entie No 96 Woensdag 96 Januari 1994 38e Jaargang roïii i p p e n geen Firma op ilaats pot getal er nota genomen! imid SLEED. LEVE j jaar, bi] P. DE Middelburg. FEUILLETONS. .mi.,li.I. ■rukkers-Exploitanten: OOSTERBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Lange Vorststraat 6870, Goes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f3. Losse nummersf0.05 Prijs der Advertenties: 14 regels f f.20, elke regel meer 30 «L Bij abonnement belangrijke korting. OOP: ditoerd gaatjes ijpikfcelsle Mat- itprijzen. JNISSE, Kinder- lOP: jruin lier Ruin- vertronwd, bij litelande. joOP: takke Ponny, iagd voor 15 a per dag. „De Zeeuw", Middelburg BRs. MEERMAN, ferseke. 3t Maart a. s. idsknecht bekend met hoef- awerk, bij P. DE fvezande. I. jongen, 15 jaar een smid op een aar op 'tvak) m- gezin. Br. lett. Middelburg. vordt gevraagd in mstbode. jndijk 8. Meid 7ISSE NIJSSEN, v k aelle. De „vergissing" van 1918. tn de berucht geworden vergadering van de 5. D. A. P. te Rotterdam sprak Mr P. J. Troelstra als volgt op 11 Novem ber 1918: „Wij zullen dus Zondag de gewichtige vraag hebben te bespreken, of wij zullen overgaan tot een oppersten raad van ar beiders en soldaten voor het heele land en verder van plaatselijke raden. Hebben wij daartoe besloten, dan is die raad van af dat oogenblik het opperste gezag van ons land. (Applaus.) Gij, bourgeoisie, ge voelt, dat de arbeidersklasse is gewor den de macht, die niet meer kan vragen, eisthen, maar die zich zelf als opperste macht moet constitueeren- Dit is de sisch der historie, voegt er u riaar." En nu'knippen wij een stukje uit de „Handelingen" van de Tweede Kamer, waar in de vergadering van 16 Januari j.l. zich do volgende gedachtenwisseling ontspon „De heer Troelstra: Ik heb ook zeer sterke critiek op het Parlement. Ik heb die critiek herhaaldelijk onomwonden uiting gegeven, maar ik heb steeds be seft, dat ten slotte 'het Parlement niet kan cn niet mag worden ontbeerd, omdat ik geen anderen weg zie om den invloed van bet. volk en de wenschen van het volk tot uiting te brengen. De heer Wijnkoop: De sovjets! De heer Troelstra: Zelfs niet de hoog geprezen sovjets. De heer WijnkoopIn 1918 had u het zelf over de sovjets. En nu? Ik lach het laatst De heer Troelstra: Mijnheer de Voor zitter! Het is niet juist, wat de geachte afgevaardigde zegt, dat ik in 1918 ovei de sovjets zou hebben gesproken, maar indien het juist ware, dan zou de erva ring, die men sinds 1918 met de sovjets heeft opgedaan in het land, waar zij in- heemsch zijn, in staat zijn om mij daar van terug te brengen. De heer Wijnkoop: Dus1 dat was een vergissing; gelukkig. De heer Troelstra: Zelfs 'dat is niet het geval; ware het wel zoo, dan kan men zich op verschillende manieren vergissen. Men kan zich permanent vergissen en men kan zich voor een keer vergissen, en er is geen reden om mij met de perma nente vergissing van den heer Wijnkoop Je vereenzelvigen." If Defensie. Telkenmale kunnen na 26 October '23 de tegenstemmers tegen de Vlootwet als zoodanig hoe weinig het er dan ook geweest mogen zijn met de feiten voor oogen hunne inzichten zien veroordeelen. Wij wezen er dezer dagen op in ver band met Troelstra's uiting hoe het staat ten opzichte van de landsverdediging, met de legerarganisatie. Na al het daar genoemde kunnen wij' nog wij'zen op Frankrijk, de langzamerhand berooide overwinnaar, welke bijl de bondgenooten diep in de schulden steekt, kwistig geld uitdeelt aan Rumenië, Tsjech o Slowa kije en Pollen voor uitbreiding, en Verbete ring der legerarganisaties. Ook op maritiem gebied gaat men door met bewapenen en volmaken van de toe rustingen. Die leider der arbeiderspartij in Engeland, Ramsay Mac D|onald, heeft in het Engelsche parlement q.m. dezer dagen verklaard, na te hebben gezegd dat En- land mee behoorde te werken, meer dan tot heden, aan het herstel van Europa: „W at betreft den politieken kant van de zaak, deed elke dag uitstel het gevaar toenemen. Hij wilde niet al te zeer in erendienstbode -| Em melken, bij Andr.»