DE ZEEUW
Buitenland.
BiueakiMl.
TWEEDE BLAD.
FEU1LLETOW.
Getrouw tot iu clen dood.
van Grieken en Romeinen in rechtsweten
schap en in staatkunde worden als een
vooruitgang der beschaving gehuldigd, ter
wijl zij de Christenheid reeds ten tijde
van Luthers roeping aan den rand des
afgromds hebbende gevoerd, allengs door
een volkomen© belichaming des heiden-
doms en de Fïansche Revolutie Europa
voor onafzienbaren tijd in den chaos van
staatsalmacht, algemeen stemrecht, demo
cratie, gelijkheid van gkjnot, bandeloos
heid, hebben gevestigd.
Zonder het G hr is tend om is er
ge-ene wijze, rechtvaardige diplomatie;
van hoogere verlichting gespeend, beoogt
elke staat uitsluitend zijn eigen belang;
de een bedriegt den andere, berooft hem
zooveel hij vermag, gunt hem geen voor
spoed; en Europa eindigt in de verwarring
van een Volkenbond van heidenen en
Christenen met dito gevormde rechtban
ken zonder wetboek en zonder rechts-
dwang, met dito conferentiën, even einde
loos als de vrede wordt hopeloos. Azië
en Afrika, het panslavisme en het pan-
boudliisme schateren er om, zich voorbe
reidend om het verlichte, beschaafde Eu
ropa, dat naliet hen voor het Evangelie
te winnen met verachting uit hunne wi-
relddeelen te verjagen, en, zoo niet God
zulks verhoede, aan de blanke rassen in 't
eigen tehuis het gele en het zwarte gevaar
te verwezenlijken.
Al wie bij het licht van deze uitspraken
die nu bijina tachtig jaar oud zijn, de
geschiedenis der laatste jaren, de geschie
denis van den dag nauwkeurig leest, zal
moeten bekennen dat geen Europeesch
staatsman de 'toekomst die wij thans be
leven, helderder heeft voorspeld dan deze
Archivaris van het Buis van Oranje.
Zonder den Bijbel op da school en in de
gezinnen komt de verwildering, welke
haar eindstation heeft in liet commu
nisme.
Worden er ook in ons land niet reeds
de sporen van gezien?
Zonder de openbaring als grondslag
van de Wetenschap ein de gtaatkimde
breekt de valscli© beschaving zich baan,
met haar prediking van vrijheid, die ban
deloosheid is, eener gelijkheid, die 'de
grofste ongelijkheden schept, eener broe
derschap, die de bron is van haat .en
nijd; èener verdraagzaamheid die eindigt
in den chaos van revolutie.
Zonder het Christendom vallen de mo
gendheden terug in den nacht van het
paganisme, vieren verwarring en wan
gunst onderdrukking en berooving hunne
triumfen, en wordt straks het naam-Chris-
telijk Europa door het boeddhistisoh-mo-
haniedaansch Azië verslonden.
En dat in weerwil van „Volkenbond
van heidenen en christenen".
Dlit alles ziet men heden ten dage
gebeuren.
En ook ons vaderland wordt in mach
tige zuiging van on- en wan- en schijn
geloof mede gatrokkerh naar tie diepten
van ellende.
Tenzij het weder met alle macht in de
mogendheid des Beieren den standaard
grijpt met Groens beproefde leus er op':
Tegen de Revolutie het Evangelie-1
De Bankbiljetten-affaire in Hongarije.
Die motie van de parlementaire com
missie van onderzoek, waarin gezegd
wordt, dat de Hongaarsc'he rageermg vrij
uit gaat in de zaak van de bankbiljetten-
vervals'ching, is met een meerderheid van
19 van de 25 stem'meii vastgesteld. Vijf
leden hebben de motie der minderheid
onderteek-end, (die de regeering wel ver
antwoordelijkheid aanwrijfi). Een lid, do
afgevaardigde Farkas, heelt een afzonder
lijke motie ingediend. Onder de 19 leden,
die de meerderheidsmotie onderteek-end
hebben, bevinden zich mannen van ver
scheidene partijen.
Keulen als luchthaven.
