ng.
ne
koop
rank
toeft niet
te zijn
:ken
brero,
I)E ZEEUW
tweede blad.
c&tingen.
KATHLYN BARRINGTON.
Uit ie Provincie
lfddelbur§
IER of
GLOOR
genoegen van
verschaffen.
N WAARDE,
haar dank
)or haar inge-
rEISS ZEEP-
CONDOS-
ihtigen in de
ilmarkt, Goes.
in de pakjea
ichine, Luxe-
of meer bons
goed voor de
p en Toiletzeep.
EERSTE KAMER
Het verdrag verworpen.
FEUILLETON.
De Pers over de verwerping van
het Verdrag.
LTING *9é
bestaat.
.-gels die
n inetru-
wordt de
geregeld.
Jige inlichtingen
ging komen, dat
huis muziek en
in
I
VAN
VRIJDAG 25 MAART 1927, No. 149.
Zooals we gisteren reeds konden melden
is het Nederland,sch-Belgisch Verdrag
door de Eerste Kamer met groote meer
derheid verworpen.
Dal de verwerping zeker was, werd al
gemeen aangenomen. Maar dat de meer
derheid tegen het verdrag zóó groot zon
zijn, zal wel niemand hebben verwacht.
Omtrent deze historische zitting vonden
wij o.m. het volgende vermeld:
De Kamer is compleet. Jhr. Verheyen,
een beslist tegenstander van het verdrag,
is aan den arm van zijn verpleegster naar
de vergadering opgegaan om zijn stem uit
Ie brengen. De tribunes zijn overvol. De
gezanten van Denemarken en Zwitserland,
verschillende Tweede Kamerleden, mi' dr
F. A. G. van LyndeiRvan Sandenburg, op
perkamerheer van de Koningin, worden
opgemerkt; de tribunes voor de pers zijn
meer dan bezet.
Onder groote spanning wordt de verga
dering geopend. Eerst een lachsucces, ver
oorzaakt door eenige studenten-officieren,
die een dwaas-impertinent telegram aan
den Senaat hebben gezonden. Voor- en
tegenstanders lachen en het telegram
wordt als ongepast ter zijde gelegd. Dan
willen een paar leden hun stem motivee-
ren. Dit is voor de voorstanders te véél!
Vooral de heer Wibaut is, schijnt althans,
verontwaardigd. Waarom? Een korte
stem-m otiveering is volkomen ge
oorloofd en noch de heer de Wit, noch de
lieer de Veer gingen verder dan een korte
verklaring.
Te 11 uur 39 kondigt de Voorzitter, ge
neraal van Voorst tot Voorst, de stemming
aan. Het historisch moment is aangebro
ken. Niemand twijfelt meer aan den uit
slag. De toch niet uitsluitend sportieve
nieuwsgierigheid naar de cijfers, waarmee
dit Verdrag' zou worden verworpen, zou
nu eindelijk bevredigd worden. Verschil
lende Ministers, Kamerleden en toeschou
wers teekenen de „voor" en „tegen" aan.
Alleen minister van Karnebeek, uiterlijk
onbewogen, schijnt zich met deze sport
niet in te laten. De uitslag overtreft de
verwachting. Zelfs de grootste optimisten
waren niet hooger gekomen dan tot 32
18, een verhouding, waarover de voorstan
ders glimlachend de schouders ophaalden.
En het werd 33 tegen 17!
De heer Golijn is de eerste, die naar de
ministerstafel gaat en den Premier aan
spreekt, De gevallen Minister van Buiten-
landsche Zaken reageert niet. Even later
drukt de heer Golijn hem cle hand, daarna
baron van Wassenaer en de tegenstanders
Polak en Slingenberg. Dan verlaat de Mi
nister, omstuwd door zijn collega's de
Geer, Kan, Lambooy, Donner, van der
Vegte en Koningsberger, de zaal, die wel
dra leegstroomt.
Minister van Karnebeek gevallen, met
opgeheven hoofde!
Op het Binnenhof.
Heel vroeg had zich gisterochtend reeds
een groote menigte belangstellenden op het
Binnenhof verzameld, die tegen half
twaalf was aangegroeid tot eenige duizen
den, die in een groote carré op het Bin
nenhof waren opgesteld. Politie te voet en
te paard regelde de orde. De toegangen tot
het Kamergebouw werden vrij gehouden.
In de parlementaire geschiedenis is een
dergelijke enorme belangstelling nog niet
voorgekomen.
