DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
rf
Gemeenteraad van Goes.
VAN
DONDERDAG 30 APRIL 1925. No. i77.
Pr'mse8se Verjaardag.
De 30e April is reeds lang een jubel
dag voor heel ons volk geworden.
riet wekt alom in den lande vreugde
dat de jeugdige levenskracht van onze
Prinses zich zoo gelukkig ontwikkelt.
Toen zij laatst in ons midden was, in
het keurig, kleurig gewaad onzer Zuid-
Bevelandsche maagden, heeft zij aller har
ten als het ware gestolen. Zij maakte een
indruk van degelijkheid en fermiteit. En
nog rust met welgevallen aller oog op de
groep onzer Goesche meisjes, met in haar
fiere houding de beminde Kroonprinses
in het midden.
Het Koninklijk bezoek aan Zeeland, en
de kennismaking met „ons Juliaantje",
zoo voor enkele jaren als in den laatsten
tijd heeft den band van het Koninklijk
Huis en inzonderheid van onze Prinses
aan onze Oranjelievende Zeeuwen onge
meen versterkt.
Haar kloeke verschijning 'zal vooral het
jonge geslacht blijven boeien. En nog
lange zal in de woningen, van aanzien
lijken en geringen, vooral op haar ge
boortedag met achting van haar worden
gesproken, en voor haar kostbaar bezit
worden gedankt.
Onze Prinses is thans haar zeventiende
jaar ingetreden.
Naarmate de datum van haar meerder
jarigheid nadert, zal van haar krachten
veel worden gevergd. De omvang van
het onderwijs zal steeds meer worden
uitgebreid, om ten slotte schier alles te
omvatten wat ook op het Staatsleven, op
de Vaderlandsche Historie en op het
Volkskarakter licht werpt.
Al meer zal ook dit Koningskind gaan
ervaren, dat haar levein geen spel meel
is, dat de tijden, die zij beleeft ernstig
zijn, en dat om nu eens een volks
term 'te gebruiken de laatste loodjes
vooral het zwaarst wegen.
Daarom wordt het te meer noodig dat
het Nederlandsche volk haar omringt met
zijn gebeden.
Met zijn gebeden ook voor de Konink
lijke ouders, de Koninklijke Moeder hel
meest, die bij de praclische opvoeding
hunner dochter allermeest op het oog
hebben de grootsche taak, die dit Kind
in de toekomst, zij het spade! onder God
delijke leiding wacht.
God zegene deze poging. Hij sterke
onze Prinses bij haar veelzijdige studiën.
Hjj bekwame haar onderwijzers. Hij ver
blijde het Koninklijk Echtpaar met een
gewenschte uitkomst, die bevorderlijk is
aan de eer Zijns Naams, het heil der
Prinses en het geluk van het Nederland
sche Volk!
Onze eenheid.
Met instemming lazen wij in de „N.
Prov. .Gron. Crt.":
Eenheid is voor een politieke partij
van zeer veel waarde. De noodzaak der
eenheid kan aan verschillen het zwijgen
opleggen. Maar veel beter is het, als zij
van zelf voortspruit uit eenheid van geest
en eenheid van zin. Zulke eenheid ver
toont, Gode zij dank, tot nog toe ons
partijleven.
En onze deputa ten vergadering gaf daar
van het meest krachtige bewijs.
Het antirevolutionaire volk heeft steeds
een groote vrijmoedigheid getoond, als
het er om ging zijn meening ook over
zijn voormannen te zeggen. Dit bleek
ook op de deputatenvergadering, toen
daar een van de broeders een opmer
king maakte aan het adres van het Cen
traal Comité, waar hij meende, dat een
enkele vergadering niet voldoende was
bezocht. De heeren zijn er voor aange
wezen, zeide hij, en als er geen nood
zakelijke verhindering is, moeten zij zor
gen er te zijn.
:Men meene ook niet, dat er- in ons
partijleven geen menschen zijn, die niet
wel eens hebben geprutteld tegen door
minister Colijn voorgestelde en doorge
zette maatregelen.
Men voorspelde dan ook, dat het er
in de antirevolutionaire partij geducht
spoken zou. De socialistische pers deelde
aan zijn „bewust" publiek, dat veel onzin
kan verdragen, gedurig mede, dat er bij de
anti-revolutionaire mannen zoo'n angst be
stond voor hun kiezers.
