BATO RIJ WIELEN
Ifo 318
Woensdag 3# Juni 1933
37*» laarman®
Buitenland.
ii J i
A. J. P's IJSPUDDING
Drukkers-Exploitanten
OOSTEHBAAN LE COINTRE GOES
Bureaux: Lange Vorststraat 63—70. Goes
Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58
Postrekening No. 36000.
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259
De Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, f 3.
Losse nummersf 0.05
i i'WHOWBaai Mn* ■m.xviA*'.!
Zij, die zich met 1 Juli op ons blad
abonneeren, ontvangen de tot dien datum
verschijnende nrs gratis.
L. W. C. KEUCHENIUS.
(Vervolg.)
Op1 zijn 25ste jaar moest Keuchenius
schutter worden. Zijn lichaamsgestel was
op1 den krijgsdienst niet aangelegd, al
was hij overigens een uitnemend schaak
speler,' al was zijn persoonlijke moed
die van een leeuw gelijk, wanneer hij, de
bescheidenc man, die zelfs een kind uit
den weg trad, de naami van zijn Heiland
hoorde smaden en al was hij overigens
■een militair op 'tpunt van de meest stipte
plichtsbetrachting. Hen (24en Juli 1847
word bij tot tweeden luitenant bij1 de
dienstdoende schutterij te Batavia be
noemd. Zijn lcqmmandant, als om met den
zwakken jongen wan te spetten, sloot
hem stelselmatig uit van het bevel over
een peleton. Eu toen Keuchenius hem
eens bij een van de exercitiën bescheiden,
haar de reden hiervan vroeg, gaf hij
hein op schamperen toon en zoo hard
dat alle schutters het hoorden, ten ant
woord „Ik acht u niet in staat het bevel
te voeren". Keuchenius vroeg hierop
.eervol ontslag. Doch de gouverneur-
generaal Rochussen onderzocht zijn zaak
■en stelde hem openlijk in het gelijk.
.Keuchenius werd recht gedaan, en toen
hij vijf jaar later ontslag nam, was hij
tot kapitein en wel tot dienstdoend ka
pitein opgeklommen geweest.
Den 13 October 1847 huwde Keuche-
-nius met Hermina Alexandria» Hooge-
■veen, wier vader lid was van den Raad
van Nederlandsch-lndië. Een gelukkig hu
welijk, dat met haar dood, den 8en No
vember 1878, verbroken werd.
1 Ook aan Keuchenius werden de smlar-
ten des huwelijks niet gespaard. Van
zijne tien kinderen zag hij er toch 5
ten grave dalen. Twee hunner op zeer
jeugdigen leeftijd, een op meer aanval
lige)» leeftijd, terwijl twee dochters hem
op ongeveer dertigjarigen leeftijd ont
vielen. De eene was moeder van twee
kindertjes, de andere was ongehuwd en
stierf in het krankzinni jen geslicht. Beiden
overleefden hunne moeder. Nog vijf kin
deren zijn in leven en wel: Maria Johanna
Christina, geboren te Batavia den 29en
November 1848; thans wonende te Sche-
veningen; Hermina Josephine Alexan
dria, geboren te Batavia, den 27 April
1850, gehuwd met Archibald Mac Coll,
'.makelaar te Londen, uit welk huwelijk
tien kinderen zijn geboren; Willem Hen
drik Jan, geb .te Batavia 24 October
1951, thans makelaar te Batavia; Mr
Hendrik Johan Christiaan, geb. te 's Gra
ven!) age den 18en Dec. 1854, thans
secretaris van de Siauïeesche Legatie te
Berlijn; E.mile Adriaan, geb. te Batavia
12 Mei 18132, thans arts te Scheveningen..
Den 1 Mei 1848 werd Keuchenius be
noemd tot lid van den Raad van Justitie
te Batavia, in 1850 tot Advocaat Gene
raal bij het Hoog Gerechtshof van Ne
derlandsch-lndië en in 1851 tot Raads
heer ,in genoemd Haf, het hoogste rech
terlijk ambt en dat op 29-jarigen leef
tijd. Bij zijn. aanbeveling voor deze laat
ste betrekking schreef de Procureur-Gene
raal, Keuchenius' chef, aan don Gouver
neur-Generaal onder meer, dat bijaldien
erkende bekwaamheden, gevoegd bij een
voorbeeldig levensgedrag en braaf karak
ter op den voorgrond gesteld worden
hij de onderwerpelijke keuze, de rekwes-
tant Keuchenius voorzeker boven allen,
die naar deze betrekking dingen zonder
uitzondering, van wat rang of diensttijd
zij wezen mogen, de voorkeur verdient,
omdat hij dezelve in wetenschappelijke ta
lenten overtreft.
