Bet Zeeuwsclie hoekje.
Da waar held ovar CGffeïne.
Wat er te week voorviel
'!1
Tftl
1
i i
1
Het yroavtfea-hoekje.
vangen dan bij de oude regeling, maar dat
overigens de wijze van de betaling voor
betrokkenen gemakkelijker zou zijn. De
heer Pladdet meent, dat ook die ver
bruikers, die voel lichtpunten hebben, en
weinig stroom afnemen, er in de eerste
plaats schade van zouden ondervinden,
e* vrijwel algemeen over willen gaan, tot
het verminderen van hun lampjes. De
voorz. zegt, dat iemand volgens de ver
ordening niet gerechtigd is, willekeurig
zijn installatie te verkleinen. Bovendien
is door hem rekening gehouden met de
mogelijkheid yan vermindering van het
aantal lichtpunten.
Na breede bespreking werd tenslotte
besloten tot intrekking van het in de
vorige vergadering genomen besluit, om
over te gaan tot een nieuwe regeling in
zake de berekening der stroomlevering.
Bij de rondvraag vraagt de lieer A.
Meertens, of het niet mogelijk is, nu
het zevende leerjaar toch niet meer wordt
ingevoerd, of we het besluit waarbij we
het zevende leerjaar ook op de openbare
school hebben ingesteld niet zouden kun
nen terugnemen, want dat heeft nu geen
zin meer, en het gevolg is, dat de kinderen
op deze school een jaar langer moeten
blijven, dan op die op de Knol. Dat is geen
billijke verhouding.
De voorzitter zal een onderzoek in
stellen. Daarna sluiting.
Terneuzen. Donderdag vergaderde de
gemeenteraad, onder hiding van den
voorz. burgem. J. Huizinga. Bij de be
handeling van de ingekomen stukken be
sloot de raad goedkeurend to beschikken
op oen adres van S. van Hoeve (inzake
vergoeding voor stortplaats straatvuil te
Driewegen). In handen van B. en W.
om bericht en raad werd gesteld een
adres van de N.Y. Ijzerhandel (om con
cessie voor het oprichten eener radio-
contrale). Verder kwam in bespreking een
verzoek van dhr Rouw 011 42 anderen
jner. het oog op werkverruiming verande
ring te brengen in don leeftijdsgrens der
personen welke tol hiertoe aan de werk
verschaffing mochten werken en ook jon-
geren en ouderen nog in de gelegenheid
te stellen aan de werkverschafing deel
te nomen.
Dhr N. A. Hamelink (S.Ü.A..P.) merkt
op, dat toen door hem in de vorige raads
zitting hetzelfde verzoek word gedaan,
daarop niet werd ingegaan, terwijl het,
nu het van andere zijde komt, wel aan
de orde wordt gesteld. Hij meent, dat de
achteruitzetting alleen daarin zit, dat het
van zijn partij kwam. Dhr D. Scheele
(A.-R.) acht de wijze waarop dhr Ha
melink tegenover zijn mederaadsleden tel-
skercs in den raad optreedt niet netjes en
zegt dat dhr Hamelink als hij zoo gaarne
de eer heeft dit tot stand te hebben
gebracht die eer gerust mag hebben, maar
dat hij in zijn mederaadsleden meer ver
trouwen moet stellen. De comm. tot werk
verruiming neemt eerst dan een besluit als
r.g praclisch van de uitvoerbaarheid en
het nut overtuigd is. Spr. meent, dat dhr
H. op dergelijke wijze optreedt, om naar
buiten een goeden schijn te geven, om
wat kiezers t& winnen en zegt, dat als
dhr H. denkt met deze dingen nut to
kunnen doen voor de verkiezing hij dan
gerust zijn gang maar gaat. Dhr Van Riet
(Chr.-Hist.) zet het standpunt der comm.
tot werkverruiming uiteen en verdedigt
het. Dhr Colsen (R.K.) betuigt zijn in-
Btemming met het besluit der commissie.
Dhr Hamelink (S.D.A.P.) zegt tot dhr
Scheele niet na te zullen laten, om in
oen openbare verg. er nut voor de ver
kiezingen mee te zullen doen. De voorz.
merkt op, dat dim Hamelink niet de com
missie had moeten aanvallen, daar al
leen B. en W. voor de practische verande
ringen kunnen aangesproken worden. Op
het adres werd door den raad z.h.s. goed
keurend beschikt.
