voor
Mé I8S
ilburg.
LOUSS DGBBELJVIANN,
■MASSES
(ENEN.
BURG.
EERSTE BLAD.
[WIELEN,
- Tel. 431
DiensMe.
MIJNHARDT'S
likelen:
leien f51.—,
RK,
EERE.
E,
ss voor
Donderdag Mei 1926
LE COINTRE,
shoudster
Meld
benoodigd, -
4lie Jaargang
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
Jarigaf JenmoeJ bc!i niefspoeJlg verloren,
ÖreeD naarz'n pakta-zoravuU g tewaarJ.,;
ureep naar z*n pakje-zorgvu
L.3KU {•gevaar weer
laalvisch zwom verJeQeen Icrul in z'n staart!
bezworen!
Hoofdpijntabletten
werken terstond.
Bsiteilaii
■g der
nn 32s ct.
en 37s ct.
|ier kokertje.
Telef. 181.
aanbevelend,
joedkoop.
goedkoop.
intdraad,
Hegge
Harken,
imachien-
»nz., enz.
prijzen.
E S.
5AAR te Goes, zal
Mei 1926,
te één uur te
het dorp aan de
arande, voor Mej.
IWETraas, tegen
o p e n
oud 15 jaar, vos
oud 9 jaar, 2
ijz. assen en met
»en, Rolsleeper, 4
3rd, Sacksploeg,
en Mestplanken,
ingen, Snij molen,
3ugels met Galgen,
sn, Harnas en een
eën.
met October
EBRs. P. en A.
Abeele.
POPPE Bz.,
Grijpskerke.
OS, Lange Kerk-
vraagt
lan
amende Meid
ZEEVELD Jr.,
1RSE, G a p i n g e.
Drukkers-Exploitanten:
OOSTERBAAN LE COINTRE
GOES
Bureaux: Lange Vorststraat 6870, Goes
Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L, Burg. Tel. no. 259
De Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, f3.—
Losse nummersf0.05
Prijs der Advertentiën:
regels f1.20, elke regel meer 30 ct.
Bij abonnement belangrijke korting.
- i j>m
ONZE NIEUWE DIRECTEUR-
HOOFDREDACTEUR.
Tot Directeur-Hoofdredacteur van ons
blad is benoemd de heer R. Zuidema,
hoofdredacteur van „de Nieuwe Leidsche
Courant" te Leiden.
I—L- ii .LM
DE POLITIEK VAN DEN HEER
STENHUiS.
In de verslagen van het Paascbcongres
der S.D.A.P. heeft het meest de aandacht
getrokken de rede van den staatsman,
wiens naam hierboven staat, het Tweede-
Kamerlid, den sociaal-dem. voorzitter van
het N. T. V. den heer Stenhuis, oud-lid dei-
Eerste Kamer.
Zijn rede was een pleidooi voor de
stichting eener Arbeiderspartij.
Of hier bedoeld werd een Labour-partij
(spreek uit Leeberpartij) zooals men er in
Engeland een heeft, is uit de rede niet
duidelijk gebleken. Doch wel heeft de
spreker uitgesproken dat hij het niet al
leen had over de taktiek, maar ook over
den organisatievorm.
Reeds in 1898 had de heer Vliegen als
zijn meening uitgesproken, dat „de onder
vinding zal drijven naar samenwerking,
misschien wel samensmelting van vak
arbeidersbeweging en politieke arbeiders
beweging".
Hiermede nu is de heer Stenhuis hei
eens; de heer Vliegen echter, althans blij
kens een uitlating op het jongste Paasch-
congres, niet meer.
De heer Stenhuis ziet, gelijk „Het Cen
trum" in samenvatting meedeelt, den
tegenwoordigen stand aldus:
Wij leven 'in een' periode van ver
scherpte klasse-tegenstellingen, een tijd
perk, waarin revolutionaire botsingen on
vermijdelijk worden. Er zijn groote eco
nomische en politieke wijzigingen inge
treden, daarom kan de arbeidersbeweging
niet meer langs de oude, platgetreden
paden voortgaan. Vooreerst is daar Rus
land, waar een anti-kapitalistische macht
heeft gezegevierd, en de beschikking ver
kregen over een ongekende hoeveelheid
grondstoffen. Er moet daarom door de
Westersche sociaal-democratie samenge
werkt worden met het Oostersche com
munisme, om met vereende krachten hel
kapitalisme en de kapitalistische regee
ring met politiek-parlementaire en econo
mische machtsmiddelen te onttronen. Zoo
krijgt men, in samenwerking met Rusland
een internationale politiek, gericht op de
rechtstreeksche verwezenlijking van het
socialisme.
