iristel\jk iSlnien laad te loop, DE ZEEUW TWEEDE BLAD. li ijkantoren. rdam, srsgraeht 473-478, ie Amsterdam, Heerengraefot 307, {alfvaars te Stoop, koop 2 Vaarzen, nette Dienstbode FEUILLETON. DE HAMSMOKKELAARS. Gemeenteraad van Goes. leening is opengesteld Id. Dee. 1924. Intore van inschrqviag pSEGHEN—Van Maris. Aerdenhout. PERHeybrom. Bloemendaal. bUARLES VAN UFFORD, Bilthovea. f, Loosduioen. DER VLÜGT, Utrecht. UN DERIN K, Haarlem. STERMAN N Lechnbr, Amsterdam, >®p ds za©Sj |er 70 K G. blauw, br 70 K G. witbloem. Jebr. BO LIER, Spuistraat Middelburg, en A. BI i Heerenstraat, Domburg. TE KOOPï sen K®6) bde kalf, rekening 9 Jan- >INK, Serooskerke (W.). Lning, bij A. P POUWER, 21 maanden, bij [LLEMSE, Vrouwepolder. TE KOOP: yoed als nafiuwe Één- [joeg en een SJrieling- e ruil tegen ®en groote bij P. SPEIJKERS, Nieuwdorp. lei een Paardenknecht knecht, die met paarden aan benoodigd, bij A. JAN SE, KLeverskerke. nd of met Maart flinke Boerenknecht I die zelfstandig kan wer- leven letter A Boekhandel Middelburg. 1 Januari 1925 door Mejuffr. J. J- DE -Ramondt, Slagerij, Opril 9, Goes. VAN TWJDAG 19 DEC. 1924. No. 69, Hier en elders. Het trekt de aandacht dat de S.DLA.P. tea onzent met haar naaste linker en rechter buren in haar program algemeene ontwapening schreef, terwijl in het bui tenland bij de eigen geestverwanten heele- maal niet aan ontwapening w'ordt ge dacht. Mac Donald, de Rngelsche pre mier, handhaafde de bewapening der Erp- gelsche zee- en luchtschepen; en in Bel- gië denken de socialisten er zelfs"' niet aan om zelfs maar op vermindering van het aantal dienende manschappen (het contingent) aan te dringen. En zoo er één. land fs, waar dergelijke aandrang meer noptfig zou zijn dan bij ons, dan is 't België. Immers in ons land is een eerste oefeningsthd van Ö1/^ maand en een jaar lijks contingent van 19.500 tot 23000 man zoor de landmacht, terwijl in België "3é diensttijd 13 a 14 maanden duurt en een contingent jaarlijks op de been is van 82000 man, met ingegrip van de be zettingstroepen van het Rijnland!. Nu kan men wel zeggen, dat het ge zond verstand der Belgische socialisten hen weerhoudt om de ontwapeningsleus aan te heffen. Maar daarmee is toch het vraagstuk niet opgelost uit wat oorzaak het groote verschil in uiting tusschen de Noordelijke roode broeders en die van het Zuiden is te verklaren. 4e Onbegrijpelijk. Wij begrijpen niet, hoe de minister er toe komt om revaccinatie-dwang voor schoolkinderen van boven elf jaar te willen invoeren op een tijdstip, waarop 'tvoor vele, zij het ook meest buitenland- sche, arisen vaststaat, dat inenting en her-inenting geen volstrekte immuniteit tegen pokziekte waarborgen. Zelfs Jenner, de uitvinder der inen ting, heeft nog tijdens zijn leven zijn oorspronkelijke bewering terug moeten nemen, dat de inenting levenslang voor de pokken behoedt. Toen heeft hij beweerd, dat de inenting voor tien jaar behoedde. Ook dit is ge bleken onwaar te zijn. want in dat tijds verloop kwamen er bij hen, die met zoo genaamd gunstig gevolg waren ingeënt, zoowel na weinige dagen als na weken, maanden of jaren, pokken voor. Bewezen is inzake de vaccine nog niets. Zoo weinig zelfs, dat geneesheeran de vraag hebben gesteld, of het niet be ter zon zijn zulk een gevaarlijke operatie, als de vaccine is, miaar geheel af te schaffen. Herinenting voor onderwijzers, en daar na nooit meer, 't wordt vrij algemeen toegegeven, belooft niets voor de toe komst. 