Ingezonden Stukken.
Gemengg Hieiiws.
Allerlei.
Rechtszaken
lei
prorincio fciosleld is uiet de postbestelling
op Zaterdagmiddag. Op verschillende plaal-
aan blijkt deze niet He bestaan, zoodat men
gcw» post ontvangt tusschen Zaterdagmorgen
en Maandagmorgen. De bedoeling is, is samen
werking met de K. N. L. C. pogingen aan te
wonden overal, waar deze niet is, een Zatcrdag-
bartelling (te verkrijgen.
g. Spoortarieven. Den onderzoek wordt in-
gestold naar de Spoortarioven voor het goe
derenvervoer. De bedoeling van het K.N.L.C.
is, in samenwerking mot andere organisaties
pogingen aan te wendon om tot lagere spoor-
tarioTcn voor het goederenvervoer te komen.
h Varkensfokkeriy en -mesterij. Op initiatief
der Z. L. M. vond onder leiding der Prov.
Commissie voor de Varkensfokkerij eene ver-
gadering plaats, waar door vertegenwoordigers
der Z. L. M. en dc Katholieke Boerenbonden
in Zoeuwsch-Vlaanderen onder het oog werd
gezien: Hoe export van mestvarkens te be
vorderen. Hoe het opfokken rationeeler ,te
doon geschieden. Hoe het ras, in het bij
zondei' hot Vlaamsche te verbeteren. Wjensche-
Hjk is, dat plaatselijke commissies tot stand
komen, welke fiCot deelnemen aan stamboek-
houdingen propagecren cn voorlichting geven
bp den aankoop van fokmateriaal. en hei.
samenstellen van voedselrantsoenen.
Kringtenloonstclling. Dc Kring ïholen
stolt voor de tentoonstelling aldaar te houden
op Donderdag 28 Junia.s. De H. B. vergadering
zal dan Jjfehouden worden 26 Juni 's avonds
de algemeene vergadering 27 Juni 's morgens
half tien uur en de rijtoer dienzelfden dag
dos namiddags om één uur.
Voorloopig overzicht rekening. De op dit
overzicht voorkomende post exploitatie Land-
bouwhuis" geeft den heer Koning aanleiding
er zijn spijt over to kennen te geven, dal
Dinsdags een deel van het Landbouwhuis is
verhuurd. Men doet dat ter wille van wat
inkomsten, doch hot gevolg ervan is, dat een
dool van het personeel, het welk juist ook
menschen te woord heeft te staan, zich dien
dag in een akelig klein vertrekje uiterst primi
tief, behelpen moet. Bovendien, waar is er
een geschikte wachlgelegenheid Spr. be
treurt het dat hot Landboifwhuis, dat toch
zekar niet luxueus is ingericht, tengevolge
van de contributie-inkomsten zoo geëxploiteerd
moet worden. De heer van Oeveren vindt dit
eveneens jammer. Do Mij zou nog veel meer
lëden moeten en kunnen heljbon. En om meer
deren te krijgen, moeten verschillende directo
voordooien gebracht worden. Do kringbestu-
ren kunnen daar veel aan doon, als ze prac-
tisoh zün.. Spr. wijst in dit verband op zijn
kring, waar men heeft een onderlinge slacht-
vooverzekering, oen eigen veewagen, waarmede
moeilijk te transporleeren dieren naar Rotter
dam vervoerd worden, men billijke tarieven
voor hel bietcnvorvoer bedingt, men thans
bezig is den gemoenschappelijken aankoop te
organiseeren, enz. Behalve over dit punt, werd
over het overzicht vorder niet gediscussieerd.
Bestuurslid Kon. Ned. Landbouwcomilë. De
heer Mr Dieleman, welke aan de beurt van
aflroding was, wordt zonder hoofdelijke stem
ming herbenoemd.
