Stoom tabaksfabriek
„De OUbriaan9'
A.r.d-$j59claar
cR^seftdaal
Dit ti Frormsie.
Onderwijs.
Leestafel.
Ingezonden Slakken.
Kerknieuws.
Hit de Pers.
NEEMT PROEF.
met bijzondere nauwkeurigheid vervaar
digde rooktabak. Onze veeljarige ervaring
komt de kwaliteit ten goede.
MORIAAN BAY munt uit in geurig
heid en zachten smaak.
40 cent per half pond.
bier moet erger gebeurd zijn. Hier moei
op de eene of andere wijze gemaakt
zijn, dat die voordrachten den Minister
ter teekening zijn aangeboden zonder dat
ze eerst door onzen conscientieuzen direc
teur-generaal van de Volksgezondheid, mr
L. Litafert Peerbolte onder de oogen zijn
gezien, en hoe men dit kunststuk heeft
klaargespeeld is onzen briefschrijver een
raadsel, reden waarom ook hij een streng
onderzoek noodig acht."
De Engelsche maatregelen te
gen mond- en klauwzeer.
De Ned. Staatscourant van gisteravond
bevat ©en Kon. besluit betreffende den
doorvoer van vleesch en klauwen, waarbij
het volgende is bepaald:
Artikel 1. De doorvoer van buitenlands
van vleesch en klauwen is verboden.
Artikel 2. Wanneer bijzondere redenen
feene afwijking van dit verbod noodzakelijk
maken kan onze Minister van Binnenland-
sche Zaken en landbouw zoodanige afwij
king toestaan onder dei noodige voor
zorgen tegen overbrenging van besmetting.
Suppl. marine-begrooting 1928.
Thans is ingediend de reeds eerder door
den minister van Oorlog en van Marine a.i.
aangekondigde suppletoire marinebegroo-
ting, hoofdzakelijk ter verkrijging van de
fondsen om ook in 1926 weder twee
torpedobootjagers voor Oost-Indië óp sta
pel te kunnen zetten.
In den aanvang van zijn memorie van
toelichting op dit ontwerp zegt de mi
nister, dat bij nadere overweging het ge-
wenscht gebleken is, voor den arbeid
oorspronkelijk toegedacht aan een direc
teur-generaal, de beschikking te krijgen
over een ambtenaar in de positie van
raadsadviseur in algemeenen dienst. Aldus
kunnen de gezags- en ambtelijke verhou
dingen ongewijzigd blijven.
Het ligt in liet voornemen, nadat dit
ontwerp tot wet zal zijn verheven, de in
wendige reorganisatie van het departe
ment van Marine, alsmede de voorberei
dende werkzaamheden verbonden aan de
samenvoeging van de Departementen van
Oorlog en Marine, ter band te nemen.
Voor de samenvoeging zelf zal te zijner
tijd een wetsontwerp worden ingediend
waarbij aan de Kamer volledige inlich
tingen zullen worden verstrekt.
Een opzienbarende grafrede.
Bij de teraardebestelling te Groningen
van het stoffelijk overschot van fr. Dl.
W. Oh'. J. Meyners, in leven adjunct-direc
teur van gemeentewerken, die vorige week
op 43-jarigen leeftijd plotseling is overle
den, sprak o.a. de oud-directeur van ge
meentewerken, de heer J. A. Mulock Hou
wer, buiten medeweten der familie, met
wie vvaS overeengekomen, dat alleen de
burgemeester het woord zou voeren. Men
heeft zeide spr., indertijd geen aandacht
willen schenken aan de sollicitatie van
Meyners om in mijn plaats benoemd te
worden; men heeft toen blijkbaar als eer
ste voorwaarde gesteld een zekere ro-
bustheid in postuur, en zoo moet hij wel
terstond afvallen. Met gelatenheid beeft
hij er in berust maar spr. kon niet ont
kennen dat hij zich toentertijd reeds om
hem bezorgd heeft gemaakt. En nu nog
geen drie jaar later, moet spr. hem mede
grafwaarts geleiden. Het is wel bedroe
vend. Bezweken is Meyners in zoo korten
tijd onder het wel haast krankzinnige drij
ven om de stad in het snelst mogelijke
tempo aan de moderne paradeëischen fe
laten voldoen en met schennis van. eigen
karakter aan de der wereld beheers dien
de banaliteit over te leveren.