1 Maar waarom dan die nuttelooze ope ratie aan hen en hun leerlingen voorge schreven Dit artikel althans dient uit 'het wets ontwerp te verdwijnen. Het bet eekent ver scherping, en nog wel een onnoodige ver scherping, van den vaccinedwang, De Leiding. Den Vrijheidsbond, het armzalig over- schot der eens zoo machtige liberale partij, is de leidersstaf uit de hand ge vallen; hij heeft de leiding aanvaard van de S. D. A. P., hetgeen vreezen doet dat ook hij straks bij de Kamerverkiezingen het parool van den voorzitter van bet N. V. V. den heer Stenhuis zal volgen. De motie ter inzet van den strijd, niet van de Tweede, maar van de Eerste Kamer uitgegaan, opdat men toch wete hoe meenens het is, draagt den naam van den heer Stenhuis als verdediger en eerste-onderteekenaar, en de mede-onder- teekening van de Vrijheidsbonders Rink en v. d. Bergh en van de Vrijzinnig- Democraten Westerdijk en Van Embden. Zoo hebben zij elkander gevonden, of liever teruggevonden. Want naar de verklaring van de liberale Groninger Crt. van een kwarteeuw terug waren ze (Herinnering aan de distributiedagen). (Slot.) Toen de torenklok 8 Uur sloeg, opende paneer Van Boggelen voorzichtig het "witje achter in zijn tuin, waardoor hij. 'P een eenzamen landweg, uitkwam, doorzichtig bespiedde hij1 den omtrek, >aar Jansen ontdekte hij nog niet. Hij 'as niets op zijn gemak en als hij; goed jes had kunnenmaar neen, zat in 't schuitje en moest nu varen, hij straks, voor hij weg ging1, zijn ouw, die hem van zijln plan wilde af- 'engen, niet het zwijgen opgelegd met da woorden; „zwijg er over stil vrouw, f stond het heele politiekorps op den Weg, dan ging ik nog!" U;,De politie is waakzaam, lieve!" nog *tonk bem stem van zijn vrouw in de ooren. H« rilde 1lAb, ouwe smokkelaar, ben je er 1" Het was Jansen, die Van Boggelen op ,e?:® wjjze luide begroette, maar onmid- I* liet hg er op volgen: „Tut, tnt, maar zoo niet; je beeft of je de Wte bebr. spTeek tocti zachtjes', af wij zijn ^«rade»", imawht Van Boggelen, die E en zjjn ze nog „m el geval van de familie". Welk een decadentie! Betrekkelijk nog kort geleden deelde nu wijlen A. (B.) C. W®4theim, rle groote Hberaal, door de Socia/jisten qe Groot kiezer van Amsterdam Gescholden, in den lande de lakens uit. IJjj <je Grootkiezer, meer nog de groot-kar,jtaiist; die in 1894 de radicalen dat/wq zeggen al wat thans vrijzinnig-depéocraat heet, versloeg en de socialisten door zijn hooghartig libe ralisme verhittere, js thans vervangen door den lei/der der roode werklieden. Ljberafefme en Kapitalisme hebben ge- capitubrird. ;)Het Volk" zal juichen. M&üir de echte Liberalen, die 1903 en nog niet vergeten zijn, zullen met "Heze daad hunner voormannen niet in genomen zijn. In politieken zin gesproken kunnen wij met dezen loop der parlementaire geschie denis, als inzet op de electorale actie van Juni a.s., tevreden zijn. Wij kunnen niet gelooven dat de meer derheid der kiezers het parool van S,ten- huis zal volgen. Doch om de verkeken kans op een prin- cipieelen verkiezingsstrijd met wederzijd- sche waardeering te voeren, kunnen ook wij niet anders dan dezen snellen afloop van 't Liberalisme ernstig betreuren. Socialistische praktijk. Nu vooral van socialistische zijde de antirevolutionairen het moeten ontgelden, dat zij tegen het tornen aan de salarissen der ambtenaren niet hebben geprotes teerd trouwens dat is geen uitsluitend antirevolutionair systeem mag aan deze ontevredenen wel eens worden voor gehouden hoe hunne geestverwanten te genover die salarisverlaging schijnen te staan. Wij drukken het volgende af uit de „Nieuwe Haagsche Crt.": „Salarissen verminderen en al wat daarmee op dezelfde lijn staat, doen ook socialistische regeerders. Amsterdam blijft daarvoor het klassieke voorbeeld. Ook elders is gebleken, dat soc.