So 65
Donderdag 15 December 1991
36e Jaargang
FEUILLETON,
John Ward en zps Vrouw.
Gemeenteraad van Middelburg.
J
I
Uitgave van
de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LANGE VORSTSTRA AT 70,
(Telefoon No. 11).
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG-
Drukkers
Oosterbaan Le C o i n t r e, Goes.
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Prijs per 3 maanden fr. p. post f3.
Losse nummersf0.09
Prijs der Ad ve r ten ti ën:
14 regels f 1.20, elke regel meer 30 et
Bij abonnement belangrijke korting.
Bewijsnummers 5 cent.
tmriwunuoNOM
Zij die zich miet 1 Jan. a.s. op ons
Mad ah o nneie ren, ontv angen de nio g in
December verschijnende nommers gratis.
HET ONTWERP-PROGRAM VAN ACTIE.
IX.
Het concept vraagt dat „onze partij
(Steun (biede) aan pogingen om te gteraiken
tot een betere organisatie van het bedrijf,
waartoe de weg worde gebaand door een
wettelijken uitbouw van het Arbeidsccon-
itmet". Een artikel dat aansluit aan een
artikel van het program van acctie van
191.8, destijds nog door Dr. Kuyper ont
worpen, hetwelk luidt: „Mede door den
wettelijken uitbouw van het collectieve
arbeidsccontract worde de weg gebaand:
voor bet in het leven roepen van nieuwe
maatschappelijke organen, welke bij de
voorbereiding en uitvoering van wettelijke
.maatregelen zeggenschap erlangen".
De an tire v. partij heeft al sedert vele
jaren, hiertoe door haar beste tolkien ge
steund, het pleit gevoerd voor organisatie
op hel terrein van den arbeid.
Eerst in de laatste jaren zijn onze ChriSr
jen werklieden en arbeiders zich bewust
geworden, v dat alleen langs dezen weg
betere .arbeidsvoorwaarden waren te be
dingen. Wat één alleen niet kan, dat kun
nen velen gezamenlijk. Individueel© actie
loopt dood, gecconcentreerde actie over
wint. Organisatie is noodzakelijk om den
arbeid der enkelingen vrucht te doen dra
gen
Uitbouw van het arbeidscofltract" is me
de een middel om die betere verhoudingen
te scheppen. In de wet is de wieg voor
liet collectieve arbeidscontract, de geza
menlijke arbeidsovereenkomst gebaand, de
lijnen er voor zijn in de wet getrokken. Er
moet overal waar dit kan uitbreiding aan
gegeven worden.
Nog altijd worden in de verscchillende
bedrijven moeilijkheden aan deze uitbrei
ding in den weg gelegd.
Indien immer mogelijk, moet in som
mige bedrijven de zoogenaamde dwingen
de sanctie worden mogelijk gemaakt; dat
Wil zeggen, zekere bindendve'rklaring van
•een collectief arbeidscontract ook voor
ben, die 'ter niet. meie ©ens zijn en daarom
maar 't liefst op zich.zelf gaan staan.
Of er voor ons gevoel niet ietwat stui
tends in ligt, dat wij dit neerschrijven.
Wij moeten eerlijk bekennen van ja. Al
wat in een Nederlander is, druischt in
tegen den dwang, die op het terrein van
den arbeid wordt toegepast. Maar het
verdriet ons toch ook, wanneer wij ver
nemen, hoe een maatregel, die in 't be
lang van den arbeid is, wordt, onmogelijk'
-gemaakt, doordat enkelen niet mededoen-
De wetgever is hier bet eenige redmid
del. De wetgever, nnet zijn dwingende
macht, kan voorkomen dat een minder
heid de meerderheid trotseert. Indien be
wijsbaar is dat in het collectieve arbeidsr
contract bepalingen voorkomen, die dei
meest gewénschte regeling in zake den
arbeid en het bedrijf treffen, dan dient
é«n zekere macht te'worden ingeroepen ter
breideling van ongemotiveerden tegen
stand, hetzij van werkgevers- of van werk -
nemerszijde, opdat dit contract niet krach
teloos worde gemaakt.
