891
Donderdag ll September 1984
S8e «Iaargang
Bs Ballingen van Lueerna.
Binnenland.
Buitenland.
FEUILLETON.
Drukkers-Exploitanten
OOSTERBAAN LE COINTRE GOES
Bureaux: Lange Vorstsiraal 68—70, Goes
Tel.: Redaciie no. II; Administratie no. 58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259
37).
„«la, mijn vriend," zeide de ander, cr
moeten nog ettelijke maanden v-erloopen,
eer de winter komt; maar eenige voor
zorg zal ons, naar ik hoop, veel lijden
besparen; wanneer wij bij een zoo ongje-
lijken kans het in de vlakte niet langer
kunnen uithouden, zullen wij ©en toe
vlucht moeten zoeken in de spelonken, en
de voorzichtigheid gebiedt, dat wij' de
zomermaanden gebruiken om ons kasteel
te pioviandeeren. Ik zou g;aarne een af-
rieeling der onzen naar de grot van Cas-
teiluzzo zenden, om te voorkomen, dat
de vijand ons voornemen verijdelt. Deze
:grot heeft onze voorouders ten schuil
plaats verstrekt, en zij moet thans weder
een vrijstad worden voor het tegenwoor
dig© geslacht".
„Dat is een gelukkige gedachte", ant
woordde Herbert, „want zij ontheft mij
en velen, die met mij dezelfde vrees koes
teren, van een zeer donker vooruitzicht".
Hij wilde nog meer zeggen; maar ziet,
-wat bemerkt hij daar in de verte? W|at
wijst hij den vromen hoofdman met den
vinger aan? Zij beiden wenden hun {dik
ken naar de hoogte, die Herbert zooeven
verliet. Diaar sluipt de schildwacht plot
seling weg achter een rotsblok. Hij maakt
het alarmsein. Zou er onraad wezen?
„Te wapen! te wapen!" roepen Amaud
en Herbert om strijd hun slapende man
schappen toe, en deze springen eensklaps
op1, en staan daar reeds met geladen mus
ketten, gereed om op .het eerste comman
do te vuren.
„In welke richting komen zij, en hoe
groot is hun aantal?" vraagt Arnaud ge
jaagd.
„Er zijn er niet veel", is het antwoord,
„en ware het niet om de vlag, die zij
opsteken, dan zouden wij hen eer voor
reizigers dan voor krijgers houden. Maar
ik bid u, kom af en oordeel zelf!"
Arnaud volgt den schildwacht, voor
zichtig achter de rotsige hoogten voort-
sluipiende, teneinde niet ontijdig en noo-
deloos hun schuilplaats te verraden. Hij
staart .onafgebroken op het onrustbaren
de groepje, dat telkens nader komt. Lan
gen tijd is hij niet in staat de p'ersonen,
waaruit het bestaat, duidelijik te onder
scheiden, maar nu kan hij' niet meer twij
de kraal van het hoofd leven en voor de
inboorlingen slavenwerk moeten verrich
ten".
Deze blanken zijn misschien nakomelin
gen van Hollanders, die omstreeks 1877
de Kalahari zijn ingetrokken om vrij te
komen van de Engelsche heerschappij,
daar toen Shepstone de Transvaal an
nexeerde. Reeds cenigen tijd tevoren wa
ren plannen voor die „trek" georganiseerd,
o-mdat velen de benoeming van pres. Bur
gers bedenkelijk achtten voor de zelfstan
digheid van de Zuid-Afrikaanschc repu
bliek.
Van deze „trek" is nooit een goede
historische schets verschenen, omdat de
meesten der toen uitgetrokkenen in de
Kalahari zijn omgekomen en slechts een
gedeelte in Humpata is «aangeland.
Over laatstgenoemden heeft Ds Postma
in een boekje geschreven, getiteld„De
Trekboeren te St. Jannario, Humpata,
1897". Wat er met de anderen is geschied,
wordt deels geschetst in Daniël Veth's
„Reizen in Angola", pag. 288, deels in
het boekje van A. ,T. v. d. Walt „Noord
waarts", een verhaal uit die Dorslandtrck,
dat in 1919 in Kaapstad bij de Nationale
Pers uitkwam. Zijn deze blanken afstam
melingen van de Trekkers van 1877, dan
hebben zij zich op genade en ongenade
moeten overgeven aan de inboorlingen,
uitgeput als zij waren van ellende. Hun
nakomelingen zijn nu slaven, die geen
rechten bezitten, die het land voor de in
boorlingen moeten bearbeiden en daarvoor
slechts belooning krijgen in wat graan.
