Wijn 5 \o 331 Maandag 3 Juli 1933 36e Jaargau EERSTE BLAD. 11 tr IDW OLIE OTOREN DE JONGE, ide wijn voor brstellenden. Ichtbiuii) Meiiismlsn> mstbode Dit nummer bestaat uit twee bladen TACONIS P IJ P TABAK A elburg. liddelburg zijn Ier Drankwet 25 d. h.iO A. S. J. v. d. h.overlx. rapelle, tot 2 J. de V., .1. t tot. f 5 b. aan ouders; Kg, tot torug- urg, tot f 2 b. tot f 3 b. s. 3 llg: C. J. V., zich op do rinden: M. P, h.; I. A., ouders; II. A. s. 1 w. t. G„ A. R. v. 3der tot f t b. s rijwiel 2 per- delburg, tot f 1 >urg, tot f0.50 kerke, tot 15 licht: J. R., do J., J. van ,ot f3 b> 8. 3 f2 b. s. 2 d. r. s. 1 d. li.; v. t.op straat Vlissingen, tot 10 Swb.A. C. 3. 1 d. h.; P. ,1. K., allen te den te Vlissin- b. s. 2 d. h., 1 d. h.; P. te Vlissingen, certr. art. 461 3 b. s. 3 d. 'h|. Vlissingen, tot iidswet: J. C., F. S., Vrou- S. C. J. van d. h.overlx; luiden, tot I' 5 en l'ijwielwet: 3d. h.; I,. b. s. 2 d. h. R., Vlissingen, ischapC. R., h.; J. van 3., h.; L. R. Lz., h.ontslagen G. C. C. M, lelburg, overtr. ouwbaar! psgebruik van 1 cylinder. jOO P.K. 2 cyl. jctus en prijs bij |n Schepen, 27 - Rotterdam. &249. VAN AARTSEN, en gedistilleerd, |2, Middelburg. (aan de rekening), 1HIERE, Grijpskerke. E KOOP: ont Vaarsje, bij IN BROEKE, „Duin- rskerke (W.). E K00P: IIËLSE, Westkapelle. familieomstandigheden >ordige een nette iefst tegen 15 Aug-i f gezin. Geen wasch. levr. OOSTERBAANr f too spoedig mogelijk J tte Dienstbode. JRIEP, Heinkenszan^ en voor Fr rüi«' uikerpeën. [JSROGGE, VlissmgeDr Drukkers-Exploitanten OOSTERBAAN LE COINTRE GOES Bureaux: Langs Vorststraat 68—70, Gaes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58 Postrekening No. 36000. Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259 De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden, franco per post, f 3. Losse nummers t 0.05 Prijs der A d ve r t e n t i n: I4 regels f 1.20, elke regel meer 30 et Bij abonnement belangrijke korting. Dit nummer prente de kiezer zich in H geheugen. Hij herhale het, bij zich zelf, eiken dag, opdat hij zich op 5 Juli niet kunne vergissen. Hij moet namelijk 5 juli stemmen op jto. I der lijst, waar esn 5 boven staat. En dus maar EEN wit stipje rood ma ken, n.l. vóór .den naam van Mr J. A. DE WILDE. DE A.-R. CANDIDATENLIJST. (no. 5 van de Stemkaart) '1. Mr J. A. de Wilde, Den Haag. 2. C. v, d. Voort v. Zijp, Den Haag. 3. A. Colijn, Nieuwer-Amstel. 4. J. v. d. Molen. Renkum. 5. I. F. Heemskerk, Middelburg. <6. Mr G. v. Baren. Delft. 7. Chr. v. d. Heuvel, Haarlemmermeer. J. A. J. Jansen Maneschijn, Dordrecht 9. J. Schouten, Rotterdam. 18. C. Warnaar. Dirkstand. Klost hiervan op 5 Juli no. IMr J. A. de Wilde. Gods leiding in een vrouwenleven. Wie weel', ol gij uiet om zulkon tijd ajs deze, tol dit koningschap geraak! zijl. (Mordechai lot. Esther). Reeds Mevrouw Breed veld wees te Goes, aan de hand van Esthers geschie denis, op de leiding Gods in ons vrou wenleven. Gelijk Esther nooit gedroomd heeft, een maal nog te zullen geroepen worden als ■dochter van het oude Bondsvolk op den troon als de vrouw van een heidensch vorst een heidensch volk te regeeren, dat het Joodsche volk in dienstbaarheid had, evenmin hebben onze vrouwen ooit kun nen droom en in dezen democratischer) tijd eenmaal door Je Koningin te zullen wor den geroepen om mee te Kiezen. Wij kennen (en nu geven wij het woord aan mej. H. S. S. Kuyper in „De Stan daard". We kennen allen dal ontroerencl-schoone verhaal. De booze Hainan, woedend om Morde chai's manhaftig weigeren, om zich voor hem neder te buigen, weet