No 1ST Donderdag S8 Februari 1914 38e Jaargang L E V EiSLEED. Buitenland FEUiLUETOM. Drukkers-Exploitanten 0O8TEBBAAN LE COINTRE GOES ftmraiaux: Lange Vorststraat 8870, Goes Tel.Redactie no. 11Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: •Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 Ve Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. A b o n n e m e M I s p r ij s Per 3 maanden, franco per post, f3«— Losse nummersf0.06 Prijs der Ad ver Ien ti n: I4 rogels f 1.20, elke regel meer 30 cL Bij abonnement belangrijke korting. Minister Colijn, de man der Heine luyden. Br ztin twee dingen, die gebeuren moe ten, csm het leven in ons land op gezon dere basis te vestigen en de groote ramp van de inflatie te voorkomen. Bet budget moet sluitend worden ge maakt, clw.z. het groote tekort moet. weg en daarna moeten de oelastingen, de di recte belastingen, naar beneden. Beide din gen zijn noodig om inzinking te voorkomen en da welvaart van ons volk te vestigen. Het tekort moet weg. Daarvan is ons volk' 'thans zoozeer overtuigd, dat zelfs de communisten het moeten toegeven. Ook gaf «e heer Wijnkoop in zijn motie toe, dat het weg moet, allereerst ter wille van den kleinen man. De arbeiders, lijden, zoo als hij toegaf, de grootste schade, als wij doorgaan zooals thans. Hij erkende dus dat de bedoeling van Minister Golijn niet is, zooals eerst werd gezegd, en nog wordt gezegd door de socialisten, om de kapita listen te dienen, Neen de minister wil den kleinen man voor een ,groot gevaar baboeden. De grootkapitalisten redden zich we], ook als de inflatie komt. Die koopen gauw buitenlandsche warden, b.v. dollars en verdienen nog flink wat ook. Maar de arbeiders en de middenstanders lijden de groot© schade. Dat heeft de ervaring viel geleerd. Minister Co-lijn ia dus de man van kleine luyden. Dat moet nu zelfs -de communist feitelijk toegeven. Laat ons 'dit ».u goed onthouden en verder vertellen. De waarheid dringt langzamerhand door en de laster van socialisten en communis ten most wijken. Zij eindigen met hem de hoofdstelling to-e te geven. Ondanks hen- zelve zeggen zij nu: gij minister hebt ge lijk gehad. Het tekort moet weg. En dat zcw gauw mogelijk. Gij zij!t de man 'dei- kleine luyden. („N. Pr. Gr. C.") Be S. O, A. P. gewraakt Minister Aalb-erse, zegt- de „Rotterd.", heeft gewaagd, maar niet gewonnen. Het ging niet met den oorspronkelijken grootechen opzet van de Arbeidswet. Hei welvaartsleven werd zoo zwaar ge troffen, dat de wet in haar oorspronkelij ke» vorm niet kon won-den gehandhaafd. ïb 1922 kwam de wijziging, die den S^-«rigen arbeidsdag bracht, en boven- otct de mogelijkheid voor afwijkingen der wet #oor gemeenschappelijk overleg van de organisaties van patroons en arbeiders vasStegt. Merkwaardig is nu, dat Dtr Goudriarn, die aoogenaamde versléclitering van de achterenwet door verlenging van den ar beidstijd als volkomen natuurlijk voorstelt. Letterlijk zegt hij: „Van een bevoorrech te, van een bijzonder gunstige positie van Nederland in vergelijking met zijn nabu ren, is op 't oogenblik geen sprake meer. Dit r$! zichzelf was al een volkomen af doend motief om de vooruitgeschoven stel ling' van -de 45-urenweek terug te trekken ■op '48. uur." Alleszins gerechtvaardigd wordt alzoo de verlenging geheet-en. iM-arkwaardig, omdat dr Goudriaan is een der vooraanstaande sociaal-democra- ten, die o.m. bij de samenstelling van het S ocialisatierapport belangrijken arbeid verrichtte. 