40e Jaargang
*0 16$
Woensdag 14 April 1926
BimetlaM.
EERSTE BLAD.
Mi mmmw bestaat twea blade»
ovNHuuanw4WMa«Mawni
Drukkers-Exploitanten:
OOSTEREAAN LE COINTRE.GOES
Bureaux: Lange Vorststraat 6870, Goes
Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259
De Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, f3.
Losse nummersf0.05
Prijs der Advertentiën:
14 regels f1.20, elke regel meer 30 et.
Bij abonnement belangrijke korting.
OPSTANDINGSVRUCHTEN.
Op de. vraag wat nut 'ons de opstan
ding van Christus geeft, antwoordt de
Heidelbergsche Catechismus o.m., dat wij
daardoor worden opgewekt tot een nieuw
leven.
Het. is duidelijk, dat hier sprake is
van het geestelijke leven, van een geeste
lijke opstanding, maar 't spreekt eveneens
vanzelf, dat de vruchten de bewijzen van
dat nieuwe leven ook in het natuurlijke
leven openbaar moeten worden.
Indien de opstanding van Jezus Chris
tus uit de dooden voor ons geestelijk
leven iets beteekent en oorzaak is, dat
in ons het nieuwe leven, dat uit God
geboren is, mag aanvangen, dan kan
het niet uitblijven, of dat leven moet zich
ook, zoo dat het voor ieder zichtbaar
is, naar buiten openbaren.
In ons persoonlijk leven allereerst,
maar dan ook in ons gezinsleven, in
onzen arbeid, onzen handel en wandel
in ons optreden op sociaal en staat
kundig gebied.
Hot leven moet zich nu eenmaal
uiten.
Aan het zingen, heeft eens iemand
gezegd, moet het zeggen voorafgaan, maar
omgekeerd is ook waar, dat als er het
zeggen is en het tot belijden komt, ook
het zingen hier in den meest breeden
zin genomen, niet kan uitblijven.
Het belijden is van groote beteekenis.
Maar het heeft weinig innerlijke waarde
als het niet door het leven gevolgd
wordt. i -
Het geloof moet blijken uit de werken.
En nu is het van het grootste be
lang telkens weer na te gaan inhoe-
verre er bij ons overeenstemming is tus-
schen belijdenis en leven en er den na
druk op te leggen, dat de opstandings
vruchten ook- in ons leven gezien worden.
Dat is noodzakelijk voor ons- zelf, maar
het is ook noodig voor de bevordering van
de doorwerking der beginselen, waarvoor
wij zeggen het pleit te voeren.
Het is niet genoeg te zeggen, dat wij
antirevolutionair zijn, dat wij dus Jezus
Christus erkennen als den verheerlijkten
Koning, Wien gegeven is alle macht in
den hemel en op de aarde, maar de
waarheid en de beteekenis van die belijde
nis moet ook in ons leven werkelijkheid
worden.
Het. zwaaien met de antirevolutionaire
vlag zegt niets.
En het ijveren voor de antirevolutio
naire partij en hare beginselen heeft
weinig waarde, indien wij niet waarlijk
zelf in hart en nieren antirevolutionair
zijn, indien wij niet het revolutiebeginsel
uitbannen uit ons hart en overal, bij
ons zelf in de eerste plaats, het beginsel
van dein opstand tegen God bestrijden.
Wij moeten leeren antirevolutionair te
zijn in heel onze levensopenbaring.
Het antirevolutionaire beginsel moet
als een gouden draad door heel ons
leven ioopen en als dat niet liet geval
is, als er een tegenstelling bestaat tus-
schen wat wij leeren' en beleven, dan
blijkt daaruit, dat of het opstandings
beginsel gemist wordt of dat wij op
schromelijke wijze ontrouw zijn aan onze
belijdenis.
Daarover mag met name in deze da
gen, nu er allerwegen afval valt waar
te nemen, nu er zooveel ontrouw is en
onverschilligheid, wel ernstig worden na
gedacht.
Wij vragen ons af hoe het komt, dat
de invloed van onze beginselen niet
grootar is, dat velen die zich bij ons
behoorden te scharen zich van ons af
wenden, dat de revolutiebeginselen ook
in onze kringen zoo sterk hun invloed
doen gevoelen.