-dem. ter wille van de draagkracht der publieke kas en van de burgerij de arbeidsvoor waarden van overheidspersoneel durfden aantasten. Ziehier enkele voorbeelden: Krommenie. Een Raadscommissie waarin een S.D.A.P.er, stelde voor: 8te pet. premie aftrekken, vermindering vacantietoeslag en overwerkvergoeding, afschaffing vrije geneeskundige behande ling; inkorting der vacantie van 14 op 7 dagen. Amsterdam. De heele S.D.A.P. Raads fractie werkte mee aan een reeks ver slechteringen, onbekend in andere groote steden. Velsen. Dé soc.-dem. wethouder was voor verlenging der werkweek en 8V2! pet. pensioenpremieheffing. Haarlem. De S.D.A.P.-wethouder stel de voor: langer werktijd en afschaffing vacantie-toeslag. Hardinxveld. De S.D.A.P. fractie stel de voor: de loonen van het personeel met 29 pet. te verlagen. Drachten. .De S.D.A.P.-weth. stelde I8.V2 pet. loonsverlaging van het perso neel voor. Is er voor hen, die tegen de lands- regeering zoo hoog van -den toren blazen, geen aanleiding om een toontje lager te zingen? Een lasterpraatje. Scherp en krachtig veroordeelt de Ne derlander de laster door een deel dei- pers over Minister Colijn uitgegoten. Wij laten wat het Chr.-Historische or gaan hieromtrent opmerkt hier volgen: Twee onzer getrouwe lezers vragen ons: „Waarom in Die Nederlander niets gemeld is yan het verhaal omtrent eene belastingontduiking door den heer Colijn, Minister van Financiën?" Eén voegt er de vraag bij: „Of wij soms van oordeel zijn, dat naar het particulier leven van een openbaar persoon nimmer gewezen mag worden?" Wij achten bedoeld lasterpraatje eigen lijk te vèr beneden De Nederlander, om er een woord aan te wijden; maar nu ons blijkt, dat ook menscben met ver stand geloof aan het malle verhaal hech- geweldig voor Jansen was geschrokken, met moeite uit. Toen Jansen als antwoord hlet uit schaterde van het lachen, kreeg Van Boggelen moed en samen togen ze op weg. 1 Het was een eenzame weg naai de boerderij van Melissen, en telkens stond Van Boggelen stil en liet -een geheim zinnig psst booren, daarbij' wijzende op een dikken paal of op een hlekkenpost. Jansen stelde hem gerost en voort ging het weer. Zoo bereikten zij' de boer derij. Jansen bleek hier geen onbekende te zijn. Melissen wist waar 't can ging: „Do hteeren mosten d'r maar effen in- kommen" en terwijl zij wachtten bij1 het licht van een petroleumlampje, kwam Melissen met een flinke ham opdagen. „De leste in biuus en feitelijk voor hun eigen zeivers bestemd, maor mehleer was iedereen niet, en daorumimaor afjjn, hie was nogal priezig, maor 'twas ook de leste". En meneer Van Boggelen kocht de ham. Dial hij ontzettend duur was en dat de melkboer graag een dito voor nog minder thhis bracht, daar dacht hij niet aan. Als hij maar thuis was, met of zonder hlam. Sinds hij de ham onder zijn ara Rad, heelde als een riet. ten, schijnt het ons toch noodig er even op in te gaan. Om met de tweede vraag te beginnen": zeker is het persoonlijk leven van een man, die moet vóórgaan in den Staat, geen zaak zonder beteekenis. Een Minister, een Kamerlid, een Raads lid behoort allereerst te zijn een eerlijk trouw man, wiens huwelijksleven en za kenleven onberispelijk zijn. Dé man, wiens huwelijk, op klacht van overspel, mocht worden ontbonden, of die over tuigd mocht worden van belastingontdui king, heeft voor zijn openbaar ambt te be danken. Zelfs daar, waar de rechter niet kan