Dit de Pers. Bec&tszakes. Wat er deze week voorviel. Wetenschap en Knust. De schrijver is echter van meening, dat de "besmetting meer als een gevolg, dan als de oorzaak van de epidemie moet wor den aangemerkt. Het feit dat de eerste slachtoffers kinderen waren, wijst er op, dat hier in de eerste plaats aan melk- besmetting moet worden gedacht. Bij de behandeling van de vraag, hoe het krijgen van typhus te voorkomen, wijst hij op .de groote beteexenis van zinde lijkheid, het gevaarlijke van het drinken van ongekookt water en rauwe melk, en de wenschelijkheid van het spoedig in roepen van geneeskundige hulp bij maag- en darmstoornissen. 10.000 mijlen op en onder zee. De „New-York Times" wijdt een artikel aan de reis van den Hollandischen onder zeeër K XIII, die zonder geleide 10.000 mijlen heeft afgelegd van den Helder naar San Francisco. De correspondent van bo vengenoemd blad schrijft o.a. uit San Francisco: De Hollandsche onderzeeër, die eenige dagen geleden alhier arriveerde, vestigde een nieuw record voor een onderzeeër zonder de bescherming van een convooi. De lange reis, gedeeltelijk onder en ge deeltelijk boven water, is zonder noemens waardige voorvallen volbracht, aldus de commandant, luitenant L. G. L. van der Kun, hoewel hij voortdurend eenigszins pessimistisch was gestemd geweest'. „Maar het is altijd beter pessimistisch te zijn op een onderzeeër, dat is veiliger", zei hij. Ook de bemanning moet steeds, en vooral als men onder water vaart, ernstig zijn en stipt zich houden aan de voorge schreven regels. Daarom werd het ge wone „oorlam" der marine aan boord niet uitgereikt. De officieren en matrozen en evenzoo dr Vening Meinesz van het Nederlandsch Aardmeetkundig Comité, gebruikten de zelfde enge ruimte van slaapgelegenheid. D© K 13, zeide de heer van der Kun, heeft echter grootendeels aan de opper vlakte gevaren met een snelheid van acht knoopen in het uur. De maximum-snelheid bedraagt 18 knoopen, maar de comman dant beperkte de snelheid op zoo'n langen tocht. De onderzeeër heeft den 29sten Mei Den Helder verlaten. De laatste ha ven, die men aandeed voor men naar de nieuwe wereld overstak, was Las Pal- mas, waar de avontuurlijke reis begon. De bemanning heeft onderweg zelfs geen rookpluim gezien. Door de geringe snelheid leek de reis wel wat op die van Columbus. Men wist dat in drie maanden geen land zou wor den gezien. Eiken dag gingen wij eeni- gen tijd onder water, waar dr Meinesz dagelijks slingerproeven nam. Er werd echter geen enkel bewijs geleverd voor of tegen de Duitsche theorie der drij vende continenten, zoodat de aardigheid van de proeven er voor de bemanning gauw af was. Na weken gevaren te* hebben bereikte men Curasao en verbleef daar eenigen tijd. Daarna ging het naar Colon, door het Panamakanaal naar Bilbao en nu was men in den Grooten Oceaan. Hier begonnen weer lange onderzoekeningen •en men bleef daarbij soms zeer lang onder water. 'Mazatlan in Mexico was de laatste stop plaats vóór San Francisco en men kan begrijpen, dat de bemanning zich verheug de in het vooruitzicht van twee weken aan wal. Van San Francisco zou de 230 voet lange onderzeeër den tocht voortzetten naar Honoloeloe en verder langs Guam, Yap, Manilla, Ambon, Banda en Bima naar de eindhaven Soerabaja. Doordien de ranke boot een dag voor den aangegeven tijd in de haven van San Francisco aankwam, is er geen ontvangst geweest en was er geen loods om haar naar de binnenhaven te brengen. Zoodoen de dreef zij uren lang doelloos in de haven rond, dwars door een zeilwedstrijd. Later ontdekte een regeeringssleepboot den