OOSTERBAAN LE COINTRE - GOES Uit de Pers. Gemengd Nieuws. GEHEEL NAAR DE EISCHEN DES TIJDS INGERICHT. GROOTE ZOOWEL ALS KLEINE ORDERS, WORDEN IN DEN KORTST MOGELIJKEN TUB, KEURIG UITGEVOERD BOEK-, KUNST- EN HANDELSDRUKKERIJ PAPIERHANDEL TELEFOON No. 58 ADVERTENTIEBUREAU BILLIJKS PRIJSBEREKENING De beantwoording der eerste vraag door vele ouders toont hoe ze, zwichtend voor de macht der „omstandigheden", zich van hun plaats laten dringen. Spr. noemt als zulke „omstandigheden" het geld- verdienen door vele grootere kinderen, het buitenshuis vertoeven, hetzij in een dienst, hetzij op een school, alsok het groot aantal clubs, die ontspanning bie den. Niettemin klemt de eisch: voedt ook uw groote kinderen op. Spr. wijst op de veranderingen, lichamelijk en gees telijk, in deze jaren, die de jeugd als in een branding brengen, waar ze doorheen- geloodst moet worden. Doch evenzeer zijn het de gevaren van buitenaf, die roepen om bescherming ,en steun. De machtigste bescherming verleent het gezin, waar men niet mee doet met wat de wereld den „goeden toon" noemt, doch waar de eisch van Gods Woord van het Koningschap van Christus in alles geëerbiedigd wor de, waar men ook niet verlaat het pad der Christelijke soberheid. Als gevaren voor de opgroeiende jeugd noemt Spr. datgene wat ze hooren en zien in hun omgang met medeleer lingen op school. Gelukkig wanneer warmte van Christelijke liefde het den vuilen wasem onmogelijk maakt, te blij ven hangen. Voorts de bladen. Verder het gevaar van de straat, de groote spotzieke, de groote onbarmhartige, de groote revolutionaire, geweldige factor in de macht des Boozen. Daarna de boe ken, niet slechts de onzedelijke, doch ook de zjg. p op u 1 ai r-w e te nschap pel ij ke uit allerlei bibliotheken, waarop geen Christelijke keur toegepast wordt. Ten slotte allerlei gevaren in handel en be drijf, waar toch allerwegen praktijken toe passing vinden, die eerlijke menschen van vroeger zouden hebben doen blozen. Ein delijk wijst Spr. in dit verband nog op de roeping, welke de Christenen gemeen schappelijk hebben ten opzichte van elkan der. Onder de opvoedingsmiddelen stelt Spr. bovenaan de liefde. De Christelijke ouderliefde, die kracht zoekt in het ge bed vóór en met de kinderen, doch hun ook wijst op de noodzakelijkheid van het gebed door hen zelf. De liefde, die zich openbaart in de Christelijke tucht, die niet raast en tiert, doch de kinderen den eisch van Gods recht doet gevoelen. Voorts wijst Spr. op de onderwijsmoge lijkheden en staat als vanzelf stil bij het U.L.O., waarom het leven gaat vragen, niet voor allerlei baantjes, doch opdat er een goedbewerktuigde Christelijke maatschappij groeie uit de jeugd van thans. Terloops merkt Spr, over de Zon dagsschool op, dat ze als evangelisatie middel talloozen kinderen ten zegen was en is, doch als surrogaat der Christe lijke huisopvoeding z.i. absoluut is af te wijzen. Daarna bespreekt inl. nog het Christe lijk vereenigingsleven, staat uitvoerig stil bij de Jongelingsvereeniging, minder uit voerig bij de Knapenvereeniging, ten op zichte van welke laatste hij de gedachte toejuicht haar van een oudervereeniging te doen uitgaan. Heeft een ouder, wat be treft de J. V., bij zijn zonen sterk aan te dringen op aansluiting; wat betreft de K.V. heeft hij zijn jongens eenvoudig te sturen. Een geanimeerde bespreking volgde op dit referaat. De presidente dankte den spreker, waarna deze in dank gebed voorging. De Staatkundig Gereformeerden