., Ierseke 31). JJet gesprek werd gestoord door de ontbijtbel en niet lang daarna <ring Mr Leigh weg. Edna had een onrustig en vervelend gevoel en als zij naar den ring keek, dacht zij dat de Arabische letters in plaats) van „Vrede zij over u", „onrust zij over u beteekenden, want zij hadden haar kalme natuur verstoord en Jhaar gedach ten opgedrongen, die zij tot nog toe niet gehad had. Zij ging naar haar kamer en opende haar boeken, maar epr zij haar gedachten kon verzamelen, kwam me vrouw Murray binnen. „Edna, ik kom om met je te praten •over je jurk voor vanavond." „O, zegt u alstublieft niet, dat ik mee' moet gaan, want de gedachten eraan "find ik vreeselijk." „Maar ik wil wel zeggen, dat ik er op sta, dat je de goede vormen niet schendt. Mevrouw Inge behoort tot een van de «erste families van Tennessee; je zult kaar de deftigste menschen ontmoe- en en je kunt je eerste verschijning! bijzonderheden treden, maar de toe stand van Europa was veel dichter bij dien in 1912 (de tijd van de tot het uiterst gewapende vrede) dan menig mensch aangenaam was om te overden ken. Men had wedijverende legers, wed ijverende nationalistische politiek en reusachtige uitgaven, niet voor herstel, maar tot voorbereiding van vernietiging. De naties, die geallieerden waren, loerden met slechts half verhalen vijandschap naar elkaar." De heer Van Karnebeek, onze Minister van Buitenlandsche Zaken, een man met een wereldvermaard en naam, verklaarde in de Tweede Kamer op 25 October 1923 a.m. het volgende: „Met het viermogendhedenverdrag werd de spanning weggenomen, doch de oorzaken daarvan hieven. De oorzaak ervan lag in China als afzetgebied voor Japansche en Amerikaansche producten en die oorzaak zal niet verminderen naarmate het vermogen, van Europa ge ringer wordt' om Amerikaansche produc ten te absorbeeren. Bedenkt men verder dat de poging der Zuid-Amerikaansche staten tot onderlinge ontwapening is mis lukt en dat Europa in een toestand van latenten oorlog verkeert, dan, vraagt de minister zich af, of de toestand zoodanig is, dat het nemen van voorzorgen mis plaatst is." De scheepsmachten van Frankrijk in de Middellandsche Zee en die van Amerika in het verre Oosten voor „schouwing en oefening" bijeiyi, juist in de buurt van de punten waarover geschillen in de kiem cf meer openlijk bekend zijn. Die bijbouw aan de vloten, inzonderheid voor onder zeedienst. Het1 op stapel zetten door En geland van „verscheidene lichte krui sers", door Japan van 2 kruisers a 10.000 ton en 4 a 7500 ton, de ontzag wekkende toerusting van het aeronatisme, het eene vliegtuig al meer beantwoordend aan de eischen van moderne krijgvoering clan het andere, dat alles mag met recht met zorg vervullen en moet onze Re- geering zander onderbreken nopen tot blijvende waakzaam- en werkzaamheid. Men ziet in .stede van naar recht de verschuiving in de wereld plaats heb ben naar macht. Van de zegepraal van het recht schijnt steeds minder 'te zijn te bespeuren. Daarom blijft het zaak, dat geen oogenblik de plicht tot defensie het brein verlaat. De doodstraf. Immer plaatste onze partij in haar program de plicht tot verdediging des lands. Ook van meêtaf (1 Januari 1887 art. 13) kwamen wijl opvoor de 'toe- passing desnoods van de doodstraf. Geleidelijk aan greep1 