no z Dinsdag 14 September 13)3$€» 4öe Jaargan» Biiiulal Buitenland. MARy ST JQHH. FEUILLETON. Drukkers-Exploitanien: OOSTERBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Lange Vorststraat 68—70, Goes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P- DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 Ve Zeeuw REGEL EN AANVULLING. II. (Slot-) Het beginsel der overdracht noemden Ttij een fataal beginsel. Het is heidensch. gen vinding van Plato, den grooten Griek, die als proeve van hoogste wijsheid aan zijn volk den raad naliet om de kinderen te onttrekken aan den invloed der oudei's, om zo te d°en opvoeden door Vader ^Dit beginsel is, dank zij het veldwinnen van den invloed des Christendoms, wel teruggedrongen, doch gansch overwonnen is het nimmer. Rousseau, met zijn leus; terug naar de natuur! deed dat paganis- tisch beginsel herleven, inet zijn pre diking van do vrijei liefde, de Staatsmacht en het Staatsmonopolie, den ouderplicht om de kinderen te vondeling te leggen of hen in handen te stellen van den Staat. De Staatsschool in optima forma, Staats opvoeding me® als uitgangspunt dat de mensch van dezelfde natuur is als de dieren en zijn ontwikkeling langs phy- siologischen weg moet geschieden. Droomers als Saint Simon en Fourier hebben dit beginsel nader uitgewerkt; doch hunne theorieën zijn op 'n totale mislukking uitgeloopem. In het midden der vorige eeuw hebben radicale oeconomen en schoolmannen het beginsel van Staatsgezag en Staatsschool weer meer naar voren geschoven. Men kont prof. Opzoomers, later door hem herroepen, voorspelling dat de Staat door zijn zorg voor scholen, dei gevangenissen zou ontvolken. Diegenen onder de rechtzinnige Chris tenen, welke dweepten met de idee eener gechristianiscierde openbare school, steun, den da propaganda dezer radicale heeren. Natuurlijk bleef voor hen de consekwestie der leer van den Staat-Alverzorger ver borgen; en ook de radicalen, ondanks hun ijveren voor Staatsschoolvoeding en kleeding en geneeskundige verzorging dachten er niet aan om hun stelsel zóó ver Hoor te zetten als Plato dit deed. Toch was 't jammer, dat vele Protes- tantsche Christenen destijds geweigerd hebben den strijd voor „de vrije school regel" mee te voeren. Hoeveel eerder zou men aan de vervulling van dezen wensch toegekomen zijn. En nog zijn er velen, vooral onder de predikanten, die niets liever zagen geschieden, dan dat de ouders zich op het terrein der school afzijdig hielden en de zorg voor het schoolonderwijs overlieten aan den Staat, die dan zou hebben te geven zoogenaamd Christelijk Openbaar onderwijs. Of het dan niet schoon zou zijn, wan neer het daarheen kon worden geleid dat weer heel het volk, in alle deelen van 't land, zijn kinderen naar een waarlijk Christelijke openbare overheidsschool zond? Zeker zóu 't dat. Maar wie gelooft nu nog aan de moge lijkheid dat de openbare onderwijzers, ge steld zij geloofden allen zeiven hetgeen zij leerden op godsdienstig gebied, in staat en gezind zouden zijn om zoodanig onder wijs te geven? Reeds zestig jaren geleden schreef de liberal® staa.tsman-geschiedschrijver-onder- wijsman-volksvertegenwoordiger mr W. H. de Beaufort dat vele openbare onder wijzers volgelingen waren van den onge- loovigen moralist Multafuli. Wie durft zeggen, dat het nu niet reeds veel erger is? Rn toch zijn er nog tal van geleerde Nederlandsche Christenen, die dezen droom van een Christelijke Openbare school naast de idee eener alomvattende volksschool niet willen loslaten. En ook onder onze oud-Liberalen zijn er nog en kele brave dwepers met een algemeen