onderzeeër, onderzocht wat voor vaar tuig het was eu wees hem zijn ligplaats aan. Commandant van der Kun overschat de waarde der onderzeeërs niet, maar ge looft, op grond van zijn ervaringen gedu rende den tocht, dat zij het nuttigst kun nen zijn voor verkenningsdoeleinden. Hi| wees er voorts op, dat gebrek aan ruimte, bij onderdompeling ook gebrek aan fris- sche lucht en het ontbreken van aan bederf onderhevige voedingsmiddelen wel eenige bezwaren voor de bemanning zijn op zoo'n langen tocht. Maar hij voor zich prefereert de gemakken der grootere schepen toch niet. Hi} was van meening, dat de eerste 10.000 mijlen van deze tocht wel de moei lijkste zijn geweest. Walcheren vóór 1500. X. In het midden van de 15e eeuw had den de steden Middelburg, Vlissingen en Veere reeds een zeer uitgebreiden han del en scheepvaart, grooter dan door gaans wel gedacht wordt. Daarbij kwam nog de vischvangst. .Op de Walchersche reede, langs den oostrand van Walcheren, vanaf Veere, langs Ajnemuiden tot Vlissingen, meer den de schepen of voeren door de Ame (later door de Welzinge en het nieuwe havenkanaal 1535) binnenwaarts om in de havens van Middelburg een ruime los- of laadplaats te hebben. Niet alleen voe ren Zeeuwsche schepen naar andere lan den, maar ook kwamen tal van buiten- landsche schepen op de reede, waar elke natie haar eigen ligplaats had. Daar toen nog geen stoombooten voeren, dus al leen zeilschepen, moest soms dagen op gunstigen wind gewacht worden om te kunnen uitvaren. Op de reede, later be kend als de reede van Rammekens, we melde het dus altijd van schepen. Er werd handel gedreven met de Holland sche steden Amsterdam, Rotterdam, Dor drecht, Delft, Gouda, e.a. en met de bui- tenlandsche steden Antwerpen, Brugge, Calais, Londen, Hamburg, Bremen en Dantzig. Alen voer zelfs naar Spanje en Venetië. De handelsartikelen waren voor namelijk: haring, bier, wijn, laken, wol, garen, zout, huiden, zeep, ijzer, koper en graan. De visscherij was voornamelijk de ha ringvangst. Inzonderheid was Vlissingen een haringhaven. Ook hadden Domburg en Westkapelle elk meer dan 40 haringbuizen die hun ligplaats te Vlissingen hadden, waardoor deze stad haar havens moest uitbreiden. Middelburg deed al wat het kon om dé handel en de visscherij tot zich te trekken. Zoo beloofde de stad b.v. aan alle zeelui, die met hun schepen en haringbuizen de stad aandeden, koste loos als poorter te zullen aannemen. Van het bier of het zout, voor de schepen moest geen accijns betaald worden, enz. Hierdoor nam de haringvisscherij te Mid delburg „zoodanig toe, dat de stad een oorlogsschip uitrustte tot het convooien (begeleiden) der haringvloot. In dien tijd werd de zee onveilig gemaakt door de vele zeekapers. De 2 grootste steden bouwden toen ook haar nieuwe stadhuizen. Veere in 1474. Middelburg in 1512. Vlissingen heeft haar prachtig stadhuis (dat later door het bombardement der Engelschen is ver nield) in 1594 gebouwd. De welvaart was ook te zien aan de steenen huizen, Sie gebouwd werden. Houten huizen mochten niet meer wor den gebouwd. De rieten daken verdwe nen langzamerhand, daar het stadsbestuur ©en premie' gaf, als het rieten dak ver vangen werd door een dak van pannen of scaliën (leien). Niet alleen hadden de taveernes (herbergen) een naam, maar ook jie huizen der ambachtslieden, die vaak in 't woonvertrek hun beroep uit oefenden, en in de achterkamer woonden. Later had bijna elk huis zijn naam. De wegen in de stad waren natuurlijk eerder bestraat dan de landwegen. In Middelburg begon men in 1365 met de bestrating. De groote markt echter eerst in 