BIGGELAAR'S TABAK. Woensdag 10 Juni 1925 39e Jaargang Merk American Bay. No 210 DE HEMELLOODS. Verbrande Huid Tweede Kamerverkiezingen. Buitenland. Woensdag 1 Juli 1925. Onze Candiüaten. FEUILLETON. Deze tabak bestaat in hoofd zaak uit lichtbruine Amerikaan- sche tabakken, welke door bun aangenamen pittigen smaak een genot voor de echte rookers vormen. Drukkers-Exploitanten OOSTERBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Lange Vorstsiraat 68—70, G»es Tel.: Redactie no. 11; Administratie no.58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. ÜHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 ve Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f3. Losse nummersf0.05 P r ij' s der Advertentie n: 1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ot Bij abonnement belangrijke korting. Pa v. d. Steur. Nog ontvangen van fam. de K. te Kr. f 3.60. Totaal f 14,80. Vrijdag zenden wij af. (Wij hopen dat deze zaak eens beter aangepakt wordt dan nu door de pers geschiedt. „Het Vaderland" o.a. ontving nog slechts f0.60. Red. Zeeuw.) 1. H. COLIJN te 's-Gravenhage. 2. V. H. RUTGERS te 's-Gravenhage. 3. TH. HEEMSKERK te 's-Gravenhage. 4. J. J. C. VAN DIJK te 's-Gravenhage. 5. L. F. DUYMAER VAN TWIST te 's-Gravenhage. J. SCHOUTEN te Rotterdam. 7. E. J. BEUMER te Utrecht 8. H. VISSCHER te Huis ter Heide. 9. J. A. DE WILDE te 's-Gravenhage. 10. C. SMEENK te Arnhem. 11. A. ZIJLSTRA te Groningen. 12. J. G. SCHEURER te Ermelo. 13. H. BIJLEVELD te 's-Gravenhage. 14. C. v. d. HEUVEL te Nieuw-Vennep (gem. Haarlemmermeer). 15. H. A. LEENSTRA te Heerenveen. 16. T. HEUKELS te Rotterdam. 17. A. COLIJN te Nieuwer-Amsfel. 18. G. HOFSTEDE te Blokzijl. 19. H. AMELINK te Utrecht. 20. H. A. DAMBRINK te Utrecht. Nummering der Candidatenlijsten voor de Kamerverkiezingen. Gisteren heeft door het Centraal Stem bureau de nummering plaats gehad voor het Centraal Stembureau voor de inge leverde candidatenlijsten. De volgende nummers zijn toegekend aan de verbonden lijsten in alle Kies kringen, dus ook in Kieskring XII (Zee land). 1 R. A. C.Kits. In de Kieskringen 3 5—6—7—9—10—11 en 13; 2 Vrijdenkers: van Veen van Hoving; 3 Middenst.; de Booy enz. 4 Bezuinigingspartij: v. d. Mijle; 5 Herv. Ger. Staatspartij: Lingbeek; 6 R. A. C.Kits. In de Kieskringen 14 15—16 en 17; 7 Pensioenactie Partij: Hendrikse; 8 Chr. Dem. Federatie: Staalman; 9 Prot. Volkspartij: v. d. Laar; 10 Soc. Partij: Kolthek; 11 Comm. Partij: de Visser en Wijnkoop; 12 S. D. A. P.; 13 SportpartijOlij 14 Chr. Hist. Unie: Schokking; 15 Plattelandersbondde Boer; 16 Plattelandersbond: Braat; 17 Dem- Partij: Heeres; 18 Grondpartij: Zevenster; 19 Nieuwe Nat. Partij: de Leeuw; 20 A dualisten: Schouten; 21 Rev. Arb. Com.: C. Kits. In de Kies kringen 18—12 en 18; 22 Vrijz- Dem. Bond: Marchant. 23 R.-K. Staatspartij; 24 R.-K. Volkspartij: Arts; 25 Lijst Ter Hall; 26 Vrijheidsbond; 27 Anti Rev. Partij: Colijn; 28 Vaderl. Verb.: Viruly, enz.; 29 Staatk. Ger. PartijKersten. In verscheidene andere kieskringen, doch daar is onze kieskring (XII) niet bij, hebben nog zelfstandige lijsten, totaal ne gen, nummers gekregen. Er zijn dus in 't geheel 38 lijsten; doch de candidaten- lijst die in onze omgeving geldt, telt er Een verhaal uit het Verre Westen. (Nadruk verboden.) 18) -o- Ik maakte den brief open, wilde be ginnen: „Mijn lieve beste David", maar mijn tong weigerde haar dienst, ik kon geen woord uitbrengen. Moore slak zijn hand uit en nam den brief van mij over. De Prins stond uit bescheidenheid op en wenkte mij, dat ik hem zou volgen, maar Bruce hield hem tegen. Dtas ging hij weer zitten, bet hoofd diep voorover gebogen, terwijl Moore den brief voorlas. Zijn stem bleef helder en vast, totdat hij aan de laatste regels kwam. „En o, David, beste jongen, als uw hart ooit naar huis terug verlangt, denk er dan om, dat de deur altijd open staat, en dal wij ons allen van harte zullen verheugen over uw terugkomst." Bruce- lag onbeweeglijk, en uit de ge sloten oogen rolden dikke tranen. Dat was zijn afscheidsgroet aan haar, wier liefde zijn sjingerend levensscheepje tot (Vervolg.) (blauwe zak, wacht U voor namaak) Zie volgende annonce. 