So 65 Donderdag 15 December 1991 36e Jaargang FEUILLETON, John Ward en zps Vrouw. Gemeenteraad van Middelburg. J I Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO, gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRA AT 70, (Telefoon No. 11). Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG- Drukkers Oosterbaan Le C o i n t r e, Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Prijs per 3 maanden fr. p. post f3. Losse nummersf0.09 Prijs der Ad ve r ten ti ën: 14 regels f 1.20, elke regel meer 30 et Bij abonnement belangrijke korting. Bewijsnummers 5 cent. tmriwunuoNOM Zij die zich miet 1 Jan. a.s. op ons Mad ah o nneie ren, ontv angen de nio g in December verschijnende nommers gratis. HET ONTWERP-PROGRAM VAN ACTIE. IX. Het concept vraagt dat „onze partij (Steun (biede) aan pogingen om te gteraiken tot een betere organisatie van het bedrijf, waartoe de weg worde gebaand door een wettelijken uitbouw van het Arbeidsccon- itmet". Een artikel dat aansluit aan een artikel van het program van acctie van 191.8, destijds nog door Dr. Kuyper ont worpen, hetwelk luidt: „Mede door den wettelijken uitbouw van het collectieve arbeidsccontract worde de weg gebaand: voor bet in het leven roepen van nieuwe maatschappelijke organen, welke bij de voorbereiding en uitvoering van wettelijke .maatregelen zeggenschap erlangen". De an tire v. partij heeft al sedert vele jaren, hiertoe door haar beste tolkien ge steund, het pleit gevoerd voor organisatie op hel terrein van den arbeid. Eerst in de laatste jaren zijn onze ChriSr jen werklieden en arbeiders zich bewust geworden, v dat alleen langs dezen weg betere .arbeidsvoorwaarden waren te be dingen. Wat één alleen niet kan, dat kun nen velen gezamenlijk. Individueel© actie loopt dood, gecconcentreerde actie over wint. Organisatie is noodzakelijk om den arbeid der enkelingen vrucht te doen dra gen Uitbouw van het arbeidscofltract" is me de een middel om die betere verhoudingen te scheppen. In de wet is de wieg voor liet collectieve arbeidscontract, de geza menlijke arbeidsovereenkomst gebaand, de lijnen er voor zijn in de wet getrokken. Er moet overal waar dit kan uitbreiding aan gegeven worden. Nog altijd worden in de verscchillende bedrijven moeilijkheden aan deze uitbrei ding in den weg gelegd. Indien immer mogelijk, moet in som mige bedrijven de zoogenaamde dwingen de sanctie worden mogelijk gemaakt; dat Wil zeggen, zekere bindendve'rklaring van •een collectief arbeidscontract ook voor ben, die 'ter niet. meie ©ens zijn en daarom maar 't liefst op zich.zelf gaan staan. Of er voor ons gevoel niet ietwat stui tends in ligt, dat wij dit neerschrijven. Wij moeten eerlijk bekennen van ja. Al wat in een Nederlander is, druischt in tegen den dwang, die op het terrein van den arbeid wordt toegepast. Maar het verdriet ons toch ook, wanneer wij ver nemen, hoe een maatregel, die in 't be lang van den arbeid is, wordt, onmogelijk' -gemaakt, doordat enkelen niet mededoen- De wetgever is hier bet eenige redmid del. De wetgever, nnet zijn dwingende macht, kan voorkomen dat een minder heid de meerderheid trotseert. Indien be wijsbaar is dat in het collectieve arbeidsr contract bepalingen voorkomen, die dei meest gewénschte regeling in zake den arbeid en het bedrijf treffen, dan dient é«n zekere macht te'worden ingeroepen ter breideling van ongemotiveerden tegen stand, hetzij van werkgevers- of van werk - nemerszijde, opdat dit contract niet krach teloos worde gemaakt. Dus dan moeten de minderheden maar onderdrukt? Dat heeft Kappeync wel gezegd, de woordvoerder der toenmaligeliberalen. Zijn uitspraak was op ons gedoeld; zij Naar het Engslsch van MARGARETHA D-ELAND. 