Christendom, een religie van menschen- min, een deugdengodsdienst, zooals reeds in de achttiende en de vorige eeuw de denkers der revolutie die leerden, doch welke niet anders was (en is) dan „een zedeleer do.or het Deïsme gedragen". En wat het Deïsme is, hebben wij in 'ons nommer vai\ 17 Aug. j.l. uiteen gezet. Het is een „godsdienst", die God op zij schuift, en 'ter voor houdt dat Hij zich met zijn schepping niet meer inlaat. Een neutrale God, die geen goed doet, maar ook geen kwaad. Christenen, 'die met deze Deïsten in bond voortgaan met voor een ééne open bare school te ijveren, zijn niet op den goeden weg. Zij stellen zich principieel tegen Groen van Prinsterer over. Zij zoeken de gedienstigheden der prac- tijk, tegen welke deze stichter onzer A.-R. partij zoo ernstig gekant was. Het waren toch deze „gedienstigheden der praktijk", die op de Veluwe en in onze provincie in strijd met de wet Christelijk® openbare scholen duldden, welke hem zoo onwelkom waren, omdat zij de actie voor de vrije school belemmerden. Het doet ons genoegen dat de beproef de strijder voor de vrijheid van onderwijs zjj 'took na zijn dood, gelijk gekregen heeft. De liefde tot de Vrije School is in alle Christelijke, en ook in verschillende neutrale kringen klimmende Zelfs van Liberale zijde wordt aan Gnoen's standpunt steun geboden. Reeds in het Voorloopig Verslag van Rapporteurs uit de Eerste Kamer over Hoofdstuk V der staatsbegrooting over het jaar 1890 (Handelingen der Staten- Generaal 1889-'90 I blz. 127) kon men lezen, „dat leden, vroeger voorstanders der openbare school, verklaarden tot liet inzicht te zijn gekomen, dat de openbard school door de vrije moet vervangen wor den. Door de kracht der omstandigheden en, ook door de verschillende waarde, welke men aan de dogmatiek hecht voox het leven, moet men het denkbeeld van dp neutrale school, zooals die in 1857 werd bedoeld, opgeven en overgaan tot het stel sel van "vrije scholen, onder de noodige regelen 'en waarborgen, en die snbsi- diëeren". Blijkbaar werd hier een gevoelen weer gegeven niet van rechtschen afkomstig. Trouwens tal van moderne geleerdezr Bruining, Roessingh, Krabbe en vele anderen, sloten zich in den loop der vol gende jaren bij deze ongenoemde bekeer lingen aan. Langzamerhand heeft dan ook de Open bare School opgehouden de voornaam ste te zijn. De Vrije school staat financiëel niet langer hij de Openbare school achter. Natuurlijk weer wel in gemeenten waar de meerderheid nog van den oud-Radica len stempel is; doch aan dit soort uit- sluitingszucht is de breidel aangedaan, door het recht van beroep op Gedepu teerde Staten en, zoo ook dezen misschien, wat de praktijk onzer lager-onderwijswet aangaat, het niet eens blijken dan is er een nog hoqger beroep mogelijk, name lijk op de Kroon. Het is wel jammer, dat dergelijke op merkingen nog. moeten gemaakt worden, terwijl toch de gelijkstelling tusschen open baar en bijzonder onderwijs rechtens zoo vast staat. In ieder geval zullen zij, die nu nog den bloei der bijzondere school tegen houden, en op aanvragen van Chr. school besturen trachten te beknibbelen; onder vinden dat dit op den duur toch niet gaan zal. Volgens het „Regeeringsoverzicht van het betrekkelijk verzuim op de lagere scholen in Nederland" bedroeg in 1925 het gezamenlijk aantal school tijden van alle lagere scholen in ons land in ronde getallen 459 miljoen; waarvan 2491/2 miljoen, dus 54 procent voor de bijzondere scholen en 2091/2 miljoen, dus 46 procent, voor de openbare scholen. Do vrije school heeft derhalve do open bare school al voorhij giestreefd. En