M-MASSEE
Tm P" P°nd
j EI J BOER, Deurw
IP
April 1926,
beste
'kpaarden,
iftauto's
ger Ajuinzaad
[RS en
FEUILLETON,
stalen van
i garantiebewijs
cuupoii.
E STelef. 181.
om 10 uur, aan
verzoeke van den
iSTDO RP te Goes
Igens algeheeleop-
|errj,
OPENi
Line Merrie, oud 6
pnBles, vosbles
idr.Klara, vosbles
ha, bruine Merrie,
(ine Merrie, 4 j.;
lerrie, 8 j.Lies,
j.Prinses, bruine
ïcks, bruine Ruin,
pinebles Ruin, 5 j.
irts:
ingericht voor vee-
in dienst met 6
vat Olie (Texaco).
■der:
iag verm. 6000 K.G
prm. 4000 K.G., 2
met Bruggen, 1
tag verm. 2500 K.G.,
Vgens, 2 Graanwa-
gens op ijz. assen
2 onderdraaiers,
swagens met spin-
j, 2 Dommekrach-
ephout, Touwwerk
/an zware stukken,
ielskar, 2 Rolslee-
tegen No. 2 en 3,
Sggen in soort, 2
met tusschenbe-
pgen (zoo goed als
Peemolen (Vleesh-
>r, Wagenzeilenen
lijpsteenen 1 voor
il Mest- en Grint-
oens, Voorladders,
vingen in soort,
Schroef, Vorken,
Schoppen, Baggen,
|en Reepen Biels,
en enz. Harnasse-
'arnas in goeden
.ntsch Harnas met
pstokken, Draag-
1 stel Engelsch-
klamp Musterd,
ut, Ruiters, Hooi,
üarnassement enz.
delrj k
ts voor 8 wagens,
Kippen en I ver-
Bt met 3 vertrekken.
December 1926.
eestdagen
E, Brigdamme.
OOP:
ijs een ijzeren
2 M. X 55 cM.
P. MOL, 'sHeer
1
i
OOP:
timachine, klein
irijs, een zware
machine met
uw en een vier-
JAGER, Arne-
jken prijs
h®p.
Jorssele.
isknechts
W. OVERWEG,
k der tegenwoor-
later
leid
pRUCQ te Nieuw
Hofstede „Rees
Adres C. BE-
13, St. Laurens.
>GHEN, die hun
icie Zeeland wen-
fs „DE ZEEUW
bblad voor adver-
1TENTIE-TARIEF.
OE ZEEUW
VAN
WOENSDAG 24 MAART 1926, No. 147.
TWIEOE SLAB,
Msnlaafi,
De vader van President Coolidge.
In „White Cottage", het stille huisje
in Plymouth, een dorpje in den staat
Vermont, hetzelfde huisje, waar hij werd
geboren, is kolonel Coolidge, de oude
vader van. den. president der Yereenigde
Staten overleden- Dit sterven heeft tot
enkele beschouwingen aanleiding gegeven
niet alleen omdat het den vader van het
Amerikaansche staatshoofd gold, maar
tevens ook omdat met John Coolidge een
Amerikaan is heengegaan van de oude
garde, in wien nog de stoerheid stak
der pioniers- Hij was een afstammeling
van John Collynge, die enkele jaren na
de landing der Pilgrim Fathers, uit En
geland naar de Nieuwe Wereld trok en
een der eerste settlers in Waterton
in de nabijheid van Boston, was- Zijn
nakomelingen vestigden zich in Ply
mouth, waar ook Calvin Coolidge, de
tegenwoordige president, werd geboren-
De oude John beheerde er een groote
hoeve, die drie jaren geleden heel oven
in het middelpunt der internationale be
langstelling stond, toen Calvin tot hel
hoogste ambt in den lande werd geroepen
en zijn vader hem in zijn hoedanigheid
van „vrederechter" in het holst van den
nacht, bij kaarslicht, jlen eed afnam, al
vorens de jonge president naar Washing
ton vertrok. Later toog 'John ook naar
de hoofdstad om van de installatie van
zijn zoon getuige te zijn, maar daarna
spoedde hij zich naar zijn dorp terug.