Na' deze woorden verlieten burgemees
ter en wethouders, de secretaris en de
tegenwoordige directeur der gemeente
werken, de heer H. P. J. Schut, de be
graafplaats.
Ernstige fraude in Rotterdams
haven.
Door een toeval is de centrale recherche
op het spoor gekomen van een knoeierij
in de Rotterdamsche haven, die
van zeer erntsigen aard is, meldt
de „Telegraaf". Het betreft het in de
boekjes van losse arbeiders der haven
reserve afstempelen van taken, die niet
verricht zijn. Daardoor zijn over een groot
tijdsverloop verschillende havenarbeiders
bedragen uitbetaald, die hun niet toe
kwamen.
Het ernstige is, dat deze knoeierijen ge
schiedden door een walbaas, die dienst
deed als tijdsein-ijver en dus optrad als
chef van de havenarbeiders. De walbaas-
tijdschrijver A. S., die in dienst der firma
Burger en Zoon, de boekjes afstempelde,
werd voorloopig aangehouden en zoowel
uit zijn bekentenis als uit de verklaringen
van verschillende havenarbeiders is geble
ken, dat hij geregeld in de havenreserve-
boekjes der losse arbeiders taken afstem
pelde, welke niet verricht waren. Naar
hij verklaarde, is hij het eerst op 7
Augustus 1925 met deze fraude begonnen.
Hij had van een der havenarbeiders geld
geleend en de som, vermeerderd met een
aanzienlijke rente, terugbetaald door een
taak in diens boekje af te stempelen,
welke niet was verricht. De betrokken
havenarbeider beschouwde het als een
teruggave van geleend geld en praatte
er verder niet over, zoodat ontdekking
vrijwel was buitengesloten. Toen de wal
baas A. .S zag, hoe gemakkelijk deze
fraude gepleegd kon worden, ging hij er
toe over van verschillende havenarbei
ders geld te leenen en dat op dezelfde
wijze terug te betalen.
Reeds eenigen tijd was het opgevallen,
dat A. S. voor zijn doen veel te groot
leefde. Hij had een motorfiets en maakte
groote verteringen. Ten slotte wordt S.
verdacht de hand te hebben in een sluik
handel van whisky voor Amerika.
Goes. Het programma van het Volks
concert te geven op a.s. Blonderdag 10
Juni door de harmonie „Hosanna" op
de Groote Markt alhier, vermeldt de vol
gende nos.:
1. „Jubelmarsch", A. J. Roeien; 2- „Lu-
domatychollo", ouverture', L. Langlois; 3.
„Fleurs et Sourires", valse; L. Hansenne;
4. „Fantaisi© sur l'op. „Maritana", arr.
Jos. Kessels; 5. Ouverture Symphonique,
Sam. Vlessing; 6. a. Koraalmeditatie: b.
Psalm 99, arr. C. G. Govaarts; 7. „Cileo-
patre", Divertissement, L. Montagne; 8-
„Les Moulins qui Chantent", fant. sur
l'op.tte, Arthur van Oost; 9. Finale. Aan
vang concert 's avonds half negen.
Vrijdagavond is de ledenvergadering
van de Ver. voor Christelijke Winterle-
zingen, alhier, gehouden, bij ontstentenis
van den voorzitter onder leiding van den
heer N. J. Bastmedjer. Dte rekening 1925
-1926 werd goedgekeurd. Ontvangsten
f673.7672, uitggaven f499.12; batig saldo
f 174.64V2 tegen f254.59 over het vorig
boekjaar. Voor het nazien der volgende
rekening werd een commissie benoemd,
bestaande uit de heeren J. Dlonner Sr.
en J. Laport. Die heieren N. J. Bastmeijer
en J. A. Flink werden als bestuurslid
herkozen. De voornaamste werkzaamheid
bestond weier in het noemen van spre-*
kers voor het volgend seizoen. Er wotrdt
weer naar gestreefd een serie belangwek
kende lezingen te krijgen, dus sprekers
van den eersten rang, over gevarieerde on
derwerpen.
