'%o 28 Donderdag 1 November 1923 38e Jaargang Buitenland. Binnenland. AART DE MESMAAKER, FEUILLETON. DE BUSSCHIETER VAN MIDDELBURG. 21). VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f 3. Losse nummersf 0 P r ij s der A d v e r t e n t i n f4 regels f 1.20, elke regel meer 30 et Bij abonnement belangrijke korting. Drukkers-Exploitanten DOSTERBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Lange Vorststraat 6870, Goes Tel.: Redactie no. II; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: ■Firma F. P. DHUIJ. L. Burg. Tel. no. 259 Het conflict met Saksen opgelost. Het conflict met Saksen is opgelost. Fellich heeft .een kabinet gevormd zon der communisten en daarmede is de taak van dr Heinze beëindigd. Deze is dan ook reeds te Berlijn teruggekeerd. In socialistische kringen rommelt het echter nog wat na. De Berlijnsche socia listen hebben gistermiddag vergaderd en als eischen gesteld opheffing van den staat van beleg, ontslag van den socialis- tischen rijksweer-minister en verstoo ting van president Ebert uit de p a r t ij. In de socialistische rijksdagfractie bleek een sterke groep te zijn, die het uittreden uit de groote coalitie bepleitte. Na uren lang debatteeren kregen 'de te genstanders van dien maatregel echter de overhand en besloot men de socialistische ministers in het kabinet te handhaven onder eenige voorwaarden, die aan den kanselier zijn voorgelegd. Van middag om 4 qur wordt zijn antwoord verwacht, dat zal beslissen of de groote coalitie nog verder voort zal blijven bestaan. Stresemann gaat intusschen rustig voort van zijn volmachten gebruik te maken. Dinsdagnacht heeft hij b.v. weer eenige bezuinigingsmaatregelen getroffen, welke diep in het gemeenschappelijk leven in grijpen. Eerstens wordt het plan om 25 pet. van de beambten op te ruimen, wet. Ten tweede wordt het mes gezet in de schadevergoedingen, die het de burgerij destijds veroorloofd hadden wegens ge leden oorlogsgeweld te reclameeren. Voor al voor Duitschers in het buitenland be- teekent deze maatregel een gevoelige klap. Begrijpelijkerwijze wekt 't besluit der gealliëerde controlecommissie onder deze omstandigheden met het oog op de stij gende levenskosten in Duitschland de salarissen harer beambten te verhoogen, veel verbittering. Een luitenant, lid van deze controlecommissie, verdient nu al meer dan een Duitsch rijksminister. Een opmarsch van Beiersche troepen? Wij maakten reeds melding van geruch ten, volgens welke Beiersche (monarchis tische) troepen gereed stonden Thuringen binnen te rukken. Zoover zal het nog wel niet zijn. Dat zich echter op Beiersch ge bied langs de grens een keten troepen- afdeelingen bevindt, is niet te ontkennen. Evenmin dat deze troepen zijn uitgerust met infanteriegeweren, machinegeweren, eenig veldgeschut en een paar houwitsers. Dat echter juist deze postenketen be stemd zou zijn voor een eventueelen op marsch in Thuringen, is te betwijfelen. Deze taak zal wel aan troepen voorbehou den zijn, die verder in het binnenland van Beieren staan, meent de N. R. C. Die postenketen moet ook volgens de sociaal democratische inlichtingen veeleer als dekking dienst doen. Buiten twijfel staat echter, dat aan de Thuringsche grens op hoogst demonstratieve wijze schiet oefeningen met scherp zoowel met kanon nen als geweren worden gehouden, waar bij ook eenige malen, vermoedelijk alsnog bij vergissing, de grens is geschonden. Er worden in Noord-Beieren paarden gerequi- reerd. Een en ander heeft de regeering van Thuringen aanleiding gegeven