Tijdens de laatste dagen van de ziekte
van den ouden man, die hoog stond
aangeschreven, hadden tal van bewoners
de met sneeuw bedekte wegen rondom
het dorp, geheel begaanbaar gemaakt, op
dat de auto van den president, die in
Washington bericht van de ongunstige
wending in de ziekte zijns vaders had
ontvangen, sneller zou kunnen rijden- Toclt
kwam do president nog enkele uren te
laat.
Op .het dorpskerkhofje is John C- Coo
lidge begraven naast zijn echtgenoote, die
hem ontviel toen zijn zoon Calvin niet
ouder dan dertien jaar was-
De onrust op den Balkan.
Generaal Piastiras weert zich nog ge
ducht te Belgrado. Hij houdt voortdu
rend bijeenkomsten met politici en vooral
met emigranten- Opzien gehaard in poli
tieke kringen hebben vooral zijn talrijke
en langdurige besprekingen met den Bul-
gaarschen emigranten-leider en revolu
tionair Todoroff, tegen wien, gelijk men
weet, enkele dagen geleden te Sofia het
doodvonnis is uitgesproken.
Volgens „Politica beoogen deze confe
renties schijnbaar de oprichting van een
Balkanfederatie. Aan deze gebeurtenis zul
len echter, naar in Bulgaarsche en Griek -
sche emigranten kringen verluidt, opstan
den in Bulgarije en Griekenland vooraf
gaan- Het tijdstip dezer „federalistische
revolutie" zal tegen het einde van deze
maand of in het begin der volgende te
Parijs worden vastgesteld-
De Bankbiljetten-affaire in Hongarije.
In de nationale Hongaarsche vergade
ring wees graaf Andrassy in een rede
over de bankbil jetten vervalschingen op de
dubbelzinnige houding van Hongarije, dat
te Genève een leening vroeg, terwijl men
onder leiding van den prefect van politie
valsche Fransche bankbiljetten vervaar
digde. Ilij verklaarde, dat het geen "twijfel
leed of de eerste minister wist van de
zaak, doch hij beeft niets gedaan om
het te beletten- Spreker wenschte een
verandering van bestuursstelsel en af
treden van het kabinet-Bethlen, dat geen
enkelen waarborg kan ^even-
Korte berichten.
Volgens berichten uit Peking is de
toestand in de hoofdstad zeer kritiek,
hoewel het in de stad zelf nog rustig is-
Alle nationalistische leiders zijn op het
oogenblik te Peking bijeen- De stad wordt
Getrouw tot in dm dood.
Schets uit de Russische revolutie.
J
48.)
Plotseling liet een der soldaten een uit
roep van verwondering hooren. Hij was
met zijn primitief werktuig op een on
zichtbaar voorwerp gestooten, dat hij daar
niet verwacht had te zullen vinden.
„Hier heb ik iets te pakken, wat zich
niet weg laat duwen", zei hij; „kijk, het
lijkt wel een vastgespijkerd houten deksel."
„Ja, en je zult je verwonderen over wat
er onder zit", lachte Presto. „Kom, jon
gens, maakt me dat zoogenaamde deksel
maar eens vrij. Dan zullen we 't eens op
lichten. En laat er enkelen hun wapens
gereed houden."
Binnen weinige minuten was de toegang
uit de schuur tot de ondergrondsche ka-
uier bloot gelegd, en met groote belang
stelling wachtten de zestig bolsjewistische
menschenjagers, die langzamerhand de
schuur gevuld hadden, af, wat er nu ge
beuren ging.
