Pit JjjFjfjL
Geaeagd Mieiws.
Laai- ea ToiBhcuw.
Reektszakea.
Wetenschap en Knnst.
Allerlei.
Hervorming in Middelburg ging. Wij zei
den reeds, dat er een volledige, openbare
uitoefening was van den Hervormden
godsdienst. Zelfs was er een schoolmees
ter, A n t h o n i e W i 11 e m s, vroeger
monnik der Premonstraten van de Mid-
delburgsche abdij, die school hield over
de leer van Calvijn. De bisschop, ziende
dat do regeering der stad hom bescherm
de, wilde de jaarlijksche processie als
vroeger langs de straten doen houden,
maar de regeering oordeelde, dat dit in
deze benauwde tijden niet raadzaam was
en raadde aan de processie alleen in de
kerken te doen omgaan.
De beeldbrekers zijn niet dadelijk ver
volgd geworden; dit gebeurde later, toen
Alva in ons land was gekomen.
De Hervormers waren echter niet ge
rust voor de toekomst. Eenige afgevaar
digden gingen daarom naar de vroed
schap, om den koning f 300.000 aan te
bieden, als zij vrijheid van geloof konden
blijven houden. Natuurlijk wees de vorst
dit af. Volgens andere geschiedschrijvers
wilde de vroedschap zoo'n verzoek niet
overbrengen.
De rust voor do Hervormers duurde
niet lang. De landvoogdes beval, dat alle
voorrechten aan de Hervormden toege
staan, moesten worden ingetrokken. Do
stadsregeering was verlegen wat te doen.
Eindelijk ging zij er toe over, bang zijnde
voor meerdere inkwartiering.
Alle predicates werden verboden. De
voormannen der Hervorming achtten zich
niet meer veilig en een 75-tal personen
vluchtten naar Engeland, ook d'Hoorne,
die later van uit Norwich een troost
brief schreef naar zijn gemeente.
Nog werden 6 personen de stad uit
gebannen. De processie werd weer door
de straten gehouden, en de gilden kregen
opdracht haar vernielde altaren in de
kerken te herstellen. Het strenge plak
kaat des Konings van 3 Juli 1566, dat.
eerst geweigerd was, werd nu afgekondigd
(28 Juni 1567).
Ln Sept. van 't zelfde jaar kwamen naar
Middelburg op 't bevel van Al va An toni
de Meulenaereen Jean Auxtruy-
e s, raadsheeren van Mechelen, om op Wal
cheren onderzoek te doen naar den Beel
denstorm en andere beroerten. Het zou
ons te ver voeren, de gevoerde processen
te bespreken. Die magistraat, vroeger ver
draagzaam, trad nu ook streng op. Den
28 Mei 1568 werden d'Hoorne en 38 an
dere gevluchte Middelburgers gebannen
verklaard met verbeurte hunner goederen.
Den 6den November kregen alle ingezete
nen bevel de Hoogmis bij te wonen. In dit
jaar woedde in de stad een hevige pest
ziekte, die velen ten grave sleepte. Door
de Katholieken werd dit beschouwd als de
slaande hand Gods, vanwege de ketterij.
De genoemde inquisiteurs stelden een
zeer uitvoerig onderzoek in. Opmerkelijk
zijn de uitspraken van sommige personen,
die als getuigen werden gehoord. Bang,
dat zij ook als medeplichtigen zouden wor
den beschouwd, verontschuldigden zij zich
aldus: Ik ben niet op straat geweest of:
Ik was toen aan de andere zijde van de
stad of op reis, of: Ik woon ver van de
vergadering der Hervormden. Er waren
zelfs personen, die zeiden, dat zij „deur
ziekten en anderszins zieer gefailleert wa
ren van memorie". Talrijk waren de von
nissen, die in de jaren 1568 tot 1570 wer
den geveld. Zij, die meegeholpen hadden
aan den Beeldenstorm of belijders waren
van de nieuwe religie, werden ter dood
veroordeeld.
