£1! Go's III!»
PU ROL
m 2'AO
Zaterdag 3 Juli 1926
4öe Jaargang
I LKI
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
RES
GOES
HULST
BEESTENMARKT 8. GOES.
Dir. J. LAP0RT.
Verzilvert COUPONS.
Koopt en verkoopt EFFECTEN, VREEMDE
geiden tegen voordeelige koersen.
SPAARBANK a 4 pCt.
van
Hanclen en Gelaat
verkrijgt men door
Korte berichten.
Drukkers-Exploitanten:
OOSTERBAAN LE COINTRE GOES
Bureaux: Lange Vorststraat 68 70, Goes
Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, f3.—
Losse nummersf 0.0S
Prijs der Advertentiën:
14 regels f1.20, elke regel meer 30 ci.
Bij abonnement belangrijke korting.
VRIJMAKING DER VROUW.
Wij hebben deizer dagen de aandacht
gevestigd op dei ideeën die in een vrij
zinnig blad werden gepropageerd ten op
zichte van de „vrijmaking" der vrouw.
Aan de mannen behoorde het recht te
worden toegekend naast hunne wettige
vrouw, met een andere vrouw in huwe
lijksgemeenschap te leven.
En het spreekt vanzelf dat dezelfde
„rechten" ook aan da vrouwen behoorden
te worden toegekend.
Vrouwen zoojwel als mannen m'oeten
in staat worden gesteld zich uit te leven.
De wettelijke banden moeten worden
verbroken.
Met wat Gods Woord ons omtrent het
huwelijk en bet gezinsleven leert mag niet
worden gerekend.
„Vrijheid" moet er zijn.
Wat de verwerkelijking van deze ide
alen beteekent kan Rusland ons leeren.
Daar is de „vrijmaking" van de vrouw
een feit geworden.
In 1919 schreef mevr. Kroupskaïa Le
nine niet zonder ophef:
„Rusland is de eerste staat geweest,
die de vrouwen gelijk stelde in alles
met de mannen; zelfs in de meest demo
cratische republieken is ze tot dubbele sla
vernij gedoemd; wij, Sovjets, gaan haar
bevrijden
En de bevrijding is gekomen.
En de gevolgen?
Madame Avril de' Sainte-Ci'oix, een
Fransche schrijfster, vertelt er het volgen
de van:
Zeker, de Russische vrouw heeft nu
alle rechten precies als de man, rriaar
omdat ze niet is als de man, omdat
het huwelijk haar heel wat anders brengt
dan den man, is deze zoogenaamde ge
lijkheid schreeuwend onrecht. Je kunt
trouwen en scheiden naar hartelust; som
mige «mannen gingen in één jaar tien hu
welijken aan.
Rusland is vol van verlaten oudere
vrouwen, die in diepe ellende gedompeld
zijn en vol met, en dat is nog haast het
vreeselijkste van alles, met horden van
onverzorgde kinderen.
Mevrouw Iliynsky schrijft in de Sovjet
courant „Het recht en het leven", dat de
toestand van vele vrouwen onhoudbaar
is. NaJ 4 a 5 scheidingen blijven ze zonder
eenigo bescherming achter, het gezin is
absoluut verdwenen, de huizen zijn over
vol met een opeenhooping van indivi
duen, de opvoeding van de kinderen is
haast onmogelijk geworden.
Mevrouw Iliynsky zegt niet waarom
deze toestanden zoet zijn geworden; zij
constateert maar feiten.
De Izvestias van 2 Sept. 1925 zegt,
dat iedereen onder den indruk is van
het groote probleem der verlaten kinderen,
er is slechts voor acht honderd duizend
plaats in de gestichten, schrijft mevrouw
Kroupskaïa Lenine, en er zijn er wel
zeven millioen, die geregistreerd werden.
H-et lot van de arme kleine meiskes is
niet om te vertellen, velen beginnen op
elf- en twaalfjarigen leeftijd het leven
der schande en eindigen met de mieekt
schrikbarende ziekten.
Onder die. kinderen, schrijft professor
Iholomqvitch, treft ge de meest verbijste
rende afwijkingen aan, 40 a 50 pet. zijn
cocaïnomanisten, d.w.z. gebruikers van
cocaïne.
De commissaris Seinanchko schreef 4
Sept. 1925 in de Iveztias: dat de groote
bloedende wonde van Rusland op het
oogenblik is het probleem der onverzorgde
kinderen, diei half naakt, overdekt met
luizen en wonden, ondervoed door de
straten en over de wegen trekken.
