30 .ïo 93 Woensdag 19 Januari 1927 41e Jaargang Bianealanl MARy ST JOHN. rechten en plichten. FEUILLETON. Directeur-Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA. Bureau: Lange Vorststraat 70, Goes Te[.: Redactie en Administratie no. 11 Postrekening No. 44455. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f3. Losse nummersf 0.35 Prijs der Advertentiën: regels f1.20, elke regel meer 30 ct. Bij abonnement belangrijke korting. IV. De arbeider is zijn loon waardig. In Gods Woord is daarop zeer sterk den nadruk gelegd. En al zal het altijd moei lijk zoo niet onmogelijk zijn, hier cle luiste grenzen aan te geven, in het al gemeen kan toch wel worden gezegd, dat het loon in overeenstemming behoort te zijn tnet den arbeid die verricht wordt, en de omstandigheden waaronder men moet leven. Een loon, dat het eene oogenblik vol doende is, kan een anderen tijd beslist onvoldoende zijn; een loon dat in cle eene omgeving meer dan kar'g moet wor den genoemd, zal in een andere omge ving misschien als een rijke belooning worden aangemerkt. Denk slechts aan het verschil tusschen de groote steeled en het platteland, tus schen het leven in welvarende polders en op de dorre schrale heide. Er zal dus bij de bepaling van het loon altijd met verschillende omstandig heden gerekend moeten worden. Gelukkig mag worden geconstateerd, dat er op dit gebied de laatste jaren, wel niet overal, maar dan toch in meerdere stre ken, veel verbeterd is en dat de brood- zorgen voor de arbeiders wel eenigermate zijn" verminderd. Over 't algemeen geno* men is de positie -dei' werklieden de laatste jaren niet onbelangrijk verbeterd. Dit neemt echter niet weg, dat ook nu nog de loonen in vele gevallen te laag zijn en dat het vaak, vooral wanneer het gezin* grooter wordt,, zoo goed als on mogelijk is nog iets af te zonderen voor kerk en school en voor de behoeften van hen die in nood en druk verkeeren. En waar dat het geval is, daar heeft een arbeider ongetwijfeld het recht op ver betering aan te dringen, een recht dat hij zich niet mag laten ontnemen. Evengoed als andere categoriën mag ook de arbeider aan zijn recht om po gingen te doen tot positieverbetering vasthouden. Laten wij hierop maar gerust den na druk leggen. Het geldt hier geen zondige zaak, die wij aan socialisten of andere revolutionaire groepen hebben over te laten, maar een zaak voor het leven van den arbeider en den welstand van de maatschappij van het grootste belang. Over de bepaling van het loon zou nog heel wat te zeggen zijn, maar wij laten dit punt thans, als liggende buiten dit bestek, rusten. Dagen van gezondheid en krankheid wisselen elkaar in het leven af. Geen gezin of het heeft met tegen spoeden en ziekte te worstelen. Dat is een vaste regel die door enkele zeldzame uitzonderingen wordt bevestigd. Een ieder, ook iedere arbeider, verkeert in het gevaar door ziekte te worden aangegrepen. En ook al wordt hem dit bespaard, dan komt toch voor een ieder de tijd dat de lichaamskracht afneemt, dat de rug gekromd wordt onder den last der jaren, dat men nog wel gaarne zou willen arbeiden, maar het niet meer kan, omdat de kracht ontbreekt. En nu is onzerzijds en naar het ons voorkomt op steekhoudende gronden, steeds op den voorgrond gesteld, dat een arbeider van de vrucht zijner handen moet kunnen leven, niet alleen in gezonde dagen, maar ook in dagen van ziekte en ouderdom. Het is geen gezonde toestand, wanneer iemand, cl.e geregeld arbeidt