Het luik werd door twee mannen met
Scmak opgelicht eu een trap werd zicht
baar;
«Zes van jullie volgen mij", zei Presto,
wwijl hij den haan va* een revolver
echter reeds door de troepen der tegen
standers bedreigd, en de minister van
buitenlandsche zaken is, naar verluidt,
in de Europeesche wijk gevlucht-
De rebellen in Syrië hebben een
aanval ondernomen tegen Katana- Zij
doodden den commandant der gendar
merie en namen eenige manschappen ge
vangen-
In de gisteren gehouden lagerhuis
zitting is het aangekondigde debat over
de jongste volkenbondsvergadering te
Genève gehouden- Chamberlain hield, een
rede? waarin hij het verloop der gebeurte
nissen naging, zijn instructies releveerde,
en 'de Britsche houding verdedigde.
De Duitsche rijksdag heeft gisteren
met 259 tegen 14 .stemmen het votum
van wantrouwen der Duitsch-nationalen
verworpen.
De Fransche financiëele kamer
commissie is begonnen met het onder
zoek van Péret's voorstellen- De kans
op goedkeuring dezer financiëele plannen
schijnt zeer gering-
Het Engelsclie lagerhuis heeft de
door Lloyd George ingediende resolutie,
waarin Chamberlain's optreden te Ge
nève wordt becritiseerd, met 325 tegen
136 stemmen verworpen.
linnenlasi
Alleengebrek aan Inzicht?
Ds J- A. Bruins, een sociaal-democraat
van „De Blijde Wereld", de „hoekjes-
man" in het soc- dem. blad „Voorwaarts"
dat te Rotterdam verschijnt, nam de ge
legenheid te baat om een eclit-socialis-
tische opmerking te maken naar aanlei
ding van een „hedel-vers" om den geef-
lust voor Drenthe's fel 'bedreigde veen-
bewoners op te wekken-
Dit vers, luidende
Wat geeft ons de prima gulden
En ons fier herleefde geld,
Zoolang al die maag're stakkers
Ginds niet veilig zijn gesteld.
vindt hij ds Bruins volkomen instemming
en hij wilde wel
dat vele oogen open gingen voor de
waarheid van deze laatste versregels,
dat 'het leven meer is, dan het geld
en dat het noodiger is om hongerlijders
„veilig te stellen", dan te ijveren voor
kapitaalvorming en voor de soliditeit
van onzen gulden, die er nooit aan
gedacht heeft aan den rol te gaan.
Hiertegen nu merkt „Het Handelsblad"
op:
„De predikant vrage zich eens af, hoe
goed stakkerds als die in de stervende
veenstreek, het zouden gehad hebben,
wanneer bij ons de toestand was inge
treden waarvan men in Duitschland en
Oostenrijk ten volte heeft gelust-
Maar misschien zou de heer Bruins
zich dan hebben laten troosten door de
overweging, dat met de stakkerds, die nu
lijden 'en wier nood men met veilig ge
stelde guldens poogt te verlichten, dan
den troost in hun lijden zouden heb
ben gehad, dat ook de professoren en
de ambtenaren, de predikanten en leer
aren, de onderwijzers en de vroegere
renteniers die nu kunnen helpen de
ellende in de Veenstreek iets minder
erg te maken het aan moesten zien,
dat hun kinderen verkommerden, omdat
voedsel, waarvan de prijs door de wereld
markt wordt bepaald, voor hen niet be
schikbaar was- Als in de bedelpoëzie
van den beroepswerklooze zooiets over
het hoofd wordt gezien, dan is het niet
erg. Wanneer evenwel een voorganger,
van wien voorlichting mag worden ver
wacht, door zijn afkeer van de politiek
van den heer Colijn verblind, dergelijke
beweringen klakkeloos neerpent voor zijn
lezers, dan vraagt men of het wezensver
schil tussehen economie en theologie wel
voldoende verklaring daarvoor, is.
(De theologie van de sociaal-democra
tische predikanten is geen theologie, dus
daar zit het 'm niet in. Deze heeren
zijn eerst S- D. A. P.er en daarna (z.g.)
theoloog. Red. Zeeuw).