Wij begrepen dit gepraat. Zulke schrij
vers leggen hun eigen hart bloot. Zij
zeggen eigenlijk: als wij zoo onzen plicht
hadden gedaan, wat zou men ons dan de
ooren wasscben, want onze taak is niet
't belang van het land te zoeken, maar de
kiezers te behagen en dan natuurlijk voor
al die kiezers, die hun eigen belang steeds
op den voorgrond plaatsen en den groot
sten mond opzetten.
De deputatenvergadering heeft voor
vriend en tegenstander doen zien, hoe
onze partij tegenover de dingen van het
politieke leven staat.
Onze partij heeft gevoeld, dat er groot
werk was te verrichten in het belang
van het land. Zij heeft daartoe het offer
van algeheele toewijding mogen brengen.
Dat vraagt zij ook van haren leider en
van hare voormannen. Als zij in dit op
zicht niet hadden pal gestaan, dan zou
er op de deputatenvergadering stellig me
lig hard woord zijn gevallen. Maar thans
leefde er dank in aller hart voor de rijke
genade, die onze God ons ook in ons
politieke leven schonk.
in ons partijleven, evengoed als in an
dere groepen verschillende opinies om
trent allerlei dingen- Maar boven alles
staan de groote dingen van ons politieke
leven, boven alles staat onze dure roe
ping voor ons volk, boven alles de rijke
taak die onze God aan de antirevolutio
naire partij gaf om te getuigen voor Zijn
ordinantiën en den geest van het ongeloof
te weerstaan.
En dit besef van dure roeping smeedt
tot die wonderbare eenheid aaneen, die
onze ziel zoo verkwikt en die den tegen
stander een raadsel is.
De deputatenvergadering is de inzet
voor den politieken kamp bij de stembus-
Zjj er in allen kring getrouwheid, een
ijverig arbeiden en getuigen voor de goede
beginselen. Zoodat wij allen kunnen zeg
gen, als de stembus dichtgaat: wij heb
ben onzen plicht gedaan.
Aan voorspellingen doen wij niet mee.
Wij kennen den weg Gods niet. Voor ons
komt het er maar op aan of wij hebben
gedaan wat wij konden doen.
En daartoe zetten wij ons thans. Weer
in groote eenheid.
Opmerkelijk.
Hoezeer de arbeid van onzen leider als
minister van financiën in breeden kring
van ons volk warme instemming heeft
gevonden bleek o.m. uit de wijze, waarop
in het tijdschrift: „Stemmen voor waar
heid en vrede", waarin Dr Bronsveld zoo
lange jaren het optreden der anti-revo
lutionaire partij bestreed, thans over on
zen leider geschreven wordt.
De bekende kroniek wordt thans ver
zorgd door Dr de Vrijer. En deze schreef
nu:
„De verkiezingen voor de Tweede Ka
mer zijn bepaald op 1 Juli. Ondanks dien
naderenden datum gaat de heer Colijn
voort met krachtige hand het meest ge
voelige departement te leiden. Wanneer
wij op de financieele krampen in Frank
rijk letten, moet de stoere gang van den
Nederlandschen minister van financiën
onzen eerbied ontvangen. Ik heb zijn rede
van den vierden Maart in de Eerste Ka
mer nog eens doorgelezen en acht dat
klare, rustige taal van een man, die het
roer goed vdst houdt, en het ook na den
eersten Juli in handen moge houden."
Ziedaar een oordeel, waartegen nie
mand iets kan inbrengen.
En wat den wensch betreft, er in ge
uit, terecht noemt de „Rotterdammer",
waaraan wij het citaat ontleenden, die
voor dit tijdschrift merkwaardig en ver
blijdend-
Een verrassende mededeeling.
Minister Colijn heeft deze week in de
Tweede Kamer een verklaring afgelegd,
zoo belangrijk, dat zij niet alleen in ons
land velen verbaasd en verheugd heeft,
doch ook in hot buitenland de aandacht
zal trekken, en met name in die landen,
met welke wij handel drijven, met be
langstelling zal worden vernomen.
De verklaring komt hierop neer: in de
eerste plaats dat ontheffing is verleend
van het verbod tot uitvoer van goud en
gouden munt; in de tweede plaats dat
de Koninklijke Besluiten, die het verbod
behelzen, binnenkort zullen worden in
getrokken; zoodat de door de verbods
ontheffing (dispensatie) voorloopig in
getreden toestand een definitieve, een
weer altijddurende staat te worden.