De meesten hadden, door bijtijds te
vluchten hun leven gered. Hun goederen
werden echter verbeurd verklaard. Som
migen, die meenden, dat het niet zoo'n
vaart zou loopen en gebleven waren, vielen
ook in handen der inquisitie. Zij, die tot
de schoot der Moederkerk terugkeerden,
hebben hierdoor hun leven niet kunnen
redden. Alleen werden dezulken nooit met
den vuurdood gestraft en hun lichaam
werd in gewijde grond begraven. Niet al
leen "Middelburgers, maar ook personen
uit Souburg, Zoutelande, Koudekerke, Doft
burg, Oostkapelle, Gapinge en andere plaat
sen werden geëxcuteerd. Baljuw Rolleuia
die naar Alva's zin niet streng genoeg
tegen de ketters was opgetreden, werd
verbannen. Zijn opvolger, Martin de
Posa, deed zijn werk beter.
Het is te begrijpen, dat de Hervormers,
die zich verborgen hielden, moeilijke tij
den beleefden. Er kwam uitkomst, toen
den 6 April 1572 Vlissingen en den 3
Mei Veere 'tSpaansche juk afwierpen.
Den 13 April hadden de Westkappelaars
zich ook voor den Prins verklaard, maar
hiervoor werden zij spoedig door de
Spaansche benden gestraft. Vlissingen en
Veere hadden meer de staatkundige vrij
heid op 't oog, dan de vrijheid van gods
dienst, maar door 't eerste kwam ook het
tweede. Te Vlissingen werd de Herv.
gemeente gesticht met Johannes Ge-
robules en Jacobus Baselis als
eerste predikanten. Te Veere trad J o-
hannes Miggrode, de vroegere pas
toor, op als leeraar der gemeente. God
gaf hem het voorrecht dit ambt nog 55
jaar te bekleeden. Hij overleed den 6den
Mei 1627 in den hoogen ouderdom van
96 jaar.
Hoe was de overgang op het platteland
van Walcheren? Doordat de Prins van
Oranje Middelburg belegerde, was het
platteland vaak het tooneel van den
strijd. Souburg, Zoutelande, Koudekerke,
e.a. Alle pastoors hadden hun parochies
verlaten, meestal te Middelburg een goed
heenkomen zoekende. De meeste kerken,
die de soldaten vaak als kazernes ge
bruikten, werden in den oorlog stuk ge
schoten. De bevolking bleef nog voor een
groot deel Katholiek, al kon zij haar gods
dienstplichten niet waarnemen.
Nadat de Geuzen den 4den Augustus
1573 het sterke fort Rammekens had
den ingenomen en den 29en Jan. 1574
bij Reimerswaal de Spaansche vloot was
verslagen, die tot Middelburgs ontzet was
afgezonden, gaf de stad zich den 18en
Febr. 1574 over.
De bisschop Nicolaas de Castro was
den 16en of 17en Mei 1583, dus tijdens
het beleg, oip 70-jarigen leottijd overleden.
Als opvolger was benoemd J o li a n van
S t r ij e n, die echter nooit het ambt heeft
kunnen waarnemen.
Gelein "Jansz. d'Hoorne en vele an
deren keerden uit de ballingschap1 terug
d'Hoorne trad weer dadelijk als predi
kant op (Zondag 28 Febr.). Op de eerste
ke keraacLvergadering (3 Maart) werd als
tweede predikant beroepen Gaspar
van der Heiden van Frankendal bij
Worms, voorzitter der synodes te Ein
den en Dordrecht.
Alle Katholieke kerken op Walcheren
werden „gereinigd", .ofschoon een groot
deel van de bevolking aan haar oude
godsdienst gehecht bleef, zoodat later wel
eens geklaagd werd over „paepsche su
perstitie" of bijgeloof.