Bureau voor Landbouwboekhouden. Dit Bu
reau werd gereorganiseerd en in overeenstem- j
ming daarmedee het reglement gewijzigd. Het
zal in den vervolge in eigen beheer worden
genomen, door het secretariaat. Men zal met
de nieuwe werkwijze aanvangen 1 Mei a.s.
en daaromtrent nadtfre mededeelingen doen
in het Zeeuwsch Landbouwblad. Tot leden
der Commissie van Advies worden benoemd
de hoeren: A. I. Leenhouts, Retranchement,
M5. G. Boot Jz„ Haamstede en J. M. van
Bommel van Vloten te Goes.
Centraal Zeeuwsch Pachtbureau. Voor dit
bureau werd een huishoudelijk reglement vast
gesteld, terwijl enkele wijzigingen van meer
ondergeschikt belang in de algemeene Pacht-
voorwaarden werden aangebracht.
Rapport Onderling Brandverzekeringswezen.
Bij de behandeling van dit rapport deed de
heer Blonv-voorzitter der Onderlinge te Noord-
welle (voor onroerend goed) uitkomen, hoe
uiterst voordeelig men in Schouwen werkt
Men betaalt er 0.001 voor premie. Besloten
werd de besturen der verschillende onderlingen
in de provincie op eene vergadering bijeen
Ie roepen ten einde door onderlinge bespre- j
fcingen na te gaan, wat door samenwerking j
van de bestaande onderlingen eventueel zou j
zijn te bereiken.
Rapport van de Commissie tot bestudeering
van den wettelijk geregelden arbeidstijd. Deze
rapporten, welke betreffen een rapport van
den H. R. v. A. i.z. het voorontwerp Land-
bouwarbeidswet en een voorontwerp van een
alg. maatregel van Bestuur betreffende hef
werkbesiuit voor fabrieken of werkplaatsen,
werden ongewijzigd vastgesteld. O.m. wordt in j
do rapporten naar voren gebracht, dat alle
ieden van den Hoogon Raad van Arbeid, in
welke bewoordingen dit ook is gezegd, het i
er over eens zijn, dat eene wettelijke regeling
va nden arbeidsduur voor den Landbouw over
het geheele land absoluut onmogelijk is.
Rondvraag. Bjj de rondvraag werd dooi'
en heer Gast de gemeenschappelijke ver- i
oop van aardappelen ter sprake gebracht en j
0' 011 toer van Öoveren liet tijdig ver
sprei en van gegevens betreffende beteelde
oppervlakten en geoogste hoeveelheid der Pto-
ucen toor het Int. Landbouw Instituut te
C, r vatl Hoek meende dat het
Instituut doet wat het kan, doch het onder-
▼in uns ook verschillende moeilijkheden
eI°,iee.jVaa-,den hnantieelen toestand in
verschillende rijken. Spreker verklaarde zich
bereid in (deze een Cn ander te zullen nagaan.
Voorts bracht spr. een woord van dank
han don voorzitter voor de uitnoodiging tot
deze vergadering. Gaarne onderhoudt spr
contact met de verschillende organisaties en
met genoegen hoeft hij de beraadslagingen
gevolgd. Ze getuigden y.gn Qen opgewekt leven
m do Z. L. M. Spreker besloot met zijn beste
wenschen voor de Z. L. M. uit Jte spreken
Hierna sloot de voorzitter o.m. met een toe
passelijk woord tot den heor van Hoek de
vergadering.
(Buiten verantwoordelijkheid dor Redactie.)
Aan de Redactie van
„De Zeeuw".
Tengevolge van de voor mij aan de
Slatenverkiezing verbonden drukten, was
ik tot mij'n groot leedwezen niet eerder
in de gelegenheid tot het opstellen van
onderstaand verweer, waarvoor 'ik u plaat
sing verzoek.