1 Merkwaardig, omdat destijds bij de tot standkoming dezer novelle de .sociaal-de- jnocatie brieschte van verontwaardiging over Aa]berse's verraad. fe de Tweede Kamer gingen de heer Schaper en zijn partijgenooten aldus te ke&r: „D'e Minister heeft de deur openge- vet van alle beminnaars 'Van kapitalist!- iWrawsirBuiiiwmMcaiKOBwBBB—g—iraww: .5$. „Het doet mij pijn, mevrouw Murray, 'dat u ook maar voor een oogenblik hebt verondersteld, dat ik nw vertrouwen heb misbruikt. De aard van deze briefwisse ling billijkt, dat ik die heb gevoerd, zon der zelfs u daarin te kennen. Deze brief is de tweede, dien ik heb ontvangen van meneer Manning, uitgever van het bekende tijdschrift, en hij werd geschreven als antwoord op een verzoek van mij in ver band met een letterkundige kwestie, die niemand aangaat, behalve mijzelf. Ik zal n de ouderteekening laten zien; daar is zij Douglas C. Manning. U kent zijn letterkundige reputatie en zijn hooge po sitie. Als u het eischt, kan ik natuurlijk niet weigeren u toe te staan den brief te lezen, maar, lieve mevrouw Murray, ik hoop, dat u er niet op zult aandringen, daar ik liever heb, dat niemand den in nend weet, ten minste voor het oogenblik, Haar ik u nooit heb misleid, meen ik, dat n mij wel kon vertrouwen, als ik u ver- tefeer, dat de correspondentie alleen be trekking heeft op een letterkundig onder werp'. sche winzucht van de meest erge ex ploitatie van arbeidskracht. Bij de ar beiders zal hij voortaan te bo-ek staan, met de meerderheid, die deze wetswijziging- wil, als de ti'ouweloo-ze aan de sociale wetgeving. Hij heeft zijn hoogste punt be reikt in November 1918; nu is hij weer degene van 20 jaar terug, de slappeling, die zijn werk in den steek laat". „Het Vo-lk" teekende een plaat met- een kruis, waaraan een arbeider hing, met het opschrift: „Bij het Christendom hoort een kruis voor de arbeiders". Op deze weerzinwekkende wijze werd de agitatie gevoerd tegen een wetswijzi ging, thans dc-or eigen partijgenc-ot alles zins gerehtvaardigd geheeten. Door die houding is de sociaal-democra tie bij de beo-ordeeling dezer dingen ten eenenmale gewraakt. Ook thans, nu door de verdere ont wrichting van ons economisch leven het onveranderd voortbestaan der Arbeidswet ernstig' aan de orde komt". Wetstoepassing. Uit een artikel in „De Nederlander" van j.l. Vrijdag- is af te leiden, dat de Minister van Onderwijs inhoudingen op schoolsubsidies toepast, wanneer naar zijn oordeel de lesrooster niet aan de bepalin gen der wet voldoet. •Indien dit werkelijk zoo is, zou hier een treffend voorbeeld zijn van de wijze, waarop het Departement va.n Onderwijs de Wet toepast. Er is immers, de „Neder lander" wijst er terecht op, niet één enkele wetsbepaling aan te wijzen, waarop zulk een korting zou zijn te baseeren. Maar hoe is het dan mogelijk, dat de Minister vai? Onderwijs zulk een niet op de wet gegronde korting toep-ast? Mr Rutgers merkt in „De Rotterdam mer" hierbij op: Ons verwondert dit niet. 't Is reeds meer gebleken, dat liet Departement van Onder wijs niet zoo zeer er aan hecht, dat de Onderwijswet' wordt toegepast zooals zij luidt, docli meer prijs er op stelt, dat de toepassing tot een redelijk resultaat leidt; redelijk naar het- oordeel van het Depar tement. Men kan erkennen, dat dit met de beste bedoelingen geschiedt, en nochtans de de partementale methode teil scherpste af keuren. Met al haar goede bedoelingen geeft zij niettemin willekeur voor rechtzekerheid. Het verlicht despotisme van het- Onder- wijs-departement is met- de hoofdgedach ten van Grondwet en Schoolwet niet in overeenstemming. Het wijkt- er zelfs zoo ver van af, dat men zich soms afvraagt- of er aan het departement dan niet één enkel jurist werkzaam is, die tegen zulke