1578. Door de bestrating in de stad was veel gewonnen, maar toch niet alles, want de St. Antonievarkens, waarover wij' reeds geschreven hebben, bleven nog langs de straten loopen. Om op een goedkoope en gemakkelijke wijze aan bestrating te komen, werd iemand soms veroordeeld tot het doen bestraten van een weg over eenige roeden. Kon hij dit niet doen, zoo moest hij een bepaalden tijd met een kei om den hals loopen. Een stadsbestuur moet er in vroegsren tijd, wanneer het vergaderd was, wel deftig hebben uitgezien. Al de heeren droegen een ambtsgewaad, dat vaak van zwaft laken vervaardigd was en hun op stads kosten werd verstrekt. Dat ambtsgewaad bestond gewoonlijk uit een tabberd en een barret (muts). Wij hebben deze klee ding kunnen zien bij het openluchtspel in 1924 'te Middelburg gehouden. Ook personen, die in dienst van de stad waren, droegen een ambtsgewaad. Later toen de statigheid en de achtbaarheid niet zoo in uiterlijke tooi werd gezocht, werd een geldelijke belooning gegeven. Als wij thans de yechtszaken in de courant nagaan, lezen wij dat de straffen veelal 'in geldboeten bestaan, Ofschoon wij niet gaarne de vroegere straffen wil len terugverlangen, zullen deze waar schijnlijk beter doel hebben getroffen. De kleine 'straffen waren: het stellen op de kaak of het hangen in de mand, het loo pen met den houten huik, het dragen van den steen, het zitten in de draaikooi, enz. Dan waren nog de pijnbank (exami- natie op de bank) het 'brandmerken en de doodstraf. Ook gebeurde het vaak, dat een veroordeelde ten behoeve van de stad 10.000 gebakken steenen moest leveren. Over de steden in haar opkomst zou nog rneer te melden zijn, b.v. over de Schotsche wolstapel te Veere, de gilden, de besturen der steden, onz. Met het bovenstaande meenden wij aan de lezers eenigszins een beeld te hebben gegeven van de ontwikkeling der Walchersche ste den voor 1500. (Slot volgt.) R. B. J. de M. Ongunstige vooruitzichten. De keus van een beroep, zegt „Patrimo nium", is een ernstige zaak. Gelet moet daarbij op allerlei. Oók op de econo mische vooruitzichten. Er is in de laatste jaren een zeer groot aanbod van jeugdige kantoorbedien den. Voor een deel het gevolg van de ontwikkelt van het U. L. en M. O. Voor oen ander deel spreekt in dat groote aanbod ook een zekeren afkeer van den gewonen handenarbeid. Nu is er stellig voor werkelijk be kwame menschen nog wel een goede ad ministratieve carrière te maken. Maar dan moet er veel gestudeerd en hard gewerkt worden. Bijzonder gunstig zijn echter over het algemeen de vooruitzichten niet. Komt iemand buiten werk, dan is het, ook al ontbreekt het niet aan ontwikkeling en routine, buitengewoon moeilijk om een nieuwen werkkring te vinden. De heer Van Lier, op het gebied der arbeidsbemiddeling deskundig, zeide nog niet zoo lang geleden: „De toestand wordt langzamerhand zoo, daf een kantoorbediende van 25 tot 30 jaar oud, reeds tot de „ouderen" wordt ge rekend en wanneer hij huiten betrekking komt, moeilijk weer een plaats vindt. Menschen boven do 30 jaar worden als „oude krachten" beschouwd en hebben bijna geen kans meer om er tusschen te komen, als ze hun betrekking verlie zen." „Een diiectie van eene over het ge- lieele land vertakte bank verklaarde de zer dagen onomwonden, dat in het bank bedrijf voor slechts een gering deel van het personeel eon b I ij v e n d e positie je vinden is. Zij: verklaarde ronduit, dat do „oudere" bedienden in vele gevallen een „gezonde" en economische ontwikkeling van haar bedrijf in den weg staan." Dit alles wijst er wel op, dat de ouders toch niet in den