TWEEDE BLAD. M teil ruim WoonMis, itte Dienstbode. LEED. LEVE N iLLEGANGE, lel, Terneuzen. I.A. Bouwland hand te koop E KOOP: rd Vracht-Auto, een Kalikoe, ioe te koop, sen Meid Gemeenteraad van Goes. ïiedt «iet, zoo- Alleea Jezus u Ibse» maakt sndste deel va« betere lerens- zettende» tijd, .taal in 't bloed hij niet onder- tus is de ware 's-Gravenhage len ran de kwa- nnis in de door et hof rerwezen Jzn., kuiper te antongerecht te 50 cent boete, Het hof kwali- klaarde als „het rening, liggende dijken Tan een lerseke, deze iris ,T. C. Paap openbaar ver- jizen en erven. Lerlijfe boven- laan de Coosje groot 188 c.A. lir H. M. van [ooper dezelfde de Palingstraat IA. Hoogste in- Ice voor f2017. Ie en L. Dekker den Kouden- U c.A. Hoogste Mommaas voor ,T. .Toosse qq. IIE ZEEUW VAN DONDERDAG 10 JAN. 1924. No. 85 -1.50 -1,40 - 1.10 koppen *rzaden« vrfcj van warkruid. In zuiverheid gegaran Inder A. H. V. Z. Roode Klaver, alge- ïde soort p K.6 f 1.60 |a grove soort Maasklaver erne, de echte bïtnporteerde len gevraagd. "Wl ijsing te pachten ige (Ruisweg). |óór 16 Januari, VEREEKE, Kapelle. waterleiding en regen den tuin, staande aan fe B 77, Krabbendqke. Igen bij J. HOÜGE- 67, Krabbendijke. 'vermogen Billijke pr [Smederij, N.-Kraaijert. Januari, bij WISSE Sz Domburg ?ebrua.'i Be kalf. KOENE, Biggekerke. Irt een Arbeider «net lezin gevraagd. Woning D. BLOK, Rilland tegen Mei lerendienstbode JOLElJ, Landbouwer, middelbaren leeftijd, kunnende werken, bij de jE KEIJZER te Mehs- rIOOLE Dekkek, Korte ïddelmirg, vraagt wegens er tegenwoordige (Vervolg.) 4. Verzoek van den heer J. H. Jacobs om toestemming tot het bouwen van een café-restaurant op den hoek van de Wil- helminastraat en de Voorstad. Ingekomen is nog een schrfjjven van de Nat. Chr. Geh. Onth. Vereen, om het verzoek van dhr. Jacobs niet in te wil ligen. Dhr. Goedbloed is met de nadere toelichting van B. en Wi. niet tevreden. Zijn B. en W. nu vóór of tegen het toe staan van het verzoek? Laat de Raad •weten war hij doet. Wordt dit verzoek toegestaan, dan zullen meerdere verzoe ken van dergelijlken aard volgen. We staan voor allerlei consequenties. En eenmaal is het standpunt ingenomen: In Bouwplan I niet anders dan woningen. Wil de Raad dat standpunt verlaten, dan zou Spr. gegadigden voor dit stukje bouw grond willen oproepen. Misschien waren dan nqg wel gunstiger voorwaarden te •bedingen. En laat men in geen geval incidenteel op dit verzoek ingaan. De heer Labrijn acht het bedoelde punt het uiterste van de woonwijk. En daarom zou spr. over dit bezwaar wel willen heenstappen. Maar spr. meent, dat inder tijd de grand is onteigend op voorwaarde, dat hier alleen woningen zouden verrij zen. Weth. v. d. Bout zegt, dat in Afwij kende gevallen de Raad beslist. Dhr Eckhardt blijft bij' zijn standpunt: als men den één iets weigert, moet men het den ander ook doen. Dlhr Vienings legt er den nadruk op, dat het hier hoofdzakelijk een stille woonwijk zou zijn en dat, in elk ander geval de Raad heeft te beslissen. Maar nu betreft het hier de uiterste punt van de woonwijk en daarom zou. spr het verzoek willen toe staan. Het betreft hier alleen een melk- salon, Vraar geen vergunning voor sterken drank zal worden verleend. Dhr v. Melle zegt, dat op serieuse gronden tegen het Voorstel kan worden gestemd. Wat we in het algemeen van melksalons w-eten is niet zoo onschuldig. Ze leveren voor de jeugd een zeer ernstig