Ne 91 Zaterdag 17 Januari 1915 39e Jaargang HTPAREH bSS** "I BANK ASSOCIATIE it ie Proïineie. Buitenland RSTROO I zuidoostelijke tot pvelig tot half of [of geen neerslag, hunt, overdag iets Dit nummer bestaat uit twee bladen EERSTE BLAD. Vrachtwagen ip veereij KANTOOR GOES. DEPOSITO'S - SPAARREKENING EFFECTEN COUPONS Binnenland. el va* Jr 'A* lüokter i* Rw*'' kiekjes vao. «few. studeerkamer, i* illenburg, waarop ft; terwijl „Timo den jubilaris ai- ig van den Bood |tc. te VMsKÓBgett Is gisteravead ia igenomen. /EER BERICHT, ia den ochtend: jeeld door het [ut te De Bilt. id 781.7 te Muen- Isafjord. avond van. 17 •rukkers-Exploitanten •OSTEBBAAN LE C01NTRE GOES Bureaux: Lange Vorstslraat 68—70, Goes Tel.: Redaetie no. 11; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor tc Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f3.— Losse nummersf<M>5 Prijs der Advertentiën: 1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct Bij abonnement belangrijke korting. Plattelanders-theologie. De Plattelandersbond ligt hopeloos uit elkaar geslagen. De twee afgevaardigden,, door de actie van den Bond naar het parlement gezonden, bestoken elkaar met moties en documenten. Van het orgaan van den Bond de „Plattelander", nam de heer Braat afscheid. 'Z-ijn toon, zijn ruwe houding, zijn ontactische gedragin gen wekten bij onderscheiden plattelan ders weerzin. Of met des heeren Braat's uittreden blad en organisatie voor onze Christen-boeren sympathieker zjjn gewor den? DaaroveT mogen inlichtingen geven een kweetal aanhalingen, ontleend; aan het nummer yan 3 Januari j.l., waar naar aanleiding van het Kerstfeest deze hei- ligschennende onzinnigheden werden ge debiteerd „Omdat die herders vóór 20 eeuwen werkende waren in het veld, zagen zij: in den donkeren nacht het schoone licht met het wakende oog en hoorden zij de schoone engelenzang van „Vrede op Aarde" op 'Lland en niet in de ste den.'' Eu: „Wij moeten zorgen, dat het beste niet gedood wordt, maar- kan opgroeien en bloeie», want de Plattelandersbond ligt nog als het kindeke in den stal." Na deze Plattelanders-theologie is het jmtwoori op de vraag: „sympathieker?" duidelijk. (Rott.) te koop. JFHOUT, Serooskerkej |TE KOOP: JOK F,. A 88. Veere^ fE KOOP: r*en aan «le rek®n,n'| ge Parelhoenaïer». F, Vrouwepolder. TE KOOP: e mahonie KroonkastJ en voor eiken Kabin t> I Ihiffonière, gesch.beer J lilderd gebogen Kabm«'l ls, 6 mahonie Stoegl enz. Adres VAN L 'I 'azijn van oud ea m _j rdstraafc L 105, M j iaart a. s. tweede Knecht woning beschikbaar. LU1JK, Wolpbaartsdi] I en Knecht of ai,n'[ art of Mei ht inke Boerenkpcc» JStichting „Vel worden om aan het i •en te staan. Soin^J h geen ben, moeten in en grondslag J Verz. van Kram^dslJ en niet ouder .i 1700 tot peDBioenstorüo?- J brieven te n*»0 -beer-Diwe*0*' l« Bolsjewistische gevangenschap. „Het Handelsblad" haalt een en ander aan uit een pas verschenen boek; de schrijver heet Ge org Popoff. Het onder staande is er aan ontleend. Popoff was in Februari 1922 te Mos kou, eenige dagen vóór de z.g. „ont binding der Tsjeka", (bedoeld is de roode inquisitie), die toen den naam van „Gpoa" kreeg, maai' in wezen hetzelfde bleef. Als ongewenscht vreemdeling kwam hij in die dagen in aanraking met deze Gpoe, zat een tijd in de „Binnen-Gevange- nis" en in een der gebouwen der Tsjeka gevangen. Na zij* arrestatie in zijn hotel werd hij naar ee* kelderruimte van do „Binnen- Gevangenis" gebracht, een vochtige cel, met kleine, getraliede vensters. Langs de muren stonden schragen met planken, waarop ongeveer 15 in lompen gekleeds gestalten lagen of zaten, die zijn bin nenkomen nauwelijks opmerkten. De Sovjet-Russen noemen „gevangen zet