27 Dinsdag 30 Juni iM 30e Jaargang No »37 H. CO LIJ N. DE HEMELLOODS. SPAARBANKBOEKJES. BANK VOOR ZEELAND. Buitenland. Dus No, li van lijst 27. FEÜj'LLËfÓW~ Houders van Spaarbankboekjes worden uitgenoodigd deze boekjes ter bijschrijving der rente spoedig in te leveren. GOES- IERSEKE - KAPELLE—'s-HEERENHOEK. Rentevergoeding Spaarbank 4.08 Drukkers-Exp'oitanten: OOSTERBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Lange Vorststraat 68—70, Goes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f3.- Losse nummers f 0.05 Prijs der Advertentie n: 1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct. Bij abonnement belangrijke korting. houden wij van nu af muurvast in onze gedachten. Dit is het nummer onzer anti revolutionaire lijst. Als nummer 1 staat op de lijst de naam Het blokje vóór dien naam make men Woensdag 1 Juli dicht met het roode potlood dat in het stemhokje hangt- Wat dan? Eie stembus van 1 Juli zal beslissen over do meerderheid in de Tweede Kamer en met deze ook over de richting van het nie'uw te vormen kabinet, i Die S. D- A. R- doet al haar best om de verkiezingen in haar geest te doen uitvallen. Haar hoofdmannen hebben liet in 1918 in Duitschland gezien; en zij zagen het nu weer in België, dat 'tbest kan en reeds bij haar eerste optreden in den lande, onder Diomela Nieiuwenhuis, rie pen zij in pijnlijke openha.rtig.heid alwie 'tbooren wilde toe: „wij! willen ook wte! eens aan het laatje zitten." Nu evenwel eischt zij meer. Haar ideaal is de alleenheerschappij. Daarnaar greep zij reeds in 1903, en herhaalde dit revo lutionair nedrijit in November 1918, doch dank zij Gods genadig bestel, is dit ver hoed. Zij wilde toen langs den weg van revolutie er boven op. Die Koningin weg en Troelstra president der Republiek. Nu dit niet gelukte wil zijl langs lijnen van geleidelijkheid, met behulp van de kiezers in do reigeering komen. Wanneer die poging slaagt, dan zal dit een niet te overziene ramp voor land en volk zijn. Vooral in de toekomst. Want gelijk het Liberalisme de komst van het Socialisme heeft mogelijk ge maakt, zoo zal in 'teind de Soclaal- Diemocratie de wegbereidster blijken voor het bolsjewisme. Zie het in Rusland. Toen daar- de Marxisten dè macht ver overden, riepen de socialisten in ons land: het daghet in het Oosten. Het Rus sische volk geloofde ook eea oogenblik in de mogelijkheid, de „idealen" te zien verwezenlijkt. Thans weet een ieder wel beter. Zelfs de loonen der arbeiders in de nijverheid die door de communisten beheerscht wordt, zijn nog ver beneden die van voor den oorlog. Wat zegt men nu? Men paste de be ginselen der revolutie daar te snel toe. Het is alsof men zeggen wil: het gif der revolutie zal wel goed werken als het slechts bij kleine doses wordt gegeven. Het blijft echter gif. E|n waarom? Om dat de beginselen valsch zijn en men Gods Woord .verwerpt. Alleen in gehoorzaamheid aan Gods geboden is voor ons staatkundig en maat schappelijk leven weer iets goeas te ver wachten. Het kwaad van onzen tijd is een ge volg van eén afwijking van die geboden. Wat dus allereerst noodig is, dat is de erkenning, dat niet de mensch, maar dat God regeert. Diat niet do revolutie maar dat het Evangelie de waarheid is. Voor heel het leven. En daarom ons met kracht gekeerd tegen de leugen van het ongeloof, 't zij! dit Een verhaal uit het Verre Westen. (Nadruk verboden.) —O— (18 HOOFDSTUK XIII. Een ommekeer. Het -eerste bezoek va,n den Loods aan Gwen was een groot succes geweest. Maar niemand wist beter dan 'hijzelf, dat de strijd niet kon uitblijven, want diep in Gwens hart lagen vragen verborgen, die haar bezig hielden en een antwoord eischten. „Was het God, die mijl deed vallen?" vraagde zij op zekeren dag onverwacht. Ee Loods begreep dat het oogenblik gekomen was. Haai- flink in de ooigen