en het pensioen. In „De Rotterdammer" verschenen de zer dagen een tweetal artikelen van den lieer Wi. v. d. Have te Ilillogersberg. Deze schrijver is lid der gereformeerde gemeente (oud-gereformeerden) te Rotter dam. Zijn opmerkingen hebben derhalve wel eenige waarde. Zijn laatste artikel moge in dit Persoverzicht een plaats worden ingeruimd. In mijn laatste ingezonden stuk schreef ik over de Staatkundig Gereformeerden en de Pensioenwetgeving. Ik meen er in geslaagd te zijn om aan te toonen, in welk een penibele positie zich de St. Geref. bevinden. Ze ijveren zeer tegen de „zegeltjesplakkerij", ingevoerd om aan invaliden en ouden van dagen een be- Natuurlijk waren het niet steeds de bedrijfs-attributen, die bij den bakker uit hingen. Omstreeks 1700 was bij, den bak ker in „de Koning van Engeland" bij de Braak (Nieuwezijlds Kolk) het luifelschrift te lezen: In de Koning van Engeland, leest het vrij overluit. Men verkoopter goet broot en bakt harde beschuit Hjj van zijn kant had n.l. niets aan het oude uithangteeken veranderd, gelijk zoo vele andere bedrijven mede de vroegere bakkers-distinctieven lieten zitten en zelfs vcortzitten. Luifels van bakkers echter bezit onze stad geen enkel© meer, anders hadden we misschien nog hier en daar tot lectunr wat Jeroense einde 17de eeuw op den Lindengracht las: Misgunt geen Bakkers winst, g'y goede' en iua.de lien: Sy arbeiden het broot met lichaam, voet en knien, ir i een op de eerste waarneming weinig sma kelijke voorstelling, maar op hygiënisch gebied waren de klanten va.n „de Koning van Engeland" ongetwijfeld niet heel fijn scheiden rente, een pensioentje te kunnen uitkeeren. Ze verklaren zich bij monde van hun Kamerlid tegen de Pensioenwet geving, die invaliditeits-, ouderdoms-, we duwe- en weezenpensioen regelt voor ambtenaren in dienst van Rijk, provincie, gemeente, waterschap en polder en daar mede gelijk gestelde instellingen. Maarwat het laatste betreft tege lijkertijd hebben leden van de S. G. P. en menschen die met de haar leidende gedachte sympathiseeren jaren en jaren geleefd onder die Pensioenwetgevingi daaraan allerlei pensioenaanspraken ont- leenende in vooruitzicht of reeds in de practijk, zonder eenig gemoedsbezwaar, maar veel meer zich verheugende, omdat ze tot een positie waren gekomen die zoo zeker leg dp dit woord nu eens nadruk mogelijk is, zoowel voor de toekomst als voor liet heden. Nu zegt de S, G. P.„Ik ben niet tegen pensioen, maar tegen het stelsel, waar door het pensioen tot stand komt." Die uitspraak moest hoodzakelijk ko men, maarmaakt de positie van de S. G. P. al moeilijker. Ze verzuimde er van het begin af op to 'letten, dat Invaliditeits- en Ouder domsrente een andere naam is voor pen sioen, gevolg van hare onbekendheid met den stand van onze huidige maatschap pelijke ontwikkeling en het daarin aan de orde zijnde zeer belangrijke vraagstuk van de „rechtspositie van den vierden stand". Dat de overheid aan hare dienaren bij 't intreden van invaliditeit df ouderdom gevoelig, misschien ook wol om de over weging, dat bet dus bearbeide brood toch nog gebakken moest worden. Veel dat met het brood in nauwer of ruimer verband stond, was in Oud-Am sterdam bij den weg op te merken. Do onderscheidene huizen met de „Tarwe- acker", de „Mèelbaal", „de Landman", „de Korendrager", „de Buylkist", e.a. konden er getuigenis van afleggen. Den toenaam „Amsterdamsche koeck- eters" hebben de burgers van Ae hoofd stad niet ten onrechte