o 35 Maandag 3D October 1933 38e Jaargang
Buitenland.
Binnenland.
BOKMA DE BOER s PEEKOFFIE
ONMISBAAR BIJ DE KOFFIE
Drukkers-Exploitanten
OOSTERBAAN LE COINTRE GOES
Bureaux: Lange Varsistraat 68—70, Goes
Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259
DE EENIGE CONCLUSIE.
„De Standaard" schrijft:
Door de verwerping ontviel aan het
zittend Kabinet de bestaansgrond en door
de wijze van verwerping, door de groe
peering der stemmen, wordt o. i. ook de
vorming van eenig ander rechtsch Kabinet
ondenkbaar.
Bij de beantwoording der vraag, wat
thans behoort te geschieden, is er niet
veel keus.
Op een der gewichtigste punten van
Staatsbeleid de zorg voor de veiligheid
van het land is er in de 3 rechtsche
groepen geen meerderheid meer. De lei
ding op dat punt is overgegaan naar de
linkerzijde, versterkt met 10 R.-K. dissi
denten.
Parlementair gezien, staat het o. i. bui
ten twijfel, dat nu ook de zorg voor
's lands bestuur door de aaneengesloten
oppositie behoort te worden overgenomen
en rest alleen de vraag, aan wien de
leiding in de nieuwe parlementaire meer
derheid toekomt.
Het antwoord daarop dunkt ons niet
twijfelachtig.
Men moet daarbij niet uitsluitend letten
op de parlementaire oppositie, maar ook
op'wat achter die oppositie ligt, op dat
gene waaraan zij haar drijfkracht ont
leende. En dan is het zelfs voor een
kind in den lande duidelijk, dat aan Mr
Troelstra de eere toekomt de Vlootwet
en daarmee het Kabinet ten val te heb
ben gebracht. Hij riep de volksbeweging
in het leven, die aan zoovelen een slap
pen ruggegraat bezorgde; hij was het die,
na het bijeenkomen der Kamer, de be
kende interpellatie hield over het aftre
den van den heer De Geer; zijn groep
marcheerde aan het hoofd bij den parle
mentairen strijd.
Men kan, ook als men een politieke
nederlaag lijdt, den overwinnaar de eere
geven die hem toekomt.
Mr Troelstra was overwinnaar. Maar
dit brengt in het parlementaire leven ook
plichten mee. Plichten, waaraan de heer
Troelstra zich niet zal kunnen, ook niet
zal willen onttrekken. Hij heeft trouwens
in het debat getoond zich van zijn verant
woordelijkheid bewust te zijn, toen hij ver
klaarde, dat de S.D.A.P. zich, bij de vor
ming van een nieuw Kabinet, niet afzijdig
zou houden.
De eenig houdbare conclusie uit het
gebeurde te trekken, is o. i. dan ook, dat
Mr Troelstra de aangewezen man is om
een nieuw parlementair Kabinet saam te
stellen.
Voor wat onze groep in het Parlement
betreft, schijnt de zaak vrij eenvoudig.
- Wij hebben opgehouden Regeeringspartij
te zijn en staan in onze volle vrijheid.
Men zal ons niet kunnen beschuldigen,
dat wij niet tot den einde toe trouw achter
het Kabinet hebben gestaan. Toen het in
Juli kraakte, is onzerzijds het standpunt
ingenomen: samen uit, samen thuis! Al
waren we niet zonder bezwaren, we had
den in 1922 onzen steun toegezegd en
we hebben 'dien verleend tot het laatste
oogenblik. Zelfs heeft de leider der Partij
in het land niet geaarzeld persoonlijk den
moeilijksten post in het Kabinet voor zijn
rekening te nemen.
Maar nu zijn we dan weer vrij.
Geheel vrij.
Nu komt de verantwoordelijkheid ook
voor het herstel van het budgetair even
wicht op anderen te rusten.
Bij de critiek, die uitgeoefend werd op
de plannen van het demissionaire Kabi
net, van den Minister van Financiën met
name, moet men onderstellen, dat men
betere plannen achter de hand had; dat
de onaangename maatregelen, die in het
voornemen lagen, nu achterwege zullen
kunnen blijven.