Hierna kwam in behandeling de quaes-
fcie der vlasbewerking. Deze zaak werd
breedvoerig besproken, waarbij verschil
lende raadsleden naar voren brachten, dat
de vlasindustrie te groote risico voor de
Wie, zooals ik, in landbouwerskringen
wel eens informeert naar den toestand
van het boerenbedrijf, krijgt in den regel
geen optimistische beschouwingen te
hooien.
Nn wordt vrij algemeen beweerd
ik kan niet beoordeelen of dit juist is,
dat een boer licht geneigd is tot klagen.
Ge kunt, zoo zei mij eens iemand, veilig
aannemen, dat als een boer eens niet
klaagt en zich in het geheel niet over
zijn bedrijf uitlaat, de zaken prachtig
MiajpchocrGH.
Toch geloof ik, dat niet te ontkennen
valt, dat er na de vette oorlogsjaren
enkele jaren gevolgd zijn, waarin een de
pressie in den landbouw viel waar te
aemen, al heb ik dan 1926 in enkele
landbouw vergaderingen weer als een ma
tig gunstig jaar hooren noemen.
Nu ligt het niet in den aard dezer
rubriek de oorzaken van die depressie
hier uiteen te zetten. Maar toevallig kreeg
ik dezer dagen enkele nummers van „De
Zeeuw" uit 1886 onder het oog en daarin
las ik enkele artikelen over den landbouw
waarin ik zóóveel overeenkomst vond met
den tegenwoordigen toestand, dat ik niet
aalaten kan enkele gedeelten daaruit over,
te nemen.
In „De Zeeuw" van 16 October 1886,
dus meer dan 40 jaar geleden, lees ik dan:
Het spreekwoord: „Wat vader^ en
grootvader deden, moet ik ook doen
is door de landbouwers gedurende tal van
jaren toegepast. „Vader was boer, ik moet
ook boer worden", zei de zoon. Hoeveel
kinderen de boer ook had, ze werden
gemeente oplevert, om deze bij wijze van
werkverschaffing ter hand te nemen. De
Voorz. wees op drie mogelijkheden, n.l.
ten eerste er een gemeentebedrijf van
te maken, ten tweede een be-daand bedrijf
te steunen en ten derde, dat bijv. drie
gemeenten samen ©en soort N.V. oprich
ten. Hij wees er verder o.a. op, dat van
de kosten een goede studie is gemaakt
en op het voordeel om vverklooze men-
schen uit .de vlasindustrie niet aan geld
te helpen maar aan wepk, dat zij hun
brood kunnen verdienen. Besloten werd
tenslotte deze zaak te laten rusten tot
na September 1927.
Zonder hoofdelijke stemming werden
vervolgens de punten 2, 3 en 4 van de
agenda aangenomen. Hierna volgde het
voorstel van B. en W. tot vaststelling
van een verordening op liet geven van
voor het publiek toegankelijke lichtbeel
den vertooningen. Dhr Freeriks is het niet
direct eens met alle art. uit de verorde
ning, maar wil toch zijn voldoening er
over uiten, dat de verordening thans
reeds ter sprake komt. Dhr Colsen kan
zich ook niet met alle art. vereenigen.
Dhr Geelhoed had liever gezien, dat B.
en W. gewacht hadden met de verordening
tot men beter wist wat de Bioscoopwet zou
zeggen. Dhr D. Schoele merkt op, dat in
vele gemeenten reeds zoo'n verordening is
en dat als de bioscoopwet in werking
treedt er in de verordening altijd wijzi
gingen kunnen worden aangebracht als dit
noodig blijkt. Spr. juicht het toe, dat
deze zaak nu eens rustig onder de oogen
wordt gezien. Dhr Cadsand is in principe
tegen de bioscoop, maar nu zij er een
maal is, wil hij zijn medewerking gaarne
verloenen om het kwaad zooveel moge
lijk te beperken. Dhr Hamelink brengt
onder do aandacht, dat het uitblijven der
bioscoopwet bewijst, dat dit oen zeer
moeilijke quaestie is. Hij wijst op de
moeilijkheden van de taak der keurings
commissie, omdat men oen onpartijdig
oordeel moet vellen, om geen censuur
uit te oefenen op andersdenkenden. Hij
meent, dat men in Neuzen moeilijk tot sa
menstelling van zoo'n commissie zal ko
men. Spr. kreeg den indruk, dat de hoeren
die zoo tegen verschillende films als de
Potemkinfilm ageeren, nog al eens vaak
in de bioscoop vertoeven, daar zij er
anders geen oordeel over kunnen vellen,
en wijst er op, dai kerkelijke menschen die
de bioscoop bezochten, hadden gezegd:
moeten ze daar nu zoo'n drukte over
maken? Dhr De Jager verdedigt hot vast
stellen van een verordening en toont aan,
dat men niet steeds bij een film moet
geweest zijn, om haar te kunnen beoor
deelen.
