m puim
l
No 5
Dinsdag October 1925
40e Jaargang
IN
pan Werkpaarde
II'
In 's levens branding.
DE
ping
FRISIA'S
rOUT, ENZ.
ee Kalffvaarzen,
mende Bakkersknech
id en een Handknec
n Meid gevraagd,
flinke Dagmeid
i Meid gevraagd
en Meid gevraagd,
FEUILLETON.
ÏRGEN OP ZOOni
TE KOOR:
jaar oud, een goe
en op ijseren assen
Ploegen, Eggealee en
teste Melkkoe a conta
diet, bij W. J. POL DE
sief. no. 2, Wolfaartsdi
TE KOOP.:
>n Veerwagen,
mogen 5000 K.G., geschi
arden en tractor. Te l
•ij J. SANDERSE, Stoo
Scbore.
TE KOOP:
goed gebouwd voi
erriepaard, bij A. S
Jz., Zuidvliet, O.-Soubui
TE KOOR:
Merrie, 3 of 9 jaar ou
eiwaarzen, bij JOH. D
Domburg.
TE KOOR:
ekening, bij A. DE BUC
rke.
as ziekte voor direct
J, bij J. J. BAKKER,
Hoedekensker
Hei een Handknecht
die met paarden kan o
een aankomende Me
500NE Czn., Lepelstra
srke (W.)
fei
bij J. KLUIJFHOl
rke.
[ei een Meid of aank
Meid gevraagd, bij
DEKKER Lz., Steenhovi
Koudekerke.
lei
aankomende Meid
bij A. PATTENIER,
[ei
een Meid
d. L. LOUWERSE,
Grijpskerke, Weizi»
lei
jOUWERSE Jz., Gap"'?
ond gevraagd
WABEKE Cz, Oostw
udijke.
ns huwelijk met Mei
;en Dienstbode
d, bij A. v. EENENAA
Arnemuiden.
v. D. MEULE, „Dainwij
rg-
andknecht en een
igd, bij H. PEPER,
Aagtekei
Mei
COPPOOLSE, Oostk ape
Brukkers-ExpioiianteN
OOSTEBBAAN LE COINTRE GOES
Bureaux: Lange Vorststraaf 6870, Goes
Tel.: Rettadtie no. 11; Administratie no.58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. nt. 259
-ÜL
Tegen de onlwapeningsicus.
Hoe de vrijzinnig-democraten over het
vraagstuk der ontwapening denken, heeft
men in dc verkiezingsdagen kunnen ver
nemen.
Het gebeurt echter wel eens meer dat,
wanneer de verkiezingen achter den rug
zijn en alle menschen weer mei: hun nor
male nuchtere verstand te rade gaan, men
klanken verneemt gansch tegengesteld
Aan die men tijdens de verkiezingscam
pagne ten beste gaf. En dat wel uit
denzelfden politieken hoek. i
Prof. Kranenburg, één der vrijzinnig-
democratische kopstukken naar men zegt,
heeft dezer dagen zijin handboek over
„Nederiandsch Staatsrecht" uitgegeven.
In dit handboek leest men ('t is „De Tijd",
die er ons opmerkzaam op maakt) onder
meer gulden woorden ook de volgende:
„Waar die gevaren van buiten tot dus
ver nog altijd dreigen in den vorm van
gewapende aanvallen van andere georga
niseerde groepen, zal elke Staat wel een
departement van de organisatie van zijn
weermacht moeten hebben."
Een departement van landsverdediging,
aldus zijin betoog, is even natuurlijk als
«en departement van justitie!
Later herhaalt hij het nog eens: „De
fensie, justitie, buitenlandsche zaken,
binnenlandsche zaken, financiën zijin dus
door den bizonderen aard dier belangen
als van zelf aangewezen departementen."
Laat ons dankbaar zijin voor deze goe
de, van uucliteren zin getuigende woor
den.