De opgroeiende meisjes, ook die nog
met hun ouders wonen, hebben een haast
ongeloafelijken harden strijd om haar eer
te bewaren.
Mevrouw Avril de Sainte-Croix ein
digt haar artikel met de woorden:
„Als de commissaris Semeehko den
Kreet van afgrijzen en den roep om her
stel niet heeft kunnen laten hooren in
©igen lahd, laat ons dan vrouwen, moe
ders en ©chtgenooten de kreet laten hoo
ren in onze landen, opdat de echo moge
doorklinken tot hen, die het lot van deze
arme veriatenen in handen hebben."
Ziedaar de gevolgen van het dansen om
den vrijheidsboom.
De z.g. gelijkheid beteekent voor de
vrouwen schreeuwend onrecht.
De toestand is voor vele vrouwen on
houdbaar.
Wat men vrijmaking waande beteekent
voor de vrouwen dei bitterste slavernij
en voor de kinderen ondergang en dood.
En hoe kan het ook anders.
Wat wijsheid zouden hebben zij, die
Gods Woord verlaten?
Wij ontleenden enkele gegevens aan een
waarschuwend artikel van Mevrouw v.
HoogstratenSchcuch, het slot van dit ar
tikel, luidende als volgt, nemen wij met
instemming over:
Ik wilde wel, dat vete, vele vrouwen
in onze dagen een voorbeeld namen aan
mevrouw Lroupskaïa Lenine..
Dat ze zich spiegelden aan het groo
te gevaar van lenzen en groote woor
den. Dat ze voorzichtig leerden zijn met
beweringen -en uitspraken.
Dat ze met onheilige handen afbleven
van onze huwelijksinstellingen, dat ze
liever haar tong afbeten, dan over de stra
ten te roepen: „gelijkheid voor man en
vrouw!"
Dat ze beseften dat je gemakkelijk
hartstochten kunt ontketenen, maar dat je
ze niet meer verzamelen kunt.
In naam der verlaten vrouwen van
Rusland, in naam van de duizenden hon
gerlijdende kinderen, die als schurftige
honden langs de straten worden gejaagd,
vraag ik den vrouwen, ook in ons land,
om voorzichtig te Sljn.
Bidt liever! Bidt veel -dat God ons
genadig zij in deze vreeselijke tijden, ons
en onze kinderen.
Stemmen des Tijds.
Ook het Juli-nommer van „Stemmen
des Tijds" geeft weer blijk van het ern
stige pogen der redactie 'en haar mede
werkers om als maandschrift voor Chris
tendom en Cultuur de eenmaal verovefde
positie te behouden en veilig .te stellen.
Maandelijks, en ook ditmaal geschiedt
dit door den onovertroffen buitenlandsche
kroniekschrijver H. L. Baarbé in een door
wrocht artikel „Politieke Vooruitzichten";
naar aanleiding van de vele verdragen
en vei'drags-combinaties „rondom den
Volkenbond" „gevestingd", en de ve
lerlei „bloks"-vorminig, die in de maak
schijnt, en een donker schept om Locarno.
De bekwame schrijver-ziener-teekenaar
eindigt zijn opstel met de alleszins recht
matige klacht, in haar juistheid voelbaar:
Het gebrek aan vertrouwen manifesteert
zich, op ieder gebied, haast eiken
dag, en zoo kan het niet verwonderen
dat zij die op een geleidelijken vooruit
gang ook in economisch opzicht rekenden
hun bittere teleurstelling" nauwelijks
verhelen.
Prof. Aalders uit Groningen, die meer
malen de lezers o-p voortreffelijke arti
kelen v-eiigast, zet in dit nommer zijn
studie over „Angelsaksisch en Duitsch
Christendom" voort; terwijl dr B. Wie-
lenga hen weer eens komt verrassen,
ditmaal met een afdruk van een door
hem op het „Congres van het Continentaal
Verbond voor Inwendige Zending en Dia-
konie" te Amsterdam in he,t Duitsch ge
houden co-referaat over „Kerk en
Cultuur"; een aansporing tot en
een vaststelling van een „zoeken van
praktische Reformatie", waartoe ook be
hoort de poging om te ontkomen aan den
vlo-ek der verbrokkeling. Een en ander
in volstrekte afhankelijkheid in het ont
vangen van de gaven des Heiligen Geestes
'die speciaal voor het volbrengen harer
Cultuurtaak van noode zijn.