Daar altes te onzeker is om er reeds
vaste conclusies uit te trekken en te
overwegen of er iets voor deze blanke
slaven gedaan zou kunnen worden, heeft
do Nederlandsch Zuid-AMkaanscho Ver-
eeniging haar vertegenwoordigers in Zuid-
Afrika gevraagd een nader onderzoek in
te stellen, en haar van inlichtingen te
dienen. Zoodra ons beslist-betrouwbare
berichten zijn toegekomen, zullen wij over
wegen of er iets voor deze arme Hol-
landsche slaven te doen is.
Korte Berichten.
Te Oerga in Mongolië is oen poli
tieke opstand uitgebroken. Er zijn ver
scheidene buitenlanders in hechtenis ge
nomen. Nadere bijzonderheden zijn nog'
niet ontvangen.
De strijd in G-eorgiö tusschen het
tegen het Sowjet-bewincl opgestane, ge
deelte der bevoliung en de sowj et-troepen
duurt nog voort. Te Batoem en Tiilis zijn
tal van personen geëxecuteerd. De staat
van oorlog is over den geheelcn Kau-
kasus uitgeroepen.
In de buurt van Freiburg (D.) is hét
noodweer geweest, waardoor groote scha
de is aangericht. In liet Kingzogdal en
in Norddrüclit werd aan verscheiden go-
bouwen ernstige schade toegebracht, in
een verpleeginrichting te Fuldbaeli wer
den élf verpleegden gewond waarvan 1
ernstig. Elders werd een oude man ge
dood, terwijl andere personen en verschei
den kinderen verwondingen opliepen. Hon
derden vruchtboomen zijn ontworteld.
Te Sjanghai maken de Fransehen
prikkeldraadversperringen tol afsluiting
van de Chineezenwijk. In de provincie
Nanking is de krijgswet afgekondigd. Bij
Sjanghai is opnieuw slag geleverd, waarin
do regeeringstroepen oogenschijnlijk in
het voordeel zijn.
De Matin meldt, dat bet waarschijn
lijk is, dat Frankrijk in een verhouding
van vijf procent' zal meedoen aan de
Dawes-leening.
Ofschoon de werkzaamheden op het
la/id door het zeer ongestadige weer van
Augustus zijn vertraagd, deelt het mini
sterie van landbouw mee dat de oogst
over liet algemeen in Engeland en Wales
bevredigend zal zijn.
De Rijksbank heeft een -crediet van
5 millioen mark ter beschikking gesteld
van de Beiersche regeering voor hot lier-
stel van de schade, die door de jongste
overstroomingen veroorzaakt is. Voor het
zelfde doel zal in Beieren een collecte
worden gehouden.
Te Munchen 'hebben de sociaal
democraten een organisatie in het leven
geroepen, die ten doel heeft de orde op
openbare sociaal-democratische vergade
ringen te handhaven. Gisteren zou deze
organisatie voor de eerste maal dienst
doen. De politie heeft haar dit echter
belet. Zij is van meening, dat zij zelf
voor de handhaving van de orde moet en
kan zorgen.
Te Stuttgart zijn gisterochtend drie
redacteuren van dj3 communistische Ar-
beiterzeitung in hechtenis genomen we
gens tot dusver nog niet bekende redenen.
De storm heeft gisterochtend te Ber
lijn tal van gebouwen ernstig beschadigd.
Ook zijn lal van hoornen in do parken en
plantsoenen uit den grond gerukt.
Eergisteren en gisteren zijn lal van
streken van Duitscliland door zware on-
weders geteisterd. Op lal van plaatsen is
ernstige schade aangericht. Hamburg is
bovendien bezocht door hoog water.
Zes jaar.