ingrijpen, heeft het geweten te spreken. Tegenover dezen regel sta echter, voor elk burger, de eisch: hoogst voorzichtig te zijn met het gelooven qif napraten, van verhalen, omtrent verkeerde dingen van politieke personen of dragers van eenig openhaar ambt. En "kon eens een schijn van waarheid bestaan, de be schuldigde kon zich dan misschien moei lijk verdedigen; de laster, uit persoonlijl- ke haat of politiek winstbejag verspreid', treft dan zoo heerlijk doel. Het is zóó in-gemeen zulke dingen te doen; en van elk eerlijk man mag wor den geëisebt, dat hij altijd begint met den lasteraar te verachten en den be lasterde te verdedigen; ook zelfs in ge vallen, waar de onwaarheid er niet zóó dik op ligt, als in dit geval. "Waarom is de zaak hier zóó duidelijk? Omdat de beide feiten, op welke de be schuldiging heet 'te rusten, eenvoudig niet bestaan. In de Memorie van toelichting, bij: een aanhangig Wetsontwerp, tot het keersn van belastingontduiking, noemt de Minis ter van Financiën het navolgend sprekend geval: „dat de bezitter van een buiten plaats een naamlooze vennootschap tot exploitatie daarvan opricht en vervolgens de buitenplaats, gemeubeld en met bediening, van de vonnootsch. huurt, met 't gevolg, dat de vennootschap in de personeele belasting wordt aangeslagen en wel naar 1/3 of ten hoogste 2/3 van de huurwaarde en de Waarde der stoffeering, terwijl d!e dienstboden, als wordende gebezigd in het bedrijf der vennootschap, onbelastbaar worden." En nu verschijnt in De Telegraaf het onzinnig verhaal, dat de heer Colijn, die in bedoeld staatsstuk dien belasting ontduiker zoo duidelijk teekende, eigenlijk een portret gaf van zich zelf; want juist de heer Colijn heeft „als bezitter van een buitenplaats, een naamlooze vennoot schap tot exploitatie daarvan opgericht en vervolgens de buitenplaats van die vennootschap gehuurd." Ware van het verhaal een woord waar, zoo stond de heer Colijn niet slechts schuldig maar het ware dan Wel een heel dom stukje. Echter het is alles reine fantasie. In de eerste plaats zij opgerrierkt, dat de vier door ons gespatieerde woorden uit de memorie van toelichting„ge meubeld en met bediening", niet voorkomen in het verhaal in De Tele graaf. Daarmede vervalt reeds de heele beschuldiging; want of de heer Colijn. eigenaar is van die buitenplaats, of wel dat hij die, ongemeubeld en zon der bediening, van een vennoot schap huurt; dit brengt in het bedrag der personeele belasting geen cent ver schil. Dus zooals het. verhaal in De Tele graaf staat, is de onwaarheid der be schuldiging reeds voor elk verstandig mensch duidelijk; het feit, waarop de poging tot belasting-ontduiking zou kun nen rusten, bestaat niet en wordt door den beschuldiger niet genoemd. Maar zelfs hetgeen de beschuldiger wél als feit noemt, bestaat niet: n.l. het een voudig huren van genoemde buitenplaats, door den heer Colijn, van de vennoot schap. D'e bedoeling van de oprichting der in derdaad bestaande vennootschap is niet het buitengoed „De Hoogstraat" te be- heeren en aan den vroegeren eigenaar te verhuren. De bedoeling is het bui tengoed te verkavelen en In exploitatie te brengen. De heer Colijn heeft Leer- sum voor goed verlaten. Hij woont voor- loopig te Wassenaar en schijnt geneigd1 zich daar te vestigen. Wat blijft er nu van Tiet lasterpraatje over? Niets, letterlijk niets! Omdat het hier gold een der eerste dienaren van de Kroon hebben wij onze beide lezers willen antwoorden. Doch wij zijn niet voornemens het een volgend maal weer te doen. Die van lasterpraat houdt, lezè een