Uit partij-poltiiek oogpunt gezien is het
misschien maar goed dat zij te laat wer
den uitgesproken.
Immers de vrijzinnig-democraten heb
ben 't aan hun ontwapenings-propaganda
te danken dat zijl met twee man ver
sterkt "in de Tyveede Kamer zijn terugge
keerd.
Hadden de kiezers geweten hoe deze
vooraanstaande man in "hun partij1 over
de noodzakelijkheid der landsverdediging1,
ook tegen den buitenlander, denkt, allicht
had de vrijzinnig-democratische hond er
schade van gehad.
Ofschoon de waarheid in do politiek er
wél hij zou gevaren hebben.
Een late bekentenis.
„Het Vaderland" schreef in haar nom-
sner van Zaterdag:
„Ieder weet, dat de Linkerzijde, zelfs
al ware ze in de meerderheid, niet regee-
ren kan."
In het licht van deze bekentenis de ge
beurtenissen uit de jongste verkiezings
campagne nog eens in het geheugen te
rugroepende, gevoelen wij zekere verwon
dering over ons komen, dat de partijen
van Links, ondanks dat zij wisten dat zij
te zamen toch niet regeeren konden, zoo
hoog tegen de rechtsche partijen dorsten
opbieden, en in haar uiterste elementen
een hetze durfden ontketenen „tegen Go-
lijn", welke alleen door die van 1905 „te
gen Ivuyper" geëvenaard wordt.
Dc Staaf als verzekeraar.
In de j.l. Zaterdag gehouden jaarver
gadering voor Verzekeringswetenschap
zijn enkele adviezen aan de orde geko
men, Een daarvan was van dr J. van
Bruggen, welke aan zijn advies onder
staande stellingen toevoegde:
i)
O
HOOFDSTUK I.
De naaste weg van Tusbury naar Dee
ping was over de Grimset Heide- Het
was echter een weg, die zelden werd ge
nomen. De heide was uitgestrekt en ver
laten zonder hoornen, zonder pad en
onbevolkt, was zij gehuld in een dichten,
dikken mist.
Douglas Wyburn, die vermoeid huis
waarts keerde van Tusbury, wenschte,
dat men hem beter had geraden, en dat
hij dep hoogen weg om den Grimset Heu
vel heen, genomen had-
Het ligt in den aard der jeugd, den
afstand te willen bekorten. Douglas ver
beeldde zich, dat het ternauwernood mo
gelijk was, dat hij zou kunnen verdwalen-
Recht den heuvel afgeklommen, rechtuit
geloopen over de wijde vlakte, en recht
uit afgedaald naar Deeping.
Niets kon eenvoudiger zijn, en, aan
gezien hij sterke spieren en sterke Jongen
had, kon niets gemakkelijker wezen.
Hij had echter niet bedacht, dat een
zware mist in de vallei, een ondoordring
bare mist op de heuvels was gerezen,
en dus, zonder een oogenblik te aar
zelen, bad hij het steile pad en den kor-
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, .franco per post, f3.
Losse nummers f0.05
Prijs der Advertentie n:
1—4 regeiS fl.20, elke regel meer 30 cL
Bij abonnement belangrijke korting.
1. De vraag naar de wenschélijkheidj
van een optreden van den Staat als
verzekeraar op 'terreinen, waar reeds par
ticuliere ondernemingen werkzaam zijn,
kan in het algemeen niet bevestigend)
of ontkennend beantwoord worden, aan
gezien bij de beantwoording de blik, die
men heeft op de geschiedkundige, staat
kundige, en sociale ontwikkeling van het
volksleven beslist, terwijl bovendien de
bijzondere aard van eiken bijzonderen
verzekeringsvorm en de ontwikkeling van
dezen in het land van overwegend be
lang is.