Einde der liquidatie van de
N. O. T.
In dé Zaterdag gehouden algemeene
vergadering van aandeelhouders der Ne-
opende. „Niet zoo driftig, jij, Radetski, je
kunt
Een scherpe knal uit de diepte brak de
woorden van commandant Presto af, en
met een doordringenden schreeuw stortte
de driftige Radetski ter aarde.
„Daar heb je 't al", riep Presto uit; „al
lemaal achter me blijven!"
't Bevel was geheel overbodig, want de
val van hun kameraad had de bolsjewiki
haastig achteruit doen stuiven. Met zijn
laars schoof Presto het lijk van den ge
troffene ter zijde.
„Ik geef jullie daar beneden den raad,
niet verder een zinneloos verzet te bieden!"
zoo schreeuwde hij, zich ouverschrokken
over den rand van den put buigend. „Jul
lie moet toch wel inzien, dat het dwaas
heid is, je te weer te stellen tegen honderd
soldaten. Ik zal als commandant er voor
zorgen, dat jullie geen leed geschiedt, zoo
lang ik cle hoogstaanwezige ben. Maar al
leen, wanneer ge me dit niet onmogelijk
maakt, door de soldaten te verbitteren. Ik
wil jullie niet misleiden en zeg je dus
vooruit, dat ik je niet meer zal kunnen
beschermen, wanneer autoriteiten, die
meer macht hebben dan ik, je van mij
overnemen. Tot zoolang echter sta ik voor
je \eiligheid in, wanneer jullie niet de
kiankzmnige daad begaan, nogmaals te
schieten. Overigens geef ik jullie dezen
geetlen raai niet uit eigen belang-, ik heb
derlaüdsche Overzee Trust Mij., waarin
de eindafrekening der liquidatie aan de
aandeelhouders werd aangeboden, is deze
met algemeene stemmen goedgekeurd. Be
sloten werd, in overeenstemming met ar
tikel 12 van de statuten, het saldo dei-
liquidatie af te dragen aan het Kon. Na
tionaal Steuncomité. Dit eindsaldo be
draagt f406.641.40 in contanten en ef
fecten, benevens drie perceelen, gelegen
te 's-Gravenhage, welke reeds geruimen
tijd in bruikleen aan den Staat der Ne
derlanden waren afgestaan.
De staking te Blokzijl.
De stakers ter houtzagerij van de firma
Loos te Blokzijl zijn meerendeels christe
lijk geoiganiseerd en zoo schrijft de anti
revolutionaire „Rotterdammer"
„Het gaat hier niet om loon of arbeids
duur, doch om hot recht der arbeiders
zich volgens eigen overtuiging te organi-
soeren.
Dit recht wordt door de firma met
voeten getreden. Zij wil dit niet erken
nen. Zij eischt de macht om de vrijheid
der arbeiders aan handen te leggen. Zij
weigert elke bemiddeling, onverschillig of
deze komt van geestelijke leidslieden, van
gemeentelijke autoriteiten of van den
ganscli onpartijdigen rijksbemiddelaar.
Dit wreede, onchristelijke standpunt
kan bij niemand instemming vinden. Hot
is in volstrekten strijd met de meest
elementaire begrippen over de vrijheid
van den arbeidenden stand. Deze stakers
hebben recht op de sympathie van heel
Christelijk Nederland en de Clir. Hout-
bewerkersbond, welke onzerzijds in de
leiding staat, mag op onzen volledigen
steun rekenen.
Zou er geen middel te vinden zijn om
deze middeleemvsche werkgevers, die het
recht van den arbeider vertrappen, te
beduiden, dat de publieke opinie een on
dubbelzinnig, vernietigend moreel vonnis
strijkt over deze door niels gemotiveerds,
onchristelijke machtsaanmatiging?"
Begrooting van Onderwfs,
Kunsten en Wetenschappen.
