Pit JjjFjfjL Geaeagd Mieiws. Laai- ea ToiBhcuw. Reektszakea. Wetenschap en Knnst. Allerlei. Hervorming in Middelburg ging. Wij zei den reeds, dat er een volledige, openbare uitoefening was van den Hervormden godsdienst. Zelfs was er een schoolmees ter, A n t h o n i e W i 11 e m s, vroeger monnik der Premonstraten van de Mid- delburgsche abdij, die school hield over de leer van Calvijn. De bisschop, ziende dat do regeering der stad hom bescherm de, wilde de jaarlijksche processie als vroeger langs de straten doen houden, maar de regeering oordeelde, dat dit in deze benauwde tijden niet raadzaam was en raadde aan de processie alleen in de kerken te doen omgaan. De beeldbrekers zijn niet dadelijk ver volgd geworden; dit gebeurde later, toen Alva in ons land was gekomen. De Hervormers waren echter niet ge rust voor de toekomst. Eenige afgevaar digden gingen daarom naar de vroed schap, om den koning f 300.000 aan te bieden, als zij vrijheid van geloof konden blijven houden. Natuurlijk wees de vorst dit af. Volgens andere geschiedschrijvers wilde de vroedschap zoo'n verzoek niet overbrengen. De rust voor do Hervormers duurde niet lang. De landvoogdes beval, dat alle voorrechten aan de Hervormden toege staan, moesten worden ingetrokken. Do stadsregeering was verlegen wat te doen. Eindelijk ging zij er toe over, bang zijnde voor meerdere inkwartiering. Alle predicates werden verboden. De voormannen der Hervorming achtten zich niet meer veilig en een 75-tal personen vluchtten naar Engeland, ook d'Hoorne, die later van uit Norwich een troost brief schreef naar zijn gemeente. Nog werden 6 personen de stad uit gebannen. De processie werd weer door de straten gehouden, en de gilden kregen opdracht haar vernielde altaren in de kerken te herstellen. Het strenge plak kaat des Konings van 3 Juli 1566, dat. eerst geweigerd was, werd nu afgekondigd (28 Juni 1567). Ln Sept. van 't zelfde jaar kwamen naar Middelburg op 't bevel van Al va An toni de Meulenaereen Jean Auxtruy- e s, raadsheeren van Mechelen, om op Wal cheren onderzoek te doen naar den Beel denstorm en andere beroerten. Het zou ons te ver voeren, de gevoerde processen te bespreken. Die magistraat, vroeger ver draagzaam, trad nu ook streng op. Den 28 Mei 1568 werden d'Hoorne en 38 an dere gevluchte Middelburgers gebannen verklaard met verbeurte hunner goederen. Den 6den November kregen alle ingezete nen bevel de Hoogmis bij te wonen. In dit jaar woedde in de stad een hevige pest ziekte, die velen ten grave sleepte. Door de Katholieken werd dit beschouwd als de slaande hand Gods, vanwege de ketterij. De genoemde inquisiteurs stelden een zeer uitvoerig onderzoek in. Opmerkelijk zijn de uitspraken van sommige personen, die als getuigen werden gehoord. Bang, dat zij ook als medeplichtigen zouden wor den beschouwd, verontschuldigden zij zich aldus: Ik ben niet op straat geweest of: Ik was toen aan de andere zijde van de stad of op reis, of: Ik woon ver van de vergadering der Hervormden. Er waren zelfs personen, die zeiden, dat zij „deur ziekten en anderszins zieer gefailleert wa ren van memorie". Talrijk waren de von nissen, die in de jaren 1568 tot 1570 wer den geveld. Zij, die meegeholpen hadden aan den Beeldenstorm of belijders waren van de nieuwe religie, werden ter dood veroordeeld. De meesten hadden, door bijtijds te vluchten hun leven gered. Hun goederen werden echter verbeurd verklaard. Som migen, die meenden, dat het niet zoo'n vaart zou loopen en gebleven waren, vielen ook in handen der inquisitie. Zij, die tot de schoot der Moederkerk terugkeerden, hebben hierdoor hun leven niet kunnen redden. Alleen werden dezulken