„Stemmen des Tijds" handhaaft ook
in dit nommer weer zijn vooraanstaande
plaats in de groote worsteling voor Chris
tendom en Cultuur.
Uitgever is G. J. A. Ruys te Utrecht.
De leider in de Kamer.
Toen in „Stemmen des Tijds" van Octo
ber 1917 de oud-minister mr Th. Heems
kerk de stelling opperde dat de politieke
Leider van elke partij in de Tweede Kamer
zitting moet erlangen, en dat em altijd iets
bedenkelijks in ligt, zoo hij, uit wat hoofde
ook, zijn veldheerstaf buiten dé veste
brengt, heeft „D-e Standaard" dit in al-
gemeenen zin toegestemd.
_Nu is de leiding der A. R. Kamerclub
bij mr Heemskerk in uitnemende handen,
Het was dan ook maar goed, dat alle
partijen een Kamerzetel aan de straks af
getreden ministers inruimden. Zoo toch
bleven Heemskerk en van Dijk; Ruijs
en Aalberse; en dr de Visser in de sfeer
van hun naaste verleden; en later werd
door een der Chr. Historische Kamerleden
weer een plaats voor mr Schokking in
geruimd.
Doch nu zijn nog altijd onze oud-mi
nisters H. Colïjn en Rutgers buiten de
Kamer gebleven.
Aanvankelijk hadden wij hooren 'fluis
teren dat althans voor een hunner eeri
plaats vacant zou worden gemaakt. Doch
wij hoorden er niets meer van.
Toch behoort de leider eener partij
in de Kamer.
Is men het hiermede niet meer eens, dat
men het dan zegge.
En indien men zich op Groen en Kuy-
per in de laatste periode huns levens
beroepen mocht, dan zij hier herinnerd,
dat onze Colijn nog in de kracht zijn
levens staat; de afzijdigheid van dr Kuy-
per bij uitzondering door den leider zei
ven toelaatbaar geacht werd; en Groen
van Prinsterer na veel strijd wegens de
krankheid der politieke organisatie onzer
partij in die dagen uit de Kamer ging, ten
einde haar politieke positie en haar prin-
cipiëele beteekenis te redden.
Maar gelukkigvan een .dergelijke
verwording onzer partij als in 1869 ge
zien werd, is nu geen sprake.
voor Ktanufactus-en
Dames-en Kinilercenfectie
Tapijten - Gordijnen
Bedden - Ledikanten en
aanverwante artikelen ie
De politieke toestand in Polen.
Het „Berl. Tageiblat" maakt melding
van een beweging, welke als een reactie
op de staatsgreep van Pilsoiedski kan be
schouwd woirden. Het blad meldt, dat
zich steeds duidelijker een groot offensief
afteekent, dat dooir de nationaal-democra-
ten, die de regeering ook in het parlement
bestrijden, voorbereid wordt.
Te dien einde voeren de fascistische
elementen sedert de laatste dagen in hun
goed georganiseerde pers een levendige
propaganda ten gunste van heit fascisme
in Polen.
Indien dan ook niet alle teekenen be
driegen, staat Polen weer voor nieuwe
beslissende politieke gebeurtenissen.
Kort geleden heeft generaal Haller te
Posen een groote revue over zijn organi
saties gehouden, die eveneens in fascis
tisch vaarwater zeilen.
Sedert eenige dagen houden alle moge
lijke nationalistische organisaties in de ge
heel© provincie Posen oefening; deze orga
nisaties beschikken ook over wapens.
De Protestanten te Napels.
Dezer dagen hielden de DuitschFran
sche Evangelisch© gemeenten in Napels
plechtige twee-talige herinnerïngsdiensten
vanwege het feit, dat honderd jaar gele
den de eerste Evangelische godsdienst
oefening in Napels gehouden werd. Het
was toen de later zoo beroemd geworden
Fransche theoloog Adolphe Monod, die in
een Zwitsersch huis er een begin mee
maakte. Het stichten eener kerk echter
ware in dit rijk der Bourbons niet moge
lijk geweest, indien niet de Pruisische ge
zant in zijn „hotel" een dienstruimte voor
de godsdienstoefeningen beschikbaar had
gesteld. Politie stond toen eiken Zondag
aan «den ingang om eiken Napolitaan het
binnengaan te1 verhinderen!
