So 261 Donderdag 6 Augustus 1623 367 e Jaargang IN DEN MAALSTROOM. Buitenland. A. J. P 8 IJSPUDDING FEUILLETON. NIEUW S NIEUW Drukkers-Exploitanten OOSTERBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Lange Vorststraat 6870, Goes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 De vlootwet, en Indië. Hoe gunstig men in indië over de vloot denkt, brachten wij reeds in her innering. Ter versterking drukken wij uit „De Nederlander" af het onderstaande: In de buitengewone zitting van den Volksraad, op 25 Maart 1922, was aan de orde een schrijven van den Gouver neur-Generaal, waarbij het gevoelen van den Volksraad werd gevraagd over een plan, in verband met de financiëele moei lijkheden, om d euitvoering der werken ten laste van het vlootbasisfonds te ver- deelen over tien jaren in plaats van over zes jaren. De Volksraad vereenigde zich, met groo- te meerderheid, met de twee volgende moties, waarin zijn gevoelens werd uitge sproken Motie (Stuk 6.) De Volksraad, gehoord de nadere Regeeringsverkla- ringen; gehoord de debatten; het zeer betreurend, dat de financiëele moeilijkheden van het Land de Regee ring hebben genoopt het voorstel tot wij ziging van den opzet van het vlootbasis fonds aanhangig te maken; verklaart, afgaande op de uiteenzetting van den financiëelen toestand, door de Regeering gegeven, zich gedwongen te achten, de voorgestelde wijziging te aan vaarden. Motie (Stuk No. 7). De Volksraad, overwegende, dat de onstandvastigheid, welke tot heden de maritieme politiek ten opzichte van Indië beheerscht, mil- lioenen verslindt zonder daaraan even redige goede resultaten op te leveren; overwegende, dat het belang van Indië dringend eischt, dat die maritieme politiek op vasten grondslag worjlt gevestigd; overwegende, dat daarom een beslissing omtrent het vlootontwerp, hetzij in den eenen, hetzij in den anderen zin, ur gent is; dringt er bij het Opperbestuur krachtig op aan een beslissing door de Staten- Generaal nog in deze zitting mogelijk te maken. Zoo spreken de menschen, die niet slechts den ernst der zaak het best kun nen beoordeelen, maar die het leeuwen deel der kosten zullen hebben te be talen. Het .zijn feiten, die meer zeggen en duidelijker spreken dan duizend hoofd artikelen in Nederlandsche dagbladen. Indië ziet tegen de kosten, die voor Indië zelve zeer zwaar zijn, niet op; en Nederland klaagt over 't eene miljoen 's jaars, dat de Vlootwet aan Nederland slechts kosten zal! Zuinigheid. In verband met den inhoud van ons program van actie ten aanzien van de financiëele paragraaf, schreven wij vorige week, dat in weerwil van het, geroep om bezuiniging en om de veiligstelling van den gulden in re- geeringskringen tusschen doen en zeg gen ook aanmerkelijk onderscheid is. Niet dat wij wenschen te twijfelen aan de goede trouw van h et kabinet. Dat zij verre van ons. Eenige kennis 33). •>Ik ik ben hier met de toestem ming van mijn dochter", zei de kolonel. „Ja", zei Steven, „waarom heeft zij mijn brieven niet beantwoord?" „O, jonge menschen zijn eigenzinnig. Zelfs ik, die al zooveel ouder ben, ben af. en toe nog wel wat koppig, als ik mijn zin niet krijg ha, ha!" en de kolonel lachte zenuwachtig. Steven antwoordde niet maar wachtte. „Isabella is een Tempest", ging de ko lonel voort, „en zij heeft haar karakter, dat hebben al de Tempest en daar ben ik blij om. Wiel, mijn vriend Edgcumbe heeft den storm doorstaan en is weer een rijk man. Je kunt weer een vaste toelage krijgen en als dat is geregeld kun je je vrouw aan je hart drukken en en gelukkig zijn. Kom, wat zeg je daarvan?" Eierst was Steven ontsteld door de naakte bruutheid van den man, hij kon niet begrijpen, hoe iemand zoo kk>n pra ten. „Moet ik daaruit begrijpen, dat, als mijn oom mij een flinke toelage geeft Isabella er in toe zal stemmen om weer bp miji te komen?" i „Ja, beste jongen. Wjj .zouden je graag van ambtelijke verhoudingen kan doen weten, dat de voornemens van