Dit de Pers.
Bec&tszakes.
Wat er deze week voorviel.
Wetenschap en Knust.
De schrijver is echter van meening, dat
de "besmetting meer als een gevolg, dan
als de oorzaak van de epidemie moet wor
den aangemerkt. Het feit dat de eerste
slachtoffers kinderen waren, wijst er op,
dat hier in de eerste plaats aan melk-
besmetting moet worden gedacht.
Bij de behandeling van de vraag, hoe
het krijgen van typhus te voorkomen, wijst
hij op .de groote beteexenis van zinde
lijkheid, het gevaarlijke van het drinken
van ongekookt water en rauwe melk, en
de wenschelijkheid van het spoedig in
roepen van geneeskundige hulp bij maag-
en darmstoornissen.
10.000 mijlen op en onder zee.
De „New-York Times" wijdt een artikel
aan de reis van den Hollandischen onder
zeeër K XIII, die zonder geleide 10.000
mijlen heeft afgelegd van den Helder naar
San Francisco. De correspondent van bo
vengenoemd blad schrijft o.a. uit San
Francisco:
De Hollandsche onderzeeër, die eenige
dagen geleden alhier arriveerde, vestigde
een nieuw record voor een onderzeeër
zonder de bescherming van een convooi.
De lange reis, gedeeltelijk onder en ge
deeltelijk boven water, is zonder noemens
waardige voorvallen volbracht, aldus de
commandant, luitenant L. G. L. van der
Kun, hoewel hij voortdurend eenigszins
pessimistisch was gestemd geweest'. „Maar
het is altijd beter pessimistisch te zijn
op een onderzeeër, dat is veiliger",
zei hij.
Ook de bemanning moet steeds, en
vooral als men onder water vaart, ernstig
zijn en stipt zich houden aan de voorge
schreven regels. Daarom werd het ge
wone „oorlam" der marine aan boord
niet uitgereikt.
De officieren en matrozen en evenzoo
dr Vening Meinesz van het Nederlandsch
Aardmeetkundig Comité, gebruikten de
zelfde enge ruimte van slaapgelegenheid.
D© K 13, zeide de heer van der Kun,
heeft echter grootendeels aan de opper
vlakte gevaren met een snelheid van acht
knoopen in het uur. De maximum-snelheid
bedraagt 18 knoopen, maar de comman
dant beperkte de snelheid op zoo'n langen
tocht. De onderzeeër heeft den 29sten
Mei Den Helder verlaten. De laatste ha
ven, die men aandeed voor men naar
de nieuwe wereld overstak, was Las Pal-
mas, waar de avontuurlijke reis begon.
De bemanning heeft onderweg zelfs geen
rookpluim gezien.
Door de geringe snelheid leek de reis
wel wat op die van Columbus. Men wist
dat in drie maanden geen land zou wor
den gezien. Eiken dag gingen wij eeni-
gen tijd onder water, waar dr Meinesz
dagelijks slingerproeven nam. Er werd
echter geen enkel bewijs geleverd voor
of tegen de Duitsche theorie der drij
vende continenten, zoodat de aardigheid
van de proeven er voor de bemanning
gauw af was.
Na weken gevaren te* hebben bereikte
men Curasao en verbleef daar eenigen
tijd. Daarna ging het naar Colon, door
het Panamakanaal naar Bilbao en nu
was men in den Grooten Oceaan. Hier
begonnen weer lange onderzoekeningen
•en men bleef daarbij soms zeer lang
onder water.
'Mazatlan in Mexico was de laatste stop
plaats vóór San Francisco en men kan
begrijpen, dat de bemanning zich verheug
de in het vooruitzicht van twee weken
aan wal.
Van San Francisco zou de 230 voet
lange onderzeeër den tocht voortzetten
naar Honoloeloe en verder langs Guam,
Yap, Manilla, Ambon, Banda en Bima
naar de eindhaven Soerabaja.
Doordien de ranke boot een dag voor
den aangegeven tijd in de haven van San
Francisco aankwam, is er geen ontvangst
geweest en was er geen loods om haar
naar de binnenhaven te brengen. Zoodoen
de dreef zij uren lang doelloos in de
haven rond, dwars door een zeilwedstrijd.
Later ontdekte een regeeringssleepboot
den onderzeeër, onderzocht wat voor vaar
tuig het was eu wees hem zijn ligplaats
aan.
