nspan. DA 158 37e Jaargang ;ken. 1 feuilleton. TOT DEN DOOD GETROUW. April 1923, gniiispan, loornvee, wersinspan en Ischappen. E GOES Co. ïf. 12805 20, Goes. Maandag 9 April 11113 BOKMA DE BOER-s PEEKOFFIE ONMISBAAR BIJ DE KOFFIE Oit nummer öestaai uit twee bladen A zien zitten wier ver- .wiegelden ■jel gen of stuk en, die op stad werden was het, iten me te h gevormde innen, men- het gewone meenen uit nderen heb- ik moet dat ikt. in het hart /rouwen die uitkeering door zulke e wordt ge- jgisch, mo- t bij1 mijl de nogelijk zijn en een eind Redactie.} ieMe'gaven. Oostenrijk- jzers over /[aart. pgaiardstr.) ecïiorrtidijke jfeerbe Pérs. inslag Pers. f 2.50 pins Vieere ine.] mej. ,S. A. r. .Soli, f2; F. D. f 1 Clir. Soli, ierke, Pers. plus f 2.20; sh. f2 plus plus f5.50; (Palingstr.) W. P. C, Chr. Sch. Sclr. f2; Scli. f5; -sell, f5.50; -scli. f8.50. ijft voorals- trwöordiger, ABER. er 69384. IJBOER, deurw., 12 uur, ten ver- er A. DE MEI1 te ar hem bewoonde ,uwe Hoeve", openi 0.a. uit: laarden, aar van 2 veulen 1. Vosruin. i, 1—l'/i jr- Os, en 3 Kalvers. Geen stalling, mor fietsen. fanhandel ht 1875. etdienst Drukkers-Exploitanten OOfiffERBAAN LE C01NTRE GOES BureauxLange Vorststraat 68—70, Goes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no.58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firn» F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f 3. Losse nummersf 0.05 Prijs der Advertentiën: 1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 eL Bij abonnement belangrijke korting. PROVINCIALE STATEN-VERKIEZING. Stemt Woensdag 11 April a.s. No. 1 voor Kieskring Vlissingen lijst I. VAN DE PUTTE, G. Kieskring .Goes lijst 12 VOGELAAR, C. P. Kieskring Middelburg lijst 13 DE VEER, Mr A. A. Kieskring T h o I e n lijst 7a SONKE, C. J. Kieskring Z i e r i k z e e lijst 5 TIMMERMAN, A. 5 Kieskring Hulst lijst 13 DIELEMAN, Mr P. Kieskring Sluis lijst 7b VAN MAZIJK, H. Chr.-Hist. en Anti-Rev. Wij ontvingen onderstaande ingezonden stukken I. Mijnheer de Redacteur, Het heeft mijn aandacht getrokken, dat een journalistiek verslag van een poli tieke rede vaalt een foutieve wedergave van het gesprokene bevat. Gewoonlijk ziet men van een rectificatie af. Ook ik heb- tot. heden deze gewoonte gevolgd. In het hoofdartikel van uw dagblad dd. 6 April no. 156 komen echter zulke enormiteiten voor, dat ik meen deze niet onweersproken te mogen laten. Met de grootste stelligheid kom ik er tegen op, dat ik in Hoek zou hebben', verklaard de meening te zijn toegedaan, dat de antithese uit den booze zou zijn. Door mij werd in die vergadering en in verscheidene* andere lezingen verkondigd, dat de Christelijk-Ilistorischen evenzeer als ,de Anti-Revolutionairen de antithese stellen, doch dat de C.-H. Unie deze anti these niet zoo scherp wenscht door te voeren als de A.-R. Partij, daar de Unie uitgaat van het beginsel dat men zich niet dient te beperken tot eigen kring, doch dat de geestelijke, zedelijke en ma- terieele belangen ook van hen, die niet aan onze zijde staan, moeten worden be hartigd. Ook uw mededeeling, dat door mij de C.-H. Unie als de partij der Hervormde kerk zou zijn aangeduid, is volkomen in strijd met de waarheid. Wel is door mij gezegd, dat de belangen van de Hervormde kerk voldoende beveiligd zijn bij de C.