telegra fisch tot den rijkspresident, den rijkskan selier en den rijksminister van binnenland- sche zaken het verzoek te richten, in Noord-Beieren den grondwettelijken toe stand te herstellen. Korte berichten. De begrafenis van B o n a r Law zal Maandagmiddag plaats hebben. Het stof felijk overschot zal in de Westminster Abdij ter aarde worden besteld, vermoe delijk in dat gedeelte, waar ook Gladstone en de beide Pitts begraven "zijn. Karelië (in Noord-Rusland) wordt op het oogenblik onveilig gemaakt door hon derden b er e n, die niet alleen het vee aanvallen, maar ook afgelegen gehuchten „belegeren". Reeds een vierde deel van al het vee in Karelië moet door de beren verslonden zijn. In het Donetz-gebied (Z.-Rusland) zijn groote wolvenbenden gesigna leerd, die ernstige verwoestingen aanrich ten onder de levende have der boeren. De bolschewistische delegatie te Stockholm heeft de hand weten te leg gen op eengewerenvoorraad, wel ke nog van de tsaristische regeering af komstig is. De voorraad bestond uit' 120.000 geweren, welke in èen wapen depot te Haparanda op de Zweedsch- Finsche grens lagen opgeslagen. De ge weren zijn over zee naar Petersburg ge bracht. Officieel wordt door het stadsbe stuur van Aken medegedeeld, dat de laat ste dagen de kosten van het levens onderhoud met 939,89 pet. gestegen zijn. Een liter melk kost 3 milliard 400 millioen mark; een pond rundvleesch 12 15 milliard mark; een pond spek 17 millard mark. De oud-minister van Bulgarije Nico- laas Ghenadief, is Dinsdagavond op weg naar gijn woning vermoord. Te Londen is de laatste p o k- k e n 1 ij d e r die er nog in behandeling was, thans als hersteld ontslagen. Maar er hebben zich nu 27 nieuwe gevallen van pokken voorgedaan te Hucknall, in Not tinghamshire. Dinsdag zijn er weer vier aangegeven. Een van de aangetasten was een meisje dat Zondag nog in het koor in de kerk had meegezongen, zoodat men vreest dat de besmetting door Raar op anderen overgebracht is. Op een diepte van 900 yards zijn in Noord-Nottinghamshire (Engeland) nieu we steenkoolbeddingen aange boord, waarvan men een productie van 5000 ton daags verwacht. Vóór den oor log hadden Stinnes en een Duitsche groep het terrein gekocht. De Fransche regeering zal den 15en November het oude fort van Saint Jean Pied de Port, in de Basses-Pyrenées, op een paar KM. afstand der Spaansche grens in het openbaar verkoopen. Het fort, dat dateert uit den tijd der Moorsche invallen, werd in de 17e eeuw ten' deele herbouwd en is met zijn redoutes ,en kruitmagazijnen een aardig voorbeeld van militaire architectuur. Napoleon had steeds een sterk garnizoen in Saint Jean liggen" en zelfs in 1914 was het nogbij het Fransche leger in gebruik. De 10 pet. loonsverlaging. In de te UtrecJht gehouden maande- lijksche conferentie tusschen de direc tie der Ned. Spoorwegen en de afge vaardigden der 5 werknemersorgani- Ons rechlsche Kabinet. Gelijk wij reeds in ons nommer van j.l. Zaterdag zeiden, dit kabinet is met eere uit den strijd gekomen. Het heeft, zoo zeiden wij, den slag verloren, doch de eer behouden. Wat, zoo voegden wij' er aan toe, van zijn bestrijders, het trio Marchant-Dresselhuijs-Troelstra voorop, niet kan gezegd worden. Die hebben den slag 'gewonnen doch de eer verspeeld. Men vraagt, waarom heeft 't toch aan de vrijzinnige heeren hun zin niet gegeven en de behandeling der vlootwet uitgesteld, of met den heer De Geer de uitvoering der wet eerst na de geslaagde bezuiniging doen plaats hebben, of, gelijk de roode vaderlandlooze