Was er op' een dorp in Walcheren oen
genoegzaam aantal Hervormden, die voor
'bun geloof ijverden, zoo werd een ker
kelijke gemeente gesticht.. De vaak ver
nielde kerk en toren werden niet behulp
van Heeren gecommitteerden Raden van
Zeeland hersteld en er werd overgegaan
tot het beroepen van een eigen predikant.
We zagen reeds, dat Vlissingen, Veere en
Middelburg, ook Amemuiden, dadelijk
eigen predikanten hadden, die in de week
het platteland bedienden. Ook D>om-
b u r g had in 1574 reeds een eigen pre
dikant. Van de andere dorpen waren
Seroos k o r ke en Gr ij' pi s k e r k e de
eerste, beide in 1577, Koudekerke,
Oost-Souburg, W e s t k a pi e 11 e en
Zoutelande volgden in 1583. Big-
gekerke in 1584. Me 1 iskerke in
1586. Aagtekerke in 1589. Gapinge
in 1590 en W.-Souburg in 1595. Op de
•overige dorpen waren de kerkgebouwen
te veel vernield of waren de bewoners
te veel doior den oorlog verarmd.
Zoo werd te R i 11 li e m en te S t.
Laurens eerst in 1612 een Hervormde
gemeente gesticht en een predikant be
roepen. Te Ritthem werden kerk en le
ren hersteld, te St. Laurens verrees een
nieuw kerkgebouw. Te V r o u w e p o 1-
der duurde het zelfs tot 1635. Ver
scheidene verwoeste Roomsche kerken
bleven een ruïne, zoo-als te Welzinge,
Hoogelan.de, Ter Bottinge, Krommenhoeke,
Schellach e. a.
Het aantal Hervormden op Walcheren
vermeerderde, nadat Parma 7 Sept. 1584
Gent en 17 Augustus 1585 Antwerpen had
veroverd. De Hervormden uit deze
Spaansch geworden steden kwamen in
Walcheren wonen. Verscheidene Vlaam-
sche namen zooals: van Maldeghem, Won-
dergem, e.a. herinneren er ons aan.
Naschrift. In mijn artikelen heb
ik steeds het woord Hervormden gebruikt,
als zijnde afgeleid van Hervormen, even
als 't woord Hervorming. Ik had ook
evengoed het woord Gereformeerden kun
nen bezigen, daar dit komt van 't Fransche
woord reformer, waarvan afgeleid is het
woord Reformatie, dat óók' Hervorming
beteekent. Om mogelijke verwarring te
voorkomen, gebruikte ik maar 't zelfde
woord, ofschoon de beteekenis van beide
dezelfde zijn. In sommige streken van ons
land wordt nog vaak het woord Gereforr-
meerd gebruikt als tegenstelling van
Roomsch Katholiek.
Ritthem, 28 Febr. 1924.
B. J. DE MEIJ.
De Godsdienstoefening ter herdenking van
de 350-jarige prediking van Jiet Protes
tantisme te Middelburg.
(Slot).
Nadat ds v. Empel had uitgesproken,
was het weer het zangkoor dal; do. stem
ming nogmaals kwam verlioogen door
den zang van Gedenkklank, een voor
deze gelegenheid vervaardigd lied, woor
den van den heer J. Vreeken en mu
ziek van den heer A. van 'Os, den orga
nist. Dit op de herdachte verlossing zeer
toepasselijk lied maakte diepen indruk.
De gemeente zong vervolgens Gez.
264:1 en 4, waarna ds H. Jonker de
dankzegging uitsprak.
Medegedeeld werd, dat aan H.M. de
Koningin het volgende telegram was ver
zonden:
De Nederl. Herv. gemeente van Middel
burg, heden haar 350-jarig bestaan ker
kelijk herdenkend, biedt Uwe Majesteit
hare eerbiedige hulde, dankt Haar, voor
hetgeen door Haar en Hare voorouders
in het belang dezer kerk is verricht en
bidt Haar Gods besten zegen toe.
