de /eeuw TWEEDE BLAD. Staten-Eeneraal. Binnenland. Uit Se Provisde. Laai- en Tainboaw. Kerknieaws. Getrouw tot in den dood. Buitenland. iborsfels e-borstels en Erf met Tuin ihuurtje, voor 7 jaar, gevraagd. afleid Dagmeisje) FEUILLETON, VAN VRIJDAG 12 MAART 1926, No. 137. 180 18 cent tot f 1.70 H.H. Tandartsen j55 en 95 ct. lM-MASSEE IES. Telef. 181. ving te koop 2 te Vrouwepolder, polderschen Straat- door den heer J. W. 15 Mei 1926. Be jag 16 en Vrijdag 19 1012 en van 24 en kantore van No^ I TEN C ATE, al-waar |eten worden inge- op Donderdag 25 ingaande (6 g. 141 r.) len weg van Krorm Hoogelande, nabij te Grijpskerke. b.A. (2 g.) Bouw- straatweg van Big- eliskerke te Bigge- 19 Maart 1926. in te itore van Notaris Jdelburg. idknecht gevraagd Lrden om te gaan, bij Jr., Hofstede ,De Idelburg. [lager, Serooskerke. JAC. DE VOGEL, Joosland. )EB HOEK, Bieze- jen 1 Mei of later jaar. fuffr. ruim 50 j. P.G. als Huishoudster of Wedn. burger- onder letter K Bur. Middelburg. Aan een vriend van Patrimonium. Waarde Vriend, Vorigen keer noemden wij twee redenen welke het vraagstuk van de opleiding be- heerschten: de te weinig beschikbare ar beid en de zucht om zich los te maken van den handenarbeid; naast deze kunnen nog andere genoemd worden. De ontvolking van het platteland en de trek naar de ste den helpt mede om de werkloosheid te be vorderen en de massa ongeschoolden te vermeerderen. Waaruit is de groote zuigkracht van de groote stad op de landelijke bevolking te verklaren? Zien wij wel, dan zijn het in hoofdzaak deze twee redenen: het meer dere comfort dat de stad biedt, en de ver hooging van het geldloon. Of het geheel juist wordt beoordeeld door de betrokke nen valt te betwijfelen wanneer men het langs de geheele lijn neemt; voor velen echter beteekent do trek naar de steden verbetering. En daarmede komen wij van zelf meer op de toestanden ten platten lande. Wellicht zoudt ge meenen dat ik bedoelde, in schrille kleuren het leven en werken onzer landarbeiders te teekenen. Ik meen, dat in het algemeen het onjuist zou wezen dit te doen, omdat lang niet vast staat dat het algemeene peil minder is dan in de stad. Toch zult ge me moeten toegeven dat er redenen zijn welke dien trek bevorderen, en de vraag mag gesteld of onze landarbeiders deelen en hebben gedeeld in de voordeelen welke het land bouwbedrijf, voornamelijk in de oorlogs jaren, heeft opgeleverd. Vergissen we ons niet al te zeer, dan is elke verbetering lang niet vrijwillig gegeven, en is de daling der loonen in de laatste jaren lang niet gewettigd. Ook de sociale positie van den landarbeider is niet gelijk aan die van den arbeider in de steden, waarbij zeker niet mag worden vergeten de regeling omtrent den arbeidsduur. En toch meenen wij dat met eenigen goeden wil heel wat te berei ken valt. Hoe het zij, het feit bestaat dat de trek naar de steden toeneemt, met als gevolg grootere lasten voor den gemeente lijken fiscus, voor woningbouw en werk loosheidsvoorziening. Om dergelijke din gen eenigermate te voorkomen moeten middelen beraamd om dezen trek tegen te gaan, wat mogelijk is wanneer een juist beeld wordt gevormd van het leven in de stad. Daartoe kan ook medewerken ver betering van de vakopleiding, verhooging van den leeftijd waarop kinderen in het bedrijf kunnen worden opgenomen, uit schakeling van vrouwen- en kinderarbeid. Mogelijk vraagt ge of voor de plattelands- arbeiders meerdere vakontwikkeling noo- dig is. Deze vraag durf ik bevestigend be antwoorden. Bij de snelle toename der be volking is het van groot belang dat de bo dem de vruchten kan leveren om den niensck te voeden en te kleeden, moet dus het veld zoo intensief