urg %o 30 Dinsdag- 33 October 1033 38e Jaargang ni BmtenlaiM. Binnenland Poeder- Pakhuis of Schuur, Varken, aad 45 - id (Wauw) kanai'ie- 251,55, 1,10,6400 K.G. Gro- Eigenhei Eigenhei mers f 3,75 75, Zeeuw iers f2,50 stuks. i-Beveland". Doyenne oulême 32 mmontel 18 fleiperen 16 en Kroet- ten 15—23; e Bellefleur lourt Pendu Present van Paradijs 11; 12Tuin- ime d'Oranje uismanszoet. il- en Kroet- draiven 56 iurken 0.40 stuks. Hazen I per flacon, in. „E.M.M." Afval 35; 100 K.G. KI. K.G- n Steenhoek J. v. d. lesten, 22. j.; v. Heusden imanse, z. 73 j. gehuwd ERICHT. n ochtend door het Üe Bilt. 8.8 té Biar- shavn. ran 23 Och: westelijke tot tot betrok- regenbuien, ^noemde pleit- |het Christelijk [PORTRETTEN iruk. De prijs in lijst (buiten- ïrpakt in kist, 'emballage, iddellijk worden LE COINTRE. •aagd omgeving f Brigdamme reestalling en ber- Jéns. GEBEIL, Kromme- Aanbiedingen de» tegen half November ADRIAANSE Pz. mdknecht FRANCKE, Ker- laurens. Aan ket- ilfvaarzen aan de PP- aan of met Mei lankomende Meid >n Knecht KOOLE, Souburg Meid COPPOOLSE Pz-r rerduin. arstelling van stoa- t Mei Meid J. MOENS, West- Drukkers-Exploitanten OOSTERBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Lange Vorstsfraat 68—70, Goes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f 3.— Losse nummers f 0.05 Prijs der Advertent I n 1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ef* Bij abonnement belangrijke korting. WOORDEN! WOORDEN! Het vlootwetdebat heeft tot hiertoe, zoo wel van links voor een groot deel, als van rechts voor een klein deel, niets dan woorden gebracht. En van vele dier woorden geldt, dat zij zijn vuil gemaakt- De kroniekschrijver onzer „Nieuwe Pro vinciale" zocht er eenige uit het debat der vorige week en 'kwa.ni tot de slotsom, dat in de motieven de opponenten malkaar en somwijlen ook zichzelf, vierkant tegen spreken. Van het eerste geval somt hij enkele voorbeelden op. Let toch op den volkenbond, zoo zegt de een, en vertrouw op hem. Ik ben te gen de vlootwet. Die volkenbond is een /fiasco, hij. ver mag niets, zoo roept de ander. Ik ben tegen de vlootwet- Er is geen gevaar voor oorlog, noch hier, noch in het verre Oosten, declameert de een. Ik ben tegen de vlootwet. Plet gevaar voor den oorlog wordt én hier, én in het Oosten met den dag' grea ter, antwoordt de ander. Ik ben tegen de vlootwet. Ik wil geen Marine, verzekert de een. Ik ben tegen de vlootwet. Ik wil wel een marine, verzekert de an der. Ik ben tegen de vlootwet. Do vlootwet kost driehonderd, ja meer millioenen. Dat hoort men, zeg, om twee uur. Ik ben tegen de vlootwet. De vloot kost niets naar de verzekering der regeering, juicht men om 'drie uur.1, Een kostelO'Oze vloot- Ik ben tegen de vlootwet. Gij noemt u Christenen, zegt de een, en gij zijt voor den oorlog? Gij wilt een leger en een vloot, kanonnen, bommen en stik gassen? Gij noemt u, Christenen, maar hoe kunt gij dat en toch voor de vlootwet zijn? Gij zijt huichelaars. Ik ben een christen. Ik 'durf mij zoo noemen, want ik ben tegen de vlootwet. Gij' noemt u Christenen en gij zijt voor de vlootwet. Goed gezien, verklaart de ander, want het christendom was altijd oorlogzuchtig. Het bemint den oorlog en haat den vrede. ■Ik ben geen christen. Ik haat de chris tenen. En daarom ben ik' tegen de vloot wet- Ik wil uw halve vloot, niet, omdat ik daarmee stem voor de heele vloot.' Ik ben tegen de vlootwet. Ik wil uw halve vloot niet, want alleen de heele zou iets beteekenen. Die halve is maar prutswerk. Ik ben tegen de vloot wet- Ha, roept de een, die vloot van u be- teekent niets. D.e wereld lacht er om. Zij kan geen oogenblik voor des vijands