bij den min sten tegenspoed onmidclelijk op de lief dadigheid is aangewezen. En al moet hierbij de billijkheid wor den betracht en naast het wenschelijke het mogelijke niet uit het oog worden ver loren, een at beider heeft tocli ongetwijfeld het recht aan te dringen op een rege ling, waarin de weder zij dsche plichten en rechten behoorlijk omschreven zijn. Ditzelfde geldt ook voor de regeling van den arbeidsduur. De bloei van het bedrijf moet ook den werkman ter harte gaan. Hij moet de zaak waarin hij arbeidt en zijn brood vindt, beschouwen als een zaak d:e ook hem aangaat en welks bloei hij naar vermogen heeft te bevorderen. Maar daartegenover mag hij dan ook vragen een tijd van rust en ontspanning. De werktijd mag niet overmatig lang zijn. Hem moet gelegenheid worden gelaten zijne plichten als hoofd van liet gezin te vervullen. En daarnaast bchooren ook eenige vacant'edagen niet te ontbreken. De omstandigheden, zijn sterk gewijzigd de laatste jaren. Vroeger bleven de meeste anenschen als regel in de omgeving van hunne familie. Die tijden zijn echter voor bij. De familiën worden gescheiden. Meer dan voorheen trekken velen de wijde we reld in, en daarom behoort er de gele genheid te zijn om elkaar, al is het dan slechts een enkele maal en voor een korten tijd te ontmoeten. Inzonderheid degenen d e Zondagsrust en Zondagsheiliging op prijs stellen, bc- hooren daarop bedacht je zijn. Zoo zien we dus dat er zijn plichten en rechten. Plichten die nauwgezet moe ten worden vervuld, rechten die men mag en moet verdedigen. Mr Heemskerk heeft onlangs in de Tweede Kamer gewaarschuwd, geen zon debok te zoeken. Uit het gebeurde met den heer Leith die de oorzaken ^an het ongeluk heeft aangegeven en die, wel niet „deswege", maar omdat ook hij waarschijnlijk niet geheel zonder schuld is, eerst met ach teruitzetting werd gestraft en daarna we gens „zielsziekte" gepensionneei'd, is in breede kringen de indruk gewekt, dat hier een pogen is als door Mr Heems kerk terecht en bij voorbaat veroordeeld, Het optreden te^n dezen ambtenaar wiens grootste fout schijnt te zijn, dat hij openlijk de .tekortkomingen van 3e Spoorwegen heeft aangewezen, zal er niet toe meewerken om 'teenigszins geschokte vertrouwen in ons spoorwegbeheer le herstellen. Mevrouw Pankhurst, een der gevierde en gevreesde leidsters der suf fragettes in haar hardnekkigen strijd voor hel vrouwenkiesrecht en die na een acht jarig verblijf in Canada Voor enkele maan den te Londen is teruggekeer 1, zal een candidatuur aanvaarden voor het lidmaat schap van liet Engelsche Lagerhuis. IHIIJNHARDT'3 Hoestte bietten tegen hoest en verkoudheid. Bij Apoth. en Drog. Doos Ct. Het ongeluk bij de Vink. Uit het thans verschenen rapport van de oommissie van onderzoek inzake de treinontsporing bij de Jink is duidelijk geworden, dat hier van schuldige na latigheid van de spoorweg-autoriteiten kan worden gesproken. Geconstateerd wordt, dat bij werkzaam heden aan de lijnen m e e r m a 1 e n niet met de noodige zorg is gehandeld, dat de tusschen Schiedam en Leiden gevolgde werkwijze gevaarlijk moet worden ge noemd, en dat aan het bijzondere onder houd, hetwelk een spoor op versch bal lastbed langen tijd achtereen vereischt, niet de noodige aandacht is ge schonken. Dat zijn wel zeer ernstige verklarin gen, vooral waar het hier betreft een der hoofdverkeerswegen, waar steeds .met groote snelheid wordt gereden. Het rapport geeft den indruk, dat het eigenlijk een wonder is, niet dat dit droeve ongeluk zich voordeed, maar dat niet meer dergelijke ongelukken zijn voorgekomen. Verwacht mag' worden, dat, al is het dan voor de slachtoffers te laat, toch het mogelijke gedaan zal worden om dezen put .te dempen en dergelijke ongelukken in de toekomst te voorkomen, en voorts ook dat tegen degenen aan wier nalatig heid dit ongeluk is te wijten streng zal worden opgetreden. Uit hef Engelsch. 