Keulen, dat als luchthaven al de jaren
na den oorlog gesloten is geweest êh
alleen door de Britsch© vliegtuigen der
LondenKeulen-lijn mocht worden aange
daan, zal met 1 .Mei a.s. worden open
gesteld voor het internationaal luchtver
keer. Behalve bedoelde Britsche lijn, zal
ook de Belgische Sabena die route Lon
denBrujssel—Keulen vliegen. Voorts zal
de Fransche maatschappij Farman Parijs
Keulen vliegen en daar aansluiten op
de Disensche lijn KeulenKopenhagen.
Deze doorgaande verbinding ParijsKo
penhagen via Keulen zal dus een sterke
mededinging vormen voor de transito-
Verbinding ParijsKopenhagen— Ma! mö
via Amsterdam en gevlogen door cFc K-
L ET., de Zweectsche Aero Transport en de
Deutsche Luft Mansa. Ook zal de Farman-
lijn in Keulen aansluiten op de Duitscho
lijn KeulenBerlijn, zoodat voor de eerste
maal de luchtverbinding ParijtsBerlijn
tot stand komt. Gelijk reeds gemeld, wordt
Keulen ook met Amsterdam verbonden
op de route AmsterdamFrankfortBa,-
zel of Zürich of Miinchen.
Hef sneeuwbal-systeem in België.
Het bericht over de aanhouding van den
Nederlander, die in Frankrijk het bekende
sneeuwbal-systeem toepaste, heeft in Bel
gië groote opschudding verwekt. Want ook
in België, en vooral in Antwerpen, wordt
er van Nederland uit op kolossale wijize
„gesneeuwbald". Men weet, dat eenige
maanden geledein in de Belgische bladen
een waarschuwing van de zijde der justitie
verscheen tegen deze wijze van „geklma-
kerij". Maar dit ischijnt zonder eanigo uit
werking gebleven, want overal treft men
thans dames en hoeren bezig te pogen
de vier bons van vier gulden bij anderen
te plaatsen, in de hoop spoedig 2000
gulden thuisgezonden te krijgen. In België
zelf is er geen sneeuwhal-bureala of ver
tegenwoordiger; alles wordt van Amster
dam uit beredderd door een bureau al
daar.
Slechte kolen.
Volgens de New Yorksche „Times" is
de toestand van vele kolenhandelaars te
New York zeer critiek, daar zij! groote
voorraden brandstoffen van geringe waar
de ter vervanging van anthraciet hebben,
waarvan de prijlzen na bet einde van
de staking in de -anthraciet-mijlnen zeer
gedaald zijn, zoodat vele handelaars door
een bankroet worden bedreigd. Op het
goederenstation te New-York is een groote
opstopping van wagons met kok-es en
andere koten van mindere kwaliteit zoo
dat de .Spoorwegen vreezen dat er gebrek
aan wagons voor het vervoer van anthra-
cietkolen zal ontstaan. D|e volgende week
worden verscheidene schepen met anthra
ciet uit Walep, Schotland en Westfalen
verwacht.
Korfe berichten.
-Bij Aleppo (Syrië), is het tot een
botsing gekomen met een bende van
Moestafa H-adzji Hoessein. Dteze liet elf
dooclen op het veld achter.
Een bende jongelieden, voornamelijk
studenten uit GeisenheiiB plunderde in
den afgeloopen nacht te: Mainz de huizen
van verscheidene bewoners, die om hun
separatistische neigingen bekend hadden
gestaan. D|e politie greep tamelijk laat
in en voerde geen enkele arrestatie uit.
Di e Kabinetscrisis.
Een Kamerlid-Vrijheidsbomder deelt a,an
de „Opr. H. Gt.' 'mede, dat het tot stand
komen van het Kabinet-Limburg als zeer
waarschijnlijk mag worden beschouwd.
Vóór het eind dezer week zal ver
luidt thans in „welingelichte kringen"
het nieuwe ministerie, door den vrijz.-
dem. jurist-staatsman gevormd, in het
Staatsblad worden aangekondigd.
Alle berichten welke 'tdoen voorkomen,
VAN
VRIJDAG 2G FEBR. 1926, No. 125.
DE VORST EN ZIJN STAMHUIS.
