131 Purol k(j Ruwe en Schrale Huid. Doos 30 ct. Kvmr» Maandag 31 Februari 41e Jaargang Dat'sKWATTA NI VA TANDPASTA HOPJES-KEEPEN MARV ST JOHN. Buitenland. FEUILLETON. VOORKOMT TANDBEDERF GEMEENTEPOLITIEK. Slechts één merk kan *t beste zijn Birecteur-Hoofdredacteur: 75. ZUIDEMA. Bureau: Lange Vorsfstraat 70, Goes Tel.: Redactie en Administratie no. 11 Postrekening No. 44455. Bijkantoor te Middelburg: firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 Geeft wrraakgevoei. „Ons Zeeland", het geïllustreerde or gaan van de Zeeuwsche Vereenigingan in Nederland, dat zooveel mogelijk tracht neutraal te zijn, geeft toch telkens weer blijk', hoe onmogelijk het. is, het neutrale standpunt te handhaven. Zoo wordt in het jongste nummer een aanval gedaan op Ds Kersten en over Ds Kersten heen op de voorstanders van de wederinvoering van de doodstraf. Naar aanleiding van de rede door Da Kersten gehouden bij het graf van den vermoorden man te lerseke schrijft „Ons Zjeland"o.m. „Toespraken als deze bij een open groeve willen er bij schrijver dezes niet in, omdat, het kerkhof toch eigenlijk geen plaats is om de wraak te prediken. Wraak is er op deze wereld al genoeg; menschen- liefde te weinig. En verder: „Als men dit bedenkt dat er bij dit, geval twee onschuldige huisgezinnen zijn betrokken en zich de woorden van Ds Kersten op de begraafplaats herinnert, wordt men kregel. Liefde heeft deze wereld noodig, niet de wraak, die al eeuwen bewezen heeft, het menscfadom niet beter te maken." Nu willen 'wij niet. twisten over de vraag of het graf waarbij Ds Kersten zijn rede hield de juiste plaats was om op invoeiing van de doodstraf aan te dringen. Wij voor ons zijn geneigd deze vraag ontkennend te beantwoorden. Maar wel moeten wij opkomen tegen de voorstelling alsof wij hier te doen zouden hebben met. een uiting van wraak zucht, alsof het aandringen op weder invoering van de doodstraf gelijk zou staan met het prediken van wi-aak. Immers, de doodstraf is een stellige ordinantie Gods, een ordinantie die in overeenstemming is met wat het men- schelijk besef eischt. Als Kaïn zijn gruwelijke daad heeft bedreven roept hij 't uit: Nu zal een ieder die mij vindt mij doodslaan. Hij had het algemeene besef dat zijne schuld door den dood moest, worden geboet. De merisch mag niet eigenmachtig be schikken over het leven, hetzij van zich zelf, hetzij van zijn naaste. God heeft, den mensch naar zijn beeld gemaakt en daarom: wie des menschen Moed vergiet, zijn bloed zal door den mensch vergoten worden. Wij hebben hier te doen met een stellig gebod, een ordinantie die ook in liet Nieuwe Testament gehandhaafd wordt als het in Romeinen 13 heel: „Want zij (de Overheid) draagt, het zwaard niet. te ver geefs, want zij is Gods dienaresse, een wreekster tot straf dengene die kwaad doet." Aan de Overheid is als dienaresse Gods het zwaard der gerechtigheid in handen gegeven. En als dan ook van de Overheid ge- eischt wordt, dat zij dat zwaard niet uit handen zal geven, en dat de doodstraf weer zal worden ingevoerd, dan wordt dat gedaan niet uit wraakzucht, maar omdat God het geboden heeft en omdat zijne eere de doodstraf voor den moorde naar eischt. En nu klinkt het oppeivlakkig wel heel mooi wanneer in de plaats van dezen ©iscJi van het recht gesteld wordt een beroep op de naastenliefde, maar als we nagaan hoe het aantal moorden ook in ons land toeneemt, hoe week aan week de onschul dige slachtoffers van den moordlust val len, een moordlust, die door de afschaf- VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f 3. Losse nummers 0.05 Prijs der Advertentiën: 14 regels f1.20, elke regel meer 3t ct. Bij abonnement belangrijke korting. Uit he| Engelsch. 