DE ZEEUW TWEEDE BLAD. TOT DEM DOOD GETROUW. Uit de Pers. Buitenland. Binnenland. VAN MAANDAG 26 MAART 1923. No. 148. DE NIEUWE JACHTWET. Aan de hand van „Het Vaderland" vol gen hieronder de voornaamste bepalingen. Algemeene bepalingen. Voorop wordt 'gesteld wat ,5vild" is (onderverdeeld in grof wild, klein wild en waterwild) en Wat onder „schadelijk ge dierte" wordt verstaan. Degradatie biji Kon. besluit van „wild"soorten tot „schadelijk gedierte" blijft daarbij! voor be paalde gedeelten van het Rijk mogelijk en Omgekeerd kan de fazant op> gelijke wijze tot ^wild" wórden gepromoveerd, d.w.z. voor uitroeiing behoed worden. Al leen de wilde zwijnen en konijnen blijven onherroepelijk in de klasse der minder waardigheid en verder zal de Kroon vast stellen welke soorten „schadelijk" zijn. Gerechtigd zijn tot het genot van de jacht: do eigenaar van den grond, of ieder ander die krachtens zakelijk recht hezit. heeft van den grond. Voor zoover betreft 'gronden, bij! overeenkomst in pacht of ander persoonlijk gebruik gegeven, is de pachter of de gebruiker de gerechtigde. Het genot van de jacht kan echter bij de overeenkomst, waarbij het zakelijk of persoonlijk recht gevestigd w'erd, wto'den voorbehouden. In dit laatste geval moet voor verpachting of verleening1 van ver gunning om te jagen de toestemming van den grondgebruiker verkregen zijn, het- geeri echter niet noodig' is voor een ver gunning aan hnisgenooten en kinderen van hem, die het voorbehotud heeft ge maakt, aan een jager in zijn dienst of in zijn gezelschap. D e j a c h t a c t e n. De jager moet vooirzien zijn van een jachtacte. Een jachtacte wórdt aan ver schillende, in de w'et opgesomde catego rieën van personen gew'eigerd en kan ver der alleen geweigerd worden indien mis bruik of gevaar is te vreezen van de be voegdheid om te jagen of om een schiet geweer voorhanden te hebben (waartoe de houder van een jachtacte het recht heeft). Een groote jachtacte voior alle geoor loofd jachtbedrijf kost 30 gulden 's ajars, de houder daarvan kan voor an deren een logeeracte, geldig gedurende veertien dagen, voor f 10 krijgen. Ver der bestaan er nog groot e jachtacten tot alle geoorloofd jachtbedrijf voor f 15 en klenie jachtacten tot het vangen van waterwild met geoorloofde netten voor fö.— Di e j a c h t b e d r ij ven. Alle middelen otni te jagen zijn geoor loofd behalve: kunstlicht, lijto, strikken, beugels, vallen en klemmen, kanongew'e- ren, staltnetten, te groote vang- of trek- nctten, giftige of verdoovende middelen, lange honden (dus de lange jacht) en ge blinde of verminkte lokvogels. Re Minister bepaalt jaarlijks den tijd van opening en sluiting; der jacht. Het is verboden te jagen, behalve, natuurlijk, in gesloten jachttijd, op Zondagen en voor zonsopgang en na zonsondergang; met enkele uitzonderingen ipr ide bebouwde 'kommen enz. Die Commissaris der Ko ningin ka naan houders van een groote jachtacte in gesloten jachttijd vergunning verleenen voor drijf- of klopjachten voor bepaalde wildsoorten. Vergunningen zijn ook te verkrijgen voior het brengen van honden in gesloten jachttijd voor het wild in het jachtveld en voor het opvan gen en levend vervoeren van wild. Hel is verboden eieren van wild te zoeken, te rapen, ten verkootp in voorraad te hebben, te koop aan te bieden, te verkoopen, af te leveren of te vervoeren. Dl e eenden k ooien. Eendenkooien moeten geregistreerd en afgepaald worden. Voor oprichting daar van is de toestemlming van de eigenaren der betrokken gronden en van de Kroon noodig. Aan de vergunning; kunnen voor waarden en beperkingen worden verbon den. Het vervoer en de handel in wild. Voor het vervoer, ten verkoop voorhan den, hebben, te koop aanbieden, verkoo pen, afleveren en vervoeren van wild wor den bij: algemeenen maatregel van be- FEUILLETON. 