Commandant van der Kun overschat de
waarde der onderzeeërs niet, maar ge
looft, op grond van zijn ervaringen gedu
rende den tocht, dat zij het nuttigst kun
nen zijn voor verkenningsdoeleinden. Hi|
wees er voorts op, dat gebrek aan ruimte,
bij onderdompeling ook gebrek aan fris-
sche lucht en het ontbreken van aan
bederf onderhevige voedingsmiddelen wel
eenige bezwaren voor de bemanning zijn
op zoo'n langen tocht. Maar hij voor
zich prefereert de gemakken der grootere
schepen toch niet.
Hi} was van meening, dat de eerste
10.000 mijlen van deze tocht wel de moei
lijkste zijn geweest.
Walcheren vóór 1500.
X.
In het midden van de 15e eeuw had
den de steden Middelburg, Vlissingen en
Veere reeds een zeer uitgebreiden han
del en scheepvaart, grooter dan door
gaans wel gedacht wordt. Daarbij kwam
nog de vischvangst.
.Op de Walchersche reede, langs den
oostrand van Walcheren, vanaf Veere,
langs Ajnemuiden tot Vlissingen, meer
den de schepen of voeren door de Ame
(later door de Welzinge en het nieuwe
havenkanaal 1535) binnenwaarts om in de
havens van Middelburg een ruime los-
of laadplaats te hebben. Niet alleen voe
ren Zeeuwsche schepen naar andere lan
den, maar ook kwamen tal van buiten-
landsche schepen op de reede, waar elke
natie haar eigen ligplaats had. Daar toen
nog geen stoombooten voeren, dus al
leen zeilschepen, moest soms dagen op
gunstigen wind gewacht worden om te
kunnen uitvaren. Op de reede, later be
kend als de reede van Rammekens, we
melde het dus altijd van schepen. Er
werd handel gedreven met de Holland
sche steden Amsterdam, Rotterdam, Dor
drecht, Delft, Gouda, e.a. en met de bui-
tenlandsche steden Antwerpen, Brugge,
Calais, Londen, Hamburg, Bremen en
Dantzig. Alen voer zelfs naar Spanje en
Venetië. De handelsartikelen waren voor
namelijk: haring, bier, wijn, laken, wol,
garen, zout, huiden, zeep, ijzer, koper
en graan.
De visscherij was voornamelijk de ha
ringvangst. Inzonderheid was Vlissingen
een haringhaven. Ook hadden Domburg en
Westkapelle elk meer dan 40 haringbuizen
die hun ligplaats te Vlissingen hadden,
waardoor deze stad haar havens moest
uitbreiden. Middelburg deed al wat het
kon om dé handel en de visscherij tot
zich te trekken. Zoo beloofde de stad
b.v. aan alle zeelui, die met hun schepen
en haringbuizen de stad aandeden, koste
loos als poorter te zullen aannemen. Van
het bier of het zout, voor de schepen
moest geen accijns betaald worden, enz.
Hierdoor nam de haringvisscherij te Mid
delburg „zoodanig toe, dat de stad een
oorlogsschip uitrustte tot het convooien
(begeleiden) der haringvloot. In dien tijd
werd de zee onveilig gemaakt door de
vele zeekapers.
De 2 grootste steden bouwden toen
ook haar nieuwe stadhuizen. Veere in
1474. Middelburg in 1512. Vlissingen heeft
haar prachtig stadhuis (dat later door
het bombardement der Engelschen is ver
nield) in 1594 gebouwd.
De welvaart was ook te zien aan de
steenen huizen, Sie gebouwd werden.
Houten huizen mochten niet meer wor
den gebouwd. De rieten daken verdwe
nen langzamerhand, daar het stadsbestuur
©en premie' gaf, als het rieten dak ver
vangen werd door een dak van pannen
of scaliën (leien). Niet alleen hadden de
taveernes (herbergen) een naam, maar
ook jie huizen der ambachtslieden, die
vaak in 't woonvertrek hun beroep uit
oefenden, en in de achterkamer woonden.
Later had bijna elk huis zijn naam.