gevaar op. Dihr Flink vraagt, waarom B. en Wi. telkens spreken van café-restaurant, daar toch een melk- salon bedoeld wordt? De voorz. zegt, dat in het stuk, dat de grondoommissie gehad heeft, sprake is van een café-restaurant. Weth. Stieger erkent, dat in het nadere prae-advies van B. en Wi. geen conclusie voorkomt. Zij dachten er eerst niet aan, dat het stuk grond behoorde bij Bouwplan I. En ook hadden ze niet gedacht aa* het indertijd gedaan verzoek van dhr Blanker, dat geweigerd is. B. en Wl meenen nu tegen inwilliging van het verzoek te moe ten stemmen. Dhr Goedbloed geeft ook de andere heeren in overweging tegen te Stemmen. Dhr v. Vloten vraagt, of het gevaar voor het verkeer afgewend is. De voorz. zegt, dat daar in ieder geval voor gezorgd zal. worden. Dhr. Crucq zal ook vóór het verzoek stemmen, omdat het hier een perceel be treft eigenlijk in de Voorstad gelegen, mits geen „vergunning" verleend wordt. De voorz. zegt, dat dit laatste uitgesloten is. Op het verzoek van den heer Jacobs wordt gunstig beschikt met 7 tegen 6 st. Tegen dhrn Stieger, Goedbloed, Eckhardt, Flink, v. d. Bout, v. Melle.) 5. Voorstel van de heeren P. C. Labrijn, J. A. Flink en J. M. van Bommel van Vloten om vanaf 1 Januari 1924 op het personeel der gemeente verhaal van pen sioensbijdragen toe te passen tot een be drag van 8^/2 pet. van den pensioens grondslag. Dhr. Labrijn erkent, dat de fin. com. aan het slot van haar betoogover de j begrooting verkeerde cijfers van de be- i lasting in Goes heeft gebruikt. Spr. heeft j dit in een haastig oogenblik gedaan en biedt daarvoor zijn excuus aan. Tevens protesteert spr. tegen een on waardige bestrijding der fin. com. in de Nieuwe Zeeuwsche Crt., als zouden de cijfers van de fin. com. sprekend, doch1 «iet welsprekend zijn. Verder merkt Spr. op, dat het belasting staatje van B. en W. nog niet zoo onschul- FEUILLETON. El). "„Ik vond het. waar u het verloor op het grasveld naast de smidse van een hoefsmid". „Be smidse van een hoefsmid I Waar ergens?" „Dicht bij Chattanooga, Kunt u zich nog wellicht het bordje onder die paar denhoef herinneren, boven de deur, waar op geschilderd stond: Aaron Hunt?" „Neen, maar wie was Aaron Hunt?" Een oogenblik had Edna moeite om kalm te blijven, maar snel keek zij hem aan en zeide met bevende stem: „Hij was mijn grootvader -de eenige persoon in de wereld, waar ik van hield of die mij liefhad en mijnheer -" „Nu, ga door?" „U schold en vloekte hem uit, omdat hij uw paard, dat zijn hoefijzer verloren had, niet in enkele minuten beslaan kon". „Och kom!" Er was een oogenblik benauwende stil te. Norman Arthur Murray beet zich op de lippen en fronste de wenkbrauwen; ein delijk kreeg het meisje haar zelfbelieer- scbiug terug en voegde er aan toe: dig is, als het er uit ziet. Iemand, die in 1914 f2000 inkemen had, was veel rijker dan iemand, dis het nu heeft. Ook waren toen de kohieren van de gemeente-belas tingen zeer onbetrouwbaar. Er werd schandelijk geknoeid. En nu zijn ten over vloede de rijksbelastingen zeer zwaar, on gerekend nog de gemeentelijke opcenten op de vermogensbelasting en de grond belasting. Nu komt Spr. tót het eigenlijke prae- advies van B. en W. (Reeds gisteren in een gedeelte der (oplaag geplaatst.) Het prae-advies van het D|agel. Bestuur ap1 het voorstel der Fin. Comm.acht Spr. in haO'ge mate teleurstellend. Het is één zijdig, hier en daar misleidend en zelfs opi