Men krijgt dan derhalve den toestand
van vóór 1914 weer terug: de gouden
munten worden weer standaardgeld, en
ons ruilmiddel komt weer op zijn vaste,
waarde.
Voor het binnenland zullen nog geen
gouden muntstukken worden aangemaakt,
maar men kan er dan toch weer mee
tiaar het buitenland gaan.
Nederland heeft zijn crediot terug en
geniet de eer de eenige te zijn, die met
Amerika, Australië, Nieuw Zeeland en
Engeland tot den gouden standaard
is teruggekeerd.
Een en ander is zelfs niet. zonder
overleg tusschen de beide landen aan do
Noordzee geschied. Immers Churchill to
Londen en Colijn te Den Haag legden voor
de volksvertegenwoordiging van hun land
een gelijksoortige verklaring af. De Erf1
gelschc minister wees er zelfs op, dal
Nederland en Engeland tegelijk tot dezen
zelfden maatregel waren overgegaan.
Dit resultaat kan niet hoog genoeg wor
den aangeslagen. Menschen uit alle par
tijen volksmenners en kleurenblinden
natuurlijk uitgezonderd zullen zich er
over verheugen.
't Is waar, velen zullen blijven klagen
over den duren prijs, voor wat henzelf
aangaat, tot welken deze mooie uitkomst
werd gekocht.
Hen moge de tegenstelling Neder-
land-Engeland en België-Frankrijk troos
ten. In laatstgenoemde landen word 't ge
neesmiddel nog met gevonden of aan
vaard, al roept men ook dat de franc
niet meer mag dalen. En intusschen gaat
de oeconomische toestand steeds meer
achteruit; terwijl ten onzent en bij «onze
overburen allengs verbetering intreedt.
Voor onzen handel en het ruilverkeer
is het vertrouwen in de gaafheid van
onzen gulden noodzakelijk. Dat dit ver
trouwen weer bestaat en toeneemt, is
een feit, hetwelk wij niet genoeg kunnen
waardeeren.
Minister Colijn heeft zich van te voren
het plan voorgesteld, waardoor ons land
tot dien toestand kon geraken. Met groote
energie heeft hij 't doorgezet; het her
stel van de vaste goudwaarde is nu voor
hem de kroon na zeer zwaren strijd ver
kregen.
Gisteravond vergaderde de Gemeente
raad van Goes. Allen aanwezig.
Voorzitter de Burgemeester, die met
gebed opent.
Ingekomen zijn o.a. de volgende stuk
ken Adres van de Kamer van Koophandel
i.z. maatregelen met betrekking tot den
verkoop van buitenlandsch vleesch. Ver
slag Gezondheidscommissie zetel Goes.
Schrijven van dhr. D. C. W. Meijer dat hij
het perceel tuingrond achter zijn huis
niet huren wil op de door den Raad ge
stelde voorwaarden.x) Agenda en verslag
Waterleiding-Mij. „Zuid-Beveland". Ver
slag Bank voor Ned. Gemeenten. Ver
schillende goedkeuringen door Ged. Sta
ten van raadsbesluiten. Proces-verbaal op
name kas en boeken gemeente-ontvanger
e. a. Besluit van Ged. Staten i.z. de vast
stelling van de rekening 1923 van den
Keuringsdienst van Waren. Het vvinstsaldo
bedraagt f 13.833,lCB/g. Hieraan is toege
voegd een staat van bedragen, welke door
de verschillende kringgemeenten te veel
zijn betaald en derhalve in mindering
komen. (Voor Goes f234,09.)
Verslag „de Rnyterschool' 'te Vüssin-
gen. Rekening en verantwoording' van het
Fonds der Vereen, van Werklieden.
Ten slotte een schrijven van mej. J. A.
Rooze-geb. Nagclkerke, welke vrouw bij
het ongeluk met het plankier tijdens het
Kon. Bezoek zoodanig werd gewond, dat
ze waarschijnlijk levenslang invalide zal
blijven. Ze vraagt van den Raad een
schadeloosstelling van 1' 1000 wegens le
venslange invaliditeit en f200 voor ver
bouwing van haar woning, omdat ze gteien
trappen kan klimmen.