29, waarvan die van H. COLIJN no 27 is. De nommers 1, 3, 6, 7, 13, 18 en 19 komen op de lijst van den kieskring XII niet voor, zoodat op de Stemkaart iu onze provincie 22 lijsten zullen voor komen. Eigenaardig is dat nagenoeg alle groote partijen bij elkander staan van 22 tot 27, n.l. V.D., R.K., V-B. en A.R" Hoe imen de kiezers voorlicht. (IV) Pas cip de zakkentailers, zegt „Stemt. Rood", moest er op 1 Juli op een bordje bijl elke stembus staan. „Op de Roomsch-Katholieken, de ChristelijkJiistorischen en Ae Anti revolutionairen namelijk, die ons de tariefwet van 1924 bezorgd hebben. HoUdt ze in de gaten." Waarom zouden ze zakkenrollers zijn? Omdat ze je indirecte belastingen op leggen. „Want bij de gewone inkomstenbe lasting betaalt-de man met het groote inkomen een hooger percentage, dan de arbeider, die weinig te missen heeft. De gezinnen met veel kinderen betalen beduidend minder dan die met weinig of geen kinderen. Twee goede gedachten." Wat eenreuzen-zakkenroller is de heer Wibaut, de sociaal-democratische wethou der van financiën van Amsterdam dan! Want die sleept zoo stiekum weg 9 millioen gulden per jaar winst uit de be drijven in de wacht. Dat is ongeveer dertiep gulden per hcofd der be volking. Inderdaad dat mag „Stemt R.cod" noemen Stiekeme belasting. De rijke betaalt niet meer dan de arme. Maar de groote gezinnen bloeden 'tergste. Dat begint des morgens, als je, pas Uit bed, je gaat wasschen bij de waterkraan al! En dat eindigt eerst 's avonds, als je, weer in bed stap- een anker was geweest en het behoed had voor een volkomen ondergang. Hij nam den brief uit Moore's hand, bracht hem met moeite aan zijn lippen, wees op het Nieuw Testamentje en zeide zwaar ademhalend: „Netals in de gelijkenis. Ik behoef waarlijk niet bang te zijin .-. wel?" „Neen, neen", zei Moore1 hartelijk en bemoedigend, hoewel de Vanen hem langs de wangen liepen. Wie met waar 'berouw tot Hem komt, zal niet afgewezen worden. Bruce's blik viel op mij. Ik boog mij over hem heen. „Zeg haaren", meer kwam er niet. „Wat moet ik haar zeggen?" vraagde ik en probeerde hem nog tot spreken te krijgen. De boodschap werd echter rooit gegeven. Hij tastte met zijn hand naar den Prins, totdat zijl diens haar aanraakte Die Prins hief zijn hoofd op en keek hem aan. Toen deed hij iets, ter- wille waarvan ik hem veel vergaf. Hij boog zich over den stervende en drukte een kus op het bleeke voorhoofd. Het licht kwam terug in de doffe oogen hiji glimlachte notg eenmaal,, en met dien glimlach ging hij over in het andere leven. Door bet geopende raam kwam een geur van pas ontloken rozen naar .binnen, gedragen door den koelen mor- pend, het knipje van het electrisch licht omdraait! Maar alweer, je merkt het niet. De belasting wordt bij de bron be taald. En ze wordt op den prijs gelegd. „Houdt, ze in de gaten!" die oolijke soc. democraten Past op de zakkem-ollers R. A. den O. Een protest. „Ik kan heel goed gereformeerd zijn en S. D. A. P.'er", sprak onlangs een voor man vah de S. D. A. P. op een verkie- zingsdebatavond te Apeldoorn. Maar weet die man wel wa.t hij zegt? Zou hij denken dat er ook maar één gereformeerde is, die tot een partij zou willen en durven behooren, waarvan een der leiders in „Het Volk" oproerige krab bels schrijft, zooals bijvoorbeeld die uit „Het Volk" van 8 on 9 Juni. Vooral eerst genoemde krabbel is er een zoo in-vuil, dat zelfs de slapste gereformeerde, in dien hij den moed heeft hem heelemaal uit te lezen, zal moeten zeggen dat deze krabbel moet ingegeven zijn door den duivel- Is er nu toch geen enkele nobele geest in de S. D. A. P., die tegen de gemeene profanie van dezen onheiligen zoon van Abraham en inzonderheid tegen dezen schunnigen krabbel durft protesteeren? Zou de lieer A. B. Kleerekoper het soc.