een cardinaal punt onjuist. Het ad vies zou het betoog, kunnen zijn van een betaald propagandist van de eene qf andere ambtenaarsvereeniginghet mist diepte en ruimte en gemis aan inzicht in de financieele toekomst onzer stad. Het toont, geen hart voor een leed dat in ruimen kring geleden wordt, het leed van het aanslagbiljet. Het doet niet be seffen, dat in honderden gezinnen zorg, ontbering, moedeloosheid heerscht, om dat de belasting óf in het geheel niet, óf slechts ten koste van kapitaal of spaarpenningen betaald kan warden. Tiet Dag. Best. is blind voor alles, behalve voor het heiligdom van den ge meente-ambtenaar, het salaris! W'illen R. en W. dan niet zien, wat ieder ge meentenaar buiten den raad ziet, n.l. dat hier' opi tè grooten voet geleefd werd en w q r d t en dat de zware lasten nóg ondragelijker zullen worden dan zij reeds zijn?. Spr. wijst op: lo: de stijgende hooige bedragen voor z.g. werkloosheids bestrijding, waarvan de omvang niet te Vtoorzien is; 2o. de uitgaven voor den stoomtram door Zuid-Beveland, dat prachtige, moderne en bijzonder levens vatbare vervoermiddel; nu reeds voor bijna f3000 jaarlijks op de begrooting, in verwachting van verdere offers; 3o. de stichting van een ruim modern ziekenhuis binnen onze ^gemeente, waarvoor stellig een ferm, jaarlijiksch subsidie gevraagd, zal worden, omdat zonder dit de exploi tatie onmogelijk zal zijn; 4e. de elec- trificatie van stad en land, api den duur niet te vermijden. Reeds nu vlucht het Gaessche kapi taal en het vreemde mijdt onze stad. Niemand laat zich anders dan noodge dwongen door hooge belastingen uit plunderen. Heeft het Dagl. Best. nog nimmer daarvan gehoord? Men zou zeggen, dat B. en Wi. ziende blind zijn, wanneer men het star verzet van het college waarneemt tegen 'iedere pioging tot bezuiniging of versobering, welke de Fin. Comm. in overweging geeft. Niet alleen het nageslacht, maar ook het thans levende geslacht zal een gemeentebestuur verwenschen, dat als erfenis ondragelijke belastingen en een drukkenden schuldenlast achterlaat. Al les tot glorie van groot-Goes! Wat is het antwoord van B. en Wl idpi het klemmende argument in ons be toog, n.l. dat de in het hausse-jaar 1920 vastgestelde gemeente-salarissen niet meer in overeenstemming zijn met het gemid deld 20 pet. 'gedaalde levenspeil? In de eerste plaats wordt de onjuistheid gelan ceerd, dat in de aangehaalde index-cijl- fers huishuren en belastingen „en derge lijke" (wat dergelijke?) niet verwerkt zou den zijn. Iloe hu? Heeft men dan in zijn haast lOtm toch maar vast te houden aan te hooge salarissen, zóó slecht ge lezen? Ik verwïjis naar blz. 53/9 van afl. 1 der uitgaaf van het Centraal Bureau voor de Statistiek, waar over duidelijk te zien is, dat huren en belastingen wel degelijk in de budgetten verwerkt zijn. Zulke fouten mochten in een prae-ad vies, waarvoor men rustig den tijd heeft gehad, niet voorkomen. Tegenover de wetenschappelijke gege: vens van het Statistiek-Bureau stelt het Dag. Best.de piraktijk! Wat is nu de praktijk? Dat is de menschelijkei eigenschap' om bij ruimer inkomsten, zich de veroverde weelde snel aan te passen. Behoeften uit te breiden, ongemerkt maar zeker, en dan ach en wee roepen wan neer men er op gewezen wordt dat de wereld inmiddels veranderd 'is, goedkoo- per geworden. Dat is de hooggeroemde „praktijk", en het is wel teekenend, dat tegenover de niet weg te praten