het humanisme om zich heen om daarmede de besliste uitspraak van Gods woord te verdringen van de publieke erve. Het recht Gods was niet- langer betrokken in de beschouwin gen der stervelingen, de rechtsbedeeling geschiedt naar menschelijk inzicht. Niet het recht in verband met de feiten, doch het gevoel in verband met de omstan digheden. Geen objectieve norm, maar subjectieve overweging. Hierdoor is het recht op losse gronden gekomen. De rechtsorde niet langer conform den wil van God maar opi den willekeur van menschen met hunne oneindig1 verschil lende neigingen en denkbeelden. Zóó zinkt het Recht in en de vraag naar vastheid en zekerheid erlangt steeds min der bevredigend antwoord. De twijfel aaïi de juistheid der rechtspleging wordt open baar. En de verwildering neemt, ondanks het humanistisch ideaal, toe. Onze partij plaatste in haar program onder de menschen niet onder gunstiger omstandigheden doen. Bovendien is het erg vreemd, dat een jong meisje niet van vroolijke feesten en het gezelschap van jongelui zou houden. Je maakt zon der eenige noodzaak een kluizenaar van jezelf en ik zal niet toestaan, dat je de uitnoodiging van mevrouw Inge weigert. Het zou buitengewoon onbeleefd zijn." „Lieve mevrouw Murray, u spreekt van mijn eerste verschijning, alsof ik, zoo als andere meisjes, niets anders te doen heb, dan mijzelf voor te bereiden voor de wereld. Die menschen geven niets om mij en ik niets om hen. Ik vind het niets prettig in een kring te zijn, waaruit ik spoedig door mijn werk weer verdwijnen zal." „Welk werk bedoel je?" „Mijn werk als onderwijzeres. Binnen eenige maanden hoop ik in staat te zijn, zelf te verdienen wat ik noodig heb, en dan „Dan is er nog tijd genoeg om te zien, wat er dan gebeuren, moet; ondertusschen zoolang als je bij mij bent, moet je mij toestaan te beoordeelen, wat goed voor je is; Clara Inge is mijn vriendin en ik kan jou niet toelaten onbeleefd tegen haar te zijn. Ik heb een rijtuig naar de stad gestuurd om juffrouw O'Reilly te halen van actie 1922 inzake Justitie herstel van het recht der overheid om den moor denaar aan het leven te straffen. Odk de Staatkundig Gereformeerde partij schreef in art. 6 van haar program a.m.: „De Overheid is van God geroe pen het, kwaad te straffen, opdat het geschonden recht worde, hersteld. Dit ge schonden recht vordert rechtvaardige maar ook rechtmatige straffen; dienover-" ecrlkoimstig roept het recht tot wederin voering van de doodstraf." Het kan zijn nut hebben om, nu de be grooting voor 1924 in het parlement nog moet worden behandeld, er de aandacht op te vestigen, hoezeer de partijl onver zwakt blijft staan op het eenmaal over eenkomstig de H. S. ingenomen stand punt. Wij' achten allerminst gering cle be zwaren verbonden aan de invoering van dezen maatregel. Pas leerde een merk waardig geval in België ons hoeverre ook door hen, die geroepen zijn recht te spreken, dwaling .mogelijk is. Wij erken nen ook de mogelijkheid dat bekentenis sen, nadat de maatregel toepasselijk is, zeldzamer kunnen warden. De in acht te nemen voorzichtigheid zou nog grooter worden dan thans het geval is. Niettemin blijven wij met kracht aan dringen op herziening onzer wetgeving ten deze. Wie met ontroering kennis nam Van de toename in den laatsten tijd van het aantal lafhartige en gruwelijke roofmoor den ear (pogingen daartoeCulemburg, Etten, Leiden enz., moet wel tot het inzicht komen, dat. het zoo .niet langer gaat. Zedelijke verbetering van gevangenen riep men in de laatste jaren. Prachtig maar het Recht 'blijve onverkort. De feiten moeten onder de oogen gezien wor den en hij die zich stelt buitèn het ge- meene recht, zicjr