en productief moge lijk worden bearbeid. Mogelijk is dit alleen, wanneer de be trokkenen zich een juiste gedachte hebben gevormd omtrent saamstelling, gehalte en meest gewenschte bemesting, omtrent vee teelt en wat daarmede samenhangt. Dien aangaande is niet uitsluitend genoeg het Ieeren van de handelingen en ervaringen van vader of vroegeren patroon, de snelle ontwikkeling van het landbouwonderwijs bewijst dat in een behoefte werd voorzien en de meerdere opbrengst van den bodem bewijst het groote nut daarvan. Duidelijk zal u zijn dat zoowel voor den toekomsti- gen landbouwer als voor den landarbeider goed vakonderwijs van het grootste belang is. Daarom is er een groot sociaal belang mede gediend wanneer getracht wordt ook ten platten lande op gemakkelijke wijze dit onderwijs te doen geven. Dat in ruime mate dit reeds wordt gedaan mag geen re den zijn om aan te dringen op meerdere uitbreiding. Immers, willen wij aan de so ciale verheffing der arbeiders beginnen, dan is duidelijk dat bij den betrokkene moet worden begonnen. Ook mede omdat het noodzakelijk is, wanneer de arbeider eenig recht op medezeggingsehap wil laten gelden, allereerste voorwaarde daarvoor isdat hij zich een heldere voorstelling ge ven kan van de wijze waarop een bedrijf moet zijn ingericht en van de voorwaar den waaronder dit met eenige kans op rentabiliteit moet worden beheerd. Moge lijk is dan aan een voorwaarde voldaan om te komen tot mede-spreken in bet be drijf, wat èn aan bet bedrijf èn aan de be trokkenen ten goede komen zal. G. O. Z. P. Schels uit de Russische revolutie. 41) o Het kwam Dr Brenzilof en den heer Petrof echter onmogelijk voor, in de vieze ïuinite den -macht door te brengen, en ze vroegen den moujik, de schuur eens fe mogen zien- Deze lachte geheimzinnig. ,»Ik denk", zei bij, „dat u in de schuur öiet eenmaal komen zult". Tot verbazing van alle aanwezigen be- fbn hij met een schop de aarde, midden id de hut, weg te ruimen. Spoedig kwan? eeïï luik bloot- De boer lichtte het op en nu bemerkten de verwonderde blikken der vluchtelingen bij het licht van een enden, door den zonderlingen gastheer dntstoken lantaarn, een trap. j,Volgt mij maar!" noodigde hij. Hij ging het eerst naar beneden, ge volgd door den heer Petrof en daarna daalde de dokter af. Twaalf treden delden ze; toen ston den ze op een houten bodem. Een gang van tien meter lag voor hen. Voorafgegaan door den boer schreden ee de gang door en kwamen daardoor tfi een (Vierkante ruimte, vier meter lang Droevige cijfers. Hoe in Frankrijk de school zonder God als een gevolg van de socialistische wet geving het moreel verval in de hand werkt, en de criminaliteit onder de jeugd doet toenemen, blijkt wel uit het steeds uitbreidend aantal jonge menschen, dat voor de Parij'sche gerechtshoven terecht staat. Bedroeg hun aantal onder de acht tien jaar in "1922 1140, in 1923 steeg het tot 1544, in 1924 tot 1804 en in 1925 tot 1935. Een ander droevig beeld levert de echtscheidings-statistiok op. Bedroeg het aantal ontbonden huwelijken in 1884 1600, in 1923 was dit getal geklommen tot het ontzettende cijfer van 23.600. Al- geheele verwondering behoeven deze be richten niet te baren, wanneer men weet, dat 80.000 onderwijzers zijn aangesloten bij1 socialistische organisaties' ein 15.COO jeugdleeraars behooren tot communisti sche bonden. De Voikenbonds-vergadering. Het optimisme dat Woensdag te Genève algemeen heerschte is wederom verdwe nen. Ofschoon Frankrijk en Engeland be reid bleken, in het door D|uitschland en Zweden begeerde uitstel der Raadsuitbrei- ding toe te stemmen, schijnen aan tien anderen kant Spanje en Brazilië nog niet zoo ver