Woonhuis. TWEEDE BLAD. dddburg ndsche Biggen, irdappels, rtij beste en Fokstieren. alfde Vaars. Metsel- en erszaak. tlrooiers, DE ZEEUW FEmuETOH Be dag van 's Eosings bezoek aan Zuid-Beveland en Goes, griffier van het iedeken8teerket van Dijkgeschot, r 1924/25 zitting isdag 24 Sep- 3 voorm. van 9]/i rijd) te Kwaden- bij M. Verbeek 12'/i tot 2 uur kenskerke in 't t aangaat, wordt dat vóór of op tens 2/j van het t worden voldaan, iffier voornoemd, d. DRIES. ig weer ware, bij markt, Middelburg) EVRAAGD: Noord weg, Middelburg. EVRAAGD: etter Bureau oes. jtember op de oes te koop a K. DE BUCK. OOR: Klein Zeeduin", EVRAAGD goed beklante üo. 8420 aan het ad te Goes. OOR: ijzeren Ploeg. d, Middelburg. OOP: en Kalfwaars, en 5 October, Grijpskerke. LEERDAM, -en St. Joosland r? >'A VAN MAANDAG 22 SEPT. 1924. No. 300 DE TARIEFWET. Minister Colijn heeft de laatste dagen een goede aanteekening gekregen van twee uitnemende zakenmenschen, de kee- ren S. A. Jlaas en E. Heldring. Beide mannen hebben een goeden naam, eerst genoemde in de industrieele wereld, laatst genoemde in de voornaamste handelskrin gen. Maas is voorzitter van het Verbond van Nederlandsche Fabrikantenvereenigin- gen. Heldring is voorzitter van de Kamer van Koophandel te Amsterdam. Beiden hebben zich verklaard voor het ontwerp wijziging Tariefwet, oï althans voor vermeerdering van den belastingdruk. De h,eer Maas begon zijn lezing, te Lei den, over de Tariefwet op uitnoodiging van de Leidsche Vereeniging van In- dustrieelen met deze merkwaardigs op merking in verband met de algemeen© beteekenis van het wetsvoorstel. Al sinds lang ben ik van meening, dat zelfs, al zou de regeering veel ener- gieker ingrijpen, dan ze tot dusverre deed, zelfs al zou op meer medewerking der volksvertegenwoordiging kunnen worden gerekend, dan deze tot dusverrs gaf, dan nog zou door inkrimping der staatsuitgaven de begrooting niet, tijdig genoeg sluitend zijn te maken om het alles overheerschend gevaar voor aantasting van ons staatscrediet onmiddellijk te keeren. Daarom is hoe pijnlijk het ook is, hoe groot de bezwaren ook zouden mogen wezen een vermeerdering van inkomsten nood zakelijk. En mij is voorloopig daartoe geen middel bekend, dat minder bezwaarlijk kan worden aanvaard, dan de her ziening van het tarief, t-lians door de regeering voorge- s t e l d. En al heeft dit wetsvoorstel, zooals elke belastingwet zijn eigenaar dige en zelfs belangrijke bezwaren, er zijn van die omstandigheden waarin voor een volk als voor een individu geldt, dat het beste is het on - v e r m ij d e 1 ij k e met waardig heid en zwijgen te dragen. En de heqr Heldring gaf in een vraag gesprek het volgende als zijn meening te kennen in verband met de vraag of de Tariefwet noodzakelijk is: Ik ben van meening, dat vóór alles de begrooting sluitend gemaakt moet worden en indien dit niet spoedig door verdere bezuiniging ver kregen kan worden, verdere tijdelijke verhooging van belasting, hoe beden kelijk ook, ingewilligd moet worden. Hoewel ik erken, dat de heer Colijn bij zijn optreden als minister de ver wachting gewekt heeft, dit doel louter door bezuiniging te zullen bereiken, z i e ik n i e t, da t h ij in e e n v e e 1 snel ler tempo kan bezuinigen dan hij doet, gegeven de riemen, waar mede hij te roeien heeft en in aanmer king nemende, dat het altijd veel moei lijker" is op uitgaven te bekrimpen dan 'ze op te blazen en het eerste proces noodzakelijk langzamer moet zijn dan het. laatste. Komt hij er dus in 1925 niet door bezuiniging alléén, doch ook alléén in dat' geval, dan is verdere tij delijke vermeerdering van den belas tingdruk toelaatbaar. Beide sprekers stelden zich derhalve op het standpunt dat de