48.) o Twee kleine gedaanten kwamen, arm in arm, op den weg aan. Denners gezicht was zoo goed niet meer als het geweest was; hij tastte in den borstzak van zijne fles- schengroene overjas naar zijn bril, toen -er een vermoeden van de waarheid bij hem opkwam. Ja, liet was maar al te waar, en be sluiteloos keerde hij zich om, alsof hij wilde vluchten, maar bpt was te laat; op hetzelfde oogenblik had hij Miss De borah en Miss Ruth Woodhouse herkend. Met geen mogelijkheid bad hij kunntein zeggen wie van beiden hij liet eerst ge zien had. Hij ging de dames te gemoet, maar de vlugheid was uit zijn tred en de glans uit zijn oogen geweken; hij was weleer zoo verlegen als ooit. De zusters maakten, arm in arm, een stemmige buiging en hiel den even stil om „goeden morgen" te zeggen, maar Denner was blijkbaar ter neergeslagen en afgetrokken. „Wat of William Denner scheelt, zus ter? zeide Miss Rnth, toen zij ver genoeg waren dat hij haar niet meer booren kon. klonk onhartelijk, cynisch, uit den mond van 't hoofd eener partij, die in 1848 met de vrijheidsleus in haar vlag op de haan was gegaan, maar reeds in 1857 die leus zoo jammerlijk verloochende. Zijn uitspraak bedoelde de vermoording der vrije school, de veroordeleling van elk .verzet tegen de toenmalige liberale staatkunde van overheerschinig: en on derdrukking en machtsmisbruik, en in breuk op de consciëntie van een groot deel der Nederlandschte Christenheid. Maar dit is 'thier niet. Hier is geen sprake van onderdrukking der minderheid, maar van bescherming der meerderheid. Of dan de minderheid ook niet be schermd moet worden? Zeker, maar ook de meerderheid mag niet onbeschermd blijven. En vooral niet, wanneer de oollectievle arbeidsovereen komst, door tegenwerking, haar doel zon missen of aan waarde zou verliezen; ten er gevaar zou ontstaan dat langs minder goeden dan den wettelijken weg zou wor den gezocht en niet zon kunnen Herkre gen worden. Hier is de overheid, geroepen, zij 't Dok aanvankelijk, steunend en helpend op te treden. Maar zal dit alles dan moeten gezegd worden, zonder rekening te houden met de bezwaren der minderheden? Verre van daar. Vooral wanneer er sprake is van gemoedsbezwaren, is de overheid geroepen imtet de grootste omzich tigheid te handelen, eh d'eze gemoedsbe zwaren te, eerbiedigen. Uit alles komt echter later aan de orde, evenals de detiailleexing van de punten die in een zoodanig collectief (gezamen lijk) arbeidscontract, moeten voorkomen- Hoofdzaak is, dat de antirevolutionair^ partij nu reeds uitspreke, dat zij een po ging tot nadere wettelijke regeling van het collectief arbeidscontract met sympathie begroet. Mits deze overeenkomst vrucht zij vait vredelievende, verzoenende, weder zijds goed bedoelde, samensprekingen, en gericht zij, niet op klassenstrijd, maar op overeenstemming van belangen, en ver sterking van den bedrijfsvrede. riing 'gescholden „den huichelaar, die op1 den troon van Buitenzorg zit". Een uitspraak, die hij genoodzaakt is geworden in te trekken. Laat ons hopen, dat zijn parlijgenoo- tein hem weten te bewegen oi'ok zoo te doen met de beleediging van den minister van oorlog. Een beleediging, die niet alleen de zen Christen-bewindsman, doch fanscih onze Anti-Revolutionaire partij eeft pijn gedaan. Och, leefde dr Bos nog maar Marchant en onze nationale roeping:. Toen gisteren in cle Tweede Kamer de minister van oorlog de dienst plichtwet verdedigde, merkt» hij om- der anderen op „Zoolang er noig een nationaal volks bestaan is, en eièn gevoel van saaim- hoiorigihpid, .is de verdediging van ons land een taak, ons door God opge legd