Zoodra de tijding van de verwerping uit
de bovenramen naar buiten werd geroe
pen, ging een luid gejuich op. De men
schen wuifden met hun handen omhoog.
Het gejuich bleef geruimen tijd aanhou
den. Daarna woelde de menigte in opwin
ding' dooreen.
Tot op de trappen van de ridderzaal
waren de juichende menschen verzameld.
De menigte bleef nog langen tijd toeven,
niettegenstaande de pogingen van de po
litie om haar te verspreiden. De menschen
bleven echter, tot de Kamerleden en de
Minister het gebouw verlieten.
Om over half een was de menigte op het
Binnenhof nog niet veel verminderd. Hel
10)
Hij richtte zich tot zijn gezelschap en
leidde het naar eon groot huis, waar het
licht door de vensters scheen.
Dr Burritt bleef achter met zijn an
deren bezoeker.
Binnengekomen stelde Forsyth voor
„Liberty Hall!" Daarna wendde hij zich
tot Kathlyn Barrington: „Ik hoop dat u
zich hier thuis zult voelen". Zij glim
lachte tot antwoord en zette zich bij een
houtvuurtje dat in een haard brandde.
Pas was hij aan het vertellen, dat Bur
ritt een vrijgezel was, dis volhield, dat
de gewoonten uit het vaderland gingen
hoven alle Chineesche gewoonten, toen de
besprokene haastig binnentrad.
„Ik heb je hulp noodig, Forsyth. Het
is van 't grootste belang. De man, dien
je zag, is een mandarijn van grooten
invloed in deze omgeving. Meer dan eens
heeft hij op allerlei wijze de zending
tegengewerkt; nu brengt hij mij zijn eenig
kind, het licht zijner oogen, zijn zonne
straaltje. Haar voeten zijn door het lang-
wachten was op minister Van Karnebeek.
Zijn ambtgenooten, die aanwezig waren
gebleven en de Kamerleden waren achter
eenvolgens verdwenen, maar minister Van
Karnebeek verscheen niet. Volgens be
richten uit het Kamergebouw zou hij bin
nendoor uit hét Departement van Water
staat zijn heengegaan, maar dat kon niet,
meenden de fotografen, want zij hadden
de uitgangen op het Binnenhof belegerd.
Later zagen de fotografen den minister
toch nog ontsnappen door een zijdeur naar
liet Departement van Binnenlandsche Za
ken. Het beleg werd dus verplaatst. Eu de
menigte, die meerendeels uit nieuwsgieri
gen bestond, volgde trouw de bewegingen
van de belegeringstroepen. De politie had
moeite den rijweg onder de poorten vrij te
houden.
Enkele persstemmen over de verwer
ping van het verdrag laten wij hier volgen:
„Op Minister van Karnebeek, zegt de
„Nederlander", moet deze beslissing, in
het uur, nadat zij gevallen is, den in
druk maken van gemis aan waardcering
hij het Nederlandsche volk voor zijnen
overwinnenden arbeid van het jaar Ï919
ja van vernietiging van zijn levenswerk
van acht moeilijke jaren. Toch ïs dit
niet de beteekenis der gevallen beslissing.
En het zou ons niet verwonderen, als
eenmaal ook over 'deze wonde de tijd
zijn genezende kracht zal hebben uitge
oefend, dat van Karnebeek dit ook zelf zal
erkennen.
In 1919 stond Nederland tegenover een
herademend België, dat, na veel lijdein,
zfch weder oprichtte, en dat, gesteund
door machtige bondgenooten, greep naar
vergoedingen. De overwinningskoorts was
ecne belemmering voor het recht zien en
voor het zien van het recht. Toen heeft
van Karnebeek den annexatiegeest terug,
gedrongen en de oogen geopend voor het
recht van den vrijen Nederlandschen Staat.
Voor altijd heeft Hij daarmede gewonnen
het recht op do dankbaarheid van het
Nederlandsche volk. en zij zal hem niet
worden onthouden.".
Op de vraag, wat er nu gebeuren moet,
antwoordt het blad:
„Allereerst is er behoefte aan rust.
Even zullen de tegenstellingen opvlam
men, dat kan niet anders. Maat' dan.
moet er rust komen.
Dan zal van Karnebeek inzien, dat door
do beslissing van 24 Maart 1927 zijn
work van 1919 niet is vernietigd, inte
gendeel, dat op den grondslag van het
toen verkregen resultaat, kan worden
voortgebouwd.
