No ^40
Woensdag 15 Juli 1925
39e Jaargang
FEUILMETOli.
DE HEMELLOOPS.
Drukkers-Exploitanfen
OOSTERBAAN LE C01NTRE GOES
Bureaux: Lange Vorsls'.raat 68—7Q, Goes
Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259
De Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, f3.—t
Losse nummersf 01.05
Prjjs der Advertentiën:
1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct.
Bij abonnement belangrijke korting.
DE OUDE TEGENSTELLING.
Er bestaat een breecle klove tussclien
de antirevolutionaire partij en de par
tijen, die vele jaren, namelijk van 1848
tot op onzen tijd, behoudens een viertal'
rustperioden, 1888—*91; 1901—'05; 1909
—'13; en 1918heden, ons land gere
geerd hebben. Bij de antirev. partij loopt
alles over deze eene vraagin hoever
moet h.et Christel, geloof zich ook doen
gelden op politiek gebied. Het spreekt
vanzelf dat iemand, die orthodox is, zijn
gevoelens ook in 't openbare leven moet
voorstaan. Wat zou men zeggen van een
orthodox koopman, die zijn klanten ging
bedriegen? Niet alleen in de kerk, maar
in heel het leven moet een orthodoxe
zijn beginsel toonen.
Nu meenen echter velen dat juist op
politiek gebied het geloof zijn invloed niet
moet doen gelden. De zon gaat op en
schijnt over goeden en kwaden. Zoo,
zegt men, moet ook de regeering geen
onderscheid maken tusschen burgers eu
burgers. Men erkent wel zekeren gods
dienstzin, gelijk men b.v. kunstzin erkent.
Maar de inrichting van den Staat zoo
oordeelt men heeft met het geloof
niet te maken.
De antirev. daarentegen beweren dat
men in eiken levenskring rekening moet
houden óf met het geloof óf met het
ongeloof. Dte antirev. achten het niets
dan een illusie, dat de Staat kan
steunen op een neutralen d.i. op
geen basis.
De vraag, die het hier geldt, is be
trekkelijk nieuw. De oplossing, die de
antirev. partij van deze vraag geeft, is
dezelfde, die ook door de volken der
oudheid is gegeven. Ook deze namen aan
dat de Staat met het geloof in de
goden onverbrekelijk verbonden isdat
er verband bestaat tusschen de staats
inrichtingen en.den godsdienst.' Zoo was
het steeds bijl alle volken, die tot zekere
hoogte van beschaving kwamen. Zoo zet
ten ook b.v. de Mahomedanen hun staats
inrichtingen in verband met hun gods
dienst.
Ook in de eerste eeuwen van het
Christendom was hier geen quaestie over.
Toen het heidendom voor het Christen
dom week, kreeg dit laatste zijn invloed
op alle staatsinstellingen. D|o barbaarsche
en heidensche instellingen op geheel het
levensgebied maakten plaats voor Chris
telijke. Maar de Christelijke kerk kwam
langzamerhand onder hiërarchie, Pause
lijk eu bisschoppelijk gezag beheerschte
het kerkelijk leven. Het kerkelijk leven
leidde meer van God af dan tot God op
en de kerk verwereldlijkte. Dte eere der
menschen ging boven de eere Gods. Een
ieder ernstig denkend Katholiek, die de
historie kent, moet erkenneneen, hervor
ming der kerk was noodzakelijk gewor
den.
De hervorming kwam. En onder de
Protestanten wpren terstond twfee stroo
mingen merkbaar. De ééne strooming is
die van hen, die het verband tusschen
het geloof en de staatsinstellingen nooit
hebben losgelaten. Dit waren de Gere
formeerden of Calvinisten. Dleze stelden
dit verband steeds op den voorgrond.
Wel braken ze met de bisschop
pelijke hiërarchie, maar niet met dat
verband. Be andere strooming ging juist
van een tegenovergesteld beginsel uit.
De vertegenwoordigers van dit beginsel
stelden den Staat, de wereldlijke overheid
boven alles. Er moest zijn Wat men
„vrijheid" noemde, in het belang van
den Staat. Dezen wilden zelfs de kerk
in hunne macht hebben. Vroeger stond al-
Een verhaal uit hel Verre Westen.
(Nadruk verboden.)
41) -o-
Luistert vrinden", zei de vreemdeling,
„ik ben geen paardendief, en als ik dit
paard niet eerlijk heb gekocht en met
gc-ed geld betaald dan is het niet van mij.