grootste ramp zou zijn het niet sluiten van de begroo ting; dat de eerste noodzakelijkheid is het wegwerken van het tekort; dat dit niet kan door bezuiniging alleen; dat 't dan gevonden moet worden door tijde lijke vermeerdering van den belastingdruk, zooals de heer Heldring de tariefherzie ning noemt. Althans zoo vatten wij zijn wenk tot vermeerdering van den belastingdruk op. En hoe zou dit beter kunnen geschieden dan door de indirecte belastingen eenigs- zins te verzwaren. Vooral de heer Maas drukte zich zeer positief uit. De valuta is volgens hem de den 27 Mei 1862. 3). .Daarop trad Z- M. het raadhuis binnen waar een veertiental in 'twit gekleed© meisjes met oranje écharpes hare op wachting maakten. Bene uit haar, .de jonge jufvrouw G- de Jongh bood Z.M. eene ruiker aan met de volgende woor den; „Sire! ook wij heeten U- M. hartelijk „welkom en verzoeken U- M. onze kin derlijke htalde te willen aannemen en „toe te staan, dat wij Uw pad met bloe den bestrooien." „Wel zeer gaarne, lief kind!" gaf Z. M. ten antwoord, „maar „zeg mij eens, van wie zijt gij een doch tertje?" Even vrijmoedig deelde zij dit den Vorst mede en verhaalde, dat haar vader luitenant ter zee le kl. in Indië was, terwijl de overige hare mandjes ledigden om voor 'sKonings voeten hare bloemen te spreiden. Op de hem eigenaar dige wjjze onderhield Z-M. zich eenige otogenblikken met die kleinen, had voor- deze of gene een vraag, Voor andere een handdruk over. Diaarop werd de gemeen teraad Z- M- hoofdelijk voorgesteld en grootste rampen omdat niet iedereen dat zoo inziet, heeft hij een en ander nog eens in den breede toegelicht. Als waar is, dat volgens de ontwerp- begrooting voor 1925 met de sinds Sep tember 1924 vastgestelde versterking van enkele middelen door bezuiniging de 91 millioen zouden zijn gevonden, behou dens de circa dertien millioen, die van de tariefwijziging wordt verwacht, is daarmede een resultaat bereikt, dat van ons afwendt een gevaar, dat hen, die wisten en begrepen, sinds geruimen tijd grimmig aangrijnsde. Maar daarvoor is onafwij share voorwaarde dat ook die laatste dertien millioen er ko men. Zoo is de toestand. En deze beheerscht mijns inziens de beoordeeling van het thans aanhangige ontwerp. Maar wat baat het ons, of wij den be lastingdruk bestendigen, ja zelfs verlagen, als er toch devalorisatie komt? Want men vergete niet: Voor 1925 zullen de staatsuitgaven reeds circa 78 millioen la ger geraamd moeten zijn dan voor 1924 willen inderdaad de 13 millioen uit het tarief de sluitpost vormen. En die 13 millioen zullen dus beslissen over het al of niet verkrijgen van evenwicht in de begroo ting. Worden zij gevonden, dan dreigt van dien kant althans geen gevaar meer. Worden ze niet gevonden dan blijft de deur voor devalorisatie wagen wijd open staan. Dat is ook een „open deur-politiek". Maar door deze deur kan geen welvaart, alleen maar ernstig onheil binnenkomen. Als men alle oppositie tegen het aan hangige ontwerp serieus mag nemen, zou mien zelfs geneigd zijn te gelooven dat aanneming daarvan de drang naar flinke bezuiniging in breede lagen des volks zelf belangrijk zal versterken. Practisch schijnt er geen an der middel over te blijven om het gat in de begrooting te. stoppen, 'dan een productieve herziening van het tarief. Er is geen ander middel om te voorkomen, dat een voortdurend tekort op onze staats- begrooting het vertrouwen in onze sol vabiliteit schokt. En welk nadeel deze tariefwijziging ook moge brengen, geen van die gevaren kan grooter zijn dan dat. van devalorisatie. Ten slotte beantwoordt de spreker nog enkele bezwaren. le. Er is gevaar voor protectionisme. 