nooit met den vuurdood gestraft en hun lichaam werd in gewijde grond begraven. Niet al leen "Middelburgers, maar ook personen uit Souburg, Zoutelande, Koudekerke, Doft burg, Oostkapelle, Gapinge en andere plaat sen werden geëxcuteerd. Baljuw Rolleuia die naar Alva's zin niet streng genoeg tegen de ketters was opgetreden, werd verbannen. Zijn opvolger, Martin de Posa, deed zijn werk beter. Het is te begrijpen, dat de Hervormers, die zich verborgen hielden, moeilijke tij den beleefden. Er kwam uitkomst, toen den 6 April 1572 Vlissingen en den 3 Mei Veere 'tSpaansche juk afwierpen. Den 13 April hadden de Westkappelaars zich ook voor den Prins verklaard, maar hiervoor werden zij spoedig door de Spaansche benden gestraft. Vlissingen en Veere hadden meer de staatkundige vrij heid op 't oog, dan de vrijheid van gods dienst, maar door 't eerste kwam ook het tweede. Te Vlissingen werd de Herv. gemeente gesticht met Johannes Ge- robules en Jacobus Baselis als eerste predikanten. Te Veere trad J o- hannes Miggrode, de vroegere pas toor, op als leeraar der gemeente. God gaf hem het voorrecht dit ambt nog 55 jaar te bekleeden. Hij overleed den 6den Mei 1627 in den hoogen ouderdom van 96 jaar. Hoe was de overgang op het platteland van Walcheren? Doordat de Prins van Oranje Middelburg belegerde, was het platteland vaak het tooneel van den strijd. Souburg, Zoutelande, Koudekerke, e.a. Alle pastoors hadden hun parochies verlaten, meestal te Middelburg een goed heenkomen zoekende. De meeste kerken, die de soldaten vaak als kazernes ge bruikten, werden in den oorlog stuk ge schoten. De bevolking bleef nog voor een groot deel Katholiek, al kon zij haar gods dienstplichten niet waarnemen. Nadat de Geuzen den 4den Augustus 1573 het sterke fort Rammekens had den ingenomen en den 29en Jan. 1574 bij Reimerswaal de Spaansche vloot was verslagen, die tot Middelburgs ontzet was afgezonden, gaf de stad zich den 18en Febr. 1574 over. De bisschop Nicolaas de Castro was den 16en of 17en Mei 1583, dus tijdens het beleg, oip 70-jarigen leottijd overleden. Als opvolger was benoemd J o li a n van S t r ij e n, die echter nooit het ambt heeft kunnen waarnemen. Gelein "Jansz. d'Hoorne en vele an deren keerden uit de ballingschap1 terug d'Hoorne trad weer dadelijk als predi kant op (Zondag 28 Febr.). Op de eerste ke keraacLvergadering (3 Maart) werd als tweede predikant beroepen Gaspar van der Heiden van Frankendal bij Worms, voorzitter der synodes te Ein den en Dordrecht. Alle Katholieke kerken op Walcheren werden „gereinigd", .ofschoon een groot deel van de bevolking aan haar oude godsdienst gehecht bleef, zoodat later wel eens geklaagd werd over „paepsche su perstitie" of bijgeloof. Was er op' een dorp in Walcheren oen genoegzaam aantal Hervormden, die voor 'bun geloof ijverden, zoo werd een ker kelijke gemeente gesticht.. De vaak ver nielde kerk en toren werden niet behulp van Heeren gecommitteerden Raden van Zeeland hersteld en er werd overgegaan tot het beroepen van een eigen predikant. We zagen reeds, dat Vlissingen, Veere en Middelburg, ook Amemuiden, dadelijk eigen predikanten hadden, die in de week het platteland bedienden. Ook D>om- b u r g had in 1574 reeds een eigen pre dikant. Van de andere dorpen waren Seroos k o r ke en Gr ij' pi s k e r k e de eerste, beide in 1577, Koudekerke, Oost-Souburg, W e s t k a pi e 11 e en Zoutelande volgden in 1583. Big- gekerke in 1584. Me 1 iskerke in 1586. Aagtekerke in 1589. Gapinge in 1590 en W.