aanval bestaan. Wie zou er mee rekenen? Ik ben tegen de vlootwet. Ik waarschuw u, meent de ander. Gij maakt een vloot, en schept daardoor 'groot gevaar, want men zal u nu gaan schuwen als een gevaarlijken buurman. Ik ben te gen de vlootwet. Zoo verslindt het eene argument het andere. En wat het tweede geval betreft, dat •dezelfde sprekers het eene 'oogenblik glad vergeten zijn, wat zij in het andere op merkten, zoodat zij, met volkomen recht, na een paar uren te hebben geredevoerd, met de zotheid uit Erasmus' bekende werk konden zeggen: „Ik haat ,den hoorder, die een goed geheugen heeft.'". Van deze .gelden de volgende voorbeelden: Daar staat de heer Diresselhuys, leider van den Vrijheidsbond, een partij, die de weermacht nog niet heeft afgezworen. Hij spot met de bedoeling der regeering. Hij, haalt alles naar beneden. Hij doet de tegenstanders va,n onze weerbaarheid jui chen, schaterlachen om de felle taal der afbraak. Hij behaalt alleen succes in den kring van hen ,die onze verdediging willen breken. Hij toont een absoluten onwil, om te verstaan. Hij' mist alle billijkheid in het oordeel. En hij1 poseert tenslotte als de man, die hart heeft voor de Marine. Als zijn optreden eenige beduidenis. heeft dan is deze precies 'omgekeerd aan het geen hij dan had willen zeggen. Hoe is het te verklaren? Hier is het kluwen, waarvan het eind gevonden moet worden, om de ontwarring te bereiken. Schjjnt hij er zelf eenig' begrip van te krijgen, als 'hij aan het eind van 'zijn rede is gekomen? Hij sluit met het beeld eener wonderlijke soepkokerij. Treffend voor zeker. Daar is een, die soep wil koken van keisteenen. Men zou haast zeggen: deze staatsman heeft nog nooit wat anders gedaan. Ais er iets van mijn ,soep komen zal, zucht hij., dan zal een ander de groenten en het vleesch moeten leveren. Doe het niet, zou een verstandig mensch zeggen, want het zal het beste zijn, dien man uit de keuken te houden. Laat hem daar staan, werpend met zijn keien. Zij vallen toch het meest in zijn eigen kamp. En jagen de leden van den armen vrijheidsbond met schrik naar bui ten. Daar is de heer Marchant. Met zijn hopelooze pogingen om waar lijk geestig te zijn. Met zijn uitgezochte hatelijkheden tegen de regeering en haar plannen. Met al zijn oppervlakkigheden. En hij eindigt met de Kamer en den minis ters goeden raad aan te bieden. Hij wil een uitweg wij'zen uit het moeilijke geval. Als men maa,r naar hem luistert, dan gaat alles wel goed. Is het alles meer dan een grapje? Ver moedelijk niet. Daiar is de heer Troelstra, de man "der ontwapening. Weg met leger en vloot. Maar wie weet niet, wat zulks beduidt? Juist het tegengestelde van wat de man zegt. De man, die in dagen van grooï gevaar om soldatenraden riep en die de machteloosheid van het wettig gezag noo- dig heeft om zelf zonder gevaar naar de macht te grijpen. Geen smet werp ik op uw naam of ka rakter, zoo bazelt- hij. E,n buiten de 'kamer waagt hij' 'de ellen digste verwijten. Hier wil hij, praten met de regeering. En buiten werpt hij haar het „vervloekt" toe. Daar is om nu eens een der dames ten tooneele te voeren daar is Suze. Werp haar beeld op het doek voor deze politieke bioscoop. Daar staat zij, de revolutionaire furie voor een opgezweepte volksvergadering. Opstand predikt zij. Omkeering der dingen. Als het kan, vreedzaam, zegt zij; maar als het moet - en gij ziet een gelaat ver wrongen van woede en gebalde vuisten als het niet anders kan, dan er op los. Dat is het beeld dezer vrouw uit 1918. dat gij niet licht vergeet. Maar de explicateur verzekert: ziehier dames en heeren: de pacifiste. Zij wil vrede door ^echt. Zij1 staat