\o 34 Zaterdag 8 November 1924 39e JAargang Bank voor Zeeland Ontstoken keel Akker s Abdijsiroop EERSTE BLAD. VAN MELIES KOEK Uw gezondheid WYBERT GEZOND EK LEKKER. Alle Bank- en Effectenzaken Iets goeds. Samos Prima is het begin Owitiand. Dit nummer bestaat uit twee bladen GOES. FIRMA J. A. L. G. WITTE, Brukkers-Exptsitauten OOSTERBAAN LE COINTRE G«ES Bureaux: Lange Vorstsfraat 68—70, Goes Tel.: Retfaotie no. <1; Administratie n*. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 25§ Ve Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f3.— Losse nummersf#.05 Prijs der Advertentiën: 1—4 rege.s f 1.20, elke regel meer 30 ct Bij abonnement belangrijke korting. DE ROEfING DER OVERHEAD. Art. 4 van „Ons Program van Begin selen" wij herhalen, dit nog oens luidt Be Overheid, zoo leert ze, is als die naresse Go.ls gehouden tot verheerlijking van Gods Naam, en behoort dienvolgens a. uit bestuur en wetgeving alles te ver wijderen, wat den vrijen invloed vaar het Evangelie op ons volksleven belemmert; b. zichzelve, als daartoe in volstrekten zin onbevoegd, te onthouden van elke rcchtstreeksche bemoeiing met de gods dienstige ontwikkeling der natie; c. alle kerken of godsdienstige vereenigingen, en voorts, alle burgers, onverschillig, welke hun belijdenis aangaande de eeuwige din gen zij, te behandelen ©p voet van ge lijkheid; en d. in de consciëntie, voor zoover die het vermoeden van achtbaar heid niet mist, en haar uitspraak met name geen afbreuk doet aan de hand having van 's lands onafhankelijkheid, een grens te-erkennen voor haar macht. De Overheid is, zooals wij zagen, ge houden tot verheerlijking van Gods Naam. Echter komen wij, zoo dit vaststaat, al dadelijk voor de moeilijke vraag, o p welke wijze de overheid Gods Naam te verheerlijken heeft. Het spreekt vanzelf, dat een predikant een onderwijzer en een overheidspersoon, als zij alle drie tot verheerlijking van dien Naam zijn geroepen, dat ieder op zijn wijze doen moet, overeenkomstig den aard van het ambt, dat zij bekleeden. Hieruit volgt, dat ©ok do overheid 'in dezen naar haar eigen karakter heeft te handelen. Die verheerlijking nu van den Naam Gods bestaat bovenal hierin, dat men Zijn absolute Souvereiniteit en Zijn volstrekt Recht over al het geschapene erkemie. En dit geschiedt op tweeërlei wijze. Voor eerst erkent men iemands recht, door zich te onthouden van elk ingrijpen'in zijn machtssfeer. En in de tweede plaats, door aan dat recht, telkens wanneer het pas geeft, den tol zijner hulde te bren gen. Men kan dit aldus uitdrukken: Zoo wel negatief als positief kan men eens anders recht eerbiedigen. Wilt ge een voorbeeld? Stel dan, dat uw buurman eigenaar is van een stuk gronds. Nu kunt gij zijn recht daarop eerbiedigen en erkennen door u van elke handeling, als ware z ij n stuk u w eigendom, te ont houden. Gij zult daar dan niet maaien de vruchten die hem toébehooren en de in komsten ervan u niet pogen toe le eige nen. Ge erkent daarmede dan een nega tieve verplichting, en toont uw eerbied voor zijn recht door onthouding. Wanneer gij echter dat stuk lands van hem in huur hebt, en ge betaalt er pacht voor, dan is dat voldoen van de pacht som een handeling, waaruit positief blijkt, dat gij hem als eigenaar erkent. En zoo nu ook behoort de Overheid Gods Naam te verheerlijken en Zijn Recht te erkennen door eenerzijds, in ne gatieven zin, zich van sommige hande lingen te onthouden, en anderzijds, in positieven zin, sommige handelingen te verrichten, welke op Zijn eere doele*. Laten, wë dan nu allereerst even stil staan hij de belangrijke vraag: Van welkte handelingen heeft de Overheid zich te onthouden Daarop moet het antwoord luiden. God heeft aan de bevoegdheden der over heid