Dat is billijk, nietwaar?"
Nu achtte Hi 't geraden een duit in het
zakje te leggen. Zoo goed en zoo kwaad
als 't ging verklaarde hij, dat de vreem
deling in zijln recht was en dat hij wis
en zeker den pony gekocht had. „Hier
zijn de centen", voegde hij er bij, Bill
een rolletje aanbiedende. Maar met een
vluggen greep pakte deze den vreemde
ling bij een been, en voordat hij iets
kon zeggen, lag deze languit op den
grond.
„Je blijft van dien pony af, totdat deze
in orde is", riep Bill.
Er was iets zoo dreigends in zijn ma
nier van doen, dat de ander zich ver
genoegde met binnensmonds te vloeken
en zijn tegenstander te verwenseden, ter
wijl Bill zich tot Hi wendde met de vraag,
tijd op den voorgrond en hierin komt
aan de Roomscho kerk eere toe dat
de kerk is een zelfstandig instituut; vrij
tegenover iedereen, zelfs tegenover de
wereldlijke overheid. Nooit de kerk onder
den Staat.
De een Stelt dus den staat boven alles
en allen. D|e andere stelt de eere Gods
boven alles. De wijsheid Gods, uit Gods
Woord geput; of: de wijsheid der men
schen; dat is de tegenstelling. Geheel
de voorstelling is dan ook verschillend.
Die een gaat uit van God-Almachtig; en
treedt dan ook op met last van Gods
wege. Hij vraagt: wtelke is de last, door
God aan mij opgelegd. D|e ander kent
geen last, die hem zou opgelegd zijn. Hij
kent Wel' een ideaal, en erkent wiel „iets
goeds". Het is een menschelijk ideaal,
waarnaar hij streeft.
Hoe is hot nu met deze beide slroo-
mingen, deze beide beginselen in onze
geschiedenis gegaan? Onder de Republiek
hebben de Anti-gereformeerden het steeds
gewonnen. De Gereformeerden hebben hij-
na altijd het onderspit gedolven. Alleen
de tijd van Oldenbarnevelt maakt een
uitzondering. Onze liberalen zeggen dat
Oldenbarnevelt die intusschen niet
tot de ongeloovigen behoorde libe
raal was. Welnu, dan zijn de liberalen
al den tijd dat zij aan het bewind Waren,
zoowel in de tegenwoordige eeuw "als in
de voorgaande, tyranniek geweest
en zouden ze het nog zijn, indien de
macht weer hunner Werd. 'Naber heeft
aangetoond, dat geheel' de strijd van Ol
denbarnevelt deze was: de kerk te bren
gen. onder staatsgezag. Dat was des
tijds do politieke strijd. Ivort vóór
1618 kregen de Gereformeerden van alle
kanten slaag. Zij werden verdreven uit
allo officieele kringen. Die menschen, die
Gereformeerden moesten weg, moesten
eruit. En inderdaad, bijna waren de Gere
formeerden dan ook van het toon-eel'
verdwenen.
De groote fout van Oldenbarnevelt is
geweest, dat liij' zich aan het Gereformeer
de volk vergreep. Prins Maurits kwam
tusschenbeide en herstelde het recht dei-
kerk om in haar eigen zaken te beslissen.
1618 heeft veel overeenkomst met de
jaren 1888, 1901 en 1909, toen de A.-R.
partij, zij het ook slechts door en in
samenwerking met een, later met twtee
andere Christelijke partijen de meerder
heid in de Kamer verwierf, gelijk deze on
der het "kiezersvolk reeds bestonddoch
uit welke -meerderheid zij telkens na vier
jaren weer werd uitgestooten. We- zagen
thans Anti-rev., C.-H. en Roomschen ver-
©enigd en gezamenlijk de liberale partij
overheerschend. Destijds zijn eveneens
een o-ogenblik de Gereformeerden aan 't
bestuur geweest; maar nog geen 10 jaren
waren ze de baas. Toen hebben de Gere
formeerden een zeer groote fout begaan.
Nadat Oldenbarnevelt de kerken had aan
gerand, en Prins Maurits haar recht had
hersteld; vielen de Gereformeerden
in sl'aap. Die belijdenis der G-eroformeer-
den was nu eenmaal' de belijdenis der
Kerk geworden; en daarmede wiaren de
Gereformeerden helaas, tevreden.