-dem. Kamerlid die Vrijdag te Vlis- singen over „geloof" zal spreken, het niet willen doen? Hij schijnt er ons de aan gewezen man voor, om dien ongelikten krabbelaar, ten aanhoore zijner geestver wanten, eens op zijn plaats te zetten* (Aan Zijn Hoogedelgestrenge is dit no. van ons blad toegezonden.) Spoorwegen en Zondagsrust. Indien bet bij de verkiezingen ging orn bet tegenwoordig ministerie, dan zouden wij dat betreuren. Wel zijn er ministers hij, die wij noode zouden zien heengaan; doch niet alle zijn menschen naar ons hart. Zoo onder anderen de minister van waterstaat: minister van Swaay. Deze bewindsman heeft ons niet voldaan hierin dat bij getrouw is geweest aan zijn roe ping tegenover den Zondag in verband met liet Spoorwegverkeer. Tot tweemalen toe in het laatstverloo- pen jaar heeft hij pleizier trein en op Zon dag toegestaan, waardoor hij, in de eerste plaats, zij 't ook indirect, de ontheiliging van den Dag des Heeren in de hand werkte, en in de tweede plaats de beamb ten van de Staatsspoor des Zondags aan overtollig Zondagswerk hielp zetten. En nu weer wekt hij onze verbazing door te gedoogen dat voor dit Zomer seizoen de Zondagstarieven voor het spoorwegverkeer weer zijn verlaagd- Nu behoeft een gansch kabinet niet aansprakelijk te zijn voor hetgeen een zijner leden doet, maar indien 't bij deze verkiezing om het behoud van dit kabinet ging. zouden wij toch tegen dezen inzet opkomen, tenzij die zaak met den mi nister van Waterstaat eerst in orde kwam. Maar 'tgaat niet om dit kabinet. Het gaat alleen om de bewaring van de gees telijke grondslagen van ons volksleven. Hiertegen willen wij de gansche Anti- Revolutionaire paxtijd zien getuigen. En hoe meer getuigenissen, hoe beter. Geschiedt dit nu oiok van de zijde der overige dhr. partijen, en uit deze gezamenlijke actie kou een Ghr. kabinet genwind, die kachtkens, streek langs het bleeke gelaat op het kussen. Dat trof mij. Hij kwam uit het Morgenland. Weder deed de Prins iets bewonderens waardigs. Over het bed heen reikte hij den Loods de hand. „Mijnheer Moore", zeide hij hoffelijk, „gij zij t een moedig man en een goied man. Ik vraag u ver geving voor veel onbetamelijks." Meore nam de uitgestoken hand in de zijne, drukte die hartelijk, en zei met trillende stem: „Zeg maar niets meer, ik kan het niet goed hebben". „En club van de Edele Zeven zal geen vergadering meer houden", zei de Prins met een treurig lachje. Toch is er weer spoedig een bijeen komst geweest, maar bij die gelegenheid was de Lc.ods voorzitter, en er werd geen kaart gespeeld. „De Loods had vat op hen gekregen" zooals Bill zei. HOOFDSTUK LX. G w en. Toen ik pas in Laag Heuvelland was, had ik ai heel gauw over Gwen hooren praten. Er waren allerlei verhalen over haar in omloop. Niet zoozeer bijzonder heden, maar men kon best merken, dat zij een persoontje van gewicht was. Zq voortkomen, dat bovenal rekent met de geestelijke belangen en daarnaast in den geest van minister Qolijn werkzaam kan zijn aan het herstel en de bewaring onzer nationale kracht en het vertrouwen op de geldmarkt, dan zou de. geringe moeite, die de kiezers zich dan zullen hebben getroost, rijk beloond wezen. Slaagt dat pogen niet, dan zullen wij over eenige maanden een kabinet van Links lijk