10) Dit Was dikwijls het onderwerp van de gesprekken der- vallcibewoners, waarbij de glorierijke dood der martelaren gedurig door hen bezongen weird. Ook Louise en Huibeït, met de kinderen van den leeraar volgden dit voorbeeld. Wanneer zij op ie bergen bij' de kudden waren, dan hief één hunner aan: „Zingt den Heere!" en met het schoonste aceoord stemden z!ij te zanten en klonk het: Zingt den Heer© miet harp en fluit en stem, Verbreidt zijn lof tot aan do poorten der hemelen, Dewijl de martelaren tot hunne rust zijn ingegaan; Zingt den Heer©! Hunne bloedvlekken zijn uitgewischt; Zij dragen nu kronen op hunne hoofden, Die schitteren in de morgenzon. Zingt tel* eer© der overwinnaars in den kampstrijd Gods; De brandstapel, was hun de deur des hemels. 7'ingt den Heeite! Het bloed der martelaars stuur de voorwaarden vastgesteld, waar onder sommige verbodsbepalingen niet van toepassing zjjh op wild, afkolmstig uit erkende, in Nederland gevestigde koel huizen. De voorkoming van schade. De grondgebruiker dus niet de eige naar, gelijk t.a.v. het wild heeft bij uitsluiting het recht op den dooi- hem gebruikten grond schadelijk gedierte te dooden. De voor de jacht verboden mid delen zijn ook hier verboden, uitgezonderd vallen, beugels, klemlinen en strikken, wel ke met nog andere in art. 16 voor de jacht verboden middelen zullen zijn toe gelaten, als de Minister, op advies der schadecommissie voor bepaalde gemeen ten of gedeelten van gemeenten dit be- apalt. Bovendien bepaalt art. 58, dat de Minis ter maatregelen verordent tegen de nadee- len, uit te groote vermenigvuldiging van wild of schadelijk gedierte ontstaande. Verder komt er in iedere ptovincie een (of meer dan een) schadecommissie, door den Minister samengesteld op aanbeveling van de door den Minister aan te wijzen landbouwvereeniging'en. Na advies van deze commissie kan de Minister, tot we ring van schade, opi verzoek van belang hebbenden, vergnuning verleenen om met" afwijking van de bepalingen der wet wild of schadelijk gedierte te vangen of te dooden, hetzij door henzelf, hetzij door anderen. De grondgebruiker is er van verzekerd, dat bedingen, om hem zijn recht van schade-voorkoming te ontne men, nietig zijn. Bovendien kan de kan tonrechter pm gewichtige redenon te niet doen den afstand of 't voorbehoud van het recht van genot van de jacht, met name lijndien te duchten isj_ dat ten ge volge van een overmatigen wildstand het landbouwbelang geschaad .wordt. I De jachtrechten. Bij deze w'et worden alle jachtrechten (heerlijke en andere zakelijke, op- on roerend goed gevestigde jachtrechten) op geheven. Tevens kunnen geen jachtrech ten meer worden gevestigd. Van Rijks- wtege wordt een schadeloosstelling gege ven aan wie gerechtigd was tot een jachtrecht en op ieder 'kadastraal perceel, dat met een jachtrecht bezwaard was, wordt onder den naam van „jachtrente" een schuldplichtigheid ten behoeve van den Staat .gevestigd (7V2 pet. van de schadeloosstelling), die geacht wórdt be trekking te hebben opi het perceel, ge durende 30 jaar verschuldigd door hem, die het genot heeft van het perceel krachtens recht van bezit of eenig ander zakelijk recht. Dan komt er een jachtcommissie, sa mengesteld uit leden uit provincies, waar