Het gaat niet aan op die vragen met
een enkel woord een antwoord te geven,
taaar dit is wel zeker, dat één der
oorzaken gezocht moet worden hierin,
dat wij ons te weinig als anti-revolutio
nairen openbaren, dat het opstandings-
leven bij ons zoo weinig tot uiting komt.
En leeringen mogen wekken, voor
beelden trekken en oefenen een machtigen
invloed uit.
Veel meer dan wij vaak meenen.
Een jongeman, die in de kazerne
komt, mag nog zoo vroom praten en
nog zoo goed zijne beginselen kunnen
verdedigen, wanneer hij niet zorgt dat.
hij ia alles zijn plicht doet, dan kan
hij niet verwachten, dat men zijn ge
voelens zal respecteeren.
Een arbeider mag nog zoo sterk zijn in
het bijbrengen van argumenten voor zijin
christelijk; beginsel, wanneer hij een dag-
n 'S) ^'-e z'c^ *n z'in slaP aan
stelt en die niet met nauwgezetheid zijn
werk verricht, dan zullen al zijn misschien
mooie woorden, niet den minsten invloed
hebben.
Wanneer een middenstander een dief
is in zijne nering en het in den handel
volstrekt niet nauw neemt, dan moet het
niet verbazen, wanneer zijne zeer prini-
pieele woorden op den tegenstander af
stuiten als hagelsteenen op een glazeD
dak.
Als daar is een patroon, die het op
het stuk van de beginselen heel nauw
neemt, maar die zijnen werklieden het
hun toekomende loon onthoudt, die geen
ethische gevoelens kent en voor wie het
dividend het eerste en het hoogste- is,
dan moet hij zich niet verbazen wanneer
de naam des Heeren om zijnentwille
wordt gelasterd en wanneer zijn werk
plaats 'n kweekplaats van revolutionaire
beginselen blijkt te zijn.
Leer en leven, geloof en werken,
wanneer wij ze naast elkaar plaatsen,
wat hebben we dan weinig reden om
te roemen en veel reden om ons te
schamen.
Dan verwonderen we ons niet meer,
dat de revolutionaire partijen zoo groo-
ten invloed" hebben, maar dan verbazen
we ons, dat er ondanks onze tegenwerking
nog zoo betrekkelijk velen zijn, die zich
scharen onder de banier van Koning Je
zus.
Het opstandingslied wordt nog wel ge
hoord.
Aan opstandingsvreugde ontbreekt het
niet altijd.
Maar waar zijn de opstandingsvruch-
te-n?
Waar is de bezieling, die in den school
strijd na 1878 zoo wonderbaar algemeen
tot uiting kwam! Waar is de geestdrift,
die zoovelen vervulde in den verkiezings
strijd, ook waai' kans op de overwinning
telkens weer bleek afgesneden! Waai- zijn
onze volle zalen!
Laat ons oprichten de trage handen
en de wankelende knieën vast zetten.
Er is nog! zooveel te doen.
Wie bij ons behooren, dat ziji tot ons
overkomen.
In beginsel is elk Christen antirevo
lutionair. Alleen wanneer hij op politiek
terrein, zich in den aard en de verhou
ding der partijen vergist, kan hij aan het
liberalisme de hand reiken en voor het
Evangelisch beginsel in den (door de
Revolutie in het leven geroepen) anti
revolutionairen vorm beducht zijn.
Dit sta vast.
Doch wie het hiermee niet eens is,
of uit anderen hoofde instemming met
ons zoekt, dat hij henenga.
Dr Kuyper zeide het eenmaal zoo
schoon:
„Ga van o-ns uit, en wijke van ons,
alle man wien het om eigen eer of macht,
om hoog© post of geldelijk voordeel te
doen is. De hand die grijpt naar persoon
lijk voordeel, kan de Banier van het Kruis
niet omklemmen.
„Wie als held in dezen strijd zal optrek
ken, dien moet het om Christus en zijn
toekomst, -en in verband met die toekomst
des Heeren, -om de redding van zijn vader
land te -doen zijn.
„Wat hem wenkt moet het dweepend
verlangen zijn, om, als de Christus weder
komt, hem -op dezen vad-erlandschen bo
dem, waarin eens het bloed der martela
ren wegzonk, een volk te bereiden, dat
hem niet tegenstreeft, piaar ontvangt met
©en Hallelujah."