De wegen in de stad waren natuurlijk
eerder bestraat dan de landwegen. In
Middelburg begon men in 1365 met de
bestrating. De groote markt echter eerst
in 1578. Door de bestrating in de stad
was veel gewonnen, maar toch niet alles,
want de St. Antonievarkens, waarover wij'
reeds geschreven hebben, bleven nog langs
de straten loopen. Om op een goedkoope
en gemakkelijke wijze aan bestrating te
komen, werd iemand soms veroordeeld
tot het doen bestraten van een weg over
eenige roeden. Kon hij dit niet doen, zoo
moest hij een bepaalden tijd met een kei
om den hals loopen.
Een stadsbestuur moet er in vroegsren
tijd, wanneer het vergaderd was, wel deftig
hebben uitgezien. Al de heeren droegen
een ambtsgewaad, dat vaak van zwaft
laken vervaardigd was en hun op stads
kosten werd verstrekt. Dat ambtsgewaad
bestond gewoonlijk uit een tabberd en
een barret (muts). Wij hebben deze klee
ding kunnen zien bij het openluchtspel
in 1924 'te Middelburg gehouden. Ook
personen, die in dienst van de stad waren,
droegen een ambtsgewaad. Later toen de
statigheid en de achtbaarheid niet zoo
in uiterlijke tooi werd gezocht, werd een
geldelijke belooning gegeven.
Als wij thans de yechtszaken in de
courant nagaan, lezen wij dat de straffen
veelal 'in geldboeten bestaan, Ofschoon
wij niet gaarne de vroegere straffen wil
len terugverlangen, zullen deze waar
schijnlijk beter doel hebben getroffen. De
kleine 'straffen waren: het stellen op de
kaak of het hangen in de mand, het loo
pen met den houten huik, het dragen
van den steen, het zitten in de draaikooi,
enz. Dan waren nog de pijnbank (exami-
natie op de bank) het 'brandmerken en de
doodstraf. Ook gebeurde het vaak, dat een
veroordeelde ten behoeve van de stad
10.000 gebakken steenen moest leveren.
Over de steden in haar opkomst zou
nog rneer te melden zijn, b.v. over de
Schotsche wolstapel te Veere, de gilden,
de besturen der steden, onz. Met het
bovenstaande meenden wij aan de lezers
eenigszins een beeld te hebben gegeven
van de ontwikkeling der Walchersche ste
den voor 1500.
(Slot volgt.)
R. B. J. de M.
Ongunstige vooruitzichten.
De keus van een beroep, zegt „Patrimo
nium", is een ernstige zaak. Gelet moet
daarbij op allerlei. Oók op de econo
mische vooruitzichten.
Er is in de laatste jaren een zeer
groot aanbod van jeugdige kantoorbedien
den. Voor een deel het gevolg van de
ontwikkelt van het U. L. en M. O. Voor
oen ander deel spreekt in dat groote
aanbod ook een zekeren afkeer van den
gewonen handenarbeid.
Nu is er stellig voor werkelijk be
kwame menschen nog wel een goede ad
ministratieve carrière te maken. Maar dan
moet er veel gestudeerd en hard gewerkt
worden. Bijzonder gunstig zijn echter over
het algemeen de vooruitzichten niet. Komt
iemand buiten werk, dan is het, ook al
ontbreekt het niet aan ontwikkeling en
routine, buitengewoon moeilijk om een
nieuwen werkkring te vinden.
De heer Van Lier, op het gebied der
arbeidsbemiddeling deskundig, zeide nog
niet zoo lang geleden:
„De toestand wordt langzamerhand zoo,
daf een kantoorbediende van 25 tot 30
jaar oud, reeds tot de „ouderen" wordt ge
rekend en wanneer hij huiten betrekking
komt, moeilijk weer een plaats vindt.
Menschen boven do 30 jaar worden als
„oude krachten" beschouwd en hebben
bijna geen kans meer om er tusschen
te komen, als ze hun betrekking verlie
zen."
„Een diiectie van eene over het ge-
lieele land vertakte bank verklaarde de
zer dagen onomwonden, dat in het bank
bedrijf voor slechts een gering deel van
het personeel eon b I ij v e n d e positie
je vinden is. Zij: verklaarde ronduit, dat do
„oudere" bedienden in vele gevallen een
„gezonde" en economische ontwikkeling
van haar bedrijf in den weg staan."
Dit alles wijst er wel op, dat de ouders
toch niet in den kantoorarbeid het ideaal
voor hun kinderen moeten zien.
In menig geval zullen zij wel doen,
wanneer zij aan een behoorlijke vak
opleiding de voorkeur geven."
