BATO RIJ WIELEN Ifo 318 Woensdag 3# Juni 1933 37*» laarman® Buitenland. ii J i A. J. P's IJSPUDDING Drukkers-Exploitanten OOSTEHBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Lange Vorststraat 63—70. Goes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f 3. Losse nummersf 0.05 i i'WHOWBaai Mn* ■m.xviA*'.! Zij, die zich met 1 Juli op ons blad abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nrs gratis. L. W. C. KEUCHENIUS. (Vervolg.) Op1 zijn 25ste jaar moest Keuchenius schutter worden. Zijn lichaamsgestel was op1 den krijgsdienst niet aangelegd, al was hij overigens een uitnemend schaak speler,' al was zijn persoonlijke moed die van een leeuw gelijk, wanneer hij, de bescheidenc man, die zelfs een kind uit den weg trad, de naami van zijn Heiland hoorde smaden en al was hij overigens ■een militair op 'tpunt van de meest stipte plichtsbetrachting. Hen (24en Juli 1847 word bij tot tweeden luitenant bij1 de dienstdoende schutterij te Batavia be noemd. Zijn lcqmmandant, als om met den zwakken jongen wan te spetten, sloot hem stelselmatig uit van het bevel over een peleton. Eu toen Keuchenius hem eens bij een van de exercitiën bescheiden, haar de reden hiervan vroeg, gaf hij hein op schamperen toon en zoo hard dat alle schutters het hoorden, ten ant woord „Ik acht u niet in staat het bevel te voeren". Keuchenius vroeg hierop .eervol ontslag. Doch de gouverneur- generaal Rochussen onderzocht zijn zaak ■en stelde hem openlijk in het gelijk. .Keuchenius werd recht gedaan, en toen hij vijf jaar later ontslag nam, was hij tot kapitein en wel tot dienstdoend ka pitein opgeklommen geweest. Den 13 October 1847 huwde Keuche- -nius met Hermina Alexandria» Hooge- ■veen, wier vader lid was van den Raad van Nederlandsch-lndië. Een gelukkig hu welijk, dat met haar dood, den 8en No vember 1878, verbroken werd. 1 Ook aan Keuchenius werden de smlar- ten des huwelijks niet gespaard. Van zijne tien kinderen zag hij er toch 5 ten grave dalen. Twee hunner op zeer jeugdigen leeftijd, een op meer aanval lige)» leeftijd, terwijl twee dochters hem op ongeveer dertigjarigen leeftijd ont vielen. De eene was moeder van twee kindertjes, de andere was ongehuwd en stierf in het krankzinni jen geslicht. Beiden overleefden hunne moeder. Nog vijf kin deren zijn in leven en wel: Maria Johanna Christina, geboren te Batavia den 29en November 1848; thans wonende te Sche- veningen; Hermina Josephine Alexan dria, geboren te Batavia, den 27 April 1850, gehuwd met Archibald Mac Coll, '.makelaar te Londen, uit welk huwelijk tien kinderen zijn geboren; Willem Hen drik Jan, geb .te Batavia 24 October 1951, thans makelaar te Batavia; Mr Hendrik Johan Christiaan, geb. te 's Gra ven!) age den 18en Dec. 1854, thans secretaris van de Siauïeesche Legatie te Berlijn; E.mile Adriaan, geb. te Batavia 12 Mei 18132, thans arts te Scheveningen.. Den 1 Mei 1848 werd Keuchenius be noemd tot lid van den Raad van Justitie te Batavia, in 1850 tot Advocaat Gene raal bij het Hoog Gerechtshof van Ne derlandsch-lndië en in 1851 tot Raads heer ,in genoemd Haf, het hoogste rech terlijk ambt en dat op 29-jarigen leef tijd. Bij zijn. aanbeveling voor deze laat ste betrekking schreef de Procureur-Gene raal, Keuchenius' chef, aan don Gouver neur-Generaal onder meer, dat bijaldien erkende bekwaamheden, gevoegd bij een voorbeeldig levensgedrag en braaf karak ter op den voorgrond gesteld worden hij de onderwerpelijke keuze, de rekwes- tant Keuchenius voorzeker boven allen, die naar deze betrekking dingen zonder uitzondering, van wat rang of diensttijd zij wezen mogen, de voorkeur verdient, omdat