Doch aan 't adres van hen, die, schoon
zij Christenen zijn, en zich niet vergissen
in den aard en de verhouding der poli
tieke partijen, en ook niet voor het Evan
gelisch beginsel beducht zijn; integendeel
van verre nog wel in stilte met ons
-meeleven, en bij de stembus met o-ns
medegaan, doch onder de leus: „ik doe
niet aan politiek" zich verre houden van
onze actie en weigeren zich openbaar bij
ons te voegen, hebben wij dit duide
lijke woord van wijlen jhr mr A. F.
de Savornin Lohman:
Dikwijls hoort men iemand met zekere
zelfingenomenheid zeggen: „Ik doe niet
aan politiek."
Toch steekt -daarin niets voortreffelijks.
Iemand die den moed heeft een gezin te
vormen en zich dan aan dat gezin te
wijden, staat hooger dan de zelfgenoeg
zame celibatair, die uitsluitend zorgtvoor
zichzelf.
Zoo staat ook hij, die zijn vrijen tijd,
zijn gaven en krachten bezigt voor een
kring, waarvan hij deel uitmaakt, hooger
dan hij, die zich aan alle politieke leven
©envoudi-g -onttrekt.
Het arbeiden voor gemeente, provincie
en land is, althans wanneer het uit toe
wijding geschiedt, een voortreffelijk werk.
Wie nog iets anders en Iioogers kent'
-dan zijn eigen persoon, arbeidt voor ande
ren; arbeidt hij op publiek terrein, dan
doet hij dat voor de gemeente, het land
of ©enigen anderen politieken kring.
Strijd van plichten.
De voorstanders van ontwapening be
schouwen de algeheel-e ontwapening als
©en nationalen plicht. Maar een Staat
heeft ook internationale verplichtingen;
dat wil zeggen verplichtingen ook tegen
over het buitenland. Geen staat heeft, het
recht zichzelf weerloos te maken, en daar
door andere staten in ongelegenheid te
brengen.
Deze verplichtingen zijn het vorige jaar
ook onder anderen door de Belgische
regeering nog eens uitdrukkelijk naar vo
ren ge-bracht in het neutraliteitsverdrag
met do Nederlandsche. Onder protest van
de Nederlandsche sociaal-democraten.
Doch zij vergaten -dat zo-owel het neu
traliteitsverdrag van 1897 als "het Volken
bondsverdrag ©e-n dergelijke- houding ver-
bicden.
Zoo ondubbelzinnig mogelijk is hun dit
door den Belgischen minister van buiten-
landsch-e zaken Vand-e-rvelde, oud-voorzit
ter van d-e socialistische internationale
aan h-et verstand gebracht.
Aan zijn door „Dia Telegraaf" vertaalde
schrijven is het volgende ontleend:
„Als ik in deze kwestie de bezwaren
we-1 begrijp van d-e Hollandscbe socialis
ten, die bezorgd zïjiu hun land in een
oorlog tegen zij!n naburen betrokken t-e
zien, is het mij onmogelijk in te stemmen
met de zeer beperkte wijize, waarop in
dit artikel -de internationale verplichtin
gen der staten ten aanzien van d-e ver
dediging van hun grondgebied worden
opgevat.
-Ongetwijfeld staat het iedere natie ge
heel vrij te beoo-rdeelen of, en in welke
mate» zij zich gewapend wil verzetten
tegen -e-en buitenlandsch-e-n inval.
Maar dit beginsel sluit -een tweeledig
voorbehoud iu zich.