2e. Het leven zal duurder worden. Wat het eerste bezwaar aangaat, merkt hij op: Ik heb altijd gemeend, dat de bezwaren tegen protectionisme, niet be stonden in de omstandigheid, dat de po sitie van de produceerende bedrijven er door werd versterkt, maar dat die ver sterking moest worden betaald met een prijsstijging der productie en, als gevolg daarvan een algemeene verhooging van de lasten van levensonderhoud. Dat ech ter een eventueele versterking van de positie der Nederlandsche ondernemingen op zichzelf een bezwaar zou zijn, kan ik niet inzien. Het tarief wordt echter niet herzien óm de industrie te helpen. Als inderdaad een industrie er "tevens ster ker door zou komen staan, zou dat een bijkomstig verschijnsel zijn, en spr. vindt allerminst reden zich daarover bezorgd te maken. Hij hoopt zelfs van harte zulke bijkomstigheden te mogen constateeren. Misschien kan dat ook nog leiden tot] vermindering van werkloosheid, wat niet alleen groote moreele beteekenis zou heb ben, maar ook weer directe bezuiniging op overheidsuitgaven zou geven. En opzichtens het tweede bezwaar: Indien die bewering' juist is, heeft zo eigenlijk als argument tegen dit ontwerp alleen 'beteekenis, als bewezen wordt, dat er een andel middel is om het budget sluitend to maken, hetwelk dit nadeelig© gevolg niet, of althans niet in gelijke ma te heeft. De tijd der Indisch© overschotten en dergelijke faveurtjes is voorbij! en het zal nog' wel eenigen tijd duren, voordat de staatsbedrijven het evenwicht der staatsbegrooting verzekeren. Wij zijn dus in dit geval aangewezen op belastingen. Dat wil zeggen, dat de staat van het to taal der inkomens van zijln burgers nog meer tot zich moet nemen, dan hij nu reeds doet, tenzij hij er in slaagt een {leel van die belasting te laten betalen door bëzigtigde HDl. daarna gedurende gerui men trjid met de meeste belangstelling het 'archief; het bleek, dat van een en ander meer dan een oppervlakkig overzigt werd genomen, want bij de inzage van 'n brief herinnerde Z- M. zich terstond, dal hij elders (te Kampen) gelijken brief had ge zien, die uit den aard der zaak ook van gelijken .inhOud en Vorm moest zijn. Die verzameling van oudheden wekte Z- M- belangstelling in hooigje mate op. Inmiddels bad de ©erewacht, schutterij, boiogschutterijen en typografische ver eeniging zich op de markt geschaard en "was de 2e luit. bij de dienstdoende schut terij Z- D. v. d. Bilt La Motthe Z- M. als ordonnans toegevoegd. Na dit vertoef be steeg Z- M. het rijtuig om de voorgenomen toUrnéo te maken op welko de eerewacht met een sectie voor en eene achter de koets Z- M- vergezelde. Het eerste bezoek gold de gereformeerde kerk, waar de weezen geschaard stonden en verlof be kwamen om Z. M- ©en kort lied toe te zingen. Met welwillendheid nam Z- IM'. een afdruk van hetzelve aan, dat hem door de twee kleinsten op een versierd zilver blad werd aangeboden en luisterde aandachtig naar die kinderlijke tonen on der het zingen der navolgende regelen: Wees welkom, Vorst, der kind'ren mond Juicht uit een blij gemoed,. ret buitenland. Eu nu onderscheidt een invoerbelasting zich van elke andere belasting gunstig in dit opzicht, dat zij de grootst mogelijke kans biedt op be taling' door het buitenland. Toevallige om standigheden, waaronder wij op het oogen blik leven, maken die gunstige kans op het oogen blik zelfs abnormaal groot. Maar wij zijn het er toch zeker over eens dat een invoerrecht, door den bui tenlander betaald, het artikel niet duurder maakt. En alleen daarom reeds is het onjuist om te beweren, dat elke verhooging van invoerrechten de strekking heeft de prijzen der goederen te verhoogen. Of nu een invoerrecht door het buiten land dan wel door het binnenland zal worden betaald, hangt, zooals