zijn, hetwelk met de geestelijke grondslagen van ons volksleven niet zal rekenen, en de Zondagsrust op de Neder- landsche spoorwegen niet zal bevorderen. Eien artikel in de Telegraaf wijst al in die richting. Nog niet. Eindelijk is er dan toch weer eens een kiezer in den lande opgestaan, die de vraag ter sprake bracht, of de Anti- Revolutionaire en Ghr. Hist, partijen niet behooren te zoeken om te komen tot her- eeniging. Het was de Chr. Hist, heer ter Borg uit Apeldoorn, die deze vraag motiveer de met den noiod der tijden, en haar richtte tot den spreker van dien avond: den oud-minister De Geer. De heer Die Geer heeft, blijkens een beknopt verslag in „De Nederlander" de vraag ontkennend beantwoord. Hij herinnerde daarbij aan Von Moltke's bekende strijdadvies„Getrennt marschie- ren, vereint schlagen". (Geschieden op trekken, vereenigd slagen (of slag leve ren). Het komt ook ons voor, dat dit de eisch van het oogenblik is. Maar de vraag blijft op het repertoire: Moet het eindelijk niet tot hereeniging komen van wat bijl een behoort? Is da Costa's „Toenaadring eischt Gods orde en dezer tijden nood" uit het jaar 1848 nu al niet lang genoeg een jjid-ele klank geweest? Onvaste staatkunde. Prof. van Embden noemde in 1923 een eenzijdige nationale ontwapening een po litiek van de „open deur en in 1924 eischt hij deze eenzijdige nationale ont wapening, en het vrijzinnig democratische program zegt hem dit na. Troelstra noemde tijdens den oorlog de eenzijdige nationale ontwapening „pure demagogie"; en thans is een der punten op het verkiezingspregram zijner partij de al geheel e ontwapening. Vergissingen. Bij de Algemeene Beschouwingen over de Staatsbegrooting zijn door Staatslie den van Links weer enkele „onjuistheden" gezegd, die moesten achterhaald worden. Natuurlijk kwam er critiek op de wijze waarop minister Colijn de reusachtige taak heeft volvoerd om de begrooting, die vorig jaar met een tekort van 130 miljoen sloot, weer sluitend te maken* Oud, een der woordvoerders van de vrijzinnig-democraten, beweerde, dat eigen lijk een kind het ook wel zoo gekimd had. Men is genciga te vragen, waarom er dan in de heele Kamer en in zijn partij geen enkele man was die zich tot de hoogte van een kind kon opwerken om ditzelfde of oen ander plan den minister, aan de hand te doen. Marchant, de leider der vrijzinfiig; democraten, trachtte den minister te be duiden, dat 't maar een schijntje was, hetwelk hij bezuinigd had en gaf daartoe een berekening, waarbij hij zich een slor dige dertig miljoen vergiste, omdat hij woonde ver van liet middelpunt der be schaving, in den Reisgids aangeduid als Zwaankreiek, maar in 't gewone spraak gebruik Latours toko geheeten, ver weg tusscheu de heuvelen rondom 't Dui velsmoer. Haar vader had daar een hoeve en uitgestrekte bezittingen wier grens zij nooit overschreed. Sommigen van de man nen hadden echter wel eens. een kijkje van haar gehad en beoordeelden haar, naar hetgeen zij gezien hadden. „Hoe -ziet zij er uit?" vraagde ik Bill op zekeren dag, in de hoop dat ik er hem toe zou krijgen mij een beschrijving van haar te geven. „Hoe ze er uitziet? Ja laat eens kijken 'tls mei er eentje!" „Hoe ziet zij er uit, bedoel ik. Beschrijf mij haar gezicht en haar heele uiterlijk eens." „Haar beschrijven?" Hij dacht een .oogenblik na, keek eens naar de lucht, alsof hij daar het antwoord hoopte te vinden, en zei toen: „'k Weet het niet". „Weet je het niet? Wat bedoel je? Heb je haar dan nooit gezien?" „Jawel; maar ik weet niets, waar zij op lijkt." Daar bleef het hij. Ik gooide het nog eens over een ande ren boeg. „Nu goed dan, wat voor soort door de Zpn, Smetten en Stukloopen vaa de Huid. Gebruik Purol. Doos 30 cents. het bedrag der nieuwe belastingen