in gronden zijn gelegen, wielke met jacht recht zijn bezwaard. Biji die commissie moeten zij, die aanspraak maken op1 scha deloosstelling, binnen 4 maanden na het in w'erking treden der Wet aangifte doen van (Ie door deze inweking treding voor hen ondergegane jachtrechten. De aan vragen worden ter visie gelegd en ieder belanghebbende kan daartegen opkomen. Van de besluiten der Jachtcommissie staat hooger beroep' open bij het Gerechtshof. De jachtcommissie bepaalt de waarde van het jachtrecht. Hij die bij' het in werking treden dei- wel. grond in pacht heeft, waarop' een jachtrecht rsut, betaalt, als verhooging van de pachtsom, gedurende den nog loopenden pachttijd aan den verpachter per jaar 19/26 van de hiervoor genqomde „jachtrente". 0 v e r g a n g s- en slotbepa lingen. De vóór het in w'erking treden dezer wet gesloten overeenkomst betreffende verhuring of verpachting van het genot van de jacht of verleende vergunning tot jagen (met uitzondering van de ver gunningen aan huisgenooten en kinderen, van hem, die het voorbehoud heeft ge maakt, aan een bij hem in dienst zijnden jager, alsmede a,an dengene, die in zijn gezelschap' jaagt) vervalt, van rechtswege over 4 jaar, tenzij in de overeenkomst of vergunning zelve een eerdere datum van beëindigen is vermeld. Op verzoek van dengene, wiens recht op1 de jacht overeenkomstig deze bepaling is vervallen of gewijzigd, kan de kanion- rechter zoodanige voorwaarden stellen en zoodanige bepalingen maken, als deze in het belang van eerstgenoemde noodig oor deelt. Is niet vergeefs gestort! Gelijk een koe lenden r'egen Bedauwt het do Kerk; gelijk een schaduw rijken palmboom, Hebben die volken rust onder zijn ver kwikkend' lommer; Van zijne groene bladeren worden kro nen gevlochten, En alles wordt gelukkig door een zachte kalmte. De aarde sluimert in het suizen van den wind, En het 'zwaairld des oorlogs koert in de t schee-de tot rust. Zingt den Heeirte! Die dooden rusten niet hopeloos meer Onder de schaduw der cypressen, Om voet* eeuwig te slapen, zonder te ontwaken; De banden des doods worden verbroken, De engel dietr opstanding leeft, Die -de onsterfelijkheid heeft teweeg .ge- gebTacht; Zij- volgen den Verbreker van de kluis tere ides doods; De duisternis klaart op, en hunne zielen gaan in de vreugde. O, mijne lezers, zulk ©em gezang in den m'ond van deze kinderen moet iets van een lied des hemels hebben gehad. Terwijl, gelijk wij ree.ds gezien hebben, De Roer en de rechtsgeleerden. In „Het Vaderland" plaatste Mr C. N. Nieuwenhuis dit stuk: Waarom zwijgen tot nog1 toe bij ons de voornaamste rechtsgeleerden en man nen van beteekenis bij' het lezen en very nemen van de rechtsverkrachtingen, die de Franschen nu dagelijks op die arme, verhongerde Duitsche bevolking' uitoefe nen? De op waarheid gegronde berich ten zijn om van te rillen en te beven. Toen ettelijke jaren geleden Rusland Fin land inlijfde, kwamen alle voorname rechtsgeleerden in ons vaderland daar tegen op en protesteerden zooveel zij maar konden, hoeWel wetende, dat het geen resultaat zou hebben. Maar de gemoe deren uitten zich, gaven zich lucht. Nu het recht, vooral 't internationale recht, in vol len vredestijd wordt geschonden, het pri vaat bezit op alle mogelijke manier wordt te niet gedaan, nu men weder bezig is een volk uit te hongeren en rustri ge burgers te mishandelen en van hun bezit, te berooven, nu heeft zich tqt nog toe alleen de stem van Prof. de Lou-i ter, onzen voorvechter voor het inter nationale recht, laten hoaren. Die