Bij de roovers in China.
Het laatste nummer van de Annalen
van Scheut bevat het vervolg van de lotge
vallen van pater De Glippele, die zich 78
dagen in handen van Chineesclie roovers
heeft bevonden.
„Met vollen spoed gingen wij nu in de
richting der Blauwe Stad (Soei-Yuan of
Kwi-hao), dit is de hoofdstad der pro
vincie, de residentie van den gouverneur.
Men zou gezegd hebben dat de roovers
zich op de stad gingen werpen. Toen ze er
slechts 12 K.M. van verwijderd waren,
hielden zij stil. Gedurende den langen gan-
schen tocht hadden wij geen soldaat ge
zien.
De weg, die door de roovers werd ge
volgd, was gemakkelijk te herkennen: links
als rechts waren de dorpen eerst geplun
derd en daarna in brand gestoken. Overal
zag men vluchtende families; de roovers
achterhaalden ze, stalen aanstonds alle
kostbaarheden, die op cle karren lagen,
alsook de beesten. Het aantal gijzelaars
bleef stijgen.
Lange karavanen kooplieden, die uit
Ghansi kwamen en naar de stad trokken,
moesten hals over kop in de bergen vluch
ten, daar de weg hun was afgesneden. In
een groot dorp, waar een garnizoen lag,
verweten de roovers heftig aan de inwo
ners, dat zij soldaten hadden onderhouden
en aanstonds stak men de huizen in brand.
Een panische schrik heersbhte over deze
gansche streek.
Het klaarblijkelijk doel van deze woede
der roovers was den gouverneur te doen
zien, waartoe zij in staat waren. Zij toon
den hem, dat gansch de streek in hun han
den was en dat, zoo zij wildeii, de ramp
onherstelbaar zou zijn.
Deze twee dagen, dicht bij de Blauwe
Stad doorgebracht, waren de woeligste van
mijn gansche gevangenschap. Om de waar
heid te zeggen, buiten de voortdurende rit
ten naar alle kanten, had ik geen speciaal
lijden te verduren, maar het gezicht van
zooveel wreedheden, de tranen en de
klachten van zooveel slachtoffers, waren
voor mij een ware marteling.
Voor de roovers waren het dagen van
uitspattingen: nergens hadden zij zoo ge
feest. De dorpen welke we doortrokken,
waren rijk; de inwoners waren welgesteld;
allen waren landbouwers, hoveniers of
kleine handelslieden, die veel voordeel
trokken van de nabijheid der groote stad.
In vele huizen ontdekte men kasten vol
prachtige zijden kleeren, zilveren en gou
den sieraden, alles werd gestolen te mid
den van allerhande slemperijen en wreed
heden. Al de roovers maakten veel zilver
en opium buit. In een der dorpen woonde
ik weer de folteringen hij van een grijs
aard, dien men aan een balk had opgehan
gen. Ditmaal was het niet vruchteloos; ik
hoorde de roovers tegen hun kameraden
roepen: „Ziezoo, dezen keer hebben wij
onzen tijd er niet aan verlojren; wij hebben
een pracht-hoeveelheid opium gevonden".
De juweelen en de geborduurde damescos-
tuums waren bijzonder in trek. Al de roo
vers trachtten zich armbanden te ver
schaffen en droegen ze zelf aan hun pol
sen. Zij hielden ook van zilveren kettingen
om er hun brownings aan te hangen.
De roovers stelen niet alleen; maar zij
hebben ook de onhebbelijkheid van alles te
vernielen, wat ze niet kunnen gebruiken;
dat was droevig om aan te zien.
Prachtige kleeren, welke verscheidene
geslachten lang door families werden be
waard, waren in eenige-oogenblikken be
vuild en verscheurd. Geldsommen, door
sommige spaarzame boeren een ganschen
leeftijd lang opgespaard, werden in een
uurtijds op de speeltafel verspeeld. On
danks al hun rooverij worden de roovers
zelden rijk; zij verteren en verkwisten er
maar op los; zelfs degenen, die den troep
verlaten om naar huis terug te keeren,
gaan voort met hun losbandig leven; vroeg
of laat is schavot of galg hun einde. De
fortuin en welvaart van gansch een streek
stort zoo langzamerhand ineen. Men ziet
veel rijken arm worden, maar men ziet
geen roovers rijk worden en welvarend.