Het volgende antwoord was hierop ont
vangen:
„H. M. de Koningin, zeer gevoelig voor
de hulde, Hoogstdezelver gebracht, zoome
de voor Gods besten zegen Haar toegebe
den door de Nederl. Hervormde Gemeen
te van Middelburg op haren zoo- belang
rijken herdenkingsdag, draagt mij op,
Haren zeer oprechten dank te vertolken.
Adjudant van dienst Ruys".
Na deze mededeeling zong de gemeente
staande Psalm 134:3.
De slotzang was gezang "96.
Het door ds Van Empel in zijn rede be
doelde gedenkbord is aangebracht aan de
Oostelijke zijwand van de kerk naast het
orgel en bevat in gouden letters het vol
gende opschrift:
„Ter herinnering aan Geleijn Janszoon
d'Hoorne, geboren te Brugge, Hagepre-
diker en leeraar der Geref. gemeente on
der het kruis, 15591567. Door Alva
veroordeeld. Leeraar der Nederlandsche
vluchtelingen der gemeente te Norwich
1567—1574. Eerste predikant van de Ned.
Herv. gemeente te Middelburg 7 Maart
1574 tot 1575. Overleden 23 Juli 1575".
Vroeger hing dit bord in het voormalig
auditorium boven het spreekgestoelte, maar
had geen opschrift, In de Ambachtschool
te Middelburg is het thans gerestaureerd
op aanwijzingen van dhr J. H. Klarenbeek
en geschilderd onder toezicht van den heer
K. Sloover.
Ook in de Gereformeerde kerk (Noorder-
kerk) werd het heuglijk feit herdacht.
Als spreker trad op ds L. Bouma. (Ds J.
H. Telkamp, die eveneens het woord zon
voeren, was door ongesteldheid verhin
derd). Naar aanleiding van Psalm 46 be
gon Zijn Eerwaarde er de gemeente op te
wijzen, hoe God ook onder den Spaanschen
druk Zijn Kerk bewaarde en deze ook
door de beproeving heen deed ervaren,
dat Hij; haar was een toevlucht en een
sterkte. Die vraag beantwoordend, of er
toen reeds een Gereformeerde kerk was,
wees spr er op, hoe reeds voor de Refor
matie hier behoefte' werd gevoeld aan
zuiverder prediking, zoodat de Middelburg-
sche Overheid in 1535 zich genoodzaakt
zag, (de verkondiging van de „nije leer"
te verbieden. Voor allen alhier, die voor
de Schrift bogen, werd Geleijn Jansz. cle
Hoorne, weldra de geestelijke leidsman.
Spr verhaalde van de hagepreeken te
Koudekerke. Brigdamme, enz. en van het
beleg der stad. Die Geref. kerk kwam na
de overgave der stad aan den Prins weldra
tot grooten bloei en mocht een dam op
werpen tegen het rationalisme eu de idee-
en der Fransche revolutie. De historie der
Gereformeerde kerk verder nagaande,
stelt spr in 't licht, hoe in 't laatst der
18de en in 't begin der 19de eeuw niet
alleen de dwaze, maar ook cle wijze maag
den waren in slaap gevallen. Eer ze het
wisten, zaten ze bekneld ohder 't staats-
creatuur van Willem I. Ook in Middelburg
echter herleefde een Gereformeerde actie
die leidde tot de afscheiding in '34 en
de doleantie in 1886. Die oorzaak van deze
breuk met het Genootschap lag in het feit,
dat de Gereformeerden het historische
spoor wilden olijven bewandelen, het oiude,
beproefde spoor. Roemt de Hervormde
kerk de mannen, die destijds in den strijd
vooraan stonden, wij roemen met hen en
noemt zij ze hare mannen, wij noemen ze
ook de onze. Dat allen van Gereformeerde
belijdenis zich buigen onder den Koning
der kerk.