Aan de Memorie van Antwoord onl-
leenen wij
Op den voorgrond staat dat aan de
financiëele gelijkstelling van 't
bijzonder met liet openbaar lager onder
wijs niet getornd mag worden- Dit stand
punt veroorlooft echter wel na te gaan,
of niet een eenvoudiger en daardoor een
minder kostbare toepassing van het be
ginsel gevonden en in de wet gebracht
kan worden-
Overigens stelt de minister zicli voor
ten spoedigste in studie te nemen de
herziening van de wettelijke bepalingen
omtrent de schoolgeld li effing en
het vraagstuk der moderne talen op
de lagere school-
Lasten voor het bewaarschool-
onder wijs lean het rijk thans niet op
zich nemen- Of een wettelijk voorschrift,
krachtens hetwelk elke gemeente, die
openbaar bewaarschoolohderwijs geeft,
het bijzonder financieel op gelijken voet
moet behandelen, zal de minister onder
zoeken.
Beperking in de uitgaven voor
het onderwijs moet richtsnoer bjijven voor
's ministers beleid. De wet van 30 Juni
1924 begint amper haar bezuinigende wer
king te doen gevoelen en is bestemd
tot het einde van het jaar 1929 de kosten
van het lager onderwijs te beinvloeden.
Het zal zaak zijn ernaar te streven,
om in de plaats van de tijdelijke bezuini-
gingswet 1924 voor het lager onderwijs
te geraken tot een blijvende beperking
der uitgaven zonder de vitale belangen
van het onderwijs aan to tasten-
Naar het oordeel der regeering is het
tijdstip gekomen om een staatscom
missie in te stellen, die omtrent het
aanbrengen van vereenvoudi
gingen van voorlichting zou kunnen die
nen- De Minister meent, dat aan de com
missie een ruime opdracht gegeven zou
moeten worden.
De Minister geeft zijnerzijds de ver
zekering, dat de zinsnede in de Troon
rede omtrent het plan tot het wegnemen
van onnoodige beperkingen van de vrij
heid van het onderwijs niet be teekent,
dat op het bestaande systeem van gelijk
stelling van openbaar en bijzonder onder
wijs een aanslag zal worden gepleegd
ten nadeele der openbare school.
Volkomen terecht is er, aldus de Mi
er niemendal tegen, als jullie je dood wilt
vechten. Ik gevoel daar zelfs een soort
eerbied voor. Ik meen echter, dat er vrou
wen bij jullie zijn en denk dat die voor een
heldhaftigen dood weinig zullen geven.
Ziet daarom van verdere vijandelijkheden
af, dan ben je tenminste vooreerst gered."
„Mag ik weten wie ons dit aanbod
doet?" zoo klonk van beneden de stem van
dokter Brenzilof.
„Met iemand, wiens naam je niets zou
zeggen, omdat je hem toch niet kent, maar
die niet met zijn woord sjachert en het
nog minder breekt. En ten slotte met
iemand, die je ten hoogste tien minuten
tijd geeft om je te bedenken."
„Zult gij ons die tien minuten niet aan
vallen?"
„Neen."
„Nu, wacht dan binnen tien minuten
ons antwoord."
Presto trok zich van den ingang tot het
kelderverblijf terug en zich tot zijn man
nen wendende beval hij hun, rust te ne
men, tot de tien minuten om zouden zijn.
Het was merkwaardig, dat allerwegen
ruziegesprekken tussehen de rustende
mannen ontstonden. Hier werd gekibbeld
over de verdeeling der rollen in den dienst;
daar vielen woorden over de verdeeling
van behaalden buit; elders krakeelde men
over wat straks met de menschen in de
kelderruimte zou moeten gebeuren.
nister. de aandacht op gevestigd, dat bfl
herhaling geklaagd is over wettelijke en
administratieve voorschriften, die meer
dan noodig is ingrijpen in de vrijheid
dergenen, die de school te besturen en
te leiden hebben- De Minister stelt zich
voor het onder zijn ambtsvoorgangers
reeds aangegeven onderzoek, ernstig voort-
te zetten en hoopt als resultaat daarvan
de vrijheidsbeperking, die gelegen is in
dergelijke voorschriften en die inderdaad
zou blijken verder te gaan dan noodig is,
uit den weg te ruimen-
De klachten over onnoodige beperking
der vrijheid van de schoolbesturen ten
gevolge van de wijze waarop de Lager.