Dan zullen de verantwoordelijke perso
nen in België inzien, dat bet ook in
België's belang is, dat een. overeenkomst
van vriendschap en wederkeerige ontwik
keling tot stand kome tusschen het vrije
souvereine België en hét vrije soevereine
Nederland, in volkomen oprechtheid en
eensgezindheid, zonder achterdocht en
zonder eenig voorbehoud, aan een van
beid^ zijden.
Dan zal de grond gelegd kunnen wor
den voor een tijdperk van langdurige en
hartelijke overeenstemming tusschen dei
beide Staten, die door afkomst, taal, bo
dem en ligging onmiskenbaar tot eenheid
en samenwerking zijn geroepen."
De „N. R. Clrt." constateert met vol
doening, dat de meeste leden, diei tegen
het verdrag hebben gesproken, hebben
'dóén uitkomen, dat 'het geenszins een
streven was, België te kort to doen of
het te onthouden waarop het redelijker,
wijze aanspraak kon maken, hetwelk hen
leidde; en dat hun verzet niet werd in
gegeven door naijver of onwelwillende
gevoelens jegens den buurstaat, met wel
ken Nederland, tot beider voordeel en
geluk, zeer wel op voet van hartelijke ge
ne,geilheid kan en wit leven".»
Zcodra dit in België begrepen' wordt,
ligt, de weg voor nieuwe onderhandelingen
open.
Het „Utr. Dagbl." merkt o.m. op,
dat de Eerste Kamer een ondeiiiuidscho
wonde in liet, Europeesche lichaam heeft
weggesneden. Thans is de weg vrij' voor
een toenadering, die niet schijn, maar
.waarheid is.
„Het Gent rum" zegt, dat de Eerste
Kamer een zware verantwoordelijkheid op
zicli heeft geladen. Een gunstige situatie is
nu verspeeld.
durig gebonden zijn, vreeselijk ontstoken.
Als we, met Gods hulp, haar in 't leven
kunnen houden.
„Laat ons onze beste krachten inspan
nen en zegene God onze pogingen!" voeg
de Forsyth er aan toe, terwijl hij zich
naar de deur wendde.
„Ik hoop, dat de dames ons veront
schuldigen."
„Misschien kunnen we d helpen", ant
woordde een der zendingszusters.
„Kent u Cbineesch?" vroeg Burritt.
„Ik" antwoordde Kathlyn Barrington
rustig.
Dr Burritt keek haar verbaasd aan en
zei dan kortaf: „Dan kunt u helpen. Mis
schien kunt u de kleine wat kalmeeren,
terwijl wij onze voorbereidende maatre
gelen treffen. Komt u dus mee".
Met de twee dokters xwam ze in een
als ziekenhuis ingerichte zaal, waar vier
kribben stonden. Op een daarvan lag de
kleine patiënt, kreunende van pijn. Burritt
wees naar haar en fluisterde tot Kathlyn
„In Gods naam, doe uw 'best praat met
haar. Zij lijdt verschrikkelijk en is ibang
voor ons. In tien minuten zijn we klaar."
Alleen gelaten met de kleine liep Kath
lyn op de teenen naar het kribje, waarop
het patiëntje lag. Het kind lag mét ge-
sloteH oogen. Haar donkere wimpers
„Alle nadeelen zullen we krijgen, maar
do voordeelen missen.
Minister van Karnebeek zal thans gaan.
In alle oprechtheid en warme bewon
dering brengen wij hem een ©eresaluut.
Hij heeft zijn land in moeilijke jaren
op voortreffelijke wijze gediend dooi' wijs
beleid, groote behoedzaamheid, scherp
doorzicht en zeldzame kracht.
Helaas, de felle persoonlijke campagne,
tegen hem in de laatste maanden op
onwaardige wijze gevoerd, zal bij velen
van ons volk zijn persoon hebben gei-
schaad.
Maar even zeker is ook dit: de onpartij
dige historie zal hem in het gelijk stellen
en hem de waardeering hergeven, die hem
thans onthouden wordt.
Hij kan gaan in de vaste overtuiging,
dat hij zijn land gediend heeft als een
echt vaderlander, die beter heeft ingezien
dan zijn bedillers, wat dit land ten voor
deel zou zijn geweest."