VERSOBERING GEWENSCHT.
Over dit onderwerp schreef onlangs de
heer J. Strikwerda
'tls meer dan tijd, dat de ouders paal
en perk stellen aan de verkwisting die
hun opgroeiende jongens zich veroorloven.
Jongens van 16 jaar, die elke week zoo
van 50 cent tot 1 gulden zakgeld ontvan
gen en het ook zoek brengen zoodat
ze ©Ike .week weer op zwart zaad zitten
zijn in overigens flinke burgergezinnen
geen zeldzaamheid meer. .Waar moet
dat heen?
Wij-voor ons zijn er van overtuigd, dat
't recht om zooveel in een week nutteloos
te verteren, in den tegenwoordigen tijd
zelfs aan geen vader van een burgergezin
gegeven zal worden, laat staan aan schooi
en leerjongens, die op kosten van hun
ouders leven.
Beperking van uitgaven aan weelde
en genotartikelen is voor ieder Christen
eisch, als we slechts letten op de groote
en velerlei behoeften, die de Christelijke
.arbeid en de liefdadigheid kent. Wanneer
ieder Christen zich tot taak stelt ten
minste evenveel v.oor Gods Koninkrijk te
offeren, als hij voor zijn genot en ver
maak uitgeeft, dan zouden, vermoeden
we, met een zekere stelligheid, de 'in
richtingen van Christelijke barmhartig
heid met minder zorgen en tekorten te
worstelen hebben.
En het is toch niet te veel gevraagd,van
iemand die belijdt dat hij God wenscht
lief te hebben boven .alles en zijn naas
ten gelijk zichzelf.
Onze opgroeiende jeugd1 vooral moet
soberheid leeren. Dat ziet men overal-
'kHad ergens de aansluiting gemist en
moest 's avonds ©en kleine twee uur in
een dorpslogement doorbrengen. Eenige
jongelui, van zeker nog geen twintig jaar,
en aan hun kleeding, voorkomen en ma
nieren op te merken, niet uit eenigszins
gegoeden kring komend, waren aan het
biljarten. Ze gedroegen zich niet ongepast,
maar in alles kwam uit, dat zei in het
logement geen onbekenden waren. Het
©ene fieschje bier na het andere verdween
door het keelgat, zoodat ik niet te hoog
taxeer als ik zeg, dat ze de man in
die kleine twee uur zeker 50 cents ver
teerden.
Daar zijn er velen die zulk een weelde
twee en drie maal per week veroorlo
ven.
En voeg daarbij, wat èr door de Aan
komende jongelingschap wordt opgerookt.
Nu gun ik ieder een lekker pijpje en zoo
nu en dan een goede sigaar. Daar niet
van. Maar cigaretten moesten verboden
worden, al was het alleen om het feit,
dat meer dan een er een ziek hart,
©c-m bedorven maag, en een verdorven ge
stel door verkrijgt.
Nu is het mogelijk precies op te geven
hoeveel er in Nederland wordt verrookt.
Dat is de goede kant van de tegenwoor
dige tabaksbelasting.
De centrale jeugdraad heeft daarvan
eens studie gemaakt. Zij heeft terzijde
gestelde het verbruik van tabak en van
sigaren. Het gaat alleen over de ciga
retten, d.w.z. over het artikel, dat zoo
goed als alleen door half-volwassenen en
kinderen wordt verbruikt. Zij komt voor
het jaar 1924 tot de volgende secure
opgaven:
163.377.600
cig.
a
Vi
ct. is
f 816.888.—
854.749.200
i
ff
-8.547.492.—
52.024.800
ff
v/i
tf ff
- 650.310.—
489.729.200
ff
1W
ft t*
- 7.340.088.—
391.638.900
ff
ff
2
ff ff
- 7.832.778.—
263.334.000
ff
ff
21/2
tf ff
- 6.583350..—
228.369.000
ff
f*
3
ft
- 6.851.070.—
12.566.700
f>
ft
31/2'
tf ff
- 439.834.50
26.757.600
ff
f)
4
ft ff
-1.070.304.—
6.759.600
f>
41/2
ff ff
- 249.182.—
34.561.200
yj
5
ft ff
-1.728.060.—
12.208.500
ff
ff
6
ff >J
- 732.510.--
1.860.000
ff
ff
7
>f
- 130.200.