-H. Unie. Het is mij onbegrijpelijk hoe u zonder nauwkeurig onderzoek, doch slechts af gaande op het verslag, geplaatst in een ander dagblad, dus uit de derde hand, mij bedoelde beweringen laat uitspreken. Het verslag in de Terneuzensche Cou rant, dat ik niet gelezen heb, moet wel zeer §lecht geweest zijn. Of de verslaggever heeft mi] niet ge- 19) „Zwijg, hond! zoudt ge uw ketterleer ons nog prediken?" Er heerschte een oogenblik stilte. Daar na hernam de bevelvoerder„Ik verklaar u schuldig aan ketterij en oproer en beveel mijn knechten, dat zij u, eerst pij- mgen en daarna verbranden." Dadelijk waren de beulen gereed om het strenge vonnis ten uitvoer te brengen. Met hun ijskoude blikken namen zij hem en legden hem stevig vastgebonden op het ken hirdamw?:ama Staken anderen stok- om i a ï,00mcn en draaiden die om, waardoor de leden van den ongeluk kige uit elkander gerekt werden. Slechts een enkele zucht werd hierdoor uit ?ijn boezem geperst. 1 „Wacht, we zullen hem leeren spre ken. zeide een der meedoogenlooze beu- Ien> meteen nam hij een. gloeiend ijzer en hield dat aan Edmond's rechterhand Deze werd echter op bijzondere wijze door zijnen God gesterkt, want lijdende onder de onmenschelijke pijnen, kwam er <reen bange 'klacht over zijn lippen. Een enkelen keer hoorde men: „Mijn dierbare vrouw mijn lieve kinderen, o, mijn lieve kinde deren!" Hierop-werd hij tengevolge van de hevige pijnen bewusteloos. Dioch in dien volgd, öf de redactie heeft op onverstan dige wijze coupures aangebracht. Een bewuste falsificatie mag en wil ik bij niemand veronderstellen. Uw blad duid ik het zeer euvel, dat het zonder zich voldoende op de hoogte te stellen, mij dergelijke verwijten ten onrechte toevoegt. Wanneer n zich de moeite hadt gegeven te onderzoeken op welke wijze ik op de talrijke openbare vergaderingen de ver houding tusschen de A.-R. en de C.-H. heb geteekend, zoudt u mij wellicht een veel sympathieker woord hebben toege voegd en zoudt u tevens hebben kunnen mededeelen, dat verscheidene malen mij door A.-R. debaters dank werd gebracht voor de gematigde wijze, waarop ik over de A.-R. Partij sprak. Inderdaad, mijnheer de Redacteur, ter- wille van een goede verstandhouding tusschen de C.-H. en A.-R. verdient het aanbeveling uw journalistieke werkzaam heden op politiek gebied met meer voor zichtigheid en onpartijdigheid -te verrich ten en u te onthouden van elke poging, om op zulke losse en foutieve gronden te velde te trekken tegen de Christelijk-Histo- rische Unie en haar sprekers. Mr R. M. VAN DUSSELDORP. Westkapelle, 7 April 1923. II. Protesteer tegen handeling om afgaan de alleen op courantenverslag mij aan te vallen. Onderzoek bij mij was plicht. Heb uitdrukkelijk gezegd gelijk ook gisteren te Haamstede, dat ik gevaar acht indien blijkt de anti-rev. partij als zoodanig het standpunt van prof. Visscher deelt en mij aangesloten bij rede prof. Slotemaker in Eerste Kamer. Verzoeke dringend rec tificatie. KRIJGER. Bruinissq, 7 April 1923. III. En nu ons antwoord. Te midden van de verkiezingsdrukte het loopt op een eind, de laatste lood jes wegen het zwaarst willen we de kiezers niet vermoeien met een dispuut over en weer, hetwelk met een ,,'t is- wel waar" en j,'t is geen waar" eindi gen zou. Wat 't protest van den heer Krijger aangaat, hebben wij terstond te Vlissin gen een onderzoek ingesteld, waaruit ons bleek dat de verslaggever van de Vlis- singsche Courant de juistheid van zijn verslag, ook op 't bestreden standpunt, volhoudt. Stel echter dat de heer Krijger gesproken heeft zooals in zijn telegram staat, en de verslaggever niet goed ge hoord heeft, ook dan nog blijven wij zijn opmerking wraken, niet alleen als daar ter plaatse niet ter zake dienende, maar ook om 