Bij het optreden van den Staat ter
verzekering van uitgestelde lijfrente
krachtens de Ouderdomswet 1919 dient
men te onderscheiden tusschen de so
ciale verzorging, die voor den overgangs
tijd in de artikelen 21 tot en met 37 werd
geregeld en de eigenlijke verzekering, wel
ke op grond der artikelen 10 tot en met
21 geschiedt. Indien men dit onderscheid
streng in het oog houdt, vallen de meeste
van de gewoonlijk tegen de vrijwillige
ouderdomsverzekering aangevoerde be
zwaren weg.
3. De in ons land gevestigde levensver
zekeringsmaatschappijen hebben de ver
zekering van uitgestelde lijfrente nimmer
tot een ontwikkeling van beteekenis ge
bracht. Voor een bijzondere onderneming
is deze verzekeringsvorm indien de
premie binnen redelijke grenzen blijft
bovendien een zeer riskant bedrijf, zoo
dat een uitbouw van eenige beteekenis
niet te verwachten valt.
4. Waar het een eminent belang voor
den Staat is, dat groote groepen van
het volk zelf de verzorging van den
ouden dag ter hand nomen, was en is
hierin de rechtsgrond gelegen, dat de
Staat zelf tot het afsluiten dezer verzeke
ring de gelegenheid openstelt en de uit
betaling der rente garandeert.
5. De verzekering van ouderdomsrente
door den Staat wordt in het algemeen
in veel geringere mate gedrukt door de
bezwaren, waarmede het particulier be
drijf in deze heeft te kampen.
6. Het tarief der vrijwillige verzeker
ring berust op veilig gekozen grondsla
gen, zoodat oip redelijke gronden mag
worden verwacht, dat hierbij door den
Staat geen verliezen zullen worden ge
leden.
7. Het is gewenscht, dat - ter bevor
dering van het welzijn van het geheele in
ons land uitgeoefende levensverzekerings
bedrijf een zoo loyaal" mogelijke hou
ding van idte verschillende particuliere,
maatschappijen tegen het bedrijf der vrij
willige ouderdomsverzekering en omge
keerd worde bevorderd.
De stellingen van den lieer H. T. Ho
ven waren:
1. Die arbeidsverzekering heeft een ver
plichtend karakter en dient dit te behou
den. Een centraal Staatsverzekeringsin-
stituut kan daardoor niet geheel worden
gemist.
2. Een groot deel van het Invaliditeits-
fonds kan volgens de wettelijke voor
schriften belegd worden ten bate der
volksgezondheid, waaronder in den laat-
sten tijd ook verstaan wordt de volks
huisvesting. Daarbij wordt een beroep
gedaan op de Staatsgarantie, hetgeen niet
in overeenstemming is met de instelling
van een afzonderlijk vermogensoomplex.
3. Mede in dit verband worde onder
zocht voor welk bedrag de Staat en an-
teren weg genomen, en eerst toen een
vochtige, ondoordringbare wolk hem om
ringde, had hij beseft, hoe ondoordacht
hij had gehandeld, en zelfs toen had hij
geen besef van angst of gevaar.
Hij zou goed moeten oppassen, dat was
alles, „wandelen met omzichtigheid", zoo
als hij glimlachend tot zichzelf zeide, en
goed stuur moeten houden op de wijde
heide zonder pad-
Maar goed stuur houden in een dich
ten mist is niet zoo gemakkelijk- De
meesten komen er onder die omstandig
heden toe, om in kringen te loopen; en
wij gehoorzamen aan de wet in kringen
en bewegen ons in kringen en leven in
kringen.
Als Douglas Wyburn de gewone grens
palen had kunnen zien, zou hij zijn weg
recht over de heide hebben kunnen ne
men, maar thans, nu de mist alles óp
een meter afstands van hem uitwischte,
gebeurde het onvermijdelijke en eer hij
de heide half was overgestoken, was hij
de richting, waarin hij gaan moest, ge
heel kwijt.
Een stap in de waterplas was de eerste
aanwijzing, dat hij van den weg was af
geweken.