0m te onthouden,
meent de N. H. Crt., en wij zeggen 't ons
zuslerorgaan na. De heer Duys mag zoo
graag 'n ander z'n „oude plunje" voorhou
den, welnudil is „nieuwe plunje" van hem
zelf:
Het Kamerlid Duys heeft in een dezer
dagen te Vlissingen gehouden vergadering der
S. D. A. P. eenige opmerkingen gemaakt,
die waard zijn- om onthouden te worden.
„Tussohen ons en wie ook, bestaat er
geen verschil, dat de Staatsbegrooting moet
worden sluitende gemaakt. Wc moeten de
tering naar do nering zetten. De veiligstel
ling van den gulden wenschen wij ook. Een
daling van don gulden zou ook voor ons land
een ramp zijn, niet te overzien, vooral voor
degenen, die van een vast inkomen moeten
leven".
Wijze woorden voorwaar'.
Maar hoor deze zelfde heeren in de Tweede
Kamer, hoor ze op meetings, waar een herrie-
stemming gewekt, moet worden on ge vindt
van zulke verstandige taal niets terug.
Dan is er spot over veiligstelling van den
gulden.
Dan heet 'n beetje inflatie zoo erg niet.
Dan wil men schier alle bezuinigingen van
de baan schuiven.
De brave heer Duys iieeft in Vlissingen
stellig zijn menschen aangekeken. Dal ge
beurt hem wel meer.
Vandaar de tweetonigheid die in zijn party
valt te constateeren als hel gaat over de
bezuiniging.
Op zichzelf is dit niet' iets bijzonders.
Er wonen in de soc.-denr. borst nu een
maal Iwee zielen.
Ook in den heer Duys begeerl de revo
lutionaire. ziel menigmaal legen de revisio
nistische.
Daarom notceren we gaarne zijn woor
den, al willen we er voor de socialisti
sche practijk niet al te veel heteekpnis aan
hechten.
De roode fabrieksarbeiders
te A1 b i. De arbeiders van de socialistische
glasfabriek te Albi (Frankrijk), die, bezit van
de fabriek hadden genomen, hebben weer
eens van zich doen spreken. Na een reeks
conflicten had het personeel plechtig ver
klaard, dat het, veel liever dan te wijken
in wat het als zijn recht beschouwde, zich
onder de ruïnen zou begraven. Bijgevolg zijn
de fabrieksgebouwen nu in brand gestoken.
Zonder dat het vuur de fabriek in haar
vitaal gedeelte aantastte, richtte hel toch tame
lijk belangrijke schade aan. De brand kan
als een eerste waarschuwing worden be
schouwd. De loden van het directie-comité
der fabriek, die voor den brand verantwoor
delijk zijn en dit openlijk hebben bekend,
zijn in arrest gesteld.
Een schadevergoedingseisch.
van drie ton. Bij een der Londensche
rechtbanken is op het oogenblik een proces
in behandeling, waarbij (wee doktoren te
recht staan, tegen wie door een boer van
Sittingbourne uit Kent de aanklacht is in
gediend, dat zij hem 9 jaar in een zenuw
lijdersgesticht hebben gehouden 'terwijl hij ge
zond was. Zijn eisch tol schadevergoeding
bedraagt 25.000 pond sterling. Dit proces
loopt reeds 16 dagen, de onkosten daarvan
worden op 10.000 pond sterling gerekend.
Mr Harnett, zoo heet de boer, heeft van
einde 1912 tol 1921 in verschillende gestich
Ij;li voor zenuwzieken en krankzinnigen door
gebracht. In 1921 wist hij te ontsnappen,
keerde naar zijn boerderij terug en nam daai
de leiding weer op zich. Mr Harnett geniei
algemeene. achting in het dorp. Tegen do
doktoren zijn resp. eischen van 20.000 en
5000 pond sterling ingediend. De uitspraak
zal echter pas over enkele dagen vallen.
In de Engelsche bladen en in juridische
kringen trekt het proces enorme belangstelling.
Fraai ge ze I s c h a pTe Budel (N.