Vorig jaar hebben wij getracht in een
reeks artikelen de artikelen van Ons Pro
gram te verklaren. Toen wij; over Arti
kel 2, de Gezagskwestie, handelden, heb
ben wij doen uitkomen, dat 'twel moge
lijk is, dat een volk of ©en groep uit
het volk zijn overheid aanwijlst, gelijk
trouwens in de Vereenigde Staten altijd
plaats heeft bij de presidentskeuze, en
zooals 't ook ten onzent geschiedt bij de
verkiezing der gemeenteraden. Voorts dat
dit volk of deze volksgroep het gezag
kan leggen in de handen der gekozenen.
Maar dat hieruit niet volgt dat nu bij
het volk de bron van het gezag berust.
De gezagsbron is God, en Bij alleen.
Nooit mag die bron van 't overheids
gezag bij ©enig schepsel gezocht worden.
Wie 't doet, die tast de majesteit Gods
aan.
Nu dit onder ons vaststaat, moet nog
op een ander punt de aandacht gevestigd
worden.
In ditzelfde tweede artikel van „Ons
Program" 'belijdt de Anti-Revolutionaire
partij dat zij de souvereiniteit van 'Oranje
eert. D|at wil zeggen, dat zijl niet alleen
de Koningin als regeerend vorst bij de
gratie Gods eerbiedigt, doch ook diezelfde
gratie Gods aanvaardt en erkent voor
Haar Huis, het Huis van Oranje.
Waarom? Omdat de souvereiniteit, de
oppermacht bij' wijze van spjreken, van
Oranje is geworteld in de geschie
denis, door de mannen van 1813 tot
ontwikkeling is gebracht; en
door de Grondwet is; bevestigd.
Liberale en enkele R.-K. rechtsgeleerden,
van de laatstgenoemden noemen wij
slechts als voorbeeld wijlen Prof. Sruij-
cken, zijn het hierin niet met haar eens.
D|e liberalen en socialisten van alle ga
ding verwerpen de leer van de 'souve
reiniteit Gods, zij kennen slechts de volks
soevereiniteit of ook de soevereiniteit
van de wet. Zij' ontkennen, dat God de bron
van liet gezag is, en kunnen het zich
maar niet voorstellen dat een vorst, die
zich van de regeering meester maakt, of
een veldheer, die door zijin soldaten tot
koning wordt uitgeroepen, zoiodra zij: den
troon beklommen hebben en het gezag"
aanvaard hebben, moeten geëerd worden
als degenen, die van Godswege met ge
zag bekleed zijn geworden, naa,r den re
gel in Salomo's Spreukenboek aangewe
zen; door Mij' regeeren de Koningen; en
naar het Paulinisch woord; er is geen
macht dan va.n God.
Met deze „kinderen der Revolutie" valt
dus' niet te praten. Maar meit Roomsch©
exegeten, die in meer dan één opzicht met
de Anli-Revolutionairen hetzelfde staat
kundig gevoelen zijn toegedaan, lcomt men
nog wel eens tot overeenstemming. Van
daar dat wij speciaal op de uitlegging
van Prof. Struij'cken de aandacht vesti
gen. Deze maakte indertijd deze onder
scheiding, dat wel het gezag als zoodanig
bijl de gratie Gods regeert, maar ïïiet
een bepaalde Vorst of Vorstelijk geslacht.
Hier tegenover wordt door ons. als voor
ons 'vaststaande gehandhaafd, dat wij! niet
alleen de souvereiniteit van de Koningin,
maar ook van haar Stamhuis hebben
te ©eren, om redenen door ons in dit
artikel opgesomd.
Het motief des twijfelaars dat wij van
de gratie Gods niet kunnen spreken, om
dat wjj Gods verborgen wil niet kennen,
moeten wij afwijzen. Het zou juist zijn,
wanneer onzerzijds bedoeld "was, om in
Goclsl verborgen wil door te dringen. Wij
houden echter alleen rekening met den
geopenbaard-en wil Gods, gelijk die gezien
wordt in de gangen der geschiedenis, een
geschiedenis, voor ons land en volk eene
Schets uit de Russische revolutie.
32.) -0'
Wladimir echter gevoelde zich door de
schuwheid der anderen geprikkeld en met
de vuist op de borst slaande ging hij
voort; „Zijn jullie nog laf genoeg om je
bang te maken voor een Ilooger Wezen?