daar als de vertegenwoordigster der vrouw, "die het geweld verafschuwt. Suze, de vredelievende Het kluwen lijkt onontwarbaarder dan ooit. En haa-r taal is het nog meer. Gij, zoo roept zij de rechterzijde toe, gij hebt in de verkiezingsdagen tegen ons gewaarschuwd, omdat onze beginselen het huwelijk ondermijnen en 'den huwlijksba.nd verbreken. Maar verbreekt uw oorlog den huwelijks band niet? Welk een onderscheidingsvermogen. Hoe heerlijke logica. Maar luister verder. Daar schetst zij het groote oorlogsschip, dat voor de on derzeeërs als „moederschip" dient. Moederschip, smaalt Suz,e. En om haar liefde voor de moeder te tóonen, toornt zij: moederschip, "durft- men zoo'n moord tuig te noemen. Moederschip. Zou een vrouwenvergade- ring niet in groote vefhntwaardiging uit barsten, als dit haar werd voorgehouden? De moeder zal door deze spreekster worden hoog gehouden. En zij' spreekt van haar als de „leverancierster" voor de manschap, die de oorlogsschepen aal bevolken Maar ik ga verder. Daar is de communistische dokter Van Ravesteyn, de bewonderaar van Rusland. Die man, die het toejuicht, dat Rusland een flinke vloot heeft. De man, die de wereldrevolutie wil. Die niet schroomt voor een weg van bloed en tranen, als maar zijn waandenkbeelden bevorderd kunnen wor den. En h ij spreekt voor den vrede. En hij vindt het verschrikkelijk, dat de vloot wet dien vrede zal weerstaan. Ziehier enkele trekjes uit het vlootwet debat, dat nog wel een week zal aanhouden Gelukkig verneemt men te midden van deze verwarring af en toe ook een rustig woord van een, die wil verstaan, wat de regeering noopte tot indiening van haar plannen. Maar dat het een van hen zal ge lukken, de linkerzijde tot verstandig rede neeren te brengen, is niet wel aan te nemen. De „olievloot"? Geen giftiger middel, dat den politieken strijd meer vertroebelt dan persoonlijke verdachtmaking van den tegenstander, zegt de „R.ott" Van dat middel is bij de bestrijding van de Vlootwet met meer dan gepaste vrijmoedigheid gebruik gemaakt. Weinigen deden dit op zoo grove wijze als de ambtenaren-leider F. S. Noordhoff, die behoorde tot de uitverkorenen, welke in „Het Volk" tot verdediging van "het petitionnement geroepen waren. Hij decreteert, dat de „olie-vloot" er niet mag komen en durft schrijven: „Colijn laat hen allen praten. Hij wensch t te bereiken, 'dat Neder- landsch-ln®' stook-olic verbruikende oor logsschepen krijgt, Jan kan de Bataafsche Petrolcum-Maatschappij zich in volle ge rustheid gaan toeleggen op een opvoering der produktie cn op geweldige winsten. Dit spel te doorkruisen, daaraan mag geen enkele arbeider noch arbeidersvrouw zich onttrekken. Nog eens moeten de wisselaars uit den tempel verjaagd worden! Teekent het petitionnement!" Veel te heftig is in de Kamerdebatten tegen Colijn gesproken. Maar een beschuldiging te uiten, in den trant-van deze aanklacht, heeft niemand aangedurfd. Bij de replieken bestaat alsnog gelegen heid. Neemt geen zijner partijgenooten het clan voor hem op, zoo bestaat alle recht aan te nemen, dat zij zelven met deze volk-vergiftigende lasterpraat verlegen zitten. De mislukte interpellatie. Dat Mr Troelstra met zijn interpellatie verre van gélukkig was, wordt vrij al gemeen erkend. De parlementaire redacteur van het li berale „Utr. Dagblad" schrijft: „Onze indruk is, dat do heer Troelstra zelf wel gevoelde, niet sterk te staan. Buiten de Kamer, op meetings en bij „de monstraties" is hei, gemakkelijk schette ren. In de Kamer dient men te komen met argumenten, die steekhouden Minister Ruvs de Beerenbrouck en ver volgens Minister Colijn hebben den in- terpellanl op afdoende wijze