hij dezelve in wetenschappelijke ta lenten overtreft. In elk zijner genoemde rechterlijke be trekkingen was hij telkens de volle twee jaar niet werkzaam. Ook deze laatste niet. Een ernstige ziekte dwong hem met ver lof naar het moederland te gaan. Eenige jaren geleden had zijn vader een jeug digen inlander tot bediende, die een zeer ondeugender) zoon had, een knaap met wien, gelijk men dit noemt, geen spit te wennen (wenden), geen. ree te schie ten was. Keuchenius had dezen knaap1 mee naar Batavia genomen, ten einde te beproeven of er met liefde ook nog iets van dezen knaap te maken was. Maar Keuchenius' pogingen, met, hoe groot eene zachtmoe digheid odk beproefd, leden schipbreuk. Ce knaap nam toe in slechtigheid en hestal hem keer op keer. Keuchenius ontdekte dit en hield hemi geregeld een deel van zijn weekloon is, tot hij het ge- stolene had aangezuiverd. De jeugdige be diende zon op* wraak. Zijn meester ge bruikte dagelijks een weinig bloem' van zwavel tot. geneesmiddel. Op een mor gen, terwijl niemand het zag, wierp de inlander eene belangrijke hoeveelheid ar senicum (rattenkruid) in dit medicijn. Juist dat. het een belangrijke hoeveelheid was was feitelijk voor zijn meester een geluk hij een ongeluk. Keuchenius at de gansche hoeveelheid op1, doch doordat het vergif te zwaar was, braakte hij 't terstond weder uit. Alhans 't grootste ge deelte. Gelukkig kon hij zich ook spoedig onder geneeskundige hulp stellen, zoodat dit 'kwaad geen ernstige gevolgen had. Ilij zelf heeft, naar wij meenen, voor dezen zelfden knaap verzachtende om standigheden gepleit. Vergeven en ver geten dat was Keuchenius' fort, Als advocaat generaal" in hetzelfde ge rechtshof dat Keuchenius in 1854 met verlof 'verliet, had hij kort geleden voor den Staat een proces gewonnen waarmede millioenen waren gemoeid. Het gold een contract van suikorbereiding in dc resi dentie Tegal. Hij hield daarbij een plei dooi, dat 200 bladzijden, schrifts bevatte en waarbij hij achtereenvolgens npgen uren liet woord voerde. Zoo keerde hij in Nederland terug. Zijn weg door 'Frankrijk nemende, raadpleegde hij des Keizers lijfarts voor zijn kwaal het rheumatiek. Deze schreef hem een anti-rheumatische kuur voor te Aken. Of deze dokter liet; niet gocrl geweten heeft, dan wej of men te Aken zijn voorschrif ten slecht treeft opgevolgd, is nooit uit gemaakt. "Maar feit is, dat Keuchenius in het had zijnde door een beroerte werd getroffen. Een droeve bezoeking. Want. uit deze beroerte heeft de godzalige staatsman tot zijn dood toe een mis vormd aangezicht gehouden, een ver wrongen gelaat, een uit zijn kas hangend, tranend oog, een scheven mond, waar het: vocht uitliep, wanneer hij sprak, ter wijl hij bij iederen volzin, wanneer hij sprak, dat reutelend geluid deed hooren, terwijl hem de mond krampachtig samen getrokken werd. Voorwaar een zwaar kruis voor zulk een redenaar, zulk een zaakkundig debater. fn het volgende jaar werd Keuchenius door den Koning benoemd tot waarne mend Secretaris-Generaal bij het mi nisterie van koloniën, welke betrekking hij tot 1859 met ijver en met eere ver vulde. Hiervan getuigen de verschillende ridderorden, die hij verwierf. Een onder scheiding, die hem echter niet hoogmoe dig maakte. Immers, ofschoon hij ver schillende ridderorden ontvangen heeft, ook van buitenlandsclie vorsten, heeft hij deze toch nooit willen dragen. Keuche nius .jvas inderdaad een nederig dienst knecht van Christus. En hiervan getui gen. ook de verklaringen der ministers onder whlke hij gediend heeft. En niet het minst getuigen hiervan ook de wer ken, die hij in deze betrekking heeft