Vooral wijl de Vlootwet nu van de
'baan is.
Die booze wet was immers de oorzaak
van al het kwaad, dat het Kabinet voor
nemens was over Nederland te brengen!
Thans gaan we ongetwijfeld het budget
sluitend maken met het geld, dat door de
verwerping der Vlootwet werd uitge
spaard.
Niet zonder voldoening kunnen we
overigens op den parlementairen strijd
terugzien.
Wat van A.-R. zijde steeds werd staan
de gehouden, n.l. dat deze wet voor
Nederland geen hoogere las
ten meebracht dan we tot nu
toe voor de maritieme defensie
uitgaven 1) kon, in het parlementaire
debat, tot op de letter gehandhaafd wor
den. Van die stelling behoefde geen mil
limeter te worden prijsgegeven.
Ook zijn we er zeker van dat, en zulks
na niet langen tijd, de toekomst zal uit
wijzen dat zij, die zich achter de Regee-
1) Gelijk ook door ons reeds ruim ander
half jaar geleden, in ons nummer van 7
April 1922, is aangetoond geworden. Red.
Zeeuw.
ring schaarden, het hij het rechte eind
hebben gehad.
Maar voorloopig schijnt het ons toe, dat
het woord aan Mr Troelstra is.
Wie nu?
Wie moet nu Kabinetsformateur wor
den?
Wij willen, ook vanwege plaatsgebrek,
weinig of geen uitspraken v.an 'pers-
mannen» overnemen. Doch alleen in al-
gemeene samenvatting meedeelen, hoe zij
bovenstaande vraag beantwoorden en be-
redekavelen.
Wie nu
Troelstra wordt genoemd. De Geer. Van
Schaick. Deze drie afzonderlijk of in ver-
eeniging. Anderen willen een ander
Rechtsch Kabinet. Of het oude Kabinet
terug, maar dan met eenige wijziging sa
mengesteld (gereconstrueerd).
Weer anderen zijn voor een zaken
kabinet uit alle partijen samengesteld, al
leen vpor de bezuiniging. Of een Rechtsch,
Kabinet zonder vlootwet, alleen een vloot-
p 1 a n.
Het Handelsblad (lib.) zegt van
Van Schaick, dien zij vergelijkt bij Cor
nells had een glas gebroken: Neen die
niet; hij is niet ministrabel, dat wit. zeg
gen: hij heeft geen verstand van minister
wezen. „Cornelis heeft de ruiten inge
slagen, «maar glazenmaker is hij niet. Hij
is geen fractieleider aan wien een poli
tieke Kabinetsformatie kan worden op
gedragen".
Het Vaderland (lib.) zegt: Logisch
zou het een Kabinet Van Schaick-Troel-
stra-Marchant-Dresselhuijs moeten zijn,
maar die kunnen maar op 47 stemmen
rekenen, want juffr. v. Dorp en dé Platte
landers zien in de sociaal-democraten den
oervijand. Toch wil de redactie het er
op wagen
Het Ut rechtsch Dagblad (lib.)
pleit voor een Kabinet van rechtschen en
vrijheidshond. Stel je voor: De familie
Dresselhuijs in een Rechtsch bewind. Zelfs
de meest dissidente Roomsche zou vra
gen: hoe komt deze Pilatus in ons
credo
De Tijd (r.-k.) pleit voor een Kabinet
De Geer-Troelstra of De Geer-Dresselhuijs,
of alle drie, nu „de Tweede Kamer den
heer De Geer in het gelijk heeft gesteld"
en „oud-minister De Geer is een te
consciëntieus man om zich thans aan zijn
staatsrechtelijke verantwoordelijkheid te
onttrekken"; ook „zijn er in financieel
opzicht tusschen hem en de Linkerzijde
aanrakingspunten".
De Gelderlander (r.-k.) geeft alle
hoop op een coalitiekabinet niet op, want
„er is geen principieel verschil!!"