ziende, antwoordde hij onbevreesd: „Ja, Gwen." „Waarom liet Hij mij vallen?" vroeg zit koel. „Dat weet ik niet. Hij weet het." „Eu weet Hij ook, dat ik nooit meer za' kunnen rijden? Weet Hij hoe lang tlti dag-en voor mij zijn, en de nachten Waann ik niet kan slapen? Weet Hij dat?" komt onder den naam „democratie" of onder dien van het socialisme. Daar is onder do Rechtsche partijen over verschillende dingen verschil van inzicht. Maar ten aanzien van de Christe lijke grondslagen van ons volk staan zij naast -elkander. Juist het aanstormende ongeloof doet de samenwerking van de Christelijke par tijen tot een noodzaak zijn. En een ieder, die de kracht dezer partijen verzwakt, versterkt de kracht van het ongeloof. Waar is de versnippering. Het onderwijs wordt zoo duur, zoo roepen liberaal ©n sociaal democraat aoor de „versnippering" tengevolge van hef „sekte-geloof". Dus de Christelijke school veroorzaakt de duurte. Die cijfers spreken een andere taal. Op 15 Januari 1920 waren er 1225 Scholen met den Bijbel. 1 Januari 1925 waren er 1682. Die toename is 457 scholen. Het aan tal leerlingen vermeerderde in dien tijd met 43281. Die bevolking van de openbare school bedroeg 1 Jan. 1920 570.324. Op 1 Jan. was dit aantal mot ruim 40000 vermin derd. Het aantal openbare scholen be droeg 1 Jan 1920 3437 en was 1 Jan. 1924 lot ongeveer 3800 gestegen. Bij de" openbare scholen cïus 40.000 leerlingen achteruit, 360 scholen vooruit, 460 scholen vooruit. Derhalve de openbare school heeft over verdrukking niet te klagen. 7.ij' wordt door de leerlingen verlaten, niet door de Over heid v-e-rdrnkt. Die duro versnippering schuilt derhalve bij het openbaar onderwijs 1 Godsdiensthaat! Hoe schrikkelijk in revolutionaire krin gen de haat is tegen den Godsdienst, blijkt uit de volgende ontzettende ont boezeming die onlangs in „De Tribune" voorkwam „Wij bidden niet: Vergeef ons onze zonden. Wij zullen onszelf onz' schuld vergeven. Vergeven zal ons zijn alle schuld Op het moment Dat wij het mes tusschen de ribben Van onzen verdrukker zullen hebben gestoken. Dan zal de geest van knechtschap in ons gewurgd -zijn. Ontzettend is de haat tegen God en den Christus die hieruit spreekt- Schrikkelijk is het gevaar dat ons van die zijde bedreigt. O n t z a g 1 ij k is de verantwoordelijk heid van hen die door de kleine partijen te steunen en de A.-R. partij af te breken, spelen in de kaart van de revolutionaire partijen. Kiezers, kiezeressen, gevoelt uwe ver antwoordelijkheid- Bedenkt welke groote belangen op het spel staan. IJvert uit alle macht voor de verkie zing van H. COLIJN, No. 1 lijst 27. Het randschrift van onzen gulden. In vroeger tijden heeft men ook ken nis gemaakt met verzwakking van het geld; een methode daartoe was toen het snoeien van de munt, d- w. z. men sneed deelen van den omtrek af en wendde het afsnijdsel ten eigen bate aan. Dit euvel nam zulke groote afmetingen „Ja, lieve Gwen", antwoordde hij met trane-n in de oogen. »Zijt gij er heel zeker van, dat Hij het weet?"- vroeg zij, hem uitvorschend aanziende. „Hoor eens, Gwen", begon de Loods vriendelijk, maar zij viel hem in de rede: „Zift gij er heel zeker van, dat Hij het weet?" Antwoordt dan toch!" riep zij op haar ouden bevelenden toon. „Ja Gwen, Hij weet alles van u." „Zoo; en hoe vindt dat dan van Hem, dat Hij;, die zoo groot en sterk is, een arm meisje-als ik op die manier behandelt?Ik haat Hem. 