't gevaar dat ook vaststelling met een ingeleid „indien", evenzeer de- clineerend werkt. Waar zelfs een ons be kend hoogst bekwaam man als de verslag gever van de Vlissingsche Courant, zonder erg natuurhjk, over dat „indien" heen hoorde, kunnen toch zeker andere, meer eenvoudige hoorders door de onderstellen- derwijs uitgesproken woorden op een dwaalspoor geraakt zijn. In ieder geval ook zelfs een veronderstelde onwaarheid behoort terstond te worden achterhaald. Dat wij dit verzuimd hebben in betrek king tot de lezingen van den heer v. Dus- seldorp, spijt ons nu, van achteren be schouwd, zeer; nu de man de juistheid onzer beschuldigingen ontkent. Hij had toestand mocht hij: niet blijven, zij moes ten immers nog heerlijker schouwspel genieten; ja, de Satan was bezig nog meerder vergif in hun harten te gieten, en zij waren zijn gewillige dienstknechten. Hij werd daarom losgemaakt, men maakte de slapen van den lijder nat met koud water enop deze wijze gelukte het hun, hem tot bewustzijn te brengen. Doch er moest niet getalmd worden, ant, het was reeds in den morgenstond geworden en voor het aanbreken van den dageraad moest er geen enkel spoor van hun gruweldaden overgebleven zijn, om zich niet den haat der aanzienlijke Ray monds op den hals te halen. Zijn handen werden hem op den rug gebonden, en tot groot vermaak der beulen, trok men in optocht uit de hut, Karei Edmond nu eens voortduwende, dan weder hem bij zijn waggelenden gang ondersteunende. Eindelijk waren zij tot aan den brand stapel genaderd. Men bond hem aan een paal en legde er takkenbossen omheen, teneinde die in brand te steken. De lijder ontving nu kracht en sterkte pm in het geloof te volharden, en in het gezicht van den dood zong hij een Godgewijden Psalm. Die rook steeg dwarrelend omhoog, doch voor de vlammen hem konden scha den, was zijn ziel het lichaam reeds ontvloden, om nu, bevrijd van alle lijden, te juichen voor den Troon des Lams. Toen de zon haar eerste stralen over de vlakte wierp, was er niets meer, dat beter de Nieuwsbode en de Terneuzensche Courant 'kunnen opvragen, alvorens ons te beschuldigen. Trouwens in dit no van ons blad vindt hij een ingezonden stuk dat door de Ter neuzensche geweigerd is, van den Secr. der Chr.-Historische Kiesvereeniging te Terneuzen. En wat Vlissingen aangaat, indien 't verslag van de Vlissingsche ver gadering niet juist geweest ware, zou de voorzitter der Chr.-Hist. Kiesver. aldaar de heer Hensel, stellig door een ingezon den stuk rectificatie gevraagd hebben. Nog zij gereleveerd dat deze voorzitter a,an 't einde van bedoelde vergadering ver klaarde het in 't algemeen met 't ge sprokene eens te gijn, waarop de heer Krijger interrompeerdeneen u moet 't er geheel inee eens zijn, en de voorzitter verbeterde: ik ben 't er heelemaal mee eens. Deze ons officieel toegekomen in lichtingen stellen de quaestie wel niet in een ander licht, toch was 't goed ze even te releveeren. Onze conclusie is: laten wij D.V. bij een volgende verkiezings-campagne zorgen tegenwoordig te zijn in dergelijk© ver gaderingen; dit maakt de sprekers voor zichtiger, en verhoogt het peil van de besprekingen in de pers. Ook voorkomt 't onnoodige prikkeling, waartoe te meer aanleiding bestond, dewijl de verslagen in de bladen doelden op achteruitzetting van de A.-R. partij, gelijk die van verleden jaar meer tegen Rome gericht waren. Het moet een naren indruk maken op een eenvoudig kiezersgemoed, wanneer van drie regeeringspartijen noem ze 1, 2 en 3 no-. 