kantoorarbeid het ideaal voor hun kinderen moeten zien. In menig geval zullen zij wel doen, wanneer zij aan een behoorlijke vak opleiding de voorkeur geven." VERSOBERING GEWENSCHT. Over dit onderwerp schreef onlangs de heer J. Strikwerda 'tls meer dan tijd, dat de ouders paal en perk stellen aan de verkwisting die hun opgroeiende jongens zich veroorloven. Jongens van 16 jaar, die elke week zoo van 50 cent tot 1 gulden zakgeld ontvan gen en het ook zoek brengen zoodat ze ©Ike .week weer op zwart zaad zitten zijn in overigens flinke burgergezinnen geen zeldzaamheid meer. .Waar moet dat heen? Wij-voor ons zijn er van overtuigd, dat 't recht om zooveel in een week nutteloos te verteren, in den tegenwoordigen tijd zelfs aan geen vader van een burgergezin gegeven zal worden, laat staan aan schooi en leerjongens, die op kosten van hun ouders leven. Beperking van uitgaven aan weelde en genotartikelen is voor ieder Christen eisch, als we slechts letten op de groote en velerlei behoeften, die de Christelijke .arbeid en de liefdadigheid kent. Wanneer ieder Christen zich tot taak stelt ten minste evenveel v.oor Gods Koninkrijk te offeren, als hij voor zijn genot en ver maak uitgeeft, dan zouden, vermoeden we, met een zekere stelligheid, de 'in richtingen van Christelijke barmhartig heid met minder zorgen en tekorten te worstelen hebben. En het is toch niet te veel gevraagd,van iemand die belijdt dat hij God wenscht lief te hebben boven .alles en zijn naas ten gelijk zichzelf. Onze opgroeiende jeugd1 vooral moet soberheid leeren. Dat ziet men overal- 'kHad ergens de aansluiting gemist en moest 's avonds ©en kleine twee uur in een dorpslogement doorbrengen. Eenige jongelui, van zeker nog geen twintig jaar, en aan hun kleeding, voorkomen en ma nieren op te merken, niet uit eenigszins gegoeden kring komend, waren aan het biljarten. Ze gedroegen zich niet ongepast, maar in alles kwam uit, dat zei in het logement geen onbekenden waren. Het ©ene fieschje bier na het andere verdween door het keelgat, zoodat ik niet te hoog taxeer als ik zeg, dat ze de man in die kleine twee uur zeker 50 cents ver teerden. Daar zijn er velen die zulk een weelde twee en drie maal per week veroorlo ven. En voeg daarbij, wat èr door de Aan komende jongelingschap wordt opgerookt. Nu gun ik ieder een lekker pijpje en zoo nu en dan een goede sigaar. Daar niet van. Maar cigaretten moesten verboden worden, al was het alleen om het feit, dat meer dan een er een ziek hart, ©c-m bedorven maag, en een verdorven ge stel door verkrijgt. Nu is het mogelijk precies op te geven hoeveel er in Nederland wordt verrookt. Dat is de goede kant van de tegenwoor dige tabaksbelasting. De centrale jeugdraad heeft daarvan eens studie gemaakt. Zij heeft terzijde gestelde het verbruik van tabak en van sigaren. Het gaat alleen over de ciga retten, d.w.z. over het artikel, dat zoo goed als alleen door half-volwassenen en kinderen wordt verbruikt. Zij komt voor het jaar 1924 tot de volgende secure opgaven: 163.377.600 cig. a Vi ct. is f 816.888.— 854.749.200 i ff -8.547.492.— 52.024.800 ff v/i tf ff - 650.310.— 489.729.200 ff 1W ft t* - 7.340.088.— 391.638.900 ff ff 2 ff ff - 7.832.778.— 263.334.000 ff ff 21/2 tf ff - 6.583350..— 228.369.000 ff f* 3 ft - 6.851.070.— 12.566.700 f> ft 31/2' tf ff - 439.834.50 26.757.600 ff f) 4 ft ff -1.070.304.— 6.759.600 f> 41/2 ff ff - 249.182.— 34.561.200 yj 5 ft ff -1.728.060.— 12.208.500 ff ff 6 ff >J - 732.510.-- 1.860.000 ff ff 7 >f - 130.200. 3.895.500 ff ft 8 tf - 311.640.— 64.800 ff 9 ff ff 5.732.— 346.800 ff ff 10 ft ft - 34.680.