In elk zijner genoemde rechterlijke be
trekkingen was hij telkens de volle twee
jaar niet werkzaam. Ook deze laatste niet.
Een ernstige ziekte dwong hem met ver
lof naar het moederland te gaan. Eenige
jaren geleden had zijn vader een jeug
digen inlander tot bediende, die een zeer
ondeugender) zoon had, een knaap met
wien, gelijk men dit noemt, geen spit
te wennen (wenden), geen. ree te schie
ten was.
Keuchenius had dezen knaap1 mee naar
Batavia genomen, ten einde te beproeven
of er met liefde ook nog iets van dezen
knaap te maken was. Maar Keuchenius'
pogingen, met, hoe groot eene zachtmoe
digheid odk beproefd, leden schipbreuk.
Ce knaap nam toe in slechtigheid en
hestal hem keer op keer. Keuchenius
ontdekte dit en hield hemi geregeld een
deel van zijn weekloon is, tot hij het ge-
stolene had aangezuiverd. De jeugdige be
diende zon op* wraak. Zijn meester ge
bruikte dagelijks een weinig bloem' van
zwavel tot. geneesmiddel. Op een mor
gen, terwijl niemand het zag, wierp de
inlander eene belangrijke hoeveelheid ar
senicum (rattenkruid) in dit medicijn.
Juist dat. het een belangrijke hoeveelheid
was was feitelijk voor zijn meester een
geluk hij een ongeluk. Keuchenius at de
gansche hoeveelheid op1, doch doordat
het vergif te zwaar was, braakte hij 't
terstond weder uit. Alhans 't grootste ge
deelte. Gelukkig kon hij zich ook spoedig
onder geneeskundige hulp stellen, zoodat
dit 'kwaad geen ernstige gevolgen had.
Ilij zelf heeft, naar wij meenen, voor
dezen zelfden knaap verzachtende om
standigheden gepleit. Vergeven en ver
geten dat was Keuchenius' fort,
Als advocaat generaal" in hetzelfde ge
rechtshof dat Keuchenius in 1854 met
verlof 'verliet, had hij kort geleden voor
den Staat een proces gewonnen waarmede
millioenen waren gemoeid. Het gold een
contract van suikorbereiding in dc resi
dentie Tegal. Hij hield daarbij een plei
dooi, dat 200 bladzijden, schrifts bevatte
en waarbij hij achtereenvolgens npgen
uren liet woord voerde.
Zoo keerde hij in Nederland terug. Zijn
weg door 'Frankrijk nemende, raadpleegde
hij des Keizers lijfarts voor zijn kwaal
het rheumatiek. Deze schreef hem een
anti-rheumatische kuur voor te Aken. Of
deze dokter liet; niet gocrl geweten heeft,
dan wej of men te Aken zijn voorschrif
ten slecht treeft opgevolgd, is nooit uit
gemaakt. "Maar feit is, dat Keuchenius
in het had zijnde door een beroerte
werd getroffen. Een droeve bezoeking.
Want. uit deze beroerte heeft de godzalige
staatsman tot zijn dood toe een mis
vormd aangezicht gehouden, een ver
wrongen gelaat, een uit zijn kas hangend,
tranend oog, een scheven mond, waar
het: vocht uitliep, wanneer hij sprak, ter
wijl hij bij iederen volzin, wanneer hij
sprak, dat reutelend geluid deed hooren,
terwijl hem de mond krampachtig samen
getrokken werd. Voorwaar een zwaar
kruis voor zulk een redenaar, zulk een
zaakkundig debater.
fn het volgende jaar werd Keuchenius
door den Koning benoemd tot waarne
mend Secretaris-Generaal bij het mi
nisterie van koloniën, welke betrekking
hij tot 1859 met ijver en met eere ver
vulde. Hiervan getuigen de verschillende
ridderorden, die hij verwierf. Een onder
scheiding, die hem echter niet hoogmoe
dig maakte. Immers, ofschoon hij ver
schillende ridderorden ontvangen heeft,
ook van buitenlandsclie vorsten, heeft hij
deze toch nooit willen dragen. Keuche
nius .jvas inderdaad een nederig dienst
knecht van Christus. En hiervan getui
gen. ook de verklaringen der ministers
onder whlke hij gediend heeft. En niet
het minst getuigen hiervan ook de wer
ken, die hij in deze betrekking heeft tot
stand gebracht of voorbereid. In 1860
hervatte hij zijn oude taak in Batavia als
lid van den Raad van Neerlandsch-Indië.