gekregen. Al vroeg heetten ze „sonderlinghe snoepers" en hun respect voor „Sinterclaes mit (of om sijne uytgekenrde soeticheden ende slie- kerdemicke" is bekend. Even bekend was hun traditioneels Bagynekoeck. De heele steeg, die tliarts, na Ae nieuwste ver- doioping, Hermietenstraat heet, droeg er in de zestiende eeuw den naam Bagyne- koekstecg van. Een andere befaamde Am sterdamsche koeksoort was tie hijllikma- ker. Justus van Effen vertelt, dat in zijn tijd „heele troepen" naar de Schouten- steeg trokken om er de zoo begeerde hijjikmaker te koo'pen. In de Utrechtse tic dwarsstraat 113 stond nog tot op onzen lijd onder de afbeelding van den koek- kunstenaar „17 In de Keiekkebakker 15' te lezen, terwijl in dienzelfden tijd. op den gelde aanspraken. Het was van sympathie en antipathie, van allerlei luimen en bekrompen inzichten niet langer -afhan kelijk. Er js dus in 1913 met de gemeenten en het gemeentepersoneel iets soortgelijks geschied, als later met de particuliere werkgevers en werknemers, toen ze onder de Invaliditeits- en Ouderdomswet zijn gebracht. Een principieel onderscheid bestaat er ten deze niet. De gemeenten en het gemeentepersoneel kwamen onder wette lijke verplichtingen. Ze kwamen onder een stelsel van peusioenvërzekering, ge heel gebouwd op verzekeringskundige gronden. Zij, die afstand deden van uit zicht op weduwe- en weezenpensioen, waartoe de mogelijkheid bestond, veran derden voor zich aan dat stelsel daarmee niets, omdat ze daaronder toch bleven voor invaliditeits- en ouderdomspensioen. Alleen door algeheelen afstand van al les gesteld dat die mogelijk ware zouden ze zich hebben vrijgemaakt. Principieel op dezelfde wijze ik herhaal: er is alleen technisch verschil zijn later particuliere werkgevers en werknemers gebracht onder de Invalidi teits- en Ouderdomswet, die ten doel heeft om menschen niet in Overheids dienst, 'te stellen in het genot van pen sioen, "111 deze wet „rente" genoemd. Om togen dit laatste te protestoeren is de S. G. P. opgerichtmaar in 1913 is uit de kringen waaruit deze partij is samengesteld; en in de kerken waarin voornamelijk haar geluid wordt AmstoJ bij de schutsluis' „de Koecketer" en vlak naast elkaar op het Rokin, de smulbuurt bij uitnemendheid, „de Koek eter" en „de gekroonde Koeketer" ge vonden werden. De boeren en buitenlui wenkten aan clgn Overtoom „de gekroon de Koek" en „de Krakeling. Nog om streeks 1870 waren in de Elandstraat, nu 121, een krakeling, een rij harde bol len en een ploegende landman op één gevelsteen vereonigingd, het geheel be zegeld door een kroon „De drie Banketschotels", oudtijds in de Gasthuissteeg (Paleisstraat) en „de ge kroonde Confituuischotel", in ds smul- grage Nes tegenover de Halsteeg '(Dam straat) zijn vertegenwoordigers van dc fijnere bakkerij. Ook de talrijke Witte Olifanten, als bewoners van de wanne landen, „daer do soete suyefcer wert ge- teelt". We denken er niet aan ze alle op te noemen, maar die op de oude Boter markt dient ©ven aan de vergetelheid te worden onttrokken. Ilicr woonde in 1690 de koekbakker Van Schooi el. De zaak vormde het middenpunt van de bedrijvige markt uit d© dagen toon Tetje Ro&n er voor de deur zijn „onfeilbare medicamen ten" verkocht en Tzaar Peter er zich ver maakte met het luisteren naar de grollen en kwinken van „kakkedorissen", markt in zichzelf. Hare uitspraak kan dus niet zijn: „Tegen Invaliditeits- en ouderdoms rente en niet tegen pensioen", maar moet zijn: „Tegen