Hij meent dat niet alle f'lms voor de
plaatselijke keuringscommissie behoeven
te worden afgedraaid, voor zij kunnen
worden opgevoerd, maar dat de benoe
ming van een keuringscommissie goed is,
opdat, als van deskundige zijde tegen
een film wordt gewaarschuwd, een on
derzoek kan worden ingesteld. De heer
Scheele sluit zich bij den heer De Jager
aan. Dhr Van Aken ziet wel de moeilijk
heden maar spreekt er toch zijn blijd
schap over uit, dat deze zaak aan de
orde is gekomen. Dhr vjn Riet betoogt,
dat niet alleen de rechtsere partijen voor
filmkeuring zijn. Hij hoopf, dat de veror
dening in haar geheel aangenomen wordt.
Dhr van Dijke is ook ten zeerste voor de
filmkeuring, maar is niet zoo tegen de
films als de heeren Scheele eh Cad
sand. Hij wijst er op, (fait er van de
bioscoop, zooals bij liet opvoeren van na
tuurfilms bijv., ook iets goeds kan uitgaan.
Hij zou willen dat de films, die worden
opgevoerd, steeds zoo zijn, dat door
groot en klein kunnen bezocht «-'orden.
Na replieken van de heeren Hamelink,
Geelhoed en Colsen, en nadat de voorz.
nog een enkele opmerking heeft gemaakt,
stellen de heeren Hamelink en Geelhoed
voor, de zaak uit te stellen tot de bios
coopwet in werking treedt. Dit voorstel
werd verworpen met 7 tegen 5 stemmen.
Hierna volgde de artikelsgewijze be
handeling der verordening. Bij artikel 3,
op een enkele uitzondering na allen boer.
Moest de landeigenaar, in liet begin dezer
eeuw, moeite doen om een flinken pachter
voor zijn gronden te bekomen, in het
midden dezer eeuw werd deze toestand
geheel anders. De aanbiedingen der piich-
ters werden ruimer, en de pachtprijzen
werden hooger.
Het was niet genoeg, dat alle kinderen
der landbouwers zich in vaders bedrijf
bekwaamden, om op lateren leeftijd het
beroep van vader of grootvader te kunnen
voortzetten neen, nu moest ieder, die
geld had om hoer te worden, zicli op het
landbouwbedrijf toeleggen. Het was als
het ware gene ziekte geworden. Die geen
boer was, kon geen geld verdienen.
De aanbiedingen van do landbouwers
aan de grondeigenaars werden zoo ruim,
dat zij nu niet behoefden te zoeken naar
pachters, maar verlegen werden met het
groot getal aanbiedingen.
De vraag was nu niet -meer: „Bezit
die pachter bekwaamheden, om mijne
gronden te bebouwen?' Neen, bij velen
was het: „die de hoogste pacht biedt,
is mijn man". Dat vele oude, bekwame
landbouwers, daardoor de plaats moesten
inruimen voor een schoenmaker, een smid
een slachter, of yoor dezen of genen
rijken jongen heerenboer, de geschiedenis
is daar om het te bewijzen.
Het voor den landbouw, met het oog
op de ongunstige weersgesteldheid, zeer
nadeelige jaar 1879, en evenzoo dat van
1881, deden velen de oogen open gaan.