ontwapeningdrijvers eisch- ten, haar eenvoudig losgelaten? Het heeft geantwoord: wij staan of val len met deze wet, wier dadelijke behan deling noodzakelijk is; uitstel is spelen met Indië's belang; en afstel is uiterst gevaarlijk. Toen hebben de drie evengenoemde heeren, door Duys en Hugenholtz en Ke telaar, en al wat zich onder deze hoog- mogenden als claque gebruiken liet, ge steund, een weck lang in redevoering en interruptie, door gehoon en gevloek dit kabinet bestreden; .gescholden, getergd, doch het is er niet voor op zij gegaan. Het wist dat 't dit niet doen mocht. Het wilde liever sterven met eere dan te leven met schande. En zoo is het heengegaan. Het is ten slotte gevallen door het verraad van eenige eerzuchtige, vreesach tige, en onkundige vrienden. Onder hen waren vrijgestelden en leiders van vak- vereenigingen, menschen die wel moeten volgen, waar de door hen geleiden voor gaan; onder hen waren strebers die de kunst verstaan met hulp zelfs van den tegenstander van het eene kussen op het andere over te 'klimmen, wat allicht tot contra-dienstbewijs verplicht; daar zijn er bij, die na een parlementaire ervaring van eenige dagen, van tuindersknecht tot hoog mogende gepromoveerd, meenen al den moeizamen arbeid van dit kabinet te .moeten teniet doen. Zoo viel dit kabinet door het domme cijfer van de helft plus een half! Toch overwon het. Het behaalde een zedelijke overwinning in den strijd voor het Christelijke beginsel der nationale landsverdedigin g ft- 'Onze Colijn. i Wat wij omtrent onzen leider, straks in de Kamer weer onzen vechtgeneraal, in ons Zaterdagnommer zeiden, wordt door ons ten volle gehandhaafd. Doch uit onze Nieuwe Prov. Gr. Crt. voegen wij -er nog het onderstaande aan toe: Met' eere komt vooral onze leider uit den beeten kamp te voorschijn. Hij trad waarlijk niet voor zijn genoegen in het' kabinet dat door den heer De Geer, den man waarop het eerst een beroep deed, :zoo diep getroffen werd. Samen uit, samen thuis, was zijn pa rool. En aanstonds bij zijn optreden bleek welk een kracht er in het ministerie was getreden. Zonder eenig vertoon, in den grootst mogelijken eenvoud en met een eerlijkheid die ook de vijand erkennen moest, ontvouwde hij zijn program. Zijn optreden in het parlement als ver dediger van de positie van het kabinet was schitterend. Hij bleek op alle wapens iFen vernaai tijdens het beleg van Middelburg door de Watergeuzen. (1572—1574). door CHR. HONDIUS. (Auteursrecht voorbehouden.) Hier eindigde de schipper zijn verhaal dat onder ademlooze stilte was aangehoord. Men bewaarde 't stilzwijgen, maar 'twas duidelijk te bespeuren, dat velen deze daad der Zierikzeeënaars niet zonder instem ming hadden vernomen. „Een kanne biers op de gezondheid van den Schipper en alle weldenkende Zierikzeeënaars", riep een der aanwezigen, maar daarbij .bleef 't: men vreesde den Baljuw en Zijn Spaansche soldaten, die hier in Middelburg een ongebreidelde macht uitoefenden. En als aan den avond van denzelfden dag het verhaal van den Zierikzeeschen beurtman door Geerts aan de Mesmaaker is medegedeeld, kan deze niet nalaten te '•roepen: „Leve Kaarsemaker en zijn dappere stadgenooten thuis. Hij stond eiken aanvaller. Zijn re devoeringen waren van de uiterste so berheid, maar ook van groote kracht. Hij speelde niet de „sterke man". Sterk stond hij alleen door zijn argumenten, door zijn kennis, door zijn slagvaardigheid. En met den dag won zijn optreden in zekerheid. Te midden van de groote bewogenheid trof een ieder zijn groote