c
DAMES-AFDEELING.
Dames- en Kindermantels
Mantelcostuums
Japonnen en Kinderjurken
Regenmantels
KAMPHOF'S BAAI-TABAK
KAMPHOF'S BRUINMERK
Burgerlijke Siantl.
Financieële Berichten.
Ingezonden Stukken.
Allerlei.
Advertentiën.
ENTRAAL f^LEEDING
AATSCHAPPIJ
AGAZIJN
Laatste nouveauté's in
CAHEN'S if ^MAATSCHAPPIJ
ENTRAAL W\
LEEDING
AGAZBJN
VOLDOET AAN IEDERS SMAAK.
IS DE GOEDKOOPSTE KRULTABAK.
Zondagavond om 6l/2 ure
Prof. H. H. KUYPER.
AHEN'S
BVB AGDALEN ASTRAAT
GOES, TELEFOON 85
■saa
Wij vestigen in Sief bijzonder de aandacht op de prachtige
keuze, die wij dit seizoen, zoowel in de fijnste als in goed-
koopere genre's, in voorraad hebben.
Zie onze etaSages. Zie onze Etalages.
Aanbevelend,
'ENTRAAL
innmam
ROODMERK 10.50; FF 10.75 PER HALF POND.
25 CENTS PER HALF POND.
'f 9 f9.25, Win tengerst f9.25f9.50,
Rjogjge f 9.25, Haver f 9.50f 10,
Kroonerwten f20f21.50, Bruine boo-
nefi< f 12f 16.
GOES. GehuwdJan Filius, 24 j. jm. en
Cornelia. Goedhart, 20 j. jd.
Wisselkoersen).
Amsterdam, 15 Maart, 1.45 uur.
BertÜtt 1.21—1.22 per 10.000.
Brussel' 13.321/»13.421/».
Parijs 15.571/2—15.671fs.
London 11.8911.89' /2.
Dollar' 2.521/22,52s/i.
Woenen 0.350.36.
Middelburg, fn de gisteren gehouden
algemoene vergadering van aandeelhou
ders van Izaak Boasson en Zonen's Bank
alhier, werden balans en winst- en ver
liesrekening, alsmede de voorgesteldo
wiustverdeeling goedgekeurd.
Blijkens het uitgebrachte verslag ovct
1922 bedraagt de bruto-winst f 75.593,76V2,
waarvan f 2825G.44V-J op provisie en
146864,99Va op interest, benevens f472,3211
onverdeeld winst-saldo 1921.
Na aftrek van onkosten enz. resteert een
netto-winst van f4230,181V2, hiervan
wordt afgeschreven het koersverschil op
effecten ad f407,36, afschrijving op bank
gebouwen en safe-inrichtingen f 8677,54V2,
toegevoegd aan het reservefonds een be
drag van f1500, zoodat dit alsdan be
draagt f33500, terwijl een dividend van
ö'/a pet. wordt uitgekeerd en het divi
dendbewijs no. 15 betaalbaar is met f55.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Een opwekking.
Er zijn nogj toe-el wat menschen, die
(gemoedsbezwaren, (hebben te-gen toet
bijwonen van een -concer tuit voering in
dé Concertzaal, ook zelfs al wordt opt
gevoerd de Mattheus-Passion van Bacb
toet im-eest ernstige, religieuse en diepl-
ontroerend-e .Oratorium,, dat wij (kleu
nen. Daarom! is op alle wijze beproefd
dit. werk uit te voeren in de Nieu
we Kerk! te Middelburg. Voor idit reuis1-
actotige koor met orkest was echter
geen voldoende ruimte. Ten einde tóeto!
zooveel !mto|g!elijk de uitvoering 'toet
kiarakter te ontnemen van een we-
reldsclb poneert, zal geen pauze wor
den gehouden, (het buffet gesloten zijn
en ook wat kleedij betreft, de groot
ste eenvoud worden betracht.
Ziangers zoowel ,als hoorders hopen
wij (met denzelfden ernst bezield te
zijn omi ook de opvoering in de con
certzaal te doen bijdragen tot ver-
hooging onzer godsdienstige indruk
ken!
Wij zullen 26 en '27 dezer herha
len, -wiat in de na, midel aggodsdienst-
öefening te Leipzig op Goede Vrijdag,
15 April 1729, dus bijna twee eeuwen
geleden der mensctoen ziel diep heeft
heroerd.