De „Residentiebode'-1 zegt o.m.:
„De bezwaren tegen dit Verdrag waren
groot, vooral, omdat het begin er van
niet deugde. Als men met een nieuw Ver
drag komt, los van de voorgeschiedenis
die voor België weinig r'oemvol was
en i>p wederkeerige basis, dan zal men
heel Nederland bereid vinden tot samen
werking. Nederland wenscot niets liever
dan verbroedering met zijn stamverwante
Zuiderburen."
„De .Maasbode' hoopt, dat de na
tionale eenheid, die zicli bij de bestrij
ding zoo treffend demonstreerde, zich ook
zal doen gelden nu liet er op aankomt
tegenover België een .constructieve poli
tiek te voeren!
„Het Volk" dringt er bij de Bel
gische regeeiring met de meeste kracht,
op aan nieuwe rechtstreeksche onder
handelingen niet af te wijzen, ter wille
van de goede verstandhouding tusschen
de beide landen.
Over de opvolging van minister van
Karnebeek zal schrijft het blad ten.
slotte stellig een heete strijd ontbran
den, zoo voor als bovenal achter de
'schermen.
Het soc.-dem. orgaan hoopt dat de
nieuwe minister in even sterke mate als
de heer Van Karnebeek het getoond heeft,
de kunst van dat „Europeesch denken"
zal verstaan, zonder hetwelk in dit tijds
gewricht. geen vruchtbare en ongevaar
lijke buitenlandsche politiek meer door
een klein land gevoerd kan worden.
BELGISCHE PERSSTEMMEN.
De „Lil) re Bel gi que' schrijft, dat
men het in rogeeringskringen. vermijdt,
mededoelingen te doen omtrent de proce
dure, welke de 'regeering overweegt te
volgen.
Eenige afgevaardigden, tot oordeelen
bevoegd, verklaarden aan het blad, dat
Nederland een groote stommiteit heeft be
gaan. Zijn souvereiniteit op de Schelde zal
thans waarschijnlijk als inzet van de
quaestie worden gesteld; het is wel zeker,
dat in deze zaak België en de oud-gealli
eerden gemeenschappelijke belangen heb
ben.
De „Nieuwe Gazet van Ant
werpen" schrijft: Holland heeft het
tafellaken doorgesneden. Het moet liet
maar weten. Onze regeering is tot uiterste
toegevingen gegaan, zij heeft naar geen
nieuwe voorstellen van Holland meer te
luisteren. Vooral niet meer nu het voor
goed uitgemaakt is, welke geest de meer
derheid vau dit land ten onzen opzichte
bezielt. Nu maar cle quaestie gebracht
voor het tribunaal der mogendheden.
De „Eclio du Soir te Antwerpen
schrijft: Het optreden van Nederland zal
in het buitenland scherp veroordeeld wor
den. Men moet wel tegen deze beslissing
in appél gaan.
De „F land re Liberale" uit Gent
zegt: De Nederlanders kunnen het ons
nog niet vergeven, dat wij in 1830 onze
vrijheid hebben verkregen en zij kunnen
zich niet voorstellen, dat het winnen van
den wereldoorlog van België Heeft gemaakt
een onafhankelijk land, waarvoor de her
ziening van het verdrag van 1839 een
noodzakelijk vereischte is.
De „Nation Beige" sch rijftMen
denkt wel, dat wij nu wel spoedig weer
zullen beginnen met de comedie van der
gelijke onderhandelingen, maar nu is de
beurt aan de mogendheden, want het
vraagstuk van de Nederlandsche delta:
Schelde, Maas, Rijn is eèn internationaal
probleem.
waren nat van tranen en iederen keer, als
ze ademhaalde, kreunde ze zachtjes.
Een oogenblik stond Kathlyn stil, ver
vuld met medelijden, daarna ging ze zit
ten op een stoel en streelde zacht cle hand
van bet kind.
„Mijn lieveling!" zei ze rustig. De oogen
van cle kleine openden zich en Kathlyn
zag daarin in zoo'n pijn als geen sterve
ling vermag te beschrijven.
Het meisje staarde haar met donkere
oogen aan, vervolgens bewoog ze even
tjes haar hand, maar dij werd gevolgd
door .een stuipachtigen ruk en een half
onderdrukten kreet van pijn, toen ze weer
een aanval van pijn kreeg.
„Mijn voeten", fluisterde ze vertrou
welijk. „Ze braaden zoo." „Ja, boor, dat
weet ik. Maar de dokter komt. En hij
zal de windsels losmaken en dan zal het
branden minder worden. Je moet niet
bang zijn, hoor liefje!"