Dit. stuk wordt in handen van B. en
W. gesteld om advies. De andere stukken
worden voor kennisgeving aangenomen.
1. Verzoeken om afschrijving van be
lasting. Toegestaan.
Ingebmikgeving van grond in het Biee-
kerstraatje (de Chr. Bewaarschoolvereen.
wordt mede-gebruikster). Aangenomen.
3. Voorstel tot onderhandsche ver
pachting van grond, gelegen in de voor
malige Zoute Vest, aan M. Landman en
A. Jobse. Dthr Grucq wil voor eén jaar
verpachten en dan uitgifte in kleine ge
deelten, bij wijze van volkstuintjes. Dhr
v. d: Bout zegt, dat voor de omwonenden
do gelegenheid daartoe is geopend geweest
maar 'de animo was verbazend gering.
Dhr Goedbloed meent, dat men zich had
kunnen wenden tot de vereeniging voor
volkstuintjes, al heeft spr. nooit gehoord,
dat er gebrek aan gpond voor deze tuintjes
is. Het voorstel wordt aangenomen.
4. Verzoek van de N. V. „Acetylena"
om een benzinepomp te mogen plaatsen
op gemeentegrond aan den Keizersdijk.
Toegestaan.
5. Werkverschaffing. Die voorz. stelf
voor, dank te betuigen aan het Burg.
Armbestuur voor de verleende mild» tege
moetkoming in de kosten van werkver
schaffing. Dhr Crucq kan zich daarmede
niet vereenigen. Wat tot stand is geko
men, is productief werk. Het was
niet noodzakelijk, dat het Armbestuur
zulk een groot bedrag beschikbaar stelde.
Productief werk moet de gemeente betalen.
De voorz. wijst er op, dat hét een voor
recht is, dat het Burg. Armbestuur zoo
ruim in het geld zit en ook, zoo welwillend
is te helpen. Aari andere gemeenten kost
de werkverschaffing veel geld. Dhr Crucq
meent, dat het niet op den weg van de
gemeente ligt, de stad te verfraaien ten
koste van liet Armbestuur. Dhr van Poel
geest zegt, dat het 'Tot stand gekomene
niet in den vollen zin productief werk is.
dan was het zeker op goedkoopere wijze
tot stand gebracht. Maar nu was liet
hoofddoel toch: werkverschaffing. Dlhr
Goedbloed vindt de getroffen oplossing
prachtig, maat' toch is niet do juiste weg
gevolgd, want. bij de to werk gestelden
waren weinig cnsis-wcrkloozen, zoodat
het Burg. Armbestuur hier zeker een
groote taak had. Het voorstel wordt aan
genomen. (Tegen dankbetuiging aan het
Burg. Armbestuur de S.D.A.P.-ers.)
6. Voorstel tot verhuring van grond
als tuingTbnd vóór de woningen aan den
Stationsweg. Dhr Crucq vraagt, of de
bewoners, voor wier woningen de sloot
reeds lang is gedempt, nu ook moeten
betalen. Die voorz. zegt, dat die bewoners
zelf de kosten van demping hebben be
taald, dus hier buiten vallen. Dhr Crucq
vreest moeilijk heden met de bewoners.
Zullen ze allen genoegen nemen met de
te plaatsen hekwerken? Die voorz. meent,
dat een oplossing wel gevonden zal wor
den. Dhr Crucq wil de kosten leggen
op do verhuurders, in plaats van op de
huurders. Dhr v. d. Bout acht de kosten
gering. Over 't. algemeen zijn de bewoners
zeer met den nieuwen toestand inge
nomen. Dhr Vieuings zegt, dat deeige-
n a. a r s der huizen huurders worden, dus
dat er wel geen moeilijkheden zullen
komen. Het voorstel wordt, aangenomen.
7. Verzoek van den heer F. C- A.
Hoornick om in pacht te mogen hebben
een stuk grond aan den Oosthavendijk.
Toegestaan.
8. Verzoek van de Ned. Middernacht-
zc-ndingvereeniging om subsidie. B. en
W. stellen voor afwijzend te beschikken
Dhr v. Poelgeest brengt hierbij het Raads-
gebed ter sprake en meent, dat dit door
de veranderde Raadssamenstelling geen
zin meer heeft. Eerbied voor de gods
dienstige beginselen van anderen weer
houdt hem echter een voorstel tot afschaf
fing te doen.