dat niet door kunstmatigie opdrij ving maar krachtens de werking van het vrijheidsbeginsel en de doorwerking van geestelijke factoren, welke in de volksziel wortelen. Poging tot moord op Pangalos? Volgens een bericht uit Athene aan de Neue Freie Presse is een poging tot moord op Pangalos, den vorigen Griekschen mi nisterpresident, gepleegd. Vier mannen in officiersuniform meldden zich aan bij den directeur van de gevangenis te Kreta, waar Pangalos opgesloten is en verklaar den dat zij opdracht hadden de bewaking van den ex-dictator op zich te nemen ten einde te voorkomen, dat hij zou ontvluch ten. Daar de gevangenisdirecteur al eerder vernomen had, dat er plannen bestonden tot vermoording van Pangalos, liet hij de vier mannen gevangen nemen. Er gaan geruchten over het ophanden zijn van een nieuwen militairen staatsgreep. De burgeroorlog in China. Tusschen de strijdkrachten van den dic tator van Shanghai, Sun Tsjoeang Fang, en de invallers uit Canton is een slag bij de grens tusschen Kiangsi en Hoenan be gonnen; tot dusver bleef de strijd onbe slist. De „Shanghai Times" zegt, dat de nieuwste geheel metalen Russische vlieg tuigen verkenningsvluchten voor den op- marsch van het Canton-leger verrichten. De Britsche kruiser „Hawkins" is te Hau- kau aangekomen. Zijn aanwezigheid heeft reeds een kalmeerende uitwerking gehad. De aanslag op Mussolini. Voor de vierde maal in twee jaar tijds is Zaterdag Mussolini aan een geweldda- digen dood ontsnapt. In April schoot een onwijze Engelsche vrouw op hem, maar trof alleen zijn neus. Op 31 Augustus 1924- werd een aanslag beproefd op zijn auto tusschen Acqua Pendente en Rome en doorzeefden de voor hem bestemde kogels een auto dié volgde. In November van het vorige jaar werd een samenspanning ver ijdeld, beraamd om hem op Wapenstil standsdag uit een hotelkamer met een ma chine-geweer te bestoken. Zaterdagoch tend heeft een jong Italiaansch anarchist hem, toen hij met zijn auto door de Piazza Porta reed, op weg naar het Ghigi-paleis, met een hom trachten te treffen, waarvan de scherven echter slechts vier voorbij gangers licht kwetsten. Deze reeks van aanslagen hebben Mus solini's populariteit bij zijn aanhangers natuurlijk slechts verhoogd en zijn aanlei ding geweest voor geestdriftige betoogin gen. In alle steden van Italië en in alle kolo niën hadden grootsche manifestaties met volle onderwerping. „Ik gebruikte maar wat brandewijn tegen de flauwheid en den schrik. O, ik zie wel, dat ge mij niet vertrouwt; maar ik zal toch mijn woord houden. Ik ben niet zoo dwaas, om zoo'n goeden man, als gij zijt, verdriet aan te doen' en hij lachte op eene akelige wij ze, terwijl hij weer naar zijne plaats te rug ging; maar voordat Grey de kamer verliet, zag hij, dat Walter zijne vorige houding weer had aangenomen en het ge laat in de handen verborgen hield. Wat moest er gedaan worden? Grey was ten einde raad; het grootste gedeelte van den dag moest hij afwezig zijn, want het zou niet gemakkelijk zijn, om eeno ge schikte kamer te vinden, en er was nog zooveel te regelen; ook moest hij geld zien te krijgen van Charlotte. Als Bertie'nu maar niet weer die lange wandeling was gaan maken! en Mary was opgesloten in de ziekenkamer, en boven dien was zij geheel uitgeput Charlotte eveneens; maar Charlotte zou toch niet van eenig nut hebben kunnen zijn. Dollie -zou hij Dollie vragen? zou het wel ge schikt zijn voor haai-, die nog slechts een kind was, om uren alleen te blijven met een lijk en iemand als Walter? Hij herin nerde zich, dat er menschen in huis wa ren vrouwen en kinderen die zij ter hulp kon