Men stond voor tekorten, en wel voor
zulke groote, dat ondergang daarvan het
gevolg moest wezen. Wat was de eerste
eisch? Verlaging van pachtprijzen! Dit
ging evenwel zoo op eens niet. Die voor
betreffende het toelaten' tot dn bioscoop
van kinderen beneden den leeftijd van 16
jaar, volgt een drukke bespreking. Het
kwam tot een voorstel van dhr van Dijke
om kinderen benoden den leeftijd van
16 jaar niet aan bet bioscoopbezoek te
onttrekken. Daar de stemmen staakten,
wordt de verdere behandeling der veror
dening tot de volgende raadszitting ver
schoven.
7.. h. st. werd aangenomen liet voorstel
van B. en W. inzake de verdeeling der
gemeente in stemdistricten enz. Tot lid
van het B. A. ter vervulling vac.-Van
Driel wordt gekozen dhr B. N. van Dijke.
Verder wordt aangenomen het voorstel
van B. en W. tot verkoop van een per
ceel gemeentegrond. Op het voorstel van
B. en W. om aan A. Dhert alhier een per
ceel bouwgrond te verkoopen volgt een
voorstel van dhr Hamelink, dezen grond
niet te verkoopen. Dit voorstel wordt
verworpen. Eveneens wordt verworpen
voorstel van dhr Colsen om inplaats van
f 7 per Vlerk. M. f 5 per Vierk. M. te
vragen. Het voorstel van B. en W. om
den grond voor f 7 per vierk. M. te ver
koopen, wordt aangenomen, evenals de
voorstellen tot verkoop van grond aan
de Wed. Solleveld en ran perceelen aan
de Axelséhe straat.
Bii het laatste punt wo-rdt nog breed
voerig gesproken over de hooge kosten,
waarover verschillende raadsleden hun
verontwaardiging te kennen geven. Aan-
genomeq werd nog een voorstel van dhr
van Cadzand, om de aanbesteding van
een betonmuur niet alleen in Vraag en
Aanbod, maar ook in een plaatselijk blad
te plaatsen. Hierna sluiting.
Grijpskerke. Wij vestigen de aandacht
onzer lezers op de advertentie waarin
een concert te geven door de r hu ziek-
vereeniging „Soli Deo Gloria" wordt aan
gekondigd. Deze muziekvereeniging heeft
getoond, iets te kunnen presteeren, de
leden getroosten zich daartoe groote op
offeringen van financiëelen en anderen
aard en dus mag ook verwacht worden
dat het publiek van zijne belangstelling
blijk zal geven. Gaarne wekken wij daartoe
de lezers op.
een vijftal zeemogendheden, en aan zulk een
onderonsje kan Frankrijk, al ware het alleen
maar om het gezag en prestige van den Vol
kenbond, niet meewerken.
Ook in Italië gevoelt men heei weinig voor
I maalregelon ter maritieme bewapeningsbeper
king welke alleen op de viiï groote zeemo
gendheden betrekking zouden hebben en die
de overige mogendheden volkomen zouden
vrijlaten.
Het is dus ten aanzien der ontwapening
tlog even mistig, als het deze week boven
het Kanaal was.
Wat ons land betreft, mogen we melding
maken van een meevaller. De Rijksmiddelen
brachten ruim 461/» miljoen op, tegen 43
in Januari 1920 en een raming van 39.3
miljoen.
Ken meevaller voor onze Schoolbesturen
is ook het besluit van den Minister van
Onderwijs, dat den Besturon vergun! om de
kosten van verzekering van schoolgebouwen
ou de belooning voor het bezit der akte School
raad ton laste der gonieente te brengen.
l)o Tweede Kamer kwam deze week weer
bijeen en nam na breedvoerige debattcu de
wetsontwerpen aan tot uitbreiding der "ge
meenten Haarlem en Breda, ten koste natuur
lijk: van de omliggende gemeenten.
In de volgende week zal de candidaatstel-
ling voor de Prov. Staten plaats hebben,
terwijl vele colleges van B. en W. reeds
den datum van do Raadsverkiezingen hebben
bephald. Altemaal wenken, dat we ons heb
ben voor te bereiden voor den komenden
strijd, die ons in. de maanden April en Mei
wacht.
Een felle strijd zal ook in de Eerste Kamer
gevoerd worden over hot Belgisch verdrag.
Het sein tot beginnen zal op 9 Maart gege
ven worden. Zooals van eiken strijd zijn
ook van dezen de duur en de afloop- natuur-
lijk niet te voorspellen.