Dhr Goedbloed wil gaarne een debat
over het Raadsgebed voeren, maar kan
D De voorzitter deelt mede, dat voor
het koopen van dezen grond reeds t.wee
aanvragen zijn ingekomen.
zich niet begrijpen, wat toch Jeze zaak
met bedoelde subsidie te maken heeft.
Dhr van Poelgeest zegt, dat het adres
niet aan alle gemeenteraden wordt ge
zonden, maar o.a. aan Goes. Vandaar zijtn
opmerking. Het voorstel van B. en W.
wordt aangenomen.
9. Voorstel tot wijziging der verorde
ning, regelende de subsidieering der bij
zondere bewaarscholen (betreffende kin
deren uit andere gemeenten). Aangenom.
10. Voorstel tot wijziging der verorde
ning op het financieel beheer van het
gemeente-gasbedrijf. Aangenomen.
(„Noodgedwongen" interrumpeeren en
kele leden.)
11. Voorstel tot vaststelling eener ver
ordening ten behoeve van werken in het
belang der openbare orde. Dhr v. Poel
geest vraagt, waarom er nu weer nieuwe
verordeningen moeten komen. Weth. Süe-
gcr zegt, dat deze verordening juist ge
maakt is ter wille vau de gascommissie.
Hel voorstel is in twee vergaderingen
der gascommissie behandeld. Dhr van
poelgeest herinnert het zich niet. Dlhr
Buis wil omschrijlvea), dat schade aan
wegen, enz. bij het leggen van buizen
moet worden vergoed. Dhr Goedbloed
zegt, dat een uitspraak van den Hoogen
Raad zóó duidelijk is, dat de gemeente
besturen in 'I vervolg wel voorzichtig zul
len zijn. Het voorstel wordt aangenomen.
12. Voorstel tot wijziging der gemeente-
begrooting voor 1925. (Hieruit blijkt, dat
de verbouwing der Vakschool voor Meis
jes f 25.000 heeft gekost, welk bedrag
uit een leening gevondei^ is.) Aangen.
13. Voorstel tot wijziging der begroo
ting van het Grondbedrijf voor 1924. Aan
genomen.
14. Idem voor 1925. Aangenomen.
15. Vaststelling van het kohier der
Hondenbelasting, dienst 1925 (f 1068 voor
267 honden). Geen discussies.
16. Voorstel tot vaststelling van het
vermenigvuldigingscijfer voor de Plaatse
lijke Inkomstenbelasting voor het dienst
jaar 1925/1926. (B. en W. stellen 1,05
voor, vorig jaar was 't 1.15). Aangeno
men.
17. Aanvrage van het Bestuur der
R.-K. Meisjesschool om beschikbaarstel
ling van gelden voor de aanschaffing van
leermiddelen en sclioolmeubelen. Toege
staan.
18. Begrooting van het Gasthuis voor
1925 (ontvang en, uitgaaf f202.078.25).
Geen opmerkingen.
19. Uitgifte van consenten tot het vis-
schen in het gemeentelijk visehwater a
f 1.50. Goedgekeurd.
20. Verzoek van de heeren J. M. van
Riet en C. H. Blanker oin een bijdrage in
de kosten der door hen verrichte dem
ping van een sloot aan den Westwal.
B. en W:. stellen voor dit niet in te
willigen. Dhr Crucq vraagt overleg tus
schen B. en W. en „de Ambachtsschool"
en de Doopsgezinde kerk om het laatste
stukje sloot aldaar te dempen. Dhr de
Looff zegt, dat er in de laatste vergade
ring van de Ambachtsschool reeds over
gesproken is. Dhr Goedbloed zegt, wan
neer dit overleg slaagt en de gemeente
aan Ambachtsschool en Doopsgez. kerk
fin. Steun geeft, dat dan ook te Overwe
gen is, aan v. Riet en Blanker alsnog een
bijdrage te geven. De voorz. zegt, dat
men het in gedachten kan houden. Dhr
Labrijn zegt, dat de nu verrichte dem
ping een zuiver particulier-, eigen belang
is, maar dat verdere demping in 't alge
meen belang zou zijn. Dhr Stieger zegt
nog, dat de nu verrichte demping juist
verdere demping noodig zal maken. Dhr
Goedbloed merkt nog op, dat particulier
belang tevens algemeen belang lean zijn.