Waarop cle leider der vrijzinnig de mocraten snerpend inviel: „gezwets!" De herinnering aan de van Gods wege een natie opgelegde taak der landsverdediging wordt door lee'n voor aanstaand staatsman genaamd de taal van een zwetser! Tegen deze minstens onbeschaafde qualificieering profes toeren wij!. En wij doen dit met schaamte, omdat derge lijke taal in ons 'Nederlandsch parle ment toelaatbaar is. en geen der vrij zinnige en socialistische'collega's van den delinquent tegen den uitval van huin geestverwant 'schijnen te hebben geprotesteerd. De beier Marcjha'nt heeft in 191.8 den toeninaligen gouverneur-generaal, den heer Idenburg, in een volksvergade- „Misschien heeft hij verdriet ovter zijn huishouden," antwoordde Miss Deborah „Ik geloof dat hij daar ook wel reden toe heeft- Die Mary doet maar wat zia wil, |en hij, mag toeéien. Ik twijfel er ook niet aan dat zij verkwistend is; een vrouw, die zuinig is met bare naald ein draad, is doorgaans in andere dingen niet spaarzaam. „Wat is het jammer, dat hij geen vrouw heeft," merkte Miss Ruth aan. „Adèle Date zegt, dat hij nooit verliefd' js geweest. Zij zegt, dat die zaak miet Ger trude Drayton ©en soort van inenting voor hem was, iem dat hij na dien tijd volkomen gezond is geweest." „Dat is heel plat van Adèle gezegd,'1' zeide Miss Deborah scherp. „Ik houd het er voor, dat hij bet verlies van Gertrude hooit te boven is gekomen. Ja, als zijn schoonzuster toch moest sterven, is 't maar jammer dat het niet wat vroeger is geweest. Toen zij stierf, was hij te oud om aan tronwen te denken-" „Maar, liev% Deborah, hij is nn nog' niet te oud, als hij iemand van gepasten leeftijd vond- Niet te jong, em natuurlijk' niet te oud. f 1 j Miss Deborah antwoordde hierop niet dadelijk -„Nu, ik weet het niet;" stemde zij toe. „Ik heb gaarne dat een maini pp een leeftijd is om te wieten wat hij wil. Daarom ben ik zoo verwonderd over 'Adèle Dale's ijver om ,een huwelijk tus- lerlands geschiedenis. Het Iersche volk zegt ons in zijn ge schiedenis, wat volharding vermag. Nu 't eindelijk zijn wensch verkreeg, en Schoon deel van Groot Brittannie blij vend, zijn zelfstandig bestuur, hetwelk het eeuwen gemist heeft, terugkrijgt, mag deze geschiedenis \yel ©ens worden opgehaald. Wij ontleenen haar aan „Het Gentrum" uit „De Nieuw© Eeuw". Na de 'reg-eering van den grooten Brian, die 't oudé geslacht der ardri-regeerders, in de persoon van Malachi, tot afstand van den troon had gedwongen en in 1014 op Goeden Vrijdag sneuvelde in den .slag van Clontarf, werd Ierland li/2 eeuw lang innerlijk verscheurd door twis ten om den "troon tusschen O'Loughlin's en O' Nells in het Noorden, de O'Briens in het Zuiden ©n de O'Connors ten Wes ten deï- Shannon. Aan deze twisten is een einde gemaakt door den Engelschen Koning Hendrik II, die in 'Ierland kwam, gewapend met een bulle van den Eingelschman van geboorte Paus Adriaan IV, welke hem machtigde „den stroom van kwaad tegen te houden, slechte gewoonten uit te roeien en de zaden Ider deugd te zaaien". De Iersche opperhoofden met uitzondering van die van Tyrconnel en Tèrowen onderwierpen zich laan hem, in de veronderstelling, dat cle dusver geldende staatsinrichting, die geheel anders was dan het Engelsche leenstelsel, zou worden gehandhaafd. In de plaats daarvan voerde Hendrik II het leenstelsel in en gaf de Iersche gewesten aan Engelsche grooten, die va,n de roem rijke Iersche tradities noch van Iersche gebruiken en gewoonten iets wisten. De Iersche hoofden zelf waren niettemin te zee'r onderling verdeeld om zich te kun nen verzetten. Ook Was hunne bewape ning Veel slechter dan de Engelsche, zoo dat zij het moesten