132) _0_ HOOFDSTUK XXXIX. he Dierentuin van Bee. Grey ging den volgenden morgen niet weg Toen de eerste post kwam zag hij, dat p "rie dagen uitstel had. Wat een heer- G) tijd was het voor hen beiden! Won derlijk voor Grey, die zijn nieuw geluk c ï'oeg met al den ernst en het gewicht van een jongen man; en wonderlijk voor Dol- le, die zoo vriendelijk en schoon werd in I et oog yam baar minnaar, dat Grey iede- I eji dag meer van haar ging houden, hl'iv Gn ?!aar m°eder wisselden soms -w ij1' zwijgende blikken, maar die een ereid van trots vertolkten. Het meisje ji as ^o patuurlijk met hem. Wat was zij tt uldig, welk een liefhebbend hart! j oe zal ik ooit genoeg in staat zijn over 5 j" hart te waken?" dacht hij en had tiia h een gevoel als moest hij voor al- f heil; 011§edekten hoofde staan op den liefdot grom*van een meisjeshart. Ware I .deze tijden van vernedering en rguizing; die liefde van een goed man heeft iets van aanbidding in zich. Wee den minnaar, die de deugden van zijn beminde onder zijn oogen met voeten ziet getreden, wanneer hij ontdekt, dat het ge waande goud slechts klatergoud is en dat aan de schoonste rozen een worm knaagt! Ook Dollie deed heerlijke ontdekkingen, lederen dag, ieder uur ontdekte zij een nieuwe deugd in haar minnaar. O, wat was hij goed, hoe onzelfzuchtig, hoe be dachtzaam steeds voor anderen! Zij had nooit geweten, dat hij geestig was, en toch als hij alleen met haar was, was hij zoo luchthartig als een schooljongen en ver telde allerlei grappen. Waarlijk, Mary had gelijk toen zij eens tegen Dollie zeide, dat zij een ouderwetsch minnend paar waren; alles wat Grey deed of zeide, was in Dol- lie's oogen goed en zij kon niets doen, dat hij verkeerd vond. Grey zette spoed achter het werk. Voor dat er vier en twintig uren verloopen wa ren, ontdekte Dollie tot haar schrik, dat haar vrijheid spoedig geëindigd zou zijn; dat hij haar moeder overgehaald had om haar toestemming te geven tot een spoedig huwelijk, en toen hielpen alle tegenwer pingen die zij blozend maakte, niets meer. Nu bemerkte zij, dat hij een eigen wil had. Grey was arm en zijn vooruitzichten on zeker. Van een wereldsch standpunt bezien was dit ongetwijfeld een* hinderpaal; maar Kotte berichten, Een groot deel der weverijen in hel noorden van Frankrijk lieeft, in ver band met de toenemende moeilijkheden wat den afzet betreft, besloten twee dagen per week niet te doen werken. Duizend Engelsche marinesoldaten hebben bevel gekregen zich in gereedheid te houden om- naar Oh ina te vertrek ken om er de levens en goederen der Engelschen te beschermen. Men wijst er op dal zij met, niel offensieve doeleinden naar China gezonden worden. Het Engelsche ministerie van volks gezondheid deelt mede, dat er in de week, eindigende 15 Jan., 326 personen aan de griep overleden zijn in En geland en Wales tegen 172 in de voor gaande week. Hel aantal w.erkloozen in Engeland bedroeg op 10 Jan. 1.452000, of 63.859 minder dan de vorige week, doch 210.597'meer dan verleden jaar. Bijna