o.a. door Prof. Treub in de Economisch Statistische Berichten is betoogd, van allerlei facto ren, vaak inponderabilia, af en algemeene regels of wetten zijn daarvoor niet le geven. M$iar wel dient erop gewezen dat er "thans omstandigheden bestaan, die zeer gunstig zijn voor de kans, dat het buitenland die rechten zal betalen, ten gevolge 'van het feit, dat buitenlandsche producenten, die hun artikelen willen exporteeren, hier, zelfs na aanneming van het aanhangige ontwerp, meestal veel lagere tolbarrères vinden, dan hun arti kelen bij invoer in andere landen moeten overwinnen. Wij zouden veel meer uit deze rede kunnen overnemen, doch reeds dit wei nige is genoegzaam om den nuchteren zin te prijzen die dezen liberalen oeco- noom bezielt bij zijn beoordeeling van dit wetsontwerp. Veer meer dan bij zijn politieke vrien den die hem over zijn uitspraken heb ben tegengestaan, is bij hem die nuchter heid aanwezig, welke noodig is bij des- zelfs beoordeeling. Want'in plaats van de redenen te toet sen, waarom de heer Maas in plaats van met zijn eigen geestverwanten, ditmaal met den. minister meegaat, roepen zij hem het schier tot een scheldwoord gewor den „protectionist!" na. En zoo is, niettegenstaande .zijn pro test en positieve ontkenning, de heer Maas geteekend. En zoo zijn ook zij geteekend die met de Antirevolutionaire partij in beginsel voor vrijhandel zijn, en het bestaande Tarief, immers niet vanwege een cleri- cale regeering ons toegekomen, zoodanig wensclien te verbeteren, dat het fiscale karakter er van meer tot zijn recht komt, terwijl 't slechts met twee procent ver hoogd wordt. En daarbij 't voordeel biedt dat 't een vermoedelijke verhooging van opbrengst ten gevolge heeft, die het Staatsbudget zoodanig verhoogt, dat de begrooting voor 1925 sluitend wordt, en het gevaar voor depreciatie .(waardever mindering) van onzen gulden wordt be zworen. Een verblijdend feit, hetwelk in dien hoek slechts met een „protectie protec tie" beantwoord wordt. Net als altijd I zou de Franschinan zeggen. Die nare politiek! THOOLSCHE BRIEVEN. Waarde vriend, Ei' is geruimen tijd voorbij gegaan se dert gij de laatste maal eenig teeken mijnerzijds hebt ontvangen; in dien Lijd is er op het oude eiland heel veel ge beurd. Daar hebben veranderingen plaats gehad, die alleen het overwegen in een brief waard zijn. Ons 'geliefd staats hoofd met haren echtgenoot en hare dochter bezochten Tholen in dien tijd Daarover is ook wel een briof te sckrijL ven en ik ben wel van plan om later nog eens op dit 'koninklijk bezoek terug to komen. Wat in de laatste weken velen op Tholen .hoeft beziggehouden is wel de benoeming van drie burgemeesters. Niet minder dan drie van de zeven ge meenten waren sedert maanden zonder burgemeester. En nu zijn er drie be noemd door de koningin. Dleze drie bur gemeesters 'hebben de voorgeschreven eeden afgelegd in handen van Harer Majesteit s vertegenwoordiger in Zeeland en zijn nu geïnstalleerd, zooals ze tegen woordig' met een deftig, vreemd woord zeggen. Dat woord be teekent, dat de En roept IT toe: goed Zceuvvscb, goedrond ■'sLands Vader, wees gegroet! Dier weezen bee klinkt met h'un zang, Uit onbeklemde borst: Bewaar, o God, den Koning lang! Geef heil, den dier'bren Vorst! Z.M. werd vervolgens door den tijdelijken voorzitter van den kerkeraad, den heer dr Piccardt die zich met het gansche college te dier plaatse bevond, met eene korte toespraak ontvangen die minzaam door Z. M. beantwoord werd, waarna 1I.D. het geheele gebouw benevens de gedenksteenen van F. Naerebout en J. Valcke in oogenschouw nam; menige vraag werd gedaan en over het antwoord steeds de meeste tevredenheid te kennen ge geven. Bij het verlaten