Dan is daar de nationale opleving der
onderdrukte volken van Ned.-Indië tot
Egypte. Dit feit beteekent al een sociale
revolutie. Ook aan deze volken in opstand
moet de sociaal-democratie de hand
reiken.
Vervolgens is daar de enorm toegeno
men schuldenlast, de schatplichtigheid
van de Maatschappij aan het bankkapi
taal. De uitbuiting der arbeiders neemt
daardoor toe, waardoor de klassenstrijd
wordt verscherpt. Europa is van kapitaal-
uitvoerend, kapitaal-invoerend geworden.
Door de inflatie (de waardevermindering
van het geld) zijn de kleine bezitters ont
eigend ten bate van het grootkapitaal. Het
productie-apparaat is grooter en volmaak
ter dan ooit te voren, maar de arbeiders
zijn er slechter aan toe dan vóór den oor
log, terwijl de ondernemerswinst meer
stijgt. De politiek der kapitalistische
klasse wijst elke evolutie af, omdat het
laatste perspectief van zulk een evolutie
(geleidelijke overgang) zou zijn een demó-
cratiseering van Europa met eventueel
Staatskapitalisme, onder invloed van hel
proletariaat.
Dit alles zijn revolutionaire factoren,
waarbij dan nog als laatste factor komt
de arbeidersbeweging zelf.
Wel heeft Henri Polak betoogd, dat
het de taak is van de vakbeweging, de
arbeidsvoorwaarden te bewaken, te be
schermen, te verdedigen en te verbeteren,
maar zegt Stenhuis dit is „klink
klare nonsens, die alleen uitgekraamd kan
worden door lieden, die niet nadenken".
Met Wibaut, die meent, dat wat wij
thans doormaken, een normale crisis is,
een gewoon conjunctuur-verschijnsel (een
schijnsel, gevolg van een samenloop van
omstandigheden) is Stenhuis ook het glad
oneens. Het kapitalisme richt zich in op
een crisis in permanentie, die voortduurt.
Al wat de vakbeweging daartegen deed,
baatte niets. Daarom zijn 4 dingen noodig:
1". Politieke oriëntatie van de vakbe
weging.
9. Concentratie van politieke en eco
nomische strijdmiddelen.
3. Nieuwe tactische oriënteering, die
de arbeiders leert, de economische
machtsmiddelen der arbeidersbeweging in
den politieken strijd aan te wenden.
4. Een internationaal program met een
internationale campagne.
Veel wijzer wordt men uit deze wijs
heid niet. Iets wijzer wordt men wel uit
hetgeen de spreker zei tot toelichting van
de twee eerste punten.
Daarvan zei hij:
„Het is duidelijk, dat een buiten-parlemen
taire actie niet uit den grond kan worden
gestampt, zij moet mogelijk gemaakt worden
door de er aan voorafgaande parlementaire
actie en intensieve propaganda en de politie
ke partij, die een organisatie noodig heeft,
althans meent noodig te hebben, voor haar
buitenparlementaire actie, zal er niet bui
ten kunnen over de er aan voor
afgaande parlementaire actie,
propaganda en taktiek, overleg te
plegen.
Op een buiten-parlementaire actie moet een
nieuwe parlementaire politiek volgen; een mas
sa-organisatie als de vakbeweging, die als
het gelukt de massa mobiliseert buiten
bet parlement, om een parlementair doel te
bereiken, kan niet aanvaarden, dat ze buiten
het beraad en de beslissing wordt gezet,
wanneer na de buiten-parlementaire actie moet
worden vastgesteld, wat zal geschieden, daax
die actie beslist over het resultaat en ovei
wat verder moet gebeuren. D-e p a r t ij 1 e i-
ding, die het eene noodig acht,
moet het andere aanvaarden."
M.a.w. de politieke leiding en actie mag
berusten bij de S. D. A. P., maar met
medezeggenschap van het roode
Nederl. Vakverbond. (N.V.V.)
En is die medezeggenschap verkregen
dan zal de vakbeweging doelbewust op
revolutie aansturen. Immers:
„De massa is niet meer bereid, zich neer
te leggen, te dulden, te werken en te hon
geren tevens. Zü zal zich verzetten, ip onze
organisaties cn onder onze leiding, of zon
der ons en zoo noodig tegen ons.
