Leestafel. Weteisciiap es Kunst. Telegrammen Laatste Berichten. ion!) Moopgn, iaettip, enz, mes en beenen. De verwondingen Waren niet van gevaarlijken aard. Op de thuisireis van het Zwarte water naar ifrk viel oen schipper over boord. Zijn knecht en zijn vrouw poogden hem te redden hetwelk ook gelukte, doch de 62-jarige knecht kwam hierbij om. Ben 5-jarig zoontje van een visscher is in de haven van Urk verdronken. Een man te Milaan, die terecht stond wegens diefstal, greepi, juist toen zijn advocaat zijn pleidooi had 'beëin digd, den inktpot van den griffier en slikte een gedeelte van het glas in. Hij werd stervend naar het hospitaal ge bracht. E' e n kalf met twee monden. Be veearts W,. S. Stüven te Amsterdam heeft ten verzoeke van den heer H. v. Z. aldaar een kalfje onderzocht van tien maanden vrouwelijk, roodbont, kol, met schoft- en kruisvlck Dit beestje is een misgeboorte van zeer bij zonder en aard vertelt de „Tel." Beneden het rechteroor, even .achter de kaak rechts, bevindt zich een Blond achtige opening met een aantal gewone tanden en een „tongachtig" voorwerp, oen en ander, alsof het dier daar een tweeden mond heeft. Do opening leidt naar de keelholte. Onder de kin van het kalfje bevindt zich een staartachtig uit was. De misvorming schijnt het dier niet to deren. Het kalf eet en drinkt gewoon en is zelfs zeer dartel. Vliegtocht naar Indië. Naai de „Tel." verneemt, zijn er ernstige plan nen in voorbereiding voor een vliegtocht van«eon NedeTlandsch aviateur naar Indië. Door het te voorschijn brengen van eenige gouden sieraden, welke den dag na de inbraak aan den Houtweg in Dien Haag door een juffrouw, toen zij aan het Alexanderveld kwam informeeren naar oen terzake van die inbraak aangehouden per soon, uit angst in een W'.C. van dat politieburoel waren geworpen, is de com missaris van politie te Schaveningen, de heer Kramer, er in geslaagd, klaarheid te brengen in een, in het begin van dit jaar gepleegde belangrijke inbraak. Het is namelijk aan de politie ge-bleken, dat de gouden voorwerpen, waarvan de juffrouw, zekere S., wonende aan de Laakkade, in Den Haag, zich op zoo zonderlinge wijze had ontdaan, afkomstig zijn van een inbraak aan de Valkenbosch- k'ade, waarbij behalve de gouden en zil veren voorwerpen, ook .geldswaardig pa pier tor waarden van eenige duizenden guldens, als buit in de handen vian inbre kers was gevallen. De als verdacht deze inbraak te hebben gepleegd, -do-or de po litic gehoorde P. Z,., gewezen controleur van -een veiligheidsdienst, die met den brikenden Piet later op heeterdaad betrapt werd, toen hij op een Zondagmiddag aan den Houtweg aan het inbreken wias, ont kende to-t dusveTre iets uitstaande te hebben gehad met -de inbraak aan 'de Val- fcenboschkado. Thans echter, nu de uit de W. C. gehaalde go-uden .voorwerpen als bewijsstukken konden dienst doen, - heeft hij bekend, bedoelde inbraak te hebben gepleegd en heeft Hij ook aan do politic medegedeeld, waar het bij die ge legenheid gestolen gel-d was to vinden. Hot adres, dat hij daartoe de politie aan de hand deed, was bij1 juffrouw S. aan de Laakfcade. Als er van verdacht zich aan heling te hebben sc-huldig gemaakt, is juffro-uw S. nu aangehouden en naaT het huis van bewaring overgebracht. Verbrand. In een der Lo-nden- sche ziekenhuizen is een aan het zieken huis verbonden apothekeres, miss Storer, levend verbrand. Miss Sto-rer had zich naar de apotheek begeven, om aldaar enkele werkzaamheden te verrichten, toen kort daarna dokters en verpleegsters een ontploffing hoorden en kreten van „brand". Patiënten die op het venster der apotheek konden uitzien snelden naar het hoofdgebouw, otm te waarschuwen, dat zij de apothekeres, in vlammen ge huld, door de kamer zagen loo-pen. Een der doktoren snelde naar beneden, maar kon de deur der apotheek, die anders nooit gesloten was, niet o-pen krijgen. Onderwijl hoorde hij het gekerm der on gelukkige. Hij ijlde naar het venster en opende het, docli toen hij binnentrad, vond bij nog slechts de verkoolde over blijfselen van miss Storer. Zelfs haar schoenen waren verbrand. Volgens den dokter heeft de apothekeres een spuitje willen reinigen, terwijl tegelijkertijd een waterkeletje -op het gas stond. Hij ver moedt, dat de ether, welke zij- gebruikte, in brand gevlogen is. Miss Storer zou binnenkort in het huwelijk treden. Be 1 ijden en B-e 1 even. In „De Vrijheid" schrijft Dl. Hans over de Ko ningin en raadpleegt zijn. herinneringen. Ziehier er een van: „Het was in 1904. Het Marine-instituut in Den Helder vierde zijn gouden feest. He Koningin ging er heen. Ik moest voor m'n krant verslag geven. En nooit heb ik het mloment vergeten, toen zij opi het exercitieveld de adelborsten toe sprak. Het was voor mijl een oagenblik van pbëtische bekoring; de drie-en-twintig jarige vorstin, jonge vrouw in den vollen bloei van haar jeugd, de hand geklemd Óm den stok van het adelborstenvaandel, en allen toesprekend met een stem, sterk en welluidend, die als een melodieuze klank over het groote veld ging. Zóó sterk leeft in mij de heugenis aan dat moment, dat, nü ik deze simpele her innering schrijf, ik éven, éven in m'n klapper, sn'n verslag trouw bewaard! moet naslaan, om nog eens dat alles te beleven. Daar vind ik ook haar toe spraak, met dien slotzin: „Onze groote vlootvoogden namen Gods Woord tot richtsnoer van hun leven en beschouw den vroomheid als de eerste deugd. Toe komstige zeeofficieren, volgt dat voor beeld na!" Van dat éérste, sterkbeleefde moment af heeft de Koningin steeds op imij denzelfden indruk gemaakt, èn als vorstin èn als vrouw." Dit is nu 20 jaar geleden. Koningin Wil- helmina heeft sedert geleefd overeenkom stig haar leer en haar vermaning aan de toekomstige zeeofficieren. Deze zijn nu 20 jaar ouder. Is bij hun korps sedert wel steeds vroomheid als de eerste -deugd beoefend? Of hebben zij het woord -der Vorstin als een woordspeling opgevat? Wie geeft antwoord? Dichterlijke politie. De Apel- doornsche politie heeft aan alle hoofden van onderwijsinrichtingen en aan eigenaars of be heerders van lokaliteiten, waarin vaak en veel publiek samenkomt, alsmede aan fa brikanten toegezonden een slap cartonnen bil jet, in twee kleuren bedrukt, met de op rijm gebrachte 10 geboden voor het verkeer in het belang der veiligheid. Deze luiden: Voor alles rijdt rechts van weg en pad, En links langs den man, dien voor U gij hadt, In bochten, rijdt rechts en ziet voor U uit, Laat tijdig steeds klinken bel, hoorn of fluit. In 't midden des volks bij kruising of hoek Geeft richting van weg, rijdt kalm en rijdt kloek. Houdt achter elkander, passeerend op 'tpad, En kruist gij: die rechts -komt, den voorrang steeds had. In weif'ling zegt snel: ik stop en sta stil, Denkt: „Veiligheid slechts, dat is wat ik wil". Hoe Ford zijn moeders ge dachtenis eert. Die befaamde auto mobielkoning, Henry Ford, heeft- ter ge dachtenis aan zijn moeder het huis, dat deze zoo liefhad, geheel in zijn vroegere gedaante do-en herstellen. Dit bracht nog al eenige moeite mee, maar Ford wist, dank zijn volhardend pogen, toch te slag-en. Zoo moest hij, om de oude situatie- te