Toen zijln de Roomschen en Armmanen
hun gan,g- gegaan. Die formulieren van
Eenigheid werden, zooal's ook in onze
vorige eeuw, goedschiks geteekend. Men
beschouwde ze slechts als een vorm; ech
ter van geen beteekenis. De Gereformeer
den gingen met een boekje in een hoekje
en Tieten als men zegt Gods water
over Gods akkers l'oopen. Met weten
schap bemoeiden zich de Gereformeer
den niet. Ze begrepen niet, dat heel'
„Heb je dien pinto aan hem verkocht, ja
■of neen?"
Hi was niet zoo dronken, of hij kon
wel vertellen, dat hij, toen hem een goed
bod wc-rd gedaan, den pinto aan den
vreemdeling had verkocht voor vijf en
negentig gulden, 'tWa.s immers de be
doeling geweest om het beestje te ver
koop en?
Bill was wanhopig, echt wanhopig, ,,'t Is
niet om den pony, maar om het zieke
meisje-", zei bij. Doch het woord van zijn
vriend was zoo goed als zijn eigon woord
en hoe kwaad hij ook was, hij zoiu geen
moeite doen om te pr-o-beeren den koop
te niet te do-en.
Op dit o-ogenblik kwam onze gastheer,
jonker Frits naderbij!. Hij' had gemerkt,
dat er onraad was, en Wterd gevolgd door.
zijn vrouw en den Pri-ns.
„Misschien kun j-e hem te-rugkoopen",,
opperde -deze.
„Neen",, -antwoordde Bill stuursch, „hij
is—©en gemeens lomperd."
„Ik ken hem wel", z-ei- Ashley. „Laat
ik eens met hem praten."
Die vreemdeling wou er echter niet
van boore-n. Die pinto beviel hem uiter
mate z-eer. en büj dacht er niet over,
hem -af te staan, al kreeg hij' ook zijn
geld met interest terug. „Weineen", zei
bij, ,,'t is een buitengewoon paardje, en
liet leven, ook in staat en maatschappijl,
met het geloof heeft te rekenen; zooals
het Christendom het aanvankelijk metter
daad opvatte.
Zoo ging het ook elders; b.v. in Frank
rijk. Frankrijk, zou men kunnen zeggen,
was bijina. protestantsch gewiorden. Toch
werden, gelijk men Weet, de Gerefor
meerden uit Frankrijk verdreven. Frank
rijk is Katholiek. Dlie andere richting,
die met de kerk en met het geloof
niet rekent, heeft in Frankrijk veel sterker
nog gezegevierd dan in ons land. In
1789, liet jaar van de revolutie, werd
aldaar openlijk en met volle bewustheid
geleerd, dat er geen verband "bestaat tus
schen christelijk geloof en staatsbestuur.
De staat berust enkel op de rede, behoeft
niet te rekenen, mag zelfs niet rekenen
met Goddelijke openbaring. De Roomsch-
Katholieken van dien tijd hadden eerst
allo Gereformeerden uit Frankrijk ver
dreven. Nu bleek dat de R.K. Kerk niet in
staat was die richting tegen te houden.
Na 1789 is doorgedrongen de leer
scheiding van Kerk en Staat, n.l. zoo, dat
de Staat met de Kerk niet heeft te
rekenen.
iwi -nu -in*-
Kort maar welsprekend.
Eén voorbeeld van sobere-, treffende
geloofsbelijdenis tijdens het bestaan van
het thans demissionair Kabinet brengen
wij nog ©ens in herinnering, en wel bij
wijze van afscheidsgroet, en met betui
ging van ons respect, voor deze en voor
-elke daad. waarin zijn Christelijk karakter
hec-ft uitgeblonken.
Bij de beraadslaging over de anti-revo-
luti-ewet in Juni 1920 zei-de de hoer Diuys
van de R-eig-eering, dat zij' erg: in benauwe
nis had -ge-zeten, gelijk bleek uit het feit,
dat de Ministers, vóór zijl naar de Kamer
gingen gebeden hadden.
Op dat woord g;af Minister- Heemskerk
dit waardig beischedid: Die- Begeering is
niet geweest «kleinmoedig, vreesachtig.