zonderlinge wetstoepassing zou kunnen wa ken. Het Fransch-Belgisch verdrag verworpen. De Belgische Kamer heeft gistermiddag met 95 tegen 79 stemmen en 7 onthoudin gen het Fran'schBelgische verdrag ver worpen. De regeering heeft- ontslag ge nomen. De belangstelling, die voor het stemmen door de Kamerleden over het Fransch- Belgisch economisch verdrag werd betoond was zoo groot, dat reeds een uur voor de stemming de openbare tribunes prop vol waren. Toen eindelijk de naamafroe- ping begon, trad ,in tegenstelling met de „Waarom wil je dan niet, dat ik den brief lees?" „Om een reden, die ik u later wel eens zal uitleggen, als u alleen maar vertrou wen in mij wilt hebben. Doch als u besloten bent den brief te lezen, moet ik mij daar aan natuurlijk onderwerpen, ofschoon het mij oneindig pijn zou doen te weten, dat u mij niet kunt of niet wilt vertrouwen in zulk een onbelangrijke kwestie". Zij legde den brief op de schrijftafel en bedekte haar gelaat met de handen. Me vrouw Murray keek even naar de onder- teebening en zei: „Kijk mij aan, verberg je gelaat niet, dat maakt den indruk of er iets verkeerds is". Edna hief het hoofd op en zag, de oogen vol tranen, haar weldoenster in de strenge oogen. „De ouderteekening van meneer Man ning geeft mij eenige geruststelling en bovendien heb ik nooit gemerkt, dat je mij misleidde of trachtte te bedriegen. Je gewone eerlijkheid geeft mij grond om je ook nu te gelooven en ik zal er niet op aandringen den briefte lezen, ofschoon ik niet kan begrijpen, waarom je er iets tegen kunt hebben. Maar, Edna, ik ben teleurgesteld in je en in ruil voor het vertrouwen, dat ik altijd in je ge steld heb, wensch ik, dat je openhartig gewoonte de groot-te stilte ih. Waar men anders Lij deze operatie moeite heeft om iets te verstaan, had men thans een muis kunnen hoor en loopen. Op de regeeringsbanken, waar men tot het laatste oogenblik de hoop koesterde, het verdrag er door te halen, werden de gezichten elk oogenblik langer. Theunis werd rood, Jaspar bleek, Franck asch- gruuw, kortom, al de ministers kregen een bijzonder kleurtje, dat nog toenam, toen de voorzitter aankondigde, dat het ver drag -met 95 tegen 79 stemmen was ver worpen. Toen Theunis opstond om mede te -deelen, dat de regeering haar ontslag bij den koning zou indienen, brachten zijn aanhangers hem een ovatie. Tegenstem mers waren: al de aanwezige socialisten, de frontpartij en 25 katholieke, meest Vlaamsch-democraten. Het socialistische oppositieblad de „Peuple" verheugt zich natuurlijk over de verkregen resultaten. Die liberale „Soir" schrijft, dat de uitspraak tegen het ver drag een aanslag is op België en dat Duitsehland er niet weinig mee inzijn schik zal zijn. D(e katholieke „Libre Bel- gique" die het ontwerp-verdrag hevig be streden heeft, is natuurlijk in de wolken. ,De sneeuw in Zuid-Europa. Die bericht-en uit Riviera en Noord-Ita- lië maken melding van veel sneeuw en hevige koude. Van de Pyreneeën tot de Italiaansche Alpen heerscht ongewoon win terweer. Het telefonisch verkeer tusschen Parijs, Marseille en Nizza is verbreken. De bergketen bij Nizza is met sneeuw be dekt. In Toscane zijn de wegen van de heuvelachtige districten door de sneeuw geblokkeerd. Het auto-verkeer en de post diensten zijn stopgezet. Florence ligt dik onder de sneeuw, op sommige plaatsen der stad ligt liet 18 c.M. hoog. De zomertijd in het buitenland. Volgens de „Temps" is de Belgische regeering het er over eens, dat de zomer tijd op den laatsten Zaterdag van Maart moet ingaan. De regeering te Londen stel de echter 19 April, dat is de derde Zater dag dier