MmooM
We hebben weer een week achter den rug,
waarin God de Heere in het rijk der natuur
Zijn Majesteit op ernstige, aangrijpende- wijze
deed uitkomen. Hoe nietig moet de mensch
zich wel gevoelen, als daar plotseling ram
pen plaats hebben, waartegen hot schepsel
hoe machtig het zich anders ook wane, niets,
absoluut niets kan uitrichten.
Wij denken aan de sneeuwstormen in Zuid-
Rusland en Japan, aan den hevigen storm
in California, de ernstige aardbeving in Zuid-
Slavië, terwijl de seismografen nog een twee
de aardbeving van langen duur aanwezen,
en do vreeselijke typhus-koorts, die als een
epidemie Afrika teistert.
Zonder twijfel hebben wij in al deze rampen
een prediking van den Heere onzen God te
zien. Hij laat daarin uitkomen de vergankelijk
heid van het geschapene maar tevens Zijn
Almacht, die stormen zendt en ze stilt. Moge
het inenschdom aciit geven op zijn roepstem
men, -dat het zich tot Hein wende, die toch
ook is een toevlucht en sterkte ten dage der
benauwdheid.
De staatslieden van Europa en Amerika
hebben het deze week druk gehad over het
belangwekkende voorstel van president Coo-
lidge in zake de uitbreiding van de inder
tijd te Washington tot stand gekomen beper
king der maritieme bewapening.
De Fransche rogeering heeft het denkbeeld
beleefd maar beslist afgewezen. De Volken
bond houdt zich op het oogenblik met het
vraagstuk der ontwapening bezig en als de
heer Coolidge ten aanzien van dit vraagstuk
wat nieuws heeft voor te stellen, moet hij
zijn denkbeelden maar aan het oordeel van
rlen Volkenbond onderwerpen, zoo zegt men
in Parijs. Het voorstel van Coolidge zou neer
komen op een afzonderlijke conferentie van
hooge prijzen gepacht hadden zaten ge
durende hun pachttermijn vast, en moest
men opnieuw inpachten, dan kwam de
verpachter terstond met de redeneering:
„het zal wel spoedig overgaan; het zal
zoo lang niet duren; de toestand zal wpl
beter worden" enz. De boer woonde nu
eenmaal, men ging zoo spoedig niet heen,
en hij pachtte opnieuw in tegen ietwat
lageren prijs, dan in den vorigen pacht
termijn, maar toch nog voor veel te hoog
een prijs om boven het betalen der pacht,
uit de hofstede met zich en de zijnen te
kunnen leven.
Nu werd de grond, hij minder goede
behandeling uitgeput. Het moest immers
ergens van daan komen? Mijnheer wilde',
de pachtsom niet verminderen. De markt
werd al lager, hij vermeerderde concur
rentie. Dan moest de grond het maar ont
gelden. Aan mijnheer dan de schuld, dat
zijn eigendom in waarde verminderde.
Ziedaar eene redeneering, die, hoe droe
vig ook te noemen, in tiet groot werd
toegepast, en de gevolgen hebben zich
niet laten wachten.
Op de dwaaste wijze ging men met het
bewerken van den grond te werk.
Velen zijn echter in den strijd gebleven,
en wie weet hoe weinigen dien strijd ten
einde toe zullen volhouden. Dit echter is
zeker; Zij, die meenden dat het boeren
dan toch maar iets was, dat iedereen, en
dus zij zeiven in de eerste plaats, ge
makkelijk konden doen, die meenden,
dat men nooit te dom was om boer te
wezen, zij juist zijn alleieerst opge
ruimd. Het ging er mee als bij een on-
weder. De dampkring was te drukkend.
De donder heeft gerold. Er moest zuive
ring plaats hebben.
Kr is in den laatslon tijd nogal wat te
doen geweest over de vraag, of coffeïne bij
normaal gebruik door dagelijks 2 a 3 kopjes
koffie of thee te drinken, v.el of niet schadelijk
is. Vele al of niet wetenschappelijke uitingen
werden door belanghebbenden opgegrepen, om
daarvan op hunne wijze te profiteoren.