vergrijpt aan het le ven van een ander, hij af zij, het is de onafwijsbare plicht der overheid op grond van Gods Woord, moet de dood straf ondergaan, wanneer vast komt te staan, dat vólgens een voorafberaamd plan gehandeld is. Dan kan van „verzach tende omstandigheid" bezwaarlijk sprake zijn. Nu moge men aan de hand van de sta tistieken willen aantoonen, dat het aantal misdrijven niet toeneemt, het karakter der misdrijven wordt er geleidelijk niet heter op'. De moordenaar(esse) beleedigde God bij het neerslaan van het slachtoffer. Gods recht moet gehandhaafd. „Wie des menschen bloed vergiet, zijn bloed zal door den mensch vergoten worden." Lenin f Het Russisch Telegraaf-agentschap te Londen deelt mede, dat Lenin den 21en Januari te Moskou is overleden. Zijn lijk is in het arbeidershuis te Moskou opge baard en zal Zondag a.s. begraven worden. Lenin, wiens eigenlijke naam Wladimir Iljitsj was, werd in 1870 geboren. Zijn socialistische denkbeelden dankte hij aan zijn broeder Alexander, die in 1887 als medeplichtig aan een aanslag op den toen- maligen tsaar werd opgehangen. Na zijn gymnasiale studiën te h.ebben beëindigd, begaf Lenin zich naar Kazan, waar hem de gelegenheid tot studgeren ontnomen werd wagens zijn socialistische propa ganda. Lenin vertrok nu naar St. Peters burg, waar hij zijn studiën in de rechten de kleermaakster en Hagiar zal de rok van de jurk maken. Kom in mijn kamer om de maat te laten nemen". „Dank u wel voor uw vriendelijke zor gen; maar ik ga heusch liever niet. Laat u ine astublieft thuis blijven. U kunt wel een beleefd excuus bedenken en mevrouw Inge geeft er niets om of ik kom of niet. Ik "zal wel schrijven, dat het mij spijt en „Wees niet kinderachtig, Edna; ik geef er om wat je doet en dat moest jou meer waard zjjn dan wat mevrouw Inge wil. Je 'hebt groot gelijk, dat zij er niets om geeft. Maar laat Hagar niet langer wach ten". Mevrouw Murray fronste haar wenk brauwen en kneep haar lippen samen, zooals haar gewoonte was, als haar iets niet beviel; dus volgde Edna haar naar de kamer waar Hagar werkte. Het was de eerste keer, dat Edna uitgenoodigd was op een groot feest, waar zij deftige en rjjke menschen zou ontmoeten. Me vrouw Inge kwam vaak naar „Le Bocage" maar Edna kende haar niet goed en bij haar tegenzin om vreemden te ontmoeten, zag zij er bovendien tegenop Mr Leigh al zoo spoedig weer te zullen zien, want zij voelde wel, dat een scheidsmuur ge komen was tusschen hen. D© leuke vriend- voltooide. Op 21-jarigen. leeftijd was hij reeds actief revolutionnair. Van 18901893 vertoefde Lenin in Zwitserland, waar de Russische sociaal democraten druk ageerden en den grond slag legden voor het latere bolschewisme. Op het tweede congres der Russische socialisten in 1903 kreeg men de ver deeling tusschen bolschewiki (meerder heid) en menschewiki (minderheid). Aan het hoofd der eerstgenoemde partij stond Lenin. De laatste jaren vóór den oorlog ver toefde Lenin veelal in Oostenrijksch Ga- licië. Toen de oorlog uitbrak, werd hij door de Oostenrijksche politie als vij andig onderdaan geïnterneerd, doch later vrijgelaten. Hij kreeg verlof om zich in Rusland te vestigen, waar hij een hef tige propaganda tegen de entente voerde met steun der centrale mogendheden. Uit Zwitserland riep de groote Russi sche revolutie van 1917 ..hem naar zijn vaderland terug, waar de strijd tusschen Kerensky en hem op het heftigst ont brandde. In den zomer van 1917 liep de eerste poging van Lenin om do „dicta tuur van het proletariaat" te vestigen op een mislukking uit. In October van dat zelfde jaar echter had hij meer succes; hij werd door het sovjet-congres in den raad