De „Ama'teur-Fotografen-Cilub" heeft
een wedstrijd georganiseerd, waaraan alle
Amateur-Fotografen, ook niet-!eden, kun.
nen deelnemen. Belangstellenden kunnen
kennis nemen van de verdere bijzonder
heden bij de H.H. Verschoore en de Soo-
mer.
Hansweert. Die uitgaande Duitsche tank
boot „Nort Atlantic" is op de Schelde
nabij Iloedekenskerke omhoog gevaren en
blijven zitten. Later tegen hoog water is de
boot met behulp van 5 sleepb'ooten vlol-
gesleept en heeft de reis naar zee voort
gezet.
Ned. Herv. Kerk.
Bedankt voor Zegveld door W. L'. Mul
der te Enter.
Geref. Kerken. -
Beroepen te Zevenbergen J. Smelik,
cand. te Hillegom; te Bunschoten A
Spakenburg A. Wijngaarden te Baarland.
Tweetal te Ede D. van Dijk te Gronin
gen en G. Laarman te Klundert.
Aangenomen naar Leksmond door J.
Dekker te Ambt Vollenhove A; naar
Helder door H. Steen te Zoutkamp.
Bedankt voor Hilversum door C. v. d.
Woude te Gorredijk.
Chr. Geref. Kerk.
Bedankt voor Broek onder Akkerwoude,
door D. Driessen te 's-Gravenzande.
Het album, inhoudende de sym
pathiebetuigingen van een aantal niet-gere-
formeerden, is dezer dagen gereed geko
men en zal nu aan dr Geelkerken met
een toespraak overhandigd worden. De
plechtigheid vindt plaats Zaterdag a.s. in
de Engelsche kerk te Amsterdam. De bij
eenkomst zal worden opgeluisterd door
zang en orgelspel.
De heer D. J. B. Allaart te Oegstgeest
zal thans gaarne een eventueel beroep
in overweging overnemen. De heer Al
laart is een zoon van wijlen ds H. J.
Allaart en een neef van wijlen ds D. J. B.
Wijers.
Doctoraat. Deze quaestie is 12
jaar geleden ook aan de orde geweest.
Dr A. Kuyper schreef in „De Heraut"
van 13 Nov. 1914:
„Er kan geen sprake van zijn dat een
Calvinistisch Kerkgelieel zich de beschik
king over het Doctoraat zou toe-eigenen.
Dit ware verzaking van het geloof der
vaderen en 'terugkeer tot het standpunt'
der middeleeuwen geweest. De kerk heeft
over de Wetenschap geen zeggenschap.
Inspireeren mag ze de wetenschap
Domineeren mag ze op haar erve niet."
Wemeldinge. Men schrijft ons: 'tWas
Zondag j.l. voor de Chr. Evang. gemeente
alhier een ware feestdag. Na een negen -
maandsche vacature, door het vertrek van
Ds van Vliet naar Amsterdam, mocht de
gemeente in Ds Waardenburg, overgeko
men van Oude Pekela, haar nieuwen her
der en leeraar welkom heeten. In de mor
gengodsdienstoefening had de bevestiging
plaats. Als bevestiger trad de consulent
Ds v. d. Vis van Goes op, die als tekst
had 1 Cor. 2:16b „Maar wij hebben den
zin van Christus". Zou de arbeid van Ds
W. te Wemeldinge gezegend zijn, dan moe
ten èn Gemeente èn Voorganger voortdu
rend dit woord van Paulus kunnen over
nemen, dat ons spreekt van het hoogste
beginsel, de hoogste wijsheid en kracht.
Met aandacht werd naar deze prediking
geluisterd en onder ademlooze stilte be
antwoordde de nieuwe voorganger de "ge
bruikelijke vragen.
's Avonds half zeven deed Ds Waarden
burg zijn intrede, sprekende naar aanlei
ding van Ex. 1716. Z.Eerw. sprak over
het wondervolk Israël, dat vreemd aan
de wereld rtn vreemd voor de wereld
was. Zoo is het ook met het volk des
Heeren in den tegenwoordigen lijd. 't Is
een eenvoudig volk; 't brengt niets aan
en ontvangt alles. Moest Israël tegen Ama-
lek strijden, ook de Gemeente van Jezus
Christus heeft den strijd aan te binden,
tegen den vorst der duisternis, die alp
Antichrist zal verschijnen. Om te over
winnen moet aan drie voorwaarden wor
den voldaan. Er moet een „Generale staf"
zijn, even wonderlijk als het volk zelf.