daling van het levenspeil, het Dagel. Best. geen waTgyijuiii'i u in—i. „U legde uw sjaal met het boekje op den grond, en toen u vertrok, vergat u het. Ik riep u achterna en reikte uw das aan, maar ik zag uw hoekje niet, voordat u al een eindweegs weggereden was". „Ja, ja, ik herinner mij nu het geval. Vreemd, dat ik je niet herkend heb. Maar hoe wist je, dat dit boekje van mij! was?" „Ik wist het ook niet, voordat ik door dat noodlottig ongeval kwam en mevrouw Murray uw naam hoorde noemen. En ook herinnerde ik mij toen uw gelaat en uw stem". Wederom zwegen beiden, en Edna, mee- nende haar opdracht volbracht te hebben wilde heengaan. „Blijf nog even. Waarom heb je 't mij niet dadelijk gegeven, toen je hier was?" Zij gaf hem geen antwoord en terwijl hij zijn hand op haar schouder legde, als om haar tegen te houden, zeide hij vrien delijker, dan zij hem ooit tot iemand had hooren spreken: „Wias het. omdat je van het boekje wa.s igaan houden en er niet gaarne afstand van deed; of vras de reden, dat je niet wilde spreken tot een man, die je zóó haatte? Wees waar!" Nog bleef zij zwijgen, en haar hoofd met zijn hand opheffend, ging hij op den énkel steekhoudend argument wist te plaatsen. Mijnheer de Voorzitter, het nioiet gezegd, het ptrae-advies van B. en W. riekt zeer bedenkelijk naar het muffe bureau. Ik volg nu verder plunten, zooals zij in dat stuik zijn gesteld. Ad 1|Q. Vóór alles wordt er aan her innerd, dat de loonen van het lagere Rijks-personeel werden geregeld bij het Bezold. Besl. Rijks-ambtenaren 1920, in den hoera-tijd, toen men in geld dacht te Waden en nog een stille herin nering had aan de roode vertooning No vember 1918! Vooral vele lagere ambte naren, die toen het hardst schreeuwden, ontvingen salarissen vèr boven de waarde van wat zij tegenover de gemeen schap praesteerden. En wie niet schreeuwden van de laveren, bracht men het thuis, opdat zij niet zouden schreeuwen. Wan neer men dus onder de laagst bezoldig den te hooge loonen treft, is het zaak, een weinig voorzichtig te zijn met verge lijkingen. Niet alleen is hierbij de groot ste omzichtigheid geboden, maar boven dien zal wel niemand er aan twijfelen, dat de Rijksloonen en salarissen eerst daags een sterke aderlating zullen onder gaan. Dat is hard voor de betrokkenen maar het is noodzakelijk en onvermijde lijk voor de gaafheid van onzen gulden Vergelijk ik nu verder de salarissen der Rijksveldwachters met die onzer agenten, dan zie ik niet zulk een wan verhouding als B. en W. De eersten ont vangen thans, na pensioen-aftrek, netto van f1320 tot f1756; onze agenten van f1400 tot f1700, waarbij ik de ruimer vergoeding voor kleeding en uitrusting buiten beschouwing laat. De werkkring van 'den Rijksveldwachter, die bij nacht en ontijden het vrije veld in moet, óp jacht naar stroopers en misdadigers, schijnt mij aanmerkelijk gevaarlijker dan die onzer stads-agenten, die als regel patrouille-werk doen binnen onze rustige, veilige stad. Intusschen wil ik wel zeggen, dat ik voor mij persoonlijk de voorkeur geef aan een klein, goed betaald en uitgerust corps agenten, mits het mannen zijn, op wie mej zonder voor behoud rekenen kan, mannen die het wet tig gezag onder alle omstandigheden krachtdadig steunen. Ook de vergelijking van het Goessche Sas-personeel met het sluispersoneel te Wemeldinge en Ilansweert zegt m. i. wei nig. Men zou óók moeten weten wat in normale tijden