Br.) is een ambtenaar der posterijen door de
marechaussee in arrest gesteld wegens dron
kenschap. Een vijftal personen, o.vv. twee
onderwijzers, trachtten den arrestant uit het
arrestantonlokaal te bevrijden. Zij werden door
de politie verwilderd. Wegens huisvrede-breuk
is tegen hen proces-verbaal opgemaakt.
Zichzelf aangemeld. De voort
vluchtige kassier van de Philipsbank te Bruns-
sum, die, na een bedrag van omstreeks 25
duizend gulden te hebben verduisterd, was
verdwenen, heeft zich te Maastricht bij de jus-
tilie aangemeld.
Geen pleizierige t h 'u i s -
k o m s t. Een bewoonster van den Wolfs-
hock te Rotterdam kwam gisterenmid
dag haar woning, binnen en trof in de
huiskamer drie mannen aan. Toen ze
hun vroeg, wat ze er uitvoerden, maalde
er één vlug een praatje, vertellend, dat
hij particulier rechercheur was en eenige
inlichtingen had willen inwinnen. Zoo
snel mogelijk maakten de drie zich daarna
uit de voeten.
Een late postbestelling.
Duizenden briefkaarten, welke in 1914
door soldaten, die door de Duitschers
gevangen genomen waren, gepost waren,
zullen binnenkort, na bijna, tien jaren
„onderweg" te zijn geweest, op de plaats
van bestemming bezorgd worden.
Soldaten, die deel uitmaakten van het
garnizoen te Maubeuge, werden door de
Duitschers gevangen genomen en naar
Duitschland gevoerd, waar zij briefkaar
ten aan hun bloedverwanten schreven, ten
einde dezen op de hoogte te stellen van hun
toestand. Die kaarten werden naar Zwit
serland gezonden, vandaar naar Parijs en
vandaar weer naar Bordeaux, daar het
onmogelijk was ze tijdens de Duitsche
bezetting aan cle geadresseerden te doen
toekomen. Zij zijn al dien tijd te Bor
deaux gebleven, maar zullen thans be
steld worden.
Stamboek het Nederlandsche trekpaard.
Te 's-Gra.venhage heeft de vereeni-
ging Het Stamboek voor het Neder-
landscho Trekpaard (Belgisch type)
haar algemeene vergadering gehou
den, onder voorzitterschap van Jbi'
J. v. Vredenburch.
Aan het jaarverslag ontleenen we
dat Nederland thans niet alleen ge
heel voorziet in de behoefte aan
hengstmateriaal, maar ook een aan
zienlijk surplus heeft.
Het ledental ging met 9 pet. achter
uit.
Zeer sterk is de vermindering van
het aantal ingeschreven veulens. Van
4341 tegenover 5124 in 1922 geeft
het een vermindering van ongeveer
16 pet. aan. In dezen achteruitgang
komt sterk de moedeloosheid van
sommige fokkers tot uiting.
De laatste maanden vertoont zich
echter gelukkig een opleving in de
fokkerij. De wind is omgegaan, de
moed bij de fokkers herleeft, nu het
buitenland in zeer bevredigende mate
onze paarden koopt en groote waarde
blijft hechten aan de door het stam
boek versterkte afstammingsbewijzen.
De vergadering herkoos als voor
zitter Jhr J. v. Vredenburch. De mi
nister van binnenIandsche zaken en
landbouw, die de vergadering hij-
woonde, opperde zonder toezeggingen
te doen ot verwachtingen op te wek
ken de mogelijkheid, dat er alsnog
e e n ig subsidie zou kunnen
worden gegeven indien andere
posten op "de begrooting komen te
vervallen.
r--rc-,I rnnn-iTHTnanmimrTi,-,
Rechtbank te Middelburg.
Politierechter.
Zitting van 29 Februari 1924.