152) o— HOOFDSTUK XLV. Het Aa nhangsel van het Testa ment wordt gelezen. Het was reeds laat, voordat Mary aan haar gasten en Maurice dacht. „Wat moeten wij doen? Hij zal op u wachten, Bertie." Want Bertie had zijn valies in de pastorie gelaten en moest het gaan halen, daar zij, noch Maurice, hem in gevaar voor besmetting wilden brengen. „Zijn broeder is hier," dacht zij. „Hij kan even goed eenige dagen op het Park logeeien, en als Grey weer naar dei stad is teruggekeerd, kan hij een zeer goede kamer in de „Opgaande Zon" krijgen; Mrs Piper zou het hem aan niets laten ontbreken. Mrs Piper was namelijk de herbergierster in de „Opgaande Zon", de zindelijkste dorpsherberg, die men zich kon bedenken, gelijk menig jong officier van Ganterton kon getuigen. Maar juist toen Mary zijn naam noem de, werden zij de hooge gestalte van haar broeder op het grasveld gewaar, en gingen zij hem tegemoet. fing van de doodstraf in de hand wordt gewerkt, dan bljjkt wel, hoe we hier te doen hebben met. een barmhartigheid die zeker wreed kan worden genoemd. Het feit, dat van 1913 tot 1923 in ons land 553 menschen werden vermoord, heeft in dit verband zeker wel iets te zeggen. Maar dat is hier niet de hoofdzaak. Hoofdzaal: is dat de doodstraf ge vraagd wordt als. een eisch van godde lijke ordinantie' en niet als een uiting van wraaklust. Immers juist zij, die op handhaving van dit bevel van God aandringen, zijn het ook, die het prediken dat er ge nade is ook voor den doodslagen', en die ook den doodslager wijzen op den kloppenden Heiland die 'took den moor denaar toeroept: Komt tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt en ik zal u ruste- geven. en poetst 's-mor$ens en 's-avonds met 75 ets.per Vi tube, 25cb.p.'A tube. Gedeputeerde Staten. Evenals Burgemeester en Wethouders, spelen ook God. Staten in het gemeentelijk leven een belangrijke rol, Zóó zelfs, dal soms de vraag opkomt of niet beter in de Grondwet had kunnen staan, dat Ged. Sta ten de Gemeente besturen. In dit verband moeten wij even eea paar vreemde woorden noemen, auto- nomie en s elf go ver n m ent, niet omdat wij zoo graag vreemde woorden gebruiken, maai' omdat het woorden zijn die als het gaat over het bestuur der Gemeente herhaaldelijk voorkomen. In de Grondwet (Art. 144) is bepaald, dat de Gemeenten een zekere mate van autonomie bezitten, d.w.z. dat zij de be voegdheid hebben, daden van wetgeving te verrichten en voor do eigen rechts^ sfeer regels te stellen, maar ook is er kend het recht van selfgovernment of zelfbestuur, waaronder wordt verstaan het recht en de plicht om de door den Staat gestelde algemeene regelingen mede uit te voeren. Practiscli is echter va.n die gemeentel, lijke zelfstandigheid bitter weinig overt gebleven.. De gemeenten zijn langzamer hand aan handen en voeten gebonden door tal van Rijkswetten, maar vooral ook door Ged. Staten, aan wier goedkeuring tal van besluiten zijn onderworpen en die van de hun gegeven macht, mceslal maar al te gaarne gebruik maken. Erkend kan worden dat een goed toe zicht niet alleen gewenscht, maar soms ook noodzakelijk kan zijn, maar daaruit volgt nog niet, dat