aan een zee-kanaal met druk internationaal transito-verkeer aan arbeid wordt geleverd in vergelijking met den dienst aan de Goessche binnen haven. Als men toch vergelijken wil, waarom dan niet met den arbeid en de betaling van een boeren-arbeider, die met hard werken tegenwoordig f 12 tot f 14 per week verdient. De loonen van f 18 tot f 20 per week voor het gemakkelijke en simpele werk aan het Goessche Sas, waarbij men stokoud kan worden, steken hiertegen gunstig ai. En wat de Rijksarbeiders betreft, hun netto-belooning beweegt zich thans, na pensioen-aftrek, tusschen f1061 en f1582, de loonen der gelneente-werklieden tus schen f 1248 en f 1456. Werkelijk geen verschillen om veel van te zeggen. Waar om ook hier den hard werkenden boeren arbeider niet aangehaald? Waarom im mer naar hooger, nooit naar lager be loonden gezien? Zoodra de 10 pet. aftrek komt, die.ook reeds voor de spoorweg arbeiders is ingevoerd, boven en behalve 81/2 pet. pensioen-aftrek, zullen de Goe- sche gemeente-loonen naar verhouding hoog worden. Ik kom nu tot de hoogere ambten en moet dan al dadelijk met eeiTige ver bazing constateeren, dat de positie van burgemeester en secretaris op één lijn wordt gesteld met die van fiscale hoofd ambtenaren. Het moet spr. van het hart, dat de ambten van burgemeester en se cretaris op een kleine plaats als hier, kunnen worden en zijn waargenomen door personen met bescheiden school-onder- wijs, gevolgd door practisch werken op een dorps-secretarie als klerk of volon tair. Neem nu hiertegenover de oplei ding tot fiscaal "hoofd-ambtenaar. Men begint met eind-examen H. B. S. 5-jarigen cursus of gymnasium, gevolgd door een sterke selectie (vergelijkend examen). Hierna wordt men toegelaten tot een kost bare, wetenschappelijke studie van on geveer vier jaren. Na surnumerairs- en ontvangersjaren wordt men door een be noeming bij keuze inspecteur. Bovendien is de gemaakte salaris-ver gelijking ten deele onjuist. B. en W. ver zwijgen n.l., dat èn bairgemjeester èn secretaris nog andere baten uit de ge meentekas genieten voor werkzaamheden; welke in „gemeente-tijd" worden verricht. Ik bedoel de functiën van ambtenaar van den burgerlijken stand en correspondent der gemeentelijke arbeids-bemiddeling. Voegt men de hieruit verkregen voordee- len bdj die van de hoofdambten, dan ziet men, da,t de burgemeester f5490 en de secretaris £5100 uit de gemeentekas trekt, welk laatste bedrag kan stijgen tot f 5600. De ontvanger der directe belastingen op een 2e klas kantoor als Goes verdient netto van f3905 tot f5068, d.i. bedui dend minder dan burgemeester en secre taris alhier. Bedenkt men, dat deze sala rissen binnenkort stellig met een aanzien lijk percentage zullen worden verminderd, dan schijnen de gemeente-salarissen hier naast zéér hoog. Toegegeven moet worden, dat, zoolang de tijdelijke kinder-toelagen nog" door de Rijksambtenaren worden genoten (hoe lang nog?), dit voor personen met ette lijke jonge kinderen een voordeel is. Maar ieder 1 weet, dat, zoodra binnenkort de groote aderlating der Rijks-traktementen haar beslag krijgt, de Goesche gemeente salarissen daiarnaast hoog zullen schij nen. Spr. zou gaarne nog een vergelijking maken tusschen het secretarie-personeel en het kantoorpersoneel bdj de dir. belas tingen. T'er secretarie worden salarissen genoten van f 1300 tot f 3200het per soneel ter inspectie en ten ontvangkantore ontvangt netto