Hoe meer dat verzet komt, hoe meer het
het karakter van een opstand hebben zal,
hoe roekeloozer en wilder het zal zijn. Ik
acht het de taak der soc.-dem. arbeidersbet
weging zulk een verzet te bevorderen cr>
te leidenDat verzet zal herhaaldelijk
het karakter krijgen eener revolutie, omdat
alleen een revolutie den weg
open zal breken voor een nieuwe
evolutie.
Het kapitalistisch geweld wijkt alleen voor
een macht, die sterker iszulk een macht
is het parlementarisme niet. Zulk een macht
wordt alleen gevonden in de economi
sche machtsformaties van het
proletariaat, wanneer deze formaties al
thans gedragen worden door een sterk socia
listisch inzicht en den wil, om te winnen.
Om dat te bereiken, is een concentra
tie van. de economische en poli
tieke groepeeringen in de poli
tieke strijdorganisatie van het
proletariaat noodzakelijk."
Ja nog verder reikt zijn blik, en de
spreker is hier zoo eerlijk mogelijk:
„Zonder internationale revolutionaire bewe
gingen, zal de arbeidersklasse steeds dieper
zinken Wij moe.ten er voor zorgen, dat als
weder een historisch noodzakelijke beweging
aan de deur klopt als in 1918 het geval was,
dat de beweging niet meer de geestelijke on
macht, gepaard met klein-burgerlijken angst,
ten toon spreidt, die in 1918 haar kenmerk
was."
De spreker vond bestrijding bij zijn
partijgenooten Albarda en Vliegen, de p o-
1 i t i e k e leiders, op het punt van de door
hem geëischte medezeggenschap van zijn
Vakverbond in de politieke leiding. En
bij de vakvereenigingsleiders Henri Po
lak en Brautigam op het punt van de dooi
hem evenzeer geëischte vervanging van
de economische actie der vakbeweging
door een welbewuste aansturing op revo
lutie.
Hierin ligt een profetie van uiteenval
ling hetzij in een nabij tijdstip, hetzij in
een nog zeer verre toekomst, van de
S.D.A.P., een uiteengaan van de revoluti
onairen, type-Stenhuis, en de evolutionaï-
onairen, type-Vliegen.
Wij houden echter staande, dat de een
en de ander even gevaarlijk zijn.
Wij zien dan ook in den ontwikkelings
gang der S. D. A. P. van revolutionaire
partij tot evolutionaire hervormingspartij
geen kentering ten goede. Wel geeft 'teen
gevoel van verademing wanneer een partij
niet langer voortschrijdt op den weg der
revolutie.
Maar de historie der laatste jaren heeft
geleerd in Rusland en in Hongarije bij
voorbeeld, dat zoodra de revolutie in haar
uiterste consekwentie naar voren komt,
de zoogenaamd mmder revolutionairen
door de voortrekkers worden meegesleept.
Zij hebben geen ruggegraat en missen
daardoor kracht tot verweer.
Het is in 1848 ia alle landen, ook ten
onzent, gezien: de meer behoudenden gin
gen met de liberalen mee. In de politiek
der liberalen tot heden was het al één
voortschrijden en meegaan met de radi
calen; en deze laatsten toonen zich de
laatste jaren, zij 'took onder den naam
van vrijzinnig democraten, met het socia
lisme een. En wat de socialisten aangaat,
in 1903 had niet de S.D.A.P., maar Domela
Nieuwenhuis al sjoedig de leiding, en
werd „de hel", 'üéoals Oudegeest haar
noemde, door de anarchisten gestookt.
En in 1918, het jaar van de mislukte
November-revolutie, wierp de massa, bij
monde van Heijkoop, haar „verstand over
boord".
De bloedige regeering van Hela Kun
in Hongarije, noch die van Lenin in Rus
land zouden mogelijk geweest zijn, indien
de,socialisten hadden stand gehouden. Doch
zij liepen in groote scharen tot den over
weldiger over.
Het is een angstige gedachte, maar de
toekomst gelukkig niet de laatste I
is aan de roodsten onder de rooden, al
maken ze in de S.D.A.P. nu nog verreweg
de kleinste groep uit.
En waarom aan hen?
Omdat hetgeen de heer Stenhuis propa
geert, de consekwentie is van de leer van
Marx, den vader van het socialisme, een
leer, die tot voor enkele jaren nog onbe
wimpeld door alle socialisten, ook Vliegen,
ook Schaper; met v. d. Goes en Troelstra
en Hermans en Fortuyn, en hoe ze hee-
ten mogen, als de anti-Christelijke levens-
en wereldbeschouwing is beleden en ge
propageerd. En ten tweeden:
Omdat revolutionaire rhetoriek nu een
maal een machtigen invloed heeft op de
groote massa der minder ontwikkelde ar
beiders, die in de leer van den klassen
strijd zijn opgevoed.