Ged. Staten moeten optreden zooals maai' al te vaak gebeurt en dat de gemeenteraden feitelijk onder curateele gesteld zouden moeten worden. Men krijgt nu meermalen den indruk dat verschillende besluiten niet naar hun eigen waarde beoordeeld worden, maar dat al leen wordt nagegaan of ze ook in strijd zijn met zekere papieren regelingen. Zoo zijn b.v. in verschillende provinciën bepalingen gemaakt inzake de salaxi- eering van burgemeesters, secretarissen en ontvangers, en is alles wat hiermee niet precies overeenstemt al bij voorbaat ge oordeeld. „0, zijt ge daar eindelijk," zeide hij, en zag er zeer voldaan uit, toen Mary haar gelaat tot een kus ophief. „En dus is alles in orde, Tante Mary? En gij en Bertie zijt het onderling eens geworden?" „"Wij hadden niet veel te regelen," ant woordde Bertie openhartig. „Ik geloof, dat wij al een besluit genomen hadden, eer wij elkander zagen; maar ik ben zeer geluk kig, dat kunt ge denken." „En Mary ook," en hij trachtte haar gelaat te zien in den maneschijn, voordat zij de schaduw der boomen bereikten. Nu ik wensch u harte lijk geluk. Ik zal niet ontkennen, dat rij een geluksvogel zijt, Bertie; deze zuster van mij is het losgeld van een koning waard." „0, Maurice!" „Ja, dat zijt ge; en ik ben zeker, dat haar man het volste vertrouwen in kaar zal stellen. Gaat ge nu mee naar Janet?" En daar Mary toestemmend knikte, gingen ze samen verder. Janet wenschte hen hartelijk geluk, maar kon niet veel zeggen; Mary echter begreep haar en was voldaan, en later ging zij naar boven naar Lettice. Welk een wandeling hadden zij terug in den maneschijn! Bertie vertelde Mary hoe hij dien avond als een onrustige geest rondom het huls gedwaald had, en voet stappen in de sneeuw had achtergelaten; en hoe hij buiten vóór het venster gestaan had en haar had gadegeslagen; en hoe hij Ged. Staten beroepen zich hierbij op het wettelijk voorschrift, dat zij deze sa. larissen hebben vast 'te stellen, maar uit het oog wordt verloi-en dat op deze be paling volgt; „de Gemeenteraad gehoord". En nu kan men wel zeggen da.t dat toch ook gedaan wordt, maar als hij clit „hoe ren" de Gemeenteraden niets anders heb ben te doen dan toestemmend te knikken, terwijl met hunne bezwaren en opmerkin gen in 'geen enkel opzicht gerekend wordt, dan is het duidelijk dat Ged. Staten zich een macht aanmatigen, die hun feitelijk niet toekomt. We zullen later hopelijk gelegenheid hebben hierop nog terug Ie komen de zaak is er belangrijk genoeg voor en merken nu alleen op, dat op deze wijze het verantwoordelijkheidsbesef moet. ver slappen en dat op die wijze alle initiatief wordt gedoofd. Ook daarmede moet bij de candidaat- stelling van raadsleden gerekend worden. We moeien in de Raden niet hebben, stijfkoppen die voor geen rede vatbaar zijn, maar wel mannen van karakter, mannen uit, één stuk, die er een eigen meening op na honden en die zich maar niet zonder meer onder curateele laten zetten. Naar aanleiding van het artikeltje in hel: nummer van 16 dezer ^.Burgemeester" (II) maakt een onzer lezers, een burge meester, een tweetal opmerkingen. Vooreerst wijst, hij er op, dat in het begin van bedoeld artikel gezegd wordt dat de benaming burgemeester ju de Ge meentewet niet voorkomt. Terecht wordt opgemerkt, dat dit moet zijn „Grond wet Verder merkt hij op, dat het woord Burgemeester" afgeleid is van „Burcht- meester", en afstamt uit den kasteelentijd, (burchtheer), meester