Onderwijswet wordt geïnterpreteerd en
uitgevoerd, zullen door den Minister ern
stig pnder het oog worden gezien.
De Minister verklaart zich bereid een
opzettelijk onderzoek in te stellen naar
de juistheid van de klacht, dat bij de
samenstelling van de examen-commissie
nog steeds te weinig rekening wordt ge
houden met de positie, die het hijzonder
onderwijs inneemt-
H o o g e r o n d e r w ij s. De minister
acht de vraag of de voortdurende toene
ming van 't getal studeerenden 'n gelukkig
verschijnsel is, van groot belang. Is er
niet langzamerhand een overproductie ont
staan en zoo ja dient dan de
Overheid niet meer dan tot dusver leiding
te geven? De minister stelt zich voor, dit
in nadere overweging te nemen-
T.a.v. de kwestie van vermindering van
het aantal universiteiten meent de mi
nister voorloopig geen oordeel te mogen
uitspreken. De minister heeft nog niet
het .bericht ontvangen van de zijde der
V r ij e Universiteit, dat het noodig
gebleken is, de medische faculteit aan
die Universiteit tijdelijk op te heffen. Er
bestaat dus thans geen directe aanlei
ding om wijziging van art. 199 der Ilooger
Onderwijswet aan de orde te stellen.
Evenmin geeft de termijn, welken de
wetsbepaling bevat, aanleiding om thans
reeds maatregelen te nemen, opdat in
1930 de effectus civilis der Vrije Univer
siteit niet verloren ga. Mocht binnenkort
bijken dat deze Universiteit in omstandig
heden geraakt die wijziging van de be
paling betreffende den tormijn van 25
jaren, binnen welken zij vijf faculteiten
moet omvatten, voor het behoud van den
effectlis civilis, noodzakelijk maakt, dan
is de minister bereid zijn medewerking
tot wijziging der wetsbepaling te ver-
leenen-
Nijverheidsonderwijs. Onder
voorbehoud, dat de belangen der leerlin
gen niet worden geschaad, kan de mi
nister instemmen met die leden die van
oordeel zijn, dat naar bezuiniging ook bij
dezen talc van onderwijs moet worden
gestreefd-
Volgens een globale raming zullen de
gelden ten behoeve van het Landbouw-
huishoudonderwijs over de ver
schillende provinciën zoo verdeeld zijn
dat Zeeland f 10.000 krijgt.
Handelsonderwijs. De Minister
kan er niet toe medewerken het rijks
subsidie voor handelsscholen algemeen
te verhoogen tot 70 pet der netto-kosten.
Voor het oogenblik meent hij niet meer te
kunnen doen dan als regel op een rijks
subsidie, overeenkomend met 50 pet der
netto-kosten, uitzicht te geven en daar
naast bij wijze van uitzondering voor zeer
enkele scholen, die anders wegens een
tekort aan middelen zouden moeten wor
den opgeheven, een verhooging van het
rijkssubsidie tot ten hoogste 60 pet be
schikbaar te stellen-
Vervroegde aflevering van
brood.
De Minister van Arbeid heeft;
A. vergund, dat in broodbakkerijen in
alle gemeenten des Rijks:
le. door hoofden of bestuurders en door
bakkersgezellen bakkersarboid wordt ver
richt:
a. op Zaterdag 3 April 1926; b. op Za
terdag 22 Mei 1926, telkens van 12 uur
des nachts af, met dien verstande, dat
voor zoover betrèft broodbakkerijen,
voor welke een vergunning, als bedoeld
in artikel 37, eerste lid, der Arbeidswet
1919, is verleend reeds op Vrijdag 2
April 1926, respectievelijk op Vrijdag 21
Mei 1926, telkens om 10 uur des namid
dags, met arbeid, bestaande in het ge
reedmaken van deeg en ovens, mag wor
den aangevangen;
Presto voelde weer de beklemming over
zich komen, die hem den laatsten tijd zoo
dikwijls geplaagd had.