f 1062 tot f 2695 (dit laatste na 20 jaren dienst). Verdere bijverdienste is uitgesloten, wat ter secretarie niet het geval is. Ook hier zijn de Rijksambtenaren in ongunstiger conditie dan het Goesche secretarie-personeel, niettegenstaande het Rijk twee examens vergt vóór de rang van adjjunct-commies kan worden be reikt. Komt eerlang de groote aftrek, dan wordt de positie ter secretarie vergelijken derwijs schitterend, hoezeer een examen daar niet verplicht is. Spr. handhaaft daarom nadrukkelijk de stelling der Fin. Comm., dat de Goesche gemeente-salarissen in het algemeen voor die van het Rijk zeker niet onderdoen. Ook doet Spr. dit op punt 2o. van het prae-advies, n.l. de stelling, dat inhou ding der pensioenbijdrage door vele ge meenten wordt toegepast. Wie de laatste maanden de dagbladen heeft gevolgd, kon besluiten van gemeenteraden uit alle dee- len van het land aantreffen, waarbij tot inhouding werd besloten. Dat Ged. Sta ten, gezien den toestand der belastin gen in sommige gemeenten, niet al deze besluiten goedkeuren, ligt voor de hand, of zij het voor Goes niet zullen doen, dient afgewacht. Weigeren zij goedkeu ring, dan blijft beroep op de Kroon moge lijk. In ieder geval is de Raad m.i. niet verantwoord, wanneer hij van zijn kant geen besluit tot inhouding neemt, terwijl de nood dringt. Over punt 3 zal spr kort zijn 11a het geen sub 1 is betoogd. Het salaris in 1920 was voldoende of het was het niet. Was het in 1920 voldoende voor deze gemeente en niemand heeft het tegendeel durven beweren dan is het nu stellig te hoog, gezien de daling der kosten van levens onderhoud. Hierop komt het aan en alle spitsvondigheden doen daaraan niet te kort. B. en W. willen practisch de loonen bevriezen, hoezeer het hun ook hekend moet zijn, dat de uitgaven om te leven zijn verlaagd. Van punt 4 zal spr weinig zeggen, om dat het weinig ter zake doet. Slechts dit: in 1913 verdienden de burgemeester en secretaris f 1800. Zij hebben destijds vrij willig naar deze ambten gesolliciteerd en konden niet verwachten, dat hun bedui dend hooger traktement zou worden toe gekend. Rekent men de koopkracht van den gulden destijds om naar die van te genwoordig, dan zouden burgemeester en secretaris thans ongeveer f 3000 moeten verdienen. Waar zij echter beiden de 5000 gulden zijn gepasseerd, meen ik, dat zij wel buitengewoon voorspoedig zijn ge weest en dat er geen enkele reden is, waar om zij de zeer bescheiden korting van voor hen nog geen 5 pet van hun salaris niet kunnen missen. Immers wordt van salaris boven f 3000 geen korting voor weduwen-pensioen meer ingehouden. In dit zelfden zachten toon voort, waarvan zij maar nauwelijks kon gelooven dat die van hem uitging. „Ik wacht op je antwoord, en verlang dat te hebben. Haar groote, zachte oogen waren vol van kostelijke herinneringen, en zij sloeg ze vastberaden maar hem op om de zijne te - ontmoeten en antwoordde: „Mijn grootvader was een edel en goed man, en hij was alles, wat ik in deze wereld had". „En daarom kun je een man, die ruw en onbeschaamd tegen hem optrad, niet vergeven?" „Mag ik nu gaan, mijnheer Murray? Ik heb u het boek gegeven en dus de taak, die ik mij voorgenomen had, volbracht". „Wat zooveel wil zeggen, dat je bang voor mij bent, en je graag uit mijn nabij heid weg wilt gaan, is 'tniet?" Zij sprak het niet tegen, maar een pijn lijke blos kleurde haar wangen. „Edna Earl, je bent tenminste