te zijn. Spanje dreigt zich uit den Volkenbond te zullen terugtrekken, indien het geen permanenten zetel krijgt, terwijl het dreigement van Brazilië nog veel ernstiger is. Brazilië moet gisteren Bij monde van de Mello Franco verklaard hebben dat dit land tegen de toe lating van Duitschland stemmen zal indien het niet zelf den begeerden zetel verkrijgt. De watersnood in Hongarije. Volgens de thans in de Hongaarsche bladen gepubliceerde rapporten omtrent de schade aangericht door den wa tersnood, in de streken van Körös en Berettyö, blijkt, dat de overstroomingen, die ongeveer samenvielen met het hoog water in Nederland, schade aangericht hebben aan een gebied van 50.000 mor gen. Op het oog'enblik staan hiervan nog ongeveer 6800 morgen onder water. Voor al de schade aan den veestapel is zeer groot geweest. Mensclienlevens zijn bij! de ramp niet verloren gegaan. Van de 670 huizen en schuren, die in het water gestaan hebben, zijn er 500 ingestort, 2430 personen moesten uit hun woningen vluchten. Het aantal door de ramp getrof fen grondbezitters bedroeg in totaal 3910. Korte berichten, i Uit Madrid wordt gemeld; Tetoean in de Spaansche zona van Marokko is thans vriji van het bombardement dar Riffs, als gevolg van de operatie tegen Krim. Die operaties hadden volledig suc ces. Die kogels der Riffs kunnen het land niet meer bereiken. Fehrenbach de gewezen Dfuitsche rijkskanselier is <ernsüg ziek. Zijn toestand is zeer bedenkelijk; hij heeft het bewust zijn verloren. f D!e werkloosheid in bet Duitsche rijk is in Februari met oingelveaij 1 pet. vermin derd. Op 1 Febr. waren er 2.058.392 steuntrekkefnde Werkloozen. op 1 Maart 2.056.807. Volgens de Dlni lieierscht er in het gouvernement Tambowsk (Rusland) voed selgebrek. Het volkscommissariaat van handel heeft met spoed .600-000 poed graan naar de hongerlijdende streek ver zonden. De arbeiders- en boereninspectio te Tsjita- (Rusland) heeft ernstige knoeierij en ontdekt bij' den raad .van volksverzor ging aldaar. Die gepleegde verduisteringen diefstallen enz. beloopen een bedrag van ongeveer een half millioen. Verschillende ambtenaren zijn gearresteerd. en even breed- Ook hier was de vloer met bout bedekt- Er stonden een tafel en een viertal bankjes, terwijl op een hal ven meter boven den grond twee stroo- zakken zichtbaar werden, die er werke lijk vrij zindelijk uitzagen- Twee steenen buizen in den bovenwand van het onder- grondsch verblijf, schenen voor luchtver- versching te dienen. i i „Kijk!" zei de boer, de lantaarn om hoog houdende; „hier zijt ge nu in een ruimte, waarin jaren lang een dieven bende zich voor de politie onvindbaar heeft weten te maken- Toevallig heb ik het ontdekt, nadat ik het huis gekocht had, nu een jaar of zes geleden. Wat zegt u er van?" „Den laatsten tijd", ging de boer voort, „heeft dit verblijf echter een gansch an der doel gediend. Gij moet namelijk weten, dat ik behoor tot de menschen, die wei nig op hebben met wat de pries ters vertellen en even weinig met wat de kerk voorschrijft. Er zijn hier in de buurt nog enkelen van dat soort; en aangezien deze lieden ge vaar loopen, lijf en leven te verliezen, wanneer blijkt, hoe ze denken, houden ze hun overtuiging zooveel mogelijk ge heim en vergaderen in stilte. Het is we] jammer, dat dit zoo moet- Ik heb altijd zoo het gevoel, dat wij het zaad, bestemd om uitgezaaid te worden, mee-dragen in Tweede Kamer. Zoo presenteerde zich dan gisteren het nieuwe kabinet aan de Kamer. Voor deze Kamerzitting was groote belangstelling. Alle ministers waren present- Vóór mi nister De Geer aan het woord kwam, werden eerst eenige interpellaties aan gevraagd en enkele andere