Waar het gehalte van coffeïne in de ver
schillende koffiesoorten zeer uiteenloopt (van
1 tol 2 pet.), waar de samenstelling der in
den handel zijnde melanges sterk uiteenloopt
en ook de wijze van het zetten zeer ver
schillend is, kan omtrent het gehalte van
coffeïne, op een kop koffie berekend elk ge-
wenscht rekensommetje worden opgemaakt.
Ook ten opzichte van de maximaal dosis
coffeïne, welke een mensch zonder schade
voor de gezondheid kan verdragen, loopen
de meoningen uiteen. Verkeerd is echter te
zeggen, dat de maximaal dosis in de Neder-
landscho Pharmacopoea aangegeven door elk
gezond mensch zonder schade verdragen kan
worden. Het tegendeel is juist het geval, want
de maximaal dosen in de Nederlandsche Phar
macopoea aangegeven, zijn therapeutische
dosen, die in de meeste gevallen schadelijke
gevolgen voor gezonde menschen zullen heb
ben. Pharmacopoea geoft voor coffeïne als
maximaal dosis lgram, voor opium b.v.
400 m.Gr. aan. Het zou een groot nadeel
voor elk gezond mensch zijn, indien deze
dagelijks 400 m.Gr. opium of 1 gram coffeïne
zou gebruiken, omdat Geneesheeren dit kwan
tum hun zieken in speciale gevallen wel eeus
toedienen.
De uitwerking van genotvergiften op het
mensehelijk organisme is in liet algemeen
zeer individueel. K. B. Lehmann, Professor
aan de Universiteit te' Würzburg, schrijft na
uitgebreide onderzoekingen hierover als volgt:
Het komt ook veel aan op de indivi-
dueele gevoeligheid tegenover coffeïne. Het
is bekend, dat reeds koffie met x/io gram
°f Vis gram coffeïne slapeloosheid, hart
kloppingen, congesties enz. kan veroorza
ken. De gevoeligheid is afhankelijk van de
persoonlijke constitutie, van wennipg, van
den momenteelen toestand der stofwisseling
en het centrale zenuwstelsel."
Wat is nu wel de waarheid over coffeïne?
Er zijn door bekende Professoren der genees
kunde zeer uitgebreide onderzoekingen gedaan
en de resultaten daarvan zjjn vastgelegd in
verschillende studies, waarvan hier eonige uit
treksels.
Reeds thans doen zich de gevolgen van
den lust om gronden te bebouwen, ge
voelen. Wanneer in de jaren van '70
eene hofstede was te pachten, dan was
het getal aanbiedingen soms 30; thans
moet de grondeigenaar na herhaalde ad-
verteeren zijne keus tusschen 2. of 3
liefhebbers verdeelen. De eenmaal geves
tigde landbouwers ondervinden ook reeds,
wanneer ze opnieuw moeten inpachten,
dat er verandering is, want de eigenaar
is dankbaar, dat hij een geschikten boer
heeft. Over vérhuizing, om slechts een
paar gulden hooger pacht, denkt de grond
bezitter niet weer. De onnatuurlijk op
geschroefde pachtprijzen, die door niets
waren gewettigd, zijn dus een der groote
oorzaken van den achteruitgang van den
landbouw geweest.'
Het is wel interessant van een dergelijk
stukje uit de landbouwhistorie kennis te
nemen.
Ik geloof niet, dat we in 1927 al zoo
ver zjjn als aan het slot van het aan
gehaalde artikel wordt geschetst. Ik meen
dat het aantal liefhebbers voor koopen en
pachten van hofsteden nog vrij groot is.
Niemand der lezers zal natuurlijk kunnen
zeggen, of het ook nu zoover komen zal.
In onzen tijd moet weer met andere
factoren rekening worden gehouden en
wel in de eerste plaats met de overbevol
king van ons land, een verschijnsel, dat
zich in 1886 nog wel niet zoo zal hebben
voorgedaan.
Toch levert ongetwijfeld een artikeltje
als bovenstaande naar ik meen wel stof
voor gesprekken en beschouwingen.
Onze boeren luisteren graag naar de
stem der historie.
L u c t o r.