herstellen, zich bijvoorbeeld een kachel aanschaffen van hetzelfde model als er indertijd een bij hem in het ouderlijk huis stond. Na nasporing-en, -die 18 maan den lang duurden, ontdekte hij tenslotte een duplicaat van het o-orspronkelijko verwarmingstoestel ten huize van een dokter. Voor 25 dollar werd Ford kooper, Hiji gemonteerde eigenhandig het zware ding -en plaatste het in zijn auto>. Ook een karpet, precies gelijk aan dat, het welk in de spreekkamer van het ouder lijs huis had gelegen, wenschte hij. En na maandenlang zo-eken wist een Vróuw in Rochester, bij- New-York, er een voor h-ern machtig te worden. Thans heeft hij een zuiver duplicaat I van zijn ouderlijk huis, met al het" kleine j gerief, dat er in aanwezig was: kandela ren, koperen vaatwerk, grootvaders stee- nen pijp, enz. De kamer, waarin Fo-rd geboren wei-d, is ook w-e-er precies zoo ingericht als vroeger. Die kachel, de tafel, de wieg de klok op -den schoorsteenmantel alles is weer juist eender zoo-als zijn moeder het indertijd heeft nagelaten. Hetzelfde bed staat -er als eertijds, met dezelfde sprei >en een paar ouderwetsche gebor duurde pantoffels er onder. In een gang hangt nog de met rood draad 'geborduur de zwart ingelijste „wandspreuk": .„There in no place like home". (Iets als ons: Oost West, thuis best). Het o-ude keuken gerei, de pomp bij -den gootsteen zijn in den ouden staat bewaard. Ford .werd in een kleine boerenhoeve bij- Dearborn (Michigan) geboren en het is dit huis, -dat hij in zijn vroegeren toe stand heeft -doen herstellen, waar iederen morgen de kamers worden gestoft en, ioo-k in den zomer, vuur In den haard wordt aangelegd en alles in gang wordt gehouden, zooals zijn moeder het pleegde te doen. Een o-ud beestje. Die „Chicago Tribune" weet te berichten, dat onlangs op de To-nga^eilanden do-or kapitein Pal- lo-ch, den gouverneur van Amerika-ansch Samoa, e-en schildpad werd aangetroffen, -welke den respectabelen leeftijd had be reikt van meer dan honderd vijftig jaar. Diit kon worden vastgesteld, doordat hij op zijn r'ug ingekraste- initialen droeg van niemand minder -dan den beroemden ontdekkingsreiziger James Co-ok, met er aan toegevoegd het jaartal 1773. Dit is dus precies 150 jaar geledon. En niemand zal ooit kunnen uitmaken, hoe oud het dief toen reeds was. Geen wonder, dat bet be-richt er aan toevoegt, dat het dier toeken-en van hoogen ouderdom vertoon de. Het was volslagen blind en „kraakte als -een ossenwagen" wanneer het zich voortbewoog. Met -dat al lean het dier er zich op beroemen, liet eenige thans levende schepsel te zijn, -dat James Coo-k in hoogst eigen persoon heeft ontmoet. D-oor de koude- bezweken. Het patrouilleschip „Farm" van de Noor- sch-e Marine, -dat in verband met de thans opgegeven poolvlucht van Amundsen, naar Spitsbergen was gegaan, heeft lijken ge vonden van twee man van het bedienings personeel van het- geo-physisch labora torium van Kwade Hoek, die ongeveer anderhalf jaar geleden verdwenen na een bezoek per roeiboot aan ©en zieke in de Gr-oss Baai. Hun lijken werden in Kob- berbugt, honderd mijlen verder, gevonden. Uit een dagboek blijkt, -dat zij weken lang bp een ijsschots ronddreven en tenslotte op Kobbergut belandden. Hier hierden zij zich eenige maanden in het leven maar bezweken ten laatste van de koude. Inbraak in een postkantoor Maandagmiddag heeft men o-p klaarlich ten dag inbraak ge-pleegd in het post kantoor in d-e drukke Osbornstreet te Lon den. De man kwam het postkantoor bin nen, terwijl een tweede buiten de wacht hield. Ofschoon het kantoor druk