schendblad. Het was of 'het nu nog donkerder was op den weg, én of er nog meer palen en posten stonden, die den omvang van een mensdh'elijk lichaam hadden. Het klam me zweet stond hlem op het voorhoofd. „Psstt". Thians liet Jansen dit onheil spellend geluid hboren en 'twas Van Boggelen of hij door den glrond zonk. „Daar komt volk aan", fluisterde Jan sen en op hletzelde oogenblik klonk een barscbe stem achter hen; „Staan blijl- ven!" „Loepen", stiet Jansen uit en de daad bij 't woord voegende rende hij weg. Een oogenblik stond Van Boggelen stijf van den schrik, daarna slingerde hij de Wam weg en stoof als een bezetene Jansen na. „Ze kommen d'r nog an", hijgde Jan sen, toen Van Boggelen hem inhaalde. „Uniformen, blanke knoopen", riep Jansen nog, maar Van Boggelen h'oor- de niets meer. Als een lawine viel hÜj 't tuinpoortje in, gooide dit op slot, ren de de hevig verschrikte dienstbode om ver en lag even later, rillend van de koorts, onder de dekens, terwijl de hie- vig verbouwereerde mevrouw Van Bog gelen Wem verzekerde, dat de deuren „werkelijk'' op slot waren. Nauwelijks was Van Bojgjgeten in Wet Gisteravond vergaderde wederom de Gemeenteraad van Goes. Voorzitter de Burgemeester, die met gebed opent. Af wezig dhr v. Bommel v. Vloten wegens ongesteldheid. Ingekomen is een dankbetuiging van het gemeentepersoneel voor de intrekking van de salarisverlaging. Het stuk is voor zien van 62 handteekeningen. De verzoeken van A. Maartense, L. de Jonge en M. Labeur inzake pacht en her pacht worden toegestaan. Het verzoek van de gymnastiekveroeni- ging „Quick" om gebruik te mogen ma ken van het gymnastieklokaal der O- L. school C wordt toegestaan. Het verzoek van de heeren J. M. van Riet en C. II. Blanker om vaststelling van rooilijn aan den Westwal en vergun ning tot demping der sloot aldaar, wordt toegestaan onder de door B. en W. voor gestelde voorwaarden. B. en W. stellen voer afwijzend te be schikken op het adres van de Z. L. M. inzake uitvliegverbod van duiven. Dit voorstel wordt z.h.s. aangenomen. Voorstel tot toetreding tot de „Hinder- Wetvereeniging". De vereen, van Ned!. Gemeenten heeft bericht, dat deze vereen, ook alle adviezen verstrekt, welke door de „Hinderwetvereeniging" zullen wor den gegeven. Het voorstel tot toetreden Wordt dus teruggenomen en met alg. st. besloten niet toe te treden. Voorstel tot wijziging der getroffen regeling betreffende het sluiten eener oud erdoms verzekering voor armlastige krankzinnigen. Aangenomen. Voorstel tot rooien en verkoop van een 7-tal "boomen op de Begraafplaats wordt aangenomen. Verzoek van de „Ambachtsschool" om verbouwing van het gebouw! der „Vak school voor Meisjes". De fin. commissie adviseert tot goedkeuring van dit voorstel mits de ver. de Ambachtsschool aan de gemeente verleent het recht van hypo theek op hare onroerende goederen, tot zekerheid van de op haar jegens de gemeente rustende verplichtingen, tot een maximum van f 25.000. De voorz. en de secr. der vereeniging hebben, zoo deelt de voorz. mede, geen bezwaar tegen deze voorwaarde, .maar het bestuur moet in dezen, de beslissing nemen. Ook heb ben B. en W. geen bezwaar tegen dé voorwaarde. Dhr Labrijn licht het voor stel van de fin. com. Het voorstel van. B. enW. legt 'n nieuwen financieelen last op de gemeente. Nu heeft iedere vereeniging een broos bestaan. Ook toezeggingen van het Rijk kunnen broos zijn. Ook de be langstelling voor dit onderwijs kan dalen. Dus de gemeente moet zich zooveel mo gelijk dekken. Bovendien is hier sprake van nieuwbouw, stichting, dus de ge meente kan