Posterijen en Telegrafie. Uit de Pers. Gemengd Nieuws. Rechtszaken. Briefwisseling. Leestafel. Allerlei. zal, straks betreden door anderen, die met de ervaringen van hun voorganger zijn verrijkt, ten einde toe worden af gelegd, zoodat triomfeerend de vlag zal worden geplant op dit uiterste punt der aarde. Zal het misschien de Nederland- sche vlag zijn? Of zal reeds Kapitein Wild, die na den dood van zijn kameraad en hoofd de leiding der expeditie heeft overgenomen, het einddoel bereiken? (Timotheus) Toewijding aan de gemeenschap. Wij lezen in de a.-r. „Rotterdammer" Geliefd is do voorstelling in socialistï. schen kring1, als zou de arbeider plotseling zijn individueelen tegenzin in den arbeid op zijde zetten, wanneer hij weet, dat zijn arbeid rechtstreeks ten goede komt aan de gemeenschap en niet tevens aan de boni's van den ondernemer. AJs voorbeeld werd wel gewezen op den arbeid in de Engelsche munitiefabrie ken tijdens den oorlog, die uitmuntte door schitterende prestaties. Waar overdreven chauvinisme en ontzaglijk hooge loonen met progressieve stukloonpremies even- zoovele factoren waren, die tot de gun stige resultaten meewerkten, is een ver wijzing naar die prestaties als een exem- pel vrijwel waardeloos. Do dagclijksche practijk leert het ons anders. Daarvoor behoeft het oog niet ge licht te worden op de proefnemingen in Rusland, Duitschland en Hongarije. Men stelle zich slechts de vraag of de arbeiders in dienst van het rijk, provincie of gemeente hun taak met merkbaar meer belangstelling en ijver verrichten dan in de particuliere bedrijven. Trouwens de nuchtere koppen onder de sociaal-democraten gevoelen zelf het on houdbare en dwaze dezer voorstelling. Een der samenstellers van het sociali- satie-rapport, de heer Goudriaan, schreef ronduit dat groote arbeidersgroepen be zield .zijn door de gedachte: „Wij willen de conjunctuur uitbuiten, zooals de onderne. mers het doen, wij willen winst, al gaat het ook ten koste van alle andere arbei dersgroepen". En hij wees er op, hoe de voorzitter van het mode vakverbond, de heer Stenhuis, die gedachte met een beetje andere woorden in het grooto bouwconQict dat nog in ieders geheugen ligt, heeft ver tolkt. „Er is een tekort aan woningen, er is een groote vraag in het bouwbedrijf, daar moeten de arbeiders hun winst van hebben, wat kan het schelen al zijn hun loonen twee driemaal zoo hoog als die van andere gelijkwaardige groepen-, In het ka pitalisme is een andere handelwijze pure malligheid." Openlijk geeft deze sociaal-democraat in terugslag op deze gedachtengang van den heer Stenhuis deze rondborstige ver klaring: „Nog erger malligheid echter zou het zijn, te gelooven, dat de bouwarbei ders, die thans van den door de gemeen schap betaalden volkswoningbouw trach ten te plukken wat er van te plukken valt, morgen aan den dag zouden veranderen in lieden, die door gemeenschapsgevoel hun groepsbelang in toom wisten te hou den." Metterdaad kon door niemand scherper worden gehekeld het holle .gezwets over het „werken voor de gemeenschap", dat de grondslag heet te .zijn van de nieuwe maatschappij. Geen aanslag. De „Hbld."-cor- respondent te Oldenzaal meldt: Naar aanleiding van de berichten ,uit Oldenzaal over een aanslag op be woners van het kasteel „Singraven", bij Denekamp, gevoelen we ons genoodzaakt tot mededeelingen welke het gebeur de bij genoemd kasteel in een heel ander licht stellen. In de eer ste plaats dan kunnen we melden, dat genoemd kasteel door .geen der familie leden Laan bewoond wordt. De pseudo- marechaussee, waarvan in bedoelde be richten sprake was heeft zich op den be- wusten Vrijdagmiddag in marechaussée- of in elk geval in militaire kleeding aan gediend en tiaar gesproken met een huis bewaarder. Met dezen huisknecht bevonden zich nog drie personen, tot het personeel behoorend, op het kasteel, 's Avonds heeft de bewuste „marechaussée" niet opnieuw aan het kasteel gebeld, doch heeft hij toe vallig, nadat hij twee schoten in de na bijheid van het kasteel had gelost, een opzichter ontmoet, wien hij gedreigd heeft met een revolver, waarna hij, zonder te schieten, de vlucht heeft genomen. Bij ver schillende landbouwers in de omgeving heeft blijkbaar dezelfde persoon zich als „marechaussee uit Almelo" aangediend, voorgevende, dat hij een onderzoek moest doen naar kippendiefstallen. Hoewel nog niemand is aangehouden, meent de poli tie toch het spoor van dezen „marechaus sée" te kennen. Maar dat hier een aanslag op het leven van een der kasteelbewoners het doel van dit „avontuur" zou geweest zijn, wordt door de feitelijke toedracht voldoende weersproken. Een vader verdrinkt zijn vier kinderen. Te Sévignac bij Dinan heeft dezer dagen een afschuwelijke misdaad plaats gehad. De veertigjarige Huguet, een man,, die sterk aan den drank verslaafd was, heeft zijn vier kinderen, twee jongens van 8 en 3 jaar en een van vijf maanden en een meisje van 7 jaar in een poel ver dronken, om zijn vrouw „klein te krijgen". Tien jaar geleden trouwde hij zijn nto 37-jarige vrouw, een dochter van brave boerenmenschen te Sévignac, Het bleek weldra, dat de man een beest was voor zijn vrouw, haar voortdurend sloeg en als eene slavin behandelde. 1 Toen de oorlog uitbrak, werd Ifuguot gemobiliseerd. In 1916 werd hij, daar hij zwaar verwond was, door de Duitschers uitgewisseld. Hij keerde naar Sévignac terug, maar was eens zoo ruw geworden als te voren. Van den vroegen morgen tot laat in den nacht moesten zijn vrouw en kinde ren het werk op de boerderij doen; hij wenschte geen knecht te nenie.n. Het was hem er om te doen zooveel mogelijk geld uit te sparen. Vrouw en kinderen hadden het zwaar bij hem te verantwoorden, voort durend mishandelde hij ze op de meest er gerlijke wijze. Zijn vrouw vluchtte zelfs het huis uit, doch kwam naderhand terug. Den 21sten Januari had hij zijn vrouw, die in blijde verwachting verkeerde, we derom zoo geslagen, dat zij naar haar ouders vluchtte. Toen den volgenden morgen een buur man bij Huguet kwam om hem wat te vragen, vond hij hem in den tuin liggen, terwijl het water uit zijn kleeren droop. Met de hulp van andere landbouwers werd de man in bed gebracht. Toen bemerkte men dat geen der vier kinderen thuis was. Oümiddellijk ging men op onderzoek uit en zag in den poel een kinderlijkje drijven. Bij het dreggen werden de lijk jes der andere kinderen ook gevonden. Inmiddels was Huguet bijgekomen en werd hem een verhoor afgenomen. Met cynische kalmte bekende hij zijn misdaad. Toen men hem vroeg, of hij geen berouw had over zijn daad, antwoordde hij slechts: „Ik denk wel, dat mijn wouw nu zal ster ven en dat maakt alles goed. (Tel.) Kolendamp verstikking. De bu ren van een gezin, dat in een lint niet \er van de Benedictijnerabdij te Oosterliont (N. B.) woonde, bemerkten, dat luiken en deur gesloten bleven. Na herhaald geklop, werd de (leur met een bijl geopend. Men vond toen het jonge gezin, man, vrouw en ee'n jeug dig kind, dood op bed liggen. Do kolendamp van de nog brandende kachel bracht het gezin door verstikking om het leven. De dienstbode van het echtpaar W., wonende op den Kaldenkerkerweg te Yenlo, vond 's-morgens het huisgezin, man, vrouw en hel kind van J jaar bewusteloos te bed liggen. Kolendamp, door een defecten schoor steen ontsnapt, was oorzaak, dat liet drietal bewusteloos was geraakt. Dc in der baast ontboden geneesheer slaagde er na veel moeite in, het gezin tot bewustzijn te brengen. Op net oogenblik verkeeren allen buiten le vensgevaar. De griep. Over een griep-epidemie in de achttiende eeuw wordt een en ander verleid in de Pai'ijsche schetsen van Sebas- tien Mercier, die schrijft over oen bijzonder hevigen aanval van deze "ziekte in het jaar 1781. „Bijna ieder jaar zoo schrijft hij nemen, omstreeks half November, de gevallen van verkoudheid buitengewoon toe, tenge volge van het koude, nevelachtige en voch- Jige weer dat het transpireeren belet. Velen sterven er aan, maar do Parijzenaar, wiens aard het nu eenmaal is om over alles gekheid te maken, noemt deze gevaarlijke verkoud heid „la grippe, la couqette", en die lachers worden drie dagen later door deze kokette „grippe" aangetast en grafwaarts gebracht. De nieuwe mode om groote, zware mantels t.e dragen is voortreffelijk, want ze bescher men uitstekend tegen de koude. Maar de dames, die bij het verlaten van de theaters op hun rijtuig of draagstoel moeten wachten staan toch nog in hunne du'nuo kleederen te beven van de koude en moesten bedenxe'n, dat zo niet voldoende tegen de „grippe" be schermd zijn. Van geheel anderen aard dan deze zware achttiende eeuwsche mantels als bescher mingsmiddel tegen de griep, is het nieuwste Amerikaansche voorbehoedmiddel, waarvan 'n teiegram uit New York aan de „Chicago Tri bune", melding maakt. Een Amerikaansch geneesheer, Dr Park, heeft een inentingsmiddel tegen do influenza uitge vonden, waarmede hij proeven heeft genomen op vijfhonderd apen, die niet minder gevoelig zijn voor de ziekte daii de mensch. Volgens dezen dokter worden deze ingeente apen nooit door de influenza aangetast e'u blijven ze immuun voor longontsteking. Hij heeft nu zijn proeven voortgezet, ditmaal op mensclien en heeft zesduizend mantien en vrouwen ingeënt, tot dusver, naai' hij be weert, met zeer bevredigend resultaat. - De ho-nd voor de jenever kruik. Bij hei bekeuren van een bier'huishouder ie Bellingwokle werd de sterk© drank, die verkocht werd, gevonden verstopt in een hok, waarin een gevaarlijke hond aan de ketting was gelegd. B r u I a 1 e i n b r a a k. In de villa van dhr J. Ooir .ie Roermond heeft Zondag op1 Maandagnacht een dief of dieven zich toegang verschaft door het uitsnijden van oen ruit tot de woning. Toen d© heer des huizes des morgens onderkwam, bleek dal een groot getal zilveren lepels, vorken, desseiimesjes enz. verdwenen waren. Nog vond men een vijl in de secre taire steken, zoodat de bedrijver in zijn werk gestoord is. De- politie heeft ©en streng onderzoek ingesteld. S t r ie mende journalis tiek. Te Batavia zullen twee week bladen verschijnen onder de sensa tioneel© namen „D'e Zweep'" en „De Karwats". Men houdt in Indië nu eenmaal van gepeperde kost. Vors is oh ade. In de Groning sdie kleistreken is een groot deel van hel. wintergraan door de vorst verL nietigd. Een onheil voorkommen. Men meldt uit Leiden aan de Rot.t; De sneltrein, welke gistermiddag te 4.105 u. uit Leiden naar Rotterdam vertrokken was, werd vlak voor De Vink plotseling tot staan gebracht. Het bleek, dat verzuimd was, de hoornen van den overweg le sluiten. De ma chinist had zulks bemerkt en wist tij dig le remmen, waardoor, gezien hel drukke verkeer aldaar en do omstan digheid, dat verschillende personen op het punt stonden, den spoorweg ovei ie steken, onheilen zijn voorkomen. - De kachel ges p r om gen. To Burg sprong met ieen hevigen knal de kachel der familie B. uiteen. De omzit- Lenden kwamen gelukkig met den schrik vrij. Het meubilair en do schoorsteen werden echter ernstig be schadigd. Men vermoedt, dat een dy- namiefpatroon in de kolen oorzaak was van de ontploffing. is» wn n'lirwur -ivh n—i Gos3. Het Rijkstelegraafkantoor alhie> behandelde in de maand Jan 1992 Telegrammenverz 947, ontv. 955, overgen 2939, totaal 4811 bespreken: verz. 3202, ontv. 3350, overgen. lokaal 77. Totaal 6(i29 Voorts werden door de Hulpkantoren op Zuid- en Noord-Beveland behandeld- Telegrammen. Kantoren. Verz. Ontv. Tot. Baarland 7 23 30 Biezelinee 34 28 62 Borsseleii 27 36 63 Colijnsplaat 61 67 128 Driewegen 8 18 26 Ellewoutsdijk 23 18 41 's Gravenpolder 38 26 64 's Heer Arendskerkt 42 58 too 's Heerenlioek 22 25 47 's Heer Hendriksk 3 8 11 Heinkenszand 27 43 70 Hoedekenskerke 22 21 43 Kamperland 40 57 97 Kapelle 63 64 127 Kats 20 23 43 Kloetinge 18 40 5* Kortgene 52 65 117 Kruinmgen 85 81 166 Kwadendamme 11 16 27 Nieuwdorp 42 44 86 Nisse 16 26 42 Oudelande 10 22 32 Ovezande 29 31 60 Rilland 40 47 87 Schore 27 42 69 Waarde 15 26 41 Wissenkerke 52 38 90 Wolfaartsdijk 40 72 112 Anna-Jacohapolder St. Philipsland G e s p r e k k e n. Kantoren. Verz. Ont\ Tot,. Baarland 14 1 15 Biezblinge 122 88 210 Borsselen 85 53 138 Colijnsplaat 207 189 396 Driewegen 123 11 0 223 Ellewoutsdijk 's-Gravenpolder 104 87 191 284. 270 554 's-Heer Arendskerke 188 246 434 's-Heerenlioek 102 78 180 Heinkenszand 50 39 89 Hoedekenskerke 102 85 187 Kamperland 273 153 426 Kapelle 241 283 524 Kats 59 32 91 Kortgene 391 305 696 Kruiningen 388 323 711 Kwadendannne 43 31 74 N ieuwdorp 16L 163 324 Nisse 76 107 183 Oudelande 52 28 80 Ovezande 162 121 283 Rilland 237 427 364 Schore 214 216 430 Waarde 179 152 331 Wissenkerke 96 83 179 Wolfaartsdijk 236 140 376 Ann a- J aco ha polder St. Philipsland crummy-ae» iiimb minim i iVr ij gesproken. Wij deelden on langs een en ander mede omtrent oneenig- heid onder doktoren, directrice en per soneel van een sanatorium te Gorsel. Gis teren nu heeft de Rechtbank te Zutphen deze directrice vrijgesproken, die terecht heeft gestaan terzake van verduistering van belangrijke bedragen ten nadeele van genoemd gesticht. De Rechtbank overwoog daarbij, dat zij niet uit wettige bewijsmiddelen de over tuiging heeft kunnen putten, dat de be klaagde het haar ten laste gelegde zou hebben gepleegd, zijnde ook niet bewezen, dat de beklaagde, Indien zü de in het kasboek voorkomende hoogere bedragen, dan de slagers verklaren te hebben ont vangen, heeft geïnd, die meerdere gelden .zich toegeëigend en niet in de kas van het gesticht heeft doen verblijven. De eisch was drie maand gevangenis straf. Wij ontvingen oen stuk tor plaatsing aa'n 't adres van den heer Wolfert, doch zullen er liever geen gebruik van maken. Dc melkprijzen quaestïe is nu wel voldoende in ons blad besproken. Alleen releveeren wij de klacht van den inzender, wiens stuk wij ter zijde legden, dat de heer Wolfert, die om een ex ploitatie-rekening vraagt, naliet er zelf een t» geren. Timotheus van deze week bevat een beginstuk en een slotstuk van den hoofd redacteur, beide zeer ter overdenking waard. Het beginstuk is een waarschuwing tegen speculoeren't slotstuk herdenkt kapitein Shac- kleton, bij een photo van dezen koenen lond- ontdekker. Wij namen het in ons Bijvoegsel over. Het bekende zangstuk „IJs", woorden van Juursema, toonzetting van Mens, trekt evenzeer de belangstelling. Do hoofdredacteur wijdt een woord aan nu wijlen Ds Dijkstra, Ds van Nooit en Ds Voorhoeve, wier photo's er bij zijn gevoegd. Ook De Spiegel wijdt een woerd aan Ds van Nooit bij diens beeltenis. Hoe de vrouwen deftig zijn. De gewoonte, om in de damesmode allerlei vreemde woorden te gebruiken, wordt ook in de bontmode gevolgd, en menige bonthahdelaar zon niet weten, hoe hij het had, als de dingen waarmede hij de dames gelukkig maakt, eens met hun goeden Nederlandschen naam werden be steld of genoemd. Een kraag van „stinkdier" zou geen enkele dame durven vragen, maar nu het bont van dit beestje achter den Engelschen naam „skunk" wordt gemaskeerd, bestaa.i er geen bezwaar meer tegen. ■Huiden van eekhoorntjes, ratten, gei ten en lammeren worden evenmin bij den naam genoemd in den bonthandel. Toch is wat men „opussum" noemt niets anders dan de huid van de buidelrat. Wat bij verkorting „bisam" heet, is het velletje van den bisamrat, en een veel gezocht „artikel" wordt ook wel hoog dravend „mutria" genoemd, doch is niets anders dan de huid van den bruinen moe rasbever, die ook wel beverrat heet. Wat is „echt krimmer", wat is „perst aner", wat is „astrakan"? Achter al die namen verbergt zich niets voornamere dan lamsvel. „Feh-Bont" is het vel van een soort eekhoorntje, dat in Siberië thuis behoort. Het vreemde woord „sealskinkan doet* het-Nederlandsche woord fobbenvel wor den vervangen. „Seal electric" is echter volstrekt geen „eleclrische zeehond", maar kortgescho ren konijnenvel en achter den vakterm „murmelin" verbergt zich bescheiden echt Nederlandsch geitenvel. De moerasotter, een klein, slank roof dier, is i n de kringen van den bonthandel bekend onder den naam „nerz". Vossen deelt de bonthandel in roode vos, bruine vos, kruisvos, blauwe vos en witte vos. De namen marter, wolf, mormeldier, sabelotter, beer, luipaard, aap, panter, huiskat enz. zijn alle eerlijk en oprecht. „Chinchilla" klinkt eenigszins fantas tisch, doch is eveneens de juiste naam van een knaagdier dat alleen in Amerika voorkomt. De ratten en de geiten die den dames de warmte van hnn vellen afstaan, zijn brave, eerlijke dieren. De overdreven vreemde namen der bont- confectie nemen zij eerst aan, als zij door de industrie veredeld zijn door verven, kloppen, schudden, rekken, en door de be handeling met soda, kalk, ijzervitriool, loodwit, wijnsteen, potasch, chroomkali, en dergelijke. Men ziet het: de toilettafel van het stinkdier is bijna even goed voorzien als die van de mooie vrouw, die den bont winkel met stinkdiervel getooid, verlaat. Hard tegen hard. Te Potsdam werd eens een gecostumeei'd bal gegeven aan het Hof en het grootste gedeelte der officieren uit het garnizoen namen er mee aan deel. i In een der genoodigden herkende Fre- derik de Groote een ritmeester, die voor dit bal geen verlof had bekomen. Zijn buikje verried hem. De koning ging op hem af: Masker, ik ken je. De officier schrok, want onmiddellijk had hij aan de stem den „obersten ICriegs- herr" herkend. Hij herstelde zich echter dadelijk en antwoordde: ik ken jou niet, masker. Geërgerd repliceerde de koning: Masker, je bent ritmeester von Stei- nitz. Resoluut antwoordde deze: Masker, je hebt goed geraden, maar ik ben zonder verlof hier, en een hondsvot is 't, die 't verder vertelt. 't Was een kras antwoord, maar in bui tengewone gevallen hield Frits wel van een buitengewoon antwoord. Op m'n eer, repliceerde hij, 't blijft onder ons. Voor den volgenden dag was door den koning om 8 uur een parade bevolen. De ritmeester rook lont en zette er alles op, om zijn eskadron een flink figuur te laten slaan. Jongens, zei hij tegen z'n mannen, vandaag moet ieder zoo stram en „schnei- dig" zitten alsof we de heele wereld ver overen moesten. Als 't goed gaat, krijgen jullie 'n vat bier. De koning inspecteerde het eskadron van Von Steinz met buitengewone opmerk zaamheid maar de kerels zaten zoo vast in 't zaal, en alles was zoo keurig in orde, dat hij den (r itmeester voor zich riep, die in kranige houding voorreed. Dichterbij, beval de Koning en zich tot den officier overbuigend, fluisterde hij hem in 't oor: Masker, je bent majoor, maar een hondsvot, die 't verder vertelt! De ritmeester kleurde tot achter (Zijn ooren maar antwoordde met geest: Op m'n eer, Majesteit, 't blijft onder ons. Dit beviel den koning. Maar 'n vol jaar bleef de promotie een geheim tusschen beiden. Eerst op den verjaardag der gebeur tenis werd de benoeming bekend gemaakt. „Ritmeester von Steinitz is tot majoor bevorderd met ingang van heden 't vorige jaar. Vrouwonlogica. „Mijn man woont in huis bij zijn moedor", vertelde een vrouw voor een Engelsche rechtbank, „en omdat ik niet met familie wil samenwonen, wil ik daar niet bij in gaan. Hij kan bü mij' komen." „U 'hebt gelijk", zei de rechter. „Waar woonL u?" „Bij mijn moeder." Hoeveel woorden spreekt een mensch. Een Amerikaansch statisticus heeft berekend hoeveel woorden een mensch gemid deld in zijn leven spreekt. Hij is tot het resultaat gekomen, dut een zv ijgzaam mensch tot zijn 60ste jaar 33 mil- lior-n woorden spreekt, een normaal mensch spreekt in dien tijd een milliard woorden,, een druk prater brengt het tot twee milliard woor den. Over de vrouw wordt in deze woorden- slatistiek gezwegen De uitvinder van de fiets. To Sint Elienne is onlangs overlede'n de heer Pierre Gauthier, die wordt gehouden voor der, uitvinder van de fiets. De fiets is echter, naar „Le Journal" opmerkt, uitgevonden door ecu jonge leerling werktuigkundige, te Baarle- Hertog, Ernest Michaux. Zijn vader was werktuigkundige te Baarlé- Hertog en de jonge Ernest werkte onder zijn leiding. Hij werd in 1842 geboren. In 1855 bracht een klant van zijn vader een „Draisienne" om te repareeren. Deze primitieve fiets, Draisienne genaamd, naar zijn uitvinder, baron Drais uit Sauer- bronn ,had twee wielen, een stuur, maar geen pedalen. Men bracht haar in beweging door met de punt van den voet op don grond lo drukken. Toen hü dit weinig-praclische instrument zag, kwam de jonge Ernest op het denkbeeld, er pedalen aan te maken met een ketting die --hel. achterwiel in beweging bracht. De vader van den jongen uitvinder maakte gebruik van deze uitvinding en stichtte een fabriek te Parijs. in 1894 ia te Baarle-Hertog ter eere van Ernest en Pierre Michaux, uitvinders en fa brikanten van de fiets met pedalen een ge- .lenkteeken opgericht. Hoe de thee ingevoerd werd. Tol de verspreiding van de thee in Europa heeft ,de wetenschappelijke reclame, met be hulp waarvan men de algeme.ene aandacht c(< dezen drank vestigde, niiet onbelangrijk biigedragen. Ofschoon de Hollanders al in hel jaar 1610 de thee in Europa gebracht hadden, toch kwam het gebruik ervan pas in heL midden der 17e eeuw er nog maar matig Ook als geneesmiddel was de drank nog niet bekend geworden. Om ze in te voeren stelden de Hollanders een aantal dokters en natuurvorschers aan, die de thee alle moge- lijki goede eigenschappen toekenden en die vermeende deugden in woord en geschrift moesten uitbazuinen. Zoo prees de Holland- sche dokter en Konsul Tulpius in 1641 te Amsterdam de opwekkende en versterkende krachL der thee. Nog verder ging de Fransche arts Morisset, die in êen in 1648 verschenen geschrift de stelling verkondigde, dat cte thee versland gaf. Die het meest verrukt was over de gekochte loftuitingen der thee, was Cornfölius Bonte koe, lijfarts van den grooten keurvorst van Brandenburg. Deze geleerde trachtte in 1667 in een verhandeling te bewijzen, dat het veel vuldig gebruik van thee de gezondheid des menschen in werkelijk hoogen graad bevor derde. Als men echt gezond wilde zjjn, moest men dagelijks van 100 tot 200 koppen drinken. Maar niet alleen het lichamelijk welzijn, ook de geestelijke en technische vaardigheid vun een ieder, werd, volgens Bontekoe, door een theekuur, zeer bevorderd. Zoowel de diplo maal. als de geleerde zouden hun studie met veel grooter ijver en succes voortzetten, en dc schoenmaker zou beter werk afleveren, als zij thee dronken. De lofuiting van den Brandenburger lijf arts miste haar uitwerking niet. Door Bonte koe werd de thee in Duitschland bekend en spoedig een zoo geliefde drank, dat men tot vervalschingen moest overgaan, cm aan de groote vraag naar het nieuwe genotmiddel te kunnen voldoen. (Volk) Ben man, die zijn vrouw ver koop t. Bij het opslaan van „de Oude Tijd" door J. ter Gouw, jaargang 1872, las ik op blz. 192 het volgende, dat ik merkwaardig genoeg vind om het in dit Weekblad mede te deelen, aldus Mr. C. Bake in het W. v. h. R. 't Verkoopen eener getrouwde vrouw kwam hier te lande niet dikwijls, maar toch somtijds voor, en werd met geldboete gestraft. Omstreeks 1350 had Evert Zwib- bekens, op 't eiland Wieringen, zijne huis vrouw verkocht aan Meylof Tettensdaar voor werd de verkooper door den baljuw Hendrik van Heemskerk gestraft met eene boete van drie pond, maar de kooper met eene boete van vier pond. Waarom moest de laatste zwaarder boeten? Werd zijn misdrijf grooter geoordeeld dan dat van den man, die zijne wederhelft verkocht? Denkelijk niet; maar Meylof zal 't beter hebben kunnen betalen dan Evert, want de baljuwen en de schouten namen in dergelijke gevallen, wat zij krijgen kon den." K i e n e n. De rechtsge'eerden hebben een heerlijk kluifje aan de vraag: Is kie nen een hasard-spel? Er zijn in Eindhoven al een drietal caféhouders veroordeeld, maar hun ver dediger heeft hen aangeradenga door met gelegenheid tot kienen te geven. Wat ze ook deden. Er is nu weer proces-verbaal opgemaakt. (Wij zouden wel eens een rechtsge leerde willen hooren bestrijden dat kienen geen hasardspel is. Red.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1922 | | pagina 6