— 179.700 ff 121/2 t> ft - 22.462.50 49.200 ff 15 ft ft 7.380.— 6.000 ff tf 20 ft ft 1.200.— f 43355.161.— Wij rekenden de afzonderlijke sommen uit en schatten de totaal uitkomst op een kleine f 45.000.000, zegge vijf en veer tig millioen gulden alleen aan cigaretten, opgerookt in het eene jaar 1924, waar dan de tabak en sigaren nog bij komen. Of er in Nederland nog overvloed van geld is! Men vraagt kapitaalvorming, „welnu hier is een bron" die steeds milder vloeit. Immers werd in 1923 „slechts" drievierde van de hoeveelheden van 1924 opgerookt. ,'Maar in allen ernst. Ouders, zouden wij in onze christelijke kringen het ciga retten rooken maar niet verbieden? Ook verkwisting is een kwaad, waarvan we rekenschap zullen moeten doen en ver geving vinden. Maar bijna ieder doet het, zegt go. En ge hebt gelijk. Doch nergens in de Heilige Schrift zult ge lezen, dat het kwaad als het door ieder bedreven wordt, geen kwaad meer is. Laten we eerlijk zijn. We zien wel, dat het niet goed gaat. Welnu, dat ieder dan zijn laksheid zie en voortaan met meer kracht er tegen optrede. f» De brand te Waddinxveen. Het heeft lang geduurd, eer de groote brand bij de firma Modderkolk en Dys te Waddinxveen gebluscht was. Er zat nog veel vuur tusschen de puinhoopen, waar door de vlammen telkens weer uitsloegen. Bij dezen brand is weer ten duidelijkste aan het licht gekomen, dat het met de brandbluschmiddelen in vele provincie plaatsen treurig gesteld is. Waddinxveen is een plaats met een be trekkelijk groote industrie. Er zijn eenige papierfabrieken, een houtwarenfabriek en verschillende houtopslagplaatsen. Voor de veeteelt moet steeds groote voorraad uiterst brandbaar voedsel opgestapeld worden. Een en ander beteekent, dat met de tegenwoordige bluschmiddelen niet kan worden volstaan. B. en W. hebben daarom gemeend, den Raad een voorstel te moeten doen. Zij vragen nu een crediet aan van f 5000, ten einde over te gaan tot aanschaffing van een motorspuit, die door mechanische kracht wordt voortbewogen en een capaci teit van 1000 liter water per minuut zal hebben. Voorts zal een 500 meter slang tot de uitrusting dienen te belmoren. Tot aan koop dezer spuit zal geen leening worden gesloten, daar B. en W. van meening zijn, dat alles uit de gewone middelen kan wor den bestreden. Het ligt voorts nog in de bedoeling een ander alarmstelsel in het le ven te roepen. Op 'het eerste sein zal de nieuwe motorspuit in actie komen. Bij een eventueel tweede alarm wordt dan de oude stoomspuit gemobiliseerd. Aanneming van dit voorstel zal Wad dinxveen ongetwijfeld ten goede komen. Een aarts-bedrieger. De rechtbank te Berlijn heeft voor de zooveel- ste maal een aartsbedrieger te berechten gehad, die reeds herhaaldelijk straf heeft opgeloopen, omdat hij zich op bedriegelijke wijze in allerlei betrekkingen wist in te dringen. De man, die ongetwijfeld een zeer goed verstand heeft en ook zeer ontwikkeld is, is reeds op jeugdigen leeftijd op verkeerde paden gekomen. Zijn levensloop klinkt als een filmroman hij blijkt een meester te zijn in het zich aanpassen aan de meest verschillende en uiteenloopende omstan digheden en toestanden. Reeds op het gymnasium maakte hij zich schuldig aan kleine diefstallen; herhaalde lijk werd hij veroordeeld, tot hij tenslotte uit het ouderlijk huis werd verbannen. Na eenigen tijd aan het front te zijn ge weest, werd hij uit den militairen dienst wegens ziekte ontslagen. Hij had echter goed uit zijn oogen gekeken, en nam nu de rol van officier aan; kleedde zich in uni form, schafte zich eenige decoraties aan en trachtte aldus zijn