deugd zaam en eerlijk, en dat wordt tegenwoor dig niet zooveel aangetroffen. Ik dank je wel voor het bewaren van mijn Dante, en dat ik het nu weer van je terug beb mogen krijgen. Heb je er iets van ge lezen?" „Ja mijnheer, ik heb liet geheel gelezen. Goeden nacht, mijnheer". „Wacht nog een oogenblik. Wanneer is Aaron Hunt overleden?" „Twee maanden, nadat u hem gezien hebt". „En heb je geen familiebetrekkingen: geen neels, ooms of tantes?" „Niet naar ik weet. Maar nu moet ik gaan, mijnheer". „Goeden nacht, kind. Als je soms nog eens lust hebt om in het park te gaan liggen op het gras, vergewis je dan eerst dat mijn wolfshond Ali aan den ketting ligt, of je zult er spijt van hebben, dat ik hem vanmiddag niet heb doodgeslagen, zooals ik nog steeds van plan ben". Zij sloot de deur en lietp vlug de ro tonde door en na haar eigen kamer be reikt te hebben, voelde zij zich onuitspre kelijk opgelucht, dat deze vuurproef* waar aan zij zich had te onderwerpen, nu voor bij was er in de toekomst geen verdere reden zou bestaan om den man aan te spreken, wiens stem haar reeds huiveren deed, en wiens aanraking haar een trilling van afschuw door de leden deed golven. Toen de echo van haar verdwijnenden voetstap weerklonk, wierp Norman Arthur zijn sigaar uit het raam, en wandelde de mooie, elagante kamer op en neer, wier fantastische kostbaarheden, voortbrengse- licht gezien, maakt het geweeklaag over korting op de hooge gemeente-salarissen al een zéér poveren indruk. Nu de „algemeene opmerkingen" van het Bag. Bestuur. Allereerst herhaalt spr hier zijn scherp protest tegen hun poging, de aangehaalde index-cijfers te verdoezelen en de daarbij begane fout. Het schijnt spr een goedkoope methode van bestrijding tegenover wetenschapelijk becijferde sta tistische gegevens laag-bij-de-grondsche algemeenheden te plaatsen. Het bestuur der Ned. Spoorwegen dat het gansche land overziet, neemt in deze een ruimer standpunt in. Tenslotte meent spr den Raad te moeten wijzen op den bijzonderen ernst zijner be slissing over dit voornaamste bezuinigings voorstel der Fin. commissie. Het gaat er nu om, of men met de starre afwijzing van iedere bezuiniging door het dag. Bestuur meegaat. Een afstemming van dit voorstel der Fin. Comm. zal bij het overgroote deel der burgerij verontwaardiging opwekken. Niet alleen omdat de eerste en belangrijk ste poging tot bezuiniging den hals wordt omgedraaid, maar omdat algemeen beseft wordt, dat met het voorstel aan niemand 'onrecht wordt gedaan. De leden hier, die zich blind toonen voor wat haast een ieder als rechtvaardig en noodzakelijk ge voelt, mogen er zich van bewust zijn, dat zij bij1 verwerping van het voorstel het rechtsgevoel van de groote meerderheid der bevolking kwetsen. Dhr Crucq verklaart het goeddeels eens te zijn met het prae-advies vair B. en Wl Spr onderstreept de meening van B. en Wi. dat de loonen van het gemeentepersoneel eigenlijk onvoldoend'e geweest zijn. En toch stemden indertijd ook de wethouders te gen de voorstellen-De Die tot salaris- verhooging. Die levensstandaard is niet noemenswaar dig gedaald. De index-cijfers stijgen de laatste weken weer. Alles is nog even duur zooals kleeding en schoolgeld, huishuur, enz. De belasting is hoog, maar, naar spr meent, niet te hoog. Goes kan de verge lijking met andere plaatsen doorstaan. Spr heeft gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek, waaruit spr er vele voorleest. Spr. betoogt, dat van de 109 gemeenten in Zeeland er 18 lager zijn dan Goes met de belasting en 90 hooger zijn. (Dhr Labrijn interrumpeert: de cijfers zijn onjuist, ze zijn verouderd. De belastingen in Goes zijn met 50 pet verhoogd). In Goes wordt, vervolgt spr, geen te hooge belasting betaald. Wanneer de Fin. comm. niet bang is voor woordbreuk, dan is er meer te bezuinigen, b.v., door lee ningen te converteeren in die met lagere rente. 