roepen; -en hij zou zoo vaak hij plaats, waaraan alle klassen der bevolking deelnamen wegens het mislukken van den aanslag op Mussolini. Nergens had tot dusverre ook maar de geringste orde-ver- storing plaats. Mussolini heeft van het balcon van het Ghigi-paleis een toespraak gehouden, waarin hij o.m. het herstel van de dood straf aangekondigd heeft. Communistische actie. Volgens berichten uit Sofia heeft de sovjetgezant tijdens de jongste onlusten te Athene een levendige propaganda ge voerd. Niet alleen werd deze propaganda gesteund door rijke geldmiddelen, waar over de vertegenwoordiger van Moskou beschikt, doch talrijke ontslagen officieren en onder-officieren en vooral Grieksche vluchtelingen uit den Kaukasus voeren in het geheele land in leger en vloot, openlijk een communistische propaganda. Ook uit Macedonië en uit Albanië komen berichten over een levendige communistische propa ganda. Soldaten-muiterij in Portugal. Het Portugeesche ministerie van oorlog heeft een mededeeling gepubliceerd, vol gens welke Zaterdag in het garnizoen van de grensstad Ghaves wanordelijkheden zijn uitgebroken, die volkomen onderdrukt zijn. Volgens een nader bericht uit Lissa bon heeft een infanterie-kapitein getracht met den steun van weinig militairen en burgers, het postkantoor en het station te bezetten. Hij kreeg evenwel geen vol doenden aanhang. De wapenstilstands wagon. Er bestaan plannen om den historischen spoorwegwagen, waarin maarschalk Foch en Erzberger in November 1918 in het bosch van Gompiègne de wapenstilstands voorwaarden onderteekenden, van de bin nenplaats der Invalides te verwijderen. Toen de Compagnie des Wagons-Lits den restauratiewagen aan den Staat schonk, vertrouwde Millerand, destijds president der republiek, hem aan de zor gen van generaal Malleterre, directeur van het Legermuseum toe, die hem op de binnenplaats der Invalides deed plaatsen. Dit ging met eenige moeite gepaard en de poort van de Cour des Invalides moest zelfs iets worden uitgebroken om den wa gen door te laten. De poort werd aan stonds gerestaureerd, zoodat hij voor goed op de binnenplaats scheen opgeborgen. Intusschen is de wagen aan weer en wind blootgesteld. Reeds één maal is hij opgeknapt en bijgeschilderd, maar thans is hij wederom in verval geraakt. En gene raal Mariaux, die generaal Malleterre is opgevolgd, wil hem graag kwijt. Het beste zou zijn hem weer naar Rethondes, in het bosch van Compiègne, terug te brengen, en hem op de historische plek neer te zetten, maar het transport zou veel geld kosten, de wagen zou wegrotten in de open lucht en bovendien is het spoor, waarop hij eer tijds werd gerangeerd, sedert lang ver dwenen. Thans heeft een gefortuneerd Ameri kaan, die onbekend wenscht te blijven, aan den heer Fournier-Sarlovèze, maire van Gompiègne, aangeboden de kosten van het transport van den wagen, zijn onderhoud, de inrichting van een woning voor een wachter, enz. te willen betalen. De maire heeft een begrooting opgemaakt en wacht nu op het antwoord van den Amerikaan. Korie berichten. Het blad Lupta, dat gemeld had dat de Roemeensche koning zich met den ge wezen kroonprins verzoend had en dat de ze in November te Boekarest zou terug kon naar haar komen zien. Als zij be vreesd was, kon zij altijd weigeren; maar hij was in een moeilijk geval en vond, dat hij het haar moest vragen. Eén ding was zeker, hij durfde "Walter niet alleen la ten; hij zou krankzinnig van vrees kunnen worden; hij'zou zichzelven te kort kunnen doen; hij nu, het was niet noodig al die akeligheden op te sommen Dollie was ten slotte toch een vrouw, en zelfs