ver ontwaardiging, die klacht van dezen ge leerde, heeft die nog geen weerklank ge vonden, zelfs nu niet, zoovele wieken reeds daarna, Waarin nog zooveel meer onrechtvaardigheden op rechtsgebied be gaan zijn? Het is mij- onbegrijpelijk! Of heeft een algemeene angst tegenover den machtigen nabuur ons bevangen? Maar een jurist, een voorstander van Wet, en recht, mag 'm! i. geen angst kennen. Die moet slechts vragen naar toepassing van het recht en zich met alle hemi ten dienste staande middelen, en dus ook door de pers, kanten tegen alle gewel denarijen en machtsovertredingen, want er is geen oorlogstoestand. In Finland hebben de voornaamste ju risten er dezer dagen niet tegen ofp| gezien om openlijk tegen die geweld daden te velde te trekken. Ook in Zwe den ,js een beweging van rechtsgeleer den daartegen gaande. Andere landen zullen, hoop ik, volgen, en zal Neder land, dat op rechtsgebied zoq hoog staat, dat alhier herbergt het Internationale Hof van Justitie, zal men hier stil toe zien en de schouders ophalen? Mag het Internationale Hof van Ju stitie zijn stem niet laten hooren? Is dat alleen om geschillen te beslissen, die het voorgelegd warden? Dat dunkt mij zoo. Maar als die heeren of eenigen van hen voor hun leven benoemd zijn en daardoor van ieder onafhankelijk het is toch een rechts college be staat er voor hen dan wel voldoende reden om steeds het stilzwijgen te be waren? In Frankrijk zelf gaan er reeds genoeg stemtoon tegen op', zelfs van ge leerden, militairen en schrijvers. Hoe scherp uit zich o.a. generaal Serrail niet, een zoo bekend militair tijdens den oorlog In naam- van het recht en de irmensche- lijkheicl doe ik een beroep cp# alle rechts geleerden en mannen van beteekenis in ons land. Dr Cuno le Stuttgart. Cuno heeft op zijn rondreis door Zuid- Duilschland te Stuttgart gesproken. Hij legde nogmaals den nadruk op de een heid tusschen Noord en Zuid in het rijk en op de samenwerking tusschen alle standen en partijen. De politiek van den passieven tegenstand moet worden voort gezet. Wanneer "Duitschland zich ditmaal onderwerpt, dan zal het voor altijd uit zijn met de vrijheid van het Duitsche rijk en van het Duitsche volk. Wie echter een ander optreden tegenover de Franschen aanbeveelt dan dat van den uitsluitend passieven weerstand, zondigt oók tegen do eenheid en de eensgezindheid van hel Duitsche volk. Wat de mogelijkheid van onderhandelingen betreft, herhaalde Cuno de verklaring, welke - hij reeds in den Rijksdag en Donderdagavond te Munchen had afgelegd: alle onderhandelingen zijn onmogelijk zoolang de Franschen en Bel gen het Roergebied niet ontruimd hebben. Uit Stuttgart is dr Cuno naar Berlijn teruggegaan. herderlijke werkzaamheden Edmond en zijn huisgezin gedurende den zomer beziigf hielden, waren zij- in den herfst bedrij vig met den wijnoogst en vonden dus altijd overvloedig gelegenheid om hun tijd nuttig door te brengen. Die familie va.n Edmond had ook in de vallei alom den naam van bijzonder ijverig te zijn. De predikant sprak daarvan zelfs met de grootste waai'dieering en stelde haar tot een voorbeeld vooir anderen. Hij* noemde werkzaamheid en 'ijver een gave des he mels en was er dus 'zeer op gesteld, dat de kinderen zijns broeders en oolc zijn eigéné nooit ledig waren „De Satan", zeide hij, „vindt altijd 'werk voor ledige handen". Het was aldus onder1 de aangenaamste gewaarwordingen, en onder de grootste zegeningen, dat vool* Edmond en de zij nen ©enige gelukkige jaren, bijna zonder dat zij het wisten, heen