-Souburg in 1595. Op de •overige dorpen waren de kerkgebouwen te veel vernield of waren de bewoners te veel doior den oorlog verarmd. Zoo werd te R i 11 li e m en te S t. Laurens eerst in 1612 een Hervormde gemeente gesticht en een predikant be roepen. Te Ritthem werden kerk en le ren hersteld, te St. Laurens verrees een nieuw kerkgebouw. Te V r o u w e p o 1- der duurde het zelfs tot 1635. Ver scheidene verwoeste Roomsche kerken bleven een ruïne, zoo-als te Welzinge, Hoogelan.de, Ter Bottinge, Krommenhoeke, Schellach e. a. Het aantal Hervormden op Walcheren vermeerderde, nadat Parma 7 Sept. 1584 Gent en 17 Augustus 1585 Antwerpen had veroverd. De Hervormden uit deze Spaansch geworden steden kwamen in Walcheren wonen. Verscheidene Vlaam- sche namen zooals: van Maldeghem, Won- dergem, e.a. herinneren er ons aan. Naschrift. In mijn artikelen heb ik steeds het woord Hervormden gebruikt, als zijnde afgeleid van Hervormen, even als 't woord Hervorming. Ik had ook evengoed het woord Gereformeerden kun nen bezigen, daar dit komt van 't Fransche woord reformer, waarvan afgeleid is het woord Reformatie, dat óók' Hervorming beteekent. Om mogelijke verwarring te voorkomen, gebruikte ik maar 't zelfde woord, ofschoon de beteekenis van beide dezelfde zijn. In sommige streken van ons land wordt nog vaak het woord Gereforr- meerd gebruikt als tegenstelling van Roomsch Katholiek. Ritthem, 28 Febr. 1924. B. J. DE MEIJ. De Godsdienstoefening ter herdenking van de 350-jarige prediking van Jiet Protes tantisme te Middelburg. (Slot). Nadat ds v. Empel had uitgesproken, was het weer het zangkoor dal; do. stem ming nogmaals kwam verlioogen door den zang van Gedenkklank, een voor deze gelegenheid vervaardigd lied, woor den van den heer J. Vreeken en mu ziek van den heer A. van 'Os, den orga nist. Dit op de herdachte verlossing zeer toepasselijk lied maakte diepen indruk. De gemeente zong vervolgens Gez. 264:1 en 4, waarna ds H. Jonker de dankzegging uitsprak. Medegedeeld werd, dat aan H.M. de Koningin het volgende telegram was ver zonden: De Nederl. Herv. gemeente van Middel burg, heden haar 350-jarig bestaan ker kelijk herdenkend, biedt Uwe Majesteit hare eerbiedige hulde, dankt Haar, voor hetgeen door Haar en Hare voorouders in het belang dezer kerk is verricht en bidt Haar Gods besten zegen toe. Het volgende antwoord was hierop ont vangen: „H. M. de Koningin, zeer gevoelig voor de hulde, Hoogstdezelver gebracht, zoome de voor Gods besten zegen Haar toegebe den door de Nederl. Hervormde Gemeen te van Middelburg op haren zoo- belang rijken herdenkingsdag, draagt mij op, Haren zeer oprechten dank te vertolken. Adjudant van dienst Ruys". Na deze mededeeling zong de gemeente staande Psalm 134:3. De slotzang was gezang "96. Het door ds Van Empel in zijn rede be doelde gedenkbord is aangebracht aan de Oostelijke zijwand van de kerk naast het orgel en bevat in gouden letters het vol gende opschrift: „Ter herinnering aan Geleijn Janszoon d'Hoorne, geboren te Brugge, Hagepre- diker en leeraar der Geref. gemeente on der het kruis, 15591567. Door Alva veroordeeld. Leeraar der Nederlandsche vluchtelingen der gemeente te Norwich 1567—1574. Eerste predikant van de Ned. Herv. gemeente te Middelburg 7 Maart 1574 tot 1575. Overleden 23 Juli 1575". Vroeger hing dit bord in het voormalig auditorium boven het spreekgestoelte, maar had geen opschrift, In de Ambachtschool te Middelburg is het thans gerestaureerd op aanwijzingen van dhr J. H. Klarenbeek en geschilderd onder toezicht van den heer K. Sloover. Ook in de Gereformeerde kerk (Noorder- kerk) werd het heuglijk feit herdacht. Als spreker trad op ds L. Bouma. (Ds J. H. Telkamp, die eveneens het woord zon voeren, was door ongesteldheid verhin derd). Naar aanleiding van Psalm 46 be gon Zijn Eerwaarde er de gemeente op