De Generale Staf (Kerkeraad) moet bid
den, zooals Mozes, Aaron en Hur dit
deden. Voorts moeten er in de Gemeente
„Jozua's" zijn, die de Gemeente in den
strijd aanvoeren en de Gemeente moet een
„strijdende Gemeente'1 zijn.
Tenslotte wekte spr. zijn gehoor op,
de handen in elkander te leggen en de
samengestrengelde handen neer te leggen
op Gods altaar.
Hierna volgden de gebruikelijke toespra
ken tot kerkeraad, Burgemeester, ver
tegenwoordigers van andere kerkgenoot
schappen en Zeeuwsche zu stergemeenten.
Nadat op verzoek van den consulent Ds
Waardenburg Ps. 134:3 was toegezongen,
werd het woord gevfferd door de ouder
lingen Burger en Vermaire van Wemel
dinge, Duvekot van Goes en Grevelink van
Ierseke. De heer Burgemeester sloot de
rij van sprekers met een hartelijk woord
van welkom, waarin hij den wensch uit
sprak, dat Ds W. door zijn prediking en
invloed gezegend mocht werken in zijn
nieuwe gemeente.
Enkele zusters zongen aan het begin
van deze plechtige samenkomst Ds W. een
welkomstlied toe, door enkelen hunner
onder de inspiratie van de morgenpredi-
king vervaardigd. Een en ander was een
gezegend begin voor den arbeid van Ds
Waardenburg. Moge het hem gegeven zijn,
onder de leiding des Heiligen Geestes en
in de kracht des Heeren te werken tot
■heil der gemeente en tot redding van
zondaren.
Dr Geelkerken in de Kal
ver straat. In de week, waarin de Ko
ningin de hoofdstad met haar jaarlijksch
bezoek heeft vereerd, had Amsterdam dit
maal nog een andere bezienswaardigheid.
In de bevlagde Kalverstraat prijkte in
de uitstalkast van den kunsthandel Buffa,
geflankeerd door een bloemstuk en eenige
daemonische beeldjes, het levensgroot por
tret van dr Geelkerken, geschilderd doör
G. van Hove. En het is een merkwaardig
bewijs, welk een theologische natie wij
zijn, hoe de Kalverstraat op deze beziens
waardigheid reageerde.
Trouwens het geruchtmakend proces
van de slang blijkt Geelkerkens roem tot
ver over de grenzen te hebben verbreid.
Wij hebben ons aan de voeten van het
roemruchte conterfeitsel een tijdje ver
dekt opgesteld tusschen het kijkgrage pu
bliek en hebben bemerkt, hoe de predi
kant van Amsterdam-Zuid (buiten het Ge
reformeerd kerkverband) een internatio
nale merkwaardigheid is.
Het portret trof het, dat er juist veel
buitenlanders in de hoofdstad aanwezig
waren. Lissone liet de liefhebbers van
de sighl-seeing-car een omweggetje ma
ken, om hen tusschen het Koninklijk Pa
leis en de Munt ook dr Geelkerken nog
gauw eventjes te laten waarnemen. De
matrozen van de Zweedsche oorlogssche
pen, die door de stad klungelden, en die
zich overigens om dén kunsthandel wei
nig bekommeren, bleven voor Geelkerken
staan en de Japannertjes, die met een
vernuftig nieuw speelgoed ventten, tracht
ten op hun wijze den beroemden naam
te spellen.
Naar vanzelf spreekt was de belangstel
ling van de buitenlandsche deelnemers
aan het Continentale Congres voor Inwen
dige Zending bestendiger.
We zagen een troepje gebaarde godge
leerden in gewichtig gesprek voor het aller
aandacht trekkende winkelraam. Wij: we
ten niet, of het prof. Seeberg of prof.
Rendtoeff dan wel director Von Paschen
geweest is, maar in de Duitsche taal,
voor dergelijke vertoogen aangewezen,
trachtte een der godgeleerden zijn metge
zellen het verband uit te leggen tusschen
de ketterij van Geelkerken en het openba
ringsbegrip van Barth.