driehonderd Amerikaan se lie en Britse he zendelingen zijn uit de provincie gjechoean (öhiiia) teruggekeerd. Het aantal vluchtelingen te Shanghai, voornamelijk vrouwen en kin deren, die uit het binnenland komen, neemt snel toe. Overwogen wordt, de Amerikaansche Zendingsscholen te sluiten, totdat de toestand zal zijn opgehelderd. Te Calexicco (Clalifornië) zijn gis teren opnieuw negen aardbevin gen waargenomen. De bevolking vluchtte op straat De scheuren door de hevige schokken van veertien dagen geleden in de gebouwen ontstaan, ondergingen in vele gevallen een verbreeding. Blijkens een bericht uit Rome heeft een hevig noodweer boven Italië gewoed. Te Padua is de bliksem in een kerk geslagen en heeft o.a. een beroemd orgel vernield. Do Po is buiten haar oevers getreden. In de Alpen woeden hevige sneeuwstormen. Uit Chicago wordt gemeld, dat dé koudegolf in bet midden-Westen van de Vereenigde Staten, gepaard met een geweldigen sneeuwval, gisteren eenigszins is getemperd. Intusschen moet een nieu we koudegolf dreigen. daar bet zijn plan niet was Dollie van baar moeder te scheiden en- hij het de grootst mogelijke wreedheid zou gevonden hebben, om de weduwe van haar eenigen troost te 'berooven, stelde Mrs Maynard zelf voor, ■dat de drie geringe inkomens te zamen zouden worden gevoegd. „Zoolang ik leef zullen wij niet alleen genoeg hebben, maar zelfs wat kunnen overhouden", zeide zij, den jongen man teeder aanziende, die zelfs in zijn geluk zoo edelmoedig en geduldig voor haar was. „Dollie heeft een afkeer van Abercrombie Road, maar misschien zoudt ge elders iets goeds kunnen vinden. Als ik nog eenige jaren gespaard blijf, zullen wij genoeg heb ben; en later zult gij wel meer verdienen." „Ik zou ook leerlingen kunnen nemen. Dollie is zuinig; wij vreezen geen armoede. Ik ben alleen bang voor de eenzaamheid I en om zonder Dollie te zijn," riep Grey uit, terwijl hij de hand van Mrs Maynard kus te. „Gij moet eens met haar spreken; gij moet haar voorhouden hoe gelukkig zij ons I zal maken. Wat hindert het of ons huis II eenvoudig is, als ik er het gelaat mijner vrouw maar zie?" besloot de jonge man blozend. Maar Dollie vond deze schikking niet goed. Zij had haar ooren dichtgestopt en was weggeloopen, toen Grey met haar moeder sprak; maar dien avond kwam zij i e heeft vrienden in Noord-. Canada? Vier Amerikaansche draadlooze zend stations hebben zich bereid verklaard om mededeelingen bestemd voor kolonisten in Noord-Canada, gratis uit te zenden. Wie hiervan gebruik wil maken, wende zich tot de Canadian Westingkouse Ltd. c.o. P. A. Wendt, Box 300, Montreal. DestudievanPrinses Juliana. H. M. de Koningin en de Prins hebben goedgekeurd dat Prinses Juliana ook na dezen zomer de studie voortzet over de on derwerpen waarin zij meer bijzonder be lang stelt, of 'die voor haar van bijzonder gewicht zijn, o. a. door het volgen van en kele colleges aan de Rijksuniversiteit te Leiden. Gedurende de dagen waarop de Prinses de Hoogeschool zal bezoeken, zal zij Haar eigen huis te Katwijk aan Zee bewonen en wel de villa ,,'tWaerle", aan den strand- boulevard, terwijl de aangrenzende villa „Hoog Cate" wordt ingericht voor den aan de Prinses toegevoegden Kamerheer en diens gezin. Mejuffrouw A. L. Schock, directrice der particuliere zaken van H. M. de Koningin voor Het Loo, zal de leiding op zich nemen van ,,'t Waerle", op de dagen waarop de Prinses te Katwijk vertoeft. De Prinses zal de laatste dagen der week steeds