van den burcht, ge bieder over zijn burcht, pn toebehoorende eigendommen." Gelijk bekend, heerscht hieromtrent ver schil van opvatting. Misschien is er onder de taalgeleerden onder onze lezers wel iemand, die hier omtrent nog eenig licht kan laten schij nen. lntusschen den inzender dank voor zijne vriendelijke opmerkingen. De aardbevingen. Verscheidene krachtige aardschokken zijn dezer dagen ook op verschillende plaatsen langs de Zweedsche grens ten Noorden van Kiruna waai-genomen. De aardbeving was zoo krachtig, dat de huizen stonden te schudden en duurde eenige minuten. Op het eiland Jersey in het Kanaal is ook een aardschok gevoeld, die geen schade heeft aange richt. De bewoners vluchtten uit hun hui zen en konden tenslotte slechts met, moeite worden overgehaald, daarin terug te keeren. Donderdagnacht is aan de Noordkust van Frankrijk en ook op de Engelsche kanaaleilanden een aardbeving gevoeld, welke van onderaardsch gerom mel vergezeld ging. Sommige schokken duurden tot 12 seconden. Volgens berichten uit Shanghai Wordt de toestand daar als zeer ernstig be schouwd, zoodat behalve de gewone po litici ook de politie der vrijwilligers ge mobiliseerd is. Engelsche wachtposten houden overal de wacht, Ook de Fran- schen zijn op allo mogelijkheden voorbe reid. Naar gemeld wordt is de Nederland, sche kruiser „Sumatra" te Shanghai ge. arriveerd. j In de Rritsclie concessies hebben de meeste groote fabrieken en warenhuizen hun deuren gesloten, meer uit voorzorg dan wel omdat de staking daar al groe ien omvang had aangenomen. De aanko mende verslagen soldaten schijnen zeer tot plunderen geneigd, weshalve de staat van beleg is afgekondigd. D ©speciale politie is opgeroepen en 'Engelsche vooi- posten hebben verscheidene punten van strategisch gewicht bezet. De verslagen troepen van Soen hebben onderweg do stad San-Kiang geplunderd en in. brand gestoken. De vlashandel in België. Na geruimen tijd van groote malaise is thans veel opgewektheid op de Belgi sche vlasmarkt, aldus bericht de Nederl. rijkslandbouwconsulent in België. Rij de stabilisatie van den frank was men algemeen bevreesd voor geld- schaarschte en beperking van crediet. Ben en ander is gelukkig niet veel voorgeko men; er is veel geld voor belegging em veel vraag naar binnenlabdsche fondsen uit lret buitenland. Daardoor 'is de ren tevoet gedaald, waarbij de nijverheid zeer gebaat, is. De lage stabilisatiekoers heeft, het mogelijk gemaakt, dat de belangkelx benden zich geleidelijk aan den nieuwen toestand hebben aangepast. Er worden veel zaken in vlas gedaan. De Bngelschen zijn de grootste koopers; dan komen de Franschen en de Duilschers. Het hooge niveau van den frank maakt, dat de Belgen aangewezen zijn op aanlcoo- pen in eigen land, hetgeen de prijzen doet stijgen. Men verwacht, indien dit zoo doorgaat, een vergrooten uitzaai voor 1927. De betrekkelijk voordeelige bieten- contracten zullen echter een uitbreiding teln koste van de suikerbietenteelt wel beletten. Polen en Amerika. Te Warschau is gisteren bericht ont vangen, dat de Vereen. Staten bereid zijn voorloopig voor den tijd van 1 jaar een handelsverdrag met. Polen te sluiten. De hiertoe noodige onderhandelingen zijn he den te Warschau begonnen. In Poolsche politieke kringen hecht men aan de beslis sing van de regeering van Washington groote beteekenis. Men hoopt thans door 't sluiten van een 'handelsverdrag dat