de re geering eenvoudig niet in werkelijk heid worden omgezet, omdat er belan gen in 't spel komen, die men wenscht. te ontzien. Oorlog b.v. levert daarvan meermalen sprekende voorbeelden. Na de wijziging van art. 3 der ge hate leerplichtwet, die feitelijk in uit zicht stelde een verbouw, vergrooting van menig schoolgebouw, vooral te plattelande, benevens de aanstelling van meer onderwijzend personeel, werd, doordat tegen de uitvoering a la ministre nog al wat bezwaren ble ken te bestaan 'n „soepele" toepassing voor de eerste tijden in uitzicht ge steld. d.w.z. de kinderen mochten voor het zevende leerjaar blijven en wan neer zij niet bleven zou geen vervol- ing worden ingesteld. Hierop kwam et pra.ctisch neer. In de Kamer wa,s bij den Minister van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen aangedrongen op voorloopi- e opschorting v:an het ten uitvoer rengen van het plan tot invoering van het zevende leerjaar. Doch wat geschiedt.' De „technische herziening" met z'n grootere klassen is tot stand gekomen en toen de Kamer met vacantie was, komt de me- dedeeling den gemeentebesturen berei ken, dat art. 3 van de leerplichtwet nauwgezet gehandhaafd zal worden. Dus scholenverbouw of bijbouw en voor alle onderwijzers weder een taak in uitzicht gesteld, immers de macht gelders zal men wel niet bij de menig ten tellen. Waarlijk inzake onderwijs wil men de grootst mogelijke zuinigheid! Journalistieke zeden. „Het Volk" neemt den Amsterdam- schen correspondent van de „N. R. Ct." onderhanden omdat hij volgens het blad aan een laster-kampagne mee doet. In den Amsterdamschen raad is dezer dagen aan de orde geweest de benoeming va,n een hoogleeraar in de medische wetenschap. Een der roo- de raadsleden „bepleitte op weten schappelijke gronden de splitsing van den leerstoel". Tot splitsing kwam het in die zitting niet, doch eene benoe ming had plaats. In de „N. R. Ct." kon men daarna lezen, dat „zelfs de naam van den tweeden man voor dit leervak al genoemd wordt; hij is vande politieke kleur va,n de sterkste fractie in den raad". Over deze zinnen is .„Het Volk" boos. Het noodigt den correspondent den naam te noemen, opdat het blad den schrij ver dwinge zijn verdachtmaking terug te nemen. „Het Volk" roept op zijn beurt uit: O tijden! o zeden! Neen, immers, de sociaal-democra tie moet niets va,n openbare betrek kingen hebben in dit door waanzin nige kapitalistische menschjes gere geerde landje. Dat men in den laat- sten tijd 'telkens de „partijafdee- ling" laat uitspreken, dat de nicuw- gekozen raadsleden hier en daar, wan neer 't niet anders kan wethouders zetels mogen bezetten, is heelemaal geen jacht op wethouderszetels. Dat is sléchts „historische noodzakelijk heid". Liever niet; als 't niet anders kan, dan in vredesnaam maar wethou der. Men is in roode kringen volstrekt gelukkig zien, Edgcumbe en ik. Edgcum be beloofde je een toelage, toien toen wij enkele maanden geleden scheidden en ik weet, dat hij genegen is zijn aanbod te hernieuwen nu alles is vastgesteld. Kom, zeg nu ja, en ik zal een flesch wijn bestellen om er op te drinken". „En is dit de eenige voorwaarde, waar op Isabella bij mij terug wil komen?" „Ja, natuurlijk". „Wielk recht heb ik op een toelage van mijn oom?" vroeg Steven. „Hij heeft zijn crediteuren nog niet het derde deel be taald van wat hij hnu schuldig was". „D© heele zaak is voor de rechtbapk geweest en er is dus uitspraak' gedaan", antwoordde de kolonel „en Edgcumbe is dus vrij". „Die wet heeft hier niets mee te maken. Wat de wet ook zegt, hiji is dit geld schul dig. Het behoort hem niet toe, maar aan zijn schuldeischers". „Ik eerbiedig de beslissing der wet'', antwoordde de kolonel. „Het is waar, ik houd niet van faillissementen, zij zijn beneden iemands waardigheid. Maar de zaak is voorbij en wat je oom nu heeft is zijn eigendom. Kom nu Steven, je verlangt naar je vrouw en je vrouw ver langt naar jou. Laten we de dingen vriend schappelijk regelen". „Ik verlang inderdaad naar mijn vrouw" zei Steven, „maar als zij onder geen an dere voorwaarden wil komen dan deze, moet ik het zonder haar doeri'. niet tuk op baantjes en goedbetaal de postjes in dit door het kapitalisme geradbraakte land, waar men er een Eerste Kamer op na houdt, die niet de minste reden van bestaan heeft. En toch, als er elf roode heeren in de Eerste Kamer gekozen zijn zoowaar zijn er nog elf voor die be trekking te vinden dan schrijft „Het Volk" over den „goeden dag" voor de partij. 