het noodige geld te beuren, en de noodige wetten tie doen ontwerpen, om het Joodsche volk, en in dat Joodsche volk den dienst van Jehovah, te doen verdwijnen van 'den aardbodem, i En als de trouwe Mordechai met zijn diepe liefde voor zijn volk en zijn begin sel. in zak en assche nederzit, Schijnt hem in de duisternis zijner ziel één ster der hope: Esther, Esther, wier naam „ster" beteekent. Zij kan, zij moet, zij zal het volk redden van den ondergang! ifear Esther deinst terug. Ze heeft ern stige bezwaren. En die bezwaren geven den doorslag. Niet: de nood van haar volk. Niet: de macht, die God haar in handen gegeven heeft. Neen: haar eigen bezwaren spreken luider dan dat alles. Zóó overwegend zijn die bezwaren van haar vrouwelijk gemoed, dat. ze weigert van haar machtspositie gebruik te maken, om haar volk te verdedigen tegen Hainan's aanval. Maar dan is Mordechai trouw op zijn post. Hij zegt niet: „O, dan moet Esther maar thuisblijven, en dan zullen we naar andere hulpmiddelen omzien." Neen, Esther moet het doe n. Dat staat vast bij Mordechai. Zij moet over al haar bezwaren heen stappen. Zij moet haar verdedigingswapen gebruiken tegen het aanvalswapen van Haman. Zij moet haar volk redden. „Beeldt u niet in," zegt hij tot de weifelende Esther, „beeldt u niet in, in uwe ziel, clat gij zult ontko men in het h ui s d es koning s, meer dan al de andere Joden." (Als gij weigert te helpen, dan is niet alleen u w v o l k in gevaar maar gij zelf, uw eigen vrouwenleven ook. Wordt uw volk gered, dan zijt gij ook veilig. Gaat uw volk te gronde, dan sleept het u in zijn val mee.) „Want i ndien gij «enigszins z w ij g e n zult t e dezer t ij d, zoo zal den Joden verkwikking en verlossing uit een andere plaats ontstaan, maa r g ij en u w s vaders huis zult omkomen.' (Tenslotte heeft God u piet noodig; om Zijn werk te doen. Hij is de Machtige, om Zijn volk buiten u om te verlos sen. Maar als gij zwijgt, en weigert den strijd des Hoeren mode te strijden, zoo zult gij omkomen, gij on uw» vaders huis.) En dan eindigt hij zijn vermaan niet die aangrijpende woorden „W i e w eet, o f g ij. n i e t o m z u 1 k e n t ij cl als deze is, tot dit koning schap geraakt z ij t." Dat koningschap, Esther, wil hij zeg gen, heeft God u thans geschonken met een doel. Tegen Hainan's macht staat u w macht. Die macht, die God u juist n u geschonken heeft. Dat is geen toeval Esther! Dat is leiding, leiding Gods in uw vrouwenleven. God heeft uw vrou wenleven juist nu op 't nauwst verbon den met het leven van uw volk, dat in zoo groot gevaar verkeert. Daarom heeft God u, nu, tot dit koningschap geroepen. En Esther laat zich overtuigen. Voor Mordechai's machtig argument versmelten al haar bezwaren als sneeuw voor de zon. Ze herhaalt haar bezwaren niet meer. Ze zegt alleen: „1 k zal tolden koning ingaan, h e t w e 1 k n iet n a a r d e w e t i s. Wanneer ik dan omkom®, zoo kom ik om". Mordechai's woord: „Wie weet, of gij nipt in dezen tijd, nu uw volk in zoo groot gevaar verbeert, tot dit koningschap ge raakt zijt". zinkt haar diep in de ziel. Ze ziet het: Zij had ongelijk. Niet dóór be zwaren te hebben, maai door zé den doorslag te doen geven. Ze ziet het Mordechai had gelkij. En op tioog tegen hoop zet zij al haar bezwaren op zij, aan vaardt eten strijd, en wordt in Gods hand hel middel om haar volk te redden van den ondergang. Zijn er, met 't oog op den komenden, stembusstrijd, onder onze antirevolutio naire vrouwen ook Esthers? Die bezwaren hebben om lvet machtsmiddel, dat door Gods onbegrijpelijke leiding in