In hoeverre het voor de Redactie van
een blad als do Zeeuw behoorlijk is om
een zoo feilen aanval te doen, afgaande
uitsluitend op een couranten-verslag, geef
ik, nu zekere April-gebeurtenissen achter
den rug zijn, haar gaarne ter nadere over
weging. Hoogst waarschijnlijk zal zij dan
nog tot de erkenning komen, dat tijidens
die gebeurtenissen niet idles toelaat
baar is.
Omdat uw aanval van az op bedoeld
verslag is gebaseerd, wil ik, alvorens
in te gaan op het artikel „Een gevaar?"
een tweetal opmerkingen maken.
Ie. Gelijk overal heb ik ook te Vlis-
singen met geen enkel woord over ver-
■chïjjun met de Antirevolutionaire partij1
gesproken, dan in tweede af derde in
stantie, hetzij in antwoord op gestelde
vragen of in debat. Ok te Wemcl-
ding el Uitnóodigingen om speciaal over
het verschil te handelen heb Tk steeds
afgewezen. Was ik te Vlissingen daarnaar
niet gevraagd geworden, ongetwijfeld zou
ook mijn antwoord zijn uitgebleven.
Hoewel zeer geprikkeld door Professor
Visschers optreden tijdens dezen stembus
strijd, bestond or toch geen opzet om
te Vlissingen over de Kamer-redevoerin
gen van Prof. Visscher te spreken. Méér
nog. Ik heb mijn antwoord begonnen met
te zeggen, dat ik, gelijk altijd, met op'zet
over het verschil had gezwegen. Indien
mijn aanvaller onderzoek had gedaan naar
de sfeer waarin ik mijn gehoor had
gebracht, en hij nog in staat was om
booze bedoelingen bij mij afwezig te ach
ten, dan ware zijn aanval hoogst waar
schijnlijk in de pen gebleven, en in ieder
geval minder fel geweest, en dan zouden
de laatste dagen van den verkiezings
strijd in Zeeland niet de verwijdering
hebben gebracht, die wij! nu.helaas moeten
constatoeren, en die voor rekening ligt
van De Zeeuw en do(n) Antirevolutio
naire^) spreker(s?) die den aanval nog
wat hebben verzwaard. De gelegenheid
werd wel benut!!
2e. Het. verslag was onvolledig. Spre
kende over het verschil heb ik mij in
hoofdzaak gehouden aan de redevoeringen
en geschriften van Jhr. Dr Savornin Loh-
man, mieer in het bijzonder aan zijn
(veel te weinig hekend) artikel „Twee
Staatkundige stelsels" opgenomen in de
Verzamelde Opstellen, Deel I, pagina 1
e.v.v. en daarnaast aan de naar aanleiding
daarvan opgenomen artikelen in de A.-R.
Rotterdammer en ander het opschrift
„Tweeërlei Souvereiniteit" in de Stan
daard. Ook hierbij heb ik mijl, als altijd,
wel er voor gewacht om ook maar één
woord te bezigen dat de Anti-Rev. onaan
genaam kon zijn. Na aldus ook te heb
ben aangetoond dat, ondanks verschil,
samenwerking niet alleen mogelijk, maar
eisch van hot gemeenschappelijk begin
sel is, heb 'ik gewezen typi de Kamer-
redevoering van Prof. Visscher. En, ja,
toen zweefde inderdaad, gelijk u wel zoo
vriendelijk is in no. 159 van uw blad
te veronderstellen, het voor mijn kerke
lijk gevoel zao pijnlijk optreden van
Prof. Visscher voor de aandacht, maar
toen stond óók in éénen voor mij Prof.
Visscher zooals minstens 95 pet. van
de Ned. Herv. predikanten in Zeeland hem
zien en 100 pet. van de Ned. Herv.