deze voorwaarde stellen. Dhr v. Poelgeest is het met dit laatste geheel eens. Het is hier nieuwbouw. Dit moet duidelijk op den voorgrond gesteld. Het voorstel houdt dus met het huurcon tract geen verband en de gemeente is niet verplicht tot inwilliging van het ver zoek, hoewel spr. er niet tegen is. Maar Spr. zegt dat het bestuur der Ambachts school de gebouwen niet hypothecair (met 2e hypotheek) mag belasten, om dat een oude hypotheek nog niet is af gelost. Het voorstel der fin. com. kan dus niet uitgevoerd worden. Dhr de Looff bevestigt dit. Dhr Goedbloed zegt, dat de door de fin. com. genoemde som een ze kere waarborg is. Bovendien, wielk be zwaar is er tegen een tweede hypotheek? Dhr v. Poelgeest zegt, dat de door hem bedoelde bepaling in 1903 is gemaakt door de vereeniging. Eerst moet de oude leening afgelost worden, anders komen de houders van deze leening met den eisch tot directe aflossing. Dhr Labrijn zegt, dat j voorz. en secr. der Ambachtsschool van deze bepaling niets wisten. Dhr de Looff zegt: dat bij het Lager Onderwijs over een dergelijke voorwaarde nooit is ge sproken. Ook verleden week is er bij de subsidie van de Chr. Bewaarschool niet tuinpoortje verdwenen, of Jansen wierp zich op de berm van den weg en lachte lachte dat de tranen hem over zijn wangen liepen. Een man naderde op den weg en kwam op Jansen toe. „Heb je em, Karei?" „En ol" en de nieuw aangekomene stak zegevierend Van Boggelen's ham om hoog. „O, ik kan niet meer," kreunde Jan sen, die opnieuw een lachbui kreeg, „mijn buik doet er zeer vanenO, wat liep tie!" Karei, Jansens vriend, maande aan om nu kalm te zijn. „Morgen kun je uit lachen, maar laten wij nu eerst onze buit in de wacht sleepen!" Zoo togen de samenzweerders op wég. Jansen droeg de ham en vertelde in geuren en kleuren hoe angstig Van Bog gelen was geweest. Eensklaps stonden beiden paf. Een felle lichtstraal uit een electrische zaklantaarn zette hen in 't licht en met een kreet: „de maréchaussee's!" liet Jansen de ham vallen. i Het was echter te laat. Kalm raapte de wachtmeester de ham op, bekeek hem en zei lachend: „Goed spul hé!" Nu was het of Jansen zijn spraak te rug kreeg, en vertelde dat hij en zijn over gesproken. Waarom dan nu wel bf het vakonderwijs? Dhr Vienings zou willen, uitstellen, maar er is haast bij het voor stel. Dhr v. d. Bout bevestigt het betoog van den heer v. Poelgeest inzake de be- paling van 1903. Ook dat van dhr Vie nings betreffende de haast, die er bij' dit voorstel is. Spr. weet, dat de oude leening bijna ïs afgelost. Daarom zou spr. het voorstel der fin. com. willen, aannemen en doen uitvoeren, zoodra de oude schuld is afgelost. Dhr V. Poel geest zou dan het kleine gedeelte oude schuld door de gemeente willen doen overnemen. Dan heeft de gemeente toch de gevraagde zekerheid. Dhr v. d. Bout zou de houders van de oude leening eerst willen vragen, of ze bezwaar hebben tegen dezen gang van zaken. Aldus wordt besloten. V oorstel tot onbewoonbaarverklaring van eenige woningen. Dhr. Vienings wil den uitsteltermijn van 6 op 12 maan den brengen. Dhr v. d. Bout: dat kan niet. Wel kan de termijn straks worden verlengd. Dhr v. Poelgeest heeft iets gemist in het voorstel. Er is 10 jaar stagnatie ge weest in het onbewoonbaar-verklaren. En nu wordt gemist het motief, waarom de Gezondheidscommissie weer aan het werk is getrokken. Dhr Stieger antwoordt: de woningnood is momenteel grootendeels geweken. Maar te betreuren is, dat de" slechte krotten niet ontruimd zijn. Nu heeft de Gezondheidscommissie gemeend, weer eens