Po len gemakkelijker aan een leening in Ameu rika zal komen. Uit China. Uit Shanghai wordt geseind, dat de toe- later Dollie in de Kathedraal te Canterton ontmoet had, en wat zij tot elkander gezegd hadden; en toen speet het hun, dat zij het huis bereikt hadden, en met vele veront schuldigingen naar de voorkamer moesten gaan. Maar tot groote geruststelling van Mary was Mr Langley er niet om hen te ontvan gen; hij was met zijn blauwe portefeuille naar zijn kamer gegaan. Mrs Maynard zat slaperig in haar stoel te breien, en Dollie en Grey fluisterden in een van de venster banken. Dollie sprong op, toen ze hen zag en vloog in haar witte japon door de kamer. Zij kuste Mary hartelijk en keek Bertie zeer vriendelijk aan, toen zij hem een hand gaf. „Gij zijt nu bijna mijn broeder," zeide zij op vertrouwelijken toon. Bertie bloosde en lachte, en toen hij begreep wat zij bedoelde, ging hij naar zijn broeder en gaf hem har telijk de hand. „Ik geloof, dat wij alle twee te benijden zijn, oude jongen!" En Grey antwoordde op zijn bedaarde wijze: „Daarin hebt gij gelijk, Bertie." Daarna bedacht men opeens, dat Bertie nog niets had gegeten. Dollie merkte het tot groote verlegenheid van Mary. Niemand had er aan gedacht, zelfs Bertie niet, die ronduit bekende, dat het de eerste maal in zijn leven was, dat hij niet gezorgd had iets te krijgen. stand aldaar zeer ernstig is. De algemeene raad der arbeiders heeft bekend gemaakt, dat de arbeiders een algemeen® staking willen beginnen, ten einde hun ejsch, dat Shangai door de Engelsche troepen en Sun Tsjoean Fang zal worden, ont ruimd, met geweld door te zetten. Ten gevolge van de wijziging in den- militairen toestand in Tsjekiang, hebben tal van zendelingen hun posten moeten verlaten Zij komen thans voortdurend te Shanghai aan. Ter bescherming van buitenlandiers zijn op het oogenblik te Shanghai 21 oor logsschepen aanwezig en wel 6 Engelsche, 5 Amerikaansche, 5 Japaneesche, 4 JVan- sche en 1 Italiaansch. Volgens een nader bericht hebben de vakvereeriigi Dgeu de algemeene staking reeds afgekondigd. Zaterdagmorgen be droeg het aantal stakers ruim 40.000. Ook de arbeiders bij de tramwegen en de posterijen in de Fransche concessie sta. ken. De slaapbollenteelt in Britsoh-lttdlë. De Britsch-Indisehe regeering heeft Ben vei ordening uitgevaardigd tot het verbie den van de slaapbolteelt in de provincie Ajmermerwa. De regeering is voornemen:-" den uitvoer van opium uit In die gelei delik te beperken, en ten slotte gaheei te verbieden, voor zoover zij niet voor geneeskundige doeleinden bestemd is. Als uiterste termijn is 1935 gesteld. De uit voer is sedert verleden jaar alleen geoar. Icofd met. een vergunning van de regeer ring en dit jaar zal hij weer met tien percent verminderd worden. Vulkaanuitbarsting aan de Zwarte Zee- Volgens mededeelingen van zeelieden, die te Oonstarrza zijn gearriveerd, is de oogenschijiüiik doode vulkaan „Soiin- in de Kankasus, liggende aan de Kust van de Zwarte Zee, plotseling tot een uit barsting gekomen. De geheele omgeving werd dooi' den lavastroom en de asefcre- gen zwaar geteisterd. Er werden tal van personen gedood. Zeer oevers. Naai' ear Servisch blad uit Konstandza verneemt, zouden cr in de Donaumonding en op de Zwarte Zee, zeeroovers opeu reeren, die het vooral gemunt hebben op zeilschepen en die zeer brutaal te werk gaan. Vooral teruglceerende Russi sche emigranten, die veel van