slag te slaan. Maar aan één rol had hij niet genoeg; behalve als officier trad hij op als tooneel- speler en als candidaat in de godgeleerd heid. Het gelukte hem zelfs op het platte land tijdelijk een geestelijke te vervangen in diens bediening, waarna hij als gods dienstleeraar aan een Berlijnsch gymna sium kwam. Hij maakte kennis met de we duwe van een lid van een krijgsraad en trad na eenigen tijd zelf op als lid van zulk een college. Hij beweerde zelfs, dat hij een tijdlang aan het hoofd heeft gestaan van een militaire gevangenis. Dit alles was echter nog maar een aan loop. Hij werd nu een gestudeerd man en wijdde zich geheel aan de „juridische loop baan". Hij wist zich o.a. in te dringen bij een rechter, dien hij behulpzaam was bij het verrichten van zijn ambtsbezigheden. Hoewel hij nu en dan ontmaskerd werd en dan gestraft werd, liet hij zich niet ont moedigen en trad elders weer op in een nieuwe rol. Thans stond hij weer terecht wegens valschheid in geschrifte, bedrog, enz. Zijn verdediging was gebaseerd op de bewering, dat hij uit grootheidswaan niet anders kón handelen; hij móést steeds op treden onder hooge titels! Hij kwam er dezen keer af met een jaar gevangenisstraf. Een verhaal dat insloeg. Voor het kantongerecht te Helmond is een eigenaardig strooperszaakje behandeld. Terecht moest staan J. J. v. N., uit Mierlo, wegens overtreding van de Jachtwet. Ge- tuige-verbalisant, de jachtopziener M. v. d. Ven, uit Mierlo, verklaarde dat verd. met nog een persoon des nachts op den Kerk- akker heeft gejaagd met een derde, die een lantaarn droeg. Verd. had een jachtgeweer bij zich en liep in jagende houding. Get. had een sohot hooren vallen, waarna verd. met het geweer in twee deelen van den ak ker afkwam, een konijntje dragende, dat nog warm was. Verd. had aan hem get. verklaard, het konijntje zoo juist geschoten te hebben. De verd. was niet verschenen, doch in zijn plaats trad op mr W. K. S. van Haas- tert, uit Eindhoven. Deze verklaarde na mens verdachte: dat hij ontkent ter plaatse te zijn geweest met een geweer in jagende houding en dat hij ook niet aan den ver- Wanneer wo terugzien op de week, die nu weer bijna is verstreken, dan stemmen vele gebeurtenissen daarin voorgevallen ons wel tot ernst. Stormen, orkanen of cyclonen al naar ze genoemd worden in Zuid- en Midden-Amerika, in Italië, Algiers, enz. OveTstroomingcn in Zuid-Slavië (het vroe gere Servië). Aardschokken in en buiten) Europa (in ons werelddeel o.a. te Weenen). Een typhus-eipidemie, niet alleen in het buitenland, maar ook, zij het gelukkig in mindere mate', in ons land. Wat ons land! betreft, werden o.a. typhusgevallen gecon stateerd te Maastricht, Bergen op Zoom, Breda en omgeving, Helmond eu Tiel. Aardbevingen, stormen, ziekten en over stroomingen prediken wel in 't. bijzonder 's menschen onmacht en nietigheid. Dat wij acht geven op deze teekenen der tij den, waarmede onze God zeer zeker ons iets to zeggen heeft! Er was in deze week ook nog een be richt, dat zeker met een zucht van op luchting zal zijn gelezen en wel, dat de mijnwerkersstaking in Engeland blijkbaar in haar laatste stadium is. Eindelijk zal dan toch deze staking, die Engeland zoo onnoemelijk veel schade heeft berokkend, worden beëindigd. Het schijnt wel, dat de arbeiders den strijd zullen moeten verlie zen. Steeds meerderen gaan aan T werk. Van deze slaking hebben vele haven bedrijven en kolenhandelaren in ons land geprofiteerd. Er schijnen enorme winsten op do kolen te zijn gemaakt. Engeland heeft ook nog aan andere- dingen te denken. Dezer dagen confereer den