toegestaan. In dien dit spefletje doorgaat, zal er van wetgevenden arbeid niet veel komen. Toen las dan minister De Geer de regeeringsverklaring voor, die wij gisteren reeds konden publiceeren. De leden hadden zich allen rond de ministerstafel geschaard- Nu en dan werd eens een opmerking gemaakt, hoewel men overigens gespannen luisterde, maar van een bepaalde welwillende of afwijzende houding tegenover het kabinet was geen sprake. En aan het einde van de met na druk uitgesproken rede werd er geen enkel teeken van good- of afkeuring ge geven. De voorzitter stelde voor, om „mor gen (d.i. vandaag, 12 Maart) de bespre kingen over de regeeringsverklaring aan de orde te stellen". Daartegen rees ech ter verzet van links, maar na eenige dis cussie werd het voorstel van den voor zitter aangenomen met 51 tegen 38 st. Vóór stemde „de rechterzijde", behalve de heeren Bomans, Arts en de heer Ling- beek (Herv. Geref. S. P.) Dit gaf aanlei ding tot de opmerking, dat de parle mentaire meerderheid reeds hersteld was en' minister Do Geer zijn werk dus had verricht en niet gijn ministerie wel weer naar huis kon gaan. Zoover zijn we ech ter nog niet- Jachtwet 192 3. Gisteren is afgekondigd Staatsblad no. 32, bevattende het Kon- besluit van' den 24sten Februari 1926, ter uitvoering van artikel 1 derde lid, der Jachtwet 1923. Artikel 1, eerste en tweede lid, bepaalt dat onder wild wordt verstaan grof wild (herten, damherten en reeën), klein will? (hazen, korhoenders, patrijzen en hout snippen), waterwild (zwanen, ganzen, een den, duikers, watersnippen en goudple vieren). Onder schadelijk gedierte worden mede begrepen wilde zwijnen, konijnen en fa zanten. Het derde lid bovenbedoeld nu luidt: „Door Ons kan voor bepaalde gedeelten van het rijk van de bepalingen, in de vorige leden vervat, behalve voor wat betreft wilde zwijnen en konijnen, worden afgeweken. Blijkens mededeeling van den Minister bij de behandeling der wet in de Tweede Kamer, zal, wanneer ingevolge het 3e lid een diersoort uit een bepaalde groep wordt gelicht, het worden ondergebracht in eey der andere soorten, m.a.w. wanneer die ren', behoorende tot het schadelijk ge dierte, uit die groep worden weggenomen dan moeten ,zij komen te vallen- onder een der andere groepen grof wild, kleli? wild of waterwild en omgekeerd. De re geering zou van haar bevoegdheid vooral gebruik maken in die streken waar de stand der bodem-cultures zulks gedoogt en geen overvloedige .stand van de wild soort aanwezig is. Het zoeken,en rapen van eieren van wild. De Minister van Binnenlandsche Zaken en Landboum heeft bepaald, dat in het geheele Rijk: a. het moeken; rapen en buiten open bare wegen en voetpaden vervoeren van eieren van kemphanen, .wulpen, schol eksters, grutto's, tureluurs, meerkoeten en waterhoentjes is toegestaan tot en met 28 April 1926; b- het ten verkoop in voorraad hebben te koop aanbieden verkoopen, afleveren en langs openbare wegen en voetpaden vervoeren van eieren van het onder a. genoemde waterwild is toegestaan tot en met 30 April 1926; c. het zoeken, rapen, ten verkoop in voorraad 'hebben, te koop aanbieden, ver koopen, afleveren of vervoeren van eie ren van ander waterwild, als genoemd onder a, niet is toegestaan. een dichtgeknoopten zak- Het Evangelie is niet bestemd om verzwegen, maar om gepredikt te worden, vindt U dat ook niet, mijne vrienden? Ik meen u dit gerust te kunnen zeggen, omdat ik al dadelijk heb opgemerkt, dat gij tot mijn geloofs- genooten behoort. Evangelie beteekent im mers „blijde boodschap" nietwaar? En een boodschap die verzwegen wordt, is geen boodschap meer. Maar wat zalmen er aan doen? In ieder geval is het voor ons