Zijn verblijf in Holland en de lichamelijke
rampen, die hem getroffen hadden, had
den dat ernstige en oprechte karakter ge
staald; zijn liefde tot den Heer had in
innigheid, zijn kennis der Schrift in vast
heid gewonnen, dank zij ook don omgang
met Christelijke vrienden Wormser, da
Costa, Groen en eenige godzalige predi
kanten.
(Slot Volgt).
THOOLSCHE BRIEVEN.
Na 'mijn vorige brieven zou men allicht
zich voorstellen, dat men op Tholen zoo
afgezonderd van de rest van de wereld
leeft, dat mten zich om wat er buiten
Tholen geschied, weinig bekommert. En
dat nu is niet geheel juist. Er mag wel
met nadruk worden verklaard, dat oip
Tholen geschiedt, weinig bekommert. En
wat gebeurt b.v. in de vergadering' der
Provinciale Staten. Men let er wel op of
men in de vergadering aan Tholens
belangen denkt en er voor opkomt. En
zoo gaat het ook met de Tweede Ka
mer, al heeft, men 't hier zeer verkeerd
opgenomen, dat de heeren Kamerleden
zich een beduidende „verhooging van
schadeloosstelling" hebben verworven. Nu
zal die wrevel wel weer wat zakken als
miaar blijken zal straks, dat men behalve
voor verkeerswegen in andere deelen des
lands, voor aanleg van spoorwegen op
Zuid-Beveland en in Groningen, voor aan
leg van tramwegen in Limburg, voor
aanleg van waterleiding in Zeeuwsch-
Vlaanderen, ook wat beschikbaar stelt
voor onze verbinding met den vasten
wal, met Brabant. Diat wil men op Tho
len nu ook eens hebben uit den Rijks-
suikerpot, hoe weinig er misschien mo
menteel ook in is.
Neen, dat mten op Tholen zoo gewel
dig sterk geïsoleerd leeft, wie dat
meent, heeft het wel wat erg mis. Wat
zijn b.v. flinke bedragen bijteen gebracht
voor Russische kinderen ten vorigen jare.
Blijk van het feit, dat men zich terdege
had ingedacht hoe ellendig voor millioe
nen in Rusland na een verloren oor
log en bloedige revoluties de toestand
wel is.
Als het op' barmhartigheid aankqmt,
dan kan er voor vreemden, wie ook en
waar ook, wel wat overschieten. Men
klopt niet dikwijls vergeefs aan, wanneer
men komt om iets te vragen voor hui
zen van barmhartigheid. Ik denk aan
„Vrederust", de inrichtingen voor lijders
aan vallende ziekte te Haarleml en Heem
stede, e.a.
Nog een andere wijze van doen op
Tholen kenmerkt het meeleven der bevol
king met de buitenwereld. De Thoalsche
kap is aan 'L verdwijnen. Wanneer men in
de 'kerk is, dan ziet men bijna geen jonge
vrouwen inteer, getooid met die schil
derachtige staartenluts. liet hoofd is nu
veelal opgeprikt met wat voor jaren of
sedert kort de „mode" verschaft. Wie
geld genoeg bezit en hot er voor over
heeft, brengt het een heel eind om met
de wispelturige mode mee te leven en
kan men er niet veel aan besteden, dan
raakt men steeds meer ten achter, Zoo
ziet men nu reeds op Tholen van het
artikel dameshoqtddeksels, spul dat jaren
oud is, en goedje van korter datum.
Hoeden met voeren b.v., die de dames
vroeger wel droiegen, mei; struisveeren
vooral, die, wanneer ze echt waren en
zorgvuldig bewaard Werden teg'on regen
of dauw, zeer goed stonden. Maar ja,
wie draagt er tegenwoordig nog veeren
op den hoed. Er zijn er, opgepronkt m:et
een hoed met zeer broeden rand, ook
al wat jaartjes oud, en nagenoeg zonder
rand, alweer niet van het laatste model.
