Dinsdag 10 Februari 1925 S9e Jaargang
Buitenland.
m 111
Dit is het merk
WYEERf
FEUILLSTON.
VERVOLGD EN GERED.
OflMBllMi.
Ve Zeeuw
verdrag van handel en vriendschap, dat
Japan met sovjet-Rusland sloot. Dit vei--
drag, verklaarde hij aan zijn vrienden,
kan een geweldige verandering teweeg
brengen in tie vooruitzichten der Wereld.
Het gevaar, dat aïTeen ïfc oncrer cfe Euro-
peesche heerschers precies een kwart
eeuw geleden voorspelde, heeft thans
vaster vorm aangenomen. Het is een ge
beurtenis, waarvan de terugslag weldra
merkbaar zal zijn in de betrekkingen 'tus-
schen alle Europeesche staten, een feit,
dat zoowtel Duitschland als do geallieer
den tot nadenken zal stemmen. Frankrijk
steunt de zwarte rassen, Rusland de
gele, Amerika en Engeland de blanke.
Waar zal Duitschland staan en Vaar
behoort het te staan?
De ex-keizer, vervolgt do „Diaily Tel."
schijnt allesbehalve ingenomen te zijn
met de wijze, waarop de Duitsche natio
nalisten en militairistcn den geWezen
kroonprins weer op den voorgrond bren
gen. Klaarblijkelijk beschouwt hij' zichzelf
nog als de eenig wettig rechthebbende)
op den troon der Hohenzollern, in
dien deze hersteld mocht worden, en
koestert hij nog een zWakke, doch hard
nekkige hoop, dat de Duitsche royalis
ten hem op zekeren dag zullen terugroe
pen.
Storm aan de Engelsche kust.
Tijdens den storm, die gisteren aan de
Engelsche kust woedde, moest aan ver
scheidene zeilschepen en stoomtrawlers
assistentie worden verleend. Het zeil
schip Eben Haëzer is gisteren nabij Lowe
stoft op een zandbank geslagen en ge
zonken; de opvarenden werden gered.
Het stoomschip Newbigging, op weg mef
een lading steenkolen naar Lissabon, is
nabij Ramsgate aan den grond geraakt.,
doch later weer vrijgekomen. Het stoom
schip Glenmaroone heeft in de lersche
zee een roeibootje opgepikt, waarin drie
jongens zaten, die met den stroom wa
ren afgedreven. Een der jongens was
reeds bewusteloos.
Korte berichten.
Te Béziers (Fr.) is, tengevolge van
biand in een vroegere kazerne', eergiste
ren ©en muur ingestort, waarbij! dertig
mcnschcn onder hfet puin bedolven wer
den. Tot dusver zijn er dertien lijken
"uitgegraven. Vijftien monschen zijn ge
kwetst
Naar uit Buenos Ayres gemeld
wordt, heerscht daar een ondr-agplijlk'O
hitte. Twee menschen zijn er aan ge
storven, anderen zijn er slecht aan toe.
een Amerikaanschen curator wordt be
heerd, aan de eigenaars terug te geven.
D'e Fransche gezant te Washington
heeft nogmaals verzekerd, dat Frankrijk
een schikking wenscht te treffen over de
afbetaling van zijn sclrald aan da Ver.
Staten en elat het geenszins in de bedoe
ling van dit land ligt, zijin schulden te
ontkennen.
Berichten uit Moskou melden dat
in Zuid-Rusland strenge koude heerscht.
Er ligt weer veel sneeuw. Daarentegen is
het opmerkelijk warm in Midden- en
Noord-Rusland.
Het Nederlandsche schip Oostca-
pelle heeft 22 overlevenden van het En
gelsche schip Kilindine, dat aan 'de kust
van Malabar is omgeslagen, te Bombay
binnengebracht. 16 man zijn er verdron
ken.
Zondag zijn te Berlijn zes menschen
door trams en autobussen overreden en
zwaar gewond.
Door den mist zijn gisteren te New
York twee treinen, die vol arbeiders za
ten, op elkaar gebotst. Twee personen zijn
gedood en velen gewond.