Aardig is, hoe dergelijke gesprekken on
middellijk door de omstanders worden
aangegrepen, om hun op theologische pro
blemen gespitst gemoed te ontlasten. En
gelijk liet bij dergelijke gelegenheden
steeds gaat, de godgeleerde mannen wa
ren reeds weder uit het gezicht verdwe
nen, toen nog steeds hun commentato
ren met voortdurend opnieuw opvlammen
de levendigheid hun beschouwingen voort
zetten. Doch begrijpelijkerwijze lieten deze
mindere goden Barth, Brunner en Gogar-
ten buiten het geding, om op meer popu-
air-wetenschappelijke manier van ge
dachten te wisselen.
„En ik zeg toch maar", beweerde een
grijs oud heertje met van bewogenheid
trillende stem, „dat God almachtig is,
en wat in de Schrift staat is waar."
„Gelijk hebt u", viel de tanige kleer
maker in, die als ouderling der Aposto
lische gemeente in debat was gekomen,
„maar u vergeet, dat er in Genesis staat
geschreven, dat Hij de dieren schiep e 1 k
naar zijn aard. Nou, en zoo hebben
ze ook elk hun manier van spreken. De
poes mauwt, de hond blaft, het paard
grinnikt, en zoo zal de slang gesproken
hebben als slang, maar niet zóó, als-
dat de menschen hem konden verstaan."
Een paar studenten, die ademloos toe
luisterden, stootten elkaar aan om dat
„grinnikende" paard, maar een resoluut
varensgezel verklaarde: „Juist! en al had
den ze me nou ook duizendmaal willen
laten beweren, dat-ie met een mensche-
lijke stem had gesproken, ik had krek
als Geelkerken volgehouden, dat-ie dat
nooit hep kunnen doen!"
De groepjes dropen weer af en wij
stonden met dr Geelkerken alleen. Voors
hands bleef het stil, maar treffend was,
hoe niemand van de duizenden voorbijgan
gers, die den eeuwigdurenden stroom van
de Kalverstraat vormen, het venster van
Buffa passeerde zonder een oogopslag
naar het zwijgende portret. !Men behoefde
geen gelaatkundige te zijn, om uit dien
éénen blik af te leiden, hoe de verschil
lende voorbijgangers gezind waren ten op
zichte van „de slang". Daar waren spot
tende blikken, ironische blikken, eerbie
dige, twijfelende, vragende, bezwaarde,
zich conformeerende blikken.
Twee welgedane burgerjuffrouwen met
wuivende veeren op hun kapotlioeden
schommelden voorbij.
„Daar heb-je Geelkerken!"
„0! Heeft-ie zoo'n kaal hoofd?"
En al maai weer blikken.
Een paar winkeljuffies besteedden al
hun aandacht aan het schilderij. En de
eene, trotsch, dat ze persoonlijk iets met
het geval had te maken, doceerde de
andere
„Zie je, hij; heeft een te korten vinger,
maar die staat hier niet op. Maar ik
weet het zeker, want ik ben biji hem
op de catechisatie geweest."
Kennelijk eén paar voet in de achting
liarer vriendin gerezen, wandelde ze, al
verder doceerend, door.
Een stelletje sjappetouwers gebruikte de
uitstalling tot aanleiding voor hun sociaal-
economische theorieën.
„Dêr klesse ze nou in Assen over die
slang en dêr vlak bij is honger in de
Drentsche venen
Maar plotseling ook een politicus is
een mensch, getroffen door het glun
dere gezicht van een paar meisjes, die
innig gearmd komen aanwandelen, roepen
ze dezen toe
„Daar hèb je hem nou!"
Waarop de meisjes,- ginnegappen sta
kend, ernstig gaan kijken en elkaar toe
fluisteren
„Je kunt wel zien, dat het een geleerd
persoon is!"