een grens gesteld, en die grens mag ook de overheid niet overschrijden. Door binnen deze grens te blijven eert de Overheid Gods Naam; door haar to bui ten te gaan, randt zij Zijne eer aan. Wil men nu weten, waar die grens ge- trokke* is, dan heeft men het oog te ont sluiten voor deze waarheid, dat in het menschelijk leven door God, hetzij van de schepping af, hetzij door Zijn leiding in de geschiedenis, allerlei kringen en sferen bestaan, die niet leven bij de gratie der Overheid, maar bij de gratie Gods. Om dit aanstonds duidelijk te maken, wijzen wij slechts op de ouderlijke macht in het gezin. Vader en moeder ontlee- n en hun gezag over hun kinderen niet. aan de Overheid, doch dit wordt hun recht streeks door God zelf gegeven. En zoo nu is er in elk volksleven een sfeer van ideeën en begrippen, welke de Overheid heeft te eerbiedigen, en dat is met name de sfeer der religie en van den «eredienst. Daartegenover mag de Overheid niet onverschillig staan. Integendeel. Zij moet de beteekenis van het religieuze, van het godsdienstig leven hoog aanslaan en ten zeerste waardeeren. Slechts behoort zij zich stipt van elke inmenging met haar dwingend gezag in dien levenskring te ont- kowU*. De macht van het Evangelie is een macht ,van gansch andere beteekenis en van geheel andere soort dan de macht, welke de Overheid uitoefent. En de pre diking van liet Evangelie, de uitbreiding er van geschiedt niet met permit van de Regeering, maar krachtens Goddelijke or dinantie. Daarom behoort de vrije invloed van dat Evangelie op ons volksleven onbelemmerd te zijn. Zoodra de Overheid óf dat Evangelie, en Dien het predikt, als van nul en geener waarde beschouwt, óf omgekeerd zelve de 'bevordering er van ter hand neemt, worden de van God zelf aan de Overheid gestelde grenzen overschreden, en lijdt al tijd dat Evangelie schade. Maar ook de geestelijke stroomiugeii, welke er woelen en voorwaarts dringen in het leven des volks, moeten door de Overheid worden vrijgelaten. Telkens be kruipt haar de lust om een haar onwel gevallige sRooming af te dammen. E|n inderdaad kan dan misschien zulk een strooming een verderfelijke zijn, doch vaak ook wordt juist de goede stroom tegengewerkt- Men hangt dan eenvoudig van het inzicht der overheidspersonen af en dit inzicht is aan allerlei wisseling onderhevig. Bovendien heeft de geschie denis het geleerd, dat men die geestes- stroomingen wel een oogenbli'k kan stui ten, maar ze toch op den duur niet bre ken kan. Veelal 'heeft juist het optreden der Overheid ten deze een geheel ave- reehtsclie en onverwachte uitkomst gehad. Het spreekt verder vanzelf, dat de Overheid in godsdienstig; opzicht, of wil men, op kerkelijk terrein, geen partij mag kiezen, maar alle burgers op denzelfden voet van gelijkheid behoort te behande len. Het kerkelijk terrein toch is het terrein van Gods bijzondere genade en de Over heid staat op dat der algemeen© genade. Wel heeft zij rekening te houden met het feit, dat er is een natuurlijke Gods- keunis, welke bij alle menschen gevonden wordt, en welke o.a. hierin uitkomt, dat hij alle volken een vorm van godsver- eering wodt aangetroffen; en wel heeft daarom juist, de Overheid nimmer don godsdienst als zoodanig te negeeren, maar veeleer te eeren, doch waar die gods dienst bloeit in het kerkelijk leven, heeft zij. zich van inmenging stiptelijk te ont houden. Eindelijk is er nog een terrein, waarop de Overheid Gods Naam verheerlijken moet juist door onthouding, en dat is het terrein van de menschelijke consciën tie, van het geweten, het palladium der menschelijke vrijheid en tevens het in strument in Gods hand, waardoor de •mensch zich van zijn Formeerder, den alwe tonden en alomtegenwoordigen en alzienden