tot stand gebracht of voorbereid. In 1860 hervatte hij zijn oude taak in Batavia als lid van den Raad van Neerlandsch-Indië. Zijn verblijf in Holland en de lichamelijke rampen, die hem getroffen hadden, had den dat ernstige en oprechte karakter ge staald; zijn liefde tot den Heer had in innigheid, zijn kennis der Schrift in vast heid gewonnen, dank zij ook don omgang met Christelijke vrienden Wormser, da Costa, Groen en eenige godzalige predi kanten. (Slot Volgt). THOOLSCHE BRIEVEN. Na 'mijn vorige brieven zou men allicht zich voorstellen, dat men op Tholen zoo afgezonderd van de rest van de wereld leeft, dat mten zich om wat er buiten Tholen geschied, weinig bekommert. En dat nu is niet geheel juist. Er mag wel met nadruk worden verklaard, dat oip Tholen geschiedt, weinig bekommert. En wat gebeurt b.v. in de vergadering' der Provinciale Staten. Men let er wel op of men in de vergadering aan Tholens belangen denkt en er voor opkomt. En zoo gaat het ook met de Tweede Ka mer, al heeft, men 't hier zeer verkeerd opgenomen, dat de heeren Kamerleden zich een beduidende „verhooging van schadeloosstelling" hebben verworven. Nu zal die wrevel wel weer wat zakken als miaar blijken zal straks, dat men behalve voor verkeerswegen in andere deelen des lands, voor aanleg van spoorwegen op Zuid-Beveland en in Groningen, voor aan leg van tramwegen in Limburg, voor aanleg van waterleiding in Zeeuwsch- Vlaanderen, ook wat beschikbaar stelt voor onze verbinding met den vasten wal, met Brabant. Diat wil men op Tho len nu ook eens hebben uit den Rijks- suikerpot, hoe weinig er misschien mo menteel ook in is. Neen, dat mten op Tholen zoo gewel dig sterk geïsoleerd leeft, wie dat meent, heeft het wel wat erg mis. Wat zijn b.v. flinke bedragen bijteen gebracht voor Russische kinderen ten vorigen jare. Blijk van het feit, dat men zich terdege had ingedacht hoe ellendig voor millioe nen in Rusland na een verloren oor log en bloedige revoluties de toestand wel is. Als het op' barmhartigheid aankqmt, dan kan er voor vreemden, wie ook en waar ook, wel wat overschieten. Men klopt niet dikwijls vergeefs aan, wanneer men komt om iets te vragen voor hui zen van barmhartigheid. Ik denk aan „Vrederust", de inrichtingen voor lijders aan vallende ziekte te Haarleml en Heem stede, e.a. Nog een andere wijze van doen op Tholen kenmerkt het meeleven der bevol king met de buitenwereld. De Thoalsche kap is aan 'L verdwijnen. Wanneer men in de 'kerk is, dan ziet men bijna geen jonge vrouwen inteer, getooid met die schil derachtige staartenluts. liet hoofd is nu veelal opgeprikt met wat voor jaren of sedert kort de „mode" verschaft. Wie geld genoeg bezit en hot er voor over heeft, brengt het een heel eind om met de wispelturige mode mee te leven en kan men er niet veel aan besteden, dan raakt men steeds meer ten achter, Zoo ziet men nu reeds op Tholen van het artikel dameshoqtddeksels, spul dat jaren oud is, en goedje van korter datum. Hoeden met voeren b.v., die de dames vroeger wel droiegen, mei; struisveeren vooral, die, wanneer ze echt waren en zorgvuldig bewaard Werden teg'on regen of dauw, zeer goed stonden. Maar ja, wie draagt er tegenwoordig nog veeren op den hoed. Er zijn er, opgepronkt m:et een hoed met zeer broeden rand, ook al wat jaartjes oud, en nagenoeg zonder rand, alweer niet van het laatste model. Daar komt nog iets bij. Het stemmige zwart, dat zooi passend deze bevolking kleedde, verdwijnt. Het fabrioksgoed, de confectie kwam1 er voor in de plaats. D'e meest zonderlinge kleurencombinaties kan men dan zooi bijeenzien. En al heeft nu de verstreken winter de lange