Hij trok zijn voet snel terug en ver
anderde van richting. Hij was de heidè
vroeger op den dag overgestoken en hij
Wist zéker, dat hij toen geen waterplas
had gezien, integendeel, hij had bij zich
zelf de opmerking gemaakt hoe bijzonder
droog de grond was.
dere publiekrechtelijke lichamen garant
zijn-
4. Het Ouderdomsfonds behoort op
commercieelen grondslag beheerd te wor
den. Jaarlijks wordt een balans opgemaakt
en gepubliceerd, onder bijvoeging van
overeenkomstige gegevens, als wettelijk
voorgeschreven voor de particuliere ver
zekeringsmaatschappijen.
5. De steun aan werkloozen behoort,
buiten de arbeidsverzekering te blijven.
6. Do wijze, waarop de Staatsverze
keringen, waaronder de Staatspensioen-
fondsen, thans overeenkomstig de wette
lijke voorschriften beheerd worden, is een
bedreiging voor 's Lands financiën in de
toekomst.
7. De Staat behoort de vrijwillige verze
keringen over te laten aan liet particulier
bedrijf en beperke zich bij den verderen
uitbouw der verplichte verzekering tot
liet hoog noodige.
De conferentie te Locarno.
Deze conferentie is gisteren geopend.
Zooals men weet, nemen daaraan ook
Duitsche vertegenwoordigers deel- Heer
lijk zomerweer en de vele vlaggen, die
Locarno een nog vroolijker karakter ge
ven, weldten algemeen een soort van feest
stemming bij de opening der conferentie,
die naar de uitdrukking van den Duit-
sc.ben rijkskanselier Luther, „aan Euro
pa den waren vrede zal moeten geven".
In de eerste zitting zijn grootere vor
deringen gemaakt dan men algemeen ver
wachtte.
De gedelegeerden van alle 5 de naties
besloten met algemeene stemmen, bet
voorzitterschap aan Chamberlain op te
dragen. De conferentie ging vervolgens
over tot vaststelling van de agenda, waar
na op verzoek der Duitsche gedelegeerden
het ontwerp van het voorgestelde ver
drag voor wederzijdsche waarborgen', dat
door de juristen tijdens hun samenkomst
in September te Londen als basis voor
de conferentie is uitgewerkt, artikelsge-
wijze behandeld werd.
Na afloop van de morgenzitting werd
officiëel bekend gemaakt, dat de con
ferentie tot yolledige overeenstemming
over verschillende artikelen van het Rijn
landpact is gekomen en deze aangenomen
heeft, terwijl die artikelen, waarover nog
meeningsverschil bestaat of waarvoor nog
voorbehorttl is gemaakt, naar de juris
ten zijn verwezen.
De juridische deskundigen kwamen la
ter op den dag bijeen, om de verschil
lende opvattingen met elkaar in overeen
stemming te brengen en teksten op te
stellen, die aan de conferentie zullen
worden voorgelegd.
De correspondenten der bladen mel
den, dat alle delegaties, met inbegrip van
de Duitsche, hun zeer groote voldoening
te kennen gaven over de snelheid, waar
mede de conferentie het vraagstuk heeft
aangevat en over de reeds bereikte vor
deringen.
Naar een EngelschTurkschen oorlog?
Volgens bericht uit ConStantinopel is de
Turksche ministerraad te Angora bijeenge
roepen tot het aanhooren van een ver
klaring van den minister van buitenland-
Hij vervolgde al tastend zijn weg langs
den rand van het water en geraakte ten
slotte tot aan zijn knieën in den moe-
rassigen grond. Hij trok zich met eenige
ïnoeite er uit en stond toen stil om te
overléggen, wat hem te doen stond.
De mist toonde geen neiging om op
te trekken, terwijl de lucht merkbaar kou
der werd.