Was dat nu werkelijk het materiaal,
waaruit een nieuwe, communistische
maatschappij zou zijn op te bouwen?
Heerschte nu bij die lieden de stemming,
passend bij het dagen van den beteren
dag? Ontdekte men bij hen iets van den
adeldom van het proletariaat, waarover
zoo vurig gespeecht was op revolutionaire
vergaderingen?
Schitterden hier door lijden gelouterde
karakters?
Er was op al deze vragen slechts één
antwoord mogelijk; en wel een ontkennend
antwoord. Presto beet zich op de lippen
van spijt en teleurstelling bij 't aanhooren
van de ruwe twisttaal der soldaten, ge
tuigend van een boos egoïsme dat den
naaste ter nauwernood het licht in de
oogen gunde.
De twijfel aan de bestaansmogelijkheid
van een communisme, uitgewerkt tot een
staatsstelsel en als zoodanig in practijk
gebracht, doofde vaak zijn energie. Hij
kreeg dan een gevoel, alsof hij voor een
hersenschim vocht, alsof een geweldige,
verpletterende teleurstelling hem te wach
ten stond. En hij greep dan in vertwijfe
ling naar de werken der groote revolutio
naire denkers om steun te zoeken voor zijn
wankelenden voet. In de* regel met het re-
een en ander onder voorwaarde, dat ln
de ondernemingen, waar op de onder a
en (of) b genoemde data van deze ver
gunning gebruik wordt gemaakt, op 5
April 1926 en (of) 24 Mei 1926 geen
arbeid wordt verricht.
Deze voorwaarde geldt niet met betrek
king tot banketbakkersarbeid in brood-
bakkerijen, tevens zijnde koek- en banket
bakkerijen, verricht door het hoofd of den
bestuurder en door banketbakkers, ten
aanzien van wie van deze vergunning
geen gebruik wordt gemaakt, welke per
sonen op die dagen banketbakkersarbeid
mogen verrichten als op een gewonen
werkdag;
c. op Dinsdag 6 April 1926 en op Dins
dag 25 Mei 1926;
d. op Woensdag 12 Mei 1926, telkens
van 4 uur des voormiddags af, of, indien
ingevolge het bepaalde in artikel 35, twee
de lid, onder e of f, der Arbeidswet 1919,
om 5 uur des voormiddags met den bak-
kersarbeid mag worden aangevangen, van
3 uur des voormiddags af.