0
Von Iloesch, de Duitsch© gezant te
Parijs, die de laatste dagen met de Fran
sche regeiering besprekingen Voerde oiver
een vermindering der Rijnlandbezetting, is
plotseling te Berlijn aangekomen o'mi met.
Stresemann van gedachten te wisselen.
Het Engelsche lagerhuis heeft een
voorstel der arbeiderspartij tot' het op
heffen van den noodtoestand, welke in
verhand met de stakingen in Engeland
was geproclameerd, met 256 tegen 95
stemmen verworpen.
Te New-York zijn ongeveer 40.000
werklieden in de kleedingiixlustrie in sta
king gega'an. Zij eischen loonsverhooging.
De Duitsche rijksregeering heeft het
wetsontwerp inzake de regeling met de
vorstenhuizen ingetrokken. De rijksdag
heeft daarop met 333 tegen 17 stemmen,
bij 97 onthoudingen der Duitsch-nationar
len, de „opschortingswet" aangenomen.
Zwemmen op Zondag verboden.
In de Dinsdag gehouden raadsvergade
ring van Kampen openbaardei zich bij da
bespreking over het Zeebad een scherp
meeningsverschil tusschen links met de
katholieken en dei Overige rechtsche raads
leden, over de hepaling, die behelsde de
sluiting op Zondag zoowel van da bei
de zwemgelegenheden als van de buf
fetten. Mat 9 tegen 8 stemmen werd ten
slotte het voorstel aangenomen, zoodat
er des Zondags door volwassenen niet
mag worden gezwplmimen en de strand-
bezoekiers zelf hun cpinsiimptie dienen mee
te nemen.
Een gemeenteraad, die den
moed niet cipgeeft.
In de gisteren gehouden vergadering
van den raad der gemeente Huminelo
en Koppel wend met 7 tegen 4 stemmen
besloten bij da Rropn in beroep te gaan
van een besluit van God. Staten van Gel
derland d.d. 15 Juni, waarbij de gemeente-
begrooting 1926 niet is goedgekeurd. De
raad heeft n.l. op daze begrOoting weer
alle posten geschrapt die betrekking had
den op het arrastantenlckaal. Zooals men
zich herinnert werd dit beroep bij cle
begrooting 1925 te laat ingediend, zoodat
men thans een uitspraak in hoogste. ih~
stantie wil uitlokken.
Tweede Kamer.
Te 11 uur zou de Kamerzitting een
aanvang nemen, maar mis. Pas om 11.40
was het vereischte aantal Kamerleden aan
wezig om de zitting te kunnen aanvan
gen. Wat willen onze Kamerleden toch
hun f 100 per week gemakkelijk verdie
nen! Straks gaan ze weer met eenige
maanden vacantie, maar als ze eens een
keer om 11 uur present moeten zijn, dan
is er nog niet de helft der dames en
heeren tegenwoordig.
Voortgegaan werd met het Neder-
landsch-Duitsch verdrag.
De heer Bakker (C.H.) betoogde, dat
dit ontwerp-verdrag voor den tuinbouw
niet ongunstig is en een breeder afzet
gebied schept, wat ook voor de industrie
van belang is. De heer Lovink (C.H.)
zou voorstemmen, omdat het verdrag
voordeelen brengt voor export.
De heer Van Vuuren (R.K.) was van
meening, dat wij met verlenging van het
crediet groote, maar ook bedenkelijke con
cessies hebben gedaan. Hij zal alleen voor
stemmen, omdat de regeering hem door.
de late indiening vrijheid tot tegenstem
men heeft ontnomen.
Zoo dachten er blijkbaar zeer velen over,
al brachten ze deze gedachte niet onder
woorden. En dit alleen is de oorzaak, dat
ten slotte het verdrag nog met een groote
meerderheid is aangenomen.
Minister van Karnebeek was in zijn
spreken diplomatieker dan ooit. Hij zeide
letterlijk niets en misschien niet ten on
rechte zei dhr Knottenbelt, dat 's ministers
betoog voortdurend deed denken aan de
letters „K. I. R." die men wel eens aan
treft op lastig te beantwoorden stukken
en die voor den betrokken ambtenaar be-
teekenen: stuur den vrager met een Kluitje
In 'tRiet.
Minister van Karnebeek gaf toe, dat,
wat de resultaten betreft, de oogst op het
gebied van de industrie niet in evenredig
heid is met die voor land- en tuinbouw.