3 er op uitgaat om, gelijk vorig jaar eerst no. 1 aan het oor te trekken; en dan gelijk nu no. '2 in het vizier te nemen, nog wel, en dat nota bene bij een Statenverkie zing! met het kerkelijk vraagstuk. Beginsel of belang? Ten allen tijde en onvermoeid heeft de .A-R. Partij ervoor gestreden om vóórop te stellen het beginsel en pas in tweede instantie te vragen naar he"t be la ng. Zoo was zij geen belangengroep, maar beginselpartij. Is daarmede uitgangspunt en doelstel ling voor de A.-R. partij! aangegeven, ook voor onze houding bij de Statenstembus is dit van de grootste beteekenis. Bij het uitbrengen van u,w stem op' lt April a.s. zal niet nw persoonlijk voor deel, niet de vraag welke der candidaten uw materieel belang het best zal kunnen behartigen, den doorslag geven, doch zal enkel het beginsel bij: u maatstaf moe ten zijn. Waar het steeds een door ons partijver band gesanctioneerde gewoonte en een van bovenaf gegeven voorschrift was om no. 1 te stemmen, zal elk beginselvast en rechtgeaard antirevolutionair van harte gaarne dit electoraal advies opvolgen. Niet uit belang encandidaten, maar uit aan het stoffelijk overschot van Karei Ed mond herinnerde. Daarvoor hadden de heulen wel gezorgd. Zij trachtten overal het geloof ingang te doen vinden, dat Edmond gevlucht was, nadat hij eerst nog zijn hut in brand had gestoken. Er was echter nagenoeg niemand van de val leibewoners, die dit listig verzonnen ver haal geloofde, en menigeen huiverde bij1 het denkbeeld, dat Edmond dien nacht wel verbrand zou zijn. Uit menigen boezem kwam dan ook de bange zucht„Hoe lang, o heilige en waarachtige Heerscher, oordeelt en Wreekt Gij ons bloed niet van degenen, 'die op de aarde wonen?" (Openb. 6:10.) En dit verwondert ons niet, want de monniken gingen voort niet slechts de hutten te verbranden, maar zij versloegen ook de vaders en jon gelingen, die hun erve wilden verdedigen. En wanneer de pijnbank of de brandstapel hun strijdwapenen niet waren, begonnen zij aan alle zijden tegelijk te dooden, veranderden de vruchtbare velden in wil dernissen, en 'de dorpen der valleien, die te voren uitgespreid waren „gelijk de tenten van Israël, en die schoon waren gelijk lusthoven aan den rivierkant," ver toonden spoedig het eenvormige too- neel eener droevige verwoesting. HOOFDSTUK VUL Op de bergen. Thans Wordt het tijd, dat wij onze blik ken vestigen op het lot van Aletta, Ed- beginselmannen worden de A.-R. lijsten samengesteld. Dit houde men wel in het oog! Wie het anders wil, speelt gevaarlijk spel. De echte Anti-Revolutionair althans hoede er zich voor den eersten stap te zetten op den weg der belangenpolitiek. Men spiegele zich aan het beeld der R.K. Staatspartij', waarin ook enkele groepen het oeconomisch belang1 opi den voorgrond stelden en thans een Nieuwe Katholieke Partij en een R.K. Volkspartij van twee zijden pogen het massieve ge heel der Staatspartij' af te brokkelen. En men zegt niet„Maar zóóver behoeft het niet te komen!" Zóóver komt het alleen dan mlet zeker heid niet, zoo ge zelfs de allergeringste uiting van belangenpolitiek achterwege laat. Daarom eiken voorkeur voor den can- didaat uwer persoonlijke belangen op> zij gezet! Op 11 April stemt ieder trouw Anti- Revolutionair den candidaat, die langs den weg der partijorganisatie op no. 1 werd gesteld. Denk er om. Denk er qm: den tweeden Dinsdag in Juli gaat de heele Eerste Kamer naar huis. Dan moet een nieuwe Eerste Ka mer gekozen worden op den grondslag der Evenredige Vertegenwoordiging. En den zal het