bij haar ouders doorbrengen en verder uit Katwijk overkomen telkens wanneer noo- dig. Het spoorwegongeluk b ij De Vink. Verschenen is thans het rapport der Staatscommissie-Kraus inzake het spoor wegongeluk bij De Vink. De commissie wijst den toestand van den weg als de oor zaak van het ongeluk aan. De vanwege de commissie der Nederlandsche Spoorwegen als zoodanig genoemde resonans (toevalli ge samentreffing van schommelingen) werrdt ter zijde gesteld, terwijl ook voor het resonansvei'schijnsel volgens de Staats commissie in elk geval reeds met een ge- brekkigen toestand van den weg werd re kening gehouden. Bij de vernieuwing van het ballastbed zijn naar het oordeel der staatscommissie niet de noodige voorzichtigheid en zorg betracht. Ook was er niet voldoend ge schoold personeel en is de vernieuwing in een te kort tijdsverloop uitgevoerd. Er is mede te weinig gelet op de te groote snel heid der treinen op het vernieuwde baan vak, en bovendien beeft het bijzondere on derhoud van het versche ballastbed te wenschen gelaten. Door de onder de dwarsliggers gevormde holten, gepaard met slagen in het spoor, is de voorste as van den ten'der ontspoord. De Tabakswet. De Eerste Nederlandsche Bond van Ivleinfabrikanten in de Sigarenindustrie heeft een adres gericht tot de leden der Tweede Kamer, waarin wordt herinnerd aan de woorden van destijds minister Co- lijn over de tegemoetkoming aan de klein- zacht naar hem toe en sprak hem bijna verlegen aan. „Grey, ik wilde gaarne, dat gij wat ge duld hadt met met gij weet wel wat!" stamelde zij bloozend. „En als ik nu eens geen geduld kan heb ben?" antwoordde hij, haar naar zich toe trekkend, zoodat bij haar aan kon zien. „Dollie, uw moeder is het volkomen met mij eens; er bestaat hoegenaamd geen re den tot, uitstel." „Ja, zeker wel," antwoordde zij zacht; „ik kan Mary nog niet verlaten gij moet het niet vragen, Grey; wij zijn nog maar drie dagen verloofd, en behoeven vóór uw vertrek niets vast te stellen. Ik moet nog wat bij Mary blijven." „0, als gij het verlangt," zeide hij een weinig geraakt, want hij was er volstrekt niet mee ingenomen. Grey was ondanks zijn zachtheid van karakter wat heersch- zuchtig. „Als gij wenscht, dat ik naar mijn kamers te Londen zal teruggaan, en er al leen werken terwijl gij hier zijt; denk er aan, ik kan niet vaker dan eens in de maand één dag overkomen, dus zullen wij geheel gescheiden zijn; maar als ge liever bij Mary zijt!" O, wat zijn zelfs minaars als Grey jaloersch. Dollie sperde haar oogen wijd open bij deze uitbarsting, maar zij droeg het geduldig. „Wat zijt ge ondeugend!" zeide zij, ter fabrikanten. Adressant betoogt, dat nooit in dien geest is gehandeld en verzoekt bij de Regeering er op aan te dringen alsnog financieelen steun ter stabiliseering van hun bedrijf aan de klein-fabrikanten te verleenen. Goede vangsten Zuiderzee- haring. Bij menschenheugenis is bel niet voor gekomen, dat in de Zuiderzee in de eerste twee weken des jaars reeds zooveel haring werd gevangen (al houdt deze zich dan* Ook vooralsnog in het N. deel der zee op) en dat zoo vroeg bijv. van Bunschoten al pan 60-tftl schuiten in de yaar£ zijn; opk is. Zuiderzeebokking in de le helft van JaniP"* ari een groote bijzonderheid. (Een Enkhui- zer heeft zelfs een daggeld gemaakt van f 600, terwijl 6 span aldaar 100.000 stuks vingen.) Gewoonlijk ligt tot aan Februari en ook vaak tot aan Maart de visscherij stil. Men wacht dan op de