DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
TOT DEM DOOD GETROUW.
Uit de Pers.
Buitenland.
Binnenland.
VAN
MAANDAG 26 MAART 1923. No. 148.
DE NIEUWE JACHTWET.
Aan de hand van „Het Vaderland" vol
gen hieronder de voornaamste bepalingen.
Algemeene bepalingen.
Voorop wordt 'gesteld wat ,5vild" is
(onderverdeeld in grof wild, klein wild en
waterwild) en Wat onder „schadelijk ge
dierte" wordt verstaan. Degradatie biji
Kon. besluit van „wild"soorten tot
„schadelijk gedierte" blijft daarbij! voor be
paalde gedeelten van het Rijk mogelijk
en Omgekeerd kan de fazant op> gelijke
wijze tot ^wild" wórden gepromoveerd,
d.w.z. voor uitroeiing behoed worden. Al
leen de wilde zwijnen en konijnen blijven
onherroepelijk in de klasse der minder
waardigheid en verder zal de Kroon vast
stellen welke soorten „schadelijk" zijn.
Gerechtigd zijn tot het genot van de
jacht: do eigenaar van den grond, of
ieder ander die krachtens zakelijk recht
hezit. heeft van den grond. Voor zoover
betreft 'gronden, bij! overeenkomst in pacht
of ander persoonlijk gebruik gegeven, is
de pachter of de gebruiker de gerechtigde.
Het genot van de jacht kan echter bij
de overeenkomst, waarbij het zakelijk of
persoonlijk recht gevestigd w'erd, wto'den
voorbehouden. In dit laatste geval moet
voor verpachting of verleening1 van ver
gunning om te jagen de toestemming van
den grondgebruiker verkregen zijn, het-
geeri echter niet noodig' is voor een ver
gunning aan hnisgenooten en kinderen
van hem, die het voorbehotud heeft ge
maakt, aan een jager in zijn dienst of
in zijn gezelschap.
D e j a c h t a c t e n.
De jager moet vooirzien zijn van een
jachtacte. Een jachtacte wórdt aan ver
schillende, in de w'et opgesomde catego
rieën van personen gew'eigerd en kan ver
der alleen geweigerd worden indien mis
bruik of gevaar is te vreezen van de be
voegdheid om te jagen of om een schiet
geweer voorhanden te hebben (waartoe de
houder van een jachtacte het recht heeft).
Een groote jachtacte voior alle geoor
loofd jachtbedrijf kost 30 gulden
's ajars, de houder daarvan kan voor an
deren een logeeracte, geldig gedurende
veertien dagen, voor f 10 krijgen. Ver
der bestaan er nog groot e jachtacten
tot alle geoorloofd jachtbedrijf voor f 15
en klenie jachtacten tot het vangen van
waterwild met geoorloofde netten voor
fö.—
Di e j a c h t b e d r ij ven.
Alle middelen otni te jagen zijn geoor
loofd behalve: kunstlicht, lijto, strikken,
beugels, vallen en klemmen, kanongew'e-
ren, staltnetten, te groote vang- of trek-
nctten, giftige of verdoovende middelen,
lange honden (dus de lange jacht) en ge
blinde of verminkte lokvogels.
Re Minister bepaalt jaarlijks den tijd
van opening en sluiting; der jacht. Het is
verboden te jagen, behalve, natuurlijk, in
gesloten jachttijd, op Zondagen en voor
zonsopgang en na zonsondergang; met
enkele uitzonderingen ipr ide bebouwde
'kommen enz. Die Commissaris der Ko
ningin ka naan houders van een groote
jachtacte in gesloten jachttijd vergunning
verleenen voor drijf- of klopjachten voor
bepaalde wildsoorten. Vergunningen zijn
ook te verkrijgen voior het brengen van
honden in gesloten jachttijd voor het
wild in het jachtveld en voor het opvan
gen en levend vervoeren van wild.
Hel is verboden eieren van wild te
zoeken, te rapen, ten verkootp in voorraad
te hebben, te koop aan te bieden, te
verkoopen, af te leveren of te vervoeren.
Dl e eenden k ooien.