Gij allen, die de lijdensgeschiedenis
van Jezus font, zult in de heerlijkste
innig vrome koralen en melodiën dit
lijden (hooren bezingen, waarbij (het
koor zal gesteund worden door éenige
onzer meest, beroemde solisten.
„De Middelburg-sche Courant" heeft
lalreede in zijn kolomtaen een uitvoe
rige beschrijving der Piassion van den
directeur der zangvereeniging opgeno-
bren, zoodat ik u alleen nog m'aar
wijzen ïwil op het onvergelijkelijk
fechoone koraal, dat een alles' over
weldigenden indruk maakt: Wenn ich
feinmal soil scheiden, so scheidet nicht
von (mir of wel Als ik eenmaal ster
ven ga, zoo verlaat Gij mij niet.
Laat een gang naar' de 'Concertzaal
zijn zooals een kruistocht van weleer
naar het graf van uw dierbaren Hei
land.
God deed in de ziel van Bach die
wonderschoon© foralen en melodiën
geboren worden en wanneer gij die
zult laanhooren met diepen weemoed
ïn [het hart, dain zult gij huldigen de
nagedachtenis van Hem, die dat alles
leed om u.
G. K. A. NONHEBEL.
Middelburg.
TELEGRAFISCH WEERBERICHT.
Naar waarnemingen in den ochten
T«n 45 Maart. Medegedeeld door het
Kon. Meteor. Instituut te De Bilt.
Hoogste barometerstand 776,5 te Kina.
laagste 758.4 te Toulon.
Verwachting tot den avond van 16 Maart:
Meest matige, later wellicht afnemende
wxxrdooslelüke tot oostelijke wind, zwaar
bewolkt of betrokken, weinig of geen neerslag,
zelfde temperatuur.
En zij rookten de vtfedespij'p.
Wij herinneren h-et ons uit de boaken van
'Aimard en Cooperroodhuiden om oen
kampvuur, en de pijp, de vredespijp, die
gaat van hand tot hand, die ook den
blanken broeder wordt gereikt als men
het Bleekgezicht waardig keurt in den
kring plaats te nemen.
Wat beoogden de Indianen met die
Vredespijp? Hoe was de traditie daarvan
ontstaan?
In overoude tijden, toen ge-en Europe
aan nog aan het toeback suighon was
verslaafd, vervulde het geurige kruid in
Amerika reeds oen rol van beteekenis.
Niet alleen worden de levensgeesten er
mede opgewekt en gaf men den krijgers,
die ten strijde trokken, bij wijze van hart
versterking tabaksbladeren mode; het
kruid werd ook als rookoffer den goden
en geesten gewijd. Uit heilige pijpen lie
ten de priesters geurige- wolken ten hemel
stijgen. En ziedaar tevens dei oorsprong
van de vredespijp.
De roodhuiden noemden haar oen ge
schenk van de zon, en beschouwden haar
als een onderpand van den vTede.
Als twee hoofden haar wilden roeken,
werd de heilige pijp mieit de grootst mo
gelijke zorgvuldigheid aangestoken en
daarna ten hemel gegeven, .opdat de
groote geest hot offer mpcht aanschouwen.
Vervolgens richtte mien do pijp naar do
aarde, teneinde de booze geesten af te
weren en Jen slotte draaide men haar
rond, door die beweging de bescherming
inroepend van de geesten, die de lucht,
de aarde en het water tot woonplaats
hadden gekozen.
Aan de pijp, van het westen naar het
oosten gericht, deed ieder, wien het kruid
geboden werd, een trekje, er voor zor
gend, dat de rook eerst omhoog werd
geblazen en dan rondom naar beneden.
Ten einde in eenvroolijken roes het
land der geesten te kunnen binnengaan,
werden den afgestorvenen tabakskogeltjes
in den mond gestopt. 1
Woedden stormen, werd het land door
onweer geteisterd, dan strooiden de Rood
huiden den geesten rijkelijk tabak, onder
het uitroepen met de woorden: „Rookt,
en doet ons niets!"
In vele Indiaan sche sagen heet de tabak
een gave des hemels, den mcnschen door
een schoone jonkvrouw als geschenk dei-
goden gebracht. (Handelsblad.)
IJ s e 1 ij k e nacht voor d e n
Koning van Zweden. Gelezen in
„Het Huisgezin": „Om half negen ver
trok de Zweedsche koning per auto naar
het station, uitgeleide gedaan door de
Koningin en Prins Hendrik.