't Kan mijl niet schelen of iemand het hoert. Ik haat Hem." De Loods bleef onbewogen. Ik was benieuwd om to weten hoe hij' het raadsel zou oplossen, waar niet alleen Gwen, maar ook haar vader en de Prins en wijl allen voor stonden, het waarom van Jijden en pijn. „Gwenzei de Loods, van onderwerp veranderende, „deed het pijn, toen zijl ja bet gipsverband aandeden?" „Of het pijn deed? Dut was nog het ergste van allesvreeselijk I Zij moesten er mij voor uittrekken, weet u"; en Gwen huiverde bij de herinnering aan die ont zettende pijn. aan, dat de welvaart van het volk er ernstig door bedreigd werd en men op tegenmiddelen zon. Men vond die door het instempelen van het randschrift- Een munt zonder randschrift was door de knoeiers gesnoeid en werd niet langer als betalingsmiddel erkend. Het randschrift diende en dient nog tot bescherming van de gaafheid van de munt. En is het nu niet opmerkelijk, dat onze vaderen het geen heiligschennis geacht hebben om onze munt te beschermen door de spreuk: „God zij met ons". De gaafheid van het geld was een be lang van de eerste orde, men verslond in die dagen zoo uitnemend, dat het geen toeval was, dat in het Onze Vader, de bede om het dagelijksch brood, aan die van schuldvergiffenis en bewaren voor verleiding voorafging, maar dat onze Hei land, die beter dan eenjg ander het men- schelijk hart kon peilen wist, dat bij bre king van den staf des broods ook de ziel gevaar, ernstig gevaar loopt; dat de rijke ontplooiing van het zieleleven schier bui tengesloten is, als het lichaam het dage lijksch brood onthouden wordt. Ook nu dreigde de gaafheid van ons geld aangetast te worden, was reeds een weinig aangetast, en dien gesnoeid en gul den wilde Troelstra dulden. Maar Colijn heeft den gulden weer in zijn gaafheid hersteld (en daartoe behoort ook het randschrift, de bede „God zij met ons") om door dien gaven gulden te redden van al de lichamelijke en daar mede onverkrekelijk verbonden ellende der ziel, die gevolg is van inflatie; opdat mede door die gaafheid van het geld het dage lijksch brood ons niet kome te ontbreken en te ernstiger opldimme uit ons hart de bede: God zij met ons- (N. L. Crt.) De plaat van den stuurman. Wie is toch op het idee gekomen om onzen Colijn uit te beefden in dat stuur- manspak, de hand aan het roer? Dat weten wij niet. Maar wie het heeft ingegeven, dat we ten wij wel. Misschien zonder het te willen, is dit dr de Vrijer geweest, de opvolger van clr Bronsveld als schrijver van de Kroniek in de „Stemmen voor Waarheid en Vre de". In het nommer van April j.l. schreef hij omtrent minister Colijn: „De verkiezingen voor "de Tweede Kamer zijn bepaald op 1 Juli. Ondanks dien naderenden datum gaat de heer Colijn voort met krachtige hand hel meest gevoelige departement te leiden. Wanneer wij op de financieel© rampen in Frankrijk letten, moet de stoere gang van den Nederlandschen minister van financiën onzen eerbied ontvangen. Ik heb zijn rede van den vierden Maart in de Eerste Kamer nog eens doorgelezen en acht dat klare, rustige taal van een man, die het roer goed vast houdt en het ook na den eersten Juli in handen moge houden." De heer 'Colijn wordt hier g^teekend als een goed stuurman, die weet in welke richting moet worden gestuurd- Laat 't ons allen een eere mogen zijn, mede te wer ken om, mocht het zoo zijn! dezen stuur man op zijn gevaarlijken post aan het roer te handhaven. Ten slotte: Ons vaderland gaat ernstige tijden tege moet; ernstig docr de klimmende harts tocht in één stand in de maatschappij; ik vrees niet voor den invloed van het „Hoe jammer, dat je vader of de Prins er niet bij was." „O maar, zij waren er alle twee bij." „Hè foed; hoe schandelijk wreed! Ge ven zij dan niets meer om je?" „Zeker wel!" riep Gwen verontwaar digd. I „Waarom beletten zij de doktoren dan niet. je zoo gruwelijk pijn te doen?" „Wel, zij lieten het de doktoren doen. omdat bet mij helpen moet op te zitten en misschien weer ©en beetje aan het loopen te gaan." „Och wat, ik vind het gemeen van ze 'er bij te staan en toe te kijken, als de doktoren jo zoo hard aanpakten." „Hè, ho© dom" riep Gwen ongeduldig. „Zij willen dat mijn rug weer recht en sterk wordt." „O! dus keken zijl niet alleen maar