be zocht was, trok de binnengekomen© met een van een haak voorzienen stok voor een waarden van 360 pond sterling aan verzekerings-zege 1 s door het ijzeren tra liewerk heen en maakte zich uit de voe ten. De directrice van het postkantoor, die het geval had gezien, rende den dief achterna en g-reep den man. Zij worstel de eenigen tijd met hem, doch moest toen loslaten. Een politieman wist ten slotte oen der Ontsnappende mannen te grijpen. Aan een vertegenwoordiger der „Diaily Chron." vertelde de directrice, die e-en kleine en tengere vro-uw is, dat zij in het geheel geen hulp van het publiek had gekregen, -dat zich rond de worste laars had verzameld. Nelly van Dijk-Iias, Levensvreugd. Amsterdam. Uitgeversmij. „Hol land". Dit verhaal boeit door keurigheid van teekening en kiestohheid van prediking. De hoofdpersoon is Ellv van Dalen, een lief kind, dat uit een gezin, waar liefde en godsvrucht wonen, tijdelijk wordt over geplaatst in een kring, waar zij eensdeels genegenheid, anderdeels koele conventie vindt; en in haar pogen om lief te heb ben en de eere G-ods te zoeken, gelijk haar geleerd is, van beide zijden wordt tegengestaan. Zij weet echter door liefde en volharding de harten te winnen, doch haar zwakke gestel raakt bij dit alles onder den voet; ,en dit is de laatste; krachtige stoot, waardoor ten slotte zelfs de halsstarrigste harer tegenstanders, haar nicht Alette 't opgeeft, en zij ten slotte aller harten wint. De tendenz van 't verhaal is duidelijk: het komt op 't leven aan, en lieven i s leven. Dit is de gouden draad die door dit heele verhaal loopt en de figuur van dit zwakke en toch zoo sterke kind zoo sympathiek maakt. Het verhaal is zoo gansch natuurlijk, dat men er de onna tuurlijke woordkeus, taalkneding en stijl bederving der schrijfster door over 't lioofd ziet. Men heeft er zelfs lieelen maal geen last van. .Hier en daar kan men zelfs de vondsten der schrijfster be wonderen. Waar zij werkwoorden als „ve len", „kokkeneien", „groepen" en derge lijke in eere brengt, kunnen wij haar slechts dankbaar zijn; doch waar zij ge waagt van een deur, die open „wijdt", een mensch die het loodje „lijdt", „be zeerd" wordt met een brief; die „ver- roodt", zich „recht", die „berustigd" wordt, daar mogen wij wel den grooten durf om haar moedertaal zoo te verkne den een ander woord ware beter! bewonderen, maar toch de daad zelve niet goedkeuren. Ook zinnen als deze: „Er wilde geen opmerking, anders steeds voorradig, over haar lip pen"; „Pardon, excuseerde hij zich, even vermaakt"; „En ze zei op eens, haar stem beheerscht"; en afkortingen als „zoo" voor zooals; „na" voor nadat; droomverloren; zoodra binnen; enz. doen de vraag rijzen: gaat dit niet wat ver? Toch zijn wij de schrijfster recht dank baar voor dit boek. Het predikt zonder preeken; het herinnert met aangrijpen den ernst aan bet Johannes-Evangelie, laat ons liefhebben, niet met het woord alleen maar met de daad en waarheid; het laat een spoor na in de consciëntie, en het prikkelt tot wat de Heiland noemt: ga heen en doe desgelijks. Over foeja. Men schrijft aan de „N. Ri. Ort": Over dit onderwerp is vaak geschre ven. Maar menigeen, die z'n leven onder de Indische tr'open heeft doorgebracht, zal heelemaal niet weten, wat fo-eja eigen lijk beteekent. To-ch is het een van de interessantste dingen in -de Indonesische beschavingsge schiedenis; iets. -dat heel oud, zelfs antiek is -en toch weer modern, iets, waarmee in -den tijd van het lompenpapier veel geld verdiend had kunnen worden. In plaats van het -onbegrijpelijke woord „fo-uja" zou men boven dit opstel heel deftig kunnen schrijven „praetextilia". Het foeja trad n.l. op in een tijd, toen er ten minste -onder de tropen geen textielwerk was, 'geen weverij' en geen weeftoestel, geen katoen en geen linnen en natuurlijk ook geen zijde. Hoe het toen in E-uropa gesteld was, weten we niet, omdat er geen doopceelen over -die antieke dingen bestaan. Waar schijnlijk bekleed-de men zich in dit we relddeel met dierenhuiden, wanneer het koud was -en beperkte zich bij1 warm we der tot een minimum van kleeding, wel licht ©en schaambedekking uit berken schors, welk' materiaal in bet Noorden nog overal voorkomt en zelfs artistiek aangewend wordt. Onder d-e heete tropen was het klee- dingvraagstuk minder „brülant"; kleede ren gebruikte men er -om de hitte te 'kee- ren, te schutten tegen zonneschijn en regen. Praktische eigenschappen, verder niets. Eerst bij meer beschaving en ont wikkeling -der samenleving kwam het ver langen het -gro-oter bezit do-or fraaiere kleeding te manifesteeren; door te pron ken, precies zooals men in Zeeland den bruidschat van e-en meisje kan taxeeren naar de zilveren geldstukken, die ze als halsketting draagt. Het begin van het Indonesische klee- dingvraagstuk is al heel eenvoudig, iets echt uit het land der palmen, heusch nuch ter. M-en schutte zich bij- zon- of regen overvloed -door een breed palmblad boven het hoofd te houden en daaruit ontwik kelde zich het -gebruik -om van gedroog de palmbladeren breedgerande hoofddek sels te maken. Men reeg gedroogde bladeren te zamen tot matten, die als regenmantels dienst deden, tot pronkmatten als slaapplaats; met- strook'en palmblad werd het hoofd haar afgebonden en saamgeregen reepen dienden als schaambedekking. Dat klinkt alles heel naïef, maar wie die pronkmatten uit Halmahera en Nieuw- Guinea kent, zal allerminst aan primitieve dingen -denken. Ze zijn alleen in etnogra fische musea te zien, inrichtingen, die een gemiddeld mensch helaas niet bezoekt. Dééd hij het, hij zo-u ervaren, hoe er op dit bladwerk is gewrocht. Ho-e het ge borduurd, beschilderd, besneden, gevloch ten -en gebatikt is. De man zo-u zich ver bazen dooi' te .zien, wat op dit primitieve materiaal onder primitieve verhoudingen al bereikt is en meer dan doo-r boek of lezing zou hij1 leeTen, dat schoonheids zin -den mensch is ingeboren. Een hoog staande sierkunst als b.v. de o-u-de pronk matten van Halmahera vertoonen, wa.s strikt genomen, vo-lmaakt overbodig, mat ten zonder die werkelijk hoogstaande ver siering hadden even goied hun doel ver vuld. Uit bladwerk zijn ingenieuse dingen ge maakt, men denke slechts aan de vele hoofddeksels, die hun hoogtepunt vinden in de Rotineesche te-langga's, waar ieder een hoofdbedekking in eigen stijl vlecht, simpel ,of rijk. Maai' Meeding, daarvoor was het niet te gebruiken. Dius kwam men erto-e in tijden, die niet te dateeren zijn, -door isc-horsbereiding kleeding te vervaar digen. Het idee zelf is niet heelemaal Indone sisch. Men ziet het aan de Laplanders en Finnen, die uit berkenschors allerlei kleeding- en gebruiksvoorwerpen vervaar digen. Maar -d-e verdienste van de Indo- siëTs of li-ever van "de Maleisch-Poly- nesiërs is geweest, dat ze het -o-p schitterende wijze hebben verstaan, dit boo-mschoi'smateriaal te verwerken. Ook -onze E-uropee-sche boomen kunnen "door een ingewikkeld pro-ces in papier, in een verfijnd foeja veranderd worden. .Maar hoeveel wetenschap en techniek is e-rno-o- -dig geweest om te vinden, wat die na tuurvolken op empirische wijze gevonden hebben. Eenvoudige