Heeft de religieuze opium jullie nog onder
zijn bedwelmenden invloed? Dan zal ik je
wat anders zeggen- Mijn strot mag mor
gen uitgerukt worden, wanneer er een
God bestaat. Hoor jullie dat? Ik zeg nog
eenmaal: dezen strot mag de God van
dokter Brenzilof mij uitrukken, indien Hij
inderdaad bestaat en die macht heeft, wel
ke Hem wordt toegeschreven. Kom, Kazac,
mijn vijftig mannetjes 1 Ik houd van af
doen van zaken en wil mijn duel met den
God van den dokter uitvechten."
Peter begreep, dat Kazac niet weigeren
zou, het verzoek van zijn afschuwelijken
handlanger in te willigen en achtte het
tijd, zicli naar huis te spoeden en de maat
regelen te treffen, door de omstandigheden
geboden. Er viel toch niet meer aan te
denken, de echtgenooten der in zijn hut
verblijvende vrouwen te spreken; en daar
enboven zou zulks bij het dreigende gevaar
tijdverlies zijn.
Onopgemerkt sloop bij de kamer en het
huis uit, klom over den tuinmuur en
haastte zich naar het slop, waar hij den
hond gelaten had. Met groote blijdschap
begroette het dier zijn meester en de jager
had alle moeite, het van een luidruchtig
geblaf te weerhouden. Met snelle schreden
ging het *u de stille strate* van het stadje
van meer dan drie eeuwen. Die geschie
denis van Nederland en die van Oranje-
Nassau zij'n ineengeweven.
Het Huis van Oranje-Nassau heeft ge
regeerd overeenkomstig Gods Wil, omdat
het geschiedkundig verloop, waardoor dil
zoo kwam, tot stand kwam overeenkom
stig Gods gebod. Wat niet van alle lan
den kan gezegd worden.
Men moet rekening houden met Gods
toelating, en niet .trachten voor Gods wil
te verslijten, waar hoogstens slechts van
Gods toelating kan gesproken worden
Napoleon die half Europa, aan zijn gezag
onderwerpt; Bismarck die Dmitschlands
eenheid bewerkt; de Engelsche regeering
die Transvaal en Vrijstaat van hun zelf
standigheid berooft, zij allen deden dil
stellig niet met Gods wil, evenmin als
hetgeen socialisten, anarchisten, bolsje
wisten, of hoe «ij boeten mogen, in Rus
land, in Hongarije en elders hebben be
staan, en fascisten in Italië en Spanje;
Üoch ook voor de toelating Gods! hebben
wij ootmoedig te buigen, wanneer zij niet
strookte met onze verwachtingen en ver
langens. Zouden wij' otis dan ook niet
ootmoedig en tevens dankbaar "buigen
voor de kennelijke leidingen Gods in de
vrijheid door onze vaderen verworven on
der leiding der Oranje's, wier gezag in
onze historie ligt gegrondvest en in de
Grondwet geboekstaafd werd?
Er ligt onweersprekelijke logica in het
geen tlr Kuyper bij de toelichting van dit
punt in Ons Program rj heeft geconclu
deerd;
„Bij wie berust nu dezei uit God ge
vloeide souvereiniteit, deze oppermacht
bij! de gratie Gods? Niet bij den wilden
volkshoop; niet bij' de kiezers; niet bij bet
Ministerie; niet bij dei Staten-G-eneraal; zij
ligt ook niet in de wet, 'daar immers
juist de Souverein de wet moet geven.
„Reeds hieruit volgt feitelijk dat de Sou
vereiniteit ligt in het Stamhuis van
01' a n j e".
Een voorloopige slotsojn, waarmee het
verhaal der historie ten volle accordeert.
In 1813 riep gansch het volk om de
benoeming van den zoon des laatsten
Stadhouders tot Souvereinen Vorst. Aan
deze gebeurtenis herinnert de Grondwet
van 1814, en alle volgende', in 1815,1848,
1887, 1917, 1924, in alle welke dei woor
den voorkomen; „is en blijft opgedragen";
waarbij de Grondwetgever niets anders
deed dan te boeken hetgeen reeds be
stond; en een Staatsrechtelijken vorm te
geven aan het historische feit dat in 1813
voldongen werd.
Historische banden zijn bet, die ons
verbinden aan ons Vorstenhuis, banden
door God zelf gelegd, toen de edele prin
sen van 'Oranje, ware genieën, herhaal
delijk ons kleine en verdrukte volk onder
Gods gunst van den rand des ondergangs
hebben gered.