van volkscommissarissen gekozen en spoedig tot voorzitter van dien raad be noemd., Verschillende aanslagen zijn er sinds dien op hem gepleegd. Wij noemen die van Januari, Februari en Augustus 1918. Alleen bij den derden aanslag werd hij ge troffen en wel door een kogel in één dei- longen. Hij genas eerst na langen tijd van zijn wonde. Toch geraakte zijn lichaams gestel, mede tengevolge van overwerking en tegenslag, steeds meer ondermijnd, tot dat de dood nu hem- kwam wegrukken. Lenin was een echte dictator. De men schen waren voor hem slechts lede poppen, die niet behoefden te denken en die hij deed bewegen, zooals hij het verkoos. Een overeenkomst was voor hem slechts een woord. De waarheid ver draaide hij zonder gewetensbezwaar. De spoorwegstaking in Engeland. De voor gisteren aangekondigde trein diensten loonden geen teekenen van ver betering. Volgens de „Westminster Ga- zette" vroeg de minister van transport wezen Maandag aan de spoorwegdirecties, of deze vrachtauto's noodig hadden vooi het voedselvervoer. Het antwoord was, dat men voorloopig geen auto's noodig heeft. De directie yan de Londen en North Eastern Railway deelt mede, dat in verband met de machinistenstaking op de Engelsche spoorwegen niet gegaram deerd kon worden, dat de reizigers hun bestemmingen bereiken,'doch dat het mo gelijke gedaan wordt, om den dienst jn stand te houden. Von Schubert f ln den ouderdom van 77 jaar overleed te Berlijn luitenant-generaal von 'Schu bert, die wegens zijn groote verdiensten op militair gebied in het jaar 1899 in den adelstand was verheven. In hetzelfde jaai werd hij tot generaal-majoor en in 1902 tot luitenant-generaal benoemd. In 1903 trad hij uit den dienst om zich aan de politiek te wijden. Hij werd nog in het zelfde jaar tot lid van den PruisiscJjen Landdag gekozen als afgevaardigde van de giationaal-liberale partij voor het dis trict Trier. Tot 1918 maakte hij deel uil van de Pruisische volksvertegenwoordi ging. Tijdens den wereldoorlog was hij weer in militairen dienst. Hij was echter, schap van de pastorie was voorbij. Zij wilde, dat zij nooit Hebreeuwsch had ge studeerd en dat de ring van den sheik weer tusschen de ruinen van Ghïlminar lag. Mevrouw Murray zag haar ontstem ming wel, maar verkoos niet er eenige notitie van te nemen en zij zag dien avond op haar toilet toe met bijna evenveel be langstelling, alsof Edna haar eigen doch ter was geweest. Gedurende den rit sprak zij over on verschillige onderwerpen en toen zij naar de vestiaire, gingen, had zij de voldoening te zien, dat haar beschermelinge geen vrees of verlegenheid koesterde. Zij kwa men vrij laat; het gezelschap was reeds bijna voltallig en de groote zalen waren al vol gasten, toen mevrouw Murray bin nentrad. Mevrouw Inge kwam haiax snel tot den drempel tegemoet en mijnheer Leigh, die schijnbaar op wacht had ge staan, trad op hetzelfde oogenblik naar voren en bood Edna zijn arm aan. Terwijl hij haar naar het midden van de zaal trok, merkte zij op, dat hij 'de bloemen droeg, die zijhem dien morgen gegeven had en dit feit, gevoegd bij de nieuwsgierige blikken, die zij op zich ge vestigd voelde, deden haar plotseling diep blozen. De plechtige ooderwetsche dans begon en uit een hoek van de kamer gezien, zijn hoogen ouderdom, steeds ack ter het front werkzaam. Hei nieuwe Engelsche kabinet. De pplifieke gebeurtenissen, gevolg va* Baldwin's nederlaag in het lagerhuis, had den een snel verloop. Om half elf gister voormiddag hield het conservatieve kabi net zijn laatste zitting; een uur later was Baldwin bij den koning om het ontslag aan te bieden van het kabinet; om 12 nttr werd de arbeiders-leider