Vooreerst, dat volgens de bewoordingen
van art. 5 der Conventie (van 1907) no
pens de rechten en plicht-en van neutrale
mogendheden -en personen ingeval van
©e-n landoo-rlog, 'n neutrale mogeribeid
gehoud-en is, daden te straffen, w-elke
strijdig zijn met de- neutraliteit, indien
d-eiz-e op haar -eigen grondgebied worden
bedreven. Iedere nadere houding zou haar
tot medeplichtige maken van den oorlog
voerende, die zich van haar grondgebied
heeft bediend. Het ware dus niet voldoen
de, indien de neutrale staat zich slechts
tot een -enkel gebaar van verzet beperken
zou. r
Op die- wij-ze- hebben ook de achtereen
volgende regeeringen, sinds 1830, steeds
de verplichtingen opgevat, voortspruitende
nit d-e neutraliteit welke -d© verdragen van
1839 ons permanent oplegden, en arti
kel 10 laat d-e-n neutralen staat slechts het
voorrecht van zijin neutraliteit behouden
in d-e veronderstelling van e-en welge
slaagd verzet tegen den dir-ecten aanval
van -e-en d-er oorlogvoerenden. Het kan
den contracte-erenden mogendheden niet
in den zin zijn gekomen, daarmee uitslui
tend de neutrale landen te do-en beslissen
over de mate, walarin ziji zich beho-oren
te verzetten, tegen schendingen van hun
grondgebied, bedreven met het doel een
der oorlogvoerende landen aan te tas
ten.
Het tweede voorbehoud, dat men
m.i. zal moeten maken op 't beginsel der
vrijle keuze van iedere-n Staat tusschen
d-e -nationale verdediging of het zich-niet-
verze-tten tegen een aanval, schijnt mij
vervat in h-e-t Volk-enbondsstatnlut. Dfit ze-gt
aan -de- Staten-l-e-den in bepaalde gevallen
van .agressie, den bijlstand der overige
l-eden toe. Het ko-mt mijl voor, dat de
bedoelde internationale bijstand nóch juri
disch verplicht nóch feitelijk mogelijk zou
zijn, waune-er -een land, dat werd aange
vallen, zich tegen den aanvaller in geen
enkel o-pzicht beliefde te verzetten en
geen -enkel offer Wenschte te brengen voo-r
zijin onafhankelijkheid, juist o-p het oogen-
blik, dat het, o-M die onafhankelijkheid
te verdedigen, een beroep doet op Hen
m-aterieelen en militairen bij'stan-d van de
overige leden van den "feond."
M:et d-e-ze onbewimpelde verklaring van
den Belgischen so-cialist is aan den mallen
eisch van algeheel© ontwapening de mond
gestopt. Trouwens in 1920 heeft de leider
der S. D'. A. P- nu1 Troelstra
zich in ongeveer dezelfde bewoordingen
tegen dien eisch uitgesproken.
Terwill© van het gros der volgelingen
zal hij wellicht nog we-1 een tijdje gehand
haafd worden; miaar van de onmoeelij'k-
heid zijlner inwilliging zal men wel alge
meen overtni-gd zijin.
naar Dj-ebel, doch worden door Bedoe-
inen en aanhangers -der Franschen aan
gevallen.
Het succes der Frauschen heeft te
Damascus een uitstekenden indruk ge
maakt.
In d-e streek van Beyroeth hebben ver
scheidene tamelijk hevige botsingen plaats
gehad. Er wordt een lichte agitatie ge
meld.
Wegwijzers in de lucht.
Menigeen zal zich vaak met verwonde
ring hebben afgevraagd hoe aviateurs hun
weg kunnen vinden, terwijl zij toch niet
zooals automobilisten en verdere wegge
bruikers kunnen vertrouwen op de overal
aangebrachte wegwijzers en vrijwel alleen
moeten steunen op kompas en event,
draadlooze richtingsaanduidingen.
In de Vereenigde Staten is dit probleem
door de krachtige medewerking van den
heer Edsol B. Ford, die zich zeer sterk
voor de luchtvaart interesseert, op een
eenvoudige wijze opgelost, door aan al zijn
10.000 dealers te verzoeken, den naam van
hun woonplaats in groote letters op het
dak te schilderen, en tevens de Noordpijl
aan te geven waaraan vrijwel zonder uit
zondering werd voldaan, zoodat thans ook
de lucht op een grondige wijze beweg-
wijzerd is.
Korte berichten.
De Quotidien zegt, dat volgens in
directe berichten uit Griekenland de ge
beurtenissen van de vorige week te Sa-
loniki veel ernstiger geweest, zijn, dan
Pangalos heeft willen laten weten- Vlie
gers hebben bommen op d-e stad ge
worpen en een bloedige strijd heeft plaats
gehad- Er zij-n ten minste 200 -dooden
gevallen-
De laatste nachten zijn er in het
Zuiden van Frankrijk, in de departemen
ten Hérault en Gard, sterke nachtvorsten
waargenomen die aan de jonge loten van
den wijnstok veel schade hebben toe
gebracht-
Korte berichten.