God afhankelijk gevoelt. Echter met dien verstande, dat de consciëntie, voorzoover de 'Overheid, met name de rechter, vermoeden kan, dat dit een achtbare consciëntie is, en de uitspraak deze consciëntie met name geen afbreuk doet aan de handhaving van' 's lands onafhankelijkheid. Deze clausule is in 1906 aan het ar tikel toegevoegd. Gevolg van de veranderde omstandig heden. "Die Overheid behoort hier voor zichtig te zijn en goed toe te zien. Bij voorbeeld bij dienstweigering of 't pre diken van oproer, weerloosheid, staking in overheidsbedrijven, en dergelijke; men deukje maar aan de leus: „de wapens neer". Hier is de geweldpleger er niet mee af met te zeggenmijn consciëntie wil klit zoo. Bij zoodanig optreden, indien het maar eenigszins massaal worden zon, zou de onafhankelijkheid van 't onvoldoend Verdedigde of verdedigbare vaderland bij holte, of machinale eerbiediging der conscientievrijheid in gevaar kunnen ko men. uiiiiiiUiiuHJuhuiiRiuimiiiitMiimiiiiiiiiiimiimiiimimiiiiiiiiRiUKiiuiiMiiiiuiuMtiïi kunt U tegen de gevaren van verkoudheid het beste beschutten met de desin- fecteerend en oplossend werkende Groote croozen 65 Cts (iiiiiiiiniiiiiiiiiiniiiiiiiiiinuiiiiiiiiinniiniiiii)iniiiiiiiiiiiniimiii;iiiiiiniMiiinniiHHiii aan de „Evening Standard" verklaard, dat de auto het beste middel is ter be strijding van den ontevreden geest onder de arbeiders. Het arbeidersvraagstuk is thans, volgens Ashfield, niet meer zoo zeer: hoe het de werklieden gaat tijdens hun arbeidsuren, maar veel meer wat zij buiten die uren kunnen doen. Tal van arbeiders in Amerika hebben een auto. Na afloop van den werkdag gaan zij met lmn familie naar buiten en kunnen aldus een paar uren van den dag in een geheel ander milieu doorbrengen. Dit houdt de menschen frisch. Op de wegen in de buurt der groote steden loopt er een onafgebro ken rij auto's die vrijwel alle door de eigenaars zelf bestuurd worden. In De troit, waar de auto-industrie gevestigd is, kan men een tweede hands wagen koopen voor 10 pond! Labour en Communisten. Aan een maaltijd, ter eere van Mac Donald door den algemecnen raad van het vakvereenigingscongres en het bestuur der Labour Party gegeven, verklaarde de afgetreden minister Clynes: „Ik verklaar uitdrukkelijk, dat ik de communisten meer en meer als onze eigenlijke vijanden be schouw, meer zelfs dan de conserva tieven." Mac Donald zeide met deze verklaring ten volle in te stemmen. Directiefir. AIT. VAK SEHCKEl, JOS VELTHüffSE- Kantoor Groote Markt 21. Tefafccn 74 (2 lijnen). lerseke: G. B. VAN OOSTEN, Telefoon 28. 's-Heerenhoek; 1. A. CLARIJS, Telefoon 4. De arbeiders in Amerika hebben auto's. Lord Ashfield, directeur van den Lon- denschen spoorweg onder dein grond, is zoo pas uit Amerika teruggekeerd en heeft Korte Berichten. Uit Sofia wordt gemeld, dat het parket bij de Kamer een verzoek ingediend heeft tot machtiging van in "hechtenis neming van verscheidene ministers uit het kabinet Stamboelinski, die beschuldigd worden van onder het gemeene rechtval lende misdrijven. Een sneltrein van Parijs naar Havre is in hotsing gekomen met een goederen trein. Er zijn tien reizigers ernstig ge kwetst en het gerucht gaat, dat er twee menschen gedood zijn. De Arbeiter-Zeitung betoogt, dat wanneer de eischen van het spoorweg personeel niet alsnog ingewilligd worden, te middernacht in geheel Oostenrijk de spoorwegstaking zal uitbreken. Het per soneel der OostenrijKsche bondsspoor- wegen omvat ongeveer 100.000 personen. Men meldt uit Frankfort a. d. M.Het hooge water zakt veel langzamer en de aangerichte schade is veel grooter dan verwacht werd. De bruinkoolmijn Gustav bij Hanau is overstroomd, tenge volge waarvan de electrische centrale, die een uitgebreid