Diaarom lu,idt dan ook art. 10 van de
Grondwet zeer terecht: „De Kroon der
Nederlanden is en blijft opgedragen aan
Zijne Majesteit Willem Frederik, Prins
van Ovanje-Nas&au, om door hem en zijn
wettige nakomelingen te worden bezeten
erfelijk."
U Het gezag. blz. 75.
WCTBWB—WCKWBI1W—WWWWWK I 1Mil—Tl III
Zonder den Bijbel, zonder de Open
baring:, zonder het Christendom.
Lezen wij met aandacht even onder
staande uitspraken van Groen van prin-
tere-r in zijn „Ongeloof -ein Revolutie":
Zonder den B ij' b 1 is er op de
school, hetzij lagere hetzij hoogere, geen
ware godsdienst, bij gevolg, geien ware
zedeteer, geen juist oordeel omtrent goed
en kwaad denkbaar: ieder gist en doet
wat 'hij verkiest; het geweten des volks
verwildert; nijd wordt het beginsel der
wetgeving: vandaar ambtenarij, algemeen©
bedeeling, staats erfrecht, onteigening,
communisme.
Zonder de Openb a ring is er geen
eenheid van begrip der geschiedenis; de
met de Renaissance herboren dwalingen
door en op huis aan. Even buiten de stad
hièld de vooruitdravende hond stil bij
twee lijken, 't Waren gesneuvelde revolu
tionairen. Zij moesten gevallen zijn bij de
bestorming van een villa. Peter bukte zich
over de dooden heen en bevond, dat ze elk
een geweer in de verstijfde handen hadden
en dat liun zakken met patronen gevuld
waren. Wie wist, of die wapens en die
munitie niet te pas konden komen. Hij
stak alle patronen, wel een honderdtal, in
den zak en wierp de geweren over den
schouder.
Toen hij zijn kleine woning genaderd
was, snelde zijn liond naar de deur en op
zijn geblaf ging deze spoedig open.
Dokter Brenzilof trad naar buiten.
„Wat ben ik blij, u terug te zien, beste
Peter!" riep bij. „We begonnen ons reeds
bezorgd over u te maken. En boe is het?
Hebt .ge de mannen onzer zusters ont
moet?"
„Ik zal u dadelijk in de huiskamer ver
tellen, wat mij wedervaren is", zei de ja
ger, den drempel overschrijdende. Ver
baasd bleef hij staan, op bet zien van een
onbekenden man, die hern met uitgestoken
hand tegemoet trad.
De dokter voorkwam zijn vraag, door te
zeggen: „Deze mijnheer, Peter, is een goed
vriend van mij, die mij jaren geleden on
schatbare diensten bewezen beeft. Hij heet
Petrof en is detective geweest te Penza.
De revolutie heeft hem vogelvrij verklaard
en hij vluchtte naar mijn huis, in de hoop
daar voorloopig een schuilplaats te zullen
vinden. Hij ontmoette er den jongen, dien
ik verbonden heb en deze beduidde hem
den weg uit naar hier. Zoo is hij een paar
uren geleden hier aangekomen en ik ver
trouw, dat ju hem geen gastvrijheid wei
geren zult".
Detective Petrof!
De jager kende dien naam wel!
Er was een tijd geweest, dat hij hem
ongaarne hoorde. Dat was toen hij nog
stroopte en stal. Nu echter was de be
roemde man liem hartelijk welkom; zoowel
omdat hij een vriend van dokter Brenzi
lof bleek te zijn, als om de versterking der
strijdkrachten cloor de komst van den heer
Petrof, tegen de aanrukkende bende van
Kazac. Daarom reikte de jager den detec
tive hartelijk de hand, plaatste de meege
brachte geweren hoe gelukkig nu, dat
hij ze niet had laten liggen! in een hoek
en deed toen in korte woorden verslag van
zijn bevindingen in de stad.
Het deed den zusters leed, dat de jager
er niet in geslaagd was hun echtgenooten
te spreken; zij erkenden echter, dat het
niet had gekund en hadden ten minste
den troost, gedaan te hebben wat mogelijk
was om tot bereeniging te komen.
Maar wat ben nog meer drukte, dat was
de zorg voor wat te gebeuren stond.
„Binnen hoeveel tijd wacht gij dien
bloeddorstigen schoolmeester hier, Peter?"
vroeg de gewezen detective.