De koning bracht den nacht door staan
de op een zijspoor bij Oudenbosch."
(Msb.)
Zeemausstraffen in ouden
t ij d. Barbaarsch werd er vroeger bij de
Marine gestraft. Wij vinden daarover in
„Onze Vloot" enkele mededeelingen waar
aan wij het volgende ontleenen:
De straffen bestonden uit:
Boeten ten voordeele van 't land, de
provoost of de armen.
Het vierdubbel teruggeven van hetgeen
men gestolen had.
Het betalen der kosten van het (heel)
meester-geld; een bijkomende straf voor
hem, die zijn metgezel verwond had.
Het vergoeden der aan 's lands goe
deren toegebrachte schade.
Sluiting in de ijzers of boeien, ten hoog
ste gedurende veertien dagen.
„Laarzen", dat was het ontvangen
eener harde kastijding met een eind touw;
hand, dag of laars geheeten, op de natte
broek, boven de plaats waar de zeemans
laarzen eindigden. Deze geeseling werd
toebedeeld door het kwartier scheepsvolk,
waartoe de gestrafte behoorde, of dooi
de geheele bemanning van het schip en
bestond soms uit het ontvangen van een
vooraf bepaald aantal slagen; honderd
schijnt in de meeste omstandigheden het
meeste geweest te zijn.
Maar er zijn vonnissen bekend, waarbij
zelfs 200 slagen toebedeeld moesten wor
den. Tot goed begrip van het voorgaande
diene, dat de bemanning van het schip in
twee deelen of kwartieren verdeeld was,
die om de beurt de wacht hadden, en
van elkander onderscheiden werden dooi
de benamingen „stuurboords- en bak
boordskwartier". In 't algemeen gespro
ken was de straf, van door een kwartier
scheepsvolk gelaarsd te worden, dus de
helft minder zwaar dan die van laarzen
door de geheele bemanning, daar ieder
man slechts één slag gaf. Verder waren
op een schip met sterke equipage, deze
straffen zwaarder, dan op een dat licht
bemand was. De schuldige had bij het
ondergaan der straf een linnen broek
aan, en werd, rechtopstaande met uitge
strekte armen, tegen den mast vastgebon
den, of tegen een houten luikrooster,
waaraan vooraf een paar scheepskooien
bevestigd waren, om tot steun van het
lichaam te dienen, en welk aldus opge
tuigd rooster tegen scheepsboord ge
plaatst was. Men begon met het water
uit een puts te werpen tegen het zitvlak
der broek van hem, die gelaarsd zoude
worden. En om het gegil en gescheld
van hem die gelaarsd werd minder hoor
baar te maken, werd gelast dat gedu
rende de strafoefening de tamboers en
pijpers aanhoudend muziek moesten ma
ken, terwijl er een heelmeester bij tegen
woordig was, om voor te stellen het laar
zen te doen eindigen, zoodra het te na-
deelig zou worden voor de gezondheid
van den delinquent.
De straf van laarzen werd pas in 1879
afgeschaft en de schrijver van het artikel
die in 1871 officier was geworden, is
tegenwoordig geweest bij het voltrekken
van dit wreede vonnis.
Van de ra in zee vallen of loopen,
zelfs tot driemaal toe, waarop meest nog
laarzen volgde. De schuldige werd tot
het ondergaan van eerstgenoemde straf
aan handen en voeten gebonden, en deze
laatsten werden met een wichtig voorwerp
waarna men heini aan een lijn heesch tot
tegen den nok eener groote ra. Vervol
gens werd de lijn gevierd, zoadat de man
rechtstandig naar beneden viel, en diep
in zee onderdompelde. Terstond werd hij
opgehaald, en onderging zoo noodig deze
i straf opnieuw. Het van de ra loopen-,
j waarbij de voeten niet gebonden konden
wezen, was vermoedelijk een minder
zware straf.