V-an den beginne stond'bij baar vast, dat
zij niet zou wijken, maar wel, had het
Kabinet den ernst van de-n toestand beseft
en haddien de Ministers, voor zijl zich op
12 November naar de Kamer bega.ven,
zich tot èen IT-e-ere- om uitkomst gewend.
D'e heer El'.out liet daarop volgen in
heit Handelsblad'
„Dez-e- laatste mede-deeling' wer-d dooi
de socialisten met ho-ongehüil begroet.
G-clijlk zij h-et, tijdens het debat, telkens
hadden gedaan, w-ajnneier een van de
rechts che leden religieuze zaken ter
sprake bracht."
D|e beer Elout is gleen man van onze
richting. Dit weten wij Uit zijn jongste
beschouwing ove-r h-et Christendom en
den animistisehie-n Balinees we-I anders.
Maar hij i-s een eerlijk liberaal, die niet
J^velen kan, dat ee-n eerlijk tegenstander
wordt gehoond -e-n de spo-t gedreven wordt
met wat onze- ouden noemden de adem
tocht der ziel: het gebed.
Eu w.at het hoongelach der sociaal-
democraten aangaat, h-et was aan den
gang ge-maakt -door de-n 'heer Diuys-, die-
in zijn j-elugd een Christelijke opvoeding'
genoot, -en ontsproten is aan een anti-
gin-der, in Montana, kan ik er bij een
dame we-1 driehond-erdvijftig voor maken."
Tevergeefs pingelden en kibbelden zij;
do man was onvermurwbaar. Honderd vijf
en negentig gulden 't W-as om te lachen
Tweehonderd veertig? Neen, en nog eens
neen! Toen zij zoover waren, kwam
m-evrouw Ashley naar voren en .vroeg
■aan haar man, waar he-t -eigenlijk over
w-as. Met -enkele woorden de-el de hij haar
mede, wat -de lui zoo aa,n het redekavelen
bracht. Zij had reeds vernomen, wat Bill
v-erteld had van Gwens droevigen val en
civ-er haar aandeel in de bouwplannen.
Onder eerbiedig zwijigen der aanwezigen
bezag zij den f raaien pony met een mee
warig gelaat.
,,'tls toch al te erg, dat het urm© kind
-afstand moet do-e-n van dat snoezige
beestje", z-eide zij zacht tot haa,r man.
To-e-n wendde zijl zich tot den vreemde
ling -an vro-ag met e-en inne-menden l-ach;
„Wat vraagt ge er voor?" Hij aarzelde
eerst -en antwoordde .daarop, even zijn
hoed lichtend: „Ik zei daarstraks, dat
de-ae pinto in Montana ge-makkelijk drie
honderd vijftig zou opbrengen. Maar nu
me-vro'uw e-r naar vraagt, zal ik hem laten
gaan voor driehonderd.
„Diat is noig te- veel", viel zij dadelijk
in, „veel te veel. Is het niet Bill?"
„Natuurlijk", bromde Bill, „tweehon-
revolutio na,ire fa milie.
Met zulk een gangmak-er voor U doet
dergelijk hoongelach des te meer pijn.
Overigens gee-n nieuws. In de glorie
dagen van het liberalisme deden de libe
rale hoeren in de Kamer precies eender.
Wij weten dit meer dan van Iiooren
zeggen.
De kwestie van volharding.
Het Baagsche Volk deelt blijkens de
M. C. me-e: D|e Raad van Beroep van de
Nedcrlandschc Maatschappij tot Bevorde
ring der Geneeskunst heeft de drie leden
der maatschappij, -die zich in loondienst
van De- Volharding begaven hebben, ver
oordeeld tot e-en boete van £8000 elk.
De beboete "doctoren zijn niet van zins,
zich voietstoots bij dit vo-nni-s neer te
l-eggen. Zijl hebben zich een rechtskundig
adviseur gekozen.
Laat Haar m e-1 rust!
Ouder dit opschrift geeft. CLinge Eooren-
bos in de „Tel." dezen o.i. goeden raad:
Juliaantj-e gaat kamp-eieren
Naar een krantbericht ons zegt;
Zij gaat heerlijk .profiteeren
Van haar jongemei-sjes-recht.
Prettig do-e-t het aan, te hoore'n,
Diat ons Nee-rlands Koningskind
Tusschen al het officieel©
Tijd voor i-e-ts plezierigs vindt.
Rijk geïllustreerde bladen,
Loert nu -eiens nie-t met Uw lens
Op Juliaantjes doen en laten,
Zij' kampeert gewoon, als mensch.