japon vqor de dames gebracht, men kan er vast op' aan, dat de „korte" rakken hier nog wel een poosje zullen worden gedragen, en dan Wet kousen van elke kleur, ja zelfs nog schoenen, b.v. van goudleer of imitatie daarvan. Zoo is' het volstrekt niet uilgesloten, dat een zelfde schepsel zich „tooit" miet brokjes van wel zes a acht modes. Het degelijke van voorheen is er glad en a.l uit weg; er voor in de plaats kwam' wat belachelijke harlekij'nerij. Met de heeren gaat het veelal ook zoo. De zwarte, stevige, passende kleeding ver dwijnt en allerlei moois neemt er de plaats van in. Men komt nog veel anders tegen dan de stoffen die tijdens den oorlog wel in „trek" waren; vrij zeldzaam is nog de z.g. Schatsche stof, waarmede in de laatste jaren onze markt is voor zien. Een waarlijk harmonisch geheel in kleedij, die behoorlijk is, schijlnt Wen niet- meer te moeten; maar liever een allegaartje van den nieuwen tijd. Wel zijn de mlenschen afgeweken van den weg der eenvoudigheid. Ten Kate dichtte eens van Markens bevolking a.m. 'k Zie alohr de kleêrdracht van voior dezen, 't. Schijnt d' eenvoud zelf, die blozend zich vertoont, Mij dunkt d' aloude trouw is in elks ootg te lezen, D' aloude trotuw, die nergens elders woont. i i Zoo iets behoeft van Tholens bevolking voor wat betreft de kleederdrachten niet te worden gezegd. 'tZou ook onjuist zijn. De traditie is er af; 't is geworden het lichte, het wufte, het vergankelijke van het leven. Vertooning en weinig anders. Nu weet ik niet pre cies of al die uiterlijkheden vergezeld zijn van een inwendige verandering en wel in denzelfden zin. Als dat zoo is, dan voorspelt het niet veel goeds. W,aar de eeenvoud van binnen aanwezig is, daar is zij oök van buiten. Dlaar is in 't Duitsche gezangboek een vers, dataldus begint „Laat mij zijn eenvoudig". Onze dichter en letterkundige Boutens zegt „Maar geen die vlekkeloos dragen kan, (Door aardsche vreugd en aardsche smart, De zachte lamp van blijdschap, Dan d' eenvoudigen van hart." Bovenal blijft het een waarheid: Dte kaars des lichaams is het oog; indien dan uw oog eenvoudig is, zoo zal uw g.e- heele lichaam verlicht wezen; maar in dien uw oo(g boos is zoo zal geheel uw lichaam duister zijn. Ik moet nog even over wat andeasl schrijven. Men heeft mij meermalen toe gevoegd: Wat hebt u die Thoolsch© liberalen er van langs gegeven. Daarop antwoordde ik steeds: „Neen, dat heb ik niet, ik heb ze laten zien zooals zie zlijn en heusch. het ergste heb ik nog wat bewaard. Misschien komt dat later eens. Daarop' luidde de wedervraag: U hebt toch de gansche liberale armtee aange duid, waarop' ik beslist ontkennend ant woordde. Ei' zijn op Tholen liberalen en liberalen en die laatste groep1 had ik op 't oog, die laatste groep blijf ik voortdurend nauwkeurig in de gaten hon den. Zoo goed als in andere deelen van Zeeland en in ons geheele land zijn er ook op Tholen georganiseerde liberalen in den Vrijheidsbond, die ik niet wenscl) onder handen te nemen, tenzij in een bijzonder geval de een of ander 'ter naar zou hebben gemaakt. En wan neer menschen in een andere partij' ge organiseerd zijn 'dan de antirevolutio- naire, dan is het niet goed opi die men schen te mikken. Het komt mij voor, dat roten dan zich tot do organisatie, in casu den Vrijheidsbond moet richten. Bovendien, deze liberalen, deze palitiek- georganiseerden, die er rand voor uit komen wie ze zijn, behaoren op zich ztelf niet zoo bestookt te worden, wanneer zij eens iets zeggen of doen, dat onze in stemming niet hebben kati. En voor onze antirevolutionaire partij zijn zij niet zóó gevaarlijk. Men weet Wat mlen