„Neen, dat zal Ik ook niet, als u maai
bij me blijft. Ik ken u niet, imaai' toch
houd ik van u."
Zacht drukte ze de hand van. Kathlyn
en sloot daarna weer de oogen. Zonder
te spreken bleef ze zitten en hiald de
hand der kleine vast. Vol medelijden' keei;
ze naar het kleine schepseltje daar vóór
haar mat haar arme, gebonden voeten,
DE NEDERLANDSCHE JAARBEURS
te Utrecht gehouden werd dit jaar weer door zeer vele
autoriteiten bezocht. Boven Z.Exc. Lambooij, onze Minister
van Oorlog bij zijn bezoek aan de Jaarbeurs.
De „Soir" zegt, dat men dadelijk
wel kan vaststellen, dat bet noch waardig
noch politiek zou zijn, nieuwe besprekin
gen met Den Haag te openen.
De V i n g t i m e Siècle schrijftWij
moeten Londen, Rome en Parijs herinne
ren dan de plechtige beloften, .die ons
werden toegezegd dadelijk na den ooriog.
Nederland heeft weer eens te meer zijn
verlangen om ons dicht te spijkeren ge
toond.
Een ander Belga-telegram uit Brussel
zegt nog, dat alle bladen het er over
eens zrjn,. dat het onmogelijk is, nieuwe
onderhandelingen met Den Haag te ope
nen. Afgevaardigden en senatoren betuig
den hun verontwaardiging en zeggen, dat
de kwestie slechts op internationaal ter
rein kan worden gebracht. De Vlaam-
sclie vertegenwoordigers verbergen hun
teleurstelling niet.
De Kiezerslijst.
Wij brengen nogmaals in herinnering
dat de nieuwe Kiezerslijst in alle Gemeen
ten lot 21 April tor Secretarie ter inzage
ligt.
Tot en mlet den lödeu April is een
ieder bevoegd bij het Gemeentebestuur
verbetering van de kiezerslijst te vragen.
Vooral met het oog op de komende
raadsverkiezingen is het van voel belang,
dat een ieder dio meent recht te hebben op
de kiezerslijst geplaatst te worden, nagaat
of laat nagaan of hij (zij) ook inderdaad
op de lijst voorkomt.
Korfbal. Het Z.-Bevelandsch 12-
tal, samengesteld uit de clubs: „Zeelan-
dia" te Hansweert, V.O.L.T.A.S. to Goes
en E.L.T.O. te Kloetinge, hetwelk op 2en
Paaschdag de Korfbalvei eeniging R.C.IT.
uit Utrecht zal ontmoeten, speelt a.s. Za
terdag een oefenwedstrtd tegen „Zeelan-
dia" van Hansweert, op bet terrein Van
laatstgenoemde te Schore. Tevens speelt
E.L.T.O. 2 een vriendschappelijke wed
strijd tegen Zeel and ia 2 op het terrein
van Elto.
Middelburg. Op 38-jarigen leeftijd is al.
hier overleden Dr J. Papegaai}, vroeger
alhier woonachtig, in leven huidarts, chef
v. cl. kliniek em huid-' en geslachtsziekten
aan het Binnengasthuis en consulent aan
het Wilhelmina@ast.huis te Amsterdam.
Goes. Gisteravond vierde de Geref. Jon.
gedochtersvereen. „Hebt da waarheid en
den vrede lief" haai' 55 'jarig bestaan'
verminkt, als offer a&n een barbaarsche
gewioonte, die jaarlijks aan duizenden kin
deren het leven kostte, de jeugd van een
halve natie in een tijdperk van pijn veran
dert en honderden voor hun leven ver
lamt.
Terwijl ze zoo zat te peinzen, kwamen
de twee dokters binnen; en toen Dick
Forsyth haar zag, met medelijden ver
vuld over de kleine, lichtten zijne oogen
met een bijzonderen glans, die ook voor
haar niet verborgen bleef. Een zacht rood
kleurde haa'j, gelaat, maar toen z,e tot
hem sprak, was ze zichzelf geheel
meester.
„Ik heb beloofd, dat ik bij haar zou
blijven", zei ze. „Ik onderstel, dat daar
tegen geen bezwaar is?"
„Zeker niet", antwoordde Dr Burritt
„tenminste, als u er niet van bezwijmt.
Bet is een tamelijk ijselijke geschiedenis.
Ik heb wel gezien, dat, wanneer het ver
band werd losgemaakt, de voet afviel of
alleen bij de pezen bleef hangen.