wel noodig, dat we versterking des geloofs zoeken; en om die te vinden, zon der gestoord te worden, vergaderen we van tijd tot tijd in dit onderaardsche verblijf- De politie en de kozakken weten van het bestaan van dit verblijf niets af. De roovers, die er huis gehouden! hebben, zijn in een gevecht met de gen darmes gedood en hebben hun geheim meegenomen in het graf. Ik heb bij toeval, zooals de menschen zeggen (ik zeg lie ver door het bestel van God), dit ge heime vertrek ontdekt, en nu hebben we er een rustige vergaderplaats- Het komt er alleen maar op aan te zorgen, dat ons in- en uitgaan niet de aandacht trekt; en daarom komen we maar een enkele maal in de week bijeen- Mij dunkt, jul lie moest hier maar een poosje blijven. Of hebt ge een ander doel?" „Neen", antwoordde dokter Brenzilof, „dat wil zeggen: wij zijn op weg naar een Een strijd over de electri- f ic a tie. Te Axel houden de kiesvereeni- gingen vergaderingen en circuleeren adres sen over de vraag, of het genomen Raads besluit (electrificatie door de P. Z. E. M.) wel 'in het belang der gemeente is- In openbare vergadering is nu ook opge treden de heer E. J. Duetz, gep. majoor der genie te Utrecht, die een berekening maakte voor het publiek, leidend tot de slotsom, dat bij zelf-exploitatie met kracht levering door de gasfabriek bij een zeer veilige berekening, dat wil zeggen hoogen kostprijs en weinig afname, de electri- citeifc zou komen op 42 cent per K.W.U. (het kon ook voor 35 cent, pieende spr-, maar hij wilde liefst niet flatteeren) en dan de gemeente een winst zou maken van' pl.m. 15000 gld per jaar, wanneer alleen de kom aangesloten was en van plm. f 20.000 als ook de buitenwijken waren' aangesloten. In dit laatste geval diende dan echter een garantie gesteld te worden van f3000 per jaar, waartoe echter ook ten opzichte van de P. Z. E. M. toezegging was gedaan- Dhr Duetz zeide, dat meer menschen de schellen van do oogen vallen. Dit blijkt wel daaruit, dat hij ook van andere gemeenten, ö.a. Krabbendijke, is aan gezocht om het gas-electro-bedrijf van' technisch eoonomischc zijde te bespreken'. Spr. heeft bij deze zaak absoluut geen persoonlijk, noch financieel belang en is daarom bereid, om desgewenscht aan den Raad van advies te dienen. (Moet deze kwestie ook in Goes niet ernstig worden overwogen? Vlissingen. De werkzaamheden tot ver betering van den weg VlissingenMid delburg nabij de Keersluis zijn weer her vat. Zooals men weet, was er verschil van meening met den Polder Walcheren over het doorgraven' van den dijk langs het kanaal. Men is het nu blijkbaar over dez e zaak eens geworden- Sedert de groote brand in 1924, was de asphalt-fabriek nog maar gedeel telijk in werking. Wij vernemen nu dat als gevolg van den ongunstigen afloop van een in Amerika gevoerd proces over de leveran tie van grondstoffen, 't bedrijf geheel stop gezet zal worden- Aan zoo goed als het geheele personeel is ontslag aangezegd. Slechts enkelen zullen in dienst blijven om de loopende werkzaamheden te ver richten'. We vernemen, dat de firma Wil ton in .onderhandeling is om gebouwen en terreinen van de asfaltfabriek over te nemen ten einde daar een reparatie-werk plaats op te richten'. Eveneens gaan er geruchten, dat de firma Goedkoop hier ter plaatse een bedrijf wil stichten. (Volk.)' Kruiningen. De bouw van de schoolge bouwen is gegund aan den laagsten in schrijver E. J. F. Torrëmans te Tilburg voor f44.980. Kapeile. Woensdagavond gaf het Ned. Herv. Zangkoor alhier voor een goed ge vuld kerkgebouw eene uilvoering. Opliet programma troffen we enkele oude be kenden ,aan, naast vele nieuwe- Was de toon' aanvankelijk wat onzeker, .spoedig