ten" „marineeren". en de gevangenen „ge marineerde" mensclien. Popoff zette zich op een der onbezette banken. De eerste minuten heerschte er een volkomen stilzwijgen. Niemand nam eenige notitie van hem. Langzamerhand draaide de een na den ander zijn hoofd in de richting van den nieuw-aangeko- mene en nam hem van top tot teen op. Een va* hen, beter gekleed dan de ande ren, stond op, en trad met langzame pas sen op Popoff toe en zeide zachtjes: „Neem u mij, niet kwalijk, maar hebt u misschie* toevallig wat cigaretten mee gebracht?" Alle gevangenen keken met gespannen gezichten naar den aangespro kene. Het bevestigende antwoord verwekte groote vreugde, te meer toen ik eenige doosjes Amerikaansche cigaretten te voor schijn baalde, schrijft Popoff. ïoe* Popoff na zijn eerste' verhoor in rij" col terugkeerde, zaten zijn medege vangenen juist te eten. In het midden ran de kamer stond een vuile emmer-, die ruet een walgelijke, naar bedorven visch ruikende vloeibare stof gevuld was. Allo vjjftien gevangenen zaten om dezen emmer en lepelden de „soep" op, terwijl ZÜ daarbij zwart brood aten. Wilt niet een beetje van deze soep met d® „grijze oogen" vroeg een hunner mij niet zonder galgenhumor. Ik vroeg: „Waarom grij ze oogow?" en merkte toen eerst, dat in de WeiP hes groot aantal wit-grijze vischoogen zwommen, die bewezen, dat het zioh in den emmer bevindende vuile vocht werkelijk een uschsoep was Mijne vrienden noemden d«ze soep daarom „grijze oogen", of in 't Rus- s,sch „Karije Glaski" wat des te tragischer kl°nk, omdat in Rusland een zeer bekend en geliefd zigeunerlied dcnzelfden naam draagt.' Het eten, dat tweemaal daags uitgereikt werd, verdiende nauwelijks den naam van ■voedsel" en kon beter „vuil" genoemd worden. Behalve deze beroemde „grijze vojensoep" (die overigens, daar men in Rusland gebrek heeft aan allerlei ge bruiksartikelen, in emmers wordt opge diend, die anders in het hospitaal der gevangenis staan en gebruikt werdea om allerlei afval, als vuile watten, gebruikte verbandmiddelen ed. in te verzamelen) kregen de gevangenen dagelijks een half pond half-gebakken zwart brood, dat dooi de surrogaten, die er in verwerkt waren, er als aarde uitzag en ook daarnaar smaakte. Eenmaal per week kreeg elke gevangene een bedorven, stinkende visch. De behandeling der gevangenen door het personeel was bovenmate ruw. Ve len werden voortdurend geslagen. Elk be vel werd op ruwen toon gegeven, onder vuistslagen en stompen. Uit de naast ons gelegen vrouwencel, vertelt Popoff, dron gen dag en nacht kreten der vrouwen tot ons dooi-, en vloeken der bewakers, die de vrouwen niet met rust konden laten. Overigens was in het algemeen het vloeken niet om aan te hooren. Ieder een vloekte: de bewakers onder elkaar, de bewakers tegen de gevangenen, de gevangenen onderling. Wat dat beteekent kan alleen hij: begrijpen, die de bijzondere terugstooteridheid der Russisch© vloeken kent. Niettegenstaande dit schelden, vloeken en grove optreden van het geheclo ge vangenispersoneel waren de dagelijksche bezoeken van deze bewakers toch de eenige afwisseling in het eentonige be staan van de gevangenen. Telkens als het rammelen der sleutels werd gehoord, vroeg ieder zich af: vrijheid of dood? Wanneer de gevangenbewaker den naam van een gearresteerde afriep, voeg de hij er steeds iets aan toe, riii. óf „voor 't verhoor", öf „met je boeltje", óf „met je boeltje naar den commandant". Het eerste beteekende, dat men naar den rechter van instructie gebracht zou wor den, wat daarvan het gevolg zou zijn, was onzeker. Het „met je boeltje" kon drie dingen beteekenen: overbrengen naar een andere gevangenis, of deportatie naar Siberië of doodstraf. Het „met je boeltje