n.l. Mussolini de Italiaansche dic tator en Chamberlain de Engelsche minister met elkander over de we- derzijdsche belangen in de Middelland- sche Zee. De Tanger-kwestie zal zekeit niet vergeten zijn. Er werden nog door meerdere staats lieden onderhandelingen gevoerd. De Bel gische minister Franc,qui heeft een be zoek aau Parijs gebracht en enkele dagen later vertrok hrj met den gouverneur van de Nationale Bank van België, naar Lon den. De financiëele verhoudingen tus schen de vroegere geallieerden onderling en tusschen deze en Amerika zullen wel in den breed© zijn besproken. In Griekenland schijnt men weer opr "weg te zijn naar een coalitie-regeering. Wellicht begint men er genoeg te krijgen van de dictatuur. De e.v. verkiezingen) zullen waarschijnlijk wel meer licht bren gen. Aan meer licht was ook nog behoefte- in de zaak van het Nederlandsch-Belgischl verdrag, dat binnenkort in het Neder landsch© parlement in behandeling zal komen. Maar nu de Memorie van Ant woord van Minister Van Karnebeek is verschenen zal wel niemand der te genstanders of gereserveerden zich kunnen beroemen over vee], wat hem nu duidelijk is geworden. Wij hebben er tenminste wei nig nieuws in gelezen en dé kansen van- het verdrag blijven onzeker. Mot de herinnering aan het 40-jarig bestaan en de wijziging in de hoofdredac tie van ons blad, waarvan onze lezers zeker kennis hebben genomen, willen we dit kleine overzicht besluiten. balisant gezegd heeft, dat hij het konijntje had geschoten. De ambtenaar van het O. M. eischte f 50 boete subs, vijftig dagen hechtenis, met verbeurdverklaring van ge weer en lantaarn. De verdediger hield daarna zijn pleidooi. Hij begon met te verhalen van een Vlaam- schen boer, die geregeld met een advocaat bij den kantonrechter verscheen, doch op zekeren dag zonder zijn advocaat kwam, waarop de kantonrechter verwonderd vroeg, waarom hij geen verdediger had meegebracht. De Vlaamsche boer ant woordde, dat hij dien nu niet noodig had, omdat hij bekende thans schuldig te zijn. Spr. wilde juist het tegenovergestelde in deze zaak laten zien. De stroopers zijn een raar volkje, zei spr. Het kan geen onrecht dulden, dus als een advocaat daarmede wordt gemoeid, dan zal er volgens spr. wel terdege onschuld bestaan. Verd. heeft dan ook tegenover spr. gezegd geen schuld te hebben en spr. zag ook juridisch geen be wijs in deze zaak geleverd. Hij verzocht derhalve vrijspraak voor zijn cliënt. De kantonrechter, onmiddellijk uitspraak doende, sprak den verdachte vrij. Koffie Thee Tabak. Er zijn menschen, die koffie niet kun nen verdragen, zij krijgen er opwinding van het zenuwstelsel, stoornissen van den slaap, hartbezwaren en bloedaandrang naar het hoofd van. Nerveuze menschen, moeten derhalve met koffiedrinken voor zichtig zijn. Vooral vóór het te bed gaan is het gebruik van sterke koffie uiterst na- deelig. Wie koffie niet kan verdragen, ge- bruike de koffie-surrogaten (mout-koffie, haver-koffie, eikel-koffie) of de coffeïne- vrije koffie H.A.G. Minder aangrijpend voor het organisme is de thee, die door de meeste menschen goed wordt verdragen, als zij niet te sterk wordt gedronken. Wie evenwel hartklop pingen, of beven der handen na het ge bruik van dit genotmiddel ondervindt, moet ook dezen drank vermijden. Bij den tabak is het 'hoofdbestanddeel de nicotine, die echter in de verschillende soorten tabak in wisselende hoeveelheden aanwezig is. De nicotine is een sterk ver gif, dat echter bij 't rooken slechts in zeer geringe hoeveelheid in het lichaam wordt

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1926 | | pagina 6