3.895.500
ff
ft
8
tf
- 311.640.—
64.800
ff
9
ff ff
5.732.—
346.800
ff
ff
10
ft ft
- 34.680.—
179.700
ff
121/2
t> ft
- 22.462.50
49.200
ff
15
ft ft
7.380.—
6.000
ff
tf
20
ft ft
1.200.—
f 43355.161.—
Wij rekenden de afzonderlijke sommen
uit en schatten de totaal uitkomst op
een kleine f 45.000.000, zegge vijf en veer
tig millioen gulden alleen aan cigaretten,
opgerookt in het eene jaar 1924, waar
dan de tabak en sigaren nog bij komen.
Of er in Nederland nog overvloed van
geld is!
Men vraagt kapitaalvorming, „welnu
hier is een bron" die steeds milder vloeit.
Immers werd in 1923 „slechts" drievierde
van de hoeveelheden van 1924 opgerookt.
,'Maar in allen ernst. Ouders, zouden
wij in onze christelijke kringen het ciga
retten rooken maar niet verbieden? Ook
verkwisting is een kwaad, waarvan we
rekenschap zullen moeten doen en ver
geving vinden.
Maar bijna ieder doet het, zegt go.
En ge hebt gelijk. Doch nergens in
de Heilige Schrift zult ge lezen, dat het
kwaad als het door ieder bedreven wordt,
geen kwaad meer is. Laten we eerlijk
zijn. We zien wel, dat het niet goed gaat.
Welnu, dat ieder dan zijn laksheid zie
en voortaan met meer kracht er tegen
optrede.
f»
De brand te Waddinxveen.
Het heeft lang geduurd, eer de groote
brand bij de firma Modderkolk en Dys te
Waddinxveen gebluscht was. Er zat nog
veel vuur tusschen de puinhoopen, waar
door de vlammen telkens weer uitsloegen.
Bij dezen brand is weer ten duidelijkste
aan het licht gekomen, dat het met de
brandbluschmiddelen in vele provincie
plaatsen treurig gesteld is.
Waddinxveen is een plaats met een be
trekkelijk groote industrie. Er zijn eenige
papierfabrieken, een houtwarenfabriek en
verschillende houtopslagplaatsen. Voor de
veeteelt moet steeds groote voorraad
uiterst brandbaar voedsel opgestapeld
worden. Een en ander beteekent, dat met
de tegenwoordige bluschmiddelen niet kan
worden volstaan.
B. en W. hebben daarom gemeend, den
Raad een voorstel te moeten doen. Zij
vragen nu een crediet aan van f 5000, ten
einde over te gaan tot aanschaffing van
een motorspuit, die door mechanische
kracht wordt voortbewogen en een capaci
teit van 1000 liter water per minuut zal
hebben. Voorts zal een 500 meter slang tot
de uitrusting dienen te belmoren. Tot aan
koop dezer spuit zal geen leening worden
gesloten, daar B. en W. van meening zijn,
dat alles uit de gewone middelen kan wor
den bestreden. Het ligt voorts nog in de
bedoeling een ander alarmstelsel in het le
ven te roepen. Op 'het eerste sein zal de
nieuwe motorspuit in actie komen. Bij een
eventueel tweede alarm wordt dan de oude
stoomspuit gemobiliseerd.
Aanneming van dit voorstel zal Wad
dinxveen ongetwijfeld ten goede komen.
Een aarts-bedrieger. De
rechtbank te Berlijn heeft voor de zooveel-
ste maal een aartsbedrieger te berechten
gehad, die reeds herhaaldelijk straf heeft
opgeloopen, omdat hij zich op bedriegelijke
wijze in allerlei betrekkingen wist in te
dringen.
De man, die ongetwijfeld een zeer goed
verstand heeft en ook zeer ontwikkeld is,
is reeds op jeugdigen leeftijd op verkeerde
paden gekomen. Zijn levensloop klinkt als
een filmroman hij blijkt een meester te
zijn in het zich aanpassen aan de meest
verschillende en uiteenloopende omstan
digheden en toestanden.
Reeds op het gymnasium maakte hij zich
schuldig aan kleine diefstallen; herhaalde
lijk werd hij veroordeeld, tot hij tenslotte
uit het ouderlijk huis werd verbannen.