Op het vliegveld te Evere (België) is
oen militair vliegtuig, waarin twee lui
tenants zaten, van een hoogte van on
geveer 100 M. neergevallen. Het vliegtuig
was totaal verbrijzeld, dc inzittenden zijn
ernstig gewond, maar niet dood.
Een financieele combinatie heeft aan
de Belgische regeering voorstellen gedaan
tot het bouwen van een tunnel onder;
de Schelde. De regeering overweegt de
plannen.
De goedaardige influenza-epidemie
te Londen blijft toenemen. Te Willesden
zijn alle lagere scholen gesloten, omdat
er 900 kinderen influenza hebben. In het
district Londen zijn er in het geheel 800
onderwijzers ziek.
niiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiniiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiitiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiuiiii
van de sinds 78 jaren
als het beste middel
tegen hoest en ver
koudheid beproefde
TABLETTEN
In origineele doozen a 65 en 45 Cts.
llllllltlllllllll)llllllllltltllllllHltlHlllllltlillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllM"ini
'■kkk
Drukkers-Exploifenlen;
0O9TEBBAAN LE COINTRE GOES
Bureaux: Lange Vorsts'.raat 6870, Goes
Tel.: Redactie no. <1; Administratie no. 58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor ie Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259
LANDSVERDEDIGING EN LANDS
VERDEDIGERS.
IV. (Slot.)
In de laatste jaren zijn twfee vraag
stukken naar voren gekomen, die niet in
dit artikel genoemd zijn, en waarover toch
iets dient gezegd te worden: het Anti-
müitarisme en de Dienstweigering.
Door militarisme wordt verstaan het
streven om aan de militaire zaken te
groot© offers te brengen. Aldus wijlen de
oud-minister Generaal Staal.
Nu hangt het geheel van persoonlijk in
zicht af of men de op te leggen offers al
dan niet te groot vindt. De een zal in een
gegeven geval ze te groot, de ander te
gering vinden. Zoo wordt dan de derde
man in het oog van den een de militarist,
van den ander het tegendeel daarvan.
De socialist, die zich verzet tegen elk
voorstel dat bedoelt 's lands weerbaar
heid te verhoogen, noemt allen die niet
met hem de ontwapeningsleus ten volle
beamen, militaristen. Maar dan is het anti-
militarisme ook een rekbaar begrip.
Maar de oud-minister Van Houten noemt
„militarisme" zoodra de weerbaarheid niet
meer staat in dienst van het recht, magr
naar verzwakking van ahdcre Staten.
Indien deze omschrijving juist is, ?ijn
de Anti-Revolutionairen anti-militarist-
Want ook zij verwerpen elke poging om
de weerbaarheid in dienst te stellen van
nationaal egoïsme, dat verzwakking van
andere Staten beoogt.
Veroveringen, aanvalsoorlogen liggen
niet in de bedoeling van eenigen Neder
lander zelfs. Wij Nederlanders zijn af-
keerig van wapengekletter.
Nog leeft in de herinnering uit aantee-
keningen of overleveringen van reeds lang
ontslapen bloedverwanten voort het beeld
van den snorrebaard, den jeneverneus,
die den soldatenrok ontsierde door de
huizen binnen te dringen en ze niet te
verlaten zonder eerst door het gekletter
van zjjn sabel den huisgenooten den
schrik op het lijf gejaagd en zich van het
spek aan den zolder of iets dergelijks
meester gemaakt te hebben. Dat was nu
een militarist. Die wilde lieerschen door
uitwendig vertoon en arrogantie.
Ruwheid, wi-eedheid en roofzucht
spookten overal, waar dei'gelijke hoeren,
als wolven te midden der schapen, over
een rustig landsdeel werden losgelaten.
En zoo ook wanneer de bemanning der
oorlogsvloot als roofvogels ergens neer
streek. De Soldateske deed in dezen voor
de Kaapvaart niet onder; en omgekeerd
de Kaapvaart voor de Soldateske niet. En
't is begrijpelijk dat tegen het militarisme
van dergelijke creaturen het anti-milita-
risme van onze groot- en overgrootvaders
reageerde. Immers ook 'heden nog wekt
het den weerzin op van hunne nazaten.