aan ze beeft. Zij konten rondborstig voor hun standpunt uit; dat standpunt, indien het belichaamt hun overtuiging, moét onzen eerbied hebben. Dat behoort zoo. Wij verlangen het ook voor onze overtui ging. En waarlijk, in dien Vrijheidsbond zijn achtbare personen opgenonten. Laat ons dat niet verzuimen te bedenken. Bovendien imterkte ik op1, nooit over den Vrijheidsbond 'Op' Tholen te hebben ge schreven. Dat liet ik opzettelijk na- Veel meer had ik het oog op dio kiokcboehanswiorstcn, die nu eens rechts zijn èn dan weer links óf „vrij" zijn, nergens hij aangesloten. Dat zijin gevaar lijke schepsels. En van dat slag vindt 'men er hier veel, zeer veel. Daartegen gaat de strijd en ze moeten maar niet, boos worden, Wanneer ze zoo nu en dan zich de kast zien uitvegen. Dat stel liberale lafhartige menschen, dat zoo onnoembaar veel bijdroeg aan de verwar ring der geesten op Tholen, behoort ten voeten uit naar wdarheid te worden geteekend. Wat. met gluiperigheid en mis leiding aan elkaar hangt moet worden 'gebrandmerkt en ik ben er zeker van, dat de leiders van den Vrijheidsbond opi Tho len er precies zoo over denken'. Er zijn van die wezens, nu rechts en dan links, waar Imen wezenlijk minachting' vo-or moet hebben, maar ook voor moet waarschuwen. En dat stel individuen heeft hier op Tholen nog heel wat te zeggen, 'k Hoon nog wel gelegenheid te hebben dit, nader aan fe toonen. Voor ditmaal 'genoeg. NIEUW! KIEUW! gevuiti met heerlijke gelei Een sieraad der Tafel 1 5 Dc sabotage aan den Eifelspoorweg. Naar thans eerst, bekend is geworden is in den nacht van 14 op 15 Juni een tunnel van den Eifelspoorweg tussclien Keulen en Trier in- de buurt van Keu len ernstig beschadigd, waardoor het ver keer over een lang stuk van de lijn ge stremd is. De Fransche transporten moe ten thans langs den Rijn tot Coblenz worden geleid en kunnen dan eerst naar Trier gaan. De Franschen hebben ter stond na het ongeval zeer scherpe maat regelen getroffen, waardoor dit eerst thans bekend is geworden. Om dezelfde reden is ook niets over den omvang van het ongeluk 'bekend, doch men neemt, aan, dat tenminste twee k drie weken met hei uitvoeren der noodige herstellingen ge moeid zullen zijn. De uitbarsting van den Etna. Uit de berichten over de uitbarsting van den Etna blijkt, dat de toestand veel ernstiger is dan men uit de eerste berich ten kon vermoeden. De lava heeft groote verwoestingen aangericht. De stadjes Pic- cioli, Pallamolata en Ferro zijn volkomen onder de lava bedolven. Troepen per trein en met auto's naai Linguahossa gebracht, hebben de inwo ners bij hun uittocht en de verzorging van vee en huisraad terzijde gestaan. Vol gens officieele cijfers zijn thans 30.000 menschen dakloos. Catania is door een menigte van hon derdduizend vluchtelingen overstroomd. De geheele stad verkeert in een opgewon den" stemming. Langs de wegen trekken de vluchtelingen in bonte menigten met wat haastig bijeen gepakte goederen op den rug of handwagentjes. Prijs der Advertentie n: 1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct Bij abonnement belangrijke korting. Ook in Messina zijn reeds vluchtelin gen aangekomen. Ook daar bracht de aan blik dezer menschen de bewoners in op winding, welke toestand nog verergerde toen ook onderaardse]) gerommel werd waargenomen. Honderden namen de wijk naar het strand. De eruptie is tot in Messina en Reggio waar te nemen. De Etna is, zooals men weet, de hoog ste vuurspuwende berg in Europa. De vulcaan verheft zich op het Noord-Oos telijke deel van Sicilië terrasvormig uit do vlakte van Catania tot een hoogte van 3274 Meter. Hij heeft den vorm van een kegel en aan den voet een omvang van ongeveer 130 K.M. Ér hebben in den loop der lijden tal rijke uitbarstingen van den gevreesde» vulcaan plaats gehad. Vrceselijk was voor al dc uitbarsting in het jaar 1669. Deze begon op 11 Maart en eindigde eersl in Juli. De Zuid-Oost-zijde van den berg werd over een lengte van twee uur gaans opengespleten, en met deze scheur ve.