toe' voor de grap, of zonder eenig© reden", vroeg de Loods met een onuooizel gezicht. Gwen staarde hem in sprakelooze woede aan en hij vervolgde: „Ik bedoel, zij hebben je lief, Ofschoon zij! toelieten dat men je pijn deed; of liever, ziji lieten de doktoren je zoo'n pijn doen, omdat zij1 je liefhebben en je graag beter zonden zien." Gwen zag hem nieuwsgierig en onder volk in zijd geheel, maar wel voor den invïotn van Het volk dat begoocheld wordt door valsche leuzen. Daarom roep ik u toe: Pias op voor dein wierook. Voor den wierook der Volksvrienden, onder wie vele verkapte aristocraten zijn. Staat pal met de kruisbanier in de lucht. Laat gewetensvrijheid in alles gelden en waakt voor uw geloof. Verloochen uw beginsel niet. Schaart 'u schbUder aan schouder do k-Us betrachtend: Vreest God, eert den Koning. Geeft U niet over. Toen de Coligny te St. Quentin opge sloten door de Spanjaarden uit het vijan delijke kamp een pijl ontving, waaraan een band bevestigd was met de woorden: „Geeft U over, want de nood is bijl u op het hoogst", nam hij ook een band, bond dien aan een pijl, en zond hem weder over den muur tot zijn belegeraars met 't opschrift: Wijl geven ons niet over, want wij hebben een Koning. Diat antwoord zij ook 't, onze aan on geloof en revolutie. De aardbeving in Amerika. Volgens berichten uit San Francisco heeft de aardbeving zich ook in Califor- nië doen gevoelen, en is o.a. de verbin ding met Santa Barbara geheel verbro ken. In Santa Barbara moet veel schade zijn aangericht. Alle openbare gebouwen en drie hotels in deze plaats zijn in gestort. Een vloedgolf overstroomde ook de laag gelegen landen. Er braken twee branden uit, die echter geen verder on heil hebben aangericht. Uit Santa Barbara in Californië wordt gemeld, dat daar reeds 65 dooden zijn gevonden. Men vreest, dat er tengevolge van den vloedgolf nog meer personen om gekomen zijn. De samenzwering in Bulgarije. De „Montagmorgen" verneemt uit Boe dapest, dat het militair gerechtshof in Sofia opnieuw zes doodvonnissen uitge sproken heeft. De overige beklaagden werden tot zware kerkerstraffen veroor deeld. Het gerechtshof heeft bovendien het vermogen van Stamboelinski ten gunste van den staat in beslag genomen. Het be staat uit acht landgoederen, een villa en 2 millioen Zwitsefsche francs, 200 000 Fransche francs, 15.000 Tsjechische kro nen, 620 pond sterling en 2 millioen Bul- gaarsche Je was. Ook het vermogen van zijn schoonzoon werd geconfiskeerd- Uit China. De laatste twee dagen zijn er uit China geen nieuwe berichten van uitbarstingen gekomen. Te Hongkong beeft de gouver neur de vrijwilligers gemobiliseerd en de ordonnantie tot handhaving van rust en vrede met kracht verklaard- Volgens offi- zoefcend aan, totdat eindelijk een licht voor haar opging. „Bedoelt u", begon zij voorzichtig, „dat God mij liefheeft, hoewel Hij mij liet vallen?" De Loods knikte toestemmend. Hij durfde zijn eigen stem niet vertrouwen, „Ik zou wel eens willen weten, of dat wezenlijk waar is", zeide zij peinzend. Die Loods zweeg. Kort daarop namen wij afscheid en reden weg, hij, afge:- mat en lusteloos; maar vol goeden moed, want ik begon een weinig licht te zien voor Gwen. De strijd was echter bij lange na niet volsteden; eigenlijk was hij nog nauwe lijks begonnen. Want toen de herfst in 'tland kwam, die in dit prairie-land mis schien het mooiste seizoen is van de vier, keerde de oude rusteloosheid terug en het machteloos verzet tegen haar lot. Eindelijk brak de dag aan van de herfst- afrekening. Waarom moest zij hier ziek liggen, terwijl iedereen er heen ging en men het druk had met het opjagen van het vee? Die Prins bood aan bij haar te blijven, maar zij zond hem i weg en dat niet op een lieve manier. Zïji ver veelde zich schromelijk en verging van verlangen, en wat het ergste was