Maar wat men nu militarisme scheldt, na
melijk ons te wapenen en te oefenen tegen
mogelijke poging van den nabuur om ons
te annexeeren of ons nationaal eigen
domsrecht te schenden, dat is vader-
landsche plicht.
Den grooten staten nxoge het verwijt
treffen dat zlfj zich tot de tanden wape
nen, uit zuivere machtswellust, de kleine
Staten, en ook Nederland, wenschen niets
andera dan in vrede mot allen te leven,
en vragen slechts eerbiediging van hun
nationalen eigendom, en vooral van hunne
neutraliteit.
In dit licht gezien juicht ook dc Anti-
31) o—
„Kicperszoo riep nu wachtmeester
Lergman den marechaussee to©, die met
den tweeden arrestant was achtergeble
ven, „geef dien vent maar hier; wij be
waren hem wel; maar loop jij wat je
loopen kunt om den dokter en breng ook
een of onder ding miee om den gewonde
te vervoeren. En houd als je wilt die
kerels in 'toog, Beijers, terwijl ik mijn
overhemd uittrek en bet stuk scheur om
een noodverband te leggen!"
Zoo snel hij kon repte de marech'ausséa
zich heen, terwijl de jonge Beijers de twee
gevangenen naast elkaar plaatste en de
wachtmeester jas, vest en overhemd uit
trok, het laatstgenoemde kleedingstuk in
reepen scheurde en, naast Frederik neer
knielend, een primitief verbandje begon te
leggen, teneinde de bloeding te stuiten.
„Wat bedoeldet ge toch, wachtmeester"
vroeg Willem Beijers, „toen ge daareven
van mijn. plaatsvervanger spraakt?"
„Daar bedoelde ik mee", antwoordde
Lergman, „dat het schot, waardoor deze
jongeman getroffen is, voor jou bestemd
was!"
„Voor mij bestemd was?"
„Wel, wis en drie. Ik snap alles aJ,
vriend. Zoo! Zoo moeiten we den graaf
nu maar laten liggen tot de dokter komt.
Ik snap alles al. Kijk deze sinjeurs
Revolutionaire partij de stichting van den
Volkenbond toe, is zelfs eventueel voor
toetreding tot dien Bond. Doch zij begrijpt
tegelijk dat, zoo Nederland tot den Volken
bond toetreedt, de eisch om gewapend te
blijven te meer zal klemmen. Wel bestaat
de mogelijkheid dat in de toekomst de
geschillen niet licht meer tot oorlog, maar
tot scheidsgericht zullen voeren. Doch ter
andere zijde blijft 't gevaar bestaan dat
de andere partij zich aan de uitspraak
van 't scheidsgericht niet onderwerpt, en
hiertoe met de wapenen in de vuist zial
moeten worden gedwongen. Daarvoor zal
ook Nederland kunnen worden aangewe
zen. Alleen deze omstandigheid maakt
reeds uitvoering van de ontwapenings-leus
onmogelijk.
Ook Nederland is verplicht mee te wer
ken om den ooi*log uit de wereld te krij
gen. En liet doe dit met zoo groote ener
gie, als ware dit alleen reeds door z ij n
krachtsinspanning te bereiken.
Doch tevens blijve het voor alle Neder
landers vaststaan, dat zoolang de zonde,
die de onzalige moeder van den oorlog
is, stand houdt, er aan den oorlog geen
einde komen k a n. Wel tijdelijk, doch
niet finaal.
Dr Kuyper schreef het in 1914 zoo tref
fend juist:
De oorlog gaat om de vraag„wio
onder u de meeste zal zijn", wat vlak
tegen "het Evangelie indruischt en altoos
een niet te verschoonen zonde is. De oor
log gaat om winisfe in land, in goed of
geld, waar het Evangelie de armen za
lig spreekt en Gods wet roof en diefstal
wraakt. Do oorlog gaat om gekrenkte eer,
waar Jezus zijn discipelen de voeten
wascht. Het is altoos het egoïsme der
volken, dat het altruïsme onder de volken
tegenhoudt. Geef ons 't Paradijs terug,
en geen oorlog is meer denkbaar. Komt
eens het Paradijs dat ons in de eeuwig
heid wacht, en alle oorlog zal een nacht-
Imei-rie uit het verleden zijn geworden.