Gekield, gekielhaald, of ander de kiel
doorgetrokken te wordenook hierop' volg
de bijwijlen laarzen. De veroordeelde had
bij het ondergaan der straf een soort loo-
den harnas aan, terwijl zijn voeten dus
danig met een wichtig voorwerp bezwaard
waren, dat hij! in het water lager moest
zinken dan de diepgang van zijn schip
bedroeg. Zijn. ooren werden dicht gestopt
met in olie gedrenkte watten of wol en
op een zijner bovenarmen een spbns of
lap met olie bevestigd, waarin hij' kosn
bijten tijdens zijn onderdompeling, om te
maken, dat hij geen zeewater binnen
zoude krijgen. Aldus toegetakeld, was het
begin der straf als bij' van de ra vallen,
doch eenmaal onder water zijnde, begon
men hem eerst langzaam, en daarna snel
onder de kiel door te trekken, ten einde
hem nog levend uit zee op1 te halen,
iets dat niet altijd plaats vond. Bij' een
breed en diepgaand schip! was deze straf
uit den aard der zaak zwaarder, dan bij'
een smallen bodem' met weinig diepgang.
Verder was de straf evenals het van
de ra vallen of loopen bij' felle winter
koude veel levensgevaarlijker dan bij! zo
merwarmte.
De straf met de koorde, of aan den
wal met het zWaard. Het ophangen ge
schiedde binnen boord aan den nok van
een ra.
Met een mes door de hand aan den
mast te worden gestoken en zoo blij
ven staan totdat de gestrafte zich zeiven
lostrok. Deze straf werd aan hem opge
legd, die binnen scheepsboord uit euvel
moed een mes getrokken had, zonder
nochtans smarte te doen.
Het verbeuren van de hand, waarmede
men binnen scheepsboord den vrede ver
broken had.
Over boord te worden geworpen, rug
togen rug gebonden met het lijk van
iemand, dien men vermoord had. Wan
neer de misdaad aan den wal had plaats
gehad, werd de moordenaar met het
zwaard gestraft, dat er de dood na volgde.
De provoost en zijn dienaren waren
de aangewezen personen om de straffen
te voltrekken, terwijl men zich niet legen
hen mocht verzetten, of hen bij de uit
oefening van hun ambt weerstaan, slaan
of dreigen. Daarentegen moest men des
noods, en daartoe verzocht zijnde, hen bij
staan om de misdadigers te helpen van
gen en straffen, op poene van den lijve.
De provoost had een stokje met oranje-
strik, dat hij, tijdens het uitoefenen van
zijn ambt, als teeken zijner waardigheid
gebruikte. Werd er bijv. ergens aan boord
gedobbeld of kaart gespeeld, iets dat ver
boden was, dan sloop hij naar de spe
lenden, strekte zijn provooststokje uit bo
ven de dobbelsteenen of kaarten, en wat
voor hem hoofdzaak was over het geld,
zeggende „alles is mijn", waarna hij de
voorwerpen, waarmede gespeeld werd, in
pikte en het geld behield. Zij, die gespeeld
hadden, werden bovendien gestraft.
Afgescheiden van de hiervoor opge
somde straffen werd er aan boord geducht
geslagen, daar de scheepsofficieren hun
ondergeschikten met een eind touw aan
spoorden flink hun werk te doen. Hierbij
kregen zooals het gewoonlijk in de wereld
gaat, de weerloozen de meeste klappen;
het waren de scheepsjongens, die geen
aangenaam beslaan hadden. Zij moesten
ook, evenals sommige licht gestraften, het
vuilste werk aan boord doen, waartoe
behoorde het schoonhouden van het zoo
genaamde galjoen, of liet geheime gemak
der matrozen, dat zich boven het water
in het voorschip bevond. Vooral bij
stormweder was het minder aangenaam
.het galjoen te moeten reinigen, of daar,
als straf, in de boeien te zitten.
Heden overleed na een
langdurig lijden, onze ge
liefde Echtgenoote, Moeder,
Behuwd- en Grootmoeder
JAC0BA WIIKHUIJS,
in den ouderdom van ruim
74 jaar.
Uit aller naam,
G. STURM.
Meliskerke, 14 Maart 1923.
Hiermede betuigen wij onzen
hartelijkeu dank voor de bewijzen
van deelneming ontvangen bij het
overlijden van onzen geliefden
Zoon, Broeder en Zwager
I. B. KLOET.
Tevens brengen wij onzen harte
lijkeu dank aan geneesheer en
personeel van de stichting „Vrede
rust" voor de trouwe zorg, den
overledene betoond.
Uit aller naam,
Familie KLOET.
Heinkenszand, Maart 1923.
Voor de Jong. Ver. op G. G.
„ONESIMUS" te Grijpakerke,
hoopt a s.
op te treden:
Onderwerp„Het tied van iiïlozes"
;v'h' :.A7 .LV;- !.;v
;s .'t:
1
y'.- 'G'G:-'