Het Centrum (r.-k.) niet minder
naief, -^erlangt zelfs het Kabinet terug
„met behoud van zijn meest naar 'voren
tredende figuren". En die zijn juist sma
delijk uitgeworpen door de combinatie
waar tien Roomschen in zaten. Ja maar
zegt „Het Centrum", die „stemden wel
tegen de Vlootwet, maar niet tegen het
Kabinet als zoodanig'*. Hoe vin-je-'m?
De Maasbode (r.-k.) vindt een
„extra-parlementair kabinet", dat wil zeg
gen een Kabinet, 'dat buiten voeling met
de Kamers „regeert" (zooals wij gehad
hebben van 19131918 onder Cort v. d.
Linden) nog de beste oplossing. En an
ders een „zaken-kabinet", met overwe
gend rechtsch cachet!
De antirevolutionaire bladen, voorzoo
ver zij zich uitspraken, Nieuwe Haag-
sclie, Rotterdammer, Nieuwe
Prov. Groninger, komen met D e
Standaard" tot de droeve slotsom,
en helaas, wij moeten ons wel hij hen'
aansluiten, dat aan Troelstra de eere der
nieuwe Kabinetsformeering toekomt.
De Rotterdammer schrijft
„Van de vijftig tegenstemmers was mr
Troelstra de leider. Voor hem is de krans
der overwinning. Voor hem is dus ook
de verantwoordelijkheid. Elke andere op
vatting zou het parlementaire stelsel ge
weld aandoen. Het is niet de vraag, wat
A of B wenscht, maar uitsluitend, welke
oplossing door de omstandigheden der
crisis wordt vereischt. Welnu: dan is
de allereerst aangewezene de man, die
als ziel van de nieuwe meerderheid der
Kamer is te beschouwen. Wij wenschen
geen Kabinet-Troelstra. Wij verfoeien
zelfs de gedachte er aan. Maar de stap,
dien de Kamer deed, voert noodzakelijk
daarheen".
De Nieuwe Haagsche:
„En wie was in deze parlementaire
worsteling de overwinnaar? Het ant
woord op deze vraag ligt voor de "hand.
Zoo klaar en duidelijk als zelden te vo
ren het geval is geweest. Het was mp
Troelstra, de leider van de parlementaire
fractie der sociaal-democraten.
Noch Dresselhuijs, noch Marchant, noch
Van Schaik. Zij waren in den nu beslech
ten strijd slechts de aanvoerders der
grootere en kleinere hulptroepen. De man,
die de bazuin geblazen heeft, 'die èn in
het land èn in de Tw'eede Kamer 'de be
weging heef! op gang gebracht en ge
leid, niemand zal het kunnen ontken
nen - is de heer Troelstra geweest. Op
hem in de allereerste plaats rust de ver
antwoordelijkheid van den toestand. En
zelf heeft hij dit aanstonds begrepen. In
den loop der debatten toch heeft hij on
verbloemd te kennen gegeven, dat de soc.-
democraten bereid waren liet regeerkas-
teel te bezetten.
Het zal de heer Troelstra moeten zijn,
die de formatie van een Kabinet op zich
heeft te. nemen. Nu te moeten concludee-
ren, dat de man, die in 1918 ons land
op den rand van den ondergang ge
bracht heeft, trinmfeerde. Het stemt
hang."
En De Nieuwe Prov. Gronin
ger:
Het is een schrikkelijk feit, dat tien
Roomschen plus de Liberalen de Konin
gin voor de keuze plaatsen mr Troelstra
te verzoeken een Kabinet te formeeren.
Zoo is thans 5e situatie.
w
Colijn en v. Karnebeek.
In de linksche pers wordt het heen
gaan vooral van Colijn en v. Karnebeek
ten zeerste betreurd.
Wat eerstgenoemde aangaat, indien men
hem had willen behouden, had men niet
in den wind mogen slaan zijn ernstige,
waarschuwing aan het slot zijner rede,
even voor de eindstemming uitgesproken:
„Het gaat om deze twee vragen: pf
Nederland zelf wil opkomen voor hetgeen
zijn verplichting is ën in hoe verre Ne
derland door het bewapeningsvraagstuk
niet te regelen het gevaar uitlokt en ver
groot. God moge verhoeden, dat dit ge
val zich ooit zou voordoen. Het perspec
tief is voor mij afschrikwekkend. Men
bedenke dat Nederland, zoowel in Europa
als in Indië, ligt op de grens der gebie
den, waar de conflicten zullen worden
uitgevochten. De meening is uitgesproken,
dat wij met deze wet een vreemden mees
ter zouden nemen; maar ik vrees, dat
bij verwerping dezer wet_, die vreemde
meester van zelf zal komen."