schor'sbereiding vindt men in enkele districten van Borneo. Men kapt bepaalde boomstammen -en verwarmt -d-ezo boven een vuurtje, de schors wordt beklopt men -denke aan onze eiken hout-schillen -en. wanneer -de bast los gelaten heeft, die van te voren is door gesneden, worden twee helften tezamen g-el-ögd en zo-olang beklopt, tot er een ©enigszins samenhangend geheel is ver kregen. Daarna wordt het klopsel, in een aftreksel van vruchten of bladen ge-doopt, afgedroogd. B-at -dient om de bruine ma- teriaalkleur eeriigszins te bleeken, het v-erwerkte schorsmateriaal wordt helder bruin; is -een homogene laag geworden. Met houten kloppers wordt de schors bewerkt. Op Nias, 'dat „kultureel" 'lager staat dan Borneo, gebruikt men Moppers van steen, -die hun do-el het samenvoegen der scborsmassa beter vervullen. Die Papoea's, -die evenmin in ontwik keling te vergelijken zijn met de zeer intelligente Diajak's o-p Borneo, schillen den boombast en leggen dezen drie dagen in h-et water te ï-oten. Dit nu is ©en belangrijk' fermenteer- pro-ces, -dit gisten van de houtvezels, en het blijkt al dadelijk uit de producten, dat -de Papoea's, zo-o onbeschaafd als ze he-cten, in dit opzicht meer bereikt heb ben, -dan -d-e wérkelijk ho-oger staande Dajalc's. Zij- maken heusch foeja, d.i. een "so-ört papier, iets heel anders dan de ve zelige massa, die de Diajak's gebruiken. Ze hebben het verstaan de schors op te lossen en tot een papierachtige 'laag te bewerken. In Midden-Celebes is deze schorsbewer king meer geraffineerd ontwikkeld. Diat gaat laltijd zoo in Indië, men vindt de 'Ontwikkelingstfappen en ergens -de hoog ste, men kan echter niet verklaren, waar om juist daar het hoogtepunt moet ge vonden worden. 'Onder de lang verachte Toradja's wordt de schorsbereiding zelfs een soort indus trie. Bij d-e woningen zijn soms extra klophutten gebouwd, wajw de vrouwen de boomschors bewerken. Wiant het is hee lemaal vrouwenwerk, zelfs het omhouwen en het schillen Van de bo-omen afgezien van groote exemplaren geschiedt door vro-uwehan-den. Onze Eüfo-peesche kuituur heeft het ka toentje in de binnenlanden van Celebes gebracht -en heeft d-e antieke foeja-kul- tuuT igiedood. Sotbeby te Londen heeft 19 kost bare boeken uit -de nalatenschap van wij len -den Earl of Garysfort geveild. Die opbrengst bedroeg 35.550. Voor een Gutenberg^bijbel, omstreeks 1455 te Mainz gedrukt, heeft de bekende Am-erikaansche bo-ekenko-o-per Ph. Rosen- bach 9500 betaial-d; voor een bijbel, in 1462 gedrukt -door Fust en Schoiffer, Gutenberg's opvolgers, gaf hij 4800. Verder is er -een Shakespeare First Folio .geveild, die in Engeland blijft. Ro- senbach ging tot 6000, doch Edmond Dring ging nog 100 hooger. Voor een Third Eolio- (1664) werd 950 betaald. Ope^ars Verknopingen ea Ver- pasMiagei Juli. 5 Kwadendamme, eenige inspan, Neer voort. 6 Wemeldinge, bessen en pruimen, Kram. 6 Ierseke, huis, schaapskooi, zijkanten, schapen, enz., v. Dissel. 6 en 20 Tiel, hofstede en boomgaard. For mijne. 7 Oost-Souburg, huis, Paap. 9 Ellewoutsdijk, verpachten bouw. en weiland, Beth. 10 Kloetinge, oppervruchten, hooigras, hooiland, van Dissel. 11 Hoedekenskerke, vrachtrijder sin span, de Wilde en Heijboer. 11 Driewegen, hofsteetje, bouwland, Beth 11 Hoedekenskerke, huis en tuin, bouw land, v. Dissel. 11 Grijpskerke, inboedel, veldvruchten, Blaiupo-t ten Cate. 12 Iersekendam, inspan, Schram. 13 Heinkenszand, bouw- en weiland, Pilaar. 13 Kortgene, veldvruchten, Hioolen. 14 N. en St. Joosland, bouwland, Blau- pot ten Cate. 18 Kortgene. boereninspan, Hioolen. 