naar den commandant" beteekende vrij heid. Treffend is het gedeelte, waarin de schrijver vertelt, in welke localiteit hij zijn vonnis afwachtte. Om zes uur 's avonds werd plotseling op bet binnenplein van de „Binnen-gevangenis" het dagelijksche geluid van do „Zwarte Raaf" zoo werd door de gevangenen de zwarte op een doodkist gelijkende gevangenis-auto genoemd, hoorbaar. De gevangenen werden onrustig. Wie van ons zou heden meegevoerd worden en welk lot wachtte de weggevoer den Bange minuten gingen voorbij. Toen knarste de sleutel in het slot van ónze deur en. de bewaker riep: „Burger Popoff en Georgi Konstantinowitsj, maakt jelui klaar, met je boeltje". „Wjj waren ongeveer mot ons dertigen in de „Zwarte Raaf" bijeen, die nauwelijks plaats voor 10 menschen had. Daar in den wagen geen vensters waren, was het daarin volko men donker, zoodat men zelfs zijn lotgenooten niet kon zien. Eindelijk zette de auto zich in beweging, en met spanning wachtten- wij af waarheen dit „zwarte" lot ons brengen zou. Tot onze verbazing hield de auto reeds stil, toen wij nog geen drie minuten gereden had den. De deur werd geopend en wij merkten, dat wij naar een der bijgebouwen van do Tsjeka (de geheime Inquisitie) werden ge voerd, een oud paleis eener gravin, die daar weleer haar lijfeigenen onmenschelijk had doen martelen. Ik werd op het binnenplein van de andere gevangenen gescheiden en naar een zijvleugel aan den achterkant van het paleis gevoerd. Wegens de eigenaardige in richting van dit gebouw wordt het door de bewoners van Moskou het „Doodenschip" ge noemd. En terecht! De Tsjeka (dat is de Inquisitie), waardeert liet koude stilzwijgen van deze steenen, gevoellooze gevangenismu ren bijzonder en zij stelt er hijzonderen prijs op, dat de „roode terreur" zich voor de bui tenwereld zoo onopgemerkt mogelijk afspeelt. Nu, aan dit doel beantwoordt het „dooden schip" geheel. Verschrikkelijke geheimen en misschien wel de afschuwelijkste en bloedigste tra gedies van onze eeuw verbergen zich achter deze muren. In dezen vleugel be vindt zich een groot, merkwaardig in gericht vertrek; langs de wanden daarvan loopt een smalle, van ijzeren tralies voor ziene galerij. De vloer is er uit wegge nomen, zoodat deze ruimte, waarvan nu de vloer oen verdieping lager ligt, een diep kelderachtig vertrek is geworden. Van den grond loopt een ijzeren ladder naar de deur en de galerij. Om deze eigenaardige inrichting heeft men dit huis met zijn systeem van galerijen en trap pen het „schip" en de kelderruimte de „machinekamer" genoemd. Voor welk doel dient dit „schip" met zijn „machinekamer"? Het antwoord hier op ontsluiert een der vreeselijkste ge heimen der Tsjeka, vertelt Popoff. Niet GR00TE MARKT 24. TELEFOON No. 41. j zoo maar wordt deze ruimte het „dooden schip" genoemd. Hier vindt de terecht stelling der slachtoffers van de Tsjeka plaats. De ter dood veroordeelden worden, ge heel naakt, door de deur in liet vertrek ge duwd, waar een bewaker hen dwingt om de trap naar de „machinekamer" af te dalen, 'waar hem de heul wacht. Deze doodt de slachtoffers door een, twee schoten in den nek. De lijken worden door een achterdeur weg gesleept en met een vrachtauto worden zij naar een buiten Moskou gelegen begraafplaats ge bracht en aldaar begraven. Soms worden gevangenen naar het „doodenschip" gebracht, niet met het plan lien tc dooden, maar hun vrees aan te jagen en hen aldus tot een bekentenis te brengen. Wat zoo'n verblijf in het doodenschip van iemands zenuwen vergt, valt moeilijk te beschrijven. Popoff be hoorde tot diegenen, wien vrees aange jaagd moest worden. Popoff is ten slotte vrijgekomen. Bij zijn terugkomst in West-Europa schreef hij het