te woord ge staan. Deze eerste dag van de interpel latie is zeer stellig te beschouwen als een succes voor de regecring. Vooral wat Minister Colijn aanvoerde, was zeer over tuigend Daar stond de heer Troelstra en zijn mede-agitators tegen de Vlootwet; het krachtigste wapen er tegen was hem uit handen geslagen. Daar stond hij, met den mond vol tanden. Hij verzocht den voor zitter de vergadering te verdagen, om de cijfers eerst nader te kunnen beschou wen! Ofschoon het pas even half vijf was, werd deze wensch van den interpellant met groote beminnelijkheid door den voor- zitter ingewilligd. Wij zullen morgen dus vernemen, wal: de heer Troelstra er op gevonden heeft om met schijn van recht te kunnen blijven volhouden, dat de Vloot wet ingaat tegen het financieel belang van Nederland en dat zonder die wet veel minder zon behoeven te worden bezui nigd. Buiten de Kamer liepen nog eenige mannen met roode strikjes rond. Het wa ren „revolutionaire" arbeiders, die van daag tegen de Vlootwet hadden gedemon streerd. Vermoedelijk om daarmede in druk te maken op Regeering en Kamer! Iiet is toch waarlijk om medelijden te hebben met al deze onnoozele werktuigen van egn even domme als kwaadwillige agi tatie, door eenige demagogen, die in troe bel water hopen te visschen, op 'touw gezet. Dat deze agitatie bij een betrekke lijk talrijk deel van ons volk is ingeslagen, is stellig te betreuren. Te verwachten valt echter, dat de kennisneming van de Ka merdebatten velen, de oogen zal openen en 'dat menigeen er achteraf spijt van zal hebben zich te hebben laten meesleepen om het „volkspetitionnement" tegen de Vlootwet te teekenen. De kansen op aanneming der Vlootwet zijn, wanneer althans mag worden aan genomen, dat de Kamerleden, die nog wei felen hoe zij zullen stemmen, voor argu menten toegankelijk zijn, vandaag aanmer kelijk gestegen. Het was een goede dag voor de Regeering, een slechte dag voor den heer Troelstra". De Rijnland-republiek uitgeroepen. De ernstige berichten uit hét Rijnland die wijzen op de snelle ontwikkeling van het ontbindingsproces in het Duitsche rijk, zijn gisteren besproken in een kabinets zitting, die zeer lang duurde. De rijks- regeering maakt zich zeer ongerust over de verdere gebeurtenissen in het Rijn land, aangezien zij vreest dat de separa tisten op steun van de Fransche en Bel gische bezeftingsautoriteiten zullen kun nen rekenen. Dat er verband bestaat tus- schen deze jeheele beweging en de be zetting, blijkt hieruit, dat precies twee dagen voor den coup de invloedrijkste arbeidersleiders waren uitgezet. Daar men vreesde voor krachtigen tegenstand van den kant der werklieden, had men nog snel de leiders verwijderd, om de arbei ders zonder voormannen te laten. De ge wapende bedrijvigheid der separatisten voltrekt zich onder de oogen der bezet ting, die anders zoo gestreng optreedt tegen het in bezit hebben van wapens van revolvers lot zakmessen door de bevolking. Te Aken schijnen de separatisten het pleit te hebben gewonnen, maar voor het overige is de toestand in het Rijnland nog uiterst verward. Te Düren werd op het raadhuis de rood-wit-groene vlag dooi de separatisten gehesclven. De openbare gebouwen werden bezet. Ook te München- Gladbach hebben de separatisten op het raadhuis de rood-wit-groene vlag gehe- schen. Aan de kranten is verboden te verschijnen. Te Trier is de aanslag niet gelukt. Daar waren de openbare gebouwen te stevig gesloten. Ook te Mainz is de poging mislukt. Gisteren was het echter woeliger in Aken. De arbeiders zijn niet van de sepa ratisten gediend en 't is de vraag, of ze niet zullen gaan staken. Tergend is ech ter,- dat