De Residentiebode herinnert er aan.
dat het Dinsdag zes jaren geleden was,
dat minister Buys de Beerenbrouck zijn
taak aanvaardde. Het'blad schrijft:
Op 9 September 1918 werd jlir. lluys
en zijn ministerie door 11. M. do Koningin
beëedigd. Spoedig na zijn optreden stond
het ministerie-Ruys voor groote moei
lijkheden. liet was in de dagen, dat liet
Duilscho offensief in elkaar stortte en
dat Ludendorf uit Frankrijk verdreven
werd, lietw'elk gepaard ging met inzinking
van geheel Duitscliland. Oproer en revo
lutie volgden daar en dreigden mede
naar Holland over te slaan. De relletjes
in den Harskamp met de gevolgen van
dien leidden al spoedig tot de overmoe
digheid der S. D. A. P. en de groote
vergissing van Troelstra. Toen minister
lluys Troelstra's etra-vaganties met
kracht bedwongen had, wie herinnert
zich niet het historisch oogenblik. toen
'Ruys met vlammende blilc tegenover
Troelstra staande, dezen de krachtige
woorden toeslingerdede Regeering wiikt
nietstonden liet ministerie en
de rechterzijde sterker dan ooit eenige
Regeering gestaan heeft.
En nu de minister-president heden zes
jaren lang aan de" Regeering is, kan
geconstateerd worden, dat nooit, zoolang
onze huidige regeeringsvorm bestaat,
zulk een feit is voorgekomen. Heemskerk
regeerde in 1913 vijf jaar en enkele we
ken, maar zes jaar is het record. Trou
wens, zooals we vroeger reeds consta
teerden, slaat Ruys meer records, o.a.
is hij de jongste premier dien ons land
gekend heeft.
Over een goed half jaar hebben we
weer verkiezingen. Hoe die zullen loo-
pen, valt niet te voorzien, al is de
waarschijnlijkheid groot dat rechts weer
zegerijk uil den strijd te voorschijn zal
komen. Of Ruys dan nog door zal re-
geeren Wie zal 't zeggen Maar we kun
nen ons voorstellen, dal hij er dan naar
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs;
Per 3 maanden, franco per post, f3.—
Losse nummersf0.05
Prijs der Advertentiën:
1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 et
Bij abonnement belangrijke korting.
Elk spreekt verrukt van Dawes dingen
Wie weet niet hoe het er mee staat.
Maar ik wil liefst den lof bezingen
Van kook waar 't merk Van Mello op staat.
verlangen zal, dat een ander hem eens
zal vervangen op den moeilijken post.
Zooals hij trouwens ook reeds in '22
niet naai' voortzetting taalde.
Inmiddels is het record een felici
tatie waard!
De Koningin naar de
manoeuvres.
Zooals men woel, worden in deze
maand rondom Venlo groote militaire
manoeuvres gehouden. Wij meldden
reeds, dat de Koningin deze manoeuvres
zal bijwonen. Zij arriveert 25 September
met haar eigen specialen trein aan het
station te Blerick en woont op dien dag
de manoeuvres bij. Zij keert 's avonds
weer naar Blerick terug en zal in haar
slaap rij tuig overnachten, om den volgen
den dag het vervolg der oefeningen gade
te slaan, welke te ongeveer 11 uur des
morgens zijn geëindigd.
Direct daarna zal H. M. in haar extra
trein vertrekken om zich naar Tilburg te
begeven, waar zij hei standbeeld van
Koning Willem 11, dat van Den Haag
naar Tilburg is overgebracht, zal ont
hullen.
Hoeveel in Nederland w o r d t
gerookt?
liet met de tabaksbelasting ingevoer
de banderolle-systeem stelt in staat, na te
gaan hoe en hoeveel door de Neder
landers wordt gerookt.
In totaal blijken over dit jaar ongeveer
1.060.000.000 sigaren te zijn afgeleverd,
vertegenwoordigend een totaal-kleinhan
delsprijs van bijna 80 millioen gulden.
Sigaren van 10 cent bleken in dat jaar
het meest te worden gerookt (ruim 227
millioen stuks); daarop volgden de siga
ren van 8 cent, (ruim 218 millioen stuks).
De bijna 2.000.000.000 afgeleverde si
garetten hadden een totaalwaarde van
ruim 36 millioen gulden.
De grootste aantallen treffen we hier
aan voor de 1 cents-sigaretten (bijna
644 millioen), hierop volgen de H/a cents
sigaretten (316 millioen), 295 millioen
van 2i/g cent, 250 millioen van 2 cent
en 218 millioen van 3 cent.