kalmte, zijn groote zelfbeheersching. Tegenover den schrikkelijken smaad waarmee hij werd overladen, plaatste hij zijn eenvoudig maar treffend protest. En zoo kwam het dat een Troelstra, die. buiten de Kamer de grofste verwijten iiitte en den vuilsten laster niet schroomde, in de Kamer geen woord tegen den persoon van den anti revolutionairen staatsman durfde te uiten. Ons volk heeft gevoeld, dat daar niet stond een man van brute kracht, maar een man van beginsel, sterk alleen door ■dat beginsel. En wat hem nog meer sterkte was de groote trouw waarmee onze partij in de Kamer en in het land 'achter hem Stond. Zoo waren de dagen van strijd, die wij beleefden voor onze partij, schoone da gen. Wij kunnen er onzen God niet ge noeg dankbaar voor zijn. Onze partij met haar leider staan daar door Gods gunst in ongebroken kracht. En de hoon van den vijand zal ons niet deren, maar .sterken. Wij weten, dat het lot van ons volk niet in de handen van den revolutionair berust, maar dat bet God is, Die regeert. Het gewoel van de revolutie deert ons niet. Wij mogen daarom ook niet bezorgd zijn. Wij moeten alleen dankbaar wezen, dat de Almachtige, het onzen leider en onze partij in Zijn genade gaf getrouw te zijn én in die getrouwheid één. En Waakzaam. Oijze Roomsche vrienden. De Roomsch-Katliolieke Staatspartij doorleeft donkere dagen. Wij kunnen ons indenken wat in diè partij doorleefd wordt, als' wij het ons maar even voorstellen, wat het voor ons zou zijn, als in dezen heerlijken strijd voor de groote nationale belangen, een deel van onze groep in de Kamer ware afgeweken om zich te scha ren onder de vaan van den sociaal-demo craat. Wij kunnen ons ook indenken, wat de mannen der Roomsch-Katholieke partij hebben doorvoeld, toen Bomans, Van Scliaik en bun getrouwen liun tegen de den hooren, en het resultaat van bun verraad door de sociaal-democraten en tribunisten, zoo op als onder de tribune werd toegejuicht. En nog meer kunnen wij 't verstaan, dat zij met bloedende har ten bijeen geweest zijn om den wensch te formuleeren, dat de eenheid in hun kamp spoedig hersteld zal worden, of schoon zij weten dat die eenheid naar menschenberekening nooit terugkomt, de wijl zij nooit bestaan beeft. De Roomsche Staatspartij droeg altijd een tweeling in haar schoot. De strijd tegen de princi- pieele groep werd met iedere nieuwe cam pagne bitterder; zelfs voor de hoogere geestelijkheid toonde ipen geen ontzag meer. Dat de eenheid nog zoo lang naar buiten bewaard bleef, mag bewondering wekken voor de leiders, die met zoo taai geduld hebben gezwoegd om de breu ken te helen. t En wij kunnen ook verstaan, dat deze grootste der Rechtsche partijen zich nu schaamt tegenover de beide andere par tijen. Dit is evenwel niet noodig. De pro-- Maar Barte legde hem de hand op den mond en zuchtte. Verraders. 'tGing er ruw toe in 'den aoetelaars- kelder op den Dam, die op last van Gou verneur v. Wacken en kolonel Bouvoir den 14 Mei Was geopend voor de Spaan sche soldaten, tegelijk met een zelfde in richting pp de Groote Markt. rt Wan alleen, omdat zijn ambt hem daar heen riep, anders zou Aart de Mesmaaker het rilwe gezelschap der Spaansche sol daten niet hebben opgezocht. En zoo zit hij daar in een hoek van den kelder om zijn rantsoen in ontvangst te nemen en was 'hij zoodoende getuige van hetgeen hier voorviel. De ruimte was geheel gevuld met sol daten, die evenals hij, hier hun rantsoen in ontvangst kwamen nemen en van cte gelegenheid gebruik maakten^ een zoopje brandewijn te nuttigen; .een