Physionomie.
Een stukje physionomie van een nach
telijke Tweede-Kamerzitting op j.l. Dins
dag drukken wij af uit „Het Volk":
Het is bij de behandeling van de begroo
ting voor Onderwijs.
De heer Lingbeek houdt een pleitrede
voor het verleenen van een christelijk ka
rakter aan het openbaar lager onderwijs.
De religieuze leerkrachten moeten minder
salaris krijgen, want iemand, die de ge
lofte heeft afgelegd van kuischheid en ar
moede, heeft niet dezelfde behoeften en
staat niet voor dezelfde uitgaven als een
ander. (Vroolijkheid.)
De heer Duymaer van Twist (a.-r.): U
moet een voorstel doen.
Ds Lingbeek: Wie interrumpeert, staat
zwak.
De heer Krijger: Die praatjes kennen
wij!
De heer Duymaer van Twist wenscht
behoorlijk onderwijs voor schipperskinde
ren.
De heer Krijger merkt op dat de heer
Lingbeek zich heeft beroepen op Groen
van Prinsterer. Deze zelfde Groen v. Prin-
sterer heeft in zijn „Studiën en Schetsen"
echter eens geschreven dat een predikant,
die zich begeeft op politiek terrein en in de
Kamer spreekt als een predikant van den
kansel, een onbehaaglijk en vrij mal figuur
slaat.
De heer Duymaer: Die zit hé! (Gelach).
De heer Krijger wenschte, dat alle kin
deren onzes volks eiken dag door de
school in aanraking met den Heiland kwa
men, maar er zijn ouders, die dat niet
willen, en die zijn aansprakelijk.
De r.-k. dr Deckers zegt, dat ongehuw
de, dus ook religieuze leerkrachten de be
langrijkste periodieke verhoogingen mis
sen, wat ds Lingbeek niet wist.
Ds Lingbeek: Ik heb het zelf gezegd.
De heer Duymaer: U mag niet interrum-
peeren. Wie interrumpeert, staat zwak
(groote vroolijkheid).
Dr Deckers beschrijft het leven van
kloosterlingen als een leven van groote
offers.
Ds Lingbeek wil iets zeggen.
De heer Duymaer: Neen! Niet inter-
rumpeeren! (gelach).
Dr Deckers: Ds Lingbeek vergeleek de
salarissen van religieuze leerkrachten met
die van predikanten, maar dat heeft niets
met elkaar te maken.
De heer Duymaer (tot ds Lingbeek):
Nou, ga nou maar zitten! (vroolijkheid).
Minister Waszink, de sprekers beant
woordende, zegt, dat het hem spijt, dat
mej. Westerman vertrokken is.
De heer Duymaer: Die moest naar bed!
gelach).
(Dan volgt de rede van den Minister.)
(De heer) Gerhard gevoelt geen neiging
om de motie te wijzigen. Zij beteekent geen
uiting van wantrouwen jegens den mi
nister.
Voorzitter Ruys de Beerenbrouck: De
motie zal heden middag te 1 uur in
stemming komen.
De vergadering wordt 's nachts te kwart
voor één verdaagd.
if'filll
Bepaald verheffend is dit gedeelte van
het debat niet.
HENMIG
ROTTERDAM
Wordt Dinsdagavond a.e. vervolgd.
Vernietigend oordeel.
De heer de Vos van Steemwijk, die
de dingen zoel scherp en zon raak kan
zeggen, heeft in de Eierste Kamer een
vernietigend oordeel uitgesproken over het
onparlementaire en ondemocratische op
treden van den leider der V. E(. P. den
'heer Merchant
't Parlementaire stelsel, zoo betoogde hij;
heeft door het zoo cynisch optreden van
vrijzinnig-democrat'scho zijde in Novem
ber een „druk major" gekregen.
Met instemming, werd aangehaald een
uitspiaak van Dr Beniner; „Het gevoel
van betamelijkheid is in dien kring zoek
geraakt."
En dan ging de spreker aldus voort:
Vóór het gezantschap bij den Pause
lijken stoel te zijin en er tqch tegen te
stemmen, ten einde de coalitie te treffen,
is, ik geef dit den heer Anema toe-,
niet verheffend. Maar men moet billijk
zijn. Politieke redenen wegen en mooten
wel eens zwaarder wegen dan zakelijke.