Wat de tabak betreft, kan worden me
degedeeld, dat in totaal ruim 12.800.000
K.G. is afgeleverd, met een totaalwaar
de van bijna 29 millioen gulden.
De totaio kleinhandelsprijzen van alle
over 1923 gebanderolleerde sigaren, si
garetten en tabak bedroog jiijna 145 mil
lioen gulden.
Scheuring in .den Platte-
landersbond.
In „De Plattelander" van don Platle-
landersbond, deelen redactie en commis
sarissen mede, dat al hun „pogingoa
om de eenheid te herstellen, schipbreuk
hebben geleden. De scheuring is niet
te vermijden geweest."
Een vergadering van het centraal be
stuur „sprak eenparig den wensch uit,
dat de heer Braat méér samenwerking
zou zoeken met den heer Be Boer en
meer in diens geest handelen."
Braat heeft daarop geantwoord:
„Ik wil de leider blijven, en geen lij
der worden, zal mij daartoe desnoods
met de nagels verdedigen; ik weiger
om achter De Boer te staan, ga jelui uit
den Bond het laken moet maar door
gesneden worden."
Het js een verheugend teeken, dat
de georganiseerde boeren genoeg krij
gen van Braat's platte rauwheden.
„Noodt begeerde een Wialdens", zoo
antwoordt Arnaud met waardigheid, „dat
onze vroegere vriendschap1 in vijandschap
zou veranderd worden. Wij beminnen den
vrede. Onze godsdienst is een godsdienst
van vrede, onze God is een God des
vredes. Alleen wanneer wij gedwongen
werden den wrede te koopen ten koste van
ons geweten, namen wij de wapenen op
en "begeerden liever voor de waarheid te
strijden, dan een rust te genieten, die
zóó duur zou geweest zijn. Laat het huis
van Savoye ons een bladzijde in de jaar
boeken aanwijzen, waarop geschreven
staat, dat de Protestanten 'van Clusone
en Lucern oproerig werden, en de ge
hoorzaamheid opzeiden aan hun wetti
gen vorst; vindt gij ze, dan zijn wij! op'
ditzelfde oogenblik bereid met ons leven
de misdaden onzer vaderen te boeten!"
„Indien uw godsdienst evenzeer te prij
zen ware als uw getrouwheid en dapper
heid, mijn goede vrienden", zeide de an
der, „dan zou u een betere erfenis zijn
overgebleven dan deze eenzame rotsen
'en vernielde valleien. Maar genoeg over
het verledene. Luistert nu, naar hetgeen
ik u te zeggen heb".
(Wordt vervolgd)j
BAND AAN HET WOORD.
Er zijn helaas Christenen, die God
voor hun ziel, Mammon voor iiun
zaken hebben, schrijft „Patrimonium".
Men vindt dat soort menschen onder
alle groepen en standen. Men heeft dan
©en Zondagsche en oen zakonjas, en naar
gelang van den dag trekt men een van
heide aan.
Maar dat is het ware Christendom niet.
Gods Woord heeft niet alleen oen be
lofte voor het toekomende leven, maar
ook voor het lieden.
Het Christendom bezit in zich een
schat van levensvernieuwing; liet lijden
©n sterven van Christus aan het Kruis
was niet alleen om den gevallen menseh
te verzoenen met .zijn Schepper, en hem
©en weg te openen tot Gods troon, maar
het was een lijden en sterven voor „heel"
de schepping, welke in het boo<ze lag,
door de zonde der menschheid.
Zoo gezien, gevoelen we ook iets van
de ontzaglijk groote waarde, die het Zoen
offer van Christus heeft voor onze maat
schappelijke verhoudingen.
Dit' Kuypor sprak bij de opening van
liet Christelijk Sociaal Congres van 1890
o.m. als volgt:
„Zoo behoeft het dus geen betoog
meer, dat de blik op ons monschelijk
leven, dien u do Christelijke religie gunt
schier voor alle onderdooien, ook van
de sociale kwestie, een vast uitgangs
punt stelt, van waaruit do concrete
oplossing van elk vraagstuk moet be-
4 proefd. We tasten volstrekt niet in
het duistere rond. Duidelijk liggen in
Gods Woprd de beginselen uitgesproken,
waaraan we verplicht zijn den bestaan-
Iden toestand, en de bestaande rechts
verhoudingen tc toetsen. En we schie-
ten te kort in de heilige roeping, zoo
we ons onttrekken aan de ernstige taak
om wat met die ordinantie Gods in
strijd blijkt, te reconstrueeren naar hei
geen door God den Heere is gewild".