Kranten, houdt U nu eens netjes
E'n verklapt niet c-lken 'dag
Wat uiw handlanger daarginder-
V-an Oat kamp-genieten zag.
„Hare Koninklijke- Hoogheid
ZUivert 'tMcisje-skamp van vuil",
Har-c- Koninklijke- Hoogheid
Piepers jassend in een kuil".
Bare Koninklijk© Hoogheid
Wa-scht haar handen in e-en sloot",
Hare Koninklijke Hoogheid
Hapt maar zóó in eic-n stuk brood",
Laat haar rustig, stil genieten,
Van haar onbe-zorgden tijd,
Spoedig komt 't Lakeien-tijdperk,
Vol van dcft'ge deftigheid.
Respecteert van ons Prinsesje-
'tKnusse kamp-i-ncognito:
Jhliaantje gaat kampeeren,
De Prinses blijft op het Loo.
Aambeien zijn een bij vrouwen zeer
vaak voorkomende kwaal, die ondraag
lijke ongemakken met zich brengt. Fos
ter's Zalf geeft baat vanaf de eerste toe
passing. Inderdaad een probaat genees
middel. Per doos f 1.75; per tube fl. (6)
Maandagavond had te Sas van Gent
oen motorongeval plaats, dat naar om
standigheden vrij goed is afg-eloopen.
Die motorrijder K. van Axel, komende
van de richting Selza-ete, had nabijl het
entrepot der Ooöp. SUi-keirfabr. een defect
aan bet' stuur, waardoor deze onver
wachts van richting veranderde, met het
gevolg, dat de v,an Terneuzen komende
motorrijder D., van Westdorpe werd aan
gereden. Bedde motoren werden deerlijk
gehavend, hetgeen verder rijden o-nmo-
d-e-rd vijf -en zeventig is al wel. En als
'teen vent was, di-e gewend was met
dame-s om te- gaan, zou hij u den pinto
present gev-en; maar hij is zoo vrees-olijk
kleinzielig, dat hij wel niet zal willen
afkome-n tot tweehonderd vijfenzeventig."
Zoo iets li-et de Yankee zich niet on
gestraft zeg'ge-n. „Ei zo-oAls ik zoo
dromm-eilsch par-don mevrouw, zoo
goed gewend was met dames om te gaan,
als sommige lui h-e-t va.n zichzelf wDlen
doen voorkomen, dan zou ik dien pinto
ko-open -en hem cadeau geven aan de
dame, die hier voor mij' staat."
Bill stond onr'ustig op zijn hie-le-n te
draaien.
„Maar", ging d-e vreemdeling voort, „ik
ben niet van plan kleinzielig te zijn. Ik
zal met dien pinto afkomen tot de ge
noemde ronde som ten plei-ziere van de
dam-e, als -dan de ee-n of andere h-eer
vo-or _de duiten wil zorgen."
„We-1, lie-ve vrouw", z-ei jonker Frits
met een bui-ging, d-e handschoen wordt
ons toegeworpen. Mijl dunkt, wij kunnen
hem nie-t laten "liggen
Zij keerde zich om en lachte hem vrien
delijk toe. Alzoo werd de pinto-, tot Bill's
onverholen blijdschap, overgebracht naar
de stallen van Ashley-Ilo-eve. Hij zou de
vorige eigenares niet onder de o-o-gen
hebben durven komen, verklaarde hij
gelijk maakte-, Dte berijders liepen beiden
cenigc verwondingen op. M- C-
Betreffende den toestand van de ge
wonden bij h-e-t auto-ongeluk bij Sluis ver
nemen wij, datmevr. Luijckx w-e-er bij
kennis i-s en dat de kinderen, die m-et
hun moeder in h-et Burgergasthuis te
Sl'uis worden verpleegd, slechts kleine
kwetsuren bobbe-n bekomen. M- O-
Er is ee-n ZeeUwsch provinciaal com.
teg-cn eenzijdige ontwapening opgericht.
Het bestuur is als volgt samengesteld:
mr J. W. Zijl s tra, Middelburg, voorzit
ter, M. van der B-elce Gallenfels, Vlis'sin-
g-e-n, secretaris-penningmeester, P. C.
Labrijn, Goes, El. L- II. van Raait© te
Vlissinge-n en P. J. Elout Diomburg.