afleggen. Echter reeds in 1315 (Hendrik It was in 1177 in Ierland gekomen, en het duurde lang voordat ide nieuwe heerschappij eenigs- zins gevestigd was) riepen de onderdrukte Ieren Eidward Bruce van Schotland te hulp, die echter spoedig verslagen werd. Nu gebeurde er echter iets anders. De een na de ander namen de Eingelsche leenheeren Iersche gewoonten aan. Zij huwden Iérschen, spraken Iersch, droe gen de Iersche nationale dracht en er kenden geen gezag van den Engelschen onderkoning, wiens macht zich bij het dagen dér 16e eeuw tot een zeer klein gebied 'rond Dublin beperkte, clat the Pale we'rd genoemd. De Eingelsche koningen, door andere zorgen gekweld, bemoeiden zich niet met dezen gang van zaken. Ee'rst !in 1541 wist Hendrik VIII zich Lot 'koning van Ierland te doen uitroepen, ofschoon zijn voorgangers slechts den titel van Dominus fiberniae hadden ge voerd. Maar Hendrik VIII en zijn opr schen den jongen Forsythe en Louis© .tot stand te brengen. En ik moet zeggen dat ik liet niet kiesch van Adèle vind." „Hij is een heel aardig jongmeinsch," bracht Miss Ruth hiertegen in. „Jawel," erkende Miss Deborah; „en itoch," zij aarzelde een weinig „ge loof ik niet, dat hij de zedigheid bezit, die men in eein jongmensch verwacht." „Ja, maar bedenk dat hij de wereld (gezien heeft, zuster," hernam Miss Ruth. „Je kunt van hem niet verwachten, dat, hij is als andere jongelui." „Dat is waar," zeide Miss Deborah, knikkend; „en toch" het was aan haar gezicht duidelijk te bemerken dat Miss Deborah een of andere .grief tegen hem ■had „toch schijnt hij meer dan een gepast gevoel van eigenwaarde te hebben- Ik hoorde hem op zekerenavond in de pastorie ovelr w h i s t sprekenhij zeide zoo iets van iemand een Pool geloof ik die „zetten" had. Ik vroeg hem! tof hij speelde," ging Miss Deborah voort, ten hare handen gaven blijk van elen wei nig toornige zenuwachtigheid; „en toen zeide hij: „O, ja, ik heb in één winter te Florida lieeren spelen!" „In 'één win ter leeren spelen!'In één winter „whist" 'leeren spelen!" Miss Dietoorah richtte haar hoofd op „otm „whist" te leeren speten, gaat een menschiemleieftijd mee heen! Ik jkian niet dulden dat ©en jougmensch zoo iets'zegt!" volgster Elizabeth negeerden tyranniek en vervolgden de Katholieken. Met geweld werd 'getracht de Ieren Anglicaansch te maken. Toen hieven de Iersche grooten, de leenheeren zelve dér Engelsche Kroon, de vaan des oproers omhoog. Vooral Hugh O'Neill, graaf van Tyrone, hield den strijd tol. het uiterste vol en bevocht in 1598 de Yellow iFord de .grootst© overwinning ooit door de Ieren op de Engelschen behaald. Tien jaren lang hield hij, vol en toen hij zich onderwierp, ge schiedde dit alleen op y.oorwaarde, dat hij 'in 't bezit zou blijven van zijn titels en zijn land. In 1641 was ei' alweer een geweldige revolutie, terwijl intusschen de rust nooit geheel werd hersteld. Deze rebellie was het gevolg van een schandelijke en ver regaande onteigening der Ieren ten bate der Engelsche grondbezitters. De Iersche bisschoppen verklaarden, dat de opstand gewettigd was en <1© resultaten bewezen oojk dat de kans om deze verregaande met alle recht spottende onderdrukking to ontkomen, zeer groot was, Dte Katho lieke Ieren vormden een confederatie be kend als de „confederatie van Kilken ny", welker opperste raad practisch Ier land regeerde, belastingen 'hief, legers vormde, 'enz. ©nz. Zelden was er voor Ierland een kans om zich vrij te vechten als deze. De groote veldheeren Preston Owen Roe O'Neill (beroemd door de ver dediging van Atrecht tegen de Franschen en in jijn tijd bekend als een der eerste strategen van Europa) waren