Het ware mijnerzijds onoprecht, wanneer
ik niet erkende, dat zulks bij mij wel
eens het geval is geweest. Van hun
standpunt versta ik de stem door de vrij
zinnig-democraten op 11 November 1.1.
uitgebracht. Daarover mij'nerzijlds geen
captie.
Maar, Mijnheer de Voorzitter, 10 da
gen later welk een blamage; er is
toch n,og zoo iets als parlementair fatsoen
bereid te zijn, dat zelfde gezantschap
te verdedigen, ten einde zich zelf en zijn
vriendjes aan Ministerportefeuilles te hel
pen, Mijnheer de Voorzitter, ik zal niet
formuleeren wat dat is, wantik wil geen
harde woorden bezigen, maar wel mag ik
zeggen, dat, indien zoo iets weer ge-
schiodde, daarmede in ons Parlement een
politieke zede zo uzijn binnengeleid, die
daaraan gelukkig tot hiertoe geheel
vreemd is en die niet genoeg gebrand
merkt kan worden.
Zulks is dan ook alom in den Lande
geschied, en naar ik hoop, ook in vrij
zinnig-democratische kringen, zij het daar
fluisterend, vermits men in die zich noe
mende detmlocratische partij geen leven
heeft, wanneer men getuige laatstelijk
het geival-Limburg zich verstout iets te
doen, dat den in haar midden tromenden
dictator onwelgevallig is; dat de sfeer
van pure aanbidding en loutere ver
eering van dien omnipatenten heerscher
zou kunnen staren. Het moet daar een
en al beate adoratie, verafgoding blijven.
Wee hem, die den almachtigen leider
niet hoorig is, hem wederstaat. Die te
rechtstelling, de schrobheering, de tuchti
ging, de executie volgen stante pedc. Hij
is sacrosanctus. Mussolini is er niets bij.
Van democratie gesproken!
Men heeft er den mond wel vol van,
men houdt er wel tal van snorkende rede
voeringen over, men vult er wel week
en maandbladen mede, men gaat er den
boer wel mee op, men lokt er de arge-
looze kiezers wel mede, maar ze in prak
tijk, in Toepassing te brengen, kom er
eens om-
Dia hoeveelheid echte democratie, di«
in de Vrijzinnig-democratische partij wordt
aangetroffen, kan men wel op een dub
beltje leggen, zelfs op ©en stuivertje, zoo
het nog bestond.
Eén slechts weet het; en den anderen
rest do keus tusschen hun mond te hou
den, koest te zijn, of Mahomed devote»
lijk na te prevelen. Tertium non datur.
Anders klinkt het: „er uit!"
Van Raalte, Treub, Pleyte, Vu© Bere-
steyn, Teenstra, v. d. Pot, Molengraaf,
Limburg.
Wie volgen?
Niet precies de minsten onder de broe
deren. Gold het niet een zoo bij uitstek
anti-soldateske partij, dan zou ik van
haar zeggen een legertje zoowat zonde*
kader, een generaal en verder enkele
zéér gedweeë luitenants met even gedweeë
soldaten.
Want, getroffen door het anatheem va*
den tyran, is het kader op enkelen na,
door hem uit de partij letterlijk wegge-
scholden. Charmante, beminnelijke soort
democratie
Ein ruu moge het niet in de bedoe
ling hebben gelegen om het parlementaire
stelsel te knauwen, te deuken, zulks belet
niet, dat:
„Wie zegt, dat parlementaire stelsel als
juist te erkennen en in zijn onkundig beleid
er een paskwil van maakt, het meer
schaadt dan da stelligste tegenstander.'5
Ik hoör u reeds vragen, Mijnheer da
Voorzitter, van wien deze uitspraak?
Mijnheer de Voorzitter, hét is schier niet
te gelooven, vanmr Marchant zelf
Te vinden in „Die Telegraaf" van 13 Nov.
1925."
Dia heer Marchant kan het er mee
doen. i
Glazen Buisje60ct.
Bij Apoth. en Drogisten.
De staking in Engeland.
Deze staking, die het geheele econo
mische leven ontreddert, duurt nog steeds
voort, al gaan er geruchten, dat Lloyd
George als bemiddelaar zal optreden.
Hieronder geven wij weer de voornaam
ste stakingsberichten.
De verkeersopstopping die
Dinsdag de drukke uren te Londen ken
merkte, was gisteren merkbaar minder.
Het aantal treinen dat door bedreven
vrijwilligers bestuurd wordt, neemt toe.
De ondergrondsche gaat irus voort met
vrijwilligers op te leiden. Men hoopt van
acht uur 's morgens tot acht uur 's avonds
I