En wie dit van harte kan beamen, is
spoedig klaar met een beslissing. Hij let
dan niet eerst op de belangen, van zijn
eigen groep, van zijn eigen inkomen, maar
vraagt eerst naar Gods Wil, Gods Wet,
Gods Woord.
Het maatschappelijke leven gaat gebukt
■onder groote en zware noodon; de moei
lijkheden vermenigvuldigen zich vaak met
den dag.
Maar ondanks alles, moet er gerech
tigheid gedaan worden.
Gerechtigheid verhoogt oen volk, maar
de zonde is een schanvlek der natie.
Gerechtigheid is sterk onderscheiden
van barmhartigheid. Een arme een
hongerige, kunt ge barmhartigheid be
wijzen, maar een arbeider is zijn loon
waard. Een menseh is een schepsel Gods,
©en beelddrager Gods. Wie den menseh
•onrecht doet, wederstaat den Allerhoog
ste.
Men moet den menseh niet beschouwen
los van zijn eeuwige bestemming, maar
juist in verband met zijn toekomst.
Wij zien den menseh in zijn volle heer
lijkheid, als beelddrager Gods; en waar
het ons hier in het geestelijke bij' tijden
©n oogenblikken alreeds gegeven wordt,
iets te mogen smaken va,n die zalige ge
meenschap, welke ons wacht, indien we
worden opgenomen in Gods heerlijkheid,
zoo inpet er door ons ook gestreefd wór
den »aar „harmonie" in het natuurlijke
leve*.
God» Woord geeft ons licht, mits we
maar in afhankelijkheid zoeken; we moe
ten gebonden zijn aan het Woord; cr moet
in ons een waar begeeren zijn, om ook
in ons zakenleven, om ook in ons arbei
dersleven te zoeken naar Gods recht en
gerechtigheid.
In de Heilige Schrift geeft God ons be
ginselen voor het gansche menscbelijke
leven. Die beginselen moeten we uitdra
gen, toepassen. Doen we dat?
Zijn we voortrekkers of laten we ons
meetrekken
Kom© er onder ons, Christenen, oen
nauwer leven in gebondenheid aan
Gods Woord. Dian staan we vast. Dan
zijn we sterk, wa.nl met God springen
we .over een muur.
Een geurig jubileum.
Te Keulen gaat men liet tweede eeuw-
leest. vieren van de bereiding in het groot
der Eau de Cologne. Hoewel niet van
Keulschen oorsprong, gaf deze oude stad
toch haar naam aan het beroemde reuk
water. Over de werkelijke herkomst is
men het niet eens. Sommigen beschou
wen een Milanees als den uitvinder, an
deren zien er een Hongaar, Arnoldus
Villanovus, die omstreeks 1300 leefde,
voor aan. Hoe het ook zij, als industrie
is het maken van Eau de Cologne het
eerst beoefend door Johan Maria Farina,
die uit Italië komend, in 1.725 te Keulen
z,ijn fabriek van reukwater begon en wiens
nakomelingen hel bedrijf nog steeds voort
zetten.
Het geheim van de samenstelling zou
hij gekregen hebben van 'n familielid, den
bovengenoemden Milanees, genaamd Paul
de Feminis. De vervaardiging en de ver
menging der talrijke ingrediënten waaruit
het reukwater bestaat, moet zeer zorg
vuldig geschieden. Het hoofdbestanddeel
is alcohol, die met verschillende etheri
sche oliën, als citroen-, bergamot-, oranje
bloesem-, rosemarijn-olie, welriekend
wordt gemaakt. Intusschen hebben ook
talrijke anderen de fabricatie van Eau de
Cologne ter hand genomen, zoodat er op
het oogenblik een belangrijke industrie
van bestaat. (Tel.)
Boos weer in Engeland.
Het weer in Engeland blijft ongunstig
cn weerprofeten zeggen, dat hel nog veel
erger wordt. Dinsdagmorgen is het boven
Kent noodweer geweest. Donder en blik
sem waren niet van de lucht, daken wer
den van de huizen, boomen uit den grond
gerukt, en in Medwav Vallev viel binnen
veertig' minuten IV2 centimeter water.