der Kerk door het koor werd andermaal door de Weezen een kort lied gezongen, waarna Z- M. op de meest hartelijke wijze afscheid nam en te voet aan de op slechts kor ten afstand van daar gelegen R. C. kerk een bezoek bragt. Wegens ziekte van den pastoor werd de gebruikelijke formaliteit der ontvangst waargenomen door den ka pelaan, den heer Karsten, die den koning met eene korte toespraak welkom heette. Eerst voor het prachtig altaar geleid viel Z. M. blik op de beide groote schilder stukken van den te Goes geboren schil der J. Wulfaert, thans te Gent woonach- hoeren op h'un plaats zijn aangekómen en werkelijk hun ambt ais burgemeester hebben aanvaard. Ziw'n bnrgeineestersvacature wil, op 'n dorp vooral, altijd wat zeggen. De eene familie wil 'tgTaag zoo hebben, de an dere vriendenkring heeft een goeden can- didaat op 'toog; voor de ©one candidaat wordt met lijsten geloopen om handtoeke- ningen; do andere candidaat wordt op geschilderd en verguld; 'nderde candidaat wordt terdege zwart gemaakt. Dlag in dag Uit, vooral als een vacature wat lang van duur is, zijn menigten van gesprek ken gewijd aan de vraag, wie toch wel burgemeester zal worden. Overmoedige candidaten bestellen al vast de „geklee- do" jas; anderen zitten in stilte zich reeds voor te bereiden op hun eerste „rede" in den Raad. De kansen worden overwogen, door kroeghouders, van welken candidaat 't meeste te verwachten is. De een wil een „beginselvast" burgemeester, zonder dat nader aangeduid is wat onder dat „be ginselvast" verstaan wordt, de ander Wil geen dweper. Kortom do verlangens loo- pen zoo wijd uiteen, dat de Regeering on mogelijk aan de verlangens kan voldoen en dan ook veelal haar eigen weg gaat. Zal ik iets zeggen over de installaties van de drie nieuwe burgemeesters, dan word ik bij dit voornemen herinnerd aan den inhoud van Genesis 9 laatste ge deelte. Daar lezen wij over Noach's wijn gaard en Cham's tong. Ja, die tong is wol het lichaamsdeel dat ons leven stuurt, de tong beslist of wij eronder gaan, dan wel of wij er bovenop komen en blijven. De tong kan geen mensch temmen, zegt Jacobus en de apostel gebruikt het beeld van een zeer klein roer dat groote schepen be stuurt. D'e tong is een vuur, vol van doodelijk venijn, een ontembaar kwaad. Treedt de tent van Noach binnen. Daar ligt Noach. Dronken.van den wijn zijns wijngaards. Hoeveel menschen zijn niet dronken van hun werk, hun daden, hun beginsel vastheid, hun geestelijke hoogmoed, hun levensresultaten. O, wanneer God van Zijn daden 'zooveel ophef maakte als de menschen met hun tong van liunne da den, wat zou blijken hoe nietig en gering menschen zijn. Noach plantte een wijngaard; Noach had voldoening van zijn tuinmanswerk, Noach ging er in op en Noach werd dronken. Daar komt Cham. Hij aanschouwt zijns vaders dronkenschap. Hij bedekt dien niet. O neen, hij zal 't zijn broeders eens zeggen: Diaar hebt gij nu onzen vader, die ons altijd zoo strak hield; daar is hij nu met zijn mooie praatjes; kijk eens hier, hij is dronken van zijn wijngaard; nu zïen Wij eens Wat we er aan hebben naar vader te luisteren. Toen ik las van de intrede in Poort vliet van den nieuwen burgemeester, heb ik gedacht aan Cham; ik heb mijzelven afgevraagd: Leeft Cham nog? Zijn er nog dronken Noach's? De oud-burgemeester van Poortvliet, die daar nog woont en blijkbaar volgens eigen aandrang voor enkele jaren ontslag heeft gevraagd als zoodanig, heeft ook .getoond bij die gelegenheid zich aan Noach en aan Cham niet te hebben gespiegeld. Deze man heeft het noodig gevonden een rede te 'houden en in die rede geestig te moe ten zijn. Na eerst te hebben gevraagd wat de gemeente aan dat telkens veranderen heeft (waaraan hij door zijn eigen ont slagname zelf heeft meegewerkt en waar door hij dus het recht mist anderen daar van een verwijt te maken) hemelt hij hoog op het werk van zijn schoonvader en hemzelf. Het ging toen niet slecht. Wei neen, de taal van den wijngaard valt daar in ,te beluisteren. De wijngaardman die 't zoo best met ziclizelven vinden kan. En als Noach is uitgesproken, komt Cham aan het woord. 