invaliditeits- eu ouder domsrente en ook tegen pensioen". Ze motet dat aandurven, niet aanmer kende de belangen van de pensioenge rechtigden die ze onder hare leden tolt, of die met haar sympathiseeren. Eens in dc wee k. Dat er in ons land een plaatsje aan de spoorlijn ligt, waar men één volle week moet wachten op een volgen den trein, als men het ongeluk hooft gehad den trein te missen, zal menigeen niet weten. Dit plaatsje is Rhenoy, aan de lijn Go- rinchemGeldormalsen. Alleen 's M aandags vertrekt 's morgens 6.22 eon markttreintje van Rhenoy naar Gorin- chem; 's middags 1.32 kan men weer terug naar dit gelukkige plaatsje. Doet men echter le lang over zijn kop koffie, dan vertelt de chef u, dat over 7 dagen de volgende trein gaat. (Vad.) - B e r 1 ij n s c h c- ongelukken. D© Hemelvaartsdag is te Berlijn dc dag. waar op de heieren alleen uitgaan, dat wil zeggen, met hun vrienden, terwijl dc vrou wen thuis blijven of ook alleen op stap gaan. Het weer begunstigde Donderdag >ie "uitstapjes buitengewoon, zoodat de heel© mannelijke bevolking naar buiten was getrokken. Vmuwen en kinderen had-' den hun voor beeld gevolgd, zoodat hel verkeer met extra-treinen, trams, booten en autobussen ongekend druk was. Ziooals steeds vonden ongelukken plaats, o.a. verdrenken twee menschen bij hot baden op verboden plaatsen. Te Grunau sloeg een kleine zeilboot om. Do hoer, die erin zat, verdronk, de dame die hem verge zelde kcn_ zichzelf zwemmend redden. Te Spandau brak plotseling de leuning van een vrachtauto, waarmede 13 hoeren een uitstapje deden, 4 hunner kwamen op den straatweg terecht en werden ernstig ge wond. Een ongeval, va.n zeer ernstigen aard vond plaats in do avonduren nabij het vliegvield Staaken plaats. Ilier stortte voor de. oogen van talrijke wandelaars .een vliegtuig naar omlaag. De bestuurder Lot-we werd op slag gedood. De dame die den tocht meedeed is zwaar gewond naar een ziekenhuis gebracht, waar zij kort na aankomst overleed. (N. R. Grt.) Weer een schoolkind ver geten. Op een r.k. meisjesschool tc 'I ilburg, is Dinsdag een kind vergeten. Toen het kind 's middags om half één nog niet thuis was, hadden de ouders al eens aan de deur gekeken, maar daar liet kind dikwijls uit de school naar familie ging, had men er verder geen acht op geslagen. Groot was echter de schrik der ouders toon om één uur een pilitio- agent met een eerwaarde zuster het hui lende meisje kwamen thuis brengen. Een in de buurt der school dienstdoende agent schreeuwers en kiezentrekkers. La;n,g niet ónwaarschijnlijk is het, dat Pieterbaa.s wel eens „de Oliphant" is binnengestapt om het voorbeeld van de Amsterdamsche koelc-etcrs te volgen. Witte olifanten bestaan niet, volgons zoölogen en ontdekkingsreizigers, 't Is slechts een grijze variatie, die, hoewel zeldzaam, toch nog hier en daar in zeker aantal voorkwam. Hiermede in verband is het misschien aardig de juiste uithang bordkeuze op te merken bij een paar banketbakkers in de Oudebrugsteeg, die alweer de concurrentie! in 1-676 „de grauwe Oliphant" en „do jonge grauwe Oliphant" hadden uithangen. Die drijver van den laatstgenoemden winkel heette men vergelijke de opmerking omtrent het kleuren van gevelsteencn Jacobus de Jong. Ten slotte worde herinnerd aan de wafelbakkerij, in welk bedrijf Amsterdam onsterfelijke geslachten bezat en zelfs nog bezit. Beroemdheden op dit gebied vorm den o.a. op den Oudezijds Achterburgwal hoek Agnielenstraat én daartegenover in de Slijkstraat; trouwens