tegen de Engelschen opgewassen. O'Neill bevocht in 1646 de groote overwinning van Ben- burb. Engeland zelf werd verscheurd door een burgeroorlog en kon Dublin Gastle, dat slechts door ©en onvoorzich tigheid van Mac Mahon, niet in handen dei' leren viel, niet helpen. Maar de groote fout, die Ierland steeds geteis- tex'd heeft, de oneenigheid in eigen boer zem, wterd oorzaak van een ontijdigen vrede; en in 1649 begon Cromwell de herovering van Ierland, welk» in 1658 met het GromwelJian Settlement eindigde, clat het Iersche land weer in handen van Protestanten speelde. Na. Cromwell's dood herstelde Karei II 600 katholieke Ieren in hun landbezit, maar de Engel sche „planters" spanden samen ©n de rechtbank, die deze zaken had te behan delen, sloot har© deuren in 1685; of schoon nog 3000 zaken hangende waren. .Tames [I 'volgde hem op ©n deze herstelde de katholieken in hun rechten en spoedig daarna, volgde de groote strijd van oinzen Nederlandschen Sladhouder Willem III tegen de 'Iersche volgelingen van James, die op 12 Juli 1691 eindigde met den slag van Augjirim, welke opnieuw door een ongelukkig schot van een reeds be vochten overwinning tot een nederlaag voor de Ier-en werd. Ter eero van onzen Willem moet worden gezegd, dat hij rechtvaardig optrad. IVlaar het Engelsch- Iersche Parlement vernietigde al zijn voor schriften, hoe hij ook protesteerde en tegen de katholiek© Ieren werden d© schandelijkste onderdrukkingswetten aan genomen. 'Zij Wérden uitgesloten van het Parlement, van de rechtspraak, van leger en vloot, van alle burgerlijke betrekkingen, van alle véreenigingen en zelfs buiten de steden. Zij konden geen eigen scholen hebben, geen land erven, geen wapenen of (ammunitie bezitten en zelfs geen paard duurder dan 5 ponden sterling. Zelfs greep' cle wet in het huwelijksleven in. Miss Ruth was een oogenblik tot zwij gen gebracht; zij wist daartegen gelen© verontschuldiging in te brengen. 1 „Adèle Dale zegt, dat de Forsythes in April terugkomen," zeide zij einde-lijk. „Ja, dat weet ik," antwoordde Miss, Deborah. „Ik denk dat het dan wel klaar zal komen. Ik heb Adèle gevraagd of Louise met hem geëngageerd was; toen zeide zij: „Nog niet formeel." Maar ik twijfel niet of zij zijn het samen wel eens." Miss Deborah was daar zoo zeker van, dat zij er zelfs tegen Gifford van gespro ken had, onder hetzelfde ztegel van ge heimhouding, waaronder het haar verteld was. i Dat Dicfe en zijn moeder te Ashurst zouden terugkeeren, was volkomten waar. Na dien avond van het diner bij dd dames Woodhouse de boekerij van de pastorie uitgestormd te zijn, had Dick' een tijd gehad dat hij alles in verband met Ashurst haatte; maar dat duurde niet langer dan ee'n maand en werd gtevolgd door een smeekendlem brief aan Louis©. Ifaalr antwoo'rd Wekte zijln tooirn weder, en toen de reactie vain liiefde; zoo ging. het op en neer, totdat zijn laatste brief ge meld had dat hij en zijn moeder hetzelfde huis weer zouden huren, dat zij vroegier hadden gehad, om den zomer te Ashurst door te brengen. „Wij komen vroeg," schreef hij, „Ik Hel waren in een woord do afschu welijkste wetten ooit floor beschaafde men- schen tegen hun medeburgers uitgedacht. En ondanks dit alles waren er in Ierland in 1728 vijf Katholieken op eiken Prote stant in het verslag van de gistermorgèin ge houden vergadering moeten ©en paar wij zigingen en aanvullingen plaats hebben-. Niet de heer J. C. C. Hat tink, doch) dhr. K. E. Hattink had een adres inge zonden; hij betoogde, dat men de goted- koope cokes niet voldoende aan de Mid delburgers te koop heeft aangjebtodien. Niet mej. J. G. Broeke te Ritthtem, doch inej. A. C. Steijn