*- eenigden zich zeven andere tot een ont zettende vuurkolk, waaruit de kokende lava ter dikte van 5 en ter lioogte van 25 Meter opklom om vernielend op den lager gelegen berg Montpelieri neder te dalen, dezen te omsluiten ën zijn ver woestenden tocht voort te zetten over de nog lager liggende, bloeiende land streek. Niet minder dan 17.000 menschen verloren daarbij het leven. De laatste berichten luiden: De uitbarsting van de Etna duurt op hevige wijze voort. De voornaamste lava stroom is tot op een honderd meter van het spoorwegstation van Castiglione ge naderd. Een .telegram uit Napels meldt, dat in de laatste 23 uur ook de werking van den Vesuvius krachtiger is geworden. Groote lava-stroomen komen uit de kleine neven kraters, en ook de rookwolk uit den hoofdkrater is dichter geworden. Korte berichten. Henry Ford, over wiens moge lijke eandidatuur voor het presidentschap der Unie al zooveel geschreven en ge praat is, heeft: thans het zwijgen verbro ken. De autofabrikant heeft n.l. de ver klaring afgelegd, dat hij zoo'n eandida tuur niet verlangt. Hij heeft het .veel te druk met zijn eigen zaken, dan dat hij de volgende president der Vereenigde Sta ten zou wenschcn te zijn. Voqr rekening van het herstel zul len drie wagons Duitsche boe ken, die voor de Italiaansche nationale bibliotheken en voor verschillende we tenschappelijke instituten bestemd zijn, naar Rome worden gestuurd. Verdere zendingen voor rekening van het herstel zullen volgen, Te Heliopolis, in Egypte, is een vliegtuig te pletter gevallen, wat aan twee officieren en twee helpers het leven gekost heeft. Een nachtwaker, die te Marseille zijn ronde deed, ontdekte drie mannen, die trachtten in te breken in een loods, waarin de beruchte kachel gebor gen staat, waarin Landru verondersteld wordt de lijken van zijn slachtoffers ver brand te hebben. Bij het, naderen van den waker namen de drie individuen, niet zonder eenige schoten op hem te lossen, de vlucht. Volgens via Kopenhagen 'door de Duitsche bladen ontvangen berichten, is bij 'Kueaga, in Rusland, een groot spoorwegongeluk gebeurd. Een personentrein gleed in volle vaart uit de rails, bij het overrijden van een viadukt. Een wagon, die tot berstens toe gevuld was met passagiers, stortte in de rivier. Men telt tot .dusver 48 dooden en 120 gewonden. Op 1 Juli zullen de tarieven der Duitsche spoorwegen op nieuw worden verhoogd en wel voor de derde en vierde klasse met 200 pet., voor de eerste en tweede klasse met 300 pet. en voor het .goederenvervoer met 250 pet. De wetten op de drankbe strijding in de Amerikaansche wate ren zullen naar het schijnt worden ge trotseerd door het Fransche s.s. „Paris", dat te Plymouth passagiers voor New- York heeft aan boord genomen. Er waren in het geheel 500 passagiers aan boord. De Paris heeft volle voorraden wijn en sterken drank in haar opslagplaatsen, zoowel voor de uitreis als voor de thuis reis. Zoo spoedig de Amer. territoriale wateren bereikt worden, zullen die voor raden worden verzegeld. De toestand in Bulgarije schijnt zich meer en meer te consolidee- ren. Ook Griekenland en Roemenië heb ben thans de nieuwe Bulgaarsche regee ring erkend.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1923 | | pagina 1