te wijzen, hoe God ook onder den Spaanschen druk Zijn Kerk bewaarde en deze ook door de beproeving heen deed ervaren, dat Hij; haar was een toevlucht en een sterkte. Die vraag beantwoordend, of er toen reeds een Gereformeerde kerk was, wees spr er op, hoe reeds voor de Refor matie hier behoefte' werd gevoeld aan zuiverder prediking, zoodat de Middelburg- sche Overheid in 1535 zich genoodzaakt zag, (de verkondiging van de „nije leer" te verbieden. Voor allen alhier, die voor de Schrift bogen, werd Geleijn Jansz. cle Hoorne, weldra de geestelijke leidsman. Spr verhaalde van de hagepreeken te Koudekerke. Brigdamme, enz. en van het beleg der stad. Die Geref. kerk kwam na de overgave der stad aan den Prins weldra tot grooten bloei en mocht een dam op werpen tegen het rationalisme eu de idee- en der Fransche revolutie. De historie der Gereformeerde kerk verder nagaande, stelt spr in 't licht, hoe in 't laatst der 18de en in 't begin der 19de eeuw niet alleen de dwaze, maar ook cle wijze maag den waren in slaap gevallen. Eer ze het wisten, zaten ze bekneld ohder 't staats- creatuur van Willem I. Ook in Middelburg echter herleefde een Gereformeerde actie die leidde tot de afscheiding in '34 en de doleantie in 1886. Die oorzaak van deze breuk met het Genootschap lag in het feit, dat de Gereformeerden het historische spoor wilden olijven bewandelen, het oiude, beproefde spoor. Roemt de Hervormde kerk de mannen, die destijds in den strijd vooraan stonden, wij roemen met hen en noemt zij ze hare mannen, wij noemen ze ook de onze. Dat allen van Gereformeerde belijdenis zich buigen onder den Koning der kerk. 0m te onthouden, meent de N. H. Crt., en wij zeggen 't ons zuslerorgaan na. De heer Duys mag zoo graag 'n ander z'n „oude plunje" voorhou den, welnudil is „nieuwe plunje" van hem zelf: Het Kamerlid Duys heeft in een dezer dagen te Vlissingen gehouden vergadering der S. D. A. P. eenige opmerkingen gemaakt, die waard zijn- om onthouden te worden. „Tussohen ons en wie ook, bestaat er geen verschil, dat de Staatsbegrooting moet worden sluitende gemaakt. Wc moeten de tering naar do nering zetten. De veiligstel ling van den gulden wenschen wij ook. Een daling van don gulden zou ook voor ons land een ramp zijn, niet te overzien, vooral voor degenen, die van een vast inkomen moeten leven". Wijze woorden voorwaar'. Maar hoor deze zelfde heeren in de Tweede Kamer, hoor ze op meetings, waar een herrie- stemming gewekt, moet worden on ge vindt van zulke verstandige taal niets terug. Dan is er spot over veiligstelling van den gulden. Dan heet 'n beetje inflatie zoo erg niet. Dan wil men schier alle bezuinigingen van de baan schuiven. De brave heer Duys iieeft in Vlissingen stellig zijn menschen aangekeken. Dal ge beurt hem wel meer. Vandaar de tweetonigheid die in zijn party valt te constateeren als hel gaat over de bezuiniging. Op zichzelf is dit niet' iets bijzonders. Er wonen in de soc.-denr. borst nu een maal Iwee zielen. Ook in den heer Duys begeerl de revo lutionaire. ziel menigmaal legen de revisio nistische. Daarom notceren we gaarne zijn woor den, al willen we er voor de socialisti sche practijk niet al te veel heteekpnis aan hechten. De roode fabrieksarbeiders te A1 b i. De arbeiders van de socialistische glasfabriek te Albi (Frankrijk), die, bezit van de fabriek hadden genomen, hebben weer eens van zich doen spreken. Na een reeks conflicten had het personeel plechtig ver klaard, dat het, veel liever dan te wijken in wat het als zijn recht beschouwde, zich onder de ruïnen zou begraven. Bijgevolg zijn de fabrieksgebouwen nu in brand gestoken. Zonder dat het vuur de fabriek in haar