Van morgen al voor 7 uur waren
èn te Go-es èn te 's-Heer Arendskerke
reeds de kaarten voor den extra trein
op 22 Juli uitverkocht-
Men zou bijna aan zwendel gaan den
ken, zoo schrijft ons een teleurgestelde.
Men verzoekt ons opneming van
bet volgende
Verleden week werd op Walcheren een
goed geslaagde avondoefening gehouden
door 3 secties van het Landstormkorps
motordienst ter sterkte van 76 man. De
oefening werd bijgewoond door den
korpscommandant overste Wijnaendts en
officieren van den motordienst uit Hol
land, Utrecht en Gelderland cn was on
der leiding van Jen commandant der af-
deeling Zeeland. Op 25 Juli a.s. zal door
de geheele afdeeling worden deelgeno
men aan een Behendigheidswedstrijd voor
auto's en motoren te Bergen op Zoom.
Middelburg. In de gemeenteraadsver
gadering van Woensdag 22 Juli te 2 uur,
worden onderstaande zaken behandeld:
Notulen. Stukken. Herstemming over het
voorstel-Paul inzake reorganisatie van het
openbaar lager onderwijs en verdere be
handeling van die reorganisatie. Beschik
king op het beroep van A. Jeronimus
tegen een door Burg. en W-eth. gedane
aanschrijving tot verbetering zijner wo
ning aan den Kinderdijk P 100.
Krabb en dijk©. Gisteren ging' i-cmand van
hier na het middagschaftuur bij zijn land
in den Maire-polder een slootkant aan.
brand steken. Hij lette echter niet op de
richting v-an den wind en dat daarnaast
ee-n' stuk gerst lag v-an den landbouwer
van Ni-ouweinhuizen. Dieze gerst lag afge
sneden op h-et land, en vatte vuur. Ge
lukkig war-e-n vlaisplukk-ers dicht bij!, die
dadelijk begonnen te bl'ussch-en door het
vuur uit te slaan en met aarde te be
dekken. Ze riepen ook nog te Iiulp liet
volk v-an V-an Nieiuwe-nhuizen, dat wat
verder aan het karwijdo-rsch-en was. In
een gro-ot kwartier was nu de brand ge-
blusc-ht. Een 100 ro-cden verbrandden.
Een schade van een honderd gulden.
Arnemulden. In de Gemeenteraadsver
gadering op Dinsdag waren alle leden
tegenwoordig. Onder de ingekomen stuk
ken bevonden zich: Opgaaf van het ge
meentebestuur van Den Haag wegens
over 1922 aan die gemeente verschul
digde kosten voor 1 leerling wtelke al
daar de vakschool voor schoenmakers
bezoekt ten bedrage van f41.24; opgave
over 1924 verschuldigde kosten voor het
bezoeken der R.H.B.S. te Middelburg ten
bedrage van f-681.96. Voor kennisgeving
aangenomen.
Verder is ingekomen een afwijzende
beschikking van den Minister van Finan
ciën op het adres inzake heffing veer
gelden voor het Veersche pontveer.
luide, als haar pinto over de grenzen
was gegaian.
Diat Hi eir zo-o gemakkelijk afkwam, ver-
haa-sde mij echter wel, en dat werd er
niet minder op, toen ik d-e beide vrienden
met d-en vreemdeling later op den avond
-eendrachtiglijk en vroolijk uit dezelfde
fl-esch zag drinken.
.„Je bent een eerste kurketrekker, dat
ben j-e-! Ik mag hangen, als je niet een
zeldzame vogel benteen zangvogel
e-en witte kanarie", hoorde ik Hi tegen
Bi-li zeggen.
Diens ©enig antwoord was een knip
oogje, dat dade-lijk overging in een wenk
brauwfronsen, to-e-n hij mijn blik ont
moette-. Diit wekte mijln achterdocht, of
die verkwanseling wel van nabij mocht
bekeken worden, en ik werd versterkt
in mijn vermoeden, to-e-n Gwen mij een
paar da-g'en later opgetogen vertelde, hoe
prachtig Bill pinto's verkoop had geleid
en zij mij ten slotte driehonderd gulden in
bankj-es li-et zi-en!
In antwoord op mijn verbaasden blik
zei Gwe-n: „U begrijpt, dat hij ze tegen
elkander moet hebben laten opbieden,
maar Bill zegt ook, dat pinto's duurder
worden. (Wordt vervolgd.)