Het voorstel van B. en W. wordt aan
genomen.
21. Voorstel tot het doen aanbrengen
van een nieuwen motor in do motorspuit
der brandweer en tot het aanschaffen
van eenïg nieuw materiaal. Dhr, v. Poel
geest heeft als technicus bezwaar tegen
,'n pingkraan in 't waterleidingnet. En nu
heeft een ziiig-perspomp eigenlijk dezelf
de werking als zulk een plugkraan. Van
daar het bezwaar van de Waterleiding-
Mij.
Dhr Labrijn merkt op. dat de firma
aan wie men het werk wil gunnen, zoo
veel duurder was dau dé andere concur
renten. De Voorz. meent dat men het
beste kan doen repareeren. bij een be
kende firma in brandbluschmaterialen,*
die zelf maakt en repareert. Dhr v. Poel
geest vindt het. zacht uitgedrukt, dat de
motorspuit den laatsten tijd slecht
functioneerde. Volgens Spr. heeft ze nooit
gewerkt. Ook hoeft Spr. bezwaar te
gen de garantie voor on bepaalden
trjd. Dan blijft men altijd met die motor
zitten. S.pr. is tegen liet oplappen van
het oude materiaal. We moeten het beste
nemen, wat er is n.l. een auto-brandspuit.
Dhr Eckliardt meent, dat te Middelburg
de motorspuit wel op de waterleiding
werkt. Ook vindt spr. dat omschreven
moet zijn, dat een motor ingeloopen moet
zijn voor men ze accepteert.
Proefdraaien is niet voldoende. De
voorz. acht de firma Bickers toch niet de
eerste de beste. Ook meenen B. en Wj.
op grond van technische adviezen
dat de motorspuit in goede conditie te
brengen is. De techniek gaat altijd voor
uit. Een auto-brandspuit is misschien
straks weer niet volwaardig.
Dhr Buis merkt onder hilariteit opi,
dat B. en Wi. zeggen, dat de spuit voor
f 1995 te Goes wordt geleverd eu later
wordt er nog f 18 bijgeteld voor „heen
en weer zenden". Dhr Crucq vraagt of
het onmogelijk is, dat iemand uit Goes
deze leverantie doet. De voorz. meent,
dat men het beste af is met de fa.
Bickers. Dhr v. d. Bout zegt: er is overal
geïnformeerd. Dhr Crucq ontkent, dat
men in Goes bij alle firma's heeft geïn
formeerd. De voorz. weet niet, of ei' in
Goes wel iemand is, die zulk een spuit
kan monteeren. Ook het chassis van de
spuit moet veranderd worden. Dus moet
men weer in handen van anderen vallen.
Dhr v. d. Bout meent, dat men met deze
reparatie wel kan volstaan en wijst op den
grooten steun der waterleiding bij een
brand, zoodat de motorspuit pas in de 2e
plaats komt. De voorz. zegt, dat er waar
schijnlijk nog een prijsopgave zal ko
men van de door de brandweerdirectie
gevraagde schelinrichting. Ook is nu goed.
geregeld, hoe in geval van brand moet
gdliandeld worden, al of niet luiden, enz.
Ook zal in de beide bouwplannen
voor voldoende slangen worden gezorgd.
Dhr. v. Bommel v. Vloten en Labrijn
bestrijden het voorstel-v. Poelgeest. De
laatste noemt hot zelfs baldadig, zulk eon
uitgave te doen.
Dhr Eckhardt begrijpt den heer v. Poel
geest, „de man van "de waterleiding",
niet. Dhr v. Poelgeest is juist voor een
autobrandspuit, omdat hij ook de gebre
ken van de waterleiding kent. De water
leiding kan toch juist afgesloten zijn,
als ér eens brand is? Goes heeft dank
zij de waterleiding een zeer goedkoope
brandweer gekregen (de brandkranen
heeft Goes b.v. gratis gekregen) en nu
moet er niet geaarzeld iets degelijks aan
te koopen. Zijn voorstel wordt echter niet
ondersteund.
Op verzoek van den heer Cruc.q wordt
de beslissing over dit punt aangehouden.
Nu volgt van kwart voor 9 tot 10 u. 20
besloten vergadering.