maand, vlak voor Paschen, voor, wegens de stoornis, die de wisseling nood zakelijk in den treinenloop brengt. Deze datum wordt vermoedelijk niet aanvaard. Technische gedelegeerden uit de drie landen zullen zich dezer dagen hierom trent verstaan. Hel proces-Hitier. Tcien -gister-ochtend Weber, de leider van den Bund Oberland verhoord werd ontstond een incident. De off. van justitie, vroeg of beklaagde niet wist dat de naam Ludendorff in Noord-Duitscliland weinig weerklank voiul. Hierop) sprong Luden- dorif op en riep: „dat is een beleediging!' Ook het publiek pro-testeerde, waarop- de president het waarschuwde met de woorden: het 'is hier geen schouw burg!" zoo meldt de N. R. Ct. De zitting droeg ook verder een zeer opgewonden karakter en belooft sensatio neel te worden als von Kahr zal wor den gehoord. Von Poehner liet namelijk doorschemeren, dat kapitein Ehrhardt met von Kahr en von Seiss-er samen plannen had ontworpen voor een opmars-ch naar Berlijn, plannen waarover hij in een zit ting met gesloten deuren nadere mede- deelingen zou doen. De verdediging ver langde met nadruk, dat Ehrhardt als ge tuige zou worden gehoord. Het Openbaar Ministerie had onder de behandeling me degedeeld, dat Ehrhardt onvindbaar was. Een der verdedigers deelde daarop Ehr hardt's adres te Munch en mede, hetgeen groote vroolijkheid teweegbracht. antwoordt op de vraag, die ik op het punt ben je te stellen. Waarom heb je Gor don Leigh's aanzoek afgewezen?" „Omdat ik hem niet liefheb". „Och kom, dat schijnt ongelooflijk, want hij is knap, aantrekkelijk, en enkele jonge dames toonen zeer duidelijk, dat zij hen. .liefhebben, al heeft hij hun dit nooit ge vraagd. Er is maar één manier, waarop ik je weigering kan verklaren en ik wensch dat je mij de waarheid zegt. Je wilt niet met Gordon trouwen, omdat je een ander lief hebt. Kind, wien heb je lief?" „Neen, werkelijk niet! Ik houd van me neer Leigh minstens evenveel als van eenigen anderen man, dien ik ken. Maar, liefhebben doe ik alleen u en meneer Hammond". Mevrouw Murray legde de hand on der de kin van het meisje en keek haar eenige oogenblikken diep in de oogen. Toen zuchtte zij diep. „Kind, ik vind het moeilijk je te ge looven". „Waarom? Wien denkt u, dat ik' zou liefhebben? Meneer Leigh is zeker een meer aangename vriend voor mij geweest dan iemand anders dien ik ken". „Maar meisjes hebben soms vreemde -grillen in deze dingen. Verwacht je ooit ©en beter huwelijksaanbod te krijgen dan dat van meneer Leigh?" Een bureaucratisch-doode. De man was dood, het stond in de Fransche registers. Eu of hij nu al adem haalde en leefde en voor zijn gezin zorgde dat stond niet in de registers en dus bleef de man dood. Deze levende doode (een Fransch- man) ondergaat al 8 jaar in goede ge zondheid die zonderlinge positie. Het is Paul Francois Charles Flour. Het eerst hoorde hij van zijn dood, toen hij in 1916 thuis van verlof zijnde en het huiselijk samenzijn genietende- na het harde leven in de loopgraven, een heel ernstigen officieelen brief kreeg. Dat was wat, die dikke brief! Zeker een verrassing. Men bekeek hem lang van buiten. Eindelijk scheurde Paul hem open en hij las„de eer u mede te deelen, dat Paul Francois Charles Flour overleden is". P. F. C. Flour dacht aan een vergissing Hij schreef: „Ik ben niet dood", en ging weer naar zijn regiment. Verder werd hij niet doodgeschoten of zwaar gewond. Hij kwam na den oorlog weer thuis en werkte als gewoon, totdat zijn vrouw in 1923 weer zoo'n officieel papier Jcreeg. Wat zou dat zijn? Zou ik weer dood zijn? De brief ging open. En daar stond in een schrijven aan de