Daar komt nog iets bij. Het stemmige
zwart, dat zooi passend deze bevolking
kleedde, verdwijnt. Het fabrioksgoed, de
confectie kwam1 er voor in de plaats. D'e
meest zonderlinge kleurencombinaties kan
men dan zooi bijeenzien. En al heeft nu
de verstreken winter de lange japon vqor
de dames gebracht, men kan er vast op'
aan, dat de „korte" rakken hier nog
wel een poosje zullen worden gedragen,
en dan Wet kousen van elke kleur, ja
zelfs nog schoenen, b.v. van goudleer
of imitatie daarvan. Zoo is' het volstrekt
niet uilgesloten, dat een zelfde schepsel
zich „tooit" miet brokjes van wel zes a
acht modes. Het degelijke van voorheen
is er glad en a.l uit weg; er voor in de
plaats kwam' wat belachelijke harlekij'nerij.
Met de heeren gaat het veelal ook zoo.
De zwarte, stevige, passende kleeding ver
dwijnt en allerlei moois neemt er de
plaats van in. Men komt nog veel anders
tegen dan de stoffen die tijdens den
oorlog wel in „trek" waren; vrij zeldzaam
is nog de z.g. Schatsche stof, waarmede
in de laatste jaren onze markt is voor
zien. Een waarlijk harmonisch geheel in
kleedij, die behoorlijk is, schijlnt Wen
niet- meer te moeten; maar liever een
allegaartje van den nieuwen tijd.
Wel zijn de mlenschen afgeweken van
den weg der eenvoudigheid.
Ten Kate dichtte eens van Markens
bevolking a.m.
'k Zie alohr de kleêrdracht van voior
dezen,
't. Schijnt d' eenvoud zelf, die blozend
zich vertoont,
Mij dunkt d' aloude trouw is in elks
ootg te lezen,
D' aloude trotuw, die nergens elders
woont.
i i
Zoo iets behoeft van Tholens bevolking
voor wat betreft de kleederdrachten
niet te worden gezegd. 'tZou ook
onjuist zijn. De traditie is er af; 't
is geworden het lichte, het wufte, het
vergankelijke van het leven. Vertooning
en weinig anders. Nu weet ik niet pre
cies of al die uiterlijkheden vergezeld zijn
van een inwendige verandering en wel
in denzelfden zin. Als dat zoo is, dan
voorspelt het niet veel goeds. W,aar de
eeenvoud van binnen aanwezig is, daar is
zij oök van buiten. Dlaar is in 't Duitsche
gezangboek een vers, dataldus begint
„Laat mij zijn eenvoudig". Onze dichter
en letterkundige Boutens zegt
„Maar geen die vlekkeloos dragen kan,
(Door aardsche vreugd en aardsche smart,
De zachte lamp van blijdschap,
Dan d' eenvoudigen van hart."
Bovenal blijft het een waarheid: Dte
kaars des lichaams is het oog; indien
dan uw oog eenvoudig is, zoo zal uw g.e-
heele lichaam verlicht wezen; maar in
dien uw oo(g boos is zoo zal geheel
uw lichaam duister zijn.
Ik moet nog even over wat andeasl
schrijven. Men heeft mij meermalen toe
gevoegd: Wat hebt u die Thoolsch©
liberalen er van langs gegeven. Daarop
antwoordde ik steeds: „Neen, dat heb ik
niet, ik heb ze laten zien zooals zie zlijn
en heusch. het ergste heb ik nog wat
bewaard. Misschien komt dat later eens.
Daarop' luidde de wedervraag: U hebt
toch de gansche liberale armtee aange
duid, waarop' ik beslist ontkennend ant
woordde. Ei' zijn op Tholen liberalen
en liberalen en die laatste groep1 had
ik op 't oog, die laatste groep blijf ik
voortdurend nauwkeurig in de gaten hon
den. Zoo goed als in andere deelen
van Zeeland en in ons geheele land
zijn er ook op Tholen georganiseerde
liberalen in den Vrijheidsbond, die ik niet
wenscl) onder handen te nemen, tenzij
in een bijzonder geval de een of ander
'ter naar zou hebben gemaakt. En wan
neer menschen in een andere partij' ge
organiseerd zijn 'dan de antirevolutio-
naire, dan is het niet goed opi die men
schen te mikken. Het komt mij voor,
dat roten dan zich tot do organisatie,
in casu den Vrijheidsbond moet richten.