Er zijn er ook, die het geval van den
aestliolischen kant bekijken. De één merkt
op, dat het „te zoetelijk" is, een ander
maakt een vergelijking met de regenten
stukken in de musea, en vindt zoo'n
banaal boordje, al hangt er dan een do-
mineesbef aan, toch lang niet zoo mooi
als de oude kanten kragen. Maar spoedig
wordt zelfs ook de aesthetica weer theo
logie, wanneer zich een gesprek ontwikkelt
of het eigenlijk voor een „geestelijk per
soon" wel te pas komt, zich op den
preekstoel, bij het ter kerk gaan, na den
dienst altijd maar weer te laten fotogra
feeren en nu in de Kalverstraat zich te
pronk te laten zetten. (N. R. Ct..)
Doopwater. De kleindochter van den
Koning van Engeland is, naar gemeld wordt,
gedoopt met water uit den Jordaan.
We vreezen, dat wie aan het doop water
zooveel aandacht schenkt, om er iets bijzon
ders voor uit te zoeken, van den doop
zelf weinig verstaat.
Een beschrijving, welke we van deze plech
tigheid lazen, maakte op ons niet den indruk
dat de ernst van het sacramenteel gebeuren
doorvoeld werd. Meer interesse bestond er
voor de „doop-cake" van 150 pond
We weten echter, dat zulke dingen niet
alleen in het Christelijk Engeland maar ook in
het Christelijk Nederland voorkomen.
Er is ook ten onzent veelal weinig besef
van het groote gewicht van den Heiligen
Doop en daarentegen veel belangstelling voor
allerlei bijkomende zaken.
Het is nog niet zoo kwaad, dat onze vade
ren voor de bediening van den Doop een
breed formulier hebben opgesteld.
Wij', menschen, 'hebben het noodig, telkens
van de groote beteekenis van de geestelijke
dingen doordrongen te worden. Niet op het
doopwater, niet op de doopjurk, niet op het
doopmaal, maar op den Doop komt het aan.
(Amst.)
Geslaagd te 's-Gravenhage voor het
stuurliedenexamen groote stoomvaart le
stuurman de heeren W. F. II. Boelhou
wer, E. Mulder, A. Knook en P. C.. de
Klerk. En voor het machinistenexamen
diploma A de heeren B. D. de Jager te
Middelburg, J. C. Meijers en J. Mieras,
beiden te Vlissingen, en J. G. Zwarte-
poorte te Rotterdam.
Benoemd tot hoofd der Hervormd©
school te Neuzen de heer IX. I. van
Wijcfc, hoofd eener Chr. schooi te Ame-
rongen.
Nederland en Oranje, orgaan van
het Verband van A.-R. Propagandaclubs, April-
Meinummer bevat:
De band met het beginsel (medezeggen
schap), rede gehouden door Dr H. Dooijeweerd
voor de kiesvereeniging N. en O. VIII te
Amsterdam; Groen en de samenwerking met
de Roomschen, fragmenten uit een tweetal
Kaïnerredevoeringen van Mr Groen van Prin-
sterer in 1849De Kabinetscrisis November
1925 (vervolg); Groen tegenover Rome, door
Mr G. M. den Hartogh; Onze cursussen, be
handeling van vragen; Het spel met den Gods
dienst, naar aanleiding van een door den
heer Schaper aangevoerd citaat van Dr Kuy
per Boekbeoordeeling.
Een jongenskamp op Schouwen.
De N(ederlandsch) C(hristen) S(tudentem
V(ereeniging) heeft het plan opgevat onder
Renesse een kamp te organiseeren voor jon
gens van gymnasium en H. B. Scholen en
daarmee gelijkstaande inrichtingen. Dit is
een prachtgelegenheid voor onze Zeeuwsche
jongens. D© reis is niet ver, de N. C. S. V.
heeft reeds acht-en-twintig.jarige ervaring op
het gebied van kampeeren, leden en oud
leden der vereeniging hebben de leiding, en
degenen die zich bij ondergeteekende opgeven,
kunnen voor f 15 er aan deelnemen.
Hoe kan nu een jongen beter een gedeelte
van zijn vacantie doorbrengen dan vlak aan
zee, volkomen genietend van het vrije bui
tenleven, met een dertigtal jongens van ge
lijken leeftijd en ontwikkeling en dat onder
echt christelijke leiding, die wil laten zien
de blijdschap en de ernst van 'het leven met
Christus. Daar ik bij ervaring ken den ge-
zegenden invloed van de N. C. S. V.-kampen,
durf ik met een gerust hart alle ouders op
wekken hunne zonen er heen te zenden en
den jongens Verzekeren, dat zij niet teleur
gesteld zullen zijn.