vitaal gedeelte aantastte, richtte hel toch tame lijk belangrijke schade aan. De brand kan als een eerste waarschuwing worden be schouwd. De loden van het directie-comité der fabriek, die voor den brand verantwoor delijk zijn en dit openlijk hebben bekend, zijn in arrest gesteld. Een schadevergoedingseisch. van drie ton. Bij een der Londensche rechtbanken is op het oogenblik een proces in behandeling, waarbij (wee doktoren te recht staan, tegen wie door een boer van Sittingbourne uit Kent de aanklacht is in gediend, dat zij hem 9 jaar in een zenuw lijdersgesticht hebben gehouden 'terwijl hij ge zond was. Zijn eisch tol schadevergoeding bedraagt 25.000 pond sterling. Dit proces loopt reeds 16 dagen, de onkosten daarvan worden op 10.000 pond sterling gerekend. Mr Harnett, zoo heet de boer, heeft van einde 1912 tol 1921 in verschillende gestich Ij;li voor zenuwzieken en krankzinnigen door gebracht. In 1921 wist hij te ontsnappen, keerde naar zijn boerderij terug en nam daai de leiding weer op zich. Mr Harnett geniei algemeene. achting in het dorp. Tegen do doktoren zijn resp. eischen van 20.000 en 5000 pond sterling ingediend. De uitspraak zal echter pas over enkele dagen vallen. In de Engelsche bladen en in juridische kringen trekt het proces enorme belangstelling. Fraai ge ze I s c h a pTe Budel (N. Br.) is een ambtenaar der posterijen door de marechaussee in arrest gesteld wegens dron kenschap. Een vijftal personen, o.vv. twee onderwijzers, trachtten den arrestant uit het arrestantonlokaal te bevrijden. Zij werden door de politie verwilderd. Wegens huisvrede-breuk is tegen hen proces-verbaal opgemaakt. Zichzelf aangemeld. De voort vluchtige kassier van de Philipsbank te Bruns- sum, die, na een bedrag van omstreeks 25 duizend gulden te hebben verduisterd, was verdwenen, heeft zich te Maastricht bij de jus- tilie aangemeld. Geen pleizierige t h 'u i s - k o m s t. Een bewoonster van den Wolfs- hock te Rotterdam kwam gisterenmid dag haar woning, binnen en trof in de huiskamer drie mannen aan. Toen ze hun vroeg, wat ze er uitvoerden, maalde er één vlug een praatje, vertellend, dat hij particulier rechercheur was en eenige inlichtingen had willen inwinnen. Zoo snel mogelijk maakten de drie zich daarna uit de voeten. Een late postbestelling. Duizenden briefkaarten, welke in 1914 door soldaten, die door de Duitschers gevangen genomen waren, gepost waren, zullen binnenkort, na bijna, tien jaren „onderweg" te zijn geweest, op de plaats van bestemming bezorgd worden. Soldaten, die deel uitmaakten van het garnizoen te Maubeuge, werden door de Duitschers gevangen genomen en naar Duitschland gevoerd, waar zij briefkaar ten aan hun bloedverwanten schreven, ten einde dezen op de hoogte te stellen van hun toestand. Die kaarten werden naar Zwit serland gezonden, vandaar naar Parijs en vandaar weer naar Bordeaux, daar het onmogelijk was ze tijdens de Duitsche bezetting aan cle geadresseerden te doen toekomen. Zij zijn al dien tijd te Bor deaux gebleven, maar zullen thans be steld worden. Stamboek het Nederlandsche trekpaard. Te 's-Gra.venhage heeft de vereeni- ging Het Stamboek voor het Neder- landscho Trekpaard (Belgisch type) haar algemeene vergadering gehou den, onder voorzitterschap van Jbi' J. v. Vredenburch. Aan het jaarverslag ontleenen we dat Nederland thans niet alleen ge heel voorziet in de behoefte aan hengstmateriaal, maar ook een aan zienlijk surplus heeft. Het ledental ging met 9 pet. achter uit. Zeer sterk is de vermindering van het aantal ingeschreven veulens. Van 4341 tegenover 5124 in 1922 geeft het een vermindering van ongeveer 16 pet. aan. In dezen achteruitgang