voorjaarsharing, die zich in Februari sporadisch begint te vertoo- nen, in Maart aangroeit, terwijl April-Mei de vangst- en verzendingsmaanden zijn. Maar dan wordt ze voor de consumptie minder geschikt. Nu doet zich echter het buitengewone geval voor, dat enkele visschers de netten naar zee hebben gebracht en deze hier en daar zóó vol haring binnenhaalden, als maar zelden gebeurde; en dat tegen den prijs van f 6 per tal. Dit mag wel een mee valler voor den Zuiderzeevisscher worden genoemd. Mocht dit zoo blijven, dan zullen Zuiderzeevloten, die gewoonlijk goeddeels tot Maart stilliggen, spoedig uitgerust wor den, al kijkt men in de kustplaatsen de kat nog wel eens uit den boom. Bestrijding van het mond- en klauwzeer. In opdracht van den minister van bin- nenlandscbe zaken en landbouw hebben de directeur van den veeartsenijkundigen dienst dr Berger en de directeur der Rijks- seruminrichting dr Lourens, zich naar Duitschland en Denemarken begeven, ten einde studie te maken van het veemarkt wezen en de toegepaste inspuitingen bij het marktvee met serum tegen mond- en klauwzeer. Tevens zal in het onderzoek worden betrokken bet Deensche systeem ter bestrijding der ziekte door inspuiting met z.g. reconvalescent serum, terwijl een paar belangrijke serum-instituten zullen bezocht worden. Een en ander was door den minister reeds in uitzicht gesteld bij de schriftelijke gedachtenwisseling omtrent de Landbouw- begrooting, alsook bij de openbare behan deling dezer begrooting in de Tweede Ka mer, naar aanleiding van het gesprokene door den heer Van Rappard. De moeilijkheden in de A.-R. Partij. Maandagavond is te Veenendaal onder leiding van ds Jiongebreur een vergade ring gehouden van de Anti-Revolutionaire kiesvereeniging, hoofdzakelijk belegd ter behandeling van het voorgevallene in de vergadering der centrale kiesvereeniging omtrent het niet op de groslijst plaatsen van den candidaat van Veenendaal, bur gemeester Van Kuyk. Zooals bekend was mr van Kuyk aldaar in de minderheid gebleven met 22 tegen 24 stemmen. Deze uitslag werd geweten aan het optreden van een lid van de Veenendaalsche kies vereeniging, den heer F. dp Haan, die aldaar tegen ds Jongebreur in, beweerde, dat de heer Van Kuyk geen A.-R. was en in zijn vorige woonplaats Vreeswijk daar niet voor bekend stond, omdat hij wijl ze met haar handje zijn arm streelde; „alsof ik wilde, dat gij het vervelend zoudt hebben op die sombere kamers. Ik zal u erg missen, Grey; o, weet ge niet hoe ik naar u zal verlangen, als ge weg zijt?" en haar stem klonk droevig. „Wij kunnen elkander schrijven; na tuurlijk kunnen wij schrijven," antwoordde de jonge man op den meest zakelijken toon, maar heimelijk verblijd met deze gevoels uiting, die hij te voorschijn had geroepen; „ik denk, dat ik het wel niet vaak te druk zal hebben." „Gij moet mij eiken dag schrijven neen, om den anderen dag, als gij het te druk hebt," antwoordde Dollie, ontsteld door zijn koelheid. Het was niet licht ge noeg om de ondeugende flikkering in Grey's oogen te zien, en hij was zijn stem altijd meester. Toen kwam zij dichter bij hem, en zeide op smeekenden toon: „Maak het mij niet al te moeilijk, Grey, omdat ik geloof, dat' ik dit aan Mary ver plicht hen. Ik zal altijd doen, wat gij be geert als gij mij hierin mijn zin maar geeft." „Lieveling, hoe kan ik dat? Zie eens," begon Grey. Maar zij legde bem het zwij gen op. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1927 | | pagina 1