Maar zoolang de zonde standhoudt, het
egoïsme zijn fatale werking blijft doen,
hebzucht het oog verblmdt, en naijver
nog altoos den toon aangeeft, blijft het
z'ielegif ook onder de volken doorwerken,
kan de oorlog niet duurzaam uitblijven,
en komt hij telkens weer de volken ver
schrikken, als straf voor hun verkeerden
geest, als medicijn ter stuiting van het
kwaad, en als roepstem naar hooger exis
tentie.
En wat dé Dienstweigering aangaat,
wanneer inderdaad blijkt dat hiermede
zuiver gewetensbezwaren .gemoeid zijn,
dan is de Overheid verplicht hiermede
rekening te houden.
Geen dwang aan de overtuiging! was
van ouds een gezonde antirevolutionaire
leus.
De meening van ex-keizer Wilhelm.
De diplomatieke medewerker van de
„Daily Tel." verneemt, dat personen, die
onlangs den ex-keizer te Doorn bezocht
hebben, ten zeerste getroffen zijn door de
onverflauwde belangstelling, welke de ge
vallen monarch nog steeds voor inter
nationale aangelegenheden aan den dag
■legt. Hij gaf blijk van buitengewone op
gewondenheid op den dag, datde pers
■voor het eerst molding maakte van het
eens aan. Ken je ze? Nee, hè? Nu, ik
ook niet. En tocli kennen we allebei alle
stroopers van uren uit den omtrek. Deze
lui zijn geen stroopers. 'tZijn omgekochte
sluipmoordenaars, die in opdracht hiad-
u'en, jou uit den weg te ruimen. Hun
schoten moesten je naar 't Ottergat lok
ken. Dat hebben ze ook gedaan. Ma ar
de vluchteling graaf Frederik van S-, is
oip een of andere manier den schurken
voor 't geweer gekomen en, meenende,
dat gij het waart, hebben ze hem neer
gelegd. Die verbazing van dien kerel daar,
toen hij hoorde, dat ik je naam noemde
en dus begreep, dat hij den vei'keerde
getroffen moest hebben, deed mij in eens
een licht opgaan. Ik zou mij al buiten
gewoon sterk moeten vergissen, wanneer
ik niet nog meer begreep. Maar daarover
nu niet; dat komt allemaal later wel
in orde."
„En wie zou hen dan hebben omge
kocht?" vroeg Willem ontroerd.
„Dat zou ik je kunnen zeggen; maar
ik zal den naam van den ellendeling
verzwijgen, tot ik de bewijzen heb."
Willem Beijers trad oip den wachtmees
ter toe en boog zich tot hem over. „Frans
Holz", fluisterde hij.
„Gij zegt het en ik denk hiet." gaf de
wachtmeester terug; „maar denk er om"
hij legde den vinger op de lippen.
„En nu zal ik, in afwachting van de
komst der helpers, eens zien of dat twee
tal mij een paar namen wil noemen.
„Hoe heet jij?"
Het Britsche s.s. Homestead is door
den Amerikaanschen kustbewakingsdienst
in de Amerikaansche wateren aangehou
den en naar New York opgebracht. Het
had 12000 kisten sterken drank aan
boord.
Zeshonderd „studenten" zijn op last
van den Egyptischen minister van onder-
wijls weggezonden van de scholen to
Kaïro, daar zij een besluit hadden ge
nomen de lessen wel te volgen, maar niet
te werkexi.
Borah, de voorzitter van de Senaats
commissie voor de buitenlandscho aan
gelegenheden in de Verecnigd© Staten,
heeft voorgesteld om het in de Vereen.
St. met beslag belegde eigendom van
Duitschers ten bedrage van omstreeks
een milliard dollar''hetwelk thans door
De aangesproken©, die met vossenoogen
naar den wachtmeester opzag, antwoord
de niet dadelijk. Hij scheen zich af te
vragen, of er nog mogelijkheid bestond
te ontkomen.
„Is u van plan, mij vast te houden?"
vroeg hij.
„Dat is nogal duidelijk, dunkt me; of
dacht je soms, dat ik iemand zou laten
kuieren, die een moordaanslag of mis
schien wel ieen moord heeft gepleegd?