Zeeuwen vroeg of laat hem móeten zien,
de man, die meer dan een kwart eeuw
lang heeft gestreefd naar een doel, waar
van de vervulling voor hem gelijk zou
staan met de voltooiing van een levens
taak, dit dooloplossing van he t
k e r k e 1 ij k vraagstuk door ont
binding van de Ned. Herv. Kerk
in naar richting onderschei
dene d e e 1 e n. En toen heb ik gewezen
op de Kamer-redevoeringen van Prof. Vis
scher, waarin hij de regeering vraagt
een daad, de daad, die hij noodig acht,
wijl zij het uiteenvallen van de Ned. Herv.
kerk moet voorafgaan.
Vervolgens heb ik gewezen op1 de zoo
uitnemende rede van Prof. Slatemaker de
Bruine, den 23sten Maart j.l. gehouden
in de Eerste Kamer, waarin dit voor zijn
,Kerk en voor heel zijn Volk zoo in-warm-
■voelend Chr.-Hist. Kamerlid de Antire
volutionaire partij met groole bescheiden
heid vraagt:
„Wilt gij niet overwegen om uit artikel
20 van uw Program enkele woorden te
doen vervallen. En indien dit teveel ge
vergd is, wilt gij dan niet overwegen
om althans te desavaueeren, datgene wat
door enkele leden in het Voorloopig Ver
slag der Tweede Kamer is gezegd en
wat veel verder gaat."
Even tevoren was door Prof. Slotemaker
de Bruine opgemerkt: als ik aan Prof.
Visscher denk, denk ik aan het (hierbo-
venbedoelde) Voorloopig Verslag.
Ik dacht aan de rede van den lieer
Idenburg, waarin van de door Prof. SI. de
Br. gewenschte desavoueering geen sprake
was.
Ik dacht aan het stilzwijgen van de
leden dor Tweede Kamer, omi welbe
wust te eindigen en te zeggenindien
blijken mocht, dat de Anti-Rev.
partij als zoodanig het stand
punt van Prof. Visscher deelt,
ik die part ij alsdan, met het oog
op haar te voeren kerkelijke
politiek, een gevaarzoumoeten
achten voor de Ned. Herv. kerk.
Ik merk hierbij op, dat ik uit mijn
geheugen citeerende, aan een woord niet
wensch te hangen. Maar het „i n d i c n"
stel ik vast.
Ik zou het hierbij kunnen laten, indien
mijn aanvaller zich niet had gchuldig
gemaakt aan twee ernstige feiten, die
niet door den beugel kunnen.
In de eerste plaats is het volstrekt
in strijd met de feiten, wanneer het wordt
voorgesteld als zou i k begonnen zijn
met „dc kerk hardhandig in het debat
te werpen". Diat deed Prof. Visscher
en dat deden de A.-R- Kiesvereeni-
gingen, die Prof. Visscher en andere
woordvoerders in hun vergaderingen en
op hun landdagen lieten optreden met
het even onzinnige als misleidende onder
werp: „Hervormd en daarom Antirevolu
tionair". Niet wij) Chr.-IIistorischen, zijn
aansprakelijk, maar dat is Prof. Visscher
en dat zijn de A.-II. persorganen, die in
gebreke zijn gebleven dit optreden van
Prof. Visscher te desavaueeren.
Aansprakelijk is ook Dte Zeeuw, die
voorheen terecht toornde over hot gesol
door Vrijzinnigen met do Ncd. Ilorv. Kerk
en die deswege dc Zierikzeoschc Nieuws
bode eens qualificeorde als do „Liberale
vui'nisbak".
Aansprakelijk is oqk Die Zeeuw, die,
toen het Pref. Visscher gold, zweeg in
'duizend talen, maar die moord en brand
begon te schreeuwen over een Chr.-Hist.
spreker, die, na lang gezwegen te heb
ben, eindelijk zich uitsprak en de toege
worpen handschoen opnam;.
In ernst! Kan Do Zeeuw van mijl
eischen, van mij verwachten, na jaren
achtereen mét haar te hebben geroepen:
„de Kerk er buiten", dat ik zwijgen zal
omdat het Prof. Visscher is, die, om' slem-
men van Herv. kiezers te winnen, de kerk
in het debat brengt, op een vvlj'ze die
duizenden en nog eens duizenden trouwe
leden der Herv. Kerk pijn doet, en de(
kerk moet schaden?