boek. SLIJMHOEST? CARUS0L, 30 cent per dnoaje. DE TOOWEKPflS-TILLE. Bij Uw Drogist. Uit de Fransche Kamer. Men kan niet zeggen, dat deze Kamer haar werkzaamheden in het nieuwe jaar in kalmte is begonnen. Nadat Painlevé, wiens herkiezing tot voorzitter reeds ge meld is, de gebruikelijke toespraak had gehouden, kwamen de interpellaties aan de orde. Chautemps, de minister van binnenlandsche zaken, verklaarde, dat de regeering ter beschikking van de Kamer stond voor de onmiddellijke behandeling van de interpellatie betreffende de sta king te Douarnenez. Toen Masson, socia listisch algevaardigde, vervolgens met do interpellatie wilde beginnen, maakte de oppositie de opmerking, dat er ook nog andere interpellaties op behandeling wachtten en dat de voorzitter vergeten had de Kamer uit te noodigen zelfs de volgorde vast, te stellen. Painlevé wei gerde echter de Kamer in deze regeling te kennen. Do minderheid maakte daarop Masson het spreken onmogelijk door met lessenaars te klappen en op andere ma nieren rumoer te maken. Er ontstond een algemeen kabaal; socialisten storm den van hun banken en wisselden sla gen met leden van de rechterzijde, de communisten hieven de Internationale aan en van de publieke tribunes werd geflo ten. Painlevé zette zich den hoogen hoed op het professorale hoofd en verliet den voorzitterszetel. Na een kwartier werd de vergadering heropendMasson kon zijn interpellatie ten einde brengen. i De nieuwe Duitsche regeering. De rijkspresident heeft dr Luther tot rijkskanselier benoemd en op diens voor stel de volgende personen tot ministers: buitenlaridsche zaken dr Stresemann; bin nenlandsche zaken 'Martin Schiele; econo mische zaken ^euhausarbeid dr Brauns; verdediging dr Gessier; posterijen Stingl; voeding en landbouw graaf Kanitz. De portefeuilles van financiën en ver keer zijn nog niet bezet. De portefeuille van justitie is aangeboden aan raadsheer Schumacher, lid van den rijksdag, die men tevens wil belasten met de waar neming van het departement voor de be zette gebieden. De besprekingen hier omtrent zijn nog niet afgeloopen. De roode en rose pers is natuurlijk over dit kabinet slecht te spreken. Welke zittende R. E. Kamer leden zullen verdwijnen? De „Gooische Post" schrijft: Nu berichten over de Utrechtsche ver gadering op gezag "van Prof. Aengenent en anderen in de bladen verschijnen, bestaat er ook geen aanleiding meer om achterwege te houden de namen van de zittende Kamerleden, die op de Utrechtsche vergadering genoemd zijn als dromende het eerst in aanmerking om niet herkozen te worden. Zoo moet liet vaststaan, dat behalve de heeren Stulemeijer en W. F. J. Ju ten, die zich niet herkiesbaar stellen, men weinig voelt voor een hernieuwing van de candidatuur van den heer G. Bulten, oud-selioolhoofd te Zilk bij Hillc- gom, die tijdens zijn Kamerlidmaat schap burgemeester van Voorhout is ge worden. Eveneens zouden van de landbouwers voor een valste plaats op "het politiek advies niet meer in aanmerking komen do heeren P. ,T. Rutten, die zitting heeft voor Limburg, en G. Knigge, die zitting heeft voor Utrecht, terwijl ook in dit yerband genoemd Wordt de naam van den heer A. J. Loerakker, die zitting heeft voor Leiden. Verder is bepleit, dat wegens opeen- hooping van ambten niet voor een her kiezing in aanmerking zouden komen de heeren mr J. B. Bomans, lid van God. Staten van Noord-Holland, en A. B'. Mi- chielsen, voorzitter van den Raad van Arbeid te Haarlem, laatstgenoemde om dat hij geweigerd heeft, zelfs na op hem geoefenden aandrang, dit voorzitterschap neer te leggen, en zoodoende een ra- tioneele bezuiniging heeft tegengehouden. Wat het Zuiden betreft, is moeite ge daan om den heer A. II. A. von