vloden. Zij smaak ten al de genoegens, die gezondheid, Gods vrucht, nijverheid en de zegen des Heeren mede brengen; geen rampen of tegen spoeden hadden tot nog toe hun geluk tegengewerkt. Doch eensklaps trof hun een zware slag, daar het den Vrijmach tige behaagde, hun jongste lieveling tot zich te nemen, tengevolge eenei* ziekte; die onder de kinderen der Vallei heersch- te. Echter schonk de Heere hun tegeljjiker- tijd een nieuwen zegen, daar Aletta we- De bezigheden van den ex-Keizer. De Duitsche bladen publiceeren een in terview met de gemalin van ex-keizer Wil helm te Doorn. Na verklaard te hebben dat zij zich voor den tijd van acht we ken naar Silezië wilde begeven, zeide zij het volgende met betrekking tot de bezig heden van den ex-keizer: „Wanneer mijn. zoons hier zijn, zullen zij den ex-keizer ijverig bij het zagen en houthakken helpen. De ex-keizer houdt zich nog dagelijks hiermede bezig, omdat hij van jongs af aan veel beweging ge wend is. Hij doet dit bij wijze van sport, om zijn physiek weerstandsvermogen op peil te houden. Ook helpt de ex-keizer dikwijls en gaarne in het park en den tuin. Bovendien houdt hij zich thans be zig met archeologische studiën en met zijn aanteekeningen voor zijn boek over de Grieksche oudheden. Voorts doet hij aan meteorologische en ook aan theologische studiën. NogVrijdag richtte hij een schrij ven tot den predikant Vogel te Potsdam, waarin hij theologische kwesties behan delde. Behalve dit alles volgt hij de politieke gebeurtenissen natuurlijk met de grootste belangstelling. Met het oog op den enor- men toevloed van nieuwe publicaties heb ben wij een soort werkverdeeling inge voerd. Ieder leest oen fragment voor en geeft daarna een uiteenzetting van zijn meening over het gelezene, waarna er zich een algemeene gedachtenwisseling ontspint, waarin de kern van het gelezene wordt samengevat. Alles, wat de persoon en de politiek van den ex-keizer betreft, lezen wij natuurlijk aandachtig, en niet alleen de gunstige beoordeelingen." Dusseldorf. De verkeersmoeilijkheden in het district Dusseldorf zijn opnieuw toegenomen door het 'uitbreken van een staking onder de transportarbeiders. Daar Dusseldorf van het directe treinverkeer geheel is afgesne den, moest er voor het goederenvervoer van vrachtwagens gebruik gemaakt wor den. Wegens looneisehen heeft nu een groot deel der transportarbeiders het werk neergelegd. Dientengevolge moest de gas fabriek het bedrijf zoozeer inkrimpen, dat overdag in het geheel geen gas geleverd wordt en de verbruikers eerst bij het invallen van cle duisternis va.n gas wor den voorzien. Ook de lossing der per schip aangevoerde goederen ondervindt door de staking groote vertraging. De bezettings-autoriteiten hebben 126 millioon mark loongelden van de „Rhei- nische Metallwaren- und Maschinenfabrik" in beslag genomen, met de motiveering, dat dit geld bestemd was voor cle uit betaling van loonen en salarissen aan personen, die zich verzet hebben legen cle Franse,he bevelen. Het bedrijf der ge noemde fabriek ligt tengevolge van ver dere bezetting door Fransche posten vol komen stil. Lenin. De ingetreden verbetering! in Lenin's gezondheidstoestand houdt aan. Lenin houclt verblijf op een buitenhuis in het dorpi Ai'changclsk, bijl Moskou, en is ge heel van de buitenwereld afgesloten. Be halve de doktoren en zijin vrouw; wordt niemand tot hern toegelaten. In leidende com'munistische kringen wiordt rekening gehouden met de 'mogelijkheid van een langdurig gedwongen terugtrekken van Le nin uit het