Hoewel uw antwoord, óók om reden
van persoonlijken aard, mij niet onver
schillig is, wil ik echter ook zonder dat
nu reeds verklaren, dat ik, indien Prof.
Visscher en meerdere Anti-rev. met hom
pp den ingeslagen weg voortgaan, ik het
mij tot plicht zal achten om, scherper dan
ik liet te Vlissingen deed, daartegen te
protesteeren. Uw opgestoken vinger, u
inoudo het mij ten goede, zal mij alsdan
niet kunnen afschrikkenevenmin een
herhaling van de nu teg'en mij gevoerde
hetze, waarbij de Standaard zicli niet
ontziet, mijn „durf" om' te Vlissingen „met
dankzegging te eindigen" in het geding te
betrekken. Voor mijn kerk wil ik wol
wat smaad dragen. Wij weten bij ervaring,
dat de Gereformeerde broeders daarmede
niet heel zuinig zijn.
In dc tweede plaats is in strijd met
do werkelijkheid Uwe voorstelling als zou
den door Artikel 20 van het Program der
Anti-Rev. partij de belangen der Ned.
Herv. zijn gewaarborgd. Die voorstelling
acht ik misleiden d.
Zeker, dit artikel werd in 1878 vast
gesteld door personen destijds allegaar
leden der Herv. Kerk, terwijl op initia
tief van Ds Buijtendijk- daarin werd op
genomen: „na uitbetaling aan de recht
hebbenden van het rechtens verschul
digde". Maar daarnaast mag niet ver
zwegen worden, dat na 1880 do ker
ken in doleantie aanspraak op de kerke
lijke goederen cn fondsen hebben ge
maakt.
Beslist e n j u i s t is voorts door U weer
gegeven het antwoord van Prof. Visscher
op de vraag van den heer Snoeck Hen-
kemans aan wie het rechtens toekomende
moet worden uitgekeerd. Prof. Visscher
antwoordde: „aan de plaatselijke kerken".
U maakte er van: „aan de plaatselijke
(Hervormde) Kerken".
Mag dat? U weet evengoed als ik, dat
Uwe persoonlijke overigens zeer ge
waardeerde meening de kerk geen
cent waarborgt.
Bovendien Prof. Visscher heeft niet al
leen niet gezegd, dat de Ned. Herv. Kerk
de rechthebbende is, maar dat, wanneer
de Regeering tot kapitalisatie zou be
sluiten, wij dan komen te staan voor
de vraag wie de rechthebbende is.
Ik ontken clan ook, dat mijn kennis van
bedoeld art. 20 mij van mijn opmerkingen
had moeten weerhouden en dat ik mij
schuldig zou hebben gemaakt aan „val- j
sche voorstellingen". Dat deedt gij.
Beslissend is niet, dat bedoeld art. I
20 destijds in het belang der Ned. Herv. 1
Kerk in het Program werd opgenomen,
maar w e 1 of het artikel thans nog in j
het belang is. Wat dunkt U? Als Prof.
Slotemaker de Bruine laatstgenoemde
vraag bevestigend kon beantwoorden, zou
hij dan de anti-rev. partij wel hebben
gevraagd om enkele woorden te laten
vervallen
Een feit is, dat na de doleantie bedoelde
vraag door duizenden ontkennend is
beantwoord, en dat, na het optreden van
Prof. Visscher zoowel in als buiten de
Kamer, dit aantal met den dag stijgt,
moet stijgen.
Want wat wil Prof. Visscher?
Aan de, zoo kort mogelijke, be
antwoording dezer vraag ga de stellige
verklaring vooraf, dat ik den ernst en
de zuiverheid zijner bedoelingen geen
«ogenblik in twijfel trek.