Ramsay Mac Do nald door den koning ontvangen. De koning verzocht den labour-leider, de vorming van een kabinet op zich te nemen, en deze nam de opdracht aan. De audiëntie duurde ongeveer een uur. Om vijf uur 's namiddags had Mac Do nald een tweede onderhoud met den ko ning. Na afloop hiervan werd meegedeeld, dat de koning de hem door den nieuwen premier voorgelegde irrinisterlijst had goed gekeurd. De ministerieele benoemingen zij*: Mac Donald: eerste lord van schat kist en minister van buitenlandsche za ken; Clvnes: leider van het lagerhuisj Lord Parmoor: lord president oï council; Holdane: lord kanselier; S n o w d e nkanselier van schatkist; Henderson: minister van binnenland- sche zaken; Thomas: minister van ko loniën; Walsh: minister van oorlog; Sir Sydney Olivier: minister voor Indië; Thomson: minister van lucht vaart Chelms: eerste lord der admi raliteit; Webb: president van de Board of trade; Wheatley: minister van ge zondheid; Buxton: minister van land bouw; Ad am son: minister voor Schot land; T r e v e 1 y a npresident van het departement van onderwijs; Shaw: mi nister van arbeid; Hartshorn: post master general; Kolonel Wedgwood: kanselier voor Lancaster. Naar thans verluidt zullen de nieuwe ministers morgen hun ambt aanvaarden. Korte berichten. Acht Fransche vrouwen hebben het Legioen van eer gekregenHet zijn acht boerinnen en 'alle acht hoofden van groote gezinnen en zij zijin aldus onderscheiden Om het schoon© voorbeeld van moed en dj'ver, dat zij gegeven hebben toen zij, nadat zij haar man en haar oudste zonen in den oorlog verloren hadden, zelf het bedrijf hebben voortgezet en daar bij haar kinderen opgevoed. Bij Agen, aan de spoorlijn Bor deauxCette, wilden acht wegwerkers gisterochtend voor een aankomenden goe derentrein uit den weg gaan. Dqor den zwaren mist hadden zij! van den tegen- overgestelden kant den sneltrein niet zien aankomen, zoodat de acht mannen, uit wijkend voor den eenen trein, terecht kwamen onder den anderen. Alle acht zijin. vermorzeld. Verlaging ambtenaarssala rissen. Het Volk verneemt, dat het in het voornemen derregeering ligt, de ambte- naarstractem enten met ingang van 1 Juli a.s. met 10 pet. te verlagen. Eveneens ligt het in de bedoeling, aldus het blad, ten spoedigste de schalen van heit sala- risbesluit te herzien. Nikkelen stuivers. Naar gemeld wordt, 'zijn maatregelen genomen aan 's Rijks munt om een aantal keek mijnheer Hammond met welgevallen naar zijn twee leerlingen, en vergeleek hén met de andere vroolijke paartjes, die de schittende zaal vulden. Hij vond, dat zij' zich daarvan gunstig onderscheidden. Edna was gekleed in witte Zwitsersche zijde, afgezet met breede kant en rose linten, die van haar schouders breed af hingen. Haar haar was eenvoudig achter tegen haar hoofd in een lossen wrong samengevoegd en vastgestoken met een ivoren kam. Een blik op haar gelaat, zoo als zij het nu ophief tot mijnheer Leigh, die tot haar sprak, deed de gedachte bij den predikant opkomen, dat hij nog nooit een gelaat had gezien, dat zoo liefelijk en tegelijk zoo vol uitdrukking was. Zijti oogen wendend naar haar partner, moest hij bekennen, dat, ofschoon Gordón Leigh de knapste man in de zaal was, geen opmerkzaam toeschouwer dit paar kon aanzien zonder te ontdekken, dat de kleindochter van den hoefsmid ver stond boven den geliefden broeder van de aris tocratische mevrouw Inge. Hij was zóó verdiept in de beschouwing van het paar, dat hij mevrouw Murray niet hoorde na deren, vootr zij «aast hem zat en fluisterde: „Zijn zij niet een aardig paar?" „Gordon en Edna?" Ja." (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1924 | | pagina 1