niemand wapenen mag dragen dan de separatisten, die blijkbaar stiekem gesteund worden door Franschen en Bel gen, welke waarschijnlijk in hun vuistje lachen, omdat nu hun wensch staat ver vuld te worden. In geheel Rijnland heerscht een paniek stemming; de banken worden bestormd om buitenlandsch geld te koopen, zoo meldt .men aan de Tel. De arbeiders te Duisburg hebben besloten zich tegen de separatisten te verzetten. Groote groepen studenten en opgeschoten jongens trek ken door de straten, Duitsche volkslie deren zingende. In verband met den gespannen toe stand in het Duitsche grensgebied, wordt de Nederlandsche grens door politie eri marechaussées uit Kerkrad? en Heerlen streng bewaakt. Korte berichten. Op verlangen der Franschen heeft de Rbeinische Metallwaren und Maschinen- fabrik te Dusseldorf, die de vorige week wegens de betoogingen en plunderingen was stopgezet, liet b e d r ij f hervat. De fabriek heeft voor drie dagen bruinkool gekregen, welke voorraad door vrijen aanvoer zal worden aangevuld. De direc tie heeft een klein deel der kolenbelas- ting, waarvan het bedrag nog niet vast staat, doch die zeker 100.000 dollars zal beloopen, betaald. De Roto Fahne, die Zaterdag, na twee weken to zijn verboden geweest, opnieuw was verschenen, is thans weer verboden, omdat het blad de arbeiders had opgeroepen tot een algemeene politie ke werkstaking. Zaterdagavond om half zeven zijn een achttal gemaskerde bandie ten het kantoor van de Deutsch Ameri- kanische Petroleum Gesellschaft te Span- dau bij Berlijn binnengedrongen. De kas sier, die onmiddellijk zelf een revolver te voorschijn haalde, werd ontwapend. De bandieten zijn er vandoor gegah.n met on geveer acht milliard mark. Te Hamburg zijn Zaterdag en Zon dag d uurterelletjes voorgevallen. De politie moest herhaaldelijk de menigte, die winkels trachtte te plunderen, uit eendrijven. Er zijn tal van gekwetsten. Uit Kopenhagen wordt gemeld: Za terdagavond is het tot botsingen ge komen tusschen fascistische en commu nistische studenten. Aan beide zijden werden met stokken en' gummistokken slagen uitgedeeld. De politie moest tus- schenbeide komen en deed eenige arres taties. In Zuid-Servië zijn onlusten uitgebroken. Gemeld wordt, dat een afdeeling der gendarmerie naar de plaats Donja Salja werd gezonden om de bevol king, die in opstand was gekomen te gen" de plaatselijke autoriteiten, te ont wapenen. Toen de gendarmen de plaats naderden, werden zij van alle kanten met geweervuur ontvangen. De geheele pa trouille, bestaande uit 12 man, werd ge dood. Militairen zullen naar de streek gezonden worden. Volgens nadere berich ten van andere zijden zouden de onlusten in Zuid-Servië een ernstiger karakter heb ben aangenomen. De Vlootwet. Naar de N. R. ,C. uit parlementaire kringen verneemt, wordt ter rechterzijde in de Tweede Kamer verwacht, dat van tie R.-K. fractie tenslotte alleen de hee ren Bomans, .Bulten en Kuiper tegen de Vlootwet zullen stemmen. De heer van Schaik, die ernstige kritiek op hetont werp heeft uitgeoefend, maar zich zijn definitief oordeel voorbehouden heeft in afwachting van de argumenten der re geering, zal, naar wordt aangenomen, toch nog vóór-stemmen. Men rekent erop, dat zijn voorbeeld ook andere twijfelaars in zijn fractie de zijde der regeering zal doen kiezen. De Jachtwet. Op een vraag van liet lid der Tweede Kamer, den heer Braat, betreffende het tijdstip van inwerkingtreding der nieuwe Jachtwet, heeft de minister van binnen- landsche zaken en landbouw geantwoord: Ten einde de voorschriften ter uitvoering van de Jachtwet 1923 te kunnen doen ontwerpen, is liet advies gevraagd yan verschillende, organisaties