„Hier boven op de heide te blijven tot
het aanbreken van den da.g", zeide hij
tot zichzelf, is onmogelijk- Ik zou lang
voor den morgen doodgevroren zijn. Ik
moet blijven doorloopen en voor het ove
rige op goed geluk of op de Voorzienig
heid hopen."
Hij sloeg de tegenovergestelde richting
in van den weg, dien hij was gekomen
en liep voorzichtig voort, gedurende wat
hem ruim een uur toescheen; toen bleef
hij nogmaals stil staan om t'e overleggen-
Het korte gras en de vochtige veen
grond hadden plaats gemaakt voor losse
leiaarde en steenen; daarenboven begon
de grond steil naar beneden te gaan;
maar in welke richting wist hij niet,
en dit was het, wat zijn geest bezig hield-
Als hij het smalle gedeelte der 'heide
afdaalde, „de Snuit" zooals het genoemd
werd, dan zou hij moeten omkeeren,
want halverwege was er een rechte hel
ling van minstens honderd voet-
Aan den anderen kant, als hij in de
buurt dor leigroeven was gekomen, was
zijn voetpad ternauwernood minder ge
vaarlijk, want er waren buiten gebruik
sclie zaken, inzake de huidige positie
van Mossoel. Volgens een telegram uit
Athene zouden de Turken 75.000 man
op de Mossoel-grens samengetrokken heb
ben. Verdere troepenbewegingen vinden
nog plaats. De Dardanellen en Smyrna
worden in alle haast versterkt- Volgens
de Atheensche bladen zou de Engelsche
Middelland sche Zee-vloot order gekregen
hebben, Constantinopel onmiddellijk te be
zetten, wanneer do Turken Mossoel moch
ten aanvallen.
De strijd in Marokko.
Terwijl de Frans che troepen in den
Oostelijken sector een tweede offensief
voorbereiden, dat den vijand zware slagen
zal toebrengen, blijven de andere groepen
niet werkeloos, zoo meldt een Fransch
bericht, maar voeren met bijzonder suc
ces aanvallen uit tegen den vijand, olie
overal op het front moeheid toont-
De Spaansche troepen hebben heden
een gecombineerde operatie bij de Loek-
kos uitgevoerd. Ze hebben Saf genomen
en alle versterkingen terstond in brand
gestoken. Aan Spaansche zijde zijn geen
verliezen-
De Fransche troepen zijn gisteren be
gonnen met den aanval op het Sen-
had jas-gebergte- Het offensief, dat bij hef
krieken van den dag begon, ontwikkel-'
de zich gunstig. De vijand biedt echter
verbitterden tegenstand.
Door een vrouw gered.
Hongarije is ternauwernood aan een
hoogst gevaarlijk politiek spel ontkomen.
Zóó gevaarlijk, dat, was het gelukt, ta
melijk zeker Hongarije thans zou zuch
ten onder de Sovjet-dictatuur met al zijn
bloedige aankleve, met zijn schrijnend
leed en bittere ellende.
Hongarije is een groot deel der Neder
landers lief geworden. En Christelijk
Hongarije heeft een plaats gekregen in
het hart van Christelijk Nederland. Het
leed van Hongarije is zijn leed. Maar ook
is de vreugde van Hongarije zijn vreugde.
Het is zonderling gegaan met deze uit
redding. God deed een vrouw zulk een
merkwaardige rol spelen, dat die den
verraders noodlottig is geworden. Tot
recht verstand het volgende, ontleend aan
een particuliere correspondentie uit Boe
dapest in de Maasbode.
De heer Weinberger, die tijdens do
Hongaarsche commune nog geen belang
rijke rol speelde, daar hij toentertijd pas
18 jaar was, heeft tot die Joodsche jon
gelingen behoord, die, ondanks de nume
rus claususwet, de universiteit te Boeda
pest mochten bezoeken. Als jurist interes
seerde hij zich zeer voor ,t communisme
en wilde met de hulp van een vroege-
ren volkscommissaris liet terrein voor de
komende revolutie voorbereiden. De zaak
werd ontdekt en Weinnberger kreeg 15
jaren tuchthuisstraf. De sovjet-regeering
trok zich zijn lot aan en liet hem tegen
geinterneerde Hongaarsche krijgsgevan
genen uilwisselen.