politieke leven, maar alleen aan het feit dat hiijl leeft wordt groote beteekenis toegekend, daar tal van bot singen tusschen verschillende fracties der communistische partij en tusschen de par tijleiders in do provincie onderling, dank zij de autoriteit van Lenin's naami, veel van hun scherpte verliezen. Lenin gaat, zoo spoedig zijn gezondheidstoestand hem zulks zal veroorloven, voor genezing naar het. zuiden'. .»j Henry Taft over het Heilsleger. Henry Taft, de zeer gefortuneerde broe der van den voormaligen president der Vereenigde Staten, W. H. Taft, heeft zich op treffende prijzende wijze uitgelaten over het Leger des Hells. Hij heeft zich aan het hoofd geplaatst van .een propaganda om voor de finan ciën van het Leger des Heils te New- York (stad) 500.000 dollar te collecteeren. Hij verklaart in zijn oproep a.m.: „In dien de gemiddelde Amlerikaansche za kenman of Wetenschappelijk onderlegde w'erker met een dollar miaar half zooveel deiro'm gelukkig moeder werd. Toch was hun droefheid over h]et ver lies van hun kind groot. Aangezien zij echter door het geloof, dat door den Heiligen Geest in hun ziel gewerkt was, het volle bewustzijn in zich omdroegen, dat de lieve kleine een uitverkoren vat was, mochten zij1 door 's Heeren genade ook in dezen vooihun vleesch zoo moei lijken weg berusten en bleven zlijl aan de kleine Maria met weemoedige vreugde denken, daar zij nu vereenigd was met duizenden gelukzalige kinderen, misschien ook wel met. die kinderen, die vroegeS als martelaars in de vallei gestorven wa- r'en ,of met die, welke1 in Bethlehem ge dood werden, toen de .Heere Jezus, ook om hunnentwil een kind was. Met zulke .gedachten vertroostten Ed- miond en zijn gezin elkander. En daar in de valleien de tijden van vervolging el kander opvolgden, zeide ziijn vrouw tot hem: „Wie weet, lieve man, of ons ge liefd' kind niet weggenomen is vóór den dag des kwaads, die aanstaande is". En in dit opzicht waren de woorden van zijn vrouw voorboden van onheil, zoo als wij in het volgende hoofdstuk zullen zien. HOOFDSTUK V. Een streng bevel. Bij het begin dezer geschiedenis zeiden konden doen als het Leger des Heils, dan zouden de meeste financieele en eco nomische moeilijkheden des lands ver dwijnen." Volgens Taft is het groote succes van het Leger des Heils in de Vereenigde Staten en in Engeland in hooge mate te danken aan den opofferenden geest van officieren en manschappen. Utr. Dgbl. Duitschlands voedselvoorziening. De minister voor vqlksvoeding, Luther, heeft in den Rijksdag verklaard, dat de beschikbare hoeveelheid voedsel per hoofd der bevolking, wat brood en graan betreft, 50 ptet. bedraagt van vóór den oorlqg. De verminderde koopkracht maakt het onmogelijk, voldoende graan in het buitenland aan te koopen. Voor dit jaar is evenwel de behoefte aan broodgraan tot ver in den zomer gedekt, ojok voor het bezette gebied. De Z omer tijd. De Ned. Boerenbond, federatie der vijf gewestelijke Boerenbonden, omvattende ongeveer 80.000 boeren en tuinders, heeft zich met een adres gewend tot de Eerste Kamer, waarin hij als zijn meening uit spreekt, dat de nadeelen, verbonden aan de wederinvoering van den zomertijd, ver boven de voordeelen daarvan uitgaan, en vertrouwt, dat een rustige beoordeeling de Kamer er toe zal brengen deze meening te deelen en dat zij het voorstel van wet, waarbij deze crisismaatregel wordt inge trokken en dat onlangs door de Tweede Kamer is aangenomen, eveneens zal aan nemen. Ook door het hoofdbestuur van den Christelijken Boeren- en