Dus dan moeten de minderheden
maar onderdrukt?
Dat heeft Kappeync wel gezegd, de
woordvoerder der toenmaligeliberalen.
Zijn uitspraak was op ons gedoeld; zij
Naar het Engslsch van
MARGARETHA D-ELAND.
48.) o
Twee kleine gedaanten kwamen, arm in
arm, op den weg aan. Denners gezicht was
zoo goed niet meer als het geweest was;
hij tastte in den borstzak van zijne fles-
schengroene overjas naar zijn bril, toen
-er een vermoeden van de waarheid bij
hem opkwam.
Ja, liet was maar al te waar, en be
sluiteloos keerde hij zich om, alsof hij
wilde vluchten, maar bpt was te laat;
op hetzelfde oogenblik had hij Miss De
borah en Miss Ruth Woodhouse herkend.
Met geen mogelijkheid bad hij kunntein
zeggen wie van beiden hij liet eerst ge
zien had.
Hij ging de dames te gemoet, maar
de vlugheid was uit zijn tred en de glans
uit zijn oogen geweken; hij was weleer
zoo verlegen als ooit. De zusters maakten,
arm in arm, een stemmige buiging en hiel
den even stil om „goeden morgen" te
zeggen, maar Denner was blijkbaar ter
neergeslagen en afgetrokken.
„Wat of William Denner scheelt, zus
ter? zeide Miss Rnth, toen zij ver genoeg
waren dat hij haar niet meer booren kon.
klonk onhartelijk, cynisch, uit den mond
van 't hoofd eener partij, die in 1848 met
de vrijheidsleus in haar vlag op de haan
was gegaan, maar reeds in 1857 die leus
zoo jammerlijk verloochende.
Zijn uitspraak bedoelde de vermoording
der vrije school, de veroordeleling van
elk .verzet tegen de toenmalige liberale
staatkunde van overheerschinig: en on
derdrukking en machtsmisbruik, en in
breuk op de consciëntie van een groot
deel der Nederlandschte Christenheid.
Maar dit is 'thier niet.
Hier is geen sprake van onderdrukking
der minderheid, maar van bescherming
der meerderheid.
Of dan de minderheid ook niet be
schermd moet worden?
Zeker, maar ook de meerderheid mag
niet onbeschermd blijven. En vooral niet,
wanneer de oollectievle arbeidsovereen
komst, door tegenwerking, haar doel zon
missen of aan waarde zou verliezen; ten
er gevaar zou ontstaan dat langs minder
goeden dan den wettelijken weg zou wor
den gezocht en niet zon kunnen Herkre
gen worden.
Hier is de overheid, geroepen, zij 't
Dok aanvankelijk, steunend en helpend
op te treden.
Maar zal dit alles dan moeten gezegd
worden, zonder rekening te houden met
de bezwaren der minderheden?
Verre van daar. Vooral wanneer er
sprake is van gemoedsbezwaren, is de
overheid geroepen imtet de grootste omzich
tigheid te handelen, eh d'eze gemoedsbe
zwaren te, eerbiedigen.
Uit alles komt echter later aan de orde,
evenals de detiailleexing van de punten
die in een zoodanig collectief (gezamen
lijk) arbeidscontract, moeten voorkomen-
Hoofdzaak is, dat de antirevolutionair^
partij nu reeds uitspreke, dat zij een po
ging tot nadere wettelijke regeling van het
collectief arbeidscontract met sympathie
begroet. Mits deze overeenkomst vrucht
zij vait vredelievende, verzoenende, weder
zijds goed bedoelde, samensprekingen, en
gericht zij, niet op klassenstrijd, maar
op overeenstemming van belangen, en ver
sterking van den bedrijfsvrede.
riing 'gescholden „den huichelaar, die
op1 den troon van Buitenzorg zit".