een zeer moedige vrouw, hij moest eerst naar huis gaan en met haar spreken. HOOFDSTUK XVI. „Te Iaat! Dat woord bestaat n i e t." Nadat Grey zijn droevig verhaal ver teld had, gevoelde hij, dat hij geen be rouw behoefde te hebben. Hoe innig veel belang stelde zij er in! „Wacht even op mij, ik zal dadelijk te rug zijn," was al wat zij zeide; en bijna voordat hij opgehouden had naar hare voetstappen te luisteren stond zij weer naast hem, een weinig buiten adem, ter wijl zij met bevende vingers hare lange handschoenen vastknoopte. „Zult ge niet .bang zijn, als ik een poosje wegblijf?" vroeg hij bezorgd, terwijl zij snel door de laan liepen; „en gij moet mij één ding beloven dat ge niet in de VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f3.— Losse nummersfO.OS Prijs der Advertentiën: 14 regels f1.20, elke regel meer 30 ct Bij abonnement belangrijke korting. keeren en in al zijn rechten zou worden hersteld, is in beslag genomen. De „Chicago Tribune" meldt uit Ge- nève, dat er ernstig sprake van is om Turkije terstond in den volkenbond op te nemen met toekenning van een zetel in den raad. De onderhandelingen worden ge voerd door bemiddeling van de Jouvenel, den aftredenden lioogen commissaris van Syrië. Te Genève 'is men van meening, dat Nederland en Chili goede kans hebben om met Polen een niet-vasten zetel voor 3 jaar in den volkenbondsraad te krijgen of an ders een voor 2 jaar. Liefhebbers worden gezocht voor een een-jarigen zetel. Waar de Engelsche mijneigenaars zich in op één na alle-districten tegen een nationale regeling hebben uitgesproken, heeft de hondsvoorzitter aan Churchill ge schreven, dat hij meent, dat een bijeen komst tusschen vertegenwoordigers van regeering, mijneigenaars en mijnwerkers geen zin heeft. De hoofdcommissaris en de presi dent van politie te- Rome zijn in verband! met den aanslag op Mussolini afgezet. ,De Belastingplannen. Het eerste gedeelte is verschenen van het Verslag der Commissie vaiï Voorbe reiding uit de Tweede Kamer inzake de voorstellen van Minister De Geer tot herziening van verschillende belasting wetten. Men herinnert zich, dat het doel van Minister Colijn was: enkele der meest drukkende, oneconomisch werkende hef fingen te verlagen, door anderzijds een belasting te heffen van niet-noodzakelijke uitgaven. Hij gaf daar dezen vorm aan, dat: de voor het leeningsfonds geheven op centen op de Personeele belasting en op de Rijksinkomstenbelasting zouden worden verminderd; en de voor datzelfde fonds geheven Verdedigingsbelasting II (vermogen) zou worden afgeschaft; dat voorts verlichting zon worden gebracht: in de successiebelasting, in de inkomsten belasting en in de personeele belasting; en dat tegenover die mindere opbrengst, tesamen geraamd ,op 23.5 millioen, een z.g.11. zegelbelasting zou worden geheven op verteringen in hotels en restaurants, en op den aankoop van weelde-artikelen. Minister De Geer heeft zich met de Hoofdgedachte vereenigd, maar in de uit voering eenige wijzigingen gebracht. De voorgestelde herziening der inkomsten belasting (die beoogde een ontlasting den groote gezinnen) heeft hij: vervangen! eenerzijds door een afschaffing van de ten behoeve van het Leeningsfonds ge heven opcenten op de personeele belas ting en op den suikeraccijns; anderzijds! door een verlaging van de hoofdsom der personeele belasting. In het bijzonder wordt de druk der Pers. Belasting ver licht voor groote gezinnen. En de Ver dedigingsbelasting II wilde hij niet ge heel afschaffen, maar op- de helft bren gen. Bovendien zijn er verschillende wij zigingen gebracht in de