weduwe, dat zij een medaille kon reclameeren, die voor betoonde dapperheid aan P. F. C. Fleur nog na diens dood was verleend. Weer schreef de man: Ik leef! -Er ging weer eenigen tijd overheen. Toen kreeg de vrouw weer een officieelen brief: cfeeïen u mede, dat zal worden -overgegaan tot het opgraven van het stof felijk overschot van Paul Francais Charles Flour, dat in het kerkhof van Bar le Due plechtig zal worden bijgezet. Wij noodigen u uit, bij die plechtigheid tegenwoordig te zijn". P. F. O. Flour schreef aan de autori teiten, -dat zijn vrouw niet zou komen, omdat hij nog leefde en zich niet wenschte te laten begraven. Weer geen antwoord. Totdat er een officieelen brief kwam: zou-d u ons verplichten met mede te deelen, welke inscriptie u aangebracht wenscht te zien op het graf van uw over leden echtgenoot Toen stonden man en vrouw paf... en zij verheugden een correspondent van de „Matin" met dit lugubere verhaal. Geen Nederlandsche aannemers in België. Gisteren heeft de aanbesteding plaats ge-had van de werken tot herstel van den muur in -den Kattendijksluis te Antwerpen, welke enkele maanden geleden plotseling aan het „wankelen" ging. Voor de her stellingswerken hebben slechts drie firma's ingeschreven, waarvan de laagste voor ongeveer 2 millioen francs. Het merkwaar dige was vooral, dat geen enkele buiten landsche lees Nederlandsche firma voor -deze waterwerken heeft meegedon- gen. Een Antwerpsch blad schrijft dit toe aan de jongste verklaring van den minis ter-president Theunis, volgens welke in beginsel -elke gunning aan een vreemde firma door de regeering zou geweigerd worden. De depreciatie van den franc. De daling van den franc blijft in Frank rijk nog steeds het middelpunt van de conferenties en besprekingen. Zoowel ter beurze als in het parlement vormt zij een factor van emotie qn sensatie, hetgeen ook geen verwondering baart, als men liet „Wat het maatschappelijke aangaat weet ik, dat ik nooit zulk een goede gelegenheid, meer za.1 krijgen. Maar mevrouw Murray, ik zou liever trouwen met een armen man, -dien ik werkelijk lief had en die zijn da- gelijksch brood verdiende, dan de vrouw van meneer Leigh te zijn en -eigenares van het prachtige huis dat hij bouwt. Ik w-eet, dat u gaarne zou hebben, dat ik hem aan nam en dat u mij heel dwaas en kort zichtig vindt, maar het is een vraag, die ik heb uitgemaakt na mijn geweten en mijn hart te hebben geraadpleegd". „En je geeft mij je woord van eer, dat je geen anderen man meer lief hebt dan Gordon?" „Ja, mevrouw Murray, dat verzeker ik u". Terwijl de meesteres van het huis haar hand legde op Edna's hoofd, vroeg zij zich af, of het mogelijk was, dat haar, zoon ooit deze wees met liefde kon be schouwen; en zij stelde aan haar eigen hart de vraag, of zij ooit bereid zou zijn haar als haar dochter aan te nemen. Ja, mevrouw Murray meende, dat zij een oprechte vriendschap koesterde voor me vrouw Inge, en toch had zij ernstig ge wild, dat haar broer zou trouwen met een meisje, dat zij niet als de vrouw van haar eigen zoon zou willen ontvan gen. Waarlijk, als menschelijke vriend- ojngste koersverloop nagaat. Krampachtige pogingen worden ook zelfs nu nog aangewend, om deze scherpe koersdaling toe te schrijven aan vijande lijke manipulaties, welke door internatio nale financiers nog in de hand gewerkt worden. Dit dit slechts voorwendsels zijn, bewijzen ook wel de mededeelingen van enkele gezaghebbenden en o.a. het be richt der „Journée Industrielle", dat de oorzaak van de depreciatie van den frano in Frankrijk zelf gezocht moet worden. Alle redevoeringen en reeds genomen