niet meer zijn: 42 Rechts en 8 Links. In het allerbeste geval 28 Rechts en 22 Links. Laten daarom onze vrienden den laat- sten dag en avond voor de stemming van Woensdag er nog eens flink op uit trekken om dit den kiezers duidelijk te makenen aan te dringen op een aaneenge sloten opkomst ter stembus opdat straks de Eerste Kamer niet omga naar Rood, en daardoor ons Rechtsche kabinet in zijn voortbestaan ernstig zou worden belem merd. Uit het Ruhrgebied. Het wordt er in het bezette gebied niet beter op. De plaatselijke commandant van Emmerik heeft alle vergaderingen, zelfs die van den gemeenteraad en de gemeente commissie, verboden, zoodat er geen sa menkomsten plaats mogen hebben. Zon der eenige aanleiding vaardigde hij een bevel uit, dat verbiedt om door de stra ten van het bezette Emmerik met de han den in de zakken te loopen. Er zijn vijftien menschen, waaronder een aantal Nederlanders, aangehouden wegens het niet opvolgen van dit bevel. Te Kettwig en Werden hebben deFran- schen een aantal burgers als gijzelaars weggehaald naar aanleiding van het feit, dat in de buurt van eerstgenoemde plaats de treinrails waren opengebroken. Deze gijzelaars staan onder voortdurende be waking en moeten met de Fransche trei nen op het traject Wcrden-Diisseldorf op en neer rijden. Volgens de „Frankfurter Ztg." hebben de Franschen op de Rijnbrug te Worms drie milliard mark in beslag genomen. Uit Keulen wordt gemeld: de uitwijzin gen van spoorwegmannen hebben een ge weldigen omvang genomen. In Jünkerrath monds vrouw, en op dat van de haren, die in gezelschap van anderen de vallei van Belleville verlieten, terwijl zij de moeilijke bestijging der met sneeuw be dekte bergen aanvingen. Het bergpad, dat men de ongelukkige bannelingen uit de vallei in verstrooide groepen langs 'zal trekken, was niet bree der, en dan nog slechts voor een kart eind weegs, dan voor een kleine kar, door ,twee vóór elkander gespannen muilezels voortgetrokken. En zelfs dit gemak kan slechts voor eenige Weinige dagreizen ge noten worden, hoe kort een dagreize in dat jaargetijde ook wezen mocht. Voor waar, een krachtig bewijs te meer, hoe zeer dit volk het door hen beleden geloof liefhad, dat zij, bij hun liefde tot God en hun vrees voor het wreedaardige en onbeschofte krijgsvolk, zich gedrongen ge voelden, om datgene te beproeven, wat anders geheel ondoenlijk scheen. De eerste dagreize der bannelingen Was niet zoo geheel ontmoedigend als zij wel verwacht hadden. De bosschen aan beide zijden van de hellingen der bergen be schutten hen tegen de snerpende koude, en het glinsteren der sneeuw onder de helderste zonnestralen, gepaard met den zoo zuiver mogelijken dampkring, streelde hunne gemoederen en verlevendigde hun hoop. Toen de avond naderde en de zon in hel westen nederdaalde, werd de koude allengs heviger, en elke groep van lij1- ders begon naar een schuilplaats uit te zijn tot dusver 93 gezinnen uit hun hui zen gezet. In Tijer zijn 126 gezinnen van spoorwegmannen uit hun woningen ge zet en voor Maandag moeten nog 149 woningen ontruimd worden. Intusschen is door geen enkelen spoorwégman het werk hervat. De verbittering is zeer groot. Te Wezel zijn douane-ambtenaren uit Crefeld en Aken aangekomen, die door de Belgen uitgezet zijn. Bij het gezelschap, bevinden zich 5 vrouwen en 13 kinderen. De uitgewezenen waren voor een deel uit hun bed gehaald en moesten de reis naar Wezel maken op vrachtauto's zonder vol doende zitgelegenheid. Onder hen is een vrouw, die pas veertien dagen