Aan wie het wenscht zal ik gaarne nadere
inlichtingen verschaffen. Het plan is het kamp
te houden van 1220 Augustus.
Opgaven wacht ik gaarne in voor 1 Juli.
Wie daarna komt loopt kans afgewezen te
worden.
A. G. B. TEN KATE,
Hansweert. Ned1. Herv. Pred.
De volgende heeren bevelen dit kamp gaarne
aan: Mr H. van de Beke Callenfels, Mid
delburg; Dr L. J. A. Burgersdijk, Conrector
v. h. Gymn., Middelburg; Ds M. van Empel,
Middelburg; Ds J. J. Homburg, Goes; Ds W.
A. B. ten Kate, Vlissingen; A. Petermeijer,
Leeraar a. h. Gymnasium, Middelburg; Dr
W. F. Stutterheim, Rector v. h. Gymn., Mid
delburg; Mr A. A. de Veer, Lid der Eerste
Kamer, Middelburg; Ds G. J. Waardenburg,
Zierikzee; Dr J. J. Wallien, arts, Breskens;
G. Wessel, jur.-cand., Goes; Ds G. B. Wurth,
Geref. Pred., Souburg.
Sociaiistische moraal.
Het hoofdorgaan van de sociaal-democrater.
zit met de staking in Engeland natuurlijk erg
in de war. Het heeft de algemeen© staking
dadelijk toegejuicht. Het vertelde zijn lezers,
dat de „arbeiders", d.w.z. de communistische
geesten onder de leiders, den strijd zouden
winnen. M.a.w. dat de regeering zou buigen.
Nu gebeurde dit juist niet. Precies het omge
keerde gebeurde. Hoe nu? „Het Volk" gaat
bezig als een draaitol om den lezers duide
lijk te maken, dat er toch eigenlijk wel een
overwinning voor de arbeiders was.
Nu komt de voorzitter van de partij, de
heer Henri Polak, even duidelijk maken, dat
zoo'n algemeene staking onzin is. „Het Volk"
weet niet meer hoe zich te draaien, en te
wenden. Geeft het den heer Polak gelijk
dan 'krijgt het blad het met de meer revo
lutionair gezinde geesten te doen'.
Nu komen de „lessen". Is zoo'n staking
goed? Is zij' verkeerd?
Men kan aan de redeneering geen touw
vastknoopen.
Wel wordt duidelijk welke gevaarlijke mo
raal deze sociaal-democraten er op na
'houden.
Wij lezen nu: „het eindresultaat is daarom
vooral gewichtig, omdat het belangrijken in
vloed zal moeten uitoefenen op ons alge
meens oordeel over zulke groote stakings
bewegingen als wij nu in Engeland' beleefd
hebben. Dat oordeel wordt uitsluitend be
paald door de mogelijkheden van goed resul
taat. Wij zijn volstrekt niet voor-ingenomen
tegen zulke sterke middelen, als er iets nut
tigs mee bereikt kan worden en de voor
deden, zoo ruim mogelijk gezien, tegen d«f
nadeden opwegen. Maar wij hebben' ook geen
voorkeur voor zulke middelen, ómdat ze
„huiten-parlementair" zijn of „revolutionair"
zouden zijn. Wij willen ze niet óm het mid
del, maar willen ze alleen als ze in het
belang der arbeidersklasse blijken te zijn. Dan'
ook alleen kunnen ze in ons oog werkelijk
revolutionaire beteekenis hebben. Want het
revolutionaire steekt niet in de middelen,
maar in de behaalde resultaten. Komt de
arbeidersklasse ermee vooruit Dat, en dat
alleen, is de vraag".
Ziedaar nu de socialistische moraal.
Zij erkent maar één maatstaf. Het resultaat.
Alle middel is goed, wanneer het slechts
tot het beoogde doel voert. Als het belang
der arbeidende klasse, d.w.z. het belang van
de partij, er door gediend wordt, is alles
goed. Het komt er niet op aan, welk middel