Neen, kameraad, hier helpt het opgeven
van een valschen naam, waarover je
practiseert, la, la, spi'eek me niet
tegen man, ik lees je gedachten in je
oogen hier helpt het opgeven van een
valschen naam geen sikkepit. Je kunt het
om mij anders gerust doen, hoor! Wij!
lichten straks je doopceel wel en blijkt
het dan, dat je ons wou voorliegen, dan
komt de duw, dien je krijgt, nog wat
harder aan. Als je daar niet om geeft,
ik nog minder. Maar allo, zonder verder
gezeur, je naam!"
„Emiel Verschure."
„Dat klinkt Belgisch. Ben je een Belg;?"
„Jawel."
„Hoe oud?"
„Zevenden-dertig."
„Waar geboren?"
„Te Eecloo."
„Van beroep?"
„Kellner."
„Wonende te
„Antwerpen."
Die wachtmeester richtte zijn verstan-
Afschaffing' van den Zoimertijd.
Ingediend is een wetsontwerp tot in
trekking van de wet van 23 Maart 1918
(Zomertijd). De memorie van toelichting
luidt:
Het 'tijdvi-aagstuk heeft, sedert de we
reldoorlog tot invoering; van den z.g.n.
zomertijd noopte-, de regeering voor moei
lijke beslissingen geplaatst. Eenerzij'ds
doen de voorstanders van een vervroe
ging van den Amsterdamschen tijd luid
klinken, de sociale, financieel© en hygi
ënische vcordeelen; andei'zijds vragen do
pleitbezorgers van het platteland volle
aandacht voor de schaduwzijden van den
zomertijd. Teneinde het voor en tegen
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, f3.—
Losse nummers fOLOf
Prijs der Advertentiën:
1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 et.
Bij abonnement belangrijke korting.
in een rustige atmosfeer aan een nauw
gezet onderzoek te toetsen, heeft een .com
missie do voor- en nadoelen aan de»
zomertijd verbonden, nagegaan en aan do
hand van do uitkomsten van haar onder
zoek, over den wettelijkon tijd geadvi
seerd.
Deze commissie heeft, dank zij noesteB
arbeid, het onderwerp schei'p belicht,
maar gelijk trouwens to verwachten was,
overeenstemming is niet bereikt. Advi
seert de meerderheid tot behoud van
den zomertijd, do grootst mogelijke min
derheid kant zich scherp daartegen.
Nochtans het meerderheidsstandpunt is
gematigder dan de inhoud der wet van
23 Maart 1918- In stede van .vervroe
ging van den Amsterdamschen tijd ge
durende den zomer met een uur, beplei
ten de leden hier aan liet woord, invoe
ring van den Midden-Europeeschen tijd
'gedurende den zomer en hot uur va*
Greenwich gedurende den winter. Boven
dien zou, volgens hun voorstel do zomer
tijd niet meer gelijk b.v. in 1924, mogen
aanvangen eindo Maart, maar eerst den
derden óf vierden Zaterdag van April.
Al aanstonds zij opgemerkt, dat aldus
vele van de financiëelo haten welke in
het credit van den zomertijd plegen geïnd
te worden, komen te vervallen. "Immers
wordt do datum van aanvang van den
zomertijd verlaat er;, gelijk in de rede;
schijnt te liggen, het einde vervroegd,
wordt bovendien het verschil met den
Amsterdamschen tijd tot 40 minuten be
kort, dan is de besparing 'aan kunstlicht
aanmerkelijk geringer.
Eindelijk is nog van belang de over
weging, dat Nederland praclisch niet vrij
is den aanvang en het einde van den
zomertijd naar eigen goedvinden te be
palen. Het kan alleen indien België, En
geland en Frankrijk diezelfde tijdstippen
aanvaarden.
Dit alles in aanmerking' genomen, is de
regeering te iade geworden om het min-
derh eidsv eerstel der Tijde om missie te
aanvaarden en dus weder terug! te kee-
ren- tot den toestand vóórdat do invoe
ring van zomertijd door de wet werd
gelast.
Belasting op radio.