geleden' moeder is geworden en een kind, dafj ernstig ziek was. Naar de Vossische Ztg. uit Bochuna verneemt, zijn bij een opvoering in heli theater aldaar verschillende Fransche of ficieren verschenen, die een loge opeisch- ten. Het publiek begon te protesteeren en ging voor een groot gedeelte weg. De voorstelling werd onderbroken. Na eenigea tijd verlieten de officieren het theater, waarop de voorstelling werd voortgezet. De in Essen door de Franschen ge- doode arbeiders en beambten zullen Dins dag worden begraven om half elf. Op, hetzelfde tijdstip heeft in den Rijksdag een rouwplechtiglieid plaats, waarbij de Rijkskanselier, in tegenwoordigheid van den president, een rede zal uitspreken. Bij gelegenheid der teraardebestelling zul len ten teeken van rouw in het heele Rijk de klokken geluid worden. Ondertusschen schijnt de Duitsche re geering niet stil te zitten. De correspon dent. van ;de „Baseier National Zeitung" te Freiburg zegt uit betrouwbare Berlijn- sche bron te hebben vernomen, dat zij binnenkort een groote actie zal onderne men en met concrete voorstellen inzake de herstelkwestie voor den dag zal komen. Deze actie is niet gedacht als een aan bieding van onderhandelingen aan Frank rijk. Zij beoogt veeleer, onder principieele handhaving van de volkomen onafhanke lijke positie van Duitschland, de bereid willigheid uit te drukken om op verstan- digen grondslag economische medewerking aan het herstelprobleem te verleenen. De Duitsche regeering wil de wereld ondub belzinnig zeggen, hoe zij zich de oplossing van het herstelprobleem voorstelt. Wat Loucheur te Londen deed. Het bezoek, dat de Ffansche oud-mi nister Loucheur aan Engeland heeft ge bracht en zijn besprekingen met Bomar Law, Lloyd George en andere vooraan staande staatslieden, hebben in politiekei Wringen heel wat stof opgeworpen. Men is algemeen van meening, in weerwil van verklaringen, waarin het te gendeel beweerd wordt dat Loucheur optrad als officieus vertegenwoordiger van de Fransche regeering, aan wien de mis sie wetrdl toevertrouwd, de kwestie van het herstel en de Fransch-Britsche be trekkingen. D'eze meenjng wordt versterkt door het bezoek dat Loucheur bij' ziijn terugkomst te Parijs, zooals gemeld', bij zien in de kleine verstrooide herders hutten, die daar gevonden werden. In de gastvrije stulpen van eenige eenvoudige geitenhoeders werden de leeraar en zijh. huisgezin, met dat van zijn broeder Karei, benevens eenige anderen zijner gemeente, geherbergd. Tot dusverre had deze waar dige tnan zijn huisgezin en sommigen zijns volks vergezeld, maar hij stond ge reed bij het licht der maan naar Belle- .ville terug te fceeren, om met de priesters en monniken te redetwisten, die door den snooden gouverneur benoemd waren, om de Waldenzen, zoo zij het noemden, „te bekeeren" en de gevoelens hunner leer aars te wederleggen, in één woord om zijn gruwelijk bevel ten uitvoer te brengen. Alvorens zijn geliefd huisgezin en volk te verlaten, verzamelde de leeraar hen allen bijeen in het grootste vertrek van hun gastvrij' verblijf, en in die haast, welke de omstandigheden vorderden, en met die ontroering en teederheid, welke uit hun toestand noodwendig voortvloei den, naderde hij met zijn volk tot den Troon der Genade en beval de verstrooide schapen aan de zorg en leiding van den oppersten en goeden Herder, die hen lief had tot den dood, en die ook thans zijn oog vol medelijdende ontferming op hen gevestigd hield. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1923 | | pagina 1