En wat laatstgenoemde betreft, her
haaldelijk heeft hij aangetoond dat de
Vlootwet geen cent meer qp de kosten
van de Marine leggen zou; en "toen hij
even voor de eindstemming dit nogmaals
herhaalde, s^ieg men ook zijn ernstig
woord in den wind; erger nog: hij werd
uitgejouwd.
De Rooden waren door het dolle heen,
en de Roomsche dissidenten, zij 't ook
op een andere manier, evenzeer. Zij durf
den niet anders te stemmen dan zij de
den, van wege den drang hunner vak
organisaties, de rooden onder hun naas
te vrienden, de vreesachtigen en de te
genstanders van de bezuiniging op de
ambtenaarstractementen, gelijk door een
der linksche bladen wordt gereleveerd.
Nu men achteraf met jammerklachten
over het verlies van Colijn en v. Karne
beek aankomt, schatten wij deze gaarne
op hun waarde, maar zij komen een paar
dagen te laat.
Te laat.
Een hooggeplaatste liberale autoriteit
zei Vrijdag tot een man van „Het Han
delsblad":
„Geloof me, de slag, die nu het land
treft, is zeer zwaar. Ik denk nog niet
eens aan de maritieme gevolgen voor
ons land, want die zullen zich eerst lang
zamerhand doen gevoelen. Maar ik denk
aan den klap, die door "den val van het
kabinet-Ruys-Colijn de bezuinigingspoli-
tiek krijgt. Als achter de groene tafel
nu geen krachtige figuren komen te zit
ten, die ruggegraat hebben tegenover den
bezuinigingsonwil, die in breede lagen
der bevolking merkbaar is, dan gaan wij
het hellende vlak langzaam af'. Deze
autoriteit zeide ons ook van nabij te
hebben gezien, hoe de heer Colijn in
den korten tijd van zijn optreden op het
gebied der beperking van uitgaven reeds
heel veel meer had tot stand gebracht
dan zijn voorganger in zooveel langeren
tijd. En uit denzelfden mond hoorden
we nog deze klacht: „Ach, gij persmen-
schen, gij hebt niet gezien waarom het
eigenlijk in de Kamer ging. Gij hebt ge
dacht, dat het werkelijk bij deze debat
ten ging om de Vlootwet, of om de coa
litie. Maar ik zie het heel anders. In de
katholieke fractie was een groep, die de
krachtige, ingrijpende bezuinigingen, voor
gesteld door dit kabinet, niet durfde ver
antwoorden tegenover de bevolkingsgroep,
die zij achter zich had. En die groep
heeft min of meer bewust de behande
ling dezer Vlootwet aangegrepen om van
die, voor zoo velen onaangename bezui
nigingen, af te komen, .althans ze te ver
schuiven. Zoo zie ik het!"
Wij gelooven 'dat deze liberaal gelijk
heeft; edoch ook zijn spijt komt te
laat.
En niet minder komt hij te Iaat met
zijn naar wij meenen juiste opmerking
aan het slot van dit gesprek. Deze op
merking had een waarschuwing kunnen
zijn, indien zij vroeger gemaalct ware.
Wie is Mr Troelstra?
Het is te begrijpen, dat de man, op
wien nu de hoop voor 'het welzijn van
het vaderland gericht is, aller belang
stelling heeft. De vraag wie hij is, beant
woordt de A.-R. Rotterdammer aldus:
[Mr Troelstra, dat is de man, die
in 1913, na het aanbod van Dr Bos, in
het eerste begin de Minister-portefeuil
les voor de Sociaal-Democraten ver
wierp.
Mr Troelstra, dat is de man, die
in 1913, enkele weken daarop, met
warmte voor aannemen pleitte.