Een uitspraak, die hij genoodzaakt is
geworden in te trekken.
Laat ons hopen, dat zijn parlijgenoo-
tein hem weten te bewegen oi'ok zoo
te doen met de beleediging van den
minister van oorlog.
Een beleediging, die niet alleen de
zen Christen-bewindsman, doch
fanscih onze Anti-Revolutionaire partij
eeft pijn gedaan.
Och, leefde dr Bos
nog maar
Marchant en onze nationale roeping:.
Toen gisteren in cle Tweede Kamer
de minister van oorlog de dienst
plichtwet verdedigde, merkt» hij om-
der anderen op
„Zoolang er noig een nationaal volks
bestaan is, en eièn gevoel van saaim-
hoiorigihpid, .is de verdediging van ons
land een taak, ons door God opge
legd
Waarop cle leider der vrijzinnig de
mocraten snerpend inviel: „gezwets!"
De herinnering aan de van Gods
wege een natie opgelegde taak der
landsverdediging wordt door lee'n voor
aanstaand staatsman genaamd de taal
van een zwetser!
Tegen deze minstens onbeschaafde
qualificieering profes toeren wij!. En wij
doen dit met schaamte, omdat derge
lijke taal in ons 'Nederlandsch parle
ment toelaatbaar is. en geen der vrij
zinnige en socialistische'collega's van
den delinquent tegen den uitval van
huin geestverwant 'schijnen te hebben
geprotesteerd.
De beier Marcjha'nt heeft in 191.8 den
toeninaligen gouverneur-generaal, den
heer Idenburg, in een volksvergade-
„Misschien heeft hij verdriet ovter zijn
huishouden," antwoordde Miss Deborah
„Ik geloof dat hij daar ook wel reden
toe heeft- Die Mary doet maar wat zia
wil, |en hij, mag toeéien. Ik twijfel er
ook niet aan dat zij verkwistend is; een
vrouw, die zuinig is met bare naald ein
draad, is doorgaans in andere dingen niet
spaarzaam.
„Wat is het jammer, dat hij geen
vrouw heeft," merkte Miss Ruth aan.
„Adèle Date zegt, dat hij nooit verliefd'
js geweest. Zij zegt, dat die zaak miet Ger
trude Drayton ©en soort van inenting voor
hem was, iem dat hij na dien tijd volkomen
gezond is geweest."
„Dat is heel plat van Adèle gezegd,'1'
zeide Miss Deborah scherp. „Ik houd het
er voor, dat hij bet verlies van Gertrude
hooit te boven is gekomen. Ja, als zijn
schoonzuster toch moest sterven, is 't
maar jammer dat het niet wat vroeger is
geweest. Toen zij stierf, was hij te oud
om aan tronwen te denken-"
„Maar, liev% Deborah, hij is nn nog'
niet te oud, als hij iemand van gepasten
leeftijd vond- Niet te jong, em natuurlijk'
niet te oud. f 1 j
Miss Deborah antwoordde hierop niet
dadelijk -„Nu, ik weet het niet;" stemde
zij toe. „Ik heb gaarne dat een maini
pp een leeftijd is om te wieten wat hij
wil. Daarom ben ik zoo verwonderd over
'Adèle Dale's ijver om ,een huwelijk tus-
lerlands geschiedenis.
Het Iersche volk zegt ons in zijn ge
schiedenis, wat volharding vermag.
Nu 't eindelijk zijn wensch verkreeg,
en Schoon deel van Groot Brittannie blij
vend, zijn zelfstandig bestuur, hetwelk het
eeuwen gemist heeft, terugkrijgt, mag deze
geschiedenis \yel ©ens worden opgehaald.
Wij ontleenen haar aan „Het Gentrum"
uit „De Nieuw© Eeuw".