luid rumoer van door elkander sprekende stemmen werd vernomen, maar 't ging bezwaarlijk1 iets van de gesprekken op te vangen. Doch, daar wordt opeens zijn aandacht getrokken door een gesprek in 'tHol- landsch gevoerd aan een der banken in zijn onmiddellijke omgeving. Men vermoedde blijkbaar niet, dat hij een Hollander was, anders zou men mis schien minder luid hebben gespróken. De drie personen, die hier hadden plaats genomen, waren twee Veerenaars Rolland testantsch-Chr. partijen zouden dit kabi net gesteund hebben, ook al waren a] deszelfs leden Katholiek geweest. Omdat bet de Chr. traditie op 't punt van onze roeping jegens Indië in eere hield. En bo vendien de 22 mogen niet aansprakelijk gesteld voor betgeen de tien gewrocht hebben. Alleen en hierover treure zij de coalitie ligt voor jaren verbroken. Zij make zich toch niet wijs dat die nog hersteld kan worden. Een partij, waarvan op een gegeven oogenblik bij een princi- pieele beslissing zoo maar een derde van haar manschappen tot den vijand kan overloopen, is geen partij, waarop meer te vertrouwen valt, ondanks den goeden wil, de vriendschap en de geestesgemeenschap harer leiders met die van de overige partijen. Wij zeggen dit, onverminderd onze ach ting voor principieele Roomschen als Van Wijnbergen c. s., en geven daarbij gaarne onze meening voor beter. Doch wij zien den toestand niet anders in. Troelstra heeft althans op dit punt volkomen gelijk. De coalitie is kapot. En dit zullen de tien Roomsche overloopers ook wel met hem eens zijn. Het woord is aan Troelstra! „Uitkijk" schrijft in liet Fr. Dagblad: ,,'t Was gisterochtend, Sabbatmorgen... Zaterdagavond moest ik toch nog even Colijn's beschouwing lezen over de crisis en met zijn slotwoord: „Het woord is thans aan pir Troelstra!" sliep ik in. Gelukkig kortte de crisis m'n nachtrust niet, maar des morgens, eenmaal klaar wakker, knoopten de gedachten voort zooals zoo vaak gebeurt waar ze 's avonds in rust waren gegaan: „tiet woord is aan mr Troelstra!" Ik kreeg daar hinder van Dat kon en mocht het „leitmotief" mij ner overdenkingen niet zijn op den Sab batdag! En mijn gedachten klommen rug waarts, op. Met 'n sprong-der-verbeelding, die men ondergaat zag ik „den ouden Kuyper" voor mij, toen hij nog in de volle kracht van zijn mannelijken herfsttijd stond. 't Was in Tivoli, te Utrecht. Tweeduizend deputaten om hem heen. 'I Applaus was verstild; de meester had de hand opgeheven, dat we ons met hem in gezang en gebed voor ons aller meester stellen zouden. Het werd ditmaal niet Psalm 89. Maar op de indrukwekkende wijze, als hij alleen dat kon, las hij ons voor: O, onze God! o vast vertrouwen Van 't allerverste land, Op wien al 's aardrijks einden bouwen, En 't wijdstgelegen strand! Gij, die de hemelhooge bergen Doet pal staan door uw "kracht, Zoodat zij vloed en stormen tergen, Gij zijl. omgord met macht! Uit tweeduizend monden klonk liet op. Kon ik anders, dan in dan vroegen Zon dagmorgen liet luidkeels nazingen? Nu had ik npjn „rich! woord" voor den dag! In de verte luidde een morgenklok „De doodsklok van de Vlootwet?" De blijde Sabbatsklok van Gods volk! „Het woord is aan mr. Troelstra Ja, ja! dat is „constitutioneel juist"! Maar liet eindwoord is aan onzen God. Dat is 'f „wat eeuwig zeker is". en Willem Jansen, de derde was aan zijn kleeding kenbaar als een hopman van het Spaansche leger. Zonder blijkbaar op dit drietal te letten spitste de Mesmaaker de oor en; wat hij1 dan ook vernam, was belangrijk genoeg, om er acht op te slaan. „Ik