Te Moskou werd hij op de redactie van
de „Prawda" te werk gesteld en latei-
met de Hongaarsche propaganda belast.
Na aankomst te Boedapest maakte hij
het hof aan een Joodsch meisje. Hij ver
trouwde haar zijn hartsgeheimen toe en
zei, dat hij met een belangrijke opdracht
naar Hongarije gekomen was. Overigens
was hij een intieme vriend van Bela Kun.
Hij was met een valsclien pas naar Hon-
gcraakto groeven in alle richtingen, waar
in men zeer gemakkelijk te pletter zou
kunnen vallen, indien men ze van af de
hoogte naderde. I
Na zijn toestand ©enigen tijid te hebben
overdacht, besloot hij opnieuw van rich
ting te veranderen.
En het was een geluk, dat hij dit deed
want was hij blijven voortloopen, dan
dan zou 'hij voorover in 'n ongebruikte
groeve zijn gevallen.
„Ik weet op geen stukken na, waar ik
ben", zeide hij bij zichzelf, terwijl hij1 met
de uiterste voorzichtigheid, voortliep. „In
ieder geval ben ik aan het jifdalen. Zou
ik weder in Tusbury terecht komen?
Een half uur later was hij in staat de
vraag ontkennend te beantwoorden. Hoe
lager hij kwam, des te minder dicht was
de mist.
Hij was nog niet geheel zeker waar hij
zich bevond, maar hij was overtuigd, dat
hij in de richting van Deeping afdaalde.
Plotseling bleef hij staan en ging een
paar passen terug, bevend vpn hoofd tot
voeten.
Vlak voor hem was eien zwarte diepte.
Hij voelde voorzichtig met zijn stok voor
zich uit. Tom ging hij nog een paar
passen achteruit.
„Dit is dichter bij den rand, dan miji
lief is", zeide hij, terwijl hij zijn tanden
vast opeen sloof.
„Nu moet ik -een kleinen omweg maken.
Deze buiten gebruik gestelde groeven zijn
al heel gevaarlijk voor reizigiers, die door
garije gekomen, dien hij zich te Berlijn
ten name van redacteur Adolf had laten
uitreiken. Zijn geliefde liet hem alles
nauwkeurig vertellen en ijlde onmiddellijk
na,ar de politie, waar zij de zaak aangaf.
Zij hield echter de connecties met Wein
berger verder aan en vernam, dat Wein
berger met den vroegeren volkscommis
saris RakosiRa^stein en den secretaris
van Bela Kun, Ladislaus Balogh, in een
nauwe straat van de arbeiderswijk een
samenkomst had. Haar eerste gang was
naar de politie, waar zij hiervan mede-
deeling deed en zoo werden de bolsche-
wiki gearresteerd en het complot ontdekt.
Zonder de hulp van dit Jodenmeisje, dat
voor den communist angst had, zou de
Boedapester politie moeilijk op het spoor
der samenzwering zijn gekomen.
Het zal graaf Bethlen intussclien wel
vreemd te moede zijn geweest. De Hon
gaarsche premier wilde tot eiken prijs de
diplomatieke betrekkingen met So-jet-
Rusland aanknoopen, daar Hongarije vol
gens hem niets van het bolschewistisch
gevaar had te duchten. De christelijke
pers sloeg echter zoolang alarm, tot de
regeering het' plan had opgegeven.