werd dit heter. Zeer goed gezongen wer den: „Een Kindeke geboren", en: „O, Kindeke klein". Bij' „Het Ouderhuis", en' „Het Weeskind" verdienen de beide so listen zoowel als het koor alle lof. De bas sen moeten oppassen niet te zakken. Bij deze laatste nummers was het eene uit stekende gedachte het koor verdekt onder het orgel op te stellen, waardoor een verrassend effect werd bereikt- Ook hef solo-nummer: „Het Hemelhuis" werd fraai gezongen. Daarentegen was „Zomeravond- lied" wat onzuiver- Nu nog wat over „De kleine Kapellenaars". Ze hebben' dapper meegezongen ,hoor! Dat ze niet tijdig konden ophouden met „hoezee" roepen, vergeven we ze gaarne, als zij dan maar beloven niet te lastige versjes meer te zingen, zooals „Aan mijn Hol land" en er om te denken dat ze nog maar kleine Kapellenaars zijn! Een ex tra pluimpje verdient het zangeresje van „Zaterdag" en het kwartet, dat „God mint het kind", zoo glashelder en zuiver zong. Bravo! Over het geheel dus een avond waarop allen met genoegen terug kunnen zien. soort schiereiland, dat we .onbezet hopen te vinden, zonder evenwel zeker te zijn, dat het onbezet is- Omdat het zekere voor het onzekere gaat, komt het mij' verstandig voor, maar niet verder te trek ken; te meer, waar er groote kans be staat, dat we achterhaald worden- Het is mij een raadsel, waarom men ons nog niet heeft nagezet- Wij moeten er echter op voorbereid zijn; elk oogenblik een roode horde op de hielen te zien- Ook daarom zou ik voor mij zeggen, dat we met dank aan God en aan U van Uw vriendelijk! aanbod gebruik moeten maken. Wat denkt gij ervan, mijnheer Pelrof? „Ik bien het volkomen met u eens, dokter. Aangenomen zelfs, dat het schier eiland, hetwelk ik ni>t k$n en over welles ligging ik dus niet kan oordeelen, on bezet is en uit bijgeloof door de lieden gemeden wordt, zooals de jager meent, dat het geval zal zijn, zelfs dan nog zijn we hier veiliger. Er rijst echter een andere vraag en wel deze: kunt gij, beste vriend, ons de noodige voeding verschaf fen? En kunt gij dit doen, zonder da/ Uw leven gevaar loopt?" „Dat zal wel gaan, dat speel ik wel klaar; altijd op voorwaarde, dat gij geen gemoedsbezwaren hebt tegen het eten van wild, door mij geschoten in bo3- schen, die mij niet toebehooren. Ziet gij, ik heb nooit gestroopt; maar nu dit bosch Zaamsiag. Door do Rijks- en gemeente politie is proces-verbaal opgemaakt tegeri J. Pr. van L., als verdacht schuldig te zijn aan het afbranden van het schuurtje van L- B. te Reuzenhoek. Lezing over pluimveehouderij. Op uitnoodiging van de afdeeling Wal cheren der V. P. Z. sprak Woensdag avond te Middelburg de heer dr te Heu- nepe, verbonden aan de Rijksseruminrich- ting te Rotterdam, over Pluimveehouderij- Bij ontstentenis van den voorzitter, werd spr. verwelkomd door den vice-voorzitter den heer Wigard. Op duidelijke wijze zette spr. uiteen wat onder bacteriën' wordt bestaan .en hoe klein zij zijn, en toch kunnen zij de meest gevreesde ziek ten overbrengen. ,Spr. zet uiteen de vlugge wijze, waarop bacteriën zich vermenig vuldigen, zelfs in 24 uur tot diep in do duizendtallen. Men krijgt dan een kolonie die beter is te groepeeren voor verder onderzoek. En prik met een naald in het bloed van een aan cholera overleden kip is bijv. voldoende om bij het geven van een schram met den naald op de kam van een andere kip, ook deze binnen 24 uur aan cholera te doen sterven'. Spr. zette vervolgens uiteen hoe men' door toepassing van de methode, die men' Reincultuur noemt, dieren krijgt met bloed, waarin tal van bacteriën, die die nen als serum tegen bacteriën bij andere dieren, die met een ziekte bedreigd wor den. Hierdoor was het