Bovendien mag voor zoover betreft
broodbakkerijen, voor welke een vergun
ning, als bedoeld in artikel 37, eerste lid,
der Arbeidswet 1919, is verleend op die
dagen gedurende twee uren vóór het tijd
stip, waarop alsdan de bakkersarbeid mag
aanvangen, arbeid, bestaande in het ge
reedmaken van deeg en ovens, worden
verricht;
een en ander, voor wat den onder d ge
noemden datum betreft, onder voorwaar
de, dat op 13 Mei 1926 geen arbeid wordt
verricht, met uitzondering van banketbak
kersarbeid, als hierboven genoemd;
e. op Dinsdag 6 April 1926, op Vrijdag
14 Mei 1926 en op Dinsdag 25 Mei 1926,
van 12 uur des nachts af, doch alleen voor
het stoken van ovens door één persoon;
2e. door bakkersgezellen, in afwijking
van het bepaalde in artikel 40, eerste lid,
der Arbeidswet 1919;
a. op Zaterdag 3 April 1926 en op Za
terdag 22 Mei 1926 gedurende ten hoogste
13 uren arbeid wordt verricht met dien
verstande, dat in elk der weken, waarin
die dagen vallen, door hen niet langer
dan 50 uren arbeid mag worden verricht;
b. op Woensdag 12 Mei 1926 gedurende
ten hoogste 10 uren arbeid wordt verricht;
B. hoofden of bestuurders van de onder
A genoemde ondernemingen er aan her
innerd dat:
le. zoolang van de vergunning gebruik
wordt gemaakt, overeenkomstig bet be
paalde bij artikel 10, derde lid, van het
Rusttijden- en Arbeidslijstenbesluit voor
fabrieken of werkplaatsen 1923, uit een
naast de arbeidslijst opgehangen geschrift
op duidelijke wijze moet blijken hoe de
werkuren over de verschillende dagen der
week worden verdeeld;
2e. ingevolge het bepaalde in artikel 40,
vierde lid der Arbeidswet 1919 aan een
bakkersgezel, die tussehen 8 uur des na
middags en 6 uur des voormiddags bak
kersarbeid verricht, onmiddellijk vóór den
aanvang van zijn arbeid, die geheel of ge
deeltelijk tussehen die uren is gelegen, een
onafgebroken rusttijd van 10 nren moet
worden gegeven;
C. aan hoofden of bestuurders van
broodbakkerijen in alle gemeenten des
Rijks vergund, dat, in afwijking van het
bepaalde bij artikel 35, zesde lid, der Ar
beidswet 1919, op Zaterdag 3 April, Dins
dag 6 April, Zaterdag 22 Mei en Dinsdag
25 Mei 1926 deeg of brood, dat na 8 uur
des namiddags van den vorigen dag ge
bakken of opgewarmd is:
le. van 7)4 uur des voormiddags af uit
het gebouw met aanhoorigheden, waarin
zich de broodbakkerij bevindt, wordt ver
voerd;
2e. van 8 uur des voormiddags af wordt
verkocht of afgeleverd.
it tte PmlKit.
D'e Zuid-Beiv©landsche
M e is j esd ag. Die Hervormede Meisjee-
vereienigingen van den ring Zuid-Beveland
hebben te Goes haar derden Meisjesdag
gehouden. Waren er op den eersten en
tweeden meisjesdag slechts zeven ver-
eenigingen vertegenwoordigd, thans was
het getal der vereenigingen geklommen
tot 19 met plm. 450 leden.
De presidente mej. v. d. Brink te Schore
opende met gebed. Die secretaresse mevr.
Dekker (Krabbendijke), las bet jaarverslag
voor, waarin gewag wordt gemaakt van
den mooien groei van den Ring in het af-
sultaat, dat de wonden in zijn ziel weer
sterker begonnen te bloeden en dat hij in
grimmigheid zichzelf toesprak: het moet,
dus kan bet!
Maar het was meer een wanhopig ver
zet tegen onuit roei baren twijfel, dan over
tuiging, waardoor hij zoo sprak. Altijd
bleef er in zijn hart een vraagteeken
staan: nu duidelijker, dan flauwer; doch
in letters die niet uit te wisschen waren.
Het geluid van een fluitje, komend uit
de opening van bet benedenverblijf, wekte
Presto uit zijn gepeins.
Hij sprong op van de stroolaag, waarop
hij was gaan liggen, en spoedde zich naar
de ladder, benieuwd naar bet antwoord
der belegerden.
„Spreek ik met den aanvoerder der sol
daten?" klonk de stem van dokter Bren
zilof.
„Ja, laat dus kort en zonder omhaal
hooren, wat gij te zeggen hebt."
„Wij zijn ons ten volle bewust, dat te
genstand nutteloos is en geven ons daar
om over."
„Onvoorwaardelijk?"
„Onvoorwaardelijk, omdat we aan voor
waarden, die gij zoudt willen aannemen,
toch geen vertrouwen hechten."
„Ge wilt zeggen, dat ik een gegeven
woord toch verbreken zou?"
I H-j
(Wordt vervolgd.)
1