op het gebied van den land- en tuinbouw en van de jacht en ten aanzien van enkele speciale punten ook van andere deskundige Ver- eenigingen. Zoodra deze adviezen zullen zijn ingekomen en de uitvoeringsvoor schriften zullen zijn vastgesteld, zal de datum van inwerkingtreding der wet wor den bepaald. Naar alle waarschijnlijkheid zal deze inwerkingtreding in het begin van het volgend jaar kunnen worden ge steld. Lijkverbranding. Op vragen van het Jid der Tweede Kamer den heer Scheurer, betreffende vertegenwoordiging der regeering bij de verbranding van het stoffelijk overschot van wijlen mr A. ,T. Cnoop Koopmans, heeft de minister van Waterstaat geant woord, dat op het oogenblik, waarop hij besloot zich bij de uitvaart van wijlen mr Cnoop Koopmans te doen Vertegen woordigen, niet bekend was, dat verbran ding van het stoffelijk overschot zou plaats vinden. Eerst toen deze had plaat» gehad, heeft hij er uit de dagbladen ken nis van genomen. Het onwaardige verzinsel. Het Vaderland handhaaft haar be richt (in zake de regeering en de Chrj protestantsche clubs bij eventueel met Boomsche hulp te gebeuren verwerping der vlootwet) behoudens één punt: de mededeeling van den minister heeft niet Vrijdag maar Donderdag plaats gehad; en voegt er aan toe: „ook ware het formeel juister geweest om te spreken van: t de zienswijze van den Premier die ter kennis van de Roomscli-Kathölieke Ka merclub is gebracht". De Nederlander daarentegen noemt alles wat Het Vaderland schrijft on waarheid. Zij constateert als „onwaarheid": Eerste onwaarheid: „Minister Ruys de Beerenbrouck deed een mede deeling aan de Roomsch-Katholieke Ka merclub." Tweede onwaarheid: „De verte genwoordigers der Anti-revolutionaire en Christelijk-historische partijen deden een mededeeling aan den President-Minister." Derde onwaarheid: „De Presi dent-Minister sprak zich uit over de mo gelijkheid of onmogelijkheid van de vor ming van een nieuw Rechtsch Kabinet na mogelijke verwerping van het ontwerp- Vlootwet." Vierde onwaarheid: „Deze rr^p- dedeelingen van Minister Ruys maakten Vrijdag 1.1. een onderwerp van beraad slaging uit in de vergadering van de Roomsch-Katholieke Kamer club." En als „de naakte waarheid": lo. Minister Ruys de Beerenbrouck heeft oijer de Vlootwet geen enjcele mede deeling 'aan de Katholieke Kamerclub ge daan. 2o. Noch namens de Partijbesturen noch namens de Kamerclubs, der A.-R. Partij of der Chr.-Hist. Unie is eenige mededeeling, in verband met de Vlootwet, tot den Minister gericht. 3o. De Minister Ruys de Beerenbrouck sprak zich in geen enkelen vorm uit over mogelijkheden omtrent Kabinetsformee- ring in de toekomst. 4o. De Roomsch-Katholieke Kamerclub hield Vrijdag 1.1. geen vergadering. Gelijk uit bovenstaande blijkt, heeft de delinquent de juistheid van punt 4o er kend, doch houdt op de drie overige punten haar zienswijze vol; zulks op ge zag van haar Roomschen zegsman, die, gesteld dat zijn mededeelingen juist zijn, de vieze Judasrol heeft gespeeld. Onnoodig te zeggen, dat wij voorloopig de tegenspraak van „De Nederlander" en haar zegslieden (waarschijnlijk ministers en Kamerleden) hooger stellen dan de volgehouden tendentieuze beweringen van den praatvaar van „Het Vaderland" en zijn onbekenden Katholiek! De leugen. Maar hoe kwam deze leugen toch in de wereld? „De Nederlander" geeft op deze vraag het volgende antwoord: „Het kabinet-Ruvs ten val te brengen is het begeerlijk wit. Zoo slechts een tiental Roomsche. Kamerleden hun stem uitbrachten tegen de Vlootwet, zoo ware dit wit getroffen. Daartoe te geraken is

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1923 | | pagina 1