id. fro lezinnen; f,r" No 104 Dinsdag 31 Januari 36e Jaargang Buitenland. te koop: |oefje, ehoekkachel ippelen. iwe en Bravo's sleerling nstbode stbode, f van gorsel, istbode jclame gi| belangrijker ioediger uwe an gaan. FEUILLETON. John Ward en zifne Trouw. tien heer C. oper de heer aCt onkosten. t L. J. Hu- ongeh. P- |j. Guiot; C- L. J- Poer- Loo. Johanna Ma li us Johannes llhelmi'na Jan- len) en Janna v. Johannes Anthonelta d. v. Aart Sampon. lekens, 73 j. |C. Sedee, 22 Stroo, 21 j. v Leenders, d. vrouw van Vlissingjen llestelle- |ss. Crt." iRICHT. lorgen van 30 1 Ned. Metpor. larometerstand [terstand 739.3 jan 31 dezer: [lemende Wes- nevelig of waarschijnlijk Boomgaard; |ns goedkeuring 10 H.A. Bouw- jit kunuen volgen, bekomen IOP ([JIJ. Middelburg, |S. TE KOOP. Afheiningpalen, ïeelen, Ribben, gens en Horden, A' C SCHIPPER,7/7 Idelburg. OP veulendragendl ening hal£ Maart, jb,- f Molenaar, Veere. OP «de Ponny, |ER, Middelburg f'J lop. fry Iste nabouw. |SE Jz., Vrouwe ien Koe, jari 3e kalf, bijj te Zoutelande. g. gevraagd Al/f oaar. Zich te ver- j BOO r, Zuidhef,, ld te Middelburg loor jaar bij het vak |n Directeur. j fb jelling »on, geen winkel- erkvrouw. jrkt K 156; Mid- of desnoods 1 |nd-Bath zoo spoedig me- r. VAN BREENr. Drukkers-Exploitanten OOSTERBAAN LE C0INTRE GOES Bureaux: Lange Vorststraat 68—70, Goes Tel.: Redactie no. 11; Administratie no. 58 Bijkantoor te Middelburg: Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 259! De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG A b o n n e m e In t s p r i j s Per 3 maanden, franco per posf, f 3.-^ Losse nummers f 0.05 Prijs der Advertentiën: 1—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct Bij abonnement belangrijke korting. Tholen. Onze vrienden op Tholen hebben laatst leden Dinsdagmiddag een goede "ure mo gen smaken in Poortvliet's kerkgebouw der Geref. Kerk. Daar stond hij dan voor hen, de geliefde in onze partij, Iden- burg. In een woord, ontzaglijk van ernst en ook aangrijpend van liefde voor lanrl en volk besprak Z.Exc. de verschillende pu/.- ten van ons Concept-Program van Actie. De zorg voor ons geschokte geldwezen en de heilige plicht van ieder goed anti revolutionair om de van God verkregen kinderen overeenkomstig den eisch van Zijn Woord op te voeden, het Christelijk onderwijs werd ons op het harte gebonden. Gods souvereiniteit op bet terrein van het recht werd ons in den breede voor gehouden nevens de bestuurstaak van de overheid naar luid van Gods Woord. Te gen de revolutie kampen op grond van de Schrift met goed en werdt dit gevraagd inet ons bloed, wij kunnen het en zullen het, wanneer in onze strgdvlaig geschreven blijft: de Heere is mijn banier; wordt de strijd dan zwaar; eenmaal had Moms, Aaron en Bur ondersteunden zijne han den, Israël streed en God schonk de ze gepraal. Versterkt en bemoedigd gingen ze weer naar het oosten, het noorden en het wes ten, de vrienden die kwamen om in el kanders samenzijn en het aanhooren van den geliefden leidsman gesterkt te wor den in den kampstrijd, itie wacht. De verre tocht en het koude weder hadden zelfs bedaagde vrienden Uit Tho len en Oud-Vossemeer niet thiiisgelaten. Dat St. Annalahd en ook Stavenisse ver tegenwoordigd waren het geeft* hope en blijden moed voor de toekomst. Menig bekend gezicht uit St. Maartensdijk liet zich zien en dat vooral jongere broeders 'uit Scherpebisse waren overgekomen moge profetie van een lachende dage raad zijn. Onze vrienden van anti-revo lutionairen huize loonden opnieuw hUnne troüw, waar liet geldt onze schoone beginselen. Wij misten er doch wie zal 't hun euvel duiden, onze zieke vrien den. En onze G,od heeft meer dan eenen .zegen! De Vrijzinnig Democratische Bond. De Vrijzinnig-Democratische Bond heefi in ,<een vergadering te Alkmaar j.l. Zon dagmiddag bij monde van een barer min dere goden verklaard nog springlevend te zijn, en de overtuiging uitgesproken dat de sprekers van dien middag, me vrouw Bakker-Nort en mr. Oud, de Hom mers .2 en 3 van de candidatenlijst, zou- den bewijzende levende kracht te rij» die «er „t.hans nog" uitgaat van «den .V. D. B. De speeches van deze beide genoemde 'levende-kracht .dragers werd met „Wij :graote" belangstelling aangehoord, spijl, het „geschetter" van „De Telegraaf" en het „gebazuin" van „lief Volk", die den V. B. B. dood wanen. Zoo is de .voorstelling ia de verslagen. Evenwel, wie pok door overtuigd moge ,zijn geworden, stellig niet «de dactie van Het Vaderland, die ook vroeger reed® in de desertie van het ■trio Teens tra c.s. het begin van ontbin ding ontdekt had. Zij houdt dan ook vol dat de Vrijzinnig-Democratische partij „po litiek is uitgeleefd"; nie.t meer .„in eigen toekomst «gelooft", wat te verwachten was, de,wijl haai" leider mr. Marchant „het le vende schisma" is, het eigen erf „haar zwakke stee" was, zij tot .zich had ge lokt y.ele „ontevredenen uit andere par- Naar het Engelseh van MAEGARETHA DELAND. tijen*", haar „individualisme in den slechten zin van het woord telkens toe nam", ën men zelfs ook in de V.-D, mr. Merchants afbreek-stelsel, „dat afbre ken zonder meer moede wordt". Wij gaan natuurlijk op deze opmerkin gen niet in; zij gaan buiten ons om; doch stellen in ieder -geval vast dat hier geen „schetteren" doch met redenen omkleedc vertoogen vernomen worden. Inderdaad maakt hetgeen in den V.-D. Bond gepasseerd is ook op ons len in druk van verval en ontbinding. Wij mogen dit vrijmoeiiig «zeggen, dewijl wij het ver loop van deze met zoo goede bedoelingen door wijlen Bos en Drucker gestichte partij met spijt volgen. Wij hebben 'den strijd voor het ideaal, veertig jaar geleden, door de jong-liberalen Heinecken, T'reub, De Koo vooral, de vaders der radicale party, ingezet, met bewondering gevolgd, en meenden in het optreden van den V.-D. B. de herhaling van deze zoo mooi ingeluide periode te kunnen begroeten. Doch dood en verraad en onverstand kwamen er tusschen; en zoo zal straks de erfenis van dr. Bos te loor gaan, om deels de S.D.A.P., deels den Vrijheidsbond ten goede te komen, na nog een laatste poging te zullen gewaagd hebben om door schade en schande wijs te worden. Wankel. 79) Mevrouw Forsyth e schudde het hoofd. „Gij zjjt de eenige, die ik verlang dat van hem houdt; als ge mij zeidet dat ge hem zult liefhebben, zou ik! zoo gelukkig zijn! Misschien wilt ge het niet gaarne zeggen. Maar luister: ik weet alles van verleden najaar, en hoe gij den armen jongen met een gebroken hart hebt weggezonden; maar toch bleef ik veel van u houden, en ik was zoo blijde, toen hij mij Zei de, dat hij het nog eens zou beproeven; en daar om komt hij te Ashurst. Ja, hij komt om u te vragen. Ge ziet wel, ik weet al zijn geheimen; hij vertelt mij alles, zoo'n goed© jongen is hij. Maar ik heb u dat gezegd, omdat ik niet kan sterven o-, neen, ik kan "niet sterven! zoolang ik niet weet hoe het met hem gaan paal. Als ge ja kondet zeggen, Louise als ge dat kon- det doen!" Hare stem haperde weder1, en do bleek heid van afgematheid, die een grauwe tint over haar gelaat spreidde, verschrikte Indien waar is wat aan Het Vader land door een vrijzinnig-democraat is meegedeeld, is <ie positie van den leider der vrijzinnig-detoocratische partij, nir. Marchant, inderdaad zeer wankel. Tegen alle regelsvan democratie in werd besloten hem no. 1 op de lijst te plaatsen; «zulks op voorstel van het partij bestuur. Doch niet minder ondemocratisch is, hetgeen aan dit besluit voorafging. Ei was. namelijk ernstig geopponeerd, en een voorstel-Ilaarleni om de kiezers ge heel vrij te laten, werd .met een stem meerderheid vervVorpen, en zulks nog wol „doordat de afgevaardigde van een der afdeeh'ngen bij vergissing tegen stemde, en zijn verzoek om zijn stem, die als vóór bedoeld was, ook als zoodanig te rekenen, werd afgewezen door het Hoofl- bestuur"'. Een weigering waarop het vonnis van Het Vaderland inderdaad van toe passing schijnt: „een partijleider, die het niet durft laten aankomen op de vrije ke'uze der Kiesvereenigingen, en dan ten slotte den stag met één twijfelachtige stem wint, luidt zelf mn die partij de doodsklok", Zedelijke volkspolitiek. Al mindert het, nog duidelijk hooren wij in 't huidig heden verkondigen en verdedi gen een in liberale kringen geliefde en be kende stelling: Godsdiensten politiek mo gen niet samengaan. Ieder van die twee heeft eigen terrein. De godsdienst is voor de binnenkamer en de politiek is veelal neerslag van bedorven levenssfeer. Daar om geen yermenging'; het kon zijn, dat het reine kleed van den godsdienst be smeurd werd door de-u v uilen greep van de politiek. Zoo kwam het van 'lieverlede,. dat te- onderkennen viel het ge-mis van strevin gen, die wetten en regeeringsvormen wil den vinden, waardoor stoffelijke en ze- delijk-godsdienstige bloei va.n het volk bevorderd werd. Men verviel tot partij politiek, tot 'n dobbelspel, waarbij het om eer en voordeel van partij en perso nen te do-en was. De politiek deed zich Louise. Zij huiverde, en wrong hare han den. „O," zeide zij, „ik: Zou alles ter wereld voor u willen doen maar, maar" „Maar dit is het eenige wat ik verlang," viel de «zieke haar in de rede. „Beloof mij dit, en ik sterf tevreden. Als hij u vraagt o, mijne lieve, beloof mij dan ja te zeggen!" Louise had haar gelaat in het hoofd kussen verborgen. „Het was alles mijne schuld," zeide Zij bij zichzelve; ,,'t is het eenige wat ik' doen kan om er voor te boeten." „Ik zal alles doen wat ge van mij ver langt," zeide zij eindelijk. (Mevrouw Forsythe legde hare bevende hand op het g.ebo-gen hoofd van het meis je. „O, zie mij aan! Gij schenkt mij het leven als ge dat zegt. Wilt ge mij beloven ja te zeggen, Louise?" Zij hief het hoofd op, maar zij wilde mevrouw Forsythe niet in de oogen zien. „Ja," zeide zij, hare vingers zenuwachtig in elkander draaiende. „Ik beloof het u als hij mij hebben wil." „O, mijne lieve, mijne lieve!" riep me vrouw Forsythq, en toen, tot Louise's schrik, barstte zij in tranen jiit. Zij be proefde te zeggen dat het van vreugde was en dat Louise er niet van moest schrikken, maar het meisje vluchtte voor somwijlen kennen in zeer minderwaardi gen vorm. Ernstige nienschcn in on,ze samenleving begon dit te verdrieten. De gedachte kwam op, dat het maat schappelijk vraagstuk ook zedelijke kan ten heeft, dat zedelijke beginselen de po litiek beh-ooren te schragen. Een vereenigjng- is opgericht. Het ge nootschap voor «zedelijke volkspolitiek. Het openbare politieke leven zoo- be doelt het genootschap 't dient door hoogere motieven beheerseht te zijn. Wij voor ons meeiien oprecht -geen be hoefte te hebben aan wat het genoot schap bieden wil. Wij kunnen ons slechts verheugen over het feit, dat men van de jacht naar stoffelijk gewin bekomen is en toont te beseffen, dat idiëele ge dachten verheffen kunnen en sturen naar solidariteit. Het is toe te juichen, dat meer algemeen gevoeld wordt hoezeer de nienschheid staat voor zware, zedelijke vragen. Ziet men samengaan Prof. He-ering en H. van Kol, Mr. R. Mees en Prof. Van Embden, er komt hope in het hart, dat men wil beuren uit de sfeer van het «ziekelijke en triviale, naar het gezonde en normale in de samenleving. Wordt de samenleving straks bewaar«l tegen weerzinwekkend geschrijf, als b.v. inzake de D jam bi-concessie, mede door den invloed van het genootschap, de toe komst «zal inderdaad meer de beteekenis van het Recht, en dus ook van het on recht en de ware menscbelijkheid aan den dag dragen. Hoogere motieven zullen moeten heer- schen straks en de samenleving beheer- schen, althans zoo zeggen de leiders «le zer gemeenschap het. Met groote belangstelling zien wij too of onder deze motieven gerekend wordt de Christelijke levensbeschouwing. Waar deze innig verband heeft met zedelijke grondslagen voor het maatschappelijk le ven gedurende reeksen van eeuwen, daar vertrouwen wij, dat zij onder de „mo tieven" een eerste plaats inneemt. Overigens kan de toekomst het beste wel dienen, hij, die, zonder veel van zijn plannen te reppen, met alle kracht werkzaam wil zijn aan het heil der menschheid. Deze arbeid vordert diep gaand, levend geloof. Wij hebben ons om de toekomst niet bezorgd te maken, aangezien deze is in 's Heeren hand. Zal men Gods wil volbrengen o-p sociaal zoo wel als op staatkundig terrein, de zede lijke krachten, waarover te beschikken is moeten erkend en bekrachtigd en ieders, .op -zichzelf onbeduidende kleme kracht 'leiden, in bond met wat God ons 'in •kunnen toestaat en geeft, naar het ver krijgen van een krachtig: gevoel van ,ze- delijk-godsdienstige verantwoordelijkheid tegenover individu en maatschappij. Zou het genootschap het woord van John Ruskin voedt de zielen op, dat is de rijkdom der natie in practijk brengen willen, ongetwijfeld stelt Let «zich voor profeten-werk te doen. De dreigende ineenstorting van Oostenrijk. Politieke en financieel© kringen, aldus wordt uit Weenen gemeld, volgen met de grootste spanning de uit Londen en Parijs binnen komende berichten over het toestaan van ee'n crediet aan Oostenrijk, pe sterke schommelingen der Westelijke mevrouw Dale, liep naar den 'zolder en sloot zich daar op. jBij het westelijke venster wierp zij zich op den vloer neder, met het gelaat in hare armen verborgen. „Hij heeft mij er toe gebraeht," zeide zij, tusschen hare snikken door; „hij heeft gezegd dat het mijne schuld was. Welnu, ik heb er nu voor -geboet. Ik heb het be loofd." Zij gevoelde zich Zelfs te ongelukkig om de aan de jeugd -eigene voldoening te vinden van de hevigheid harer eigene droefheid op te merken. Zij weende en snikte zonder van tranen storten bewust te zijn. Eindelijk viel zij. van uitputting in slaap, en werd gewekt door mevrouw Dale hard aan de deur te hooren kloppen. „Kom, Louise!" rielp zij. „Wat scheelt er aan? Dick Forsythe is hief. Wees, ten minste, zoo beleefd beneden te komen. Ik weet niet of zijne moeder wel een zier beter is, maar zij heeft alle kans gehad om tweemaal te sterven, voordat hij hier gekomen is." HOOFDSTUK XXI. Het bericht van de ongerustheid, die in Ashurst heerschte, verhaastte Heiena's bezoek. Zij dacht misschien van nut te kunnen zijn, en dus was het beter nu te gaan dan eene week later. devisen in de afgeloopen weiek, zijn een bewijs, dat de belofte van financieele hulp aan Oostenrijk ernstig zal worden opgevat. In regeermgskringen wordt met stellig heid verklaard, dat de terugslag des te gevaarlijker «zou moeten zijn, wanneer ook ditmaal, evenals tot lieden altijd het ge val was, de hoop niet mocht worden vervuld. De activiteit, waarmede de Westersche .staten de hulpverleening ter hand schijnen te nemen, wordt door de geheele Oosten- rijks-che openbare mieening dankbaar er kend; men ziet daarin ook een bewijs, dat men begint in te zien, dat het herstel van Oostenrijk zonder groote moeilijkhe den en met betrekkelijk geringe sommen te bereiken is. De toestand is ongetwijfeld reeds zoodanig geworden, dat een zeer spoedige beslissing onvoorwaardelijk nood zakelijk is. De gesneuvelden in het Oosten. Langzamerhand worden de lijken van Fransche soldaten, in den oorlog in het Oosten gesneuveld, naar hun vaderland overgebracht. De eerste 500 lijkkisten ko men een dezer dagen met het S.S. Rollon te Marseille binnen. Met groote plechtig heid zullen deze in ontvangst worden ge nomen en bijgezet. Of «Ie minister van Oorlog óf maarschalk Franchet d'Esperey zal de plechtigheid uit naam der regeering leiden. Een Christelijk Chineiesch Leger. Dr. J. Goforth schrijft in Het Zoek licht: Ongeveer een jaar geleden schreven we over een Christelijk Chineesch generaal- Wat hier volgt is slechts een voortzetting van het wondervolle genadewerk. Het leger ligt te Honau in garnizoen. We hebben er plm. 3 weken doorgebracht. We noemen het een Christelijk leger, om dat daar bewijzen voor zijn. In dit kleine leger zijn van de 10.000 er reeds 5000 gedoopt. Op een avond vroeg ik een soldaat, die me thuis bracht, welk deel van zijn bataljon Christen was. Hij zei, dat al hun officieren Christenen waren en 8 a 10 der minderen zijner afdeeling ook. En die niet gelooven? Spre- fcen: zij u tegen of plagen zij hen, die gelooven? vroeg ik. Voor zoover ik weet biet, zei hij. Zij weten, dat onze meerderen allen Christenen zijn. Wat de jonge- re kruten aangaat, die beginnen allen dade lijk Clirf* liederen en de Katechismus te jeeren. We spraken generaal Feng -over de noodzakelijkheid van Bijbelonderzoek. Twee uitstekende mannen geven al hun tijd tot Bijbelonderzoek. Tweemaal per week komen al de officie-ren samen tot Bijbelstudie en zij houden*eiken avond Weer ©en cursus voor de minderen, zoo dat het geheele leger op de hoogte komt. Het is niet ongewoon -officieren open luchtsamenkomsten te zien houden. Men ziet geen rondslenterende soldaten, noch hij dag, noch bij avond; ze gebruiken al hun vrijen tijd voor studie. Ze ver kwisten hun geld niet. met rooken, drin ken of dobbelen. De mannen beleggen gaarne hun geld in de spaarbank van hei leger. Laatst hadden 40 mannen den leeftijd bereikt, waarop ze met groot ver lof konden gaan. Elk hunner had een ambacht geleerd en had nu geld op de bank om wal te beginnen. Toen het leger ingedeeld werd, waren er plm. 300 slechtbefaamde vrouwen in de stad. Generaal Feng beval, dat al die vrouwen binnen 5 dagen de stad moe-sten verlaten. Het stadsbestuur meende, dat -hij Misschien gevoelde zij ook de nood zakelijkheid van kalmte. Zij was tot vin nige woordenwisselingen gedwongen ge worden, die haar eindelijk zoo begonnen te vervelen, dat zij op al de eenzijdige redeneeringen, die tegen haar gehouden werden, niet eens meer antwoordde. De ouderling Dean was haar komen bezoeken, en eerst had zij hem met geduld ont vangen en hem haar reden gezegd waarom zij niet aan de hel geloofde. Er was zelfs een oogenblik geweest dat Helena ge meend had, hem te kunnen overtuigen van hetgeen in hare oogen zoo duidelijk en eenvoudig was. Maar op alles, wat zij aanvoerde, had hij maar éen antwoord; „De Bijbel, mevrouw, het Woord van God. leert ons" zus of zoo en dan kwam hij weer hardnekkig op zijn eigen standpunt terug. Zoo ging het eene poos voort, tot dat Helena den man niet langer kon dul den, en hem schreef dat zij niet meer mèt hem wilde redetwisten en hem ver zocht niet weder op de pastorie te komen om haar te bezoeken. Grier, in ontzetting toen hij van ziijne vrouw vernam wat mevrouw Ward gezegd had, spoedde zich ook naar Lockhaven, om John te berispen en te vermanen dat hij zulk een ketterij in zijn gezin toeliet; want Grier was het met Paulus eens dat de man het hoofd der vrouw is, en dus niet zulke drastische (uiterst strenge) maatregelen moest nemen en wilde de helft laten blijven. Zelfs niet één mag er blijven zei de generaal. Later vertelde de generaal zijn mannen de toedracht en zei: Ik wist, dat het eenigen uwer en ook de jonge onderzoekers in verzoeking Zou brengen. Daarom gaf ik geen verlof er één te laten blijven van deze vuile Vrouwen. Wij zijn krijgsknechten des Hee ren en kuinnen het niet toelaten dat de duivel voor onze oogen kwaad doet. 'Men zegt, dat de vroede stadsvaderen samen kwamen om te bespreken, hoe zij het plan Van den generaal konden verhinderen. Zij kwamen echter tot de conclusie, dat de generaal zijn mannetje kon staan en hij kreeg zijn zin. „Het dal des doods.'' Hoe verschrikkelijk de berichten ook zijn, die door de buitenlandsclhe hulporganisaties en door leden van het Nansen-co-mité uit Rusland gezon den worden over de -ellende m de Russische hongergebiede-n, zoo- schij nen deze schilderingen nog niet eeris de afschuwelijke verschrikkingen na bij te komen van den toestand in de afgelegen gebieden van Ooist-RuS- lancl. Tot de zwaarst getroffen g|et bieden behoort het district Boezoeloek in het gouvernement Samara. De bolsjewiek Chocholf «heeft dit „Dal des Doods", zooals het genoemd wordt, bezocht en geeft in de Iswes- tia verslag -van zijn bezoek. Zelfs de reeds ellendige voeding met allerlei onverteerbare surroga ten is niet kunnen voortgaan, daar de sneeuw de wortels en kruiden in de bosschen bedekt en voor de men- schen onbereikbaar gemaakt heeft. Gevallen paarden en hondenlijken gelden a«ls lekkere beetjes, die zeer zeldzaam geworden zijn. Bij dozijnen liggen de lijken der veihongerden langs de stralen en in de graven. Hoe het -er in de afgele gen dorpen uitziet, woelt niemand, daar het bij gebrek aan paarden on mogelijk is er door te dringen. Het wordt waars c'h ij n 1 ij k geacht, dat daar sedert lang alle leven uit gestorven is Choc hl of heeft, verder op zijn reis vastgesteld, dat de gevallen van ka- n i 1) a 1 i s m e in den laatsten tijd op schrikbarende wijze toog ei- nomen zijn. In het dorp Moksja heelt een vróuw haar -aan hongerdood gestorven dochter gedeeltelijk opge geten. In het dorp Blagodarof in het district Boez-oeloek hebben drie fa milies, door wilden honger gedreven, lijk van een pas gestorven dertien- jarjgen jongen eerst geopend, de in gewanden er uit genomen en na op pervlakkige reiniging rauw verteera. Tengevolge van het eten van dit menschenvleesch is een der vrouwen gestorven; haar lijk is desniettemin opgegeten. Van h|et lijk van een an deren knaap, in hetzelfde dorp gestor ven, bleken bij opgraving uit een mas sa-graf hoofd en beene-n verdwenen te zijn; desniettemin werd ook nog de romp door hongerenden wegge- renden weggehaald en in hun hutten opgegeten. Al deze gevallen van kannibalisme, zoo zegt nog Chochlof, zijn door het hulpcomité van het dorp' vastge steld. en een prortes-verbaal ervan is naar de hoofdafdeeling van het district verzonden, en de schrijver eindigt sprak het, volgens hem, vanzelf dat hij ook over haar .geweten te zeggen had. John was niet thuis; dus richtte hij zijn aanval op de ware schuldige, haar ver zekerende dat hij dit tot heil harer ziel deed. Helena had plotseling een ©inde aan het onderhoud gemaakt, door te wei geren verder met hem te redeneeren en Grier op "n beleefde manier, maar vrij dui delijk, de deur te wijzen, met 'n vastheid van blik, die, tot zijne verbazing, toen hij er over nadacht, hem het stilzwijgen o-plegde. De gesprekken met John konden na tuurlijk^ niet kwellend genoemd worden, want zij sprak met hem, maar zij waren vruchteloos. Toen de laatste avond, voordat zij hare woning zou verlaten, gekomen was, wist Helena met een zeker smartelijk gevoel van wroeging dat het eene verlichting voor haar was van huis te gaan; zjj was blijde dat zij veertien dagen de stem van den ouderling Dean niet zou hooren. „Ja," antwoordde John, „het zal goed voor u zjjn eene poos van dat alles af te wezen, 't Is moeilijk voor u helder t-e denken, door mijn ongeduldig verlangen om u tot een vaste overtuiging te brengen gehaast. Dat begrijp ik. Maar ik wil dat je zult trachten tot die overtuiging te komen, lieve." (Wordt verveigd*

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1922 | | pagina 1