„Wel, laat eens kijken met hun lang
zame wijze van doen zullen ze zeker op
zijn best nu gereed zijn om op marsch te
gaan; want er wordt geweldig gepraat en
gedebatteerd bij de bolsjewiki voor er ge
handeld wordt. Ik verwacht het gezel
schap dus over een uur ongeveer. 'tKan
ook wel 2 worden, omdat Wladimir met
groote voorzichtigheid en slechts na 't ne
men van uitgebreide voorzorgsmaatrege
len mijn vesting naderen zal. Kazac noem
de mij niet ten onrechte een steekvlieg, dat
weet de meester ook wel; en ondanks al
zijn praats zal hij wel oppassen en grijpen
niet met de bloote hand naar zo«'n ge-
r—~--n* Mi aEMKm»nrnr»iiii i ~°gaaa«a;in—lyïfitgwJKJrgM;-
vaarlijk insect".
„Zoodat we gerust rekenen kunnen, nog
een uur vóór ons te hebben", zei de heer
Petrof. „Dat is meer dan voldoende om
ons in staat van tegenweer te stellen. Mag
ik u daar een paar wenken voor geven,
jager?"
„Zeg maar, hoe u 't hebben wilt. U
heeft verstand van zulk een zaak".
„Welnu dan: heb je matrassen in huis?"
„Daar, in die afgeschoten ruimte, sliep
mijn vrouw tijdens baar ziekte. Zij lag
toen op een matras en als u dat ding ge
bruiken kunt, neem het dan. Ik zelf slaap
op gedroogde bladeren".
„En dekens?"
„Die heb ik een stuk of vier. Kijk maar!"
De jager haalde uit de afgeschoten
ruimte, waarin de matras van zijn overle
den vrouw geborgen was, ook een viertal
dekens te voorschijn.
„Mooi zoo!" knikte Petrof. „Die matras
zetten we zoo bij de deur, dat wij haar da
delijk nadat die deur gesloten is aan den
binnenkant er tegenaan kunnen zetten. Er
zit kapok in, is 'tniet? Dat is een beste
dekking tegen kogels. We hangen de de
kens losjes langs de muren op de gevaar
lijkste plaatsen en voor bet raam. Moderne
geweerkogels gaan met gemak door deze
muurtjes heen. We moeten ze dus door die
dekens smoren, 't Is echter een eigenaar
digheid, dat bij den aanval op een huis,
ook al is het zoo dun bemuurd als dit,
steeds het drukst op de ramen geschoten
wordt. Yan daar, dat ook voor 'traam
een deken moet".
De jager zag het verstandige van den
raad van den heer Petrof in en zonder
uitstel toog men met alle man aan 't werk.
In minder dan een kwartier was alles
aangebracht, zooals de detective het gewild
dat de heer Limburg de hem door de
Kroon verstrekte opdracht niat heeft kun
nen volbrengen, zijn er vlak naast.
Ei' komt een ministeries-Limburg.
En mag hier nog met de meest vol
komen zekerheid worden bijgevoegd
met mr. v. Karnebeek als minister van
Buitenlandsche Zaken. E|it laatste staat
rotsvast.
Weer gaslantaarns.
Wij hebben al meegedeeld dat er steden
in liet buitenland zijn, die hun te groote
afhankelijkheid van een bepaalde soort
van verlichting, de elektrische, zijin gaan
gevoelen en het aantal hunner gaslan
taarns weer zijn gaan uitbreiden. Toen
er een poosje geleden in den Haag eenige
malen achtereen storing in het electrisch
bedrijf kwam, heeft een inzender in de
N. Ct. de vraag opgeworpen, of men niet
beter zou doen liet gas als verlichtings
materiaal voor de straat althans gedeelte
lijk in eere te herstellen, opdat geen groot
ongerief als het pas ondervonden e in
liet vervolg zou kunnen ontstaan.
In Den Haag zou het met niet zooveel
kosten gepaard behoeven te gaan, als
men het gas weer een bescheiden plaats
ging gunnen bij de straatverlichting. Op
vele pleinen en op bruggen staan nog
altijd de meer of minder monumentale
lantaarns, die indertijd voor gasverlichting
ingericht zijn geweest, doch die nu jam
merlijk op ïion-aclief zijn gesteld en tot
louter ornament verlaagd. Het spreekt
vanzelf, dat die met weinig kotsten weer
voor aclieven dienst in te richten zou
den zijn.