'In een weerzin wekkend en onjuist 'betoog worden her dacht de beide burgemeesters die opira- den na dezen redenaar zelf. Twee bur gemeesters, die rekening wenschten te houden met de Christelijke levensbeginse len en wier daden eens op den keper, schenen te moeten wQrden beschouwd. Alsof dat noodig ware. Alsof het inhalen van den nieuwen burgemeester daarmede iets te maken had. Alsof men in drie en dertig woorden de bijna vijfjarige be stuursperiode hekelend kan bespreken tig, het eene voorstellende „de Heilige Maagd, troosteres der bedrukten", het andere: „Jezus gesterkt door den Engel" welke H.D„ bewondering wekten. Van daar begaf zich Z. M. naar de in aan bouw zijnde gevangenis, voor welke eene kolossale met wapenschilden prijkende eerepoort was opgerigt; onder geleide van den heer Hannink, directeur der werkzaamheden, betrad Z, M. den bree- den gang en vroeg naar verschillende bijzonderheden, voornamelijk betreffende de luchtverversching en andere aange wende maatregelen om de gezondheid te bewaren en na voldaan te zijn, reed HU. verder over de ophaalbrug voorbij de daar treurend staande meekrap- en ga- rancine-fa.bi'ieken, kwam langs de be graafplaats de 's Heer Hendrikskinderen barrière binnen en vervolgde zijnen weg door de Nieuwstraat, langs de Reesten- markt en Vlasmarkt naar het stadhuis terug, om van'het aangeboden déjeuner gebruik te maken. Niettegenstaande de regen al digter en digter viel, scheen op elk punt de menigte die Z. M. volgde nog aan te groeijen voornamelijk door de nog steeds toestroo- mende landbewoners, gelukkig zonder eenige stoornis der goede orde. Geen wonder dat hier en daar een boom of boschjc in den Weg stond en onder zonder onrecht te doen. Alsof men door zóó geestig te zijn niet domheden zeids. Gelukkig dat de nieuwe burgemeester zich er van onthield op deze ongepaste woorden te antwoorden. Poortvliet heeft gemeend feest te moe ten vieren. Is veelal in eenige gemeente omtrent een nieuw benoemden burgemees ter niet veel bekend, hier lagen banden, die reeds jaren oud zijn. Bovendien heeft hier wellicht eens sterk tot feesten uitgedreven de gedachte: Nu hebben we een burgemeester uit ons eigen dorp. Wij voor ons blijven van inee- ning, dat feestbetoon op zoo'n dag van installatie 't beste kan achterwege blij ven. Een stille bede om bijstand van Om hoog beduidt voor den nieuwen bur gemeester meer dan luidruchtigheid en optochten. In Tholen en Scherpenisse ging de in stallatie niet gepaard met 'n luisterrijke ontvangst. En wanneer men na den voor- gaanden zin te hebben neergeschreven, mij opmerkt, dat dit sober onthaal bliik- baar door mij ook al niet goed gevonden wordt, dan antwoord ik inderdaad be zwaren te hebben tegen een wijze van doen als in Tholen en Scherpenisse ge schiedde. Niet zachtjes, doch bijna grof duidelijk heeft men den nieuw aangeko men burgemeesters te verstaan gegeven, dat zij maar matig welkom zijn; ia zelfs in Scherpenisse ging men zoover dat men toonde iedere gedachte over ons staats recht ten dezen te durven miskennen. Geen toon werd vernomen hierover dat de Landsregeering de beschikking had ge nomen en do wettige hooge overheid de lagere overheid stelde op haar plaats. Niets van dat alles. Daar neemt men een afwachtende houding aan! Zuiver de taal van het revolutionaire