'n Staaltje Van journalistieke zeden! Rede van Cuno. De Duitsche rijkskanselier heeft giste ren in den Rijksdag een belangrijke en heftige rede gehouden, die natuurlijk in hoofdzaak aan de buitenlandsche politiek was gewijd. Onder den Roer-strijd,, zoo zei Cuno, lijdt thans de heele wereldeconomie. Maar het diepst en het moeilijkst lijdt het Duit sche volk. Honderden milliarden aan staats- en bankgelden zijn in dezen tijd geroofd en 11000 personen van huis en haard verdreven. Frankrijk en België echter hebben aan cokes en kolen uit het Roergebied slechts een vijfde ontvangen van wat onze Duit sche arbeid hun anders zou geleverd hebben. Ook sprak de rijkskanselier over den passieven tegenstand. Op den Fransc'hen eisch, dat voor alle onderhandeling, de Duitsche tegenstand moest ophouden, kon de Duitsche rijksregeering niet ingaan. Men zou ons wederom, om onze vol komen onderwerping te bezegelen, een document ter teekening voorleggen, dat ons onmogelijke en door de geheele we reld onzinnig genoemde prestaties oplegt, en het Roergebied zou eerst vrij worden, als de laatste penning van die niet te betalen som gestort is. Duitschland moet in elkaar storten, maar toch betalen en zoo het door zijn ineen storting niet kan betalen, dan moet net van nieuwe tekortkomingen worden be schuldigd en aan nieuwe vervolgingen worden blootgesteld, tot het werk der ver nietiging voltooid is, zoo denkt Frank rijk er over. Wil je daarmee zeggen, dat je net geld niet wilt aannemen?" „In geen geval". Die kolonel werd purperrood. „Je weigert tienduizend gulden per jaar?" bracht hij uit. „Je trouwt mijn dochter, je haalt haar weg uit mijn huis en dan verstoot je haar". „Dat doe ik niet", antwoordde Steven; „ik zal haar maar al te graag welkom heeten, als zij komt, zooals oen vrouw past". Enkele oogenblikken daarna riep Steven ons weer terug en ik zag aan zijn bleek, strak gelaat, dat hij moeilijke oogenblik ken had gehad. Hij zei dien avond echter niets en spoedig daarop namen zijn oom en Ilford afscheid. „Hoor eens hier, Steven", zei Ilford, voor zij heengingen, „maak het leven niet ellendiger dan het is. Tracht zooveel 'te genieten als je kunt. Laat die dwaze ideeën varen, aanvaard de dingen zoo als ze zijn en heb geen hooge verwach tingen". „Denk u", zei Steven, en toen stak hij zijn oom de haijd toe. „Ik zal je geen raad geven", zei Lu- kias, „je weet, hoe ik er over denk en wat ik met plezier voor je wil doen", en ik zag een uitdrukking van werkelijke genegenheid in de oogen van den cy nicus. Na dit bezoek meende ik eenige beter schap in mijn vriend te ontdekken. Hij Zioodra hij' over de verhouding tot Frank rijk begon te spreken, kreeg Cuno's stem een 'opvallende scherpte en hij' kon het zelfs niet nalaten Poincaré te kenschet sen als degene, die Europa in 'het verderf stortte. 