Na eenigen tijd aan het front te zijn ge
weest, werd hij uit den militairen dienst
wegens ziekte ontslagen. Hij had echter
goed uit zijn oogen gekeken, en nam nu de
rol van officier aan; kleedde zich in uni
form, schafte zich eenige decoraties aan en
trachtte aldus zijn slag te slaan.
Maar aan één rol had hij niet genoeg;
behalve als officier trad hij op als tooneel-
speler en als candidaat in de godgeleerd
heid. Het gelukte hem zelfs op het platte
land tijdelijk een geestelijke te vervangen
in diens bediening, waarna hij als gods
dienstleeraar aan een Berlijnsch gymna
sium kwam. Hij maakte kennis met de we
duwe van een lid van een krijgsraad en
trad na eenigen tijd zelf op als lid van
zulk een college. Hij beweerde zelfs, dat hij
een tijdlang aan het hoofd heeft gestaan
van een militaire gevangenis.
Dit alles was echter nog maar een aan
loop. Hij werd nu een gestudeerd man en
wijdde zich geheel aan de „juridische loop
baan". Hij wist zich o.a. in te dringen bij
een rechter, dien hij behulpzaam was bij
het verrichten van zijn ambtsbezigheden.
Hoewel hij nu en dan ontmaskerd werd
en dan gestraft werd, liet hij zich niet ont
moedigen en trad elders weer op in een
nieuwe rol.
Thans stond hij weer terecht wegens
valschheid in geschrifte, bedrog, enz.
Zijn verdediging was gebaseerd op de
bewering, dat hij uit grootheidswaan niet
anders kón handelen; hij móést steeds op
treden onder hooge titels!
Hij kwam er dezen keer af met een jaar
gevangenisstraf.
Een verhaal dat insloeg.
Voor het kantongerecht te Helmond is een
eigenaardig strooperszaakje behandeld.
Terecht moest staan J. J. v. N., uit Mierlo,
wegens overtreding van de Jachtwet. Ge-
tuige-verbalisant, de jachtopziener M. v. d.
Ven, uit Mierlo, verklaarde dat verd. met
nog een persoon des nachts op den Kerk-
akker heeft gejaagd met een derde, die een
lantaarn droeg. Verd. had een jachtgeweer
bij zich en liep in jagende houding. Get.
had een sohot hooren vallen, waarna verd.
met het geweer in twee deelen van den ak
ker afkwam, een konijntje dragende, dat
nog warm was. Verd. had aan hem
get. verklaard, het konijntje zoo juist
geschoten te hebben.
De verd. was niet verschenen, doch in
zijn plaats trad op mr W. K. S. van Haas-
tert, uit Eindhoven. Deze verklaarde na
mens verdachte: dat hij ontkent ter plaatse
te zijn geweest met een geweer in jagende
houding en dat hij ook niet aan den ver-
Wanneer wo terugzien op de week, die
nu weer bijna is verstreken, dan stemmen
vele gebeurtenissen daarin voorgevallen
ons wel tot ernst.
Stormen, orkanen of cyclonen al
naar ze genoemd worden in Zuid- en
Midden-Amerika, in Italië, Algiers, enz.
OveTstroomingcn in Zuid-Slavië (het vroe
gere Servië). Aardschokken in en buiten)
Europa (in ons werelddeel o.a. te Weenen).
Een typhus-eipidemie, niet alleen in het
buitenland, maar ook, zij het gelukkig in
mindere mate', in ons land. Wat ons land!
betreft, werden o.a. typhusgevallen gecon
stateerd te Maastricht, Bergen op Zoom,
Breda en omgeving, Helmond eu Tiel.
Aardbevingen, stormen, ziekten en over
stroomingen prediken wel in 't. bijzonder
's menschen onmacht en nietigheid. Dat
wij acht geven op deze teekenen der tij
den, waarmede onze God zeer zeker ons
iets to zeggen heeft!
Er was in deze week ook nog een be
richt, dat zeker met een zucht van op
luchting zal zijn gelezen en wel, dat de
mijnwerkersstaking in Engeland blijkbaar
in haar laatste stadium is. Eindelijk zal
dan toch deze staking, die Engeland zoo
onnoemelijk veel schade heeft berokkend,
worden beëindigd. Het schijnt wel, dat de
arbeiders den strijd zullen moeten verlie
zen. Steeds meerderen gaan aan T werk.
Van deze slaking hebben vele haven
bedrijven en kolenhandelaren in ons
land geprofiteerd. Er schijnen enorme
winsten op do kolen te zijn gemaakt.