Die- buitengewone krijgsraad te
Ath-em© beeft de leiders van de muiterij
te Saloniki, de kolonels Dljavelas en Clara^
ho-efas ter dood veroordeeld. Zeven andere
'beklaagd-en kregen vrijheidsstraffen.
Dlei Quai d'Orsay de-elt mede, dat
Spanje- en Frankrijk Abd el Krim hebben
doein weten, dat h-em gevraiaig|d zal worden
het Riffgebied te verlaten. In-dien Krim
onderhandelingen wil voeren, zal dit be
schouwd worden als ©e-n toestemming'.
De toestand in Syrië.
De Franschen zijin thans -geheel meester
van bet Hermo-n gebergte. Die no-g opstan
dig© Dirusen trekken door de vallei terug
Bureaucratische dienstorder.
Zooals bekend, worden door de Neder
landschei Spoorwegen uitgegeven z.g.
maan-dkaartein, -die gebonden zijin aan ver
schillend© be-palingen, waarvan deze drie
geildigh-eidsb-e-paling-ein:
1. in alle arbe-idstreinen; 2. in lalle
treinen wier aankomsttijd, volgens dienst
regeling aan bet station tot waar de
maandkaart geldig is, niet later is dan
8.00 voormiddag. 3. in alle treinen, wier
vertrekuur volgens dienstregeling van het
station waar de maandkaart geldig: is,
4-00 uur nam. of later, Zaterdags 12.00
uur middag of later is.
Nu bestaat reeds ge rui men tijd verschil
van meening of de-ze maandkaarten
slechts éénmaal visa-ve-rsa per dag of
meerdere malen in de vastgestelde uren
geldig zijin.
Naar wij vernemen hebben thans „Du
Nederlandsche Spoorwegen" allen twijfel
opgelost e-n per dienstorder ke-nhaar ge
maakt, dat de opvatting juist is, dat
meerdere malen per dag van de maand
kaart mag worden gebruik gemaakt.
E-doch nu ko-mt de heerlijk kinder
lijke bureaucratische vondstdoor het
personeel mag zulks niet aan de houders
der maandkaarten word-en "bekend ge
maakt.
D-e stem-ming voor led-en der
Eerste Kamer.
Dloor den he-e-r van Aalten zijn aan den
minister van Binnenlandsch-e Zaken do
volgende vragen gesteld:
1. Is het den Minister hekend, dat
ten gevolge van bet vallen van den twee
den Dinsdag de-r maand Juli op 13 Juli dit
jaar de mogelijkheid bestaat, dat de st-ew-
ming voo-r 1-eid-em der Eerste Kamer eerst
o-p .7 Augustus zal plaats vinden?
2- Acht d-e Minister _geen bezwaren ver
bonden aan ©e-n zoo- laten dag voor deze
^rteircrming? I j
3- Zou h-et, naai- hiet oordeel van den
Minister, ook in het financieel belang der
provinciën niet aanbeveling verdienen de
mogelijkheid te o-penen, dat de stemming
voor leden d-er Eerste Kamer in de jaren,
waarin geen verkiezing van de leden der
Staten plaats heeft, zon kunnen geschie
den in de vergadering van den eersten
Dinsdag der maand Juli, op welken dag
de Staten volgens de Provinciale Wet een
vergadering moeten houden?
4. Zoo ja, is de Minister dan bereid
een wijziging der Kieswet te bevorderen,
waarbij b.v. de gewone tijd ter candidaat-
ste-lling, bedoeld in art. 113 der Kieswet,
in de jaren, waarin geen verkiezing van
de leden der Staten plaats heeft, Wordt
gesteld op den derden Dinsdag der maand
Juni in plaats van op den tweeden Dins
dag der maand Juli, en dit voorstel tot
wijziging van art. 113 der Kieswet zoo
tijdig in te dienen, dat deze wijziging
nog dit jaar bij de Eerste Kamerverkiezin
gen in werking zal kunnen treden?
Propaganda voor de Prot. Clir.
Vakbeweging in Zwitserlan'd.
Naar de „St." verneemt zal de heer H.