maatregelen ten spijt, zette de koersdaling zich zelfs in versneld tempo voort, omdat men een verkeerd inzicht had in de wer kelijk© oorzaak van de koersdaling. Het uitzetten en weren van vreemdelingen, het sluiten van de beurs, het invoeren van bin dende en beperkende maatregelen betref fende den deviezenhandel, konden de oor zaken der koersdaling niet wegnemen en daardoor geen verandering in het koers verloop bewerkstelligen. Teekenen-d is, hetgeen M. Klotz, oud minister van financiën, in een discussie over de koersdaling van den franc onlangs naar voren gebracht. De oud-minister be weerde, dat de stijging van de kosten van levensonderhoud in Frankrijk abso luut niet moest worden toegeschreven aan de daling van den franc-koers en tracht te zijn geponeerde stelling te bewijzen door er op te wijzen, dat de kosten van levens onderhoud nu bijna even hoog waren als in het jaar 1920, toen de Fransche wissel koers veel beter was en de franc dus nog niet in die mate gedeprecieerd was als nu. Het is bedroevend dergelijke beweringen uit den mond van een ond-minister van financiën te moeten vernemen. In 1920 immers waren de prijzen over de geheele wereld, door meerdere omstandigheden buiten het geld om, zeer hoog. Het feit echter, dat de Fransche prijzen daarna niet tot het niveau gedaald zijn, als in Nederland en Engeland, doch weer tot het hooge niveau van 1920 zijn opge- loopen, toont aan, hoe het Fransche geld in waarde gedaald is, in vergelijking met de munt van andere landen als Nederland en Engeland. Spoorwegongeluk in Britsch-lndië. Een ernstig spoorwegongeluk heeft den 23sten Februari plaats gehad. Een goede rentrein derailleerde op een brug tusschen Anhesar en Pandskil op den Noordwester spoorlijn. Negen en twintig geladen wa? gons werden totaal verbrijzeld. De brugf: is ernstig beschadigd, twee spanningen zijn vernield. Zeven perso-nen zijn gedood en elf gewond. De slachtoffers zijn allen spoorwegbeambten. Er wordt een onder zoek ingesteld. Korte berichten. Volgens ©en bericht in de" bladen heeft Zweden een duikbootjager van En geland gekocht om te worden gebruikt bij de bestrijding van de dranksmokke larij in de -Oostzee. Het mond- en klauwzeer is in de provincie Scania in Zuid-Zweden uitge broken en breidt zich uit. Aanzienlijke verliezen zijn reeds geleden en ongeveer 80 landgoederen en boerderijen" worden, geacht besmet te zijn. i Bij het -ontvangen van de commis sie voor de ontwikkeling van de marine heeft Mussolini verklaard, dat hij' de Ita liaansche zeemacht geleidelijk en voort durend Vergrooten wil. schap op de proef wordt gesteld en ont leed wordt, blijft er vaak niet veel anders over dan de diepste zelfzucht. HOOFDSTUK XVI. Herinneringen uit het ver leden. Op zekeren namiddag, ongeveer tien dagen na de ontvangst van meneer Man ning's brief, toen Edna van de pastorie terugkwam, vond zij de heele familie zit ten op het voorterras en zij zag, dat de verwachte gast was aangekomen. Toen mevrouw Murray haar voorstelde aan meneer Allston, stond deze op, kwam een paar passen nader en stak haar zijn hand toe. Edna was op het punt hem! de hare te geven, toen de groote hart vormig gezette diamanten aan zijn vin ger schitterden en een snelle blik op zijn gelaat en gestalte haat haar hand deed terugtrekken, eer deze de zijne had aangeraakt. Zij uitte da&rbij een half- gesmoorden kreet. Hij beet op zijn lip, keek vragend den kring rond, glimlachte en terugkeerend naar zijn plaats naast Estelle, hervatte hij de opgewekte conversatie, waarin hij was gestoord. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1924 | | pagina 1