De Herv. Kerk moet, naar de meening
van den Hoogleeraar, uiteenvallen,
'uiteenvallen naar de onderscheidene „rich
tingen" die Prof. Visscher in haai' ziet
„georganiseerd". Die richtingen moeten
zich kunnen uitleven. Prof. Visscher hoopt
ze na de scheiding weer terug te vin
den, d.w.z. die predikanten en die leden
der gemeenten, die het in dogmatieis met
hem eens zijn of willen worden.
Nu de Synode in 1916 voor dit sloo-
perswerk zich zoo maar niet wilde lee-
nen en nadat wel was gebleken, dat het
langs „kerkdijken weg" niet zou gaan,
moet het langs politieken weg worden
geprobeerd. Welnu, daartegen verzetten
wij ons met alle kracht, omdat wij be
doeld uiteenvallen der kerk mogen noch
kunnen bevorderen.
Wijlen mijn yaderlijke vriend Ds Karros
kwalificeerde deze dusgenaamde „refor
matie" als „revolutionair" in "den
meest volstrekten zin van het woord vier
kant het tegenovergestelde van het: „niet
door kracht noch door geweld, maar door
Mijnen Geest zal het geschieden". „Een
kcrkhcrstel, dat beginnen moet bij den
Rijksbetaalmeester en waarhij gezongen
wordt: „Komt laten wij den boel maar
doelen", en zeer zeker hierin onderschei
den van „de reformatie" van 1886, dat
imen de laatste begon vóór men zeker
was van de kerkelijke goederen, en dat
de eerste zonder die zekerheid niet zal
worden ondernomen."
Wiji gaan met onze Ned. Herv. Kerk
dien weg niet op. Non possumus.
Moge nu spoedig en duidelijk Wijken,
dat de Anti-Rev. partij mét onze kerk
ook ons volk voor een der-gelijke oplos
sing van het kerkelijk probleem wil hel
pen bewaren. Ook „De Zeeuw" waaraan
ik mij nog door oude banden verbonden
voel. En wanneer de Anti-Rev. partij dan
alvast beginnen wil om Prof. Visscher
niet langer gelegenheid te geven om de
Herv. Kerk in den verkiezingsstrijd te
betrekken, gelijk hij dat gedurende de
laatste weken durfde en, geholpen door
Anti-Rov. Kiesvereenigingen en andere or
ganen, ook kon doen, dan zal er voor
mij aanleiding bestaan om het thans nood
gedwongen door mij gemaakte voorbehoud
met gerustheid torug te nemen.
Dan zal do strijd over het kerkelijk pro
bleem, gelijk het ook behoort, gestreden
worden buiten het politieke terrein. Kerk
en politiek en de goede verstandhouding
tusschen Anti-Rev. en Chr.-Historischen
zullen er wel hij varen.
Hoogachtend,
J. M. KRIJGER Jr.
's-Gravenhagè, 11 April 1923.
Mag ik Mijnheer de Redacteur eenigc
plaatsruimte van u verzoeken naar aan
leiding vair het ingezonden stuk van J. C.
de Muijnck, d.d. 24'23?
Allereerst verbergt De M. zich achter
het slotartikel in zijn stuk weergegeven,
doch vergeet hierbij op te merken, dat
volgens mij ter oore kwam, op de be
stuursvergadering in Oct. 1922 gehouden,
besloten is, dat, zoo de soliditeit en de
kerkelijke gezindte geen verschil maakte
en dit is hier niet het geval (wat hij in
zijn stuk zelf bekent) het werk aan den
laagsten inschrijver te gunnen al was
het verschil nog zoo gering, terwijl het
nu f 192 verschilt, wat maar voor reke
ning der belastingbetalers zal worden ge
houden.
Dan schrijft 'u van een oud ervaren
bestuurslid, wat niet juist is, althans dan
was het voorstel dooi' hem niet ter tafel
gebracht, gezien het bovenstaande, cn had
u als voorzitter van dien man zijn on
kunde geen partij getrokken ten voordeele
van 'uw patroon.