Het meisje rilde onwillekeurig.
„Ik zal niet bezwijmen. Ik beloofde
het kind, dat ik bij haar zou blijven en
ik zal mijn best doen. U zult haar toch
zeker vexdooven."
„Ja, als haar hart het tenminste ver
dragen kan. Als dat niet gaatHij boog
in een feestelijke vergadering in de Be
waarschool. De presidente der vereen-,
mevr. Nederhand, opende de vergadering
en heette de aanwezigen hartelijk welkom.
In haar openingswoord sprak ze van den
zegen des Heeren, welke de vereeniging
tot hiertoe mocht ondervinden. Ze sprak
do hoop uit, dat de vereen, op den tot
nu toe bewandelden weg moge voortgaan.
Secretaresse en Pemiingmeesteres'se
brachten hun jaarverslag uit. Namens den
kerkeraad sprak dhr Buitenhuis, die de
vereen, feliciteerde niet dit jubileum. Vel
schillende afgevaardigden brachten de
groeten en wensclien over van hun ver-
eenigingen. Samenspraken en voordrach.
ten volgden elkaar in goede orde op.
Een goede inleiding werd geleverd door
rnej. M. M, de Jonge, over „de liefdot
dienst van Maria van Bethanië"
Ds v. d. Veen, daarna liet woord ver.
krijgende, verheugt zich over het feest en
wcnscht de vereen, bij den voortduur
don zegen des Heeren toe. Spr. schetst
hel nut der M. J. V. en spreekt de
hoop nit dat de vereen, steeds haar naam
moge betrachten.
Bijzondere belangstelling onder-vond
de voorstelling „De 12 maanden". Dit
was ongetwijfeld een der mooiste punten
van het. programma. Het tableau „Rota der
Eeuwen" sloot bet programma. Dhr Bui
tenhuis sprak een slotwoord en eindigde
met dankzegging.
De vereeniging mag inet. veel genoegen
terugzien op dezen zeer wel geslaagden
feestavond.
Kloetinge. Donderdagavond vergaderd a
do Raad dezer gemeente voltallig. Inge
komen is een verzoek van J. Oele
Azn., waarbij ontheffing wordt gevraagd
van zijn aanslag in het schoolgeld over
het tijdvak van 1 Mei tot 1 October 1926,
aangezien hij van bet betalen van Rijks
inkomstenbelasting is ontheven. Toege
staan. Uil het verslag van de commissie
tot wering van schoolverzuim over 1926
blijkt, dat het aantal varzuimten steeds
dalende is.
Tot leden van liet stembureau voor
de verkiezing van leden van de Provin
ciale Skaten worden benoemd de heeren
M. Eversdijk en J. Slraub; plaat vervang ein
de leden de heeren P. D. Iloogstraate en
C. Zweedijk. Tot leden van het stembureau
voor cle verkiezing van ledeu van den
Gemeenteraad worden benoemd de heeren
W. N. van Li ere en C. Zweedijk; plaats
vervangende leden de heeren \V. F. K.
Lenshoek en D. Sinke. Tot plaatsvervan
gend voorzitter voor beide stembureaux
wordt benoemd de heer M. Eversdijk.
zich .over de kleine patiënt die hem met
angstige oogen aankeek.
Kathlyn voelde, hoe de kleine hand
zocht. Zachtjes drukte zij die en sprak
kalmeerend tot haar. „Wees niet bang,
lieveling."
Na een kort onderzoek, knikte de dok
ter en terwijl Kathlyn nog steeds de pols
van liet kind vasthield, voelde Forsyth
de pols van de kleine. Daarna 'legden zij
liet ,kijid op oen tafel en toen zij van
den armen, verminkten voet het verband
begonnen af te wikkelen, wendde Kathlyn
de .oogen af. Zij hoorde Dick Forsyth
zeggen, ,dat liet gelukkig was, dat de
windsels niet zoo strak zaten, ze hoorde
het geluid vau water, toen Dr Burritt de
lange linnen zwachtels doorweekte om
te voorkomen, dat het vleesch meegerukt
werd met de zwachtels. Na eenigen tijd
waaraan v,oor haar gevoel geen einde
kwam, hoorde ze weer de stem van Dr
Burritt, die met een sympathieke veront
waardiging zei: „Al de teenen van den
rechtervoet en twee van den linker. Arm
klein ding. God vergeve de dwazen, die
dat gedaan hebben!"
(Wordt vervolgd.)