Frijtag Drabbe te plaatsen in den kieskring Til burg op de plaats van den heer Juten, welke plaats een twijfelachtige is, zulks teneinde de ambtenaren door de candi- daatstelling van een hunner voormannen tevreden te stellen. Dioch Brabant en Limburg verzetten zich op dit oogenblik nog tegen candidaten uit de Noordelijke provincies. S t e n li u i s in de Tweede K a m e r? „De Strijd" meldt: Vrijdag' vergaderde het bestuur van het N. V. V. Djoor Stenhuis werd ver gunning gevraagd een ernstige candida tuur voor de Kamer aan te nemen. Op een enkele uitzondering na, werd het toegejuicht, dat Stenhuis door de partij een ernstige candidatuur was aangebo den, daar men meende, dat het N. V. V. niet kan ontberen, dat een zijner da gelijksche leiders in de Kamer zat. (Och, ja, waarom zou men niet van dé Eerste naar de Tweede Kamer willen verhuizen? 't Levert meer op. Red. Z.) D; e B u r g e r W' a c h te n. De Minister van Binnenlandsche Za ken heeft aan de burgerwachten medege deeld, dat zij1 over 1925 slechts 75 pet. mogen verbruiken van het patronenver- bruik over 1924, niet meer dan 150 per hoofd en dat zij: elkaar geen patronen mogen verstrekken. Zij: kunnen evenwel voor eigen rekening tegen den kostenden prijs patronen van de artillerie-inrich tingen ontvangen. Ook overigens <wordt pp bezuiniging aangedrongen. D e S. D. A. P. e*h haar R e s t u u r. Mr P. J. Troelstra heeft aan het Par tijbestuur van de S. D:. A. P. bericht gezonden, dat hij geen candidatuur voor het Partijbestuur meer aanneemt. De heer W1. IJ. Vliegen, die reglementair wegens zijn verhuizing naar Dien Haag! het voor zitterschap der S. DL A. P. niet meer kan aanvaarden, heeft zich bereid ver klaard zich voor het overige deel van het Partijbestuur een candidatuur te zullen laten welgevallen. Naar aanleiding van dit bericht nog het volgende, 'dat we van verschillende zij den vernamen. De heer Kleerekoper zou voorzitter van het Partijbestuur worden. Men moet wel lang er over beraadslaagd hebben, want de heer Kleerekoper moge zijn wie hij wil, als voorzitter is deze fanatieke man al kwalijk geschikt. Maar de Partij schijnt daar in Amsterdam over niet veel krachten te beschikken. Verder hoorden we verluiden, dat voor leider der Kamerfractie zich niet minder dan drie gegadigden opdoen, n.l. zoowel de heeren Albarda en Vliegen als de heer Schaper. Het gebeurt meer, dat, als de helden heengaan, hun epigonen om den buit vechten. (Resb.) Bij de directe belastingen, enz. izijn met 1 en 16 Jan. verplaatst de kommies lo klasse G. van Tongeren van IJzen- drjke naai' Amsterdam en de kommies 2e klas H. M- Le Fever van IJzendijke naar Aardenburg. De hikziekte. In verschillende plaatsen in het eiland Tholen o.m. to Th-olen, te Oud-Vossemeer en ook in N. Vossemeer komen gevallen van hikziekte voor, blijkbaar niet van zeer ernstigen aard. (M'-C.) Door de gemeentepolitie is in beslag genomen een vermoedelijk valschen gul den, dragende de beeltenis der Koningin en het jaartal 1923 MKmH&RDT's Keelpijn-Tabletten 60 ct Hoest-Tabletten 60 ct. Bij Apoth. en Drogisten Goes. Gisteravond sprak in het Schut tershof voor dc Vereen, voor Chr. Winter- lezingcn de bekende Haagsche predikant ds D- A. v. d. Bosch over „de Engelen". Na ingeleid te zijn door het Reshrurs- lid der voreeniging, don heer N. J. B-ast- meijer, verkreeg de ^preker het woord., Spr. schetste eerst in treilende bewoor dingen het Bijbelverhaal, waarin geden kend wordt de droom van den na lange* moeitevollen dag rustenden Jakob, waarin hij de engelen Gods zag nederdalen en opklimmenvan en naar den hemel. Wat schoone beteekenis heeft deze droom van Jakob voor de kerk van alle tijden. Er is een levende relatie tusschen hemel en aarde, nog onderhouden tot op den huidigen dag door 'de Engelen Gods. Toch denken wij veel te weinig na over de Engelen. Wij Gereformeerd-protestanten zeggen wel niet met de Sadduceeën, dat ei' geeu Engelen zijn,' maar deze zaak is voor velen toch niet meer dan oen memorie- post. 