Bovendien, deze liberalen, deze palitiek-
georganiseerden, die er rand voor uit
komen wie ze zijn, behaoren op zich ztelf
niet zoo bestookt te worden, wanneer zij
eens iets zeggen of doen, dat onze in
stemming niet hebben kati. En voor onze
antirevolutionaire partij zijn zij niet zóó
gevaarlijk. Men weet Wat mlen aan ze
beeft. Zij konten rondborstig voor hun
standpunt uit; dat standpunt, indien het
belichaamt hun overtuiging, moét
onzen eerbied hebben. Dat behoort zoo.
Wij verlangen het ook voor onze overtui
ging. En waarlijk, in dien Vrijheidsbond
zijn achtbare personen opgenonten. Laat
ons dat niet verzuimen te bedenken.
Bovendien imterkte ik op1, nooit over den
Vrijheidsbond 'Op' Tholen te hebben ge
schreven. Dat liet ik opzettelijk na-
Veel meer had ik het oog op dio
kiokcboehanswiorstcn, die nu eens rechts
zijn èn dan weer links óf „vrij" zijn,
nergens hij aangesloten. Dat zijin gevaar
lijke schepsels. En van dat slag vindt
'men er hier veel, zeer veel. Daartegen
gaat de strijd en ze moeten maar niet,
boos worden, Wanneer ze zoo nu en
dan zich de kast zien uitvegen. Dat
stel liberale lafhartige menschen, dat zoo
onnoembaar veel bijdroeg aan de verwar
ring der geesten op Tholen, behoort
ten voeten uit naar wdarheid te worden
geteekend. Wat. met gluiperigheid en mis
leiding aan elkaar hangt moet worden
'gebrandmerkt en ik ben er zeker van, dat
de leiders van den Vrijheidsbond opi Tho
len er precies zoo over denken'. Er zijn
van die wezens, nu rechts en dan links,
waar Imen wezenlijk minachting' vo-or
moet hebben, maar ook voor moet
waarschuwen. En dat stel individuen
heeft hier op Tholen nog heel wat te
zeggen, 'k Hoon nog wel gelegenheid te
hebben dit, nader aan fe toonen. Voor
ditmaal 'genoeg.
NIEUW! KIEUW!
gevuiti met heerlijke gelei
Een sieraad der Tafel 1 5
Dc sabotage aan den Eifelspoorweg.
Naar thans eerst, bekend is geworden
is in den nacht van 14 op 15 Juni een
tunnel van den Eifelspoorweg tussclien
Keulen en Trier in- de buurt van Keu
len ernstig beschadigd, waardoor het ver
keer over een lang stuk van de lijn ge
stremd is. De Fransche transporten moe
ten thans langs den Rijn tot Coblenz
worden geleid en kunnen dan eerst naar
Trier gaan. De Franschen hebben ter
stond na het ongeval zeer scherpe maat
regelen getroffen, waardoor dit eerst thans
bekend is geworden. Om dezelfde reden
is ook niets over den omvang van het
ongeluk 'bekend, doch men neemt, aan,
dat tenminste twee k drie weken met hei
uitvoeren der noodige herstellingen ge
moeid zullen zijn.
De uitbarsting van den Etna.
Uit de berichten over de uitbarsting
van den Etna blijkt, dat de toestand veel
ernstiger is dan men uit de eerste berich
ten kon vermoeden. De lava heeft groote
verwoestingen aangericht. De stadjes Pic-
cioli, Pallamolata en Ferro zijn volkomen
onder de lava bedolven.
Troepen per trein en met auto's naai
Linguahossa gebracht, hebben de inwo
ners bij hun uittocht en de verzorging
van vee en huisraad terzijde gestaan. Vol
gens officieele cijfers zijn thans 30.000
menschen dakloos.
Catania is door een menigte van hon
derdduizend vluchtelingen overstroomd.
De geheele stad verkeert in een opgewon
den" stemming. Langs de wegen trekken
de vluchtelingen in bonte menigten met
wat haastig bijeen gepakte goederen op
den rug of handwagentjes.
Prijs der Advertentie n:
1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct
Bij abonnement belangrijke korting.
Ook in Messina zijn reeds vluchtelin
gen aangekomen. Ook daar bracht de aan
blik dezer menschen de bewoners in op
winding, welke toestand nog verergerde
toen ook onderaardse]) gerommel werd
waargenomen. Honderden namen de wijk
naar het strand.
De eruptie is tot in Messina en Reggio
waar te nemen.