van alles, de zwaarste van alle lasten begon cieel bericht is het gedrag van de Euro- peesche bevolking bewonderenswaardig en de verantwoordelijke Cbineezen heb ben veel hulp geboden. De oproep voor bijzondere politieagenten is op geestdrif tige wijze beantwoord en vooral de Ame rikanen zijn in massa daarvoor opgeko men. De stakers zijn volgens den gouver neur zeer weinig geestdriftig en handelen alleen door druk van uit Kanton. De ver betering van den toestand te Sjanghai blijkt uit het feit, dat 80 procent van de winkels weer geopend zijn. Maar later op den dag werd .er toch weder veel met steenen geworpen en de politie moest verscheidene malen ingrijpen om de me nigte uiteen te jagen- De1" staking te Shanghai is niet alge meen meer. Alle winkels worden hero pend, doch de scheepvaart ligt nog ge heel stil. Ook do Japansche en Britsche katoenfabrieken zijn nog gesloten- De radicale elementen die de algemeene staking en den boycot van vreemdelingen ondersteunden, trachten de werkwilligen door vreesaanjaging te verdrijven. Groote menigten Chineesche stakers en oproerlingen drongen de internationale nederzetting binnen en wierpen naar de trams met steenen om deze te doen stop pen. Zij werden door de politie uiteen gejaagd. Korte berichten. Nabij het station Friedrichstrasse te Berlijn is een man gearresteerd, die cocaïne verkocht. Hij bleek in het bezit te zijn van een lijst waarop de namen van vijf bekende Berlijnsche vrouwenartsen stonden en voorts van een groote hoe veelheid recepten, door die artsen onder teekend- De handteekeningen bleken ech ter te zijn nagemaakt. Uit Boedapest wordt gemeld, dat zich Zaterdag te Nagykanizsa hevige aard schokken hebben voorgedaan. De muren van verscheidene huizen zijn gescheurd en schoorsteenen zijn omgevallen. Een vrouw is gewond- In September a.s. zal te Antwerpen een tentoonstelling worden gehouden, die gewijd zal zijn aan de geschiedenis van de Schelde. Er wordt reeds verscheidene dageö zwaar gevochten in het Oostelijk gedeelte van de grens tusschen Frankrijk en hef Riffgebied (in Marokko). De Riffs trach ten den weg tusschen Fez en Taza af te snijden. De vijand werd over de geheele linie teruggedreven na een gevecht van man tegen man. Ook in de Spaansche zone werd hevig gevochten. De Spanjaar den boekten ten Oosten van den Te- toean-Rio-Martin-weg groote successen. De vijand werd teruggedreven tot drie mij len van Tetoean. Paul Boncour, de eerste gedelegeerde van Frankrijk ter conferentie inzake den internationalen wapenhandel heeft, het protocol betreffende den shemischen en haar te drukken, de wetenschap, dat haar leven een last was voor anderen. Het was mij een ware opluchting, toen de Loods binnenkwam frisch en opge wekt, een bos veldbloemen in de hand. „Ik dacht wel, dat ze allemaal uit zouden zijn", riep hij- „Waar denk je dat ik deze vond? Bij! den grooten olm", en ofschoon hij! aan de strakke somber heid van haar gelaat zag, dat de storm in aantocht was, liet lig! zich! niet af schrikken, maar- schetste de Rotsvallei in de volle pracht van haar najaarstooi. Ditmaal had het echter geen vat op haar. Haai hart was buiten op de heu velhellingen, waar het vee bijéénverga derd was. Zij zag ze de koppen, schudden, zij hoorde ze de horens rammelend tegen elkander stooten, en op een toon, zoo ongeduldig mogelijk, riep zij: „O, ik ben er misselijk en wee van! Ik wou rijden! Ik wou het vee en het volk zien, en en'en alles buiten." De Loods vond zelf het opjagen van het vee opwindend genoeg om het ver langen te kunnen begrijpen, dat aan haar hart "knaagde, het smachtend verlangen naar een wilde jacht achter de kalveren of jonge stieren, maar hij! kon nietsi anders zeggen dan: „Geduld, Gwen. Probeer ge duldig te xijln." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1925 | | pagina 1