Amelink, secretaris van liet Chr. Nat. Vak
verbond en penningmeester van het Inter
nationaal Chr. Vakverbond, Donderdag
a.s. naar Zwitserland vertrekken om daar
in eenige vergaderingen, belegd door den
Sch wei tzerische Verhand Evangelische
Arbeiter und Angestelten als spreker op
te treden. Vrijdagavondko opt hij een pro-
pagandarede te houden in Winterthur,
Zaterdag op de algemeene vergadering
van het Verband te Zürich, Zondag in een
opwekkingsvergadering in een der kerken
te Wipkingen en Maandag in een propa-
gandavergadering te Bazel.
Een overval op Atjeh.
Omtrent den voorlaatsten overval van
de brigade Grünefeld, verneemt de „Loc."
uit Kota Radja nog, dat deze in den nood-
lottigen nacht van verschillende kanten
tegelijk werd besprongen. Er stonden twee
schildwachten, waarvan één echter sliep.
De andere schildwacht, die waakte, sloeg
twee der aanvallers neer, onder wie het
hoofd van de bende. Daarop kreeg hij ech
ter zelf ernstige verwondingen, hem werd
een arm afgeslagen.
Het bericht, dat Teukoe Mauloed, een
der aanvoerders zou zijn gesneuveld bij
den overval, is nog niet officieel bevestigd.
Van verschillende zijden worden thans
militaire patrouilles uitgestuurd in de
richting van Meulaboh en Suighel, om te
trachten de bende (n) op te vangen. Een
dier patrouilles, onder luit. v. Heerde, is
den 9en Maart boven Bakongan reeds op
een deel der uitgewekenen gestooten,
waarbij onzerzijds een Menadoneesch in
fanterist sneuvelde en luit. Van Heerde
gewond raakte, doch van de verzetslieden
zes man werden neergelegd, terwijl vijf ka
rabijnen werden heroverd.
Een goed begin!
Het Soer. ILbld. verneemt, dat de con
troleur van Tapak Toean, op wiens gebied
de Bakongan en Troemon-overvallen voor
bereid zijn, wordt overgeplaatst en ver
vangen door een ervaren Atjeh-kenner.
Betreffende de aanleiding tot de onte
vredenheid in het Bakongansche, schrijft
de Deli Crt. nog:
Indien zoo kort na, elkaar in vrijwel de
zelfde omgeving twee dergelijke overvallen
van brigades plaats grijpen, dan is het bij
na onmogelijk dat daartusschen geen ver
band zou bestaan. Te eerder waar het na
derhand bekend is geworden, dat reeds
voor den overval in Bakongan verschillen
de kampongbewoners vandaar waren uit
geweken in verband met de bezwaren der
bevolking, die daar tot den overval leid
den.
De bezwaren, door aanstokers uitgebuit,
kwamen voornamelijk neer op een kwèstie
over een irrigatieleiding, die daar met
voorlichting der B.O.W. en naar haar
plannen door de bevolking werd gegraven
om haar sawahs te kunnen bevloeien.
Bij die plannen moet namelijk een be
treurenswaardige fout gemaakt zijn, waar
door de leiding eerst foutief is gegraven
en naderhand dubbel werk moest worden
verricht. Nu geschiedde dit alles wel is
waar op verzoek der bevolking gouver
neur Hens liet met die werken meestal niet
beginnen voordat hij in het bezit was van
het betreffende schriftelijke verzoek, ge-
teekend door alle betrokkenen maar de
aanstokers hebben natuurlijk de Kompe-
nie zwart gemaakt en de eenvoudige kam
pongbewoners doen gelooven, dat ze daar
aan het werk waren om de Kompenie be
lasting te bezorgen.
Eelm abattoir te Goes?
R-eeds lang liepen er geruchten, daf
d-e mogelijkheid bestaat, dat te Goes -een
abattoir zal worden, gesticht en zelfs
werd in de openbare Raadsvergadering
gevraagd, hoever het met de plannen
dienaangaande stond- Thans kunnen wij
meedeelen, dat B- en' W. geruimen tijd
geleden aan de heeren Rothuizen, direc
teur van .Gemeentewerken en Van Baak,
directeur van den Vl-eeschkeuringsdienst
opdracht hebben gegeven te onderzoeken
de mogelijkheid in Go-es een openbaar
slachthuis in te richten en daarover rap
port uit te brengen.