te Domburg word tot onderwijzeres aan school J benoemd en wel met 9 stemmen, tegen 6 op mej. Broeke Bij het voorstel tot reorganisatie van 'het L.O., in casu om een centrale zevend© klasseschool te vestigen, zei de voorzit-'- ter op een vraag van den heiar van Schou wen, dat het niet, mogelijk is de school bel doen beginnen met de inwerkingtreding van de nieuwe leerplichtwet (1 Jana.s.) Het voorstel tot, opheffing va nhet insti tuut Handwerkonderwijzeressem ten tol op heffing van de re serve leerkrachten vond bestrijding bij den heer Cornelisse, die (één reservekracht zou willen houden, wat ook de heer Boasson beaamt. De voor zitter meent, dat de wetenschap dat. er pen reserveteerkracht is, tot veel „ziekte'^ aanleiding geeft. c De heer Paul stelde voor, bet instituut handwerkonderwijzeressem tie laten uit sterven. Tegen het voorstel van B. en W. om het instituut handwerkonderwijzeresi- ,sen op te heffen, stemden de 5 S. D. A. P.ers, Bij het voorstel inzake de verordening op de uitvoering der Vleeschkleuringswiet wees de voorzitter er op, dat bet nog slechts een voorloopige verordening is. Bij de algemeene beschouwingen over de begroeting 1922 spreekt de hteer (ior- nelisse er zijn voldoening over uit, dat een verbetering is gekomen in de verlich ting van de buitenwijken. Ook de be- istrating is veel verbeterd. Spr. zou die opbrengst der straatbelasting willen be steden aan verdere verbetering. Inzake die belasting stelt spr. voor deh aftrek te bepalen op f 800 en f 100 voor ieder kind. Met vréugde- constateert spr. jde verbetering der woningtoestanden. In zake de werkloosheid, die nog steeds toe. neemt, vraagt spr. financieelen steun. Spr. (wijst er op ,dat het gas slecht is. Spr.' meent, dat op de 'kantoren van de bedrijven te velal personeel is. Ten opzichte van de annexatie betreurt spr. het, dat de commissie van 13 niet bij' enkele candidaiatstelling is gekozien. f De heer Boasson bepleit reclame maken vo or gasgebruik als warmte-middel, nu blectrisch licht het gaslicht verdringt. De heer v. Schouwen verwacht daling der inkomsten, en daarom moet naar be- ^uiniging in de gemeentediensten worden gestreefd. Spr. wil dat geen posten wordiest overschreden zonder voorkennis vair den raad; hij verlangt besliste toezegging been fdeze van B. en W. Buitengewone werken tooeten worden uitgesteld. De heer Streefkerk beieft met genoegen' gezien de vermindering met f 85.000 van den H. O.jmaar vraagt zich af, of bijv. de kan niet wegblijven. Ik heb inoedter doen beloven dal: zij in April het huis zal openen, dus hoop ik u over een maand' te zien. Het heeft mij ontzaglijk vtaeL moeite gekost haar te hewiegen om te gaan; zij houdt niet. van bet buitenleven, dan alleen in den zomer, maar eindelijk 'zeide zij dat zij wel wilde. Zij welet waar om ik zoo verlangend ben te Ashurst te komen, en zij zou gelukkig zijn als" en toen ging de brief over in ©en ge zeur over teleurstelling en liefde. Wrevelig wierp Louise den brief in het vuur en zag met een boosaardig genote gen hoe hij op de roode kolen opkrulde en zwart werd. Ik wou dat hij maar wegbleef," zeide zij; „hij verveelt mij doo- delijk. Ik houd niet van hem! Wat eein malle brief!" Zóo mal was de brief, dat zij moest glimlachen ondanks haar wrevel. Nu is het bijna even noodlottig om den brief van een minnaar te lachen als er door- verveeld te worden. Maar de arm» Dick had niemand, die hem dat zeide, en hij had zijn hart op het papier uitgestort, ondanks eenige moeilijkheid in de spel ling en kon niet vermoeden dat hij oml zijn plannen werd uitgelachen- (Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1921 | | pagina 1