Dat u zich nog durft beroepen op Bij
belteksten is niet alleen onjuist, maar
in dit geval zeer onchristelijk. Dat v. H.
zijn personeel op Chr. feestdagen betaalt,
móet hij zelf weten, ik acht dit onnoodig,
gezien de verdiensten der bouwvakarbei
ders tegenover andere werklieden en den
financiëelen steun aan uw schoonvader,
die momenteel ziek is (want daar zin
speelt u immers op), is m.i. het. aange
name ver to zoeken wanneer de kinderen
hiervoor hun beginsel moeten en willen
prijs geven en wanneer die trachten het
gegevene uit een anders beurs bijl toe
passen.
Dat in het ingezonden stuk van J.
Karreman een persoonlijke kwestie schuilt
is volgens verklaring van K. zeer onjuist
van u gezien, immers alle onrecht wie
ook aangedaan is te veroordeelen en treft
het stuk niet Van H. maar het bestuur en
in de eerste plaats den voorzitter en
heeft K. niet gehandeld met oppositie-
vrienden, maar is je geheele handelwijze
hem zeer onaangenaam, vooral op Chr.
gebied, omdat hierdoor den godsdienst
wordt gesmaad en schrijf ik uit naam van
K., dat ook indien Van H. den laagsten
inschrijver was geweest en de keuze op
mij gevallen (wat niet mogelijk is), hij
eveneens zou hebben geprotesteerd en
dat hij in dezen niet alleen staat bewijst
het bericht in „De Zeeuw" van 5 April
(ep verzoek teruggetrokken van de candi-
datenlijst J. C. de Muijnck).
Was in het ingezonden stuk van 24—
'23 mijn naam niet ten onrechte misbruikt,
dan was ik op deze beruchte gunnings-
zaak niet ingegaan, omdat dit aan het
mij aangedane onrecht niets afdoet. Nu
ik echter, hoewel ik van het schrijven
van K. niets afwist hierin toch betrok
ken word, meende ik, dat het op mijn weg,
lag hiertegen te protesteeren en mijn ge
voelen hierover kenbaar te maken.
U, Mijnheer de Redacteur, mijn dank
voor de verleende plaatsruimte.
Hoogachtend,
C. VERBURG, Timmerman.
Wissenkerke, 13 April 1923.
(Wij kunnen over deze plaatselijke
quaestie geen plaatsruimte meer afstaan.
Het debat is gesloten. Red.).
On ge lu kken. Een 22-jalrïge zus
ter van de kinderafdeeling in het diako-
nessenhuis te Heerlen, geraakte in brand,
doordat zij in aanraking kwam met een
eleeteische kachel. Zij overleed na een
hevig lijden aan de bekomen wonden. -—
De smid de V. te Haarlem, was in zijn
i smederij .bezig een motorrijwiel te repa-
reeren en gebruikte daarvoor een auto
geen lasch -en snij-apparaat. Plotseling
sprong het toestel. Toegeschoten voorbij
gangers vonden den man op den grond
liggen, zwaar verminkt aan het hoofd.
Medische hulp mocht helaas niet meer
baten want spoedig overleed v. V. De
man was sinds kort gehuwd. Te Beu-
ningen is het 4-jarig zoontje van A. L.
verdronken. Te Twijzel is do 54-jarige
schilder B. met een clectrischen draad in
aanraking gekomen, waardoor hij met de
ladder naar benedon stortte en ernstig
gewond aan de rtig'gegraat werd opge
nomen. De heer M. te Ouddorp, die
voer eenige dagen van do hollende paar
den is gevallen en daarbij ernstige ver
ondingen opliep, is aan 'de gevolgen van
dien val overleden.
Uitslag in Overijsel.