Engeland heeft ook nog aan andere-
dingen te denken. Dezer dagen confereer
den n.l. Mussolini de Italiaansche dic
tator en Chamberlain de Engelsche
minister met elkander over de we-
derzijdsche belangen in de Middelland-
sche Zee. De Tanger-kwestie zal zekeit
niet vergeten zijn.
Er werden nog door meerdere staats
lieden onderhandelingen gevoerd. De Bel
gische minister Franc,qui heeft een be
zoek aau Parijs gebracht en enkele dagen
later vertrok hrj met den gouverneur van
de Nationale Bank van België, naar Lon
den. De financiëele verhoudingen tus
schen de vroegere geallieerden onderling
en tusschen deze en Amerika zullen wel
in den breed© zijn besproken.
In Griekenland schijnt men weer opr
"weg te zijn naar een coalitie-regeering.
Wellicht begint men er genoeg te krijgen
van de dictatuur. De e.v. verkiezingen)
zullen waarschijnlijk wel meer licht bren
gen.
Aan meer licht was ook nog behoefte-
in de zaak van het Nederlandsch-Belgischl
verdrag, dat binnenkort in het Neder
landsch© parlement in behandeling zal
komen. Maar nu de Memorie van Ant
woord van Minister Van Karnebeek is
verschenen zal wel niemand der te
genstanders of gereserveerden zich kunnen
beroemen over vee], wat hem nu duidelijk
is geworden. Wij hebben er tenminste wei
nig nieuws in gelezen en dé kansen van-
het verdrag blijven onzeker.
Mot de herinnering aan het 40-jarig
bestaan en de wijziging in de hoofdredac
tie van ons blad, waarvan onze lezers
zeker kennis hebben genomen, willen we
dit kleine overzicht besluiten.
balisant gezegd heeft, dat hij het konijntje
had geschoten. De ambtenaar van het O.
M. eischte f 50 boete subs, vijftig dagen
hechtenis, met verbeurdverklaring van ge
weer en lantaarn.
De verdediger hield daarna zijn pleidooi.
Hij begon met te verhalen van een Vlaam-
schen boer, die geregeld met een advocaat
bij den kantonrechter verscheen, doch op
zekeren dag zonder zijn advocaat kwam,
waarop de kantonrechter verwonderd
vroeg, waarom hij geen verdediger had
meegebracht. De Vlaamsche boer ant
woordde, dat hij dien nu niet noodig had,
omdat hij bekende thans schuldig te zijn.
Spr. wilde juist het tegenovergestelde in
deze zaak laten zien. De stroopers zijn een
raar volkje, zei spr. Het kan geen onrecht
dulden, dus als een advocaat daarmede
wordt gemoeid, dan zal er volgens spr. wel
terdege onschuld bestaan. Verd. heeft dan
ook tegenover spr. gezegd geen schuld te
hebben en spr. zag ook juridisch geen be
wijs in deze zaak geleverd. Hij verzocht
derhalve vrijspraak voor zijn cliënt.
De kantonrechter, onmiddellijk uitspraak
doende, sprak den verdachte vrij.
Koffie Thee Tabak.
Er zijn menschen, die koffie niet kun
nen verdragen, zij krijgen er opwinding
van het zenuwstelsel, stoornissen van den
slaap, hartbezwaren en bloedaandrang
naar het hoofd van. Nerveuze menschen,
moeten derhalve met koffiedrinken voor
zichtig zijn. Vooral vóór het te bed gaan
is het gebruik van sterke koffie uiterst na-
deelig. Wie koffie niet kan verdragen, ge-
bruike de koffie-surrogaten (mout-koffie,
haver-koffie, eikel-koffie) of de coffeïne-
vrije koffie H.A.G.
Minder aangrijpend voor het organisme
is de thee, die door de meeste menschen
goed wordt verdragen, als zij niet te sterk
wordt gedronken. Wie evenwel hartklop
pingen, of beven der handen na het ge
bruik van dit genotmiddel ondervindt,
moet ook dezen drank vermijden.
Bij den tabak is het 'hoofdbestanddeel
de nicotine, die echter in de verschillende
soorten tabak in wisselende hoeveelheden
aanwezig is. De nicotine is een sterk ver
gif, dat echter bij 't rooken slechts in zeer
geringe hoeveelheid in het lichaam wordt