komt sterk de moedeloosheid van sommige fokkers tot uiting. De laatste maanden vertoont zich echter gelukkig een opleving in de fokkerij. De wind is omgegaan, de moed bij de fokkers herleeft, nu het buitenland in zeer bevredigende mate onze paarden koopt en groote waarde blijft hechten aan de door het stam boek versterkte afstammingsbewijzen. De vergadering herkoos als voor zitter Jhr J. v. Vredenburch. De mi nister van binnenIandsche zaken en landbouw, die de vergadering hij- woonde, opperde zonder toezeggingen te doen ot verwachtingen op te wek ken de mogelijkheid, dat er alsnog e e n ig subsidie zou kunnen worden gegeven indien andere posten op "de begrooting komen te vervallen. r--rc-,I rnnn-iTHTnanmimrTi,-, Rechtbank te Middelburg. Politierechter. Zitting van 29 Februari 1924. De volgende beklaagden waren gedag vaard'. J. C, Bi, 44 j. landbouwer, Hengst dijk, wegens opzettelkeij beleediging op 16 Jan 1924. Eisch i'10 of 10 d. h.;uit- spraak f3 of 3 d. h.Fr. L. V-, 32 j. ar beiders, Sluis, wegens diefstal. Eisch f 25 of 25 d.uitspraak 1 w. gev., voorw. proeftijd 3 jaar. G. J. J., 24 j. arbeider, Biervliet, wegens diefstal van 4 konijnen Eisch 1 mnd gev., uitspraak 1 m. gev., voorw, proeftijd 3 j. G. M. G., 25 j., arbeider, EJlewouts-dijk, wegens diefstal van panlatten, toebehoorde aan W|. O. Eisch f20 of 20 d. h., uitspraak 10 d. of f 10. M. P. R., '35 j. visscher, Zierikzee wegens diefstal van een trui. Eisch 14 d. gev. uitspraak 14 d. gev, voorw. proef tijd 1 j. A. G. M. H„ 37 j. schipper te Oosterhout, wegens verduistering van 29 H.L. steenkolen, uit de lading van zijn schip „Johan", die hij van Ruhrort naar Antwerpen moest vervoeren. Eisch en uit spraak 3 mnd. gev. A. J., 46 j. werkman, en J. v. d. B., 49 j. leurder, beiden té Middelburg, wegens het trekken van voor- deelen uit de verduistering, gepleegd door B. d. H. Eisch en uitspraak: ieder f25 of 2-5 d. h. Poging tot doodslag. Voor de Haagsche rechtbank heeft terecht gestaan H. T., 23 .jaar, schippersknecht te Delft, redicivist en gedetineerd wegens poging tot moord. Op 21 November van het vo rige jaar zou hij, na kalm overleg en rustig beraad, gepoogd hebben L. de Kok en Cath. de Bruin van het leven te bercoven Meteen mes zou hij eerstgeuoem de een steek in den rug nebben toegebracht terwijl hij het meisje op verschillende plaatser. stak. De toegebrachte wonden hadden evenwel niet den dood tengevolge. Subs, was aan den bekl. mishandeling- van beide personen ten laste gelgd. Het O.M. eischte 8 jaar gevangenisstraf. Van „Opgang" verscheen no. 10 van zijn zevenden jaargang. Eerst een drietal verzen. De redactie zal wel weten waarom deze alle een plaatsje kregen in haar tijdschrift. Mej. H. S. S. Kuyper vertelt allergezelligst weer wat van „Een te weinig bekend Alpenland" (de Dau- phiné in Frankrijk). J. Wille vervolgt maar weer zijn wel interessante, maar toch wel wat uitgebreide studie over: „Herman Dullaart". En tot slot inuziek- en boekbespreking. „Opwaaitsche Wegen", het reeds meermalen genoemde Chr. Letterkundig Tijdschrift, heeft zijn eersten jaargang be ëindigd. Vele vellen druks zijn den alion- né's in de twaalf verschenen nrs. toe gezonden, want het tijdschrift verschijnt in flink formaat. Nr. 12 wordt bijna ge heel gevuld met het slot van Wilna's roman: „Menscbenbanden", een werk, ze ker van beduidende litteraire waarde, maar toch te uitgebreid voor een tijd schrift. In nr. 11 boeide vooral: „Le vensles" van G. Schrijver. De boekbe sprekingen lezen altijd prettig. Levensgeschiedenis van een Kwakzalver. Sir Joseph Beecham, de fabrikant dor bekende pillen, Engeland's grool- ste adverteerder, in 1916 