'Ten stelligste weigerde Cuno met Frank rijk nogmaals over Poincaré's voorwaar den te onderhandelen. Resultaten van droog Amerika. Gelet op' de volgende cijfers en bij zonderheden, als gevolg van het drank verbod in de Vereenigde Staten, moet het drankmisbruik er wel bijzonder groot geweest zijn. Sedert de invoering van het drankverbod wordt geconstateerd, dat 40 percent meer naar de spaarbanken wordt gebracht, hetgeen natuurlijk ten gevolge heeft, dat de gemiddelde loon trekker nu belangrijk meer besteden kan aan de opvoeding zijner kinderen, aan meer comfort in huis, betere kleeren kan aanschaffen en meer over heeft voor sport en vermakelijkheden. Van groot algemeen belang is verder het feit, dat dit verbod verhoogde productie in de fabrieken ten gevolge heeft en dat de Maandaghouders, die er ook nog een stukje van Dinsdag geregeld bijnamen, nu volle zes dagen werken. Er hebben zoovele andere factoren bijge dragen om de economische toestanden^ na den oorlog, in de Vereenigde Staten te herstellen, dat het bijna onmogelijk is om een juiste begrooting te maken vani den omvang van het voordeel van deze drankwet. Het dr ankgebrüik zou, bij vroeger vergeleken, gedaald zijn tot 20 pCt en het aantal processen-verbaal voor openbare dronkenschap slechts 50 pCt be dragen. Al lijken deze cijfers niet met elkaar te kloppen, het is in elk geval een; mooi resultaat. Hieuw Belgisch herstelplan? De Brusselsche correspondent van het Exchange-agentschap seint in verband met de pogingen dér Belgische regeering om met .Frankrijk tot overeenstemming te komen omtrent een minimum program het volgende: „Het denkbeeld wordt op geworpen, dat België en Frankrijk zich tevreden zouden kunnen stellen met be taling van de materiëele schade, welke voor België ongeveer 5000 millioen francs zou bedragen, terwijl Engeland zou afzien van de intergeallieerde schulden en ge noegen zou nemen met betaling der Engel- sche schuld aan Amerika door Duitsch land. België zal zich met Londen in ver binding stellen om de Britsche regeering te polsen." De correspondent voegt hier aan toe: „Het schijnt, dat de Belgische regeer'ing, indien zij na de besprekingen met Londen en Parijs het oogenblik gunstig mocht achten, het initiatief zal nemen tot bijeenroeping eener intergealli eerde conferentie, om tot een definitieve schikking te komen." Harding's stoffelijk overschot te Washington. Het stoffelijk overschot van president Harding is Dinsdagavond te Washington aangekomen. De kist werd naar de presidentskamer in het station gebracht. In tegenwoordigheid van de leden der regeering werd de kist vervolgens naar buiten gedragen en op een caisson ge plaatst, dat door zes paarden werd ge trokken. Daarop vertrok de stoet, geëscorteerd door troepen, langs dichte rijen menschen scheen althans wat gelukkiger te zijn. 'Het leek, alsof hij minder somber en zwaartillend was en wat meer opgewekt zooals hij' vroeger placht te zijn. In den tijd, dat ik te Battersea had gewoond, had ik kennis gemaakt met ver schillende gegoede families, die in een naburig stadsgedeelte woonden en ik ont ving meermalen een uitnoodiging om hen te komen bezoeken. Met sommigen van hen had ik over Steven gesproken en had hen zooveel belangstelling voor mjjn kamergenoot ingeboezemd, dat zij hem een enkele maal tegelijk met mij uitnoo- digden. Tot nu toe had Steven voor elke invitatie bedankt, maar op zekeren dag ongeveer veertien dagen na het be'- zoek van zijn oom liet ik hem een brief zien, waarin wijsamen werden uit- genoodigd voor een diner bij een mijner kennissen, en hij zei, tot mijn verbazing, dat hij graag zou meegaan. Wij gingen dus op den bepaalden avond op weg naar het .huis van me,-, vrouw Augusta Price. Het huis van deze dame was zeer populair en dat om ver schillende redenen. Ten eerste was me vrouw Price zelf zeer populair. Mijnheer Price was bij zijn leven een handelaar in boter en eieren geweest en had haar een belangrijk kapitaal nagelaten. Me vrouw Price, die ongeveer vijfendertig jaar oud was, beroemde zich er op, dat zij zeer ruime opvattingen had. „Ik ben origi neel, of ik ben niets", zei zij dikwijls en VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f 3.