DOOR COFFEÏNE VEROORZAAKTE
SE APE LOOSHEID.
ma eesRum va» «u «ram ootrtme
De bewegingen van den hond worden van
een lossen bodem overgebracht op de acti
viteit smet er, die deze bewegingen dan in cur
ven gedurende den nacht registreert. Curve
2 toont, vergeleken bij curve 1 (normaal) door
zeer sterke uitslagen duidelijk aan, hoe groot
de nachtelijke onrust na gebruik van 0,1 gram
coffeïne was.
NADEELIGEN INVLOED VAN COFFEïNE
OP DEN BLOEDSOMLOOP.
oZooi 'eel hracht\
moet het hart
besteden
jan den hoeveelheid
bloed te doen
c/rcu/eer en
j voor COFFEÏNE
JZooveel meer
bracht
Tnoet het Aart
besteden
om deze kleinere
hoeveelheid
bloed to doen
Ci'rcu/eeren.
V
J na C0FFEJNE\
Coffeïne oefent op de meeste zenuwcen
tra een prikkelenden invloed uit. Het gevolg
is een vernauwing van do vaten. Wegens
deze vernauwing moet het hart meer kracht
besteden, om don weerstand te overwinnen en
de normale hoeveelheid bloed in circulatie
te houden. Het hart moet voel sneller klop
pen, om hot bloed door de vaten te per
sen. Uit dezen toestand vloeien volgende na-
deelen voort
1. onregelmatige werking van het hart,
2. mindere prestatie van het hart, trots groo-
tere inspanning,
3. vervroegde verslapping dei- hartspieren en
verhoogd vermoeidheidsgevoel.
ONREGELMATIGHEID VAN DE
HARTFUNCTIES DOOR COFFEïNE.
Normale pols vóór gebruik van koffie.
Het toestel voor het registreeren van de
polsslagen zou do kleinste afwijking in deze
curve hebben aangetoond, als deze had be
slaan.
Dezelfde proefpersoon krijgt daarna 2 kop
pen gewone koffie met het resultaat, dat
de pols, zooals de curve aantoont, onregelmatig
word
Na coffeïnevrijo koffie HAG door dezelfde
proefpersoon gebruikt, blijft de pols voikomen
normaal.
Op deze feiten ton overvloede nog ge
staafd door de practische ondervinding van
duizenden Geneesheeren en millioenen verbrui
kers, baseeren de hygiënische waarde en de
algemeeno voordeelen van koffie HAG.
Koffie HAG boteekent ten opzichte van
koffie inderdaad de oplossing van het vraag
stuk der ontgiftiging van genotmiddelen. De
coffeïne wordt op de meest geperfectioneer
de wijze aan de ruwe koffieboonen onttrokken,
terwijl smaak en aroma zich eerst bij het
branden der boonen ontwikkelen. Een logisch
gevolg van deze werkmethode is, dat koffie
HAG in smaak en aroma van de beste gewone
koffie niet te onderscheiden is.
De kostbare bewerkingsmethodo (voor alle
soorten even duur) wordt uit principe alleen
toegepast op de fijnste koffiesoorten. De col-
l'einevrije koffie HAG is vakkundig en met
groote zorgï samengesteld uit de hoog aro-
.matische soorten der gerenommeerde planta-
ge's op Java, Arabië, Zuid- en Centraal Ame
rika. De uitmuntende kwaliteit en haar hy
giënische voordeelen hebben koffie HAG ge
maakt tot de geprefereerde drank van alle
huisgezinnen, waar waarde gehecht wordt- aan
een goede en hygiënische levenswijze.
(Ingez. Meded.)
De beroepskeuze voor jongens is eek
moeilijk vraagstuk, maar m steeds meer
dere mate wordt ze ook een probleam
voor de meisjes.
Zoo las ik dezer dagen m het Handels
blad het een en ander over bet werk en
de werktijden van de winkelmeisjes, een
beroep, dat in onzen tijd door duizenden
meisjes wordt uitgeoefend.
Let er maar eens op en vooral
voor de groote steden geldt dit dat
ge in de winkels, uitgezonderd dan sign-"
renwinkels, sommige kruidenierszaken,
vleeschhouwerijen, en meubelzaken, bijna
uitsluitend door dames bediend wordt. Het
personeel van groote zaken, zooals bazars
en warenhuizen, mode-magazijnen, enz-
bestaat vrijwel geheel uitgezonderd de
chefs uit meisjes.