Mr Troelstra, dat is de man, die in
1913 nog enkele weken later, toen het
congres de portefeuilles afwees, weer
erkende: het is toch maar beter zoo.
Mr Troelstra, dat is de man, die
in het voorjaar van 1918 alles in ge
reedheid bracht om zich den Minister-
rok te laten aanmeten.
Mr ''Troelstra, dat is de man, die
in het najaar van 1918 greep naar 'de
macht en de dictatuur van het proleta
riaat wilde uitroepen.
Mr 'Troelstra,, dat is de man, Mie
enkele dagen na 18 November 1918 er
kende zich j,vergist" te hebben.
Mr Troelstra, dat is de man, die
bij het begrootingsdebat in 1918 ver
klaarde, dat het tafellaken tusschen hem
en de burgerlijke partijen onherroepe
lijk was doorgesneden.
Mr Troelstra, dat is de man, die
zich nu weer als bewindsman aanbe
veelt.
Mr Troelsfra, dat is een riet, door
den politieleen wind heen en weer ge
dreven.
Men kan nog vroeger beginnen.
Bijv. in 1903. Toen vielen Troelstra en
Domela Nieuwenhuis elkander in de ar
men, doch weldra liep 't spel mis, en'
schreef Troelstra zijn bekend artikel:
„Wat nu?"
Het Communisme in Duitschland.
Te Hamburg schijnt het communistisch
oproer bedwongen. Doch in Oost Fries
land houdt het aan. Zaterdag werd over
al geplunderd, vooral naar wapens werd
veel gezocht. Ook in het Roergebied
worden de plunderingen voortgezet. Uit
Dusseldorp seint men: Soms slaat men
in de winkels alles kort en. klein, zonder
iets mee te nemen. Of. men laat alles heel,
doch eischt kostelooze afgifte van wa
ren, wat meestal plaats heeft. Vele wa
gens met levensmiddelen zijn leeggeroofd.
Koffiehuizen en bioscopen werden door
werkloozen tot sluiten gedwongen. Bij een
aanval op een politiepost is een jongen
van 16 jaar gedood. Wegens de opwin
ding is voor den tijd van acht uur de
'staat van beleg afgekondigd.
Bij de onlusten te Bochum zijn 24 men-
schen gedood en 16 gewond. Ér zijn ge
weerschoten gelost op een vrachtauto,
die ïnfanterie-patrouilles vervoerde en op
de Duitsche politie. Er zijn eenige win
kels 'geplunderd. Te Gelsenkirchen zijn
5 gewonden gevallen in een botsing met
de blauwe politie. Er zijn een honderd
tal menschen aangehouden door de se
paratisten wegens plundering van win
kels in de voorsteden van Duisburg.
Te Oberrath hebben botsingen plaats
gehad, waarbij 2 mannen ernstig gewond
zijn. Een dezer is kort daarna bezweken.
Te Duisburg heeft een Belgische pa
trouille een bende plunderaars verrast,
welke in een winkel bezig waren. Toen
zij in het nauw raakten, vuurden de sol
dalen met het gevolg, dat ier 5 dooden
en verschillende gewonden zijn.
Zaterdag heeft te Berlijn tusschen 3000
werkloozen, die hun ondersteuning kwa
men afhalen, en de politie, die tot be
scherming der beambten en der bureaux
was opgeroepen, een botsing plaats ge
had, toen cle menigte margarinevaten
haalde van een voorbijrijdenden wagen
en zich meester maakte van den inhoud.
De politie kwam tusschen beide, maar
werd omsingeld en aangevallen. Een wer-
kelooze is gewond.
Te Bremen hebben, niettegenstaande
aan de Weser en op den Hanse-Lloyd
het werk hervat is, de havenarbeiders
aan het communistische stakingsparool
gevolg gegeven en zetten de staking voort.
Intusschen is ook het conflict tus
schen de Rijksregeering en de regeerin-
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, f 3.
Losse nummersf 0.05
Prijs der Advertent iën:
14 regels f 1.20, elke regel meer 30 et.
Bij abonnement belangrijke korting.
NA/MABOKlifl DE BOEP A" 1501 LEEUWARDEN.
gen van Saksen en Beijeren uitgebroken.