— Losse nummersf 0.05 Prijs der Advertentiën: 14 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct. Bij abonnement belangrijke korting. niet heerlijke gelei Een sieraad di r Tafel die zwijgend en bloothoofds langs den weg stonden geschaard, naar het witte huis. Rijtuigen, waarin Coolidge, Taft, Hughes en anderen waren gezeten, volgden het caisson. Kort voor middernacht kwam de stoet aan het witte huis aan. De kist werd in de oostelijk gelegen kamer ge dragen, welke vol bloemen was, door vorsten en regeeringen va nde geheele wereld gezonden. President Coolidge. De correspondent van de „Daily Mail" te New York weet te vertellen, dat presi dent Coolidge de het minst met „aardsch slijk" gezegende president is, die nog ooit aan het bewind is gekomen. Toen Coolidge nog gouverneur was, bleef hij, indien het werk hem belette des avonds naar zijn eenvoudige woning te Northampton terug te komen, altijd te Boston de zetel plaats der staatsregeering overnachten in een, naar Amerikaansche begrippen uiterst bescheiden hotelkamer. Coolidge had te Northampton een huis, dat hem 72 gulden maandhuur kostte. De jaar- lijksche uitgaven van het gezin be staande uit het echtpaar Coolidge en twee jongens, thans 14 en 16 jaar oud hadden vóór de gouverneur van Massa chusetts tot vice-president werd gekozen, nooit meer bedragen dan 8200 gulden 's-jaars. Thans breken er, financieel ge sproken, goede dagen aan voor Coolidge. Was zijn salaris als vice-president 12000 dollar, als president krijgt hij 75000 dollar. Vreeselijke toestanden. .De Russische pers maakt melding van verschrikkelijke gevallen van machtsmis bruik en misdadigheid van sowjet-auto- riteiten, belast met de leiding van den strijd tegenhet bandietenwezen en tegen de contra-revolutie. Plaats der handeling is de groote ge meente Slawjanka. De voornaamste hel de nzijn: Nikitenko, voorzitter van het dagelijksch bestuur der gemeente, Ma- karinko, voorzitter van het revolutionaire driemanschap, Denissenko, president van het arrondissement en chef der militie, en andere beambten, alsmede 20 milli- ciens. Reeds in Mei 1922 trok de werk zaamheid van deze personen de aandacht van de rijksregeering. Op last van de poli tieke afdeeling van Pawlograad werd een milicien Siwietski gevangen genomen. Hij verklapte toen o.a. dat hij omkoopgelden geïnd had in opdracht van den chef der militie Denissenko. Daarop verdween Si wietski spoorloos uit de gevangenis. Voor de rechtbank werd thans vastgesteld, dat Denissenko hem uit den weg had laten ruimen. Een aantal zijner miliciens drong in de gevangenis en worgde den „ver rader". Het lijk werd ontkleed ein, naar de steppe gebracht, waar het met sabel houwen onherkenbaar werd gemaakt. Een „huiszoeking" in de woning van den ver moorde leverde 20 poed meel en andere zaken op, die onder de moordenaars ver deeld werden. „Een gruwelijk beeld van afschuwelijke misdadigheid ontrolde zich voor de rechtbank". De leiders waren Makarinko en Denissenko. De gevangen zoo trachtte zij haar reputatie op te hou den door het geven van avondpartijtjes, waarvoor zij menschen uit allerlei maat schappelijke kringen uitnoodigde. En zoo groot was de macht van het goud, ver sterkt door de aantrekkingskracht der jeugd en der schoonheid en door een zekere mate van vernuft en verstand, dat zij er in slaagde haar huis te doen zijn tot wat zij wenschte. Zooals ik reeds verwacht had, trof fen wij ook dien avond, in de ontvang- salon van mevrouw Price, allerlei men schen van verschillende levensopvatting aan. Steven maakte dadelijk een goeden in druk op onze gastvrouw. ,,'U bent op een zeer onofficiëele ma nier gevraagd, mijnheer Edgcumbe", zei zij, „maar ik ben nu eenmaal geen con- ventioneele vrouw, dat wil zeggen, ik ben geen vrouw, die zich veel aan de vor men wenscht te storen. U zult hier aller lei menschen aantreffen, maar de meesten van .hen beteekenen iets. Ik geef niets om geld, of om een maatschappelijke positie, maar ik moet omringd zijn door menschen, die geest en verstand bezitten. Daarom zult u op mijn avonden allerlei interessante onderwerpen hooren bespre ken, over kunst, wetenschap, godsdienst, litteratuur en zoo meer." o (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1923 | | pagina 1