'Ze is veel te weinig een geloofs stuk in de praktijk van ons Godvruchtig leven. Ook het dweepen met de Engelen is veel meer een gevolg van kunstliefde dan rustend op do gegevens der Heilige Schrift. De kunst vooral zoowel beald- Jiouw- als dichtkunst heeft zich met de Engelenfiguren ingelaten. Maar men heeft veel te weinig gezocht in de Heilige Schrift, wat deze van de Engelen zegt. Do Engelen zijn voor maar al te vele* kunstfiguren geworden of beeld van. lief talligheid. Zoo noemt een moeder haar kind een Engel. En menig meisje wordt door haar verloofd© „een engel" genoemd. Heelemaal abuis zegt spr., want de Schrift teekent de Engelen als mannelijke wezens. Spr. behandelt daarna le het wezen; 2e de wereld en 3e het werk der Engelen. Het woord engel, een vreemd woord, wil zeggen: bode. Hot woord Engel be teekent overal in de Heilige Schrift: bood schapper Gods, behalve in de Openbaring, waarin het ook beteekent: voorganger der gemeente. Scherp -omlijnt Spr. het Engelenbegrip uit den Hebreëi'-brief: „gedienstige gees ten". Ze zijn persoonlijke zelfstandig© we zens, met wil en verstand begaafd. Het blijkt ook telkens, dat wanneer er Engelen verschijnen, zij volkomen op de hoogte zijin van de omstandigheden der personen, aan wie zij' verschijnen. Eén ding is er, dat de Engelen nooit zullen verstaan, n.l. "het wonder der ver lossing, van Jezus' menschwording. Hebben de Engelen een lichamelijk be staan? Zeker, zeiden sommige kerkvaders. Maar het is onjuist, zegt Spr. De Engelen worden nadrukkelijk geesten genoemd. En verschijnen zo op -aarde in menschelijke gedaante, dan is het lichaam, -dat ze -dan drqgen, slechts tijdelijk. Spr. wijtet hierbij op het wonderlijk handelen van den Engel, die aan Manoach verscheen. Engelen zijn geschapen geesten. Het meest waarschijnlijk is, dat de Engelen zijn geschapen tegelijk met den hemel. Het zijn geschapen geesten, die wel een begin hebben gehad, maar geen einde zullen hebben. Hun stand wordt bepaald doordat zij zijn: boodschappers 'Gods. Steike helden zijn het, want zij openbaren zich soms in geweldige klachtsuiting. De H. S- teekent ons de Engelen niet als een beeld van schuchterheid, maai' als een van jonge, mannelijke kracht- Welle een troostende gedachte voor Gods "kerk is het, dat de Engelen zijn sterke belden Gods. Hoe wordt ons ook de snelheid, der Engelen geteekend, gesymboliseerd in hun vleugelen. Wat -een troost vloeit ook hieruit voort voor Gods kerk en al Gods kinderen. De talrijkheid der Engelen is buiten gewoon. Die Schrift spreekt van vele dui zenden, heirscharen, legioenen, enz. Toch is de Engelenwereld -een geordende sa menleving. De II. S- spreekt van een leger, d.w.z. er is orde en regelmaat, in. Kleurloozo eenvormigheid is daar niet, want in Gods Schepping is overal ver scheidenheid. Wordt er niet gesproken van de Archangel, van Cherubs, Serafs, tronen, machten, heerschappijen (dat zijn groote groepen van Engelen). Van elk dezer groepen beschrijft Spr. taak en roe ping. Ook in de Engelenwereld zijin er hoogere en 'lagere rangen. Waar God zelfs de sterren bij name noemt, is het niet te verwonderen, dat ook de Engelen namen dragen. Toch vin den we in de H. S- slechts 2 namen van Engelen, n.l. Gabriël en Michael- De werk zaamheid van Gabriël staat telkens in verband met de vleeschwording van

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1925 | | pagina 1