 75 van zulke aangeslagenen in 1927 en 206 in het jaar der groote oorlogswinsten 1916. Zes en negentig van de 207 millionairs- belastingbetalers woonden in den staat New-York. Twee hunner gaven een inko>- men' aan van vijf millioen dollar of meer. Drie vrouwen gaven een inkomen aan! van 3 tot 4 millioen dollars, twee eenl inkomen van 2 tot 3 millioen en zestien' een inkomen van 1 tot 2 millioen. Vandalen aan het werk. De heer Lihme', een! vroegere zijde- fabrikant to New-York, was dezer dagen' uitstcdig. Van die gelegenheid maakteinl vandalen gebruik, in zijn woning aan de Fifth Avenue vreeselijfc huis te houden en' daar voor meer dan' 600.000 gulden schade aan te richten. Zij wierpenJ bier- flesschen door een doek van van Dijck, voorstellende de markiezin van Lomellini, waarvoor de heer Lihme 500.000 guldenl had betaald, doorstaken een doek van! Rubens (een portret van een ouden man) en eenige andere geschilderde portretten!. Voorts werd een orgel vernifeld en wer den kandelaars gebroken en Oostersche tapijten kapot getrokken. Men zegt, dat hedi enden, die niet tevreden waren over da naar hun mcening te gering© fooien) hun door Lihme gegeven, de wandadeW hebben gepleegd. Noodweer hoven Sofia. Boven Sofia heeft het Zondag hevig geregend ©n gehageld. Bijna de geheelq stad stond blank; het water bereikte op sommige punten een hoogte van 2 M. en de hagelkorrels waren op enkele plaat sen een meter hoog opgehoopt. De fruit en wijnoogst in de omgeving is bijna volkomen vernield. Korte berichten. Bij Bodenheim in het bezette1 gebied is een militaire vrachtauto die van eenl manoeuvre terugkeerde, van een hel ling gestort en omgeslagen'. Van de ruim 30 Fransche soldaten, die er in' zaten zijn 3 zwaar en 23 licht gewond. De regeering van sovjet-Rusland heeft naar jde banken' in Italië de 2.000.000 in goud overgebracht, welk bedrag aanvankelijk voor de Arcos te Londen bestemd was. President Hindenburg ont ving gisteren Stadler, eerste burgemees ter van Kassei, die Hindenburg in naaim van zijn gemeente het nabij Kassei gele gen paleis Wilhëlmshöhe als zomerverblijf aa|n;bood. Hindenburg dankte voor de vriendelijke attentie, gaf echter te kennen:, dat hij van het aanbod niet wensehte gebruik te maken'. Volgens een bericht uit Boekarest, wil het nieuwe Roemeensche ministerie een algemeen© amnestie verleeneri voor militaire vergrijpen; die tot het jaar 1917 teruggaan. Door 'deze amnestie zal een einde worden gemaakt aan talrijke processen, welke in Roemenië thans han gende zijp. woestijn." En hij wees naar de woestijn in de richting van waar hij juist gekomen was. „Gaat ga daarheen terug?" „Over eenige dagen, als ik mijn waren' verkocht en mijn kameelen weer geladen heb. Ik zal je gastvrijheid niet vergeten; als ik langs dezen zelfden weg terugga, haal dan weer water voor mij, mijn zoon, en hoor aan wat ik je te zeggen hebt- Dochter, ik groet u. Vaarwel." En hij sprang op het lastdier en verdween' in ©en wolk van stof naar dfe langzaam zich voortbewegende karavaan, welke! zich als een slang over de gele zandwoestijn! kronkelde. Seth snelde hen niet tegemoet met zijn kannen water en dacht na. Anal zweeg ook geruimeü tijd; daarop zeide zij' aarzelend; „Ik wensehte, dat ik ook den hraven man kon zien; Hem, die aan gene zijde der woestijn woont, eni de macht heeft blinden ziende te maken. Er is niemand in geheel Egypte, die iets der gelijks doen kan." „Wij kunnen Hem geen schatten aanbiev den; zou Hij niet tot ons zeggen: „Waar is uw goud, of uw. edelgesteenten, of uw lastdieren, voordat ik dit voor u doe?" Je weet niet hoe de toovenaars zijn. Ik weet het, want ik heb het gehoord, en) toch is er geen enkel© toovenaar in Egypte, die blindheid genezen kan." 'Anat zuchtte. „Ik heb moeder's hals- Ned. Werkl. Verbond „Patrimonium". Onder leiding van den heer P. van Vliet werd te "Utrecht de bondsbestuurs- vergadering van „Patrimonium" gehouden. Besloten werd de jaarvergadering 21 en 22 September a.s. te Utrecht te houden en aan den vooravond een wijdingssamen komst, waarvoor als sprekers zijn genoo- snoer", zeide zij eindelijk, met' haalr handje de munten om haar hals aanra kende. „Sommige zijn van goud en heel zwaar." Met moeite zich bedwingende, om niet in snikken uit te barsten, voegde zij er bij; „De mannen gisteren ze wilden ons verkoopen. Ik ja, ik zou wel slavin willen zijn, als ik maar zou kun nen zien." „Ik wil als slaaf dienen en gij zult kun nen zien," riep Seth op de beien sprin gende. „Ik zal tot den mam zeggen: „Maakt gij deze oogen ziende en ik zal uw slaaf zijn voor nu en altijd. Ik zal u dieneul met mijn hartebloed." „Ik wil Hem ook dienen, want ik wil je niet verlaten, broeder. Maar hoa komen wij door de woestijn?" „Er trekken zoovele karavanen door," zeide de knaap, onzeker in d© verte tu rende; „maar de weg is lang en wij hebben geen lastdier." „Zou de vreemdeling, die ons brood at, ons niet met zich willen nemen naar het verre land?" „Het kan zijn", begon Seth, doch plot seling zweeg hij. Anat had krampachtig zijn arm gegrepen, terwijl ze doodsbleek werd. „Die stemmen!" hijgde ze. „Ik hoor zei weer, ze willen ons als slaven verkoopen Laten wij ons verbergen, vlugl" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1927 | | pagina 1