18 Kattendijke, buis, inboedel, v. Dissel 19 Middelburg, winkelhuizen, huis, Hi-ooien. 20 N. en St. Joosland, veldvruchten, Loeff en Hioolen. 20 N. en St. Joosland, veldvruchten, Loeff en Hioolen. 21. Biggekerke, bouw- en weiland, Hioolen 25 Westkapelle, bouwland, Loeff. 26 Wissekerke, veldvruchten, Markusse. 27 Wissekerke, ged. Inspan, Markusse. 27 Ritthem, inspan en veldvruchten, De Neeling. 29 Serooskerke, weiland, Struve. Hoedekenskerke, hofstede, bouwland, dijk, veerhuis, Neervoort. 's Heerenhoek, huis, inboedel, v. Cleef. Nieuwdorp, huis met bouwland en inboedel, v. Cleef. Aug. 1 Colijnsplaat, landbouwersinspan, Hi oolen. 29 N. en St. Joosland, inspan, Loeff en Hioolen. Hoedekenskerke, hofstede, enz., Neer voort. LONDiEN. V.B. Uit Winnipeg wordt gemeld, dat een cyclo-on, vergezeld van hevige regen- en hagelbuien, de streek van Zuid-Alberta heeft geteisterd. Zeer veel schade aan de oogst is aangericht. Die -graanoogst is op' 100 mijl lengte -en tien iruij'l breedte totaal vernield. SCHELBY. V.D. D'e bokswedstrijd o'm- het wereldkampioenschap1 in zwaar ge wicht tusschen Dembsy en Gibbon werd voor ongeveer 50.000 toeschouwers ge houden. Na de 15e ronde werd aan Demib- sy d-e overwinning door punten toegezegd. TOKIO. V.D. H-et Japansche Departe ment van Marine heeft een attaché op gedragen, -de rege-eringen van de Ver- -e-enig-de Staten e-n Engeland te polsen in verband met het sluiten van een drie voudig Verbond, (zie telegrammen van gisteren). Middelburg, 5 Juli 1923. Boter f0.96fl.06, eieren f5f6. Op de graanmarkt was de aanvoer zeer gering. Tarwe f 15f 15.50. MIDDELBURG. Heden kwam alhier voor het eerst in dit seizoen een extra tram, aansluiting gevende aan de extra- ;tram' van de Belgische kustplaatsen, met een 200-tal vreemdelingen. Tevens kwam p©r extra-tram' uit Vlissingen een 250- tal vreemdelingen, die de reis naar Breskens met autobussen, hadden ge. maakt. Buiten vervolging en in vrijheid ge steld J. A. W., 33 jaar, rijwielhandelaar te Zaamslag, gedetineerd geweest ter zake van verduistering. Wisselkoersen. Amsterdam, 6 Juli 1923. Berlijn 1314 Weenen 3636.25 Londen 11.60II.6O1/2 Parijs 14.921/2I5.O21/2 Brussel 12.60—12.67i/2 New-York 2.552.55i4 Kloelinge. Door notaris van Dissel wer den Woensdag alhier geveild: lo. een woonhuis aan den Moolweg. Kooper J. Blomaard voor f2320; 2o. een woonhuis aldaar. Kooper G. de Dreu Pz. voor f2080; 3o. een woonhuis aan den Ter- watenschen weg. Kooper H. Poortvliet voor f2140. Allen alhier. Poortvliet. Dinsdag werd ten overstaan van -den notaris D. v. -d. Velde ten ver zoeke van de -erfgenamen van wijlen C. van As alhier, publiek verkocht een in steen gebouwd woonhuis met schuur1 en varkenshok, wagenhuis en erf, groot 4 Aren, 70 c-.A. voor f 4000, aan M. W. Kestelo-o, alhier. 79 A. 20 c'.A. (2 gem. 5 roeden) best bouwland, nabij de kom der gemeente, voor 'f 1610 per gemet aan J. Murre, 'alhier. Ritthem. Woensdag werd in de con sistoriekamer der Ned. Herv. Kerk ten overstaan van den notaris J. Paap te Vlissinjg-en de volgende perceelen bouw en weilanden, toebehoorende aan de Dia conie en de Ned. Herv. Kerk voor den tijd van 7 jaar (1924—1931) publiek ver pacht: Perc. 1, 15 A. 70 c.A. C. Joziasse, Ritthem, f22; Perc. 2, 19 A. W. Lou- w-er'se, Souburg, f45; perc. 3, 20 A. 30 c.A. L. Dorleijn, Souburg, f45; perc. 4, 42 A. 20 c.A. A. W. Osté, Ritthem, f59; perc. 5, 55 A. M. Osté, Ritthem, f60; perc. 6, 90 A. 30 c.A. Janus de Pagter, Ritthem, f130; perc. 7, 38 A., Jannetje

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1923 | | pagina 3