twee maal berekende. Schaper, de woordvoerder der sociaal democraten, bestreed de regeering met de opmerking dat de militaire begrootin gen een bedrag van 150 miljoen verslin den. Hij vergiste zich echter 50 miljoen. En toen hem hierop gewezen werd, hij had namelijk de cijfers van Waterstaat bij de Marinebegrooting geteld! ver ontschuldigde hij zich met de opmerking dat zelfs een meesmeisje zulk een vergis sing kon begaan. De verzachtende, heelende en genezen*- de .ejgenschappen van Foster's Zalf ver drijven spoedig eczeem, liuidschilvering en alle jeukende huidziekten. Inderdaad een probaat geneesmiddel. Per tube fl. (5) Het antwoord aan Duitschland. De antwoordnota aan Duitschland in zake het veiligheidspact zal vandaag in hoofdlijnen worden vastgesteld. Frankrijk zal het pact officieel aanvaarden, doch daarbij constateeren, dat. het pact op geen enkel punt de bepalingen van het vredesverdrag kan vervangen. Voorts wordt vastgesteld, dat iedere vijandelijke handeling van Duitschland tegen een der onderteekenaars van het verdrag als ca sus belli zal worden beschouwd. Frankrijk behoudt zich het recht voor te allen tijde over den Rijn te trekken, indien Duitschland Polen of Tsjecho-Slo- wakië aanvalt. Engeland behoudt zich echter voor een dergelijk geval zijn vrij- heid van handelen voor. De grenzen, door het vredesverdrag vastgesteld, kunnen door geen scheidsgerecht worden ge wijzigd. Tenslotte wordt Duitschland nogmaals uitgenoodigd, om tot den volkenbond toe te treden en het voorbehoud gemaakt* dat het pact eerst in werking zal' tre den, als Duitschland lid van den bond is geworden. Bijna geheel de Duitsche pers en de publieke meening staan afwijzend tegen over de Fransch-Engelsclie overeenkomst. De ontwapeningsnota, zoo zegt „de Zeit", en de zekerheidsnota openen voor Duitschland een nieuw tijdperk van ver drukking. Sauerwein heeft een paar da gen geleden in de „Matin" al een paar woeste bedreigingen laten hooren voor het geval Duitschland het pact niet wil slikken. Welnu, het wil het niet slik ken en evenmin wil' het een pact tee kenen, waarbij alleen de veiligheid van Frankrijk gewaarborgd wordt. Wanneer men een overeenkomst tot stand wil brengen in staat den Europeeschen vrede werkelijk te dienen, dan moet die over eenkomst het product zijta van den vrijen wil van gelijkberechtigde deelnemers. De oorlog in Marokko. Het bericht, dat Painl'evé naar Toulouse is vertrokken om verder per vliegtuig naar Marokko te gaan, heeft te Parijs een zekere onrust verwekt. Men vraagt zich af, of de Marokko-zaken niet veel' slechter er voor staan dan de officieel© tijdingen het wel doen voorkomen. Er wordt echter vernomen, dat Painlevé naar; Marokko is vertrokken om zich op de van haar heeft zij? Zij heeft toch haar op het hoofd, zou ik denken?" „Haar? Dat zal waar zijln, en een boel ookl" antwoordde Bill, verontwaar digd over zulk een onnoozele vraag „El lenlang! Rood!". „Laat naai- je kijken!" viel Hi uit. „Rood? 'tis net zoo mi-n rood als het mijne." Bill beschouwde Hi's haar met een opmerkzamen blik. „Welke kleur zeg je dat jouw ragebol heeft?" vraagde hij voorzichtig. „Dat doet er niet toe. 'tls niet rood in elk geval." „Rood? Neen, dat zou ik ook zoo denken", en Bill lachte lang en hartelijk; „Rood, sapristi! Neen, Hi", vervolgde hij op eenmaal weer bedaard, en met een ernstig gezicht den haardos van zijln vriend bekijkende, „je haar is niet rood, laat je dat nooit wijsmaken." Ik probeerde hem weer terug te bren gen naar ons uitgangspunt en voort te gaa,n met de pas begonnen beschrijving van Gwen's uiterlijk, maar het gelukte mjij niet. Hi. vatte echter met plezier den draad op. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1925 | | pagina 1