o.a. mogelijk de choleraziekte, welke te Volendam onder, de eenden was uitgebroken, door serum inspuitingen in eenige dagen te doen op houden. Spr. zegt dat dit inspuiten zeer snel gaat, hij heeft eens 600 kippen in één uur tijds ingespoten. Achtereenvolgens toonde spr. afbeel dingen van harten, levers, darmen met afwijkingen als knobbels, vlekken, als ge volg van de schade door bacteriën toege bracht. Doode en zieke dieren kunnen naar de seruminrichting te Rotterdam worden ge zonden, een dood dier pakt men in een courant en zend het op, waarna de plaats waar het dier gelegen heeft met creolino wordt ontsmet- Nimmer mag men het dier: op de mestvaalt gooien, want het is eert gevaar voor besmetting van de geheele omgeving- Na de pauze werden afbeeldingen' ge toond van de vroegere slechte wijze van kippenhouden en de .modelstallen, zoo- als die thans worden gebruikt en waarin,' lucht en licht en zonnestralen kunnen binnen dringen ten voordeele van de ge zondheid der dieren. Verder kwamen' op. het 'doek foto's van op groote eieren- productie gekweekte kippen, diverse soor ten eenden, de fokinrichting en eenden- kweekerijen 'te Volendam, proefstations, legwedstrijden', kijkjes in pluimveescholen' in Engeland en Amerika, en tal vap andere belangwekkende kiekjes- betrek king hebben op het inwendige van hoen ders- Hierbij stond spr. uitvoerig stil bij de enorme uitwerking van de bijvoede- ring van gist de Vitamine A en de lever traan Vitamine B., dit ook in het belang van) de eierproductie. Getoond werden! de belangrijke voordeelen met die arti kelen bereikt, alsmede een fabriek van' die artikelen. Na de lezing werd nog door enkele aanwezigen van de gelegenheid vragen te stellen gebruik gemaakt,, waarna de heer Kraamer, de voorzitter der afdeeling, die intusschen ter vergadering was ge komen, den heer dr Hennepc dank bracht voor zijn leerzame lezing. Driewegen. Gekozen tot notabel bij de Herv. Gem,, alhier, dhr Jacobus Koeman, en zulks in de vacature W. van Waarde. Te Apeldoorn is overleden ds W. Diemer, in leven emeritus-predikant der geref. kerk te Wijhe. Hij werd 9 April 1837 te Borger in Drenthe, waar zijn geboren en bereikte derhalve op precies ouders het landbouwbedrijf uitoefenden, een maand na den leeftijd van 89 jaar. Hij was de laatste van het drietal broe ders, Jan; Evert en Willem Diemer, die eigenlijk niemands eigendom meer is. (want de eigenaar is om het leven ge bracht) is ook niemand meer eigenaar van het wild- Hier komt nog bij, dat alle an dere voedingsmiddelen ontbreken, één van de ellendige gevolgen van den oorlog. Onder deze omstandigheden durf ik met een gerust geweten mijn leven onderhou den, door het aan niemand toebehoorendo wild te braden en op te eten- Wie meent dat ik daar zonde mee doeA dien kan ik niet helpen." Er werd niet lang over deze kwestie gesproken- Allen waren het er over eens, dat èr niets vprkeerds in stak, jvanneer men zich het wild toeëigende. „Dat is dus in qrde" „zei de boer. „We zullen- nu maar eerst eens vooï logies gaan zorgen- Ik heb in de schuur nog wat hooi liggen, dat bestemd was voor mijn ossen. De dieren zijn mij echte® afgenomen door het legerbestuur, om den soldaten tot voeding te dienen. Of die gewapende kerels werkelijk namens hel legerbestuur kwamen, weet ik niet; mis schien zijn het wel communistische schob bejakken geweest. Om het even; ik bea mijn ossen kwijt en daar ik geen hooi eet en mijn honden ook niet, i3 daf blijven liggen- Het schijnt wel, dat de Heere het bewaard heeft voor u. Komt, laat ons het gaan halen! O ja, nog iets. Noemt mij Michaël." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1926 | | pagina 5