Uit de verklaringen der gearresteerde
communisten hebben wij nu vernomen,
dat, toen de ministerpresident zijn opvat
tingen omtrent de ongevaarlijkheid van
Sovjet-Rusland voor Hongarije verkon
digde, Moskou reeds met volle kracht in
Hongarije werkte en een deel der sociaal
democratische partij met geld „voerde".
De hoofdleider van het jongste complot
Mathias Rakosi, wiens werkelijke naam
Rapstein is,heeft een heel verleden ach
ter zich. Hij was volkscommissaris voor
socialisatie en had tijdens dé Hongaar
sche radenheerschappij tot devies: „Uit
de sociale -roductie ontstaat de wel
stand". Deze welstand bestond hierin, dat
de proletariërs, evenals de „vervloekte
bourgeois", maandenlang niets anders
dan bedorven zuurkool en gerst te eten
kl-egen; de sociale productie daarentegen
bestond uit lijken. Massa-productie! Zijn
werkzaamheid gedurende de commune
blijkt uit het tegen hem uitgevaardigde
arrestatie-bevel. Hij wordt wegens aan
sporing tot moord, roof, valsche munte-
rij, hoog- en landverraad gezocht.
Te Moskou speelde Rakosi een belang
rijke rol; hij had de leiding over een af-
deeling van het ministerie van buiten
landsche zaken. Bij zijn verhoor verklaar
de Rakosi, dat hij welgesteld was ge
weest, doeh zijn innerlijke overtuiging
had hem bewogen, bolschewist te worden.
Hij was zich ervan bewust, dat de galg
hem thans niet bespaard zou blijven,
maar hij was er zelf de schuld van: hij
was te onvoorzichtig geweest.
De „dritte im Bunde", de secretaris van
Bela Kun, is een zoon van zeer welgestel
de ouders. De eerzucht om in het poli
tieke leven een rol te spelen heeft hem
in het kamp der bolschewiki gebracht. Na
de omwenteling werd hij tot een jaar ge
vangenisstraf veroordeeld en, toen het
jaar voorinwas, wist hij in Duitschland
te komen, waar hij helper van den be-
ruchten massamoordenaar Max Hölz
werd. Later belandde hij ook te Moskou,
als medewerker van de „Prawda".
Interessant is de rol der vrouwen, in
dienst van de samenzwering: bijna allen
Jodinnen. Slechts twee christelijke ar
beidsters bevinden zich onder haar; bei
den „oude jongejuffrouwen" en gebrek-
de duisternis worden overvallen."
Tien minuten 'later w-as hij op den
beganen weg, en dicht bij het heg,in dor
groeve. Do mist trok plotseling op en hij
zag, gedurende een pkar seconden, pre
cies waar hij was. Voor hem wals een weg
of liever een weinig gebruikt karrespoor
dat naar Deeping leidde.
Maar hij za:g nog iets meer Jan den
weg. In die groeve was een licht, flauw,
en zwak, doch onmiskenbaar eten licht.
Douglas Wyburn was onmiddellijk op
zijn hoed©.
Wat kon dat beduiden? Vermoeid, hon
gerig, en bijna doodaf als hij1 was, trok
dat kleine flikkerende licht hem veel meer
aan, dan de weg, die naar Deeping leidde.
Hij wist, dat er in de groeve sedert
jaren niet was gewerkt, dat de kanten
met overhangende struiken waren be
groeid, dat 'het mos welig tierde op de
hoopen lei, die de opening versperden,
dat het de moest verlaten plek was van
den geheelen omtrek.
Waarom dan het licht? wie kon daar
zijn op zulk uur, en miet welk doel?
Zijn nieuwsgierigheid kreeg de over
hand. Het vooruitzicht van ©en avon
tuur, hoe klein ook, prikkelde zijn ver
beelding en sprak tot zijin zucht naar
opwinding, en het was hem niet onaan
genaam, temeer, omdat er niet veel op
windends was, in het leven dat hij zich
genoodzaakt 2ag te leiden.
(Wordt vervolgd.) jL
'i
•i