verzeker u", zeide Rolland, „dat we den weg weten om zonder gevaar in Veere te komen voor wie, zooals wij1, Veerenaars, met alle toegangen tot de stad bekend zijn, is 'tgeen kunst om eenige sol daten binnen de wallen te voeren; nog gisteren was ik aldaar en ik heb de plaatsen bezocht, die niet versterkt zijn". „En zoudt ge inderdaad bereid zijn als gidsen te dienen?" vroeg de hopman, „want, als ge zoo zeker zijt van den goe den afloop, zult ge wel niet bang zijn, uw leven in de waagschaal te stellen, want ge begrijpt, op praatjes zal onze bevel hebber d'Avila niet afgaan". U den weg wijzen, willen wij volgaarne, maar u in de stad te volgen, achten wij niet geraden, ook al gelukte de aanslag; ons leven ware dan niet langer veilig, aan gezien de Watergeuzen, die alom de Zeeuw- sche stroomen beheerschen, ons zeker in handen zouden krijgen". „Maar dat behoeft ook niet", zeide de hopman, „als ge ons slechts de gelegenheid wijst om in Veere te komen is uw taak afgeloopen en uw beloaning zal niet uit blijven. I Malar reken er op, als 't blijken mocht, dat we u ons vertrouwen onwaardig heb ben geschonken, dan zal een hennepen venster u voor 't laatst in de gelegenheid stellen, uw kettersche stad van uit de hoogte te bekijken. Maar genoeg, ik zal den Gouverneur uw aanbod bekend maken en heden avond ten acht nre wacht ik u hier om nader te overleggen, indien heer van Wacken aan uw plan zijn goedkeuring hecht". Hierna stond hij van zijn schabel op en verliet den kelder. Men kan zich voorstellen, welken indruk dit gesprek op de Mesmaaker maakte, want 'twias hem duidelijk, dat er een 'jJlan gesmeed werd om Veere bij verraad in handen der Spanjaarden le spelen en hij mocht dit niet verhinderen. Trouwens, hij zou 'tniet hebben gekund, al had hij 'took gewild. Hoe zou men hem, den Spaanschen bus schieter, vertrouwen geschonken hebben? En dan zou hij zich immers in balling schap moeten begeven en ook 't gastvrije huis van Geerts moeten verlaten. En was hij eigenlijk niet gelijk aan deze onverlaten? Immers ook hij streed tegen zijn Tand- genooten en was door eeci" en plicht ge- honden hun belangen te schaden en die der Spanjaarden te bevorderen en hij miste den moed om een besluit te nemen, omdat hem dit in ieder geval zou scheiden van haar, aan wie hij zich door den band der liefde verbonden achtte. In deze gemoedsstemming verliet hij den zoetelaarskelder, nadat hij zijn rantsoen in ontvangst had genomen. Wanneer we, ongeveer veertien dagen later de woning van Geerts binnentreden, dan vinden we daar schipper Machielse met hem in druk gesprek. Luisteren we naar hetgeen hij vertelt. „Dat heeft ook weinig gescheeld af Veere was weer in onze handen gevallen, zooals mij heden werd medegedeeld door een visscherman, die 't vernomen had van een Veerschen varensgezel. Gisteren ontstond daar plotseling alarm, doordien een bende Spaansche soldaten van het leger van d'Avila van uit Vrou wenpolder langs den Polderschen dijkte gen de stad oprukte, die aan deze zijde zoo goed'c; Is niet versterkt is. Hoe de Spanjaarden aan deze weten schap gekomen zijn, wist hij niet, maar hij vermoedde, dat er verraad in het spel was. Hoe 'took zij, de Veerenaars wierpen in der haast een verschansing op van haring- en andere vischtonnen, maar hier door lieten de Spanjaarden zich niet af schrikken; al ras werd dit onvoldoende verdedigingswerk doorgebroken en doo- dend, al wat men tegenkwam, geraakten z!ij in de stad. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1923 | | pagina 1