weeldeverterings- belasting, voornamelijk heperkingen. Die voorstellen zijn door de Kamer verwezen naar een Commissie van voor bereiding, die nu het eerste deel van haar rapport publiceert. Ze besloot de Kamer gunstig: te adi- viseeren omtrent een door de regeering subsidiair opgeworpen denkbeeld, om de aangrenzende kamer zult gaan waar lijk dat moet ge mij beloven"; en zijne ste mnam dien lichten toon van gezag aan, dien zij onwillekeurig was beginnen te ge hoorzamen. „Ik denk, dat ik u dat wel kan beloven," antwoordde zij zacht; ik heb nog nooit een lijk gezien, en ik geloof niet, dat ik' den drempel over zou durven gaan. Met Mary is het anders zij is ouder en heeft meer ondervinding; zij is reeds hij vele sterf bedden geweest oude mannen en vrou wen en kleine kinderen; is het niet vreemd? En toch is zij nog maar een meisje!" „O, Mary is eene uitzondering; ik heb nog nooit zóó iemand ontmoet. Van kind af is z;j behulpzaam en zelfstandig ge weest; en dan heeft zij eene goede oplei ding gehad zij is geheel eene diacones, behalve in naam." „Ja, zij is zeer goed," antwoordde Dol lie zuchtend; en toen zwegen zij, totdat zij hunne bestemming bereikt hadden. Als Grey soms aan de wijsheid van zijn plan getwijfeld had, deed hij het na ver loop van weinige oogenblikken niet meer. Dien dag zou Dollie eene geheel nieuwe zijde van haar karakter vertoonen. l (Wordt vervolgd.) (ItïlilLj J uJJ yj L: I Uit het Engelsch. 57) _o- >Ik vind wel, dat gij haar nauwkeuriger hadt moeten bewaken; gij hadt haar het vergif moeten afnemen." „Onmogelijk," was het antwoord; „gij keilt Mally niet. Zij was zoo sterk als ee'n man; en zie mij eens aan, hoe zwak ik ben. Kom haar nu eens even zien," vervolgde hij, met moeite opstaande. „Zij heeft niet veel geleden, zeide men; zij was geheel dood, toen men haar opnam"; en Grey volgde hem schoorvoetend in het aangren zend vertrek. Arme, verdoolde Mally! Daar lag zij nog met den zwarten doek om haar grijs hoofd gebonden. Na het eerste weerzinwekkend oogenblik, was Grey er verbaasd over te zien, hoe jeugdig en schoon de gelaats trekken nog waren, de rimpels waren ge- teel verdwenen; in den bloei harer jaren moest zij ongetwijfeld zeer schoon zijn ge feest. Walter gaf woorden aan deze ge dachten. „Ach, zij was schoon in het be- 8®, dat ik haar kende. Arme Mally! de treeselijke dood van onze kleine Belle bracht haar het eerst op den slechten weg. Zij was een slechte vrouw voor mij, de vloek mijns levens, maar toch heb ik haar nooit zoo'n einde toegewenscht"; en hij sprak met waar gevoel. „Nu ik u alles verteld heb, zult ge toch niet heengaan," ging hij smeekend voort, toen zij in de andere kamer waren terug gekeerd. „Ik kan niét alleen met haar gelaten worden," zeide hij. „Ik kan u hier vannacht natuurlijk niet laten," antwoordde Grey. „Ik ga nu beproeven eene nette, fatsoen lijke kamer voor u te vinden. Ik heb nog veel te doen; uwe huismenschen moet ik spreken on den dokter en er is nog veel te regelen.' „Ik wilde, dat ik met u mee kon gaan," zeide Walter vol verlangen; „maar ik ben zoo zwak, en kan nauwelijks door de ka- mef loopen. Blijf niet langer uit dan noo dig is; en kom vooral terug, voordat het donker wordt. Ik hen geen lafaard, maar i emand moet wel zeer dapper zijn, om al leen te willen blijven met een lijk!" „Ik zal vóór den donker terug komen, als gij mij één ding belooft. Gebruik niets dan wat ik u zal zenden wat soep en koffie. Neem daarvan zooveel ge maar wilt, doch niets anders, denk er om!" „Dat beloof ik u," antwoordde Walter

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1926 | | pagina 1