!\o 99
Woensdag 25 Januari 1922
36e Jaargang
Reclames.
Reclames.
Buitenland.
FEUILLETON.
Joïm Ward en zyne Vrouw.
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden, franco per post, f 3.
Losse nummersf 0
P r ij s der A d v e r t e n t i n
tl—4 regels f 1.20, elke regel meer 30 <rf
Bij abonnement belangrijke korting.
Drukkers-Exploitanten
QOSTERBAAN LE COINTRE «OES
Bureaux: Lange Vorststraat 68—70, Goes
Tel.Redactie no. 11Administratie lw>. 58
Bijkantoor te Middelburg:
Firma F. P. DHUIJ, L. Burg. Tel. no. 2i8I
DE AANSTAANDE VERKIEZINGEN.
Nog maar een klein half jaar, en
<ie stembus «aal weer open.
Bijizonder groot is ditmaal tk> massa,
die aan de politieke worsteling zal deel
nemen. Immers de vrouwen stemmen
thans voor 't eerst mee.
Kiezer is nu iedere man of vrouw dié
voor of op den l.öden Mei van dit jaar
den leeftijd van '25 jaar heeft bereikt.
Waar volgens do wet de kiezerslijst
van 23 Maart tot 21. April voor iedereen
op de secretarie der gemeente ter inzage
ligt, kunnen de besturen der kiesvereeni-
gingon gemakkelijk controleeren of geen
onzer kiezers op de lijst vergieten is. Een
weliswaar omvangrijk, maar niettemin
noodzakelijk werk. Indien de kicsver-
eenigingen echter vooraf de namen van
al onze mannen en vrouwen die kiesge
rechtigd zijn, noteeren, dan valt liet wel
iels mee.
De candidaatstelling heeft plaats op
den voorlaatsten Dinsdag in Mei.
Dat is ditmaal 23 Mei. De minister van
Dinnenlandscke Zaken bepaalt daarop
den dag der stemming, die in 't laatst
van Juni of begin Juli valt. Voor alle 18
kieskringen op denzelfden dag.
Het aantal kiezers zal ditmaal onge
veer drie millioen bedragen. En dus de
kiesdeeler om en bij de dertig duizend.
Elke partij die de kiesdeeler een of
meermalen aan stemmen verwerft, heeft
natuurlijk recht op een of meerdere zo-
Iels.
Echter zullen er evenals in 1918 tal
van kleine partijtjes minder stemmen
op de lijst krijgen dan de kiesdeeler be
draagt.
Ten opzichte van deze lijsten is door
de jongste wetswijziging de toestand an
ders geworden, dan die in 1918 was.
Toen kon een lijst met minder stemmen
dan de Kiesdeeler een Kamerzetel ver
krijgen, indien op die lijst tenminste
zooveel stemmen vereenigd warén als de
halve kiesdeeler bedroeg, Dit gebeurde,
wanneer de overschotten van de lijsten
der groote partijen minder bedroegen
dan het totaal van deze kleine lijsten".
Nu is bepaald, dat een lijst om voor
een. zetel in aanmerking te komen min
stens drie vierde van de kiesdeeler ge
haald moet hebben.
Do kansen der kleine partijtjes zijn
dus slechter geworden.
tn 1918, toen eeniig» honderdduizen
den kiezers^ thuis bleven, werden cr
1341744 stemmen uitgebracht.
De kiesdeeler was'dus toen 13417.
De uitslag was toenmaals als volgt:
st. |Z.
R. K, Staatspartij 402962 30
S. D. A. P. 294495 22
Vrijheidsbond 202312 15
A.'R. 180187 13
II. Unie 88039 7
Vrijz. Dem. 70674
S. D. P. (Com.) 31010 2
Chr. Dem. (Staalman) 10653 1
Soc. Partij (Kolthek) 8951 1
B. v. Chr'. Soc. (Kruyt) 8415 1
•Chr. Soc. P. (v. d. Laar) 8153 1
Weerm. Verb. 6628 1
Plattelanders 5567 1
Een tweetal opmerkingen moeten we
hier bij maken.
In de eerste plaats bestond de Vrij
heidsbond toen nog: niet. De 202312
stemmen, die we daarvoor noteerden
waren als volgt verdeeld: Liberale
Unie 83084; Vrij-Liberale Partij 50999;
Economische Bond 41691; Midden
standspartij 12674; Neutrale Partij
7153; Algemedhe Staatspartij 6711.
Naar het Engelsch van
MARG ARETHA DELAND.
75)
„Ik wou dat hij kwam!" riep het meisje
hartstochtelijk. -„Het zo!u eene verlichting!
voor mij zijn als hij' mij verwijtingen
deed."
„Ik hoop dat er geen verwijtingen noo,-
dig zullen zlijn. Ik hoop dat z'ijne moeder
weer beter wordt."
„O, neen, neen," zeide Louise, „dat
zal zij niet! Dat weet ik!"
„Houd maar goeden moed," zocht hij
haar te vertroosten „De dokter1 heeft ge
zegd dat er geen bepaald letsel is dan
alleen de schok. Ik geloof dat zij wel weer
heter zal worden, Louise."
„O, je kent haar niet," antwoordde Loui
se. „Je weet niet hoe zwak zij is. En
dan mijnheer Denner! Dat is eene ver
antwoordelijkheid, die mij doodt, Giff! Ik
kan het geen oogenblik van mij zetten."
Zij hadden langs den weg geloopen,
waar het ongeluk gebeurd was, en Louise
In de tWecdc plaats wéren op de lijst
dor Plattelanders minder stemmen dan
de helft van den kiesdeeler vereenigd.
En (och kreeg de Plattelandersljoiid een
zetel.
Iloe dat kou?
Er waren twee Plattehuidersbonden
Kén linksche en een rechtsche.
En deze twee verbonden hun lijsten.
De „rechtsche" kreeg 3522 stemmen,
de linksche 5567.
Zoo hielpen „deze Christelijke boeren
een man van links in de Kamer.
Tor behartiging van hun belangen zit
daar nu de heer Braat
Is het te kras. om hier van verraad
van hel beginsel te spreken?
En waar ook nu weer propaganda
wordt gemaakt voor dezen Bond, hopen
we dat onze A. R. boeren er althans niet
in zullen vliegen.
In 1918 waren er behalve de reeds ge
noemde, nog do volgende partijen, nlie
meedongen naar een zetel: Poliliepartij
6160: Staatkundig Gereformeerde Par
tij 5180; Plattclandersbond „rechts"
3522; Alg. Vrijz. Partij 2691; lijst
v. d. Zwaag: 2649; lijst Alberda 735;
lijst Kuiper 568; Amst. Politie- en
lirand weerpartij 417; Nation. Bond
Prol, Kiezers 378; Unionisten-Liga 201
Neutrale Koloniale Bond 237Volks
partij 236; lijspStoffel 235 en lijst-
Braam 189.
Welgeteld deden dus in totaal 32 par
tijen of personen aan den stembus
strijd mee.
Ook nu zijn er weer liefhebbers bij de
vleet. Kleine partijtjes èn avonturiers.
Maar als we reeds aanstipten, hun
kans is heel wat gedaald.
(Friesch Dagblad.)
Gemeenteraad van Middelburg.
De gemeenteraad kwaim beden bijeen
onder voorzitterschap van den burgemees
ter, die de vergadering opende met een
toespraak' waaraan wij bet volgende oint-
leenen
De economische toestand was overal,
dus ook in onze stad, het afgeloopen
jaar niet. gunstig te noemen. De prijzen
hieven in 't. algemeen nog hoog en de
werkloosheid was' groot,
Van de in het afgeloopen jaar geno
men besluiten dien ik vooraan te noemenl
de salarisrgeling van Mei j.l., welke rege
ling echter in hoogste instantie nu korte
lings geleden is ongedaan gemaakt. Dat
dit B. en W. leed doet zult ge wel be
grijpen. Wij zijn, in do overtuiging, dat
in deze iet.s moet worden gedaan, reeds
bezig voorstellen te ontwerpen.
Het vorig jaar werd de gemeente-rei
niging in 'eigen 'beheer genomen. De wo-
pingbeurs trad in werking en ons ge
meentelijk sportterrein kwam in exploi
tatie.
Het eerste blok woningen van een der
won i n gb ou w vereen i g in gen is bewoond,
Mogen meerdere blokken spoedig volgen.
De gezondheidstoestand was goed. Epi-
demiën kwamen niet voor.
De debatten in de Raadsvergaderingen
kenmerkten zich steeds door eien aange
nomen toon en waardeering voor elkan
ders meening. Moge ook in dit jaar in
eendrachtige samenwerking tusschen U
en ons gearbeid worden.
De heer L. K. van der Harst J.Jz. beant
woordde als oudste raadslid de toespraak
van den voorzitter, bracht dank voor de
uitgesproken wenschen en zei verder:
Moge, wat niet te hopen is, geen spoe
dige verandering in den economischen t.oie-
huiverde toen zij het vertrapte gras zag,
hoewel het hare eigene verkiezing 'was
geweest dien weg op te gaan.
„O," riep zij, de handen voor de oogen
slaande, „het leven kan nooit meer voor
mij zijn wat het geweest is, al worden Zij'
ook weer beter."
„,Neen," zeide Gifford, „dat begrijp ik.
Maar het kan een nieuwe zoetheid van
dankbaarheid voor u hebben, Lo'uise."
Toen zij aan de opening in de heg kwa
men, die de doorgang voor het pad naar
de pastorie was, hield Gifford de takken
voor haar ter zijde.
„Laten we hier Wat op de steenen bank
gaan zitten," zeide hij. „Hier zat die arme
Denner op dien namiddag. O," liet hij er
op zachten toon op volgen, „bedenk eens
welk eene droefheid hij ons misschien
bespaard heeft! Ik heb een gevoel, alsof
ik hem nooit mijne dankbaarheid genoeg
kan betuigen." Toen zag hij naar de
verplante viooltjes, die frisch en bloeiend
waren, en zweeg.
Louise nam eenigszins met weerzin op
de bank plaats. De herinnering van dien
Juni-avond, nu bijna een jaar geleden,
kwam haar voor den geest; zij gevoelde
dat zij kleurde. „O," dacht rij1, „wat ben
ik verachtelijk, dat ik nog eene andere
gedachte kan hebben dan droefheid -
wat ben ik oppervlakkig en ongevoelig!"
Als voorbehoedmiddel wordt geprezen:
„Vul een glas halfvol met warm water
en roer ipaarin een eetlepel Abdijsiroop.
Hiermede vijf maal daags goed gorgelen.
stand komen, dan zal zeker het moeilijke
vraagstuk der werkloosheid nader onder
de oogen moeten worden gezien. Betreu-
fren zou ik 'techier, indien de daarvoor
te vinden oplossing wederom een zwaar
deren druk in den vorm van 'hoogerie
Belasting' het gevolg zou zijn. De gemeen
teraad toch, die geroepen is de belangen
van alle klassen te behartigen, verliezei
vooral niet uit het oog den moeilijken
tijd, die thans de middenstand doormaakt.
Grootere expansie der tóch reeds zware
lasten, zou voor velen een ramp wor
den.
De in hoogste instantie niet goedge
keurde salarisregeling voor de gemeente
ambtenaren is voor de daarbij betrokkenen
niet aangenaam, vooral daar, het verhoog
de salaris reeds geruimën tijd is uitge
keerd en dus behóórt te worden geres
titueerd. Jammer is 't dat met de uit
voering van dit besluit blijkbaar een al
te groote voortvarendheid is betracht,
waardoor de begrijpelijke teleurstelling
des te grooter is geworden.
Spr. besloot met den wensch, dat de
volgende Nieuwjaarsrede meer rooskleurig
dan do,ze mag zijn.
Ingekomen waren ditmaal verschillen
de ingekomen stukken. Ten eerste dat
inzake de Kon. Beslissing over de sala
rissen v a n h e t g.e Ui c c n t e p e r s o -
n e c 1, hetwelk wij reeds vroeger kort
hebben vermeld. Het Raadsbesluit tot ver
hooging der salarissen wordt v.n.l. niet
goedgekeurd, ómdat sedert 1 Januari 1920
(toen ook een verhooging der salarissen
van kracht werd) de omstandigheden niet
dermate zijn veranderd, dat termen be
staan voor een nieuwe verhooging.
Vervolgens werd overgelegd het besluit
van de Kroon inzake het beroep tegen
tiet besluit van God. Staten om niet goed
te keuren het aangaan cener tijdelijke
geldleening vanf 48.000 ten behoeve der
bedrijven. Bij Kon. Besluit werd die lee
ning alsnog goedgekeurd en wel v,n.l.
op grond hiervan, dat de voorgenomen lee
ning in hoofdzaak dient tot dekking Van
uitgaven wegens uitbreiding en verbete
ring van werken van met name genoemde
gemeentebedrijven; dat de aard dezer uit
gaven het sluiten eerier leening recht
vaardigt en hiertegen niet afdoet, dat voor
enkele bedrijven eenerzijds de uitgaven
gering zijn anderzijds spoedige terugkeer
daarvan te verwachten is; dat mitsdien
geen aanleiding bestaat voor het door
Ged. Staten gemaakt onderscheid tusschen
dc uitgaven voor de uitbreiding van liet
electrisch kabelnet en dat ten behoeve van
de gas- en waterleiding.
In de Vergadering van den raad van 27
April 1921 werd aan de Vereeniging voor
Handelsonderwijs f3118.3372 extra bij
drage toegezegd, onder voorwaarde, dat
aan de Provinciale Staten ook een extra
bijdrage zou worden gevraagd, welke dan
van de gemeentelijke extra bijdrage zou
worden afgetrokken. Thans is een schrij
ven ingekomen, (.lat de vereeniging aan
die voorwaarde heeft voldaan, maar dat
(En om zich daarvoor te straffen, 'begon
zij dadelijk weder over hare verantwoor
delijkheid te spreken.
(Gifford merkte hare zenuwachtigheid op.
„Zij is bevreesd voor mij," zeide hij' bij
zichzelven. „Dat zou zij niet 'Zijn als zij'
van mij hield."
„Zie je, Gifford," begon zij, „ik z'eg
telkens tot mijzelve: „Ik heb het gedaan
het was mijne onvoorzichtigheid
alles mijn schuld." Vader heeft beproefd
mij te troosten, en mevrouw Forsythe ook,
zoodra zij weer kon spreken; en mijnheel"
Denner heeft mij de boodscha/p gezonden,
dat ik over hem niet denken moet (die
lieve Denner!) maar ach, ik weet hett"
Gifford zag naar haar bleek gelaat, met
die bevende lip. „Het is ontzettend hard
voor u," zeide hij.
„Iedereen zeide dat ik niet te laken
was," ging zij1 met eene onvaste stem
voort, „dat het mijne schuld niet was;
maar, Gifford, als zij sterven, ;ben ik
hunne moordenares geweest."
Zij kneep hare handen samen, om hare
zelfbeheersching te behouden.
„Neen, Louise," zeide hij, op 'Zachten
toon, „zulk een gevoel moet je niet heb
ben; je zoudt voor. allebei wel willen
sterven," (O, ja, ja," zeide rij), „laak
dus üzelve niet meer dan ge moet."
„Dan ik moet?" herhaalde zij langzaam,
(le provincie op het verzoek afwijzend
heeft beschikt.
Uit een ingekomen schrijven van het
Polderbestuur van Walcheren blijkt, dat
dit bestuur het volkomen eens is met
B. on W., dat het uitbaggeren der vesten
zich niet leent voor werkverschaffing.
Inzake het in den raad van 14 Decem
ber ingediende voorstel van den heer
Onderdijlc c.s. om den aftrek voor nood
zakelijk levensonderhoud te brengen op
f 700 voor on,gehuwden, f900 voor ge
huwden en flOO voor ieder kind, welk
voorstel ter fine van praeadvies in han
den van B. en W. werd gesteld-, hebben
deze zich tot den inspecteur der directe
belastingen gewend ter verkrijging van
inlichtingen om de financieelé gevolgen
der evcntueele aanneming van het voor
stel te kunnen berekenen. Uit het daarit^
ontvangen antwoord blijkt, dat de rijks
ambtenaren geen tijd hebben voor de be
rekening;, maar dat de registers ten dienste
staan van een door B. en W. aan te wij
zen gemeente-ambtenaar.B. en W. over
wegen op dit oogenblik de mogelijkheid
om de go.wenschte berekeningen uit de
registers van aanslag te trekken. Doch
ook al wordt daarmede onmiddellijk be
gonnen, zoo staat het toch nu reeds vast,
dat de event'ueele vast te stellen wijzigin
gen der verordening zeker niet voor het
belastingjaar 1922/23 zullen kunnen wer
ken.
Ingevolge de L.O.wet zijn de bijzondere
schoten gpschat en de jaarlijksche bij
drage der gemeente vastgesteld. Volgens
daze berekening is de waarde der scho
len en de uit te koeren som als volgt:
Bestuur der Vereeniging de Chr. Burger
school in de Singelstraat waarde f 14.800,
uilkeering' f919.67; bestuurder Ver. voor
Geref. onderwijs school Gravenstraat resp.
1 37.850 en f2351.99; school Heerengracht
f28.800 en f1789.60; Kerkbestuur van
de II. Petrus en Paulusschool Wal f 21.000
en f 1304.93; Kerkbestuur Ned. Hcrv. Gem.
school Molenwater f 20.200 en f 1255.23.
Volgens de rekening van het Bomme
van den Broeckefonds over 192! weri
aan rente gekweekt f2202.26, hiervan ver
kregen hel Mid/delburgsch Muziekkorps en
do Vereeniging voor Instrumentale muziek
ieder f 733.99 en de zang vereeniging Tot
Oefening' en Uitspanning f 733.98.
Van het bestuur der Z.L.M. en van
den Bond van Veehandelaren is een adres
ingekomen, waarin zij wijzen op verschil
lende moeilijkheden welke ondervonden
worden van de bepaling, dat vee niet.
los door de kom der gemeente mag wor
den gedreven, o.a. bij het brengen van
vee naar de veemarkt of bij het verwei
den als men de stad moet passeeren. Ook
wordt, er op gewezen, (Lat in verschillende
met namen genoemde groote plaatsen zulk
een bepaling niet bestaat. Adressanten
verzoeken wijziging der bepaling en bijv.
alleen voor de drukke winkelstraten een
verbod, maar vooral de Markt moet on
gehinderd bereikt kunnen worden.
Het bestuur der vereeniging „Eerste
Zee'uwsche school- en werktuinen" ver
zoekt in huur te mogen ontvangen 0.4
II.A. grond aan den Nadorstweg tegen
2 cent per M2. en tevens een oprich-
tingissubsidie van f 1500.
Van de drie heeren Waigenaar is een
adres ingekomen tegen den herbouw van
het vooruitstekend deel van het perceel
van den heer Gabriëlse op de Markt.
Zij lachten de daarvoor verleende toestem
ming geheel onbillijk tegenover andere
bewoners; van den afgebroken herbouw
hadden zij voor hun zaak reeds veel
last en dit wordt nog erger nu de herbouw
terwijl zij hem vragend aanzag. „Hoe be
doel je dat? Zij- zeggen dat ik niet te la
ken ben, Gifford."
Hij antwoordde niet; zijn gelaat teekende
eene droevige uitdrukking van weerzin.
„Waarom," vroeg zij, snel ademhalend,
„laak je mij?"
Gifford legde zijn sterke hand oJ> de
hare. „Ik weet alleen dat ge uzelve laken
moet," zeide hij medelijdend. „Ik wenschte
dat ik het verdriet daarover met u kon
dragen."
„Dus zeg je dat het mijne schuld is?"
vroeg zij langzaam.
„Ja, Louise," antwoordde hij, haar met
bezorgde teederheid aanziende. „Ik
wenschte dat ik het niet behoefde te zeg
gen, maai- als het waar is, als ge onvoor
zichtig rijt geweest, is 't het best het
kwaad maar onder de oogen te zien. Ik
ik wenschte dat ik het U kon helpen
dragen."
Louise zat zleer rechtop, alsof zij zich
tegen een slag vermande. „Je hebt ge
lijk. Ik wist het wel dat het mijne schuld
was; dat heb ik gezegd. Maar er is niets
tegen te doen. Laten wij nu alsjeblieft
naar huis gaan."
iGifford stond stilzwijgend op, en zij
liepen te zamen tusschen de geurig rie
kende perken door naar de pastorie. „Ik
wenschte dat ik u helpen kon," zeide
Tegen aambeien,
droge of bloedende, wonde men Foster's
Zalf aan. Deze doet de jeuk en pijn on
middellijk bedaren, en heeft een bijzon
der heelende werking. Prijs f 1.75 per
doos, alom verkrijgbaar. (6)
rechthoekig op de rooilijn plaats heeft.
B. en W. hebben geen gelegenheid gege
ven bezwaren in te brengen.
Van het bestuur der vereeniging tot
bevordering van geneeskundig onderzoek,
vóór het huwelijk is verzoek ingekomen
om evenals te Den Haag bij huwelijks
aangiften een werkje 'uit te reiken hetwelk
dooi' de vereeniging is samengesteld
De varkeersnood in Rusland.
Aan „Berlingske Tidende" wordt uit
Helsingfors geseind: De verwachtingen der
sovjet-regeering brood uit Siberië te kun
nen aanvoeren zijn teleurgesteld tenge
volge van het verval van het Russiscoe
transportwezen on het gebrek aan stook-
materiaal.
De eenigjó groote spoorweg werkplaats,
welke zich te Omsk bevind, is afgebrand.
Dit heeft tot gevolg, dat het herstel der
spoorwegwagens en locomotieven in Jan
gen tijd niet meer zal kunnen plaats
hebben.
Slavernij in de twintigste eeuw.
Dat er nu nog gebieden bestaan, waar
de slavernij heersch, Zal zeker menigeen
bevreemden. Maar helaas is het toch in
derdaad het geval.
De „Westm. Gaz;." heeft de vorige woedt
drie artikelen opgenomen van twee cor
respondenten, die onlangs uit Abessynië
in Engeland zijn teruggekeerd en daarin
een beschrijving geven van de afschu
welijke toestanden, die thans in dat deel
van Afrika heerschen.
De schrijvers zeggen in den aanvang
van hun artikelen dat in dezen staat in
het zwarte werelddeel, openlijke slavernij'
bestaat en in de hoofdstad Adis Ababa
meer slaven dan vrije mannen leven en dat
zelfs de Britsche legatie vol is van slaven,
gehouden door de dienaren der legatie.
De schrijvers herinneren er aan, dat
onder den verlichten keizer Menelik de
toestanden in Abessynië Zéér verbeterd
waren. Deze vorst deed ontzaggelijk veel
voor wegen-aanleg, voor verbetering der
hygiënische en sanitaire toestanden en had
het bestuur 'uitnemend hervormd. Na zijn
dood echter, negen jaar geleden, keer
de alles in Abessynië tot zijn vroegeren
treurigen toestand terug. Wegen zijn ver
anderd in modderpoelen; 'bruggen zijn weg
gezakt; de hygiënische toestanden zijn ten
hemel schreiend en onder het huidige be
stuur is het land ten prooi geworden aan
verval en omkooperij. De orde wordt ner
gens gehandhaafd; buiten een tien mijl
afstand van het „paleis" van den regent,
doen de gouverneurs en stamhoofden pre
cies wat zij willen en de rooversbenden
hebben overal vrij spel.
Hoewel Abessynië een der rijkste lan
den ter wereld mag genoemd worden, is
alles er verwaarloosd; van gerégelden han
del is geen sprake meer; de eens wel
varende bevolking is verdwenen; de
vruchtbare landouwen zijn verwaarloosd
en verlaten; men gaat door geheel© stre
ken, die ontvolkt zijn. De bevolking is
hij ernstig, terwijl hij haar aan de stoep
goeden nacht wenschte.
„Dat 'kun je niet," antwoordde zij kort
af. „Dat kan niemand; en ik! kan niets
doen om het te vergoeden."
(Gifford liep bedroefd en ontstemd terug;
hij was niet oud genoeg om te weten dat
de wensch om te sterven aan de jeugd
•eigen is, en het scheen hem toe alsof hij
zich ook een zware verantwoordelijkheid
op den hals had gehaald. „Wat was ik een
lompe beer om dat te zeggen!" dacht
hij. „Ik heb een gevoel alsof ik eene vrouw
een slag had gegeven. Wat ben ik wreed
geweest! Maar als het waar was, moest
het haar toch gezegd worden; ik heb het
(zeker op eene te ruwe manier gedaan."
Louise ging dadelijk naar de kamer,
waar mevrouw Forsythe te bed lag, ho
pende te vernemen dat er eenige beter
schap was, maar de lijderes schudde
slechts zwak het hoofd.
„Neen, nog niets beter," zeide Zij; „ik
adem nog, dat is het eenigste. Maar ge
moet niet om mij treuren; dat bedroeft
mij maar." 1
Louise knielde en kuste zacht hare hand.
„Mijn eenige zorg," ging mevrouw For
sythe voort, „is over mijn jongen. Wie
zal voor hem zorgen, als ik er niet meer
ben?"
(Wordt ver olgd)