Nadat de communistische leden der Sak
sische regeering in een oproep tot de be
volking hadden aangespoord tot geweld
dadigheden en tot verzet tegen de rijks
regeering, heeft thans de rijkskanselier
den Saksischen minister-president, dr
Zeigner, gesommeerd het aftreden dezer
ministers te bewerkstelligen, aangezien
de rijksregeering de tegenwoordige Sak
sische regeering niet meer erkent als een
staatsregeering in den zin van de grond
wet. De rijkskanselier heeft hieraan toe
gevoegd een bedreiging met maatregelen,
welke onmiddellijk zullen worden geno
men indien de eisch der rijksregeering
wordt verworpen.
Tevens heeft, zich beroepend op hel
besluit der te Berlijn op 24 Oct. gehou
den conferentie van de minister-presiden
ten, de rijksregeering aan de Beiersche re
geering het verzoek gericht het grond
wettige commando over het Beiersche ge
deelte der Rijksweer binnen den kortsl
mogelijken tijd te herstellen.
'Men lette wel op het onderscheid van
behandeling. Saksen krijgt een eisch met
een bedreiging, Beijeren krijgt een ver
zoek.
Korte berichten.
De metaalbewerkers in de Belgische
provinciën Henegouwen, Antwerpen en
Luik dreigen met staking wanneer hun
eisch 15 procent loonsverhooging gewei
gerd wordt.
De duurte in de Russische groote
steden neemt toe.
Ten gevolge van de daling der pa
pieren mark en de toenemende neiging
om de Duitsche economie op de basis
van de gouden mark te vestigen, zullen
na 1 November de Duitsche staatsspoor
wegen voor het reizigersverkeer goud-
tarieven invoeren.
Bonar Law lijdt aan een verergering
van "de onlangs gevatte kou en moet het
bed houden. De ex-premier is de vorige
week van Brighton te Londen terugge
keerd.
Tot gouverneur-generaal en opper
bevelhebber van de Zuid-Afrikaansche
Unie" is benoemd de graaf van Athlone,
broeder van de Engelsche koningin. Hij
vertrekt in Jan. naar Zuid-Afrika.
De Tsjecho Slowakijsche eerste-
minister Masarijk is van zijn reis te
Praag, teruggekeerd.
Een vijftigtal Joodsche families zijn.
uit de stad Munchen uitgewezen. Groo-
tendeels zijn het buitenlanders, doch de
meesten hebben sinds 20 a 30 jaren za
ken in Munchen gedreven en bekleeden
een goede positie in den handel. Zelfs
bevindt zich onder hen een prins, die
in het Beiersche leger heeft gediend en
verschillende decoraties in den oorlog
heeft verworven.
Het beste geneesmiddel voor een trage
lever, scheele hoofdpijn, verstopping en
slechte spijsvertering is een dosis Fos
ter's Maagpiillen. Deze pillen regelen de
vloeiing der gal van 'de lever naar 'de
ingewanden. Nu en dan een dosis Fos
ter's Maagpillen verzekert g'oede Werking
van lever en ingewanden, en is het beste
voorbehoedmiddel tegen een slechte ge
zondheid. Prijis pier flacon van vijftig
versuikerde pillen f0.65; in apotheken èn
drogistzaken. (12)
De crisis.
De Koningin heeft in overweging' ge
nomen de op 27 October 1923 ingediende
aanvrage om ontheffing uit hun ambt van
de Ministers, en hun verzocht zich in
middels te willen blijven belasten met de
behandeling en afdoening zoo mogelijk
van de looptende zaken.
Van de ministers, die het huidige ka
binet vormen, is een viertal biji de jongste
Kamerverkiezingen tot leden der Tweede
Kamer gekozen, n.l. de heeren Ruys de
Beerenbrouck (R.K.), H. Colijin (A.R.),
Heemskerk (A.R.) en'De Visser (C.H.).
Wanneer door de betrokken fracties
plaats wordt gemaakt, zouden derhalve
genoemde politici nog binnen de loopende
zittingsperiode in de Kamer kunnen te-
rug'keeren.