overleden, was de zoon van oen klein drogistje, kreeg van zijn vader het recept voor de naar' hem genoemde pillen en zag de macht van het advertee- ren in, voordat een andere fabrikant van pa tentgeneesmiddelen zoo ver was. Zijn pak kende frase was: Een guinea per doos waard een frase, welke niet van hemzelf was evenwel, waar is waar. Docli hij vertelde 't eerlijk, dal hij die frase had van een oude vrouw, op een keer, dat hij in het eerste begin was van zijn loopbaan, toen hij zijn pillen op de markt in een kraampje aan den man bracht. Terwijl hij toen zoo'n echte kwak- zalversrede hield, riep die vrouw, dat z'n pil len 'n guinea per doos waard waren, en de pientere handelsman ,zag dadelijk in, welk voordeel hij van die loftuiting kon trekken. Weldra verscheen ze in alle bladen en spoe dig was 't een populair gezegde. Meer en meer pillen moesten vervaardigd worden, het drogistenzaakje in St. Helens moest verdwijnen voor een groot magazijn meer en meer geld werd besteed aan ad vertenties en spoedig waren de naam van Beecham's pillen en de frase over heel de wereld bekend. En "t was geen kleinigheid wat Beechmi elk jaar adverteerde. Voor zoover is kunnen worden nagegaan, en dat klopt met een ver klaring door Beecham zelf, afgelegd voor de Rijkscommissie voor patentgeneesmiddelen, heeft 't niet minder dan circa f 960.000 per jaar bedragen, waarvan een f 700.000 in Grool Brittannië. Die verklaring hield ook in, dat hij circa een millioen pillen per dag verkocht, ofte wel vijftig ton per jaar. Alles door do macht der reclame. Beecham's geloof in de macht der reclame wordt bewezen door de vermogens door hein en anderen nagelaten." Van Beecham zelf in het bedrag niet bekend, maai- G. Taylor Fnl- ford, van de Pink Pillen, liet maar eventjefi f 15.732.000 na en J. Crossiey F.no, van Eno's Vruehtenzout, f 79.339.284. Beecham was een groot kunstliefhebber en men moge denken hoe men wil over de wijze waarop hij zijn kolossaal vermogen heci'l verdiend hij had altijd een persoonlijke rekening-courant van een dik millioen bij een bank, omdat hij „op een oogenblik wel eens wat geld kon noodig hebben" de kunsl en haar beoefenaars hebben er ruimschoots van geprofiteerd. Hij bezat een zeer mooie collectie schilderijen, w.o. ettelijke Constablés, maar zijn groote liefde ging uit naar do muziek, een liefde welke zijn zoon Thomas erfde, die een van Engeland's beste diri genten is. Vooral interesseerde Beecham zicli voor de Russische opera en ballet, en zoo veel deed hij er voor, o.a. door in 1913 een Russisch seizoen van 5 weken in Drury Lane te geven, en in 1914 weer een, da! net een week, voor de oorlog uilbrak, af liep, dat hij als eerste Engelschman de St. Stanislousorde kreeg. In 1911 werd hij geridderd en in 1914 lot baronet benoemd, welke titel nu is over gegaan op Thomas, die wegens zijn groote verdiensten voor de ontwikkeling der toon kunst, met Nieuwjaar zelf geridderd was St. Helens, waarvan hij drie jaar achtereen burgemeester is geweest, heeft zeer veel aan hem te danken gehad. En eens heeft hij een operatroep uit Londen er 'n voorstelling laten geven voor 21.000 schoolkinderen. 'n Typische eigenschap van Beecham was, dat hij, in tegenstelling met het overgrootc deel der Engeischen, maar een bitter klein beetje om z'n kleeding gaf. Tot 'n vrienil zei hij eens toen ze in een café zaten: „Zeg maar eens., dat ik geen cosmospolitaan bon. M'n das heb ik in Cairo gekocht, m'n pak in Australië en m'n schoenen in San Fran cisco". 'n- Combinatie, welke inderdaad niet alle dag wordt aangetroffen. (Pharm. Wsekblad.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1924 | | pagina 6