Eendenkooien moeten geregistreerd en
afgepaald worden. Voor oprichting daar
van is de toestemlming van de eigenaren
der betrokken gronden en van de Kroon
noodig. Aan de vergunning; kunnen voor
waarden en beperkingen worden verbon
den.
Het vervoer en de handel
in wild.
Voor het vervoer, ten verkoop voorhan
den, hebben, te koop aanbieden, verkoo
pen, afleveren en vervoeren van wild wor
den bij: algemeenen maatregel van be-
FEUILLETON.
10)
Dit Was dikwijls het onderwerp van de
gesprekken der- vallcibewoners, waarbij de
glorierijke dood der martelaren gedurig
door hen bezongen weird. Ook Louise en
Huibeït, met de kinderen van den leeraar
volgden dit voorbeeld. Wanneer zij op
ie bergen bij' de kudden waren, dan hief
één hunner aan: „Zingt den Heere!" en
met het schoonste aceoord stemden z!ij
te zanten en klonk het:
Zingt den Heer© miet harp en fluit en
stem,
Verbreidt zijn lof tot aan do poorten der
hemelen,
Dewijl de martelaren tot hunne rust zijn
ingegaan;
Zingt den Heer©! Hunne bloedvlekken
zijn uitgewischt;
Zij dragen nu kronen op hunne hoofden,
Die schitteren in de morgenzon.
Zingt tel* eer© der overwinnaars in den
kampstrijd Gods;
De brandstapel, was hun de deur des
hemels.
7'ingt den Heeite! Het bloed der martelaars
stuur de voorwaarden vastgesteld, waar
onder sommige verbodsbepalingen niet
van toepassing zjjh op wild, afkolmstig
uit erkende, in Nederland gevestigde koel
huizen.
De voorkoming van schade.
De grondgebruiker dus niet de eige
naar, gelijk t.a.v. het wild heeft bij
uitsluiting het recht op den dooi- hem
gebruikten grond schadelijk gedierte te
dooden. De voor de jacht verboden mid
delen zijn ook hier verboden, uitgezonderd
vallen, beugels, klemlinen en strikken, wel
ke met nog andere in art. 16 voor de
jacht verboden middelen zullen zijn toe
gelaten, als de Minister, op advies der
schadecommissie voor bepaalde gemeen
ten of gedeelten van gemeenten dit be-
apalt.
Bovendien bepaalt art. 58, dat de Minis
ter maatregelen verordent tegen de nadee-
len, uit te groote vermenigvuldiging van
wild of schadelijk gedierte ontstaande.
Verder komt er in iedere ptovincie een
(of meer dan een) schadecommissie, door
den Minister samengesteld op aanbeveling
van de door den Minister aan te wijzen
landbouwvereeniging'en. Na advies van
deze commissie kan de Minister, tot we
ring van schade, opi verzoek van belang
hebbenden, vergnuning verleenen om met"
afwijking van de bepalingen der wet wild
of schadelijk gedierte te vangen of te
dooden, hetzij door henzelf, hetzij door
anderen. De grondgebruiker is er van
verzekerd, dat bedingen, om hem zijn
recht van schade-voorkoming te ontne
men, nietig zijn. Bovendien kan de kan
tonrechter pm gewichtige redenon te niet
doen den afstand of 't voorbehoud van
het recht van genot van de jacht, met
name lijndien te duchten isj_ dat ten ge
volge van een overmatigen wildstand het
landbouwbelang geschaad .wordt.
I De jachtrechten.
Bij deze w'et worden alle jachtrechten
(heerlijke en andere zakelijke, op- on
roerend goed gevestigde jachtrechten) op
geheven. Tevens kunnen geen jachtrech
ten meer worden gevestigd. Van Rijks-
wtege wordt een schadeloosstelling gege
ven aan wie gerechtigd was tot een
jachtrecht en op ieder 'kadastraal perceel,
dat met een jachtrecht bezwaard was,
wordt onder den naam van „jachtrente"
een schuldplichtigheid ten behoeve van
den Staat .gevestigd (7V2 pet. van de
schadeloosstelling), die geacht wórdt be
trekking te hebben opi het perceel, ge
durende 30 jaar verschuldigd door hem,
die het genot heeft van het perceel
krachtens recht van bezit of eenig ander
zakelijk recht.