haar vrou wenleven haar gewerd, te gebruiken als vedediging tegen den bonzen aanslag op ons Christelijk volksleven? Waf in Israel's volksziel leefde, leeft door Gods genade vóórt ook in de ziel van het Nederlandsche volk. En de Bijbelverhalen leven vóórt in andere vormen tot op onze dagen. Daarom leven ze zoo voor ons. En ook de Hamans, en de Esther's en de Mordechai» wij zien ze en wij hoorei» ze om ons heen, nu de stembusstrijd, weer is ontbrand. De Christelijke kern van Neer(anch volk is een doorn in 't oog der hedendaagscb® Hamans. Zij toornen tegen ons, omdat wij weigeren te buigen voor de „geden dezer eeuw", waarvan de hedendaagsrbe Ha mans de profeten zijn. En een booze aan slag is beraamd: hef Christelijk Nederland moet vallen. De „tienduizend talenten zilvers" worden opgewogen. De „brieven" worden geschreven. De .looners" wórden rondgezonden Maar daartegenover staat, dat Esther, juist n u, tol een vroeger nooit gekende ol' begeerde machtspositie is geraakt, waardoor z ij Hamans aanslag kan hel pen verijdelen. Misschien weet ze het nog niet. Mis schien heeft ze „groote bezwaren", om van dat machtsmiddel gebruik te maken. Zulke „Esthers" vronen er in al onze steden en dorpen. Maar waar Esthers zijn, daar zijn ook Mordechai's. Esther en Mordechai komen bijeen. Als Esther wei felt, is Mordechai trouw op zijn post. Als Esther bezwaar maakt, wet Mordechai dat bezwaar weg te nemen. Op onze Mordechais rust de plicht onze Esthers aan haar plicht te herin neren. Op onze Mordechais rust de plicht, onze Esthers 1:e overtuigen, dat het ge vaar, dat ons volk bedreigt, zóó groot is, dal thuis blijven zonde zou zijn Laten onze Mordechais het overal in den lande toch onzen Esthers op het hart binden: „W ie weet, of gij niet op zul- ken tijd als deze tót dit koning schap' geraakt zijt." Denkt om het roode potlood. .In tiet verkiezingsnommei' staat, aan het slot van 't giesprek tusschen Toon en Bart, dat Toon het witte puntje vóór mr De Wilde's naam zware of rood moet maken. Maar dat is mis. Bart mag geen zwart potlood gebruiken; anders is zjjn stem van onwaarde. H(j moet gebruiken het roode potlood dat aan den tessenaar in het stemhokje Huisbezoeksters en huisbezoekers, zegt dit aan Bart en aan alten die, gelijk hjj, door teen onoplettendheid, door Toon on juist zijn ingelicht. Dus: het witte puntje rood. Alleen rotrd. 30ctp/2m Zomertijd. Do sfembus is open van 8 tot 5 uur zomertijd. Let wel: ZOMERTIJD. Wie op onze dorpen zich nu aan den ouden tijd houdt, rekene ei' op, dat 8 (tot 5 uur voor hem beteekend 7 tot 4 uur. Huisbezoekers, zegt dit voort,! Er vóór er voor! Dat. toch onze ouden van dagen zich niet vergissen. Rood maken moeten zij hot puntje dat VOOR den naam van de Wilde staat. Er ,YOOR. Niet er achter. 'Huisbezoekers en huisbezoeksters, maakt alsnog hen hierop -attent. Het heeft zich bij pioefstemmingen al voorgedaan, dat de stip achter de Wilde's naam Werd zwart gemaakt, zoodat een dissidente Ka tholiek werd gestemd. Hoe 't mogelijk is. begrijpen wij niet, daar toch de even lijsten een weinig dalan. i 'Misschien Was. bijziendheid de oorzaak. Denkt er om. mensohen die niet of zoo Igoed als niet kunnen zien, zoodat zij niet, stemmen kunnen, zijn hulpbehoevend. Hun kan door den voorzitter van 't, stem bureau toegestaan worden zich hij 't, stem men t.e doen bijstaan. En dat mag geschieden door zoon of dochter, of vriend of kennis, niet door de leden van 't stembureau, bovendien die kunnen niet van hun plaats, die hebben 't veel Ie druk. Derhalve, Wie v oor T> e W i 1 d e is, maakt rood het witte puntje voor de W tide zijn naam. Er voor, er voor! Herhaalt dit tot elkander tot. aan den avond van den stemdag. „Kiezers van Zeeland". In onze omgeving is een circulaire ver spreid aan de „kiezers van Zeeland", naar aanleiding van welke circulaire wij óns een enkele opmerking meenen te moeten veroorloven. Dez/e circulaire is blijkbaar opgesteld door «en kring van vrienden van den heer Moojen, assistent-resident, met verlof hier te lande, candidaat'voor de „Onaf hankelijke Partij". Nu is n'oi. 1 op de lijst dezer candidaten jhr. van Beresteyn, vroeger vrijzinnig- democraat. die volgens mr Marchant, in 1918 in de vrijz.-dem. partij was getre den. met de opmerking dat. hij eigenlijk sociaal-democraat was, en die nu weer uit de vrijzinnig-democratische partij liep om teen nieuwe partij, die der onaf- hankelijken", te vormen. Nu hebben wij in Nederland nog geen ervaring opgedaan, in zake een dergelijke partij. Maar'in België heeft men dat wel. Daar trad zij veertig jaar geleden op, en veroverde een aantal zetels in de Kamer; doch onjipopte zich alras als clericale partij. Wij hebben alle reden te vwezen dat de hier ten tooneele gebrachte „onaf- hankelijken", straks in de Kamer gekomen, zich zullen ontpoppen als Liberalen. Nu zal dit eventueel den onderteeke naars der circulaire-Moojen wel geen te leurstelling behoeven te baren. Manoen van rechts vermochten wij onder hen niet te onderkennen. fn zóóver ligt er iets inisleidends in de aanbeveling dei' lijst v. Beresteyn. Hetwelk nog te meer uitkomt, dewijl op deze lijst ook voorkomt de naam van genoemden heer Moojen. Deze heei' toch was in 1913 vrijzinnig candidaat. en stond tegenover, den heer Lohman; hij schermde toen nogal vee; met zijn lidmaatschap der Hervormde kerk, terwijl, met name op Tholen, achter de namen der candidaten stond: De Savoi'nin Lohman Gereformeerd. Moojen Ned. Hervormd. Een truc, die bijna ons den zetel van dan heer Lohman zou gekost, hebben. Nu duikt deze candjdatuur weer op, doch onder niet minder opzienbarende omstandigheden. De heer Moojen toch heeft, blijkens mededeeling van mr Marchant, e-enige maanden geleden aangeboden terug te ko men in den Vrijzinnig-democratische!» bond, op voorwaarde dat hem, Moojen, 'een kans gevende plaats zou worden be schikt op de candidafenlijst. Mr Marchant, blijkbaar wars van schacherpolitiek, wees het aanbod van den heer Moojen af, met 't gevolg, dat de heer Moojen overging naar de bovengenoemde partij der Oïriaf hankelijkere Nu wordt de heer Moojen in de door ons gewraakte' circulaire zijner vrienden en kennissen natuurlijk niet daarom aanbevolen. Integendeel, bij een zuiver politieke verkiezing als die voor de Twee de Kamer zou zijn verkiezing juist daar- o m van de zijde dezer liberale onder teekenaars behooren te worden ont raden. Zij dragen dan ook andere argumen ten aan, argumenten evenwel die deels vallen buiten het kader eener politiek® aanbeveling. De heer Moojen, die op staatkundig gebied oen man is zonder ervaring, en van zijn onbeholpenheid te dien opzichte, onder anderen in de openbare vergade ring, waarin mr de Wilde optrad, in 1913, op droeve wijze blijk gaf, wordt aanbevolen als „geboren Kloetingenaar", als „geboren en getogen Zeeuw", als „goed Zeeuwsch en goed rond", als „vrijzinnige Zeeuw", als „voelende voot bet schoone land zijner geboorte waar hij gaarne vertoeft", als „Zeeuwsche candi daat", als „vertrouwensman". Altegaar argumenten die .de „ontzettende politieke verwarring" waarvan A® Circulaire zelve gewaagt, nog komen vermeerderen. Want, in ernst dient 't gevraagd, is nu toch waarlijk in onzen veelbewogen tiid, terwijl er zoovele staatkundige en maat schappelijke vraagstukken om oplossing vragen, er niet ietwat meer noodig ter aanbeveling van een candidaat dan dat ld) de bovengenoemde qualiteiten van "rondte Zeeuw en vrijzinnige vertrouwens man enz. bezit? Wij nemen gaarne aan dat de heer Moojen is een hoogst bekwaam assistent-resident in Ned.-tndië, en al zijn goede qualiteiten blijven onzerzijds on gerept. Maar de kiezers te Kloetinge, van welke richting ook, dienen te weten dat •een aanbeveling als die van de heei'en B. van Lier®, c. s. niet door den beugel kan. Te Kloetinge moge het een pak kend argument schijnen „de hoer Moojen is geboortig van Kloetinge"; doch voor het lidmaatschap der Tweede Kamer wordt meer vereischt dan dat. Geen socialisme. Er is geen liberalisme meer. Het Handelsblad, het eens zoo machtige liberale orgaan van den groot- kiezer A. C. Wertheirn, luidde de doods klok, door den nation aal-voelende libera len te ad viseer en op een der chr. histori sche jij sten te stemmen; een advies, dat overigens niet onverwachts kwam: bet was ons reeds een paar weken geleden bekenrl, dat dit advies zou gegeven wor den. Gelijk thans is geschied. Daarvan echter gezwegen. Maai', ev is ook geeqsocialisme meer. Hoe zoo? Laat ons De Nedei ij^^ler. er over hooren. Men versta ons wei: wij weten van velerlei „socialistischen" geest in allerlei kring door geheel de wereld. Maar nu gaat het over het socialisme als geordende po litieke partij ten onzent. Niet in de com munistische. doch in de sociaal-democra tische lijn. En dan ontbreekt het thans ten onzent. Te voren viel het (socialisme") in drieën uiteen: hoogte, onmiddellijke politieke eischen, waardoor men andere partijen overtroefde felle rritiek op het „kapita lisme" en al wat kapitalistisch kon wor den gescholden - dwepende t.eekening van de rozeroode toekomst. Dat alles sleepte mede en bracht den tegenstander in het vuur. 't Is echter alles eigenlijk thans ver dwenen. Dat blijkt hieruit; dat de strijd tegen lief socialisme een strijd wordt tegen Rusland. Helwelk 'onwijst hoe weinig vat de so ciaal-democratie zelf geeft En dat niet, wijl zij zoo sterk staat, maar omgekeerd. Over het groote lichtende ideaal wordt nauwelijks meer gesproken. De eerste stap in Duitschland is tot volkomen mislukking geworden. Economisch niet slechts, doch ook sociaald. i. wat betreft, de positie der arbeiders in het bedrijfsleven. En wel heel sterk wordt gevoeld, dat de gesociali seerde samenleving niet oprijzen zal, eer de arbeiders in hun gansche willen zijn gesocialiseerd; en déze „socialisatie" is langs den klassenstrijd-weg nimmer te bereiken. Het ideaal is verbleekt; het, enthou siasme om de leuze is verdoofd. En een andere leuze is er niet. Algemeen kiesrecht blonk in de oogen, boen het nog niet nabjj was; nu het hier is, valt het den socialisten tegen. De ontwapening is als leuze even weinig echt als .de acht-uren-dag. Pers en debat verloopen zich in klei nigheden, in bijzonderheden. Of zij wijzen met uitvoerigheid negatief aan dat de „burger" partijen zich vergrijpen en zich misrekenen. Maai' het negatievehet windt wel licht kortstondig een vergadering op, doch' het draagt geen degelijke stemming aan, die blijft en kracht geeft. Bovendien klinkt de critiek veel holler dan vroeger. Want nu treedt aan den dag dat de critici geen bouwers worden. Het ovei'hieden van andere partijen maakt geen indruk meer. Bezieling, beginsel en propaganda zijn gelijkelijk gedaald. Natuurlijk brengt dit een nieuw stuk matheid over ons politieke leven. Wat nog te scherper doorwerkt, omdat over gansch de linie men in zake het econo mische is onzeker geworden. Hier worden alle verantwoordelijken voorzichtig. 'Bus keert zich het vraagstuk van de tribune naar de studeertafel. En de politieke markt wordt leeger. De gansche gi'oei der dingen dringt «ons naar leen nieuwen aanvat; niéuw, maar voor de p rin c ïp i e el -ge f undeerd e partijen zeer oud; een geestelijk beginsel, dat, be zielend en verhelderend werkt op-het poli tieke en nu met name op het sociale ter rein. I Waarlijk sociaal gevoel, dat de proble men van den tijd geestelijk vermag aan. te vattendit alleen heeft thans toe komst. Wij lazen dit alles met gewijde instem ming. I Men proeft er den Christen geleerde miet ruimen, breeden blik in: prof. di' Slote- maker de Bruine. Dien blik heeft hij gemeen met den hoofdredacteur van „De Standaard". M.eny zal goed doen narjr deze beiden te luiste ren. In 'hun samen treffen is niets toe valligs. Wat ons sterk maakt. Wat is het nu eigenlijk. Waarom, het gaat hij de aanstaande verkiezingen? Zijn hel slechts tijdelijke, materieele belangen, die lokken moeten en den urge- toozen kiezer als een begeerlijk lokaas worden voorgehouden? Of zijn het zaken van hoogen van reëeler waarde? Voor de partijen, die hun grondslag vinden in de Fra.nsche revolutie, dat zijn. dus de linksche partijen zonder onder scheid, is het. eerste het geval. Zij, zij alle zoeken 'hun kracht in klinkende leuzen, die het. volk nog mee® moeten kluisteren aan de grove materie. Leuzen die, al mogen zij sommigen; voor een oogenblik bekoren; u ten slothei toch ledig doen heengaan; Zie het. aan den Vrijheidsbond met z'n liberalistische schijnheiligheid. Zie hel aan de Vrijzinnig-Democraten, met hun klatergoud-democratie. Zie het aan de S. D. A. P. met hare fantastische socialisatie en ontwapening. Holle klanken zonder ziel. Voor ons, antirevolutionairen, gaat het echter om hoog!er belang dan het.zui ver stoffelijke. i •Ons jleiden de eeuwige beginselen, ge fundeerd op Gods onfeilbaar Woord, dat ons ook bij de toepassing dien beginselen op staatkundig; terrein regel en richt snoer is. De wetenschap, dat het de .zaak Aett Heeren is, diie wij voorstaan, maakt- ons sterk. In Hems doen wij krachtige daden, strijdende voor de eeue Zijns Naams,. Dat daarin onze sterkte ligt, moest dezer dagen een oud-liberale schrijfster) getuigen, toen zij zich aldus uitsprak» „Zoo zijn de antirevolutionaire en de Katholieke partij uit godsdienstige, niet uit politieke aspiratiën geboren, en juist daarom zoo machtig kunnen Worden, omi- dat rij onafhankelijk zijn van tijdelijk» ieuzen." Inderdaad. Onze eeuwige beginselen zijn het ge heim o.azer kracht. Tusschen wie het gaat. Tusschen twee groepen gaat liet bij d» aanstaande fvorsteling aan de stembus Eenerzijds de rechtsche partijen. 'Anderzijds de S, D. A. P. Zoo izeggen het de sociaal-deniocraten zelf. i Buiten beschouwing kan derhalve blij? ven als factor van beteekenis hel libe- beralisme, dat zich aan zijne autocratie en drukken van het kleine den dood heeft gegeten. Het eens zoo machtig liberalisme ligt in zijn laatste stuiptrekkingjen, terwijl aai» zijn doodsbed staan zij; die zijn ijzeren vuist eens meedoogenloos voelden druk ken. Op het graf van het liberalisme wordt thans de strjjd uitgevochten. Bij dien strijd komt het er op aan. Men. overwlegie dan ook wel, w;<! de uitslag brengen kan.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1922 | | pagina 1