Na de 'reg-eering van den grooten Brian,
die 't oudé geslacht der ardri-regeerders,
in de persoon van Malachi, tot afstand
van den troon had gedwongen en in
1014 op Goeden Vrijdag sneuvelde in
den .slag van Clontarf, werd Ierland li/2
eeuw lang innerlijk verscheurd door twis
ten om den "troon tusschen O'Loughlin's
en O' Nells in het Noorden, de O'Briens
in het Zuiden ©n de O'Connors ten Wes
ten deï- Shannon.
Aan deze twisten is een einde gemaakt
door den Engelschen Koning Hendrik II,
die in 'Ierland kwam, gewapend met een
bulle van den Eingelschman van geboorte
Paus Adriaan IV, welke hem machtigde
„den stroom van kwaad tegen te houden,
slechte gewoonten uit te roeien en de
zaden Ider deugd te zaaien". De Iersche
opperhoofden met uitzondering van die
van Tyrconnel en Tèrowen onderwierpen
zich laan hem, in de veronderstelling, dat
cle dusver geldende staatsinrichting, die
geheel anders was dan het Engelsche
leenstelsel, zou worden gehandhaafd. In
de plaats daarvan voerde Hendrik II het
leenstelsel in en gaf de Iersche gewesten
aan Engelsche grooten, die va,n de roem
rijke Iersche tradities noch van Iersche
gebruiken en gewoonten iets wisten. De
Iersche hoofden zelf waren niettemin te
zee'r onderling verdeeld om zich te kun
nen verzetten. Ook Was hunne bewape
ning Veel slechter dan de Engelsche, zoo
dat zij het moesten afleggen. Echter reeds
in 1315 (Hendrik It was in 1177 in
Ierland gekomen, en het duurde lang
voordat ide nieuwe heerschappij eenigs-
zins gevestigd was) riepen de onderdrukte
Ieren Eidward Bruce van Schotland te
hulp, die echter spoedig verslagen werd.
Nu gebeurde er echter iets anders. De
een na de ander namen de Eingelsche
leenheeren Iersche gewoonten aan. Zij
huwden Iérschen, spraken Iersch, droe
gen de Iersche nationale dracht en er
kenden geen gezag van den Engelschen
onderkoning, wiens macht zich bij het
dagen dér 16e eeuw tot een zeer klein
gebied 'rond Dublin beperkte, clat the Pale
we'rd genoemd. De Eingelsche koningen,
door andere zorgen gekweld, bemoeiden
zich niet met dezen gang van zaken.
Ee'rst !in 1541 wist Hendrik VIII zich
Lot 'koning van Ierland te doen uitroepen,
ofschoon zijn voorgangers slechts den
titel van Dominus fiberniae hadden ge
voerd. Maar Hendrik VIII en zijn opr
schen den jongen Forsythe en Louis©
.tot stand te brengen. En ik moet zeggen
dat ik liet niet kiesch van Adèle vind."
„Hij is een heel aardig jongmeinsch,"
bracht Miss Ruth hiertegen in.
„Jawel," erkende Miss Deborah; „en
itoch," zij aarzelde een weinig „ge
loof ik niet, dat hij de zedigheid bezit,
die men in eein jongmensch verwacht."
„Ja, maar bedenk dat hij de wereld
(gezien heeft, zuster," hernam Miss Ruth.
„Je kunt van hem niet verwachten, dat,
hij is als andere jongelui."