De volgende beklaagden waren gedag
vaard'. J. C, Bi, 44 j. landbouwer, Hengst
dijk, wegens opzettelkeij beleediging op
16 Jan 1924. Eisch i'10 of 10 d. h.;uit-
spraak f3 of 3 d. h.Fr. L. V-, 32 j. ar
beiders, Sluis, wegens diefstal. Eisch
f 25 of 25 d.uitspraak 1 w. gev., voorw.
proeftijd 3 jaar. G. J. J., 24 j. arbeider,
Biervliet, wegens diefstal van 4 konijnen
Eisch 1 mnd gev., uitspraak 1 m. gev.,
voorw, proeftijd 3 j. G. M. G., 25 j.,
arbeider, EJlewouts-dijk, wegens diefstal
van panlatten, toebehoorde aan W|. O.
Eisch f20 of 20 d. h., uitspraak 10 d.
of f 10. M. P. R., '35 j. visscher, Zierikzee
wegens diefstal van een trui. Eisch 14
d. gev. uitspraak 14 d. gev, voorw. proef
tijd 1 j. A. G. M. H„ 37 j. schipper te
Oosterhout, wegens verduistering van 29
H.L. steenkolen, uit de lading van zijn
schip „Johan", die hij van Ruhrort naar
Antwerpen moest vervoeren. Eisch en uit
spraak 3 mnd. gev. A. J., 46 j. werkman,
en J. v. d. B., 49 j. leurder, beiden té
Middelburg, wegens het trekken van voor-
deelen uit de verduistering, gepleegd door
B. d. H. Eisch en uitspraak: ieder f25
of 2-5 d. h.
Poging tot doodslag. Voor de
Haagsche rechtbank heeft terecht gestaan
H. T., 23 .jaar, schippersknecht te Delft,
redicivist en gedetineerd wegens poging
tot moord. Op 21 November van het vo
rige jaar zou hij, na kalm overleg en
rustig beraad, gepoogd hebben L. de
Kok en Cath. de Bruin van het leven te
bercoven Meteen mes zou hij eerstgeuoem
de een steek in den rug nebben toegebracht
terwijl hij het meisje op verschillende
plaatser. stak. De toegebrachte wonden
hadden evenwel niet den dood tengevolge.
Subs, was aan den bekl. mishandeling-
van beide personen ten laste gelgd. Het
O.M. eischte 8 jaar gevangenisstraf.
Van „Opgang" verscheen no. 10
van zijn zevenden jaargang. Eerst een
drietal verzen. De redactie zal wel weten
waarom deze alle een plaatsje kregen
in haar tijdschrift. Mej. H. S. S. Kuyper
vertelt allergezelligst weer wat van „Een
te weinig bekend Alpenland" (de Dau-
phiné in Frankrijk). J. Wille vervolgt
maar weer zijn wel interessante, maar
toch wel wat uitgebreide studie over:
„Herman Dullaart". En tot slot inuziek-
en boekbespreking.
„Opwaaitsche Wegen", het reeds
meermalen genoemde Chr. Letterkundig
Tijdschrift, heeft zijn eersten jaargang be
ëindigd. Vele vellen druks zijn den alion-
né's in de twaalf verschenen nrs. toe
gezonden, want het tijdschrift verschijnt
in flink formaat. Nr. 12 wordt bijna ge
heel gevuld met het slot van Wilna's
roman: „Menscbenbanden", een werk, ze
ker van beduidende litteraire waarde,
maar toch te uitgebreid voor een tijd
schrift. In nr. 11 boeide vooral: „Le
vensles" van G. Schrijver. De boekbe
sprekingen lezen altijd prettig.