Tuindersbond in Nederland is aan de Eerste Kamer der Staten-Generaal een adres gericht, waarin aangedrongen wordt het wetsvoorstel van de heeren Braat en de Boer tot afschaffing van den zomertijd aan te nemen. Indisch onderwijs op onze scholen. Een Vooi'loopig Indisch Onderwijscomité verspreidt een oproep, waarin het de oude klacht aanheft over het gebrek aan be langstelling in en kennis van onze Oost en West. Dat gebrek is te betreuren, zegt het. „Kennis van land en volk is de nood zakelijke voorwaarde om den weg te ba nen tot onderling begrijpen en waardee- ren, welke weer noodig zijn om samen werking tusschen de volken van het Ko ninkrijk der Nederlanden in Europa, Azië en Amerika te verkrijgen en het bewust zijn levendig te doen worden van ^onder linge saamhoorigheid." Het comité stelt zich nu ten doel de verspreiding van kennis omtrent Oost- en West-Indië op de scholen in Nederland te bevorderen. Het. wil daartoe de mede werking inroepen van instituten, comité's en vereenigingen, deze waar noodig steu nen, voorts daartoe bevoegde personen verzoeken zich met de autoriteiten in ver binding te stellen, ten einde de noodige maatregelen voor de scholen te beramen. Het is overtuigd te zullen slagen, omdat bet rekent op volledige medewerking van de autoriteiten, de betrokken hoofden en directies, op alle in dit verband in aan merking komende organisaties en vereeni gingen, en niet in de minste plaats op de scholieren, wier belangstelling zal wor den gewekt en behouden door zooveel mogelijk aanschouwelijk en populair on derwijs in de hoogere klassen der lagere scholen, en door het houden van lezingen, causerieën, cursussen, enz. over Indië in den ruimsten zin des woords te geven, door lichtbeelden, films en ander demon stratie-materiaal verduidelijkt en aantrek kelijk gemaakt, ook bij het voortgezet-, middelbaar- en gymnasiaal onderwijs. Maar vooral rekent het comité er op den steun van het geheele Nederlandsche volk te verkrijgen. Om te beginnen ver zoekt het alle Nederlanders, van welke maatschappelijke positie ook, die met hun streven in beginsel instemmen, een ad- liaesie-betuiging te zenden aan den heer Kees R. van Hoek, algemeen secretaris van het Comité, Rotterdam, Nieuwe Bin nenweg 63. (Volgen de onderteekeningen, o. a. van H. Colijn, A. W. F. Idenburg en dr C. Snouck Hurgronje.) wij, dat de vrome en vredelievende be woners der valleien somtijds in de har de noodzakelijkheid waren, om "hun ver blijf te verlaten, en dat zij:, verdreven uit de eene bekoorlijke vallei, in den boezem van een andere moesten vluchten. En waarom w!as het, dat deze bemin nelijke en vreedzame menschen zoo wreed uit hunne bezittingen verjaagd en van alle ondersteuning beroofd waren? Waarom waren ze aan de onmeedoogendste wreed heden der vervolging of aan het woeden der elementen blootgesteld? De reden daarvan bestond alleen in hun godsdienst. De inwoners van de valleien beleden den godsdienst des Bijlbeis, if tegenoverstelling van het bijgeloof van den paus en de monniken, of, zooals het genoemd wordt, de Roomsch-Katholieke godsdienst. Ziji geloofden in denzelfden Verlosser, die reeds aan otnzen Stamva der in het Paradijs is toegezegd, en het zelfde Evangelie, dat aan Abraham in Haran en op den berg Mqria gepredikt is, was de grond van hun geloof en van hun boap terwijl liefde tot de Waarheid, en alles waf door de Waarheid aange bracht wordt, de schoon© en heilige band hunner vereeniging was. "(Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1923 | | pagina 5