Achttien, bliksemstralen per minuut wer
den geregistreerd. Legermanoeuvres in de
huurt van Belfast zijijn afgelast. Het in-
fanterieknmp is gedeeltelijk verwoest, de
soldaten dreven letterlijk uit hun ten
ten. Op verschillende plaatsen is het
spoorwegverkeer gestremd.
Blanke Hollandsche slaven bij een
Bechuanen-iioofdman in Zuid-Afrika.
Wij lezen in het Maandblad Zuid-Afrika:
Dezer dagen deed in de pers het vol
gende bericht de ronde; „De Zuid-Afri-
kaanscbe Commissie, die de regeering ge
zonden lieeft naa.r de Kalahari, om een
onderzoek in te stellen naar de broed
plaatsen van de sprinkhanen, heeft een
opzienbarend bericht naar 'Kaapstad ge
zonden betreffende eenige blanken, die
als slaven leven bij een zwart hoofd. Toen
deze commissie ongeveer 100 mijlen de.
zandwoestijn was .binnengetrokken en ge
komen in de nabijheid van 'Molopolole.
w.erden haar leden gevoerd voor het op
perhoofd der Bechuanen, Sebele. Hij is
een beschaafd man, die vloeiend Engelsch
spreekt, en zoowel hij als zijn vrouw wa
ren op Europeesche wijze gekleed. Tot
hun verbazing vonden de leden der com
missie -hier ongeveer 50 blanke mannen
en vrouwen, die in de nabijheid van
fel en, ofschoon het hem bijna ongeloof e-
lijfc is. In verrukking staat hij stil en
roept: „Een vredevlag! Een vredevlag!'
terwijl zijn bevende lippen een gemoeds
aandoening uitdrukken, die in de hitte
van den strijd hem ten ecnenmale vreemd
is. Nog beweegt hij zich niet, en staart
in de verte, als wil hij zich van de
zekerheid ten volle overtuigen.
„Ja, zoo ïs het, ik heb mij niet vergisti"
roept hij weder uit, nu zijn zij zoo dicht
genaderd, dat ieder hen duidelijk kan
gadeslaan. „Die Naam des Heeren zij ge
loofd," weerklinkt het van mond .tot
mond. „Kan hel zijn, dat wij thans niet
droomen, maar waken?"
„Zou het mogelijk wezen", hernam Ar
naud, „dat God onze gebeden heeft ver
hoord? Dat ons lijden, ten einde is?...
Laat o ogenblikkelijk een scho t gelost wor
den on laat ons onze wftte banier op!
de rots ontrollen, om den aankomenden
te toon en, dat wij geireed zijn hen met
blijdschap te ontvangen!"
Het bevel wordt dadelijk opgevolgd, en
met eigen hand plant de waardige strij
der, die dezen oorlog begon, ook de vre
devlag op de rots, waar hij staat.
Die vreemde optocht is nu in hun on
middellijke. nabijheid gekomen. Zij staan
daar op een kleine hoogte, van de Wil
donzen door een rotsspleet gescheiden,
die hen, hoewel tot op weinige voetstap
pen van elkander gescheiden, toch ge
legenheid geeft, zich nog bij tifds uit de
voeten te maken, indien er soms ver
raad achter die vredevlag schuilt..
„Vrienden of vijanden?" vraagt Ar
naud aan de beide afgezanten van den
hertog van Savoye, die naderen, terwijl
de overigen bij den banierdrager blijven.
Een hunner, een man van vorstelijk
voorkomen, gekleed in een uniform van
donkerblauw laken, wiens grij'ze baard
de fijngevormde gelaatstrekken voor een
gedeelte bedekt, antwoordt rondborstig en
mild: „Wij zijn vrienden!"
Op deze verzekering leggen Arnaud en
de zijnen hun wapenen onmiddellijk af,
en wachten in een eerbiedige houding
naar het .voorstel van vrede, dat deze
gezant komt brengen.
Bertin, zoo heet de gezant, laat zich
nu aldus hooren: „Wij zijn gekomen, dap
pere mannen der valleien, met een bood
schap des vredes. Eens waren wij vij
anden, nu wenscben wij1 uwe vrienden
te worden".