Oude Staten Nieuwe Staten
C.-H. 6 8
A.-R. "6 7
R.-K. 13 13
Stk. Gerof. 1 1
Chr. Soc. 1
Vrijh. Bond 8 5
S. 'D. A. P. 8 9
Vrijz.-Dem. 2 3
Plattel. 1 1
Comm. 1
47 47
BERLIJN. V.D. In de Oostenrijksoho
grensstad Steinach zijn 13 huizen en een
hotel door een groeten brand in do asch
gelegd.
STOCKHOLM. V.D..Koning Gustaaf is
hedenmorgen teruggekeerd. Men verwacht,
een spoedige oplossing der kabinetscrisis.
BERLIJN. V.D. Uit Moscou wordt ge
meld, dat het proces tegen den patriarch
T'ikhon voor onbepaalden tijd is Uitge
steld.
De gezondheidstoestand van Lenin is
in de laatste dagen veel verbeterd.
Kinderlijke logica. Jantje zat
op den stoep van een huis, toen een man
naderde en hem vroeg:
„Kleine vent, is uw moeder thuis?"
„Ja, mijnheer", was het antwoord'.
Die man trok aan de bel, doch er ver
scheen niemand. En nog eens, maar kroeg,
geen antwoord. Na nog een paar piaal
gescheld te hebben, keerde de man zich
ongeduldig tot het ventje en zei: „Ik dacht,
dat je gezegd had, dat je moeder thuis
wak'. 1
„Diat is ze ook", antwoordde het jonge
tje, „maar ze woont niet hier".
Wisselkoersen.
Amsterdiaim, 13 lApril, 1.45 uur.
Berlijn I.2OV21-21
Brussel 14.7014.80
Parijs 1717.10
Londen 11.8911.89V4
Dollar 2.55—2.551/2
Weenen O.351/2— 0.36Vi
Buiten vervolging en in vrijheid
gesteld A. v. d. L., 54 j., landbouwer
te Goes, gedetineerd in inlet Huis van
Bewaring, beklaagd gieweest van ;be-
driegelijke bankbreuk.
Rechtbank te Middelburg.
Voor de rechtbank; te Middelburg
Werd heden (Vrijdag) 'middag, behan
deld de zaak tégen Ph. M. de B.,
36 jaar, huisvrouw L. K„ te West
dorpe, thans gedetineerd, beklaagd, dat
zij op of omstreeks 7 Februari 1923
opzettelijk' het kind, waarvan zij toen
bevallen was, en welk kind geleefd1
had, van het leven heeft beroofd, door
dat kind opzettelijk in een schort te
wikkelen en de banden van die schort
om den hals te wikkelen, daarna dat
kind met twee steenen in een baai-
zak te stoppen, dien baal zak met een
touw dicht te binden en vervolgens
aldus ingepakt in het privaat te wer
pen, waardoor dat kind overleden is
tengevolge van verstikking, welke ver
oorzaakt is door het omstrengelen van
den hals van dat kind met banden,
die een snoergroeve hebben doen ont
staan met paarsroode randen met bloe
dingen en ontvellingen en met bloe
ding in het pnderhuidsche vetweef-
sel aldaar ter plaatse, waardoor dit
kind althans is overleden door eenig
ander der vooromschreven handeling
van beklaagde.
Als getuigen waren gedagvaard: H.
Pieters, zonder beroep te Westdorpe,
M. Viergever, wachtmeester der mare
chaussee te Sas van Gent, J. P. L.
Hulst, arts te Leiden, als deskundige
en C. A. de Krom, rijksveldwachter
te Westdorpe.
De eisch luidde een jaar.
Vlissingen. Door Notaris J. L. vair
der Harst is Woensdag verkocht: 1.
Huis en tuintje, Clijverstraat 47, groot
1 A. Kooper S. M. Polak q.q. voor
f5382. 2. Huis (beneden- en boven
woning) met erf, Kanaalstraat 72. Koo
per J. A. Altorffer q.q. Middelburg,