bijna deze heele straat bestond uit wafelbakkers. Een hun ner had niemand minder dan den beroem den Jan van Galen op 't uithangbord staan, waaronder ter verduidelijking het had tegen één uur uit de school gillen en schreeuwen gehoord ©n daar alles gesloten was, ging hij bij de eerwaarde zusters op informatie uit en verzocht hen mede te gaan. In de gesloten school troffen zij het gillende meisje aan. Het was tegen het uitgaan der school ingedut eu zonder clat er Iemand acht op sloeg hadden alle anderen de school verlaten, en werd de school achter het slapende kind gesloten. De politie, heeft van het .gebeurde rapport, uitgebracht. (Volk.) In den nacht van Woensdag op Don derdag reed in het Westen van Berlijn de beroepsrenner Rreuer met zijn motor fiets met een snelheid van 90 K.M. te gen een automobiel. Breuer en een vriend die achter hem op de motorfiets zat werden tegen de straat geslingerd en zoo zwaar gewond dat zij kort na aankomst in liet ziekenhuis overleden. D e veenbranden bed w o n- g e n. De branden in de venen van Drente zijn nu zoo goed als bedwongen. De branden worden gebluscht en er is thans geen gevaar meer te duchten. Ver schillende brandspuiten rukken dan ook in. De wind is afgenomen en van liet vuur is in den omtrek niet veel meer waar te nemen. Auto in brand gevlogen. 11© auto van den heer R. uit Sittard vloog in het gehucht Aalbeek in brand. Do passagiers konden zich met moeite redden. Een heer kreeg brandwonden aan zijn armen, terwijl zijn kleeding ernstig werd gehavend. D|e auto brandde geheel uit. Scheepspraat van II uy- gens. (Vrij gevolgd.) Kuyper, die de vrije schepen Der door Groen gestichte buurt, Veertig jaren onbegrepen, Onbekropen heeft gestuurd; Kuyper, die ze door de baren Van zoo menig tegentij Voor den wind heeft leeren varen, Al en was 'tmaar wind op zij; Kuyper, schipper zonder weerga, Die zijn onverwinlijkheid Waar de zon o.p-, waar zij neerga, Te aller oorden heeft gepreit; Kuyper, die de zee te nauw hiel Voor zijn zeilen en zijn want, Die de vogelen te gauw viel Al bezeilde hij maar 't zand Kuyper was te kooi 'ekropen, En de endelooze slaap Had zijn wakker oog beslopen, En hem, leeuw, gemaakt tot schaap; Reeërs en matrozen riepen, Och! de groote schipper, och, Wat zou 't schaan, of wij al sliepen, Waakte schipper Kuyper nog! Schipper 'Kuyper, maar je legt er, Maar je legt er plat 'eveld, Stout verweerder, trotsch bevechter, Bei te zeewaart en te veld. Kijk, de takels en de touwen, En de vlaggen en het schut Staan en pruilen in den rouw, en Altemalen in den dut. „Dutten"? sprak Colijn toen, „dutten" Stille, maats, een toontje min: Dutten? wacht, dat most ik schutten, Ben ik anders, die ik bin: 'k Heb te lang om Noord en Zuien Bij den baas te roer 'estaan, 'k Heb te veel gesnor van buien Over deuze muts zien gaan". 'k Zei hen lichtelijk zoo klaren Dat ik vlaggen, schut en touw, En de maats, dié met me varen, Vrijen zei van dut en rouw, Reeërs jouwerliefde mien ik, Die van ver op 't kussen vicht Wil je er aan? kedaar, jou dien ik, Jou alleninig, bij dit licht". „Weeran", riepen de matrozen, 't Is weer, als toen Kuyper kwam, En de reeërs die hem kozen: „Weeran, 't is de „Ouwe Bram". „Heintje" peurde strak aan 't stuur, en Haalde 'tanker uit den grond, 't Scheepje ging door 't zee-sop schuren Of ter Kuyper nog an stond. (Rijn!. Crt.) rijmpje Dit is in den Manhaften Zee-held Jan van Galen. Ilier baktmen Wafelen, alzo lekker alsjc in do Slijk-straat kunt halen. Dat echter wafelhuizen in de 17de en 18e eeuw hier en daar in verdachte huizen ontaarden, zou de snuffelgrage lezer uit een weinig stichtelijk rijmpje tusschen Jeroense's luifelschriften kunnen gewaar woiden. Behooren „oly-koeckbackcrs" ook tot deze rubriek? 