De Etna is, zooals men weet, de hoog
ste vuurspuwende berg in Europa. De
vulcaan verheft zich op het Noord-Oos
telijke deel van Sicilië terrasvormig uit do
vlakte van Catania tot een hoogte van
3274 Meter. Hij heeft den vorm van een
kegel en aan den voet een omvang van
ongeveer 130 K.M.
Ér hebben in den loop der lijden tal
rijke uitbarstingen van den gevreesde»
vulcaan plaats gehad. Vrceselijk was voor
al dc uitbarsting in het jaar 1669. Deze
begon op 11 Maart en eindigde eersl
in Juli. De Zuid-Oost-zijde van den berg
werd over een lengte van twee uur gaans
opengespleten, en met deze scheur ve.*-
eenigden zich zeven andere tot een ont
zettende vuurkolk, waaruit de kokende
lava ter dikte van 5 en ter lioogte van
25 Meter opklom om vernielend op den
lager gelegen berg Montpelieri neder te
dalen, dezen te omsluiten ën zijn ver
woestenden tocht voort te zetten over
de nog lager liggende, bloeiende land
streek. Niet minder dan 17.000 menschen
verloren daarbij het leven.
De laatste berichten luiden:
De uitbarsting van de Etna duurt op
hevige wijze voort. De voornaamste lava
stroom is tot op een honderd meter van
het spoorwegstation van Castiglione ge
naderd.
Een .telegram uit Napels meldt, dat in
de laatste 23 uur ook de werking van
den Vesuvius krachtiger is geworden.
Groote lava-stroomen komen uit de kleine
neven kraters, en ook de rookwolk uit
den hoofdkrater is dichter geworden.
Korte berichten.
Henry Ford, over wiens moge
lijke eandidatuur voor het presidentschap
der Unie al zooveel geschreven en ge
praat is, heeft: thans het zwijgen verbro
ken. De autofabrikant heeft n.l. de ver
klaring afgelegd, dat hij zoo'n eandida
tuur niet verlangt. Hij heeft het .veel te
druk met zijn eigen zaken, dan dat hij
de volgende president der Vereenigde Sta
ten zou wenschcn te zijn.
Voqr rekening van het herstel zul
len drie wagons Duitsche boe
ken, die voor de Italiaansche nationale
bibliotheken en voor verschillende we
tenschappelijke instituten bestemd zijn,
naar Rome worden gestuurd. Verdere
zendingen voor rekening van het herstel
zullen volgen,
Te Heliopolis, in Egypte, is een
vliegtuig te pletter gevallen, wat
aan twee officieren en twee helpers het
leven gekost heeft.
Een nachtwaker, die te Marseille
zijn ronde deed, ontdekte drie mannen,
die trachtten in te breken in een loods,
waarin de beruchte kachel gebor
gen staat, waarin Landru verondersteld
wordt de lijken van zijn slachtoffers ver
brand te hebben. Bij het, naderen van
den waker namen de drie individuen, niet
zonder eenige schoten op hem te lossen,
de vlucht.
Volgens via Kopenhagen 'door de
Duitsche bladen ontvangen berichten, is
bij 'Kueaga, in Rusland, een groot
spoorwegongeluk gebeurd. Een
personentrein gleed in volle vaart uit de
rails, bij het overrijden van een viadukt.
Een wagon, die tot berstens toe gevuld
was met passagiers, stortte in de rivier.
Men telt tot .dusver 48 dooden en 120
gewonden.
Op 1 Juli zullen de tarieven
der Duitsche spoorwegen op
nieuw worden verhoogd en wel voor de
derde en vierde klasse met 200 pet., voor
de eerste en tweede klasse met 300 pet.
en voor het .goederenvervoer met 250 pet.
De wetten op de drankbe
strijding in de Amerikaansche wate
ren zullen naar het schijnt worden ge
trotseerd door het Fransche s.s. „Paris",
dat te Plymouth passagiers voor New-
York heeft aan boord genomen. Er waren
in het geheel 500 passagiers aan boord.
De Paris heeft volle voorraden wijn en
sterken drank in haar opslagplaatsen,
zoowel voor de uitreis als voor de thuis
reis. Zoo spoedig de Amer. territoriale
wateren bereikt worden, zullen die voor
raden worden verzegeld.
De toestand in Bulgarije
schijnt zich meer en meer te consolidee-
ren. Ook Griekenland en Roemenië heb
ben thans de nieuwe Bulgaarsche regee
ring erkend.