Dan komt er een jachtcommissie, sa
mengesteld uit leden uit provincies, waar
in gronden zijn gelegen, wielke met jacht
recht zijn bezwaard. Biji die commissie
moeten zij, die aanspraak maken op1 scha
deloosstelling, binnen 4 maanden na het
in w'erking treden der Wet aangifte doen
van (Ie door deze inweking treding voor
hen ondergegane jachtrechten. De aan
vragen worden ter visie gelegd en ieder
belanghebbende kan daartegen opkomen.
Van de besluiten der Jachtcommissie staat
hooger beroep' open bij het Gerechtshof.
De jachtcommissie bepaalt de waarde
van het jachtrecht.
Hij die bij' het in werking treden dei-
wel. grond in pacht heeft, waarop' een
jachtrecht rsut, betaalt, als verhooging
van de pachtsom, gedurende den nog
loopenden pachttijd aan den verpachter
per jaar 19/26 van de hiervoor genqomde
„jachtrente".
0 v e r g a n g s- en slotbepa
lingen.
De vóór het in w'erking treden dezer
wet gesloten overeenkomst betreffende
verhuring of verpachting van het genot
van de jacht of verleende vergunning
tot jagen (met uitzondering van de ver
gunningen aan huisgenooten en kinderen,
van hem, die het voorbehoud heeft ge
maakt, aan een bij hem in dienst zijnden
jager, alsmede a,an dengene, die in zijn
gezelschap' jaagt) vervalt, van rechtswege
over 4 jaar, tenzij in de overeenkomst
of vergunning zelve een eerdere datum
van beëindigen is vermeld.
Op verzoek van dengene, wiens recht
op1 de jacht overeenkomstig deze bepaling
is vervallen of gewijzigd, kan de kanion-
rechter zoodanige voorwaarden stellen en
zoodanige bepalingen maken, als deze in
het belang van eerstgenoemde noodig oor
deelt.
Is niet vergeefs gestort! Gelijk een koe
lenden r'egen
Bedauwt het do Kerk; gelijk een schaduw
rijken palmboom,
Hebben die volken rust onder zijn ver
kwikkend' lommer;
Van zijne groene bladeren worden kro
nen gevlochten,
En alles wordt gelukkig door een zachte
kalmte.
De aarde sluimert in het suizen van den
wind,
En het 'zwaairld des oorlogs koert in de
t schee-de tot rust.
Zingt den Heeirte! Die dooden rusten niet
hopeloos meer
Onder de schaduw der cypressen,
Om voet* eeuwig te slapen, zonder te
ontwaken;
De banden des doods worden verbroken,
De engel dietr opstanding leeft,
Die -de onsterfelijkheid heeft teweeg .ge-
gebTacht;
Zij- volgen den Verbreker van de kluis
tere ides doods;
De duisternis klaart op, en hunne zielen
gaan in de vreugde.
O, mijne lezers, zulk ©em gezang in
den m'ond van deze kinderen moet iets
van een lied des hemels hebben gehad.
Terwijl, gelijk wij ree.ds gezien hebben,
De Roer en de rechtsgeleerden.
In „Het Vaderland" plaatste Mr C. N.
Nieuwenhuis dit stuk:
Waarom zwijgen tot nog1 toe bij ons
de voornaamste rechtsgeleerden en man
nen van beteekenis bij' het lezen en very
nemen van de rechtsverkrachtingen, die
de Franschen nu dagelijks op die arme,
verhongerde Duitsche bevolking' uitoefe
nen? De op waarheid gegronde berich
ten zijn om van te rillen en te beven.