'Dian is de meest 1 rekende, maar ook helaas meest beruchte geweesi Koert Eyken in de Servetsteeg, die ne vens zijn bedrijf, dat de boeren van de Vischmarkt onthaalde, blijkens een niet benijdenswaardig .grafschrift door Teng- nagcl (1-661), tapper, geldschieter, ronse laar en speelhuishouder was. Ilij schijnt in de vlammen te zijn omgekomen, al thans zot> maak ik op uit Tengnagel's slotregel Geen sieekt' heeft hem den dood gedaen Hij 's kopeke-bnekend' gaor gebraen. (Handelsblad.) pensioen geeft, was, lang voor 't bestaan der S. G. P„ óók in de kringen waaruit zijl is voortgekomen, een zaak, zóó van zelfsprekend, dat daarover nimmer is na gedacht, of het moest zijn om juist daar om den Rijks- en Gemeentedienst vooral, voor zich de zijnen te verkiezen ibo- vën arbeid in dienst van particulieren. Wat de gemeente betreft, vóór 1 Oct. 1913 was voor haar het pensioenvraag- stuk niet wettelijk geregeld! Onder de Tuim 1100 gemeenten, die er toen in Nederland waren het aantal zal de 1200 destijds zeer sterk zijn ge naderd liad een betrekkelijk klein aantal, denkelijk nog geen vijfde deel, eigen pensioenverordeningen. Van het overgroole deel, verleende een aantal bij invaliditeit of ouderdom gratificatiën, tel ken jare opnieuw vastgesteld, dus van allerlei omstandigheden, sympathie of antipathie, samenstelling van den ge meenteraad, enz. afhankelijk. De wetgever heeft, ook gelet op dezen toestand, ingrijpen noodzakelijk geacht. D© pensioenwet 1913 voor de gemeente ambtenaren en hunne weduwen en wee zen is er gekomen, en alle gemeenten zijn daaronder gebracht, met de noodige over gangsmaatregelen voor de gemeenten met eigen verordeningen. ,Voor de gemeenten zonder pensioen- verordeningen, béter, voor het personeel in dienst van zulke gemeenten, was dat een aanzienlijke verbetering. Er ontston den voor dat personeel wettelijk gere gelioord geen enkel protest, geen enkel bezwaar vernomen. En do S.'G.P. is in 1917 opgericht liet zou 1925 worden, eer het tot deze partij eenigermate was doorgedron gen dat de grondslagen van beiderlei wetten principieel volmaakt dezelfde zijn, zoodat hij', die zich tegen de ééne wet stelt, noodwendig de andere niet kan aanvaarden. Me dunkt, dat ik hiermede heb waar gemaakt, mijne opmerking hiervoor, dat de S. G. P. onbekend is met den stand van onze huidige maatschappelijke ont wikkeling. Ik schreef ook, dat de verklaring van de S. G. P. dat ze niet tegen pensioen als zoodanig is, haar positie al moei lijker maakt. Dat 'ligt voor de hand. „Niet tegen pensioen" moet noodzakelijk gevolgd wor den door „niet tegen invaliditeits- en ouderdomsrente" (dit is óók pensioen). Endan vervalt het grootste deel van de bestaansreden van de S. G. P. die zich tegen deze rente richt, als tegen een verzekering. Het stelsel, dat die rente mogelijk s maakt is van ondergeschikt belang. De uitspraak „Niet tegen pensioen" is dan ook zeer ondoordacht. Ik schreef de vorige maal dat pensioen in zichzelf een verzekering is, aanvaardt door talrijke te genstanders van elke andere verzekering. D© S. G. P. bestrijdt de Invaliditeits- en Ouderdomsrente als een verzekering

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1925 | | pagina 6