Gemeld! Wordt, dat de regeering de
radio-bedrijven belastingplichtig denkt te
maken. Zij zou bedragen willen heffen
van maatschappijen en personen, die zich
bezighouden met het uitzenden van mu
ziek, enz. De zaak is sedert korten tijd in
studie bij1 het hoofdbestuur der posterijen.
Voor de 'heffing zou het Engelsche sy
steem worden gevolgd, hetwelk hierop
neerkomt, dat van elke radio-installatie
of radio-onderdeel, dat in den lande
wordt verkocht, een bepaalde courtage
aan den staat w'ordt afgedragen.
Het m j 11 io e n voor dp Olympi
sche Spelen.
Het Hoofdbestuur van don Christelijke»
Koi'fbalbond in Nederland, gehoord het
voornemen der Regeering tot het verlee-
nen van een subsidie van maximaal een
millioen gulden, ten behoeve van de
Olympische Spelen 1928; gelet op 'tfeit,
dat deze spelen leiden tot menschver-
goding, ontheiliging van den dag des
Ileeren, bespotting van dien eed en ver
wildering der zeden; overwegende, dat
de nadoelen van voornoemde spelen
met betrekking tot de bevordering der
lichamelijke oefening meerdere zijn da»
digen blik op Verschure; een blik, waar
onder de arrestant zich merkbaar on
rustig gevoelde.
Daarna naar Willem omziende, zei hij
„weer een lichtstraal, amice! Zie je 'm
niet? Ik wel. Maar we gaan verder. In
welk café ben je .keLlner en in welke
straat, Verschure?"
„CaJé „Alhambra," in de rue de Gand".
Wachtmeester Lergman wenkte den
tweeden arrestant.
„Heb de goedheid een beetje te draaien,
vrind! Zóó, zóó helpt ons de maan bij
de kennismaking. Kijk me nu maar 's an."
Een jongensachtig gezicht, zonder den
vcssentrek van het gelaat van Verschure;
■vol angst en wanhoop, ving Jilet heldere
maanlicht op; en de schuw© oogen Mel
den geen twee seconden den toets van
die des wachtmeesters uit.
„Jij heet?"
„Henri Baptist© de Beaulieu."
„Goeie hielp, dat moet je me straks
maar eens voorspellen. Dat onthoud ik
niet. Maar 't klinkt me nogal voornaam.
Oud?"
„Twintig jaar."
„Twintig jaar, en dan al in een'moord
aanslag betrokken I
„Maar ik en ben het niet. .die geschoten
heeft, monsieur. Wezenlijk niet.- 'k En zou
het niet hebben kunnen doen. Ware ik
niet geprest geworden, 'ken hadde niet
meegedaan."
„Nu, dat zal het onderzoek uitwazen.
Waar geboren?"
„Te Bruxelles; te Brussel."
„Van beroep?"
„Student."
„Student? Dia's geen beroep. Enfin, de
Beau^.de Beaui
„De Beaulieu, monsieur", vulde de ar
restant aan.
„Nu, de Beaulieu, ik ben niet verplicht
je ©en goeden raad te geven; als ik je
er evenwel een geven mag, lieg dan niet.
Geen woord, hoor je!"
„,'kEn zal xiiet liegen, monsieur!"'
„Houd je daaraan! D|e proef op de
som: op wiens last ben je Mer?"
„Van monsieur Francois Holz."
„Daar heb je't! Ik had het al ge
roken. En je opdracht luidde natuurlijk,
Eeijers naar het Ottergat te lokken en
dood te schieten, niet waar?"
„üui, jawel monsieur; maar geloof
me, 'ken hadde 'tnooit gedaan."
„Ik geloof je; en de rechtbank zal je
cok wel gelooven. Met dat al zit je er
lcelijk tusschen, en ben ik bang, dat je
boeken wel schimmelen zullen, vóór je
ze weer kunt openslaan. Wel, Verschure,
je gaat zeker wel aecoord met de ver
klaring van je kameraad, hè? Heeft Frans
Holz je omgekocht, om den jongen jacht
opziener Beijers dood te scMeten?"
Verschure zag in, dat hij met liegen
zijn zaak nog slechts erger maken kou.
Hij knikte daarom.
(Wordt vervolgd)-