zeilschepen en kleine booten gebruik maken, zouden tot hun slachtoffers behooren. Onlangs zouden zij ook een groot Turksch! zeil schip aangevallen hebben. De bemanning van het schip verzette zich, doch werd overmand. Daarna roofden de bandieten het schip leeg en staken het in brand. Zoowel de Roemeenen, als de Bulgaren en de Turken maken jacht op de roovers, die I echter tot dusver onvindbaar zijn geble- I ven. De vrijgezellenbelasting in Italië. De vrijgezellenbelasting, die dezer dagen in het staatsblad is verschenen, bedraagt oen grendsom van 35 lire (ongeveer f3.75) voor ongehuwden tusschen de 25 en 35 jaar en tusschen de 50 en 65 jaar en van 50 lire (ongeveer f5.50) voor on gehuwden tusschen de 35 en 50 jaar. Daarbij komt dan een zeker percentage van het inkomen. Voor wie nog geen „O, en hij is uitgehongerd!" riep Mary uit, vol berouw over haar vei'geetachtig- heid. „Laat mij wat voor hem halen!" zeide Dollie vroolijk. Zij hield veel van Bertie en nu zou hij immers haar broeder worden; en daar Mary goedkeurend glimlachte, vloog zij de kamer uit. Zij bleef geruimen tijd weg; ax-me Bertie begon er bleek en flauw uit te zien van het lange vasten, voordat men haar terugkee- rende voetstappen hoorde. „Ik vrees, dat ik lang hen uitgebleven," riep Dollie vroolijk uit. Zij had een zilve ren blad in de hand met een chocolade ketel. Pratt volgde haar met een overdekt blad vol heerlijkheden. „Wel, het is Hebe in haar witte japon!" riep Bertie uit, en hij herinnerde zich weer geheel dien avond op het kasteel te St. Aubert. Hij zag in zijn verbeelding de oude keuken met het blinkende koperwerk. „Ja, het is Hebe, die Adonis komt bedie nen!" antwoordde Dollie lachend. „Zoo is het goed, Pratt; daar kunt ge het blad wel neerzetten." Dollie schonk de dampende chocolade in, terwijl Mary en Grey met vroolijke blikken toekeken. „Waarom noemt zij mij Adonis?" vroeg Bertie. „Nu zult ge den naam Hebe nooit meer kwijt raken, Miss Maynard." „0, ik ben nu geen Miss Maynard meer," antwoordde zij pruilend; „gij moogt mij Hebe of Dollie noemen, juist zooals gij wilt. Bertie is nu mijn eigen broeder, niet waar Grey?" zeide zij fluisterend, zoodat alleen Grey het hoorde. O, wat waren zij gelukkig! Wat lachte Dollie, terwijl zij door de kamer zweefde; Bertie zag haar en Mary aan met een ge lukkige uitdrukking in de grijze oogen. „Ik heb een gevoel of ik droom!" zeide hij eindelijk. „Is het aUes werkelijk waar, Mary? Zal ik morgen werkelijk hier wak ker worden?" „0, ja, het is alles waar," antwoordde zij zacht; maar gij zijt zoo moe, Bertie, en hebt dag en nacht gereisd om bij mij te komen. Na een nacht geslapen te hebben, zult ge alles beter begrijpen." Toen riep zij Dollie tot zich, Mrs Maynard legde haar breiwerk neer, en de heide broeders wer den alleen gelaten. Den volgenden morgen was het gesprek zeer algemeen. Mr Langley was aan de ontbijttafel en zijn gladgeschoren gezicht en stijve manieren, want hij was een vrij gezel van twijfelachtigen leeftijd, hielden zelfs Dollie in bedwang. Bertie had zich verslapen en kwam laat beneden. Mary keek op en glimlachte hem toe van achter haar zilveren koffiekan; maar behalve de zen wederzijdschen blik bewezen zij elkan der geen oplettendheid. Grey had zijn cou rant en Dollie keek er over zijn schouder heen in, terwijl Mary zich met haar gas ten onderhield. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1927 | | pagina 1