„Dat is waar," zeide Miss Deborah,
knikkend; „en toch" het was aan haar
gezicht duidelijk te bemerken dat Miss
Deborah een of andere .grief tegen hem
■had „toch schijnt hij meer dan een
gepast gevoel van eigenwaarde te hebben-
Ik hoorde hem op zekerenavond in de
pastorie ovelr w h i s t sprekenhij zeide
zoo iets van iemand een Pool geloof
ik die „zetten" had. Ik vroeg hem!
tof hij speelde," ging Miss Deborah voort,
ten hare handen gaven blijk van elen wei
nig toornige zenuwachtigheid; „en toen
zeide hij: „O, ja, ik heb in één winter
te Florida lieeren spelen!" „In 'één win
ter leeren spelen!'In één winter „whist"
'leeren spelen!" Miss Dietoorah richtte haar
hoofd op „otm „whist" te leeren speten,
gaat een menschiemleieftijd mee heen! Ik
jkian niet dulden dat ©en jougmensch zoo
iets'zegt!"
volgster Elizabeth negeerden tyranniek en
vervolgden de Katholieken. Met geweld
werd 'getracht de Ieren Anglicaansch te
maken. Toen hieven de Iersche grooten,
de leenheeren zelve dér Engelsche Kroon,
de vaan des oproers omhoog. Vooral
Hugh O'Neill, graaf van Tyrone, hield
den strijd tol. het uiterste vol en bevocht
in 1598 de Yellow iFord de .grootst©
overwinning ooit door de Ieren op de
Engelschen behaald. Tien jaren lang hield
hij, vol en toen hij zich onderwierp, ge
schiedde dit alleen op y.oorwaarde, dat
hij 'in 't bezit zou blijven van zijn titels
en zijn land.
In 1641 was ei' alweer een geweldige
revolutie, terwijl intusschen de rust nooit
geheel werd hersteld. Deze rebellie was
het gevolg van een schandelijke en ver
regaande onteigening der Ieren ten bate
der Engelsche grondbezitters. De Iersche
bisschoppen verklaarden, dat de opstand
gewettigd was en <1© resultaten bewezen
oojk dat de kans om deze verregaande
met alle recht spottende onderdrukking
to ontkomen, zeer groot was, Dte Katho
lieke Ieren vormden een confederatie be
kend als de „confederatie van Kilken
ny", welker opperste raad practisch Ier
land regeerde, belastingen 'hief, legers
vormde, 'enz. ©nz. Zelden was er voor
Ierland een kans om zich vrij te vechten
als deze. De groote veldheeren Preston
Owen Roe O'Neill (beroemd door de ver
dediging van Atrecht tegen de Franschen
en in jijn tijd bekend als een der eerste
strategen van Europa) waren tegen de
Engelschen opgewassen. O'Neill bevocht
in 1646 de groote overwinning van Ben-
burb. Engeland zelf werd verscheurd
door een burgeroorlog en kon Dublin
Gastle, dat slechts door ©en onvoorzich
tigheid van Mac Mahon, niet in handen
dei' leren viel, niet helpen. Maar de
groote fout, die Ierland steeds geteis-
tex'd heeft, de oneenigheid in eigen boer
zem, wterd oorzaak van een ontijdigen
vrede; en in 1649 begon Cromwell de
herovering van Ierland, welk» in 1658
met het GromwelJian Settlement eindigde,
clat het Iersche land weer in handen
van Protestanten speelde. Na. Cromwell's
dood herstelde Karei II 600 katholieke
Ieren in hun landbezit, maar de Engel
sche „planters" spanden samen ©n de
rechtbank, die deze zaken had te behan
delen, sloot har© deuren in 1685; of
schoon nog 3000 zaken hangende waren.
.Tames [I 'volgde hem op ©n deze herstelde
de katholieken in hun rechten en spoedig
daarna, volgde de groote strijd van oinzen
Nederlandschen Sladhouder Willem III
tegen de 'Iersche volgelingen van James,
die op 12 Juli 1691 eindigde met den
slag van Augjirim, welke opnieuw door
een ongelukkig schot van een reeds be
vochten overwinning tot een nederlaag
voor de Ier-en werd. Ter eero van onzen
Willem moet worden gezegd, dat hij
rechtvaardig optrad. IVlaar het Engelsch-
Iersche Parlