So 69 Dinsdag SO December 1921 36e Jaargang FEUILLETON. John Wartl en zyne Vrouw. Zeeuwsclie Stemmen. Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO, gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRA AT 70, (Telefoon No. 11). Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG- Drakkers Oosterbaan Le Cointre, Goes. VeZeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Prijs per 3 maanden fr. p. post f3. Losse nummersf0.09 Prijs der Advertentiën: 14 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Bewijsnummers 5 cent. Zij die zich met 1 Jan. a.s. op ons' Wad abonneeren, ontvangen de nog in December verschijnende nommers gratis. wiawwim—ii awnwnwi iwiwm »uw»MMM«KinMn»vinwKg Leerrijke gevallen. Het trefct de aandacht dat in het buitenland de roode negeeringen veel straffer optreden legen revolutionai ren en andere geEagsondeiTniijners dan in ons land door de rooden wordt voorgestaan. Toen na het beruchte avontuur van mr Troelstra in November 1918 onze Regeering zich genoodzaakt za,g ter verzekering van rust en orde een ver klaring van trouw aan het wettig gezlag te vragen van ben, die voor een burgemeestersbenoeming in aanmer king wenschen te komen, stak in de socialistische regionen een geweldige storm op. In Pers en Kamer dreunde het van protesten. Dat was aanranding van de vrijheid Maar zie nu wat in Duitschland, waar de socialistische heer Ebert de drager van. 't hoogste gezag is, en in 't ministerie de sociaMteten den boven toon voeren, geschied is. Daar heelt (blijkens het blad „Ko- munale Praxis") de Minister vanBin- nenlandsche Zaken (socialist) hjet na volgende besluit uitgevaardigd„Naar aanleiding van de houding der cttri- munisten tijdens de laatste onlusten en hun in woord en geschrift voortge zette propaganda voor de geweldda dige oimveiwerping van de bestaande staatsorde, kunnen diegenen, die deze richting aanhangen, niet geschikt wor den geacht voor het beikleeden van een gewichtig overheidsambt instaats- of gemeentebieheer, vooral niet voor dat van burgemeester. De .minister verzoekt derhalve in alle gevallen, waarin ter bekrachtiging van de be noeming in een zoodanig openbaar ambt een beslissing moet worden ge nomen met betrekking tot een per soon, die de communistische richting voorstaat of propageert, geheel over eenkomstig deze opvatting te hande len." De krasse m'aatnegel werd door be doelden minister toegelicht met het betoog dat de bevolking „recht heeft op bescherming door de van regee- ringswege ingestelde .politie tegen ge welddadigheden van communistische zijde." Stel nu hier tegenover den storm van verontwaardiging die in ons land van socialistische zijde is opgegaan tegen den maatregel van onz;e regee- ring om alleen maar uit te sluiten van sollicitatie naar eenig overheids ambt, indien de sollicitant heeft deel genomen aan revolutionaire aanslagen op het gezag. Dan zijn de Duitsche socialisten in nuchterheid en betrouwbaarheid hun Nederlandsche geestverwanten al heel wat voor! Nog een ander staaltje van mindere nuchterheid viiel 2 Dec. j.l. in de Tweede Kamer waar te nemen. Er kwam bij de Grondwetsherzie ning aan de orde een voorstel der Regeering om hen, die het actieve kiesrecht missen, ook uit te sluiten van het passieve kiesrecht. r Daar kwamen terstond de heeren Troelstra en v. Ravesteyn tegen op, i i i f— innrrrmi uwmm nin i n iimwn» Naar het Engelsch van MARGARETHA DELAND. en wel met een beroep op de Anti- Revolutie wet. Die regeerimjg 'kon er eens gebruik van maken om de ple gers van aanslagen gevangenisstraf te bezorgen en langs dien weg een haar niet-welgevall ig Kamerlid onschade lijk te maken. Maar tegen dit verzet verzette zich hun partijgenoot, de heer Schaper, die 't voorstel der regeering verdedigde, en het gevaar, door zijn vrienden genoemd, niet aanwezig achtte. De rest echter van de S. D. A. P., Duys, grootmondig voorop, stond Troelstra ter zij, en wenschte te blij ven in den stijl van November 1918. Zij denken noig steeds aan de moge lijkheid eener situatie1, waarin zij hun slag kunnen slaan. Doch de heer Schaper liet niet los. Hij' vond 't verzet tegen 't regeerings'- vdorstel geweldig opgeblazen; en vreesde 't revolutionair gedoe van Wijnkoiop niet. Ook in verband met de m'aatregels die de Duitsche' socialisten namen, wanneer zij zelf het roer in handen hebben, is de oppositie der roode heeren ten onzent, legen 't regeerings- artifcel en indertijd' 'legen de anti- re volutie wet teekenend 51.) o— Onder het naar huis gaan, spraken de zusters over Dr Howe's toorn. „Hü heeft gelijk", Zeide Miss Deborah, die den arm van haar neef had losgelaten, zoodat zij beter kon oppassen niet in de modder te stappen, en haar rok aan weerszijden had opgenomen alsof zij 'een nijging; ging maken „hij heeft gelijk: eene vrouw behoort evenzoo te denken als haar man; 't is heel verkeerd van Helena, dat zij het niet doet, en het zal haar ongeluk aanbrengen. Ja, 't is eene les voor ons allen," liet zij er op volgen. jGifford had te veel gevoel van eer bied, om stil te staan bij de gedachte, dat het eene les was, waarmede Miss De borah waarschijnlijk geen gelegenheid zlou hebben haar voordeel te doen. Maar hij luisterde niet oplettend naar het gebabbel zijner tantes; hij dacht ain de onverschilligheid van Louise. „Eens 'zag zij er zelfs uit alsofik haar ver veelde," dacht hij; „maar dat is nog geen Provinciale Staten van Zeeland. In de Maandagmiddag te 2 uur gehou den vergadering waren aanwezig 41 loden. Afwezig was de heer Blum wegiens on gesteldheid. De voorzitter sprak zijn beste wenschlen uit voor 'het spoedig herstel van den hleier Blum. Betreffende het havienkanaal en 3© zwaaiplaats te Zierikzee deelde de voor zitter toede, dat Ged. Staten geen wijziging hebben gebracht.. Dhr. Lindeijfer zou dan gaarne toch weten wat ged. staten nu vier der willen doen. Dhr. Sprenger Zegt, dat vele leden va noordeel zijn, dat 't gedane aanbod zeer funstig was voor Zierikzee. Thans zullen Ged. Staten alle middelen toepassen, die de wet ben geeft. Als de toestand niet verbetert, zou Zierikzee bin nen een paar jaar zijn afgesloten. Dhr Timmerman zegt, dat Zierikzee niet on willig is. Zierikzee had f 6500 uitgetrokken om dit jaar te baggeren, toen het schrij ven van Ged. Staten kwam. Dhr. Lindeijer begrijpt niet, waarom Zierikzee niet ingaat op f 1400 per jaar en wel in eens f 6500 uittrekt. Dhr. Timmerman zegt, dat Zierikzee in de laatste jarien f 1000 per jaar voor de haven enz. uitgaf. De medel- deeling van Ged. Staten wordt nu voor kennisgeving aangenomen. Betreffende de drinkwatervoorziening op Walcheren wees dhr. Welloman er op, dat Ged. 'Staten in 1919 koo walitm waren voor deze zaak ,en nu vragen zij de op dracht terug te nemen. Spr. acht dat er vier belanghebbenden zijn, n.l. Middel burg, Vtissingen. het platteland van Wal cheren en ook de Zuid-Bevelandsche Wa terleidingmaatschappij. Spr. hoopt, dat Ged. staten el* 'p'og in zullen slagen deze be^ lang hebbenden tot elkaar te brengen. Dhr. Ondeirdijk zou liet ook gaarne anders zien, maar gezien de toestand van het oogienblik meent spr. dat Ged. Stoten Middelburg moeten gaan helpen en Middelburg zich enkele offers moet getroosten, gezien haar belang bij goede hygiënische toestanden! ten pLattetande. Dhr. de Veler wijst er op, dat het water uit de Middelburgsche bewijs dat zlij veel van dien Forsythe liouclt. Ik .zal haar vertrouwen. Houdt zij niet van mij, van hem ral zij; zeker ook niet houden." HOOFDSTUK XIV. Het gevoelen in Bockhaven omtrent Helena Wards ongeloof bepaalde zich niet tot den ouderling D'ean; want ieder, die vrouw Davis kende, wist hoe de vrouw van den predikant over Toms beho'ud dacht en beoordeelde haar daarnaar. Wat de weduwe zelve betrof, de hoop, die Helena haai^ gegeven had, was onder de koesterende ziorg van den ouderling 'Dean geheel uitgedoofd. Zij werd bitterde.' dan ooit, en wilde zelfs over dit onderwerp niet meer spreken. „Neen, mevrouw," zi*ide zij verdrietig, toen Helena haar na de begrafenis kwam bezoeken „neen, mevrouw, het baat niet er over te spreken. De ouderling Dean (s hier geweest, en ik weet dat er geen hoop is. Zelfs de dominé geeft mij geen hoop. Wat gij gelegd hebt, was een troost, mevrouw, maar het was niet waar. Het staat in den Bijbel dat er eene hel is, en of wij al zeggen dat er geen is, dat helpt niet; zeggen dat er geen is, houdt er ons niet uit, Zegt ouderling Dean, en ik geloof dat hij gelijk heeft. Ik ben u zeer verplicht, mevrouw, maar ik 'ben zelve Waterleiding goedkooper is, dan van de Vlissingsche of Zuid-Bevelandsche. Het platteland van Walcheren is nog niet rijp voor een waterleiding. Men moet zachtjes aan de menschen verlangend maken en als dan de concessie te Vlissingen geëindigd is, zal de waterleiding aldaar kunnen over gaan in handen van een openbaar li chaam. Dhr van Niflrik meent, dat uit niets gebleken is, dat de Vlissingsche wa terleiding geen capaciteit gienoeg bezit, om met haar in onderhandeling te trcde'n. Dhr. v. d. Putte sluit zich bij den 'heer v. Niflrik aan en wijst op de dringeaoe behoefte aan water voor het vee. De heer de Veer zegt, als men op Walcheren een emmer water voor niets kan krijgen, dan geeft men er geen cent voor uit. De heer van Niftrik meent, dat noch' de gemeente Vlissingen, noch de water, leidirigmaatschappij gelden wenscht uit te geven voor uitbreiding naar buiten-ge meenten; het geld daartola mag niet uit do ïilgemeene kas komen. Deze mededeeling wordt ook voor kennisgeving aangeno men. Betreffende de viereeniging van polders meent dhr. Overhoff opgemerkt te heb ben, dat Ged. Staten geen steun, maar eenigen aandrang noodig hebben van de Prov. Stoten. Spr. heeft met zijn motie bedoeld „dat Ged. Staten werkelijk eens) stappen zullen doen om te komen tot oen onderzoek ten deze; on niet zullen wacht ten totdat de wenschelijkbeid van bepaal de polders .aan hen wordt verzocht. Spr' dringt aan op het aannemen zijner motie. Dhr. Moelker acht samenvoeging van pol ders niet zoo makkelijk, er zijn zoovele! uiteenloopende belangen Toch is samen werking mogelijk; dat begrepen o,a. dia polder's in Tholen na. de inundatie van 12 Maart 1906. De beer Welleman houdt leen pleidooi voor vereeniging tvan 'kleine polders al ont kent hij geenszins de moeilijkheden, die er echter zijn orn overwonnen te worden. De inotie-Overhoff wordt verworpen mlat 33 tegen 7 stemmen, die der hoeren de Meij, Overhoff, Lindeijer, Onderdijk, van. .Niflrik, Adriaanse en Welleman (de hiaer Gunst was tijdens de stemming afwezig). Ten aanzien van de Nijverheidsscholen' meent dhr. Vienings, dat men algemleien erkent, dat deze scholen in iaën moeilijke impasse zijn gekomen. Het beklemd maken, dat de Prov. Staten gebleken is, dat htet noodzakelijk is steun te verlelemen, zal reeds een ruggesteun zijn voor de gemeen ten, die zulke soort van scholen bezitten. Spr. doet een voorstel in dien g'eiest, dat ook door fcmdere sprekers wordt verdedigd. Dhr. de Veer nxeent, dat het er niet om gaat de scholen te helpen, maar de gemeenten en de staten kunnen niet be- oordeelen of die bet noodig hebben. Daarom wil spr. ieder geval op zichzelf beschouwen en nu afwachten de we'rking van de voorgestelde wijlzigingen der wet. Dhr. Dieleman zegt, dat de heeren zich vergissen, men komt mlet het amende ment geen stap verder. Het Nijverheids onderwijs is een zaak van rijks- en ge- meentezoi'g en by de behandeling dei' wet zijn de provincies .piet in den schakel opgenomen, maair daarom is nog geen pro vincialen steun verboden. Maar daarvoor moet de vraag gesteld worden of het geld er is. Het amendement-Vienings wordt ver worpen met 32 tegen 9 stemmen, die der heeren Nolson, Erasmus, Vienings, Hen- sel, Moelker, da Meij, van Waesbergho, II ■W—M— n—IWIB IIMMMMWM—aN—tUKHJ—MMWMO— eene Christelijke vrouw, en ik kan het geloof mijner moeder niet verloochenen." Daar was geen redeneeren tegen; hare hopeloosheid was tot eene overtuiging bij haar geworden. Helena deelde het John mede, met haar hoofd tegen zijne borst rustende en door zijne tegenwoordigheid alleen reeds ver troost. „Ik weet dat je aan de hel ge looft," zeide zij ten slotte; „maar, o John, 't is zoo verschrikkelijk!" Hij streelde haar Zacht over ,t hoofd. „Ik vrees, lieve, dat vrouw Davis ge lijk heeft. Ik1 vrees dat er geen mogelijk heid op hoop is. D'e Ziel, die zondigt, zal sterven; en zal de 'Rechter over de gansche aarde niet rechtvaardig zijn?" Helena sprong overeind. „O," riep- zij hartstochtelijk „dat is het juist Hij is rechtvaardig! wel, als ik dacht dat God in staat was Tom naar de hel te Zenden, zou ik Hem haten." John wilde spreken, maar zij viel hem in de rede. „Wij zullen er niet weer over spkeken, nooit! Geloof wat je wilt, lieve dat komt er niet op aan maar spreek ei* met mij niet over, als je me liefliebt. Ik kan het niet verdragen, John. Beloof het mij." „O, Helena!" Zeide hij, teeder verwijtend, „Zou je willen dat ik mijn zieleleven voor je verborgen hield? Het zou wezen alsof wij gescheiden leefden, als er éen onder van Zuijen en van Niftrik. De voortstellen van Ged. Staten ten aan zien van de restauratie van „De Steen- rotse" en tot het veHeenen van een ren teloos voorschot aan de waterleiding! Schouwen-Duiveland worden z. h. s, aan genomen. Mede namens de heeren W. van Oeve- ron en Moelker stelde do heer van Nieuw- kuijfc voor art. 20 van het Polderregle ment, /hetwelk baggeren, visschen, enz. binnen een afstand van 100 M. uit do grenzen aan do zeezijde en van weers zijde aan do ondërzeesche oeververdedi gingen, verbiedt, in 't belang der vïs- schers te schrappen. De 'heer Moelker,verdedigt het voorstel op grond van de praktijk. Zoo men art. 20 zuivel' wil handhaven, dan werd do mos- selvissche'rif in de "Eendracht geheel on mogelijk gemaakt. Dhr. Lantsheer wijst er op, dat de pol ders wel gehpord.zijn over het oorspron kelijk art. 10, maar niet over hot gewij zigde. 'Spr. ziet in de nieuwe redactie Inoeilijkheden en stelt voor de oude redactie te handhaven. Het voorstel-Lantsheer wordt aangeno men met 27 tegen 14 stemlmlen, die der heerten Dtekker, Hartoog, Nols'en, Vienings, van der Weijde, van Rompiu, van Nieuw- kuijk, Fmijtier, Sprenger, J! W. van Oeve- i'en, van Zuijen, van Niftrik, Dieleman en Dumoleijn. Dhr. Dieleman verdedigt vervolgens be houd van a'rt. 20 en zegt, dat het wer kelijk een zoo eenvoudige zaak niet is, de oevers hebben groote bescherming noo dig, en de belangen der visschers kunnen behartigd worden door art. 35 en 36. Na replieken wordt het voorstel tot schrapping verworpen met 32 tegen 9 stemmen, die der heeren Verhorst, Lin deijer, Moelker, Hendriks©, de Meij!, van Nieuwkuijk, Fruijtier, W. van Onveren, en "Mulder. Dhr. Dekker stelt voor de voorstellen betreffende de Dijlk van liet rijksafwa teringskanaal in den Ser-Lippenspolder, aan te houden of Unders de uitvoering der werken uit te stellen tot April 1922. Dhlr. Sprenger zegt, 'dat men niet kan blijven uitstellen. Ged. Sitaten zijn echter bereid 'de uitvoering der werken tot 1 April te verdagen. Z. h. s. wordt in den geest Van den heer Sprenger besloten, j Betreffende den spoorweg op Tholen wil dhr. Adriaanse de spoorwegmaat schappij ter wille zijn en de gevraagde verzetting van den termijn toestaan, maar dan bepalen, dat, als het werk wordt uitgevoerd, Ged. Staten zullen mededee- len of een dam of ©en brug over de Een dracht gewenscht is. Dhr. Dieleman stelt voor te. bepalen, dat de subsidie zal f worden gegeven als bepaald is of een dam l of een brug zal worden gelegd en dan i eventueel© noodzakelijke wijzigingen zul len worden aangebracht. Het voo'rstel-Adriaans© wordt verwor pen met 36 tegen 3 stemmen. D'e heeren van Zuijen en Moelker zijln weggegaan nadat bij stemming een voorstel van dejn voorzitter tegen 6 uur werd aangenomen om 'nog eenigen tijd vooirt te vergaderen. 1 Voor stemmen de heeren Adriaanse, van s Niftrik en Welleman. Het voorstel-D'ie- leman wordt aangenomen z. h. s. De voorstellen tot verleèncn van sub sidies aan den dienst WemeldingeSta tion Vlake en aan den auto-dienstWal cheren worden z. h. s. aangenomen. Bij de wijziging begrooting 1921 vindt dhr. Hensel f 1000 voor do waarneming werp was, dat wij niet durfden aanroeren. Laat mij u de waarheid en rechtvaardig heid van dit alles aantoonen; laat mij u zeggen hoe het plan des behouds de ver borgenheid van z'onde en straf duidelijk .en rechtvaardig maakt." „Neen," z'eide zij, terwijl de smartelijke blos van haar gelaat verdween, maar hare oogen nog van tranen glinsterden „neen, ik kan er niet over' spreken. Het Zou slecht zijn als ik het geloofde; dat zlou mij slecht maken. Spreek er nooit weer met mij over, John. Zij sloeg hare armen om hem heen, en kuste hem zacht op het voorhoofd; en toen liet zij hem alleen, om met zijn ge weten te kampen en zichzelven af te vragen of zijn dralen dit gevoel van af keer had veroorzaakt, dan of het ver standig was geweest te wachten en hij het nog wat moest volhouden. Maai' Helena,s woorden werden over verteld en liepen van mond tot mond, met de zonderlingste bijvoegingen en ver draaiingen. Mevrouw Ward had gezegd dat er geen hel was en geen hemel en geen God. Was het dan te verwonderen, nu er Zulk een zuurdeesem van boos heid in de kerk aan ,t werken was, dat de ouderling Dean ongerust werd en in den schoot van zijn gezin zijn gevoelen over mevrouw Ward te kennen gaf, en bij de bid-meeting vurig bad voor onge- van 'het hoofdingenieursschap to hoog, het 'rijk geeft hoogstens het verschil in traktement. Sp'r. stelt T500 voor. Dhr. de Veer wijst er op., dat de betrokkene twee betrekkingen tegelijk vervulde, die van hoofdingenieur ©n van ingenieur te Zierikzee. Mot 22 tegen 14 stemmen wol'dt het voo'rstel-Hensel f 500, verworpen. Dhr. Ilensel vraagt ryig of het in de bedoeling ligt 'in de ingenieurs vacature te Goes al !dan niet te voorzien. De Voorzitter antwoordt, dat deze kwes tie nog niet is uitgemaakt. Dhr. Hensel zou ter dan op aandringen in deze va cature niet te voorzien. Die heer Hensel acht f800 voor waar schuwingsborden te veel. Die heel' de Veer bepleit openstelling del' 'Provinciale bibliotheek des avonds. Hierna sluit de voorzitter te kwart over zeven in Naam der Koningin <le najaarszitting deri Provinc ale Staten. CCLIIII. Dr. Kuyper beeft eens gezegd: de uniformiteit (eenvormigheid) is de vloek van het moderne leven. En deze uitspraak iH tot een gevleugeld woord geworden, want zij is tenvolle waarheid. Wie om zich heen ziet, komt al spoedig tot d<j conclusie, dat deze meesterhand hier weer in een enkelen triek de kwaal van onzen, tijd ge teekend heieft. Maar er is helaas ook een andere hier aan tegenovergestelde eigenschap, die onzen tijd kenmerkt en wel de onnoodige verdeeldheid. Eigenlijk is dat zóó niet juist gezegd, want als we de geschiedenis na gaan, blijkt dat die lust tot versnipperen en verdeelen, tot hot scheppen van kleine clubjes en kringetjes, vaak om allerlei nietige oorzaken, alle tijden door in ons volk gezeten heeft. Nu eens wat meer, straks eens wat minder. En ons Zeeuw- sche volkje maakt helaas daarop gansch geen uitzondering. Denk nu niet, dat ik speciaal het thöo- lojgjsch of kerkelijk terrein bedoel. O ze ker, hier vooral vindt die eigenschap ruim© toepassing en 't is bekend, dat theologische .twisten de felste van alle •zijn, maar „De Zeeuw" is*g;een kerkelijk blad en dus heeft het geen zin, hierover nog meer te schrijven. Waar ik ditmaal heen wilde, is naar het sociaal gebied. O, vraagt misschien deze of gene, be doelt ge die talrijke vakbonden? Neen, daarop heb ik nu juist niet het oog, want 't is wel gebleken, dat de werk nemers in ieder bedrijf zich afzonderlijk organiseeren. En bovendien, al die Chr. vakorganisaties zijn weer vereenigd in het Chr. Nat. Vakverbond, zoodat hier van een onnoodige scheiding moeilijk sprake kan zijn. Ik bedoel de z.g.n. algemeene Chr. so ciale bonden, die er in ons land bestaan, n.l. Chr. Nationale Werkmansbond, Pa trimonium en Maarten Luther. Nu zijn in Zeeland alleen de beide eerste orga nisaties bekend, .zoodat ik 't slechts daar over wil hebben. Ja, 't is in on.ze provincie eigenaardig met die verdeeldheid gesteld. Niet alleen, dat deze twee organisaties, Werkmans bond en Patrimonium bestaan, terwijl met één kon worden volstaan (waarover straks meer), maar men heeft daaraan hier en daar nog niet genoeg. Men draait vaak een Chr. sociale vereeniging in elkaar, die weer buiten de beide Bonden komt loovigen, al was zij er niet bij om er nut van te hebben? Eens, toen hij zeide dat de vrouw van den predikant onkruid onder de tarwe zaaide, vond hij eene oppositie, die hem verbaasde. Alfaretta durfde haar vader ziegg-en dat hij zich schamen moest Zoo te spreken over zulk een „engel als Zij was." (Baas Dean was verstomd; eene vrouw, een meisje, en dat wel zijne eigene doch ter, durfde Zoo iets tegen hem zeggen! Hij deed verscheidene malen zijn mond open voordat hij in staat was te spreken. Alfaretta had haar uitgaansavondje en was thuis, en haar vrijer was Mj haar en ver langde naar het klokje van negenen om haar „naar huis" te bréngen. Zij waren voornemens geweest nog een wandelingetje langs de rivier te doen, maar de bijeen komst duurde nogal lang, en daarna moest Alfaretta luisteren naar den goeden raad, die elke week gegeven werd, zoodat Thad- deus, de vrijer, alle hoop op het wan delingetje langs de rivier opgaf, en slechts met ongeduld wachtte totdat het negen uur sloeg, wanneer hij wist dat het haar tijd was om heen te gaan. Maar hierin was hij ook tot teleurstelling gedoemd, want de uitbarsting, die den ouderling zoo verbaasd had, hield Alfaretta tot tien uur op, wat Helena niet weinig ongerust maakte over hare anders zoo stipte dienst maagd. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1921 | | pagina 1