gebied van stroom voor ziet, stilstaat. De stuwen in de Main heb ben erg geleden, zoodat de scheepvaart op deze rivier voorshands belemmerd blijft. Naar de Dni verneemt is op de Rus sische staatsbegrooting voor het jaar 19241925 gerekend op een afvloeiing van 116.000 man overheidspersoneel. Eenige maanden geleden was reeds tot een dergelijke afvloeiing besloten, maar in verband met de heerschende werkloos heid, waardoor de ontslagenen vrijwel aan honger en gebrek worden prijsgegeven, was dat besluit tot nog toe niet uitgevoerd. Verwacht mag evenwel worden, dat bin nenkort met de uitvoering een aanvang eal worden gemaakt De typografen van München en Keu len besloten, wegens het niet inwilligen van hun eisch: een weekloon van 44 mark, in alle .bedrijven het werk neer te leggen. van de WIJNHANDEL, GOES, bovendien bijzonder goedkoop. fl.10 per flesclt. en Laat die niet verergeren en stel U niet bloot aan 't gevaar het slachtoffer te worden van een ver waarloosde verkoudheid.Wordt geen borst- of asthmalijder. Be schermt U daarom dadelijk met deslijmoplossende, verzachtende De Tweede Kamer over minister Van Swaay. Uit het Voorloopig Verslag der Twee de Kamer over de Waterstaatsbegroo-ting: Vele leden verklaarden weinig bewon dering te hebben voor net Meid van den Minister. Zij waren van oordeel, dat hij over het algemeen met,weinig kracht wetsontwerpen in deze Kamer verdedigt, waardoor herhaaldelijk is voorgekomen, dat een wetsontwerp is verworpen of belangrijk gewijzigd. Voorts werd gewe zen op de débacle van den postchèque- en girodienst, waarvoor deze minister de verantwoordelijkheid draagt, en op de minder gelukkige keuze bij de vervulling van het ambt van directeur-generaal der Posterijen, Telegrafie en Telefonie. E« slappe houding van den Minister, zoo betoogden deze leden, komt ook tot uiting door dc gemakkelijke wijze, waar op gedane toezeggingen worden verge ten. Zoo heeft de minister tijdens de in terpellatie-Boon toegezegd, dat de Kamer gelegenheid zou krijgen zich uit te spreken over de vraag of de giro-dienst gecentra liseerd op gedecentraliseerd weer zou wor den aangevangen. Zonder de Kamer daar over nader te hooren, is deze dienst op 1 October van dit jaar in beperkten om vang geopend op gecentraliseerdenx voet. Van onvoldoende kracht van den Mi nister geeft voorts blijk het feit, dat slechts zoo geringe bezuinigingen voor het jaar 1925 voor dit departement zijn -doorgevoerd. Zwakheid van den Minis ter blijkt voorts nit zijn geringen weer stand tegen den drang, die vrij algemeen op de departementen aanwezig schijnt, om het aantal ambtenaaren uit te .brei den en hun een rang te verleenen, die niet in overeenstemming' is met den aard van het verrichte werk. Ter sprake werd gebracht de brief, dien de Minister aan de Bezuinigings commissie deed toekomen, naar aanlei ding van haar voorstellen tot vereen voudiging van en bezuiniging op de werk wijze die gevolgd wordt aan 'het hoofd bestuur der P. T. en T. Deze brief had bij vele leden ergernis verwekt. In de ambtelijke briefwisseling zijn zekere vor men in acht te nemen, die ook een Mi nister niet dient te verstoren. Het gaat bovendien niet aan, de eigen onmacht om een noodigc en behoorlijke reorgani satie tot stand te brengen, door een der- gelijken brief op rekening den- corn Miss ie te schuiven. Vele leden waren ten zeerste ontstemd over de wijze waarop de Minister ant woord heeft gegeven op een vraag van het lid der Kamer, den heer Kersten, met betrekking tot de Zondagsrust van het spoorwegpersoneel. Verlangd mag worde» dat een ernstige vraag door den Minister op ernstige wijze wordt beantwoord. Te verwachten rapporten. Binnen niet te langen tijd zijn te ver wachten de