gemoed! D'aar werd ook niet namens de burgerij tot den nieuwen burgemeester gesproken, doch namens het (vrijzinnige) meeren- deel. Het meerendeel, dat er daar niet isl Do begroeting van de burgemeesters door de Raden van Tholen en Scherpe nisse, zij het ook dat de ontvangend© wethouder menig goed Woord sprak in eerstgenoemde plaats, was niet hartelijk en ook niet beleefd. De begroeting deed gevoel voor teere vormen nijn. Daarover wilde ik u ditmaal eens schrijven. Beste groeten je Thoolsche vriend. Kamer van Koophandel en Fabrieken te Middelburg. In de Vrijdagavond ten stódhuize te Mid delburg gehouden vergadering, was onder de mededeelingen een bericht, van Ged. Staten van Noord-Brabant, dat de Provinciale Sta ten geen aanleiding vonden om voor het doorgaand verkeer van Zuid-Beveland naar Tholen het weggeld buiten werking te stollen. Aan de orde kwam de vaststelling van de begrooting der Kamer voor 1925. Do heer Jeronimus vroeg of ook ongeorganiseerde drukkers in de gelegenheid worden gesteld drukwerk voor de Kamer te leveren. De voor zitter zegt, dat alle drukkers het bureau even lief zijn. Do begrooting werd ongewijzigd vastgesteld. i Tariefwet. Alsnu kwam het voorstel aan de orde om aan do Tweede Kamer te verzoeken aan het ontwerp-Tariefwet hare goedkeuring te ont houden. Dhr v. d. Berg kan er niet mede instemmen,- dat de Kamer zioh steeds het cachet van Vrij handelaars geeft, daarom zal hij tegen dit voor stel stemmen. Het kan zeer wenschelijk zijn, dat de staat een industrie in bescherming neemt. Spr. wil het ontwerp aangenomen zien, ook al heeft het een beschermend karakter, het is noodig in 's lands belang. Dhr Jeronimus meent, dat het ontwerp het karakter van technische herziening verre te builen gaat, het is protectionistisch, oï zijn invoerrechten tot 50 pCt. toe genoemd. Ook id het ontwerp op sommige punten onlogisch. Zoo zijn bijv. spoorwegwagens onbelast, maar vrachtauto's wel belast. Men verdedigt het ontwerp omdat het meer geld in de sohatkist zal brengen, maar dit doel zal niet met zeker heid bereikt worden. Een gevolg zal wel zijn weer hooger looneischen en zeker zal het ont werp niet medewerken aan de veiligstelling van den gulden, eerder zal het tegendeel wor den bereikt. De wet kan alleen voordeel zijn voor de fabrikanten, die artikelen maken uit sluitend voor gebruik in het land. Als men de vraag stelt of de wet in het belang zal den voet geraaide. Het programma volgende Werd nu Z. M. een déjeuner aangeboden, aangericht in de wel beperkte doch met smaak ver sierde zaal; het bestond uit 45 cou verts, bestemd voor Z.M. en H.Di ge volg, het dagelijksch bestuur en den ge meenteraad, het lid der eerste 'kamer van de staten generaal, de leden van gede puteerde en provinciale staten in Zuid- Eeveland, den president, officier en grif fier der arronclissements regtbank, kan- tonregter en griffier, g!emeente-öntvang)er, ontvanger der registratie, controleur en ontvanger der directe belastingen, post directeur, presidenten der hervormde en afgescheiden kerkeraden, aartsdeken van Zeeland, school-opziener, presidenten der plaatselijke school en geneeskundige coari- missien, president van het aim bestuur, de luit. ter zee le kl. Pilaar, de com mandant der schutterij1, benevens de kommandant en" onder-kommandant der ©erewacht. Alvorens van het dejeuner ge bruik werd gemaakt, defileerden de eere wacht en schutterij voor Z- M- die niet tegenstaande den regen, zulks van het bordes af aanschouwde en H.D. tevre denheid betuigde, de fiksche houding en góede orde der schutterij schijnt zeer Z-M. 'aandacht te hebben getrokken. (Wordt vervolgd). WA M

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1924 | | pagina 5