flink te moeten aanpakken. Nu er meer woningen beschikbaar zijn, meent de Commissie weer te moeten ingrijpen. Dhr v. d. Bout geeft den heer v. Poel geest toe, dat er onbewoonbaar verklaarde woningen op onverklaarbare wijze weer bewoond zijn. Te betreuren is het, dat de huren ever 't algemeen nog zoo hoog zijn. Dg heer Crucq had verwacht, dat de Gezondheidscommissie nog meerdere wo ningen zou hebben afgekeurd. De toestand is treurig. Er hadden er nog wel 25 a 30 bij gekund. Spr- begrijpt niet, hoe de Di recteur van Gemeentewerken nog enkele woningen wil verbeteren, terwijl de bewo ners er in zijn. Spr. wil liever deze 4 wo ningen ook onbewoonbaar verklaren en het verzoek der Gezondheidscommissie in zijn geheel inwilligen. Dhr Stieger zegt: als de Gezondheids commissie gewild had, had ze er nog wel 20 of 30 woningen bij kunnen nemen. Maar dit voorstel is een proefneming. Slaagt de proef, dan zal de Gezondheids commissie wel verder gaan. Maar er moet gerekend met de huren. Deze bewoners betalen over 't algemeen hoogstens f2 huur. En voor dat bedrag komen ze niet klaar. Dhr Crucq zou voor deze bewoners noodwoningen (overgangswoningen) wil-ï len bouwen, die slechts 25 k 30 jaar mee gaan. Ook dhr Vienings oppert het idee van de semi-permanente woningen. Hij geeft dit aan B. en W. ter overweging. De voorz. zegt, dat dit idee door B. en Wl onder de oogen zal worden gezien. Het voorstel om ook de 4 woningen, onbewoonbaar te verklaren, wordt ver worpen met 8 tegen 4 st. (Vóór dhrn de Looff, Crucq, Buis, v. Poelgeest.) Het voorstel van B. en W. wordt daarna aangenomen. De rekening gasthuis 1923 wordt vast gesteld. Benoeming van leden in verschillende commissiën en besturen. De voorz. deelt mede, dat bet in de bedoeling ligt, later de gascommissie te doen bestaan uit drie leden van den Raad, benevens een lid van het D&gelijksch B'estuur, dat dan voorzitter zal zijn. Dhr Eckhardt. vestigt er de aandacht op, dat de beide aftredende leden-werk nemers van de Commissie voor Werkloos heidsverzekering en Arbeidsbemiddeling leden van een modernen Bond zijn. Spr. geeft in overweging één hunner te doen vervangen door een lid van den "Chr. Besturenbond. De commissiën worden als volgt s!a- miengesteW Gascommissie: Mr J- H. M. Stieg!er, J. W. Vienings en J. Van Poelgeest. Commissie voor d© Strafverordeningen: Mi' J. H. M. Stieger, en M!r J. W, Goed bloed. 1 Finantieele Commissie: P. O- Labrijh, Mr J. W- Goedbloed, en J. M. van Bnim- mel van Vloten; tot voorzitter dezer com missie: dhr Labrijn. I f Commissie voor bet Grondbedrijf: Mr vriend den ham juist hadden gevonden. Kalm werd hij aangehoord, maar niet geloofd. i Mijnheer Van Boggelen las de krant. Hij las rechtzaken. Eensklaps liet hijl die krant vallen, sprong opgewonden op en riep: „Die schurken!" Mevrouw nam het nieuwsblad! op om te zien welk bericht haar echtvriendl zóó had getroffen. Zij las halfluid: „Heden stonden alhier terecht M. H. J. J. en K. Z., beiden van hier, die in den avond van 18 October 191.. omstreeks 9 uur zonder eenig geldig document een ham vervoerden over den landweg vair N. naar W. Alwaar zij! door de Maré- chaussée's werden aangehouden. Beiden werden Wegens frauduleus vervoer ge straft met f 50 boete subs. 30 dagen hechtenis, en verbeurdverklaring der in beslag genomen ham." Mevrouw streek nadenkend over het voorhoofd en vroeg: „Was dat niet diezelfde avond, lieve „Zwijg!" bulderde meneer, „die schur ken!" V. ES. (De Nedérl. Krijgsman.) ri fü i. 'tel

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1924 | | pagina 5