Maar ook liet plaatsen van enkele
straatlantaarns zou niet zooveel bezwaar
kunnen ontmoeten. Er ligt toch overal
gasleiding in de straten en van voldoende
capaciteit, behalve misschien in de buiten
wijken.
Een voorstel is in den Haagschen Raad
te verwachten, om, behalve op bruggen
en pleinen, ook in straten da gasverlich
ting voor een deel te herstellen, door om
de zooveelste lantaarn een gaslantaarn to
plaatsen. (N. Gt.)
Een dwaze vraag.
Een inzender in „De Nederi." vraagt
hoevelen van de H.B. leden van liet Ghr.
Nat. Vakverbond en van zijn propagan
disten behooren tot dei G.-H. Unie. Won
derlijk, dat do Redactie die vraag over
brengt aan hen, die er op antwoorden
kunnen. We hopen, dat niemand za zal
beantwoorden, want men gaat hier ivfleer
twee zaken dooreenhaspelen, welke niets
met elkaar te maken hebben.
Het wordt aan niemand bijl de iulrede
in de Ghr. VakbeAveging gevraagd, tot
welke politieke partij of kerk men
behoort. Zoowel in woord als ge
schrift wordt nooit van partijpoli
tiek gerept. Landelijk en plaatse
lijk is de samenwerking van 'A R., Qhc.-
Hist., enz. in de Ghr. sociale en vak
actie zoo goed -als 'tmaar wezen kan,
Vanwaar dan zulk een vraag. Als! die in
zender zegt, dat sommige Ghr. Landar
beiders zich niet in dein Ghr. Landarbei»
dersbond willen organiseeren, omdat zoo
weinig Ghr.-Hist, broeders in het H-B-- zit
ten, dan maakt hij zich wel belachelijk
door een dergelijk argument te gelooven
en op schrift te stellen. Dpzulken hebben
natuurlijk andere argumenten en willen
slechts met een schijn-argument naar vo-
len komen.
Ei is gelukkig nog één terrein, waar
A.R., Ö.H.j e.a elkander ontmoeten en
samenwerken. Moeit hier de wig nu ook al
ingedreven worden?
Die C-H. Prof. Slotemaker da Rraine
zal zeker de eerste zijn, om er tegen
te protesteeren.
Kampeeren op het strand te
IJ mn iden.
Uit den gemeenteraad van Velsen is een
commissie van 5 leden ingesteld, die
onder leiding van den burgemeester zal
nagaan in welke banen het kampeeren
aan het strand te IJmuiden moiet worden
had.
Vervolgens werden de wapens verdeeld.
De heer Petrof en de dokter namen ieder
één der door Peter meegebrachte geweren
en het bleek, dat zij elk over 70 patronen
te beschikken hadden. De jager behield
zijn nooit feilende buks. Aldus voorbereid
kon men betrekkelijk gerust den vijand af
wachten.
Maar niet ledig bijeenzittend.
De dokter haalde zijn Bijbel uit den bin
nenzak en sloeg dien open bij den 46en
Psalm.
Met plechtige stem las hij:
„God is een toevlucht en sterkte; Hij is
krachtiglijk bevonden een hulp in be
nauwdheden.
Daarom zullen wij niet vreezen, al ver
anderde de aarde haar plaats en al wer
den de bergen verzet in het hart der zeeën.
Laat haar wateren bruisen; laat ze be
roerd worden; laat de bergen daveren door
derzelver verheffing.
De beekskens der rivier zullen verblij
den de stad Gods, het heiligdom der wo
ningen des Allerhoogsten.
God is in het midden van haar, zij zal
niet wankelen; God zal haar helpen in het
aanbreken van den morgenstond.
De Heidenen raasden, de koninkrijken
bewogen zich; Hij verhief zijn stem, de
aarde versmolt.
De Heere der heirscharen is met ons, cl»
God van Jacob is ons een hoog vertrek.
Komt, aanschouwt de daden des Hee-
ren, Die verwoestingen op aarde aanricht.
Die de oorlogen doet ophouden tot aan
het einde der aarde, den boog verbreekt,
de spies aan tweeën slaat en de wagenen
met vuur verbrandt.
(Wordt vervolgd.)