1 Spr acht de 8V2 pet aftrek onbillijk, omdat van inkomens bove/i f 3000 geen weduwenpensioienpremie wordt betaald. Dhr Labrijn zegt, dat de loonen volgens de socialisten nooit op peil zijn. Het peil, dat die heeren wensehen, is nooit te be reiken. Werden de door hen gewenschte loonen uitgekeerd, dan ging de maatschapij bankroet. Wat de cijfers, door dhr Crucq genoemd betreft, deze zijn absoluut on juist. Ze zijn van het vorige jaar en nu is de belasting in Goes inmiddels met 50 procent gestegen. Spreker 'kan de intrekking van dé pensioenpremie niet onbillijk vinden, omdat de hooge inkomens ook niet in de voordeelen van het wedu- wenpensioen deelen. Dat de hoogere in komens in Goes, beter uit zijn met de be lasting dan de lagere, is een aperte on juistheid. Wie hebben hier een progressief tarief. Spr weet tenslotte niet of conversie van leeningen mogelijk is. Weth. v. d. Bout protesteert- tegen en kele uitdrukkingen van dhr Labrijn. B. en Wl. dienen evenals andere raadsleden de belangen van de gemeente en de ge meentenaren. Spr gaat acooord met de fin. comm. om te bezuinigen. Dat hebben Bi. en Wl. getoond. Anders had de fin. com. wel op meer slakjes zout kunnen leggen. B. en Wl zijn uitvoerders van den wil van den Raad. Maar men moet billijk zijn en blijven. Spr erkent, dat er vroeger met de opgaven der gemeentebelasting veel geknoeid werd. Maar niet door de ambtenaren en werklieden. Hun inkomens waren pre cies bekend. Spr. ontkent, dat de belas tingen hier zoo ontzettend hoog zijn. Spr. heeft herhaaldelijk menschen gesproken, die hier kwamen wonen, en wien de be lastingen in Goes meevielen. Spr. her haalt, dat met het premievrij pensioen len van exotische cultuur beten." pasten in het zomerhuis van een Oosterschen vorst, dan in het landhuis van het repu- blikeinsche Amerika. De vloer, in den winter overdekt met een dik Turksch kar pet, was van wit en zwart geblokt marmer en nu :glad gewreven als een spiegel, zoodat zij de figuur van den eigenaar weerkaatste. Ovale koperen tafeltjes, met paarlemoer ingelegd, stoeltjes en kastjes overladen met kostbare steenei), en ver dere bijzonderheden, bijeenvergaard door Norman Arthur op zijn zwerftochten door de wereld. De met zorg gekozen voor werpen gaven telkens blijk van den buiten gewonen en oudheidkundigen smaak van den eigenaar. Verscheidene sierlijke kast jes van rozenhout stonden vol met mooie en zeldzame boeken twee in een In dische taal geschreven V, eeuwen oud; en verscheidene, al met door de mot geschonden banden in perkament en car ton, herinnerden aan de dagen van ster renwichelaars en alchemisten en aan de sombere mysteriën van geheime genoot schapen. Onder meer stond op een éta gère een Peruviaansche kruik, die, wan neer men haar met water vulde, de lucht ontsnappen deed onder het geluid vim de kreten van het beest, dat in die kruik gegrift stond. (Wiordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1924 | | pagina 5