rapporten der Staatscommis sies, ingesteld tot verbetering van het spoorwegverkeer, van het stadsverkeer e» van het verkeer te water in verband met de daarmee samenhangende handelsbe weging in en nabij Rotterdam. Verder over de electriciteitsvoorziening van het land en aangaande de vraag of en in hoever maatregelen noodig zijn om te bevorderen, dat de land- en water wegen en de spoor- en intercommunale tramwegen op de meest economische wij ze worden dienstbaar gemaakt aan het vervoer van reizigers en van goederen. Tenslotte het rapport van de Staatscom missie inzake de herziening van het munt wezen in Nederland en Nederlandsch- Indië- Een protest. J. A. Oarp's Garenfabriekeii te Hel mond komen in een schrijven aan de Tweede Kamer op tegen de uitlating van den heer Vliegen, „dat het naaigaren, dat in ons land gemaakt wordt, van min dere soort is en dat het Engelsche garen hier ongeveer het monopolie heeft". Zij1 schrijven daarin o.m.; „Het feit, dat bijna de geheele Neder landse he confectie-indusrie tot onze vaste afnemers behoort en onze afzet aan het Nederlandsche publiek steeds toeneemt bewijst reeds voldoende liet onhoudbare van de stelling van den heer Vliegen, ware het niet, dat bovendien door at testen van het Rijksvezelinstituut de uit stekende kwaliteit van het Nederlandsche product boven alle twijfel werd verheven. Blijkbaar is de lieer Vlic-gen hier, zooa.ts zoovele anderen, het slachtoffer van de in ons vol kzoo diep ingewortelde voor liefde voor alles wat van buiten komt". Bezuinigingscommissies. Die Regeering heeft in een bijlage op Hoofdstuk I der Staatsbegrooting het aan tal commissies vermeld, die op het ge bied der bezuiniging werkzaam zijp. Het aantal dier commissies is 17- De be doeling der regeering is dit aantal nog uit te breiden, omdat zij van deze com missies, ten aanzien van de reorganisatie van den Staatsdienst goede resultaten ver wacht. We erv rij, rook enen consumptie voor de raadsleden. Die gemeenteraad van Zuid-Scharwoude besloot 'n bedrag op de begrooting uit te trekken om den raadsleden weer vrij rooke* en vrij consumptie te kunnen geven. Twee jaar geleden was dit bedrag' van de be grooting afgevoerd vooral op grond va» de slechte economische omstandigheden in den tuinbouw. Vrijizinnig-Democratis che Bond. De heer G. Nijpels heeft aan het hoofd bestuur van den V rijz i nn ig-Dem ocrati - schen Bond bericht, 'dat hij zijn lidmaat schap van dien Bond opzegt, aangezien het hem onmogelijk is in te stemmen met het besluit der algemiecne vergadering van 1 November, waardoor de dadelijke eenzijdig-nationale ontwapening als rich tingslijn voor de staatsinrichting van ons land, in het program van den Bond is opgenomen. Hij zal, zoo heeft hij geschre ven, vooraan een der overtuigde vrij zinnijgjdlemocraten zijn, die zich in den iVrijteiimig-Democratischen Bond niet thuis gevoelen. De electrificatie van Schouwen en Duiveland. Die heer Braat heeft aan den Minister van Binnenlandse!» Zaken en Landbouw de volgende vragen gesteld: Is het Zijne Excellentie bekend, dat een particuliere onderneming de eilanden schouwen e* Duiveland van eleetriciteit wil voorzien, doch de Gedeputeerde .Staten van Zee land dit tegenwerken door van die exploi tatie een zeker bedrag in geld jaarlijks te willen heffen? Is Zijne Excellentie he rein to bevorderen, dat deze onnoodige tegenwerking worde opgeheven? 'Autovracht aan het veer te» Zijpe. De heer Braat heeft aan den Minister van Waterstaat de volgende vragen ge richt: Is het Zijn Excellentie bekend, dat het overvaren met een auto te Zjjpe «iet de booten van de Rotteidamsche Tram'weg Maatscbappf S»8gld„ maar de groet-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1924 | | pagina 3