Bij heropening blijkt dhr Goedbloed de
vergadering te hebben verlaten. Het punt
brandweer komt weer ter sprake. Dhr
Crucq blijft bij zijn meening, dat de Brand
weerdirectie ook bij andere ingezetenen
prijsopgave had moeten vragen. Het voor
stel wordt aangenomen met de stem van
den heer v. Poelgeest tegen.
22. Voorste] tot benoeming van een
scheikundige aan den Keuringsdienst van
Waren. De aanbeveling bestaat uit de hee
ren P. Post te Leeuwarden en Ir E. Th.
Leemans te Haarlem. Benoemd wordt
dhr Post met alg. st. en wel met ingang
van 1 Juni en voor den tijd van 1 jaar.
Rondvraag. De Voorz. vraagt toe
stemming aan den Raad om morgen
een telegram van gelukwenscli te zenden
aan H. K. II. Prinses Juliana. Dhr Crucq
acht dit een beetje comedie. De voorz.
vat dat niet zoo op. Het voorstel wordt
aangenomen met de stemmen der S. D.
A. P.ers tegen.
Dhr Crucq vraagt naar liet stuk grond
aan het Schipperswegeling. Daar is door
verschillende personen' maanden geleden
aanwijzing van rooilijn gevraagd. Tot lie
den' is nóg geen antwoord gekregen. En
intusschen ligt een stuk grond braak.
De voorz. zegt, dat dit wacht op de goed
keuring van het bouwplan. Aan B. en
Wi. is maar .één aanvrage bekend.
De voorz. zegt verder, dat de secreta
ris bezig is de stukken door te werken
rover den ophaaldienst bijl de belastingen
en noodigt den heer Crucq uit, daarvan
eens inzage te komen nemen.
Dhr v. Melle zegt, dat indertijd op do
begrooting van den Keuringsdienst een
post is gebracht voor een auto. Ged.
Staten keurden dezen post niet goed. Nu
blijkt, dat hel gebruik van motorrijwielen
voor de keurmeesters schadelijk en ge
vaarlijk is. Waar tegenwoordig de auto's
zoo goedkoop zijn, kan het financieel be
zwaar zoo zwaar niet meer wegen. Kan
bij de c.v. begrooting daarmede niet ge
rekend worden? De-voorz. antwoordt, dat
indertijd door Ged. Staten is toegestaan,
dat zoo noodig telkens een auto mag
worden gehuurd, als b.v. de wogen slecht
zijn. Dhr. v. Melle zegt zijn inlichtingen
van een keurmeester te hebben. De voor
zitter meent, dat deze de kwestie met
den Directeur had moeten bespreken.
Dhr v. 'Melle meent, dat de Fordjes goed
koop en in het gebruik „taai" zijn, ge
tuige de auto van de waterleiding. Dhr
v. Poelgeest zegt, dat deze haar tweede
Fordje reeds heeft en ook nog een an
dere auto, maar dat alle waar naar
zijn geld is.
Dhr Crucq merkt op, dat het hoekhuis
in de Kerkstraat verkocht is. Hadden
B. en W. in dezen niets kunnen doen
teneinde daar het gevaar op dien hoek te
verminderen?
De voorz. zegt, dat de directeur van
gemeentewerken een onderhoud heeft ge
had met den kooper. Deze is niet onge
neigd tot onderhandelen, als het nieuwe
Bouwplan er is.
Dhr y. Poelgeest betreurt het, dat dhr
Verstrenge (Voorstad) van B. en W. toe
stemming tot. verbouwing heeft verkregen.
B. en W. hadden dien hoek kunnen verbe
teren met 'toog op 'tverkeer. Dhr Rot
huizen zei aan Spr. het er maar door
te hebben laten gaan. Nu staat die hoek
er wel 50 jaar of langer iu den weg.
Waarvoor hebben we anders een bouw
verordening
Daarna sluiting.
Do Stomplicht.
Naar verluidt zeu dezer dagen de in
diening te verwachten zijn van het wets
ontwerp tot aanvulling der Kieswet, waar
bij degenen die tegen stemplicht gewe
tensbezwaar hebben, van den stemplicht
worden vrijgesteld.
..Inspectie.
In een dezer 'dagen te verschijnen le
gerorder wordt meegedeeld, dat in 1925
aan het onderzoek, bedoeld in art. 41,
derde lid der Dienstplichtwet, worden on
derworpen 'de tot de landmacht behoo-
rende groot-verlofgangers der lichtingen
1912 en 1916.