Levensgeschiedenis van een
Kwakzalver. Sir Joseph Beecham, de
fabrikant dor bekende pillen, Engeland's grool-
ste adverteerder, in 1916 overleden, was de
zoon van oen klein drogistje, kreeg van zijn
vader het recept voor de naar' hem genoemde
pillen en zag de macht van het advertee-
ren in, voordat een andere fabrikant van pa
tentgeneesmiddelen zoo ver was. Zijn pak
kende frase was: Een guinea per doos waard
een frase, welke niet van hemzelf was
evenwel, waar is waar. Docli hij vertelde
't eerlijk, dal hij die frase had van een oude
vrouw, op een keer, dat hij in het eerste
begin was van zijn loopbaan, toen hij zijn
pillen op de markt in een kraampje aan den
man bracht. Terwijl hij toen zoo'n echte kwak-
zalversrede hield, riep die vrouw, dat z'n pil
len 'n guinea per doos waard waren, en de
pientere handelsman ,zag dadelijk in, welk
voordeel hij van die loftuiting kon trekken.
Weldra verscheen ze in alle bladen en spoe
dig was 't een populair gezegde.
Meer en meer pillen moesten vervaardigd
worden, het drogistenzaakje in St. Helens
moest verdwijnen voor een groot magazijn
meer en meer geld werd besteed aan ad
vertenties en spoedig waren de naam van
Beecham's pillen en de frase over heel de
wereld bekend.
En "t was geen kleinigheid wat Beechmi
elk jaar adverteerde. Voor zoover is kunnen
worden nagegaan, en dat klopt met een ver
klaring door Beecham zelf, afgelegd voor de
Rijkscommissie voor patentgeneesmiddelen,
heeft 't niet minder dan circa f 960.000 per
jaar bedragen, waarvan een f 700.000 in Grool
Brittannië.
Die verklaring hield ook in, dat hij circa
een millioen pillen per dag verkocht, ofte
wel vijftig ton per jaar.
Alles door do macht der reclame.
Beecham's geloof in de macht der reclame
wordt bewezen door de vermogens door hein
en anderen nagelaten." Van Beecham zelf in
het bedrag niet bekend, maai- G. Taylor Fnl-
ford, van de Pink Pillen, liet maar eventjefi
f 15.732.000 na en J. Crossiey F.no, van
Eno's Vruehtenzout, f 79.339.284.
Beecham was een groot kunstliefhebber en
men moge denken hoe men wil over de
wijze waarop hij zijn kolossaal vermogen heci'l
verdiend hij had altijd een persoonlijke
rekening-courant van een dik millioen bij een
bank, omdat hij „op een oogenblik wel eens
wat geld kon noodig hebben" de kunsl
en haar beoefenaars hebben er ruimschoots
van geprofiteerd. Hij bezat een zeer mooie
collectie schilderijen, w.o. ettelijke Constablés,
maar zijn groote liefde ging uit naar do
muziek, een liefde welke zijn zoon Thomas
erfde, die een van Engeland's beste diri
genten is. Vooral interesseerde Beecham zicli
voor de Russische opera en ballet, en zoo
veel deed hij er voor, o.a. door in 1913
een Russisch seizoen van 5 weken in Drury
Lane te geven, en in 1914 weer een, da!
net een week, voor de oorlog uilbrak, af
liep, dat hij als eerste Engelschman de St.
Stanislousorde kreeg.
In 1911 werd hij geridderd en in 1914
lot baronet benoemd, welke titel nu is over
gegaan op Thomas, die wegens zijn groote
verdiensten voor de ontwikkeling der toon
kunst, met Nieuwjaar zelf geridderd was
St. Helens, waarvan hij drie jaar achtereen
burgemeester is geweest, heeft zeer veel aan
hem te danken gehad. En eens heeft hij
een operatroep uit Londen er 'n voorstelling
laten geven voor 21.000 schoolkinderen.
'n Typische eigenschap van Beecham was,
dat hij, in tegenstelling met het overgrootc
deel der Engeischen, maar een bitter klein
beetje om z'n kleeding gaf. Tot 'n vrienil
zei hij eens toen ze in een café zaten: „Zeg
maar eens., dat ik geen cosmospolitaan bon.
M'n das heb ik in Cairo gekocht, m'n pak
in Australië en m'n schoenen in San Fran
cisco". 'n- Combinatie, welke inderdaad niet
alle dag wordt aangetroffen.
(Pharm. Wsekblad.)