Toen ettelijke jaren geleden Rusland Fin
land inlijfde, kwamen alle voorname
rechtsgeleerden in ons vaderland daar
tegen op en protesteerden zooveel zij
maar konden, hoeWel wetende, dat het
geen resultaat zou hebben. Maar de gemoe
deren uitten zich, gaven zich lucht. Nu het
recht, vooral 't internationale recht, in vol
len vredestijd wordt geschonden, het pri
vaat bezit op alle mogelijke manier wordt
te niet gedaan, nu men weder bezig
is een volk uit te hongeren en rustri
ge burgers te mishandelen en van hun
bezit, te berooven, nu heeft zich tqt nog
toe alleen de stem van Prof. de Lou-i
ter, onzen voorvechter voor het inter
nationale recht, laten hoaren. Die ver
ontwaardiging, die klacht van dezen ge
leerde, heeft die nog geen weerklank ge
vonden, zelfs nu niet, zoovele wieken
reeds daarna, Waarin nog zooveel meer
onrechtvaardigheden op rechtsgebied be
gaan zijn? Het is mij- onbegrijpelijk! Of
heeft een algemeene angst tegenover den
machtigen nabuur ons bevangen? Maar
een jurist, een voorstander van Wet, en
recht, mag 'm! i. geen angst kennen. Die
moet slechts vragen naar toepassing van
het recht en zich met alle hemi ten
dienste staande middelen, en dus ook
door de pers, kanten tegen alle gewel
denarijen en machtsovertredingen, want
er is geen oorlogstoestand.
In Finland hebben de voornaamste ju
risten er dezer dagen niet tegen ofp|
gezien om openlijk tegen die geweld
daden te velde te trekken. Ook in Zwe
den ,js een beweging van rechtsgeleer
den daartegen gaande. Andere landen
zullen, hoop ik, volgen, en zal Neder
land, dat op rechtsgebied zoq hoog staat,
dat alhier herbergt het Internationale
Hof van Justitie, zal men hier stil toe
zien en de schouders ophalen?
Mag het Internationale Hof van Ju
stitie zijn stem niet laten hooren? Is
dat alleen om geschillen te beslissen,
die het voorgelegd warden? Dat dunkt
mij zoo. Maar als die heeren of eenigen
van hen voor hun leven benoemd zijn
en daardoor van ieder onafhankelijk
het is toch een rechts college be
staat er voor hen dan wel voldoende
reden om steeds het stilzwijgen te be
waren? In Frankrijk zelf gaan er reeds
genoeg stemtoon tegen op', zelfs van ge
leerden, militairen en schrijvers. Hoe
scherp uit zich o.a. generaal Serrail niet,
een zoo bekend militair tijdens den oorlog
In naam- van het recht en de irmensche-
lijkheicl doe ik een beroep cp# alle rechts
geleerden en mannen van beteekenis in
ons land.
Dr Cuno le Stuttgart.
Cuno heeft op zijn rondreis door Zuid-
Duilschland te Stuttgart gesproken. Hij
legde nogmaals den nadruk op de een
heid tusschen Noord en Zuid in het rijk
en op de samenwerking tusschen alle
standen en partijen. De politiek van den
passieven tegenstand moet worden voort
gezet. Wanneer "Duitschland zich ditmaal
onderwerpt, dan zal het voor altijd uit zijn
met de vrijheid van het Duitsche rijk en
van het Duitsche volk. Wie echter een
ander optreden tegenover de Franschen
aanbeveelt dan dat van den uitsluitend
passieven weerstand, zondigt oók tegen
do eenheid en de eensgezindheid van hel
Duitsche volk. Wat de mogelijkheid van
onderhandelingen betreft, herhaalde Cuno
de verklaring, welke - hij reeds in den
Rijksdag en Donderdagavond te Munchen
had afgelegd: alle onderhandelingen zijn
onmogelijk zoolang de Franschen en Bel
gen het Roergebied niet ontruimd hebben.
Uit Stuttgart is dr Cuno naar Berlijn
teruggegaan.
herderlijke werkzaamheden Edmond en
zijn huisgezin gedurende den zomer beziigf
hielden, waren zij- in den herfst bedrij
vig met den wijnoogst en vonden dus
altijd overvloedig gelegenheid om hun tijd
nuttig door te brengen. Die familie va.n
Edmond had ook in de vallei alom den
naam van bijzonder ijverig te zijn. De
predikant sprak daarvan zelfs met de
grootste waai'dieering en stelde haar tot
een voorbeeld vooir anderen. Hij* noemde
werkzaamheid en 'ijver een gave des he
mels en was er dus 'zeer op gesteld, dat
de kinderen zijns broeders en oolc zijn
eigéné nooit ledig waren „De Satan",
zeide hij, „vindt altijd 'werk voor ledige
handen".
Het was aldus onder1 de aangenaamste
gewaarwordingen, en onder de grootste
zegeningen, dat vool* Edmond en de zij
nen ©enige gelukkige jaren, bijna zonder
dat zij het wisten, heen vloden. Zij smaak
ten al de genoegens, die gezondheid, Gods
vrucht, nijverheid en de zegen des Heeren
mede brengen; geen rampen of tegen
spoeden hadden tot nog toe hun geluk
tegengewerkt. Doch eensklaps trof hun
een zware slag, daar het den Vrijmach
tige behaagde, hun jongste lieveling tot
zich te nemen, tengevolge eenei* ziekte;
die onder de kinderen der Vallei heersch-
te. Echter schonk de Heere hun tegeljjiker-
tijd een nieuwen zegen, daar Aletta we-
De bezigheden van den ex-Keizer.
De Duitsche bladen publiceeren een in
terview met de gemalin van ex-keizer Wil
helm te Doorn. Na verklaard te hebben
dat zij zich voor den tijd van acht we
ken naar Silezië wilde begeven, zeide zij
het volgende met betrekking tot de bezig
heden van den ex-keizer:
„Wanneer mijn. zoons hier zijn, zullen
zij den ex-keizer ijverig bij het zagen en
houthakken helpen. De ex-keizer houdt
zich nog dagelijks hiermede bezig, omdat
hij van jongs af aan veel beweging ge
wend is. Hij doet dit bij wijze van sport,
om zijn physiek weerstandsvermogen op
peil te houden. Ook helpt de ex-keizer
dikwijls en gaarne in het park en den
tuin. Bovendien houdt hij zich thans be
zig met archeologische studiën en met
zijn aanteekeningen voor zijn boek over de
Grieksche oudheden. Voorts doet hij aan
meteorologische en ook aan theologische
studiën. NogVrijdag richtte hij een schrij
ven tot den predikant Vogel te Potsdam,
waarin hij theologische kwesties behan
delde.
Behalve dit alles volgt hij de politieke
gebeurtenissen natuurlijk met de grootste
belangstelling. Met het oog op den enor-
men toevloed van nieuwe publicaties heb
ben wij een soort werkverdeeling inge
voerd. Ieder leest oen fragment voor en
geeft daarna een uiteenzetting van zijn
meening over het gelezene, waarna er
zich een algemeene gedachtenwisseling
ontspint, waarin de kern van het gelezene
wordt samengevat. Alles, wat de persoon
en de politiek van den ex-keizer betreft,
lezen wij natuurlijk aandachtig, en niet
alleen de gunstige beoordeelingen."
Dusseldorf.
De verkeersmoeilijkheden in het district
Dusseldorf zijn opnieuw toegenomen door
het 'uitbreken van een staking onder de
transportarbeiders. Daar Dusseldorf van
het directe treinverkeer geheel is afgesne
den, moest er voor het goederenvervoer
van vrachtwagens gebruik gemaakt wor
den. Wegens looneisehen heeft nu een
groot deel der transportarbeiders het werk
neergelegd. Dientengevolge moest de gas
fabriek het bedrijf zoozeer inkrimpen, dat
overdag in het geheel geen gas geleverd
wordt en de verbruikers eerst bij het
invallen van cle duisternis va.n gas wor
den voorzien. Ook de lossing der per
schip aangevoerde goederen ondervindt
door de staking groote vertraging.
De bezettings-autoriteiten hebben 126
millioon mark loongelden van de „Rhei-
nische Metallwaren- und Maschinenfabrik"
in beslag genomen, met de motiveering,
dat dit geld bestemd was voor cle uit
betaling van loonen en salarissen aan
personen, die zich verzet hebben legen
cle Franse,he bevelen. Het bedrijf der ge
noemde fabriek ligt tengevolge van ver
dere bezetting door Fransche posten vol
komen stil.
Lenin.
De ingetreden verbetering! in Lenin's
gezondheidstoestand houdt aan. Lenin
houclt verblijf op een buitenhuis in het
dorpi Ai'changclsk, bijl Moskou, en is ge
heel van de buitenwereld afgesloten. Be
halve de doktoren en zijin vrouw; wordt
niemand tot hern toegelaten. In leidende
com'munistische kringen wiordt rekening
gehouden met de 'mogelijkheid van een
langdurig gedwongen terugtrekken van Le
nin uit het politieke leven, maar alleen
aan het feit dat hiijl leeft wordt groote
beteekenis toegekend, daar tal van bot
singen tusschen verschillende fracties der
communistische partij en tusschen de par
tijleiders in do provincie onderling, dank
zij de autoriteit van Lenin's naami, veel
van hun scherpte verliezen. Lenin gaat,
zoo spoedig zijn gezondheidstoestand hem
zulks zal veroorloven, voor genezing naar
het. zuiden'. .»j
Henry Taft over het Heilsleger.
Henry Taft, de zeer gefortuneerde broe
der van den voormaligen president der
Vereenigde Staten, W. H. Taft, heeft zich
op treffende prijzende wijze uitgelaten
over het Leger des Hells.
Hij heeft zich aan het hoofd geplaatst
van .een propaganda om voor de finan
ciën van het Leger des Heils te New-
York (stad) 500.000 dollar te collecteeren.
Hij verklaart in zijn oproep a.m.: „In
dien de gemiddelde Amlerikaansche za
kenman of Wetenschappelijk onderlegde
w'erker met een dollar miaar half zooveel
deiro'm gelukkig moeder werd.
Toch was hun droefheid over h]et ver
lies van hun kind groot. Aangezien zij
echter door het geloof, dat door den
Heiligen Geest in hun ziel gewerkt was,
het volle bewustzijn in zich omdroegen,
dat de lieve kleine een uitverkoren vat
was, mochten zij1 door 's Heeren genade
ook in dezen vooihun vleesch zoo moei
lijken weg berusten en bleven zlijl aan de
kleine Maria met weemoedige vreugde
denken, daar zij nu vereenigd was met
duizenden gelukzalige kinderen, misschien
ook wel met. die kinderen, die vroegeS
als martelaars in de vallei gestorven wa-
r'en ,of met die, welke1 in Bethlehem ge
dood werden, toen de .Heere Jezus, ook
om hunnentwil een kind was.
Met zulke .gedachten vertroostten Ed-
miond en zijn gezin elkander. En daar in
de valleien de tijden van vervolging el
kander opvolgden, zeide ziijn vrouw tot
hem: „Wie weet, lieve man, of ons ge
liefd' kind niet weggenomen is vóór den
dag des kwaads, die aanstaande is".
En in dit opzicht waren de woorden van
zijn vrouw voorboden van onheil, zoo
als wij in het volgende hoofdstuk zullen
zien.
HOOFDSTUK V.
Een streng bevel.
Bij het begin dezer geschiedenis zeiden
konden doen als het Leger des Heils,
dan zouden de meeste financieele en eco
nomische moeilijkheden des lands ver
dwijnen."
Volgens Taft is het groote succes van
het Leger des Heils in de Vereenigde
Staten en in Engeland in hooge mate
te danken aan den opofferenden geest van
officieren en manschappen. Utr. Dgbl.
Duitschlands voedselvoorziening.
De minister voor vqlksvoeding, Luther,
heeft in den Rijksdag verklaard, dat de
beschikbare hoeveelheid voedsel per
hoofd der bevolking, wat brood en graan
betreft, 50 ptet. bedraagt van vóór den
oorlqg. De verminderde koopkracht maakt
het onmogelijk, voldoende graan in het
buitenland aan te koopen. Voor dit jaar
is evenwel de behoefte aan broodgraan
tot ver in den zomer gedekt, ojok voor
het bezette gebied.
De Z omer tijd.
De Ned. Boerenbond, federatie der vijf
gewestelijke Boerenbonden, omvattende
ongeveer 80.000 boeren en tuinders, heeft
zich met een adres gewend tot de Eerste
Kamer, waarin hij als zijn meening uit
spreekt, dat de nadeelen, verbonden aan
de wederinvoering van den zomertijd, ver
boven de voordeelen daarvan uitgaan, en
vertrouwt, dat een rustige beoordeeling de
Kamer er toe zal brengen deze meening
te deelen en dat zij het voorstel van wet,
waarbij deze crisismaatregel wordt inge
trokken en dat onlangs door de Tweede
Kamer is aangenomen, eveneens zal aan
nemen.
Ook door het hoofdbestuur van den
Christelijken Boeren- en Tuindersbond in
Nederland is aan de Eerste Kamer der
Staten-Generaal een adres gericht, waarin
aangedrongen wordt het wetsvoorstel van
de heeren Braat en de Boer tot afschaffing
van den zomertijd aan te nemen.
Indisch onderwijs op onze
scholen.
Een Vooi'loopig Indisch Onderwijscomité
verspreidt een oproep, waarin het de oude
klacht aanheft over het gebrek aan be
langstelling in en kennis van onze Oost
en West. Dat gebrek is te betreuren, zegt
het. „Kennis van land en volk is de nood
zakelijke voorwaarde om den weg te ba
nen tot onderling begrijpen en waardee-
ren, welke weer noodig zijn om samen
werking tusschen de volken van het Ko
ninkrijk der Nederlanden in Europa, Azië
en Amerika te verkrijgen en het bewust
zijn levendig te doen worden van ^onder
linge saamhoorigheid."
Het comité stelt zich nu ten doel de
verspreiding van kennis omtrent Oost- en
West-Indië op de scholen in Nederland
te bevorderen. Het. wil daartoe de mede
werking inroepen van instituten, comité's
en vereenigingen, deze waar noodig steu
nen, voorts daartoe bevoegde personen
verzoeken zich met de autoriteiten in ver
binding te stellen, ten einde de noodige
maatregelen voor de scholen te beramen.
Het is overtuigd te zullen slagen, omdat
bet rekent op volledige medewerking van
de autoriteiten, de betrokken hoofden en
directies, op alle in dit verband in aan
merking komende organisaties en vereeni
gingen, en niet in de minste plaats op de
scholieren, wier belangstelling zal wor
den gewekt en behouden door zooveel
mogelijk aanschouwelijk en populair on
derwijs in de hoogere klassen der lagere
scholen, en door het houden van lezingen,
causerieën, cursussen, enz. over Indië in
den ruimsten zin des woords te geven,
door lichtbeelden, films en ander demon
stratie-materiaal verduidelijkt en aantrek
kelijk gemaakt, ook bij het voortgezet-,
middelbaar- en gymnasiaal onderwijs.
Maar vooral rekent het comité er op
den steun van het geheele Nederlandsche
volk te verkrijgen. Om te beginnen ver
zoekt het alle Nederlanders, van welke
maatschappelijke positie ook, die met hun
streven in beginsel instemmen, een ad-
liaesie-betuiging te zenden aan den heer
Kees R. van Hoek, algemeen secretaris
van het Comité, Rotterdam, Nieuwe Bin
nenweg 63.
(Volgen de onderteekeningen, o. a. van
H. Colijn, A. W. F. Idenburg en dr C.
Snouck Hurgronje.)
wij, dat de vrome en vredelievende be
woners der valleien somtijds in de har
de noodzakelijkheid waren, om "hun ver
blijf te verlaten, en dat zij:, verdreven uit
de eene bekoorlijke vallei, in den boezem
van een andere moesten vluchten.
En waarom w!as het, dat deze bemin
nelijke en vreedzame menschen zoo wreed
uit hunne bezittingen verjaagd en van alle
ondersteuning beroofd waren? Waarom
waren ze aan de onmeedoogendste wreed
heden der vervolging of aan het woeden
der elementen blootgesteld?
De reden daarvan bestond alleen in hun
godsdienst. De inwoners van de valleien
beleden den godsdienst des Bijlbeis, if
tegenoverstelling van het bijgeloof van
den paus en de monniken, of, zooals het
genoemd wordt, de Roomsch-Katholieke
godsdienst. Ziji geloofden in denzelfden
Verlosser, die reeds aan otnzen Stamva
der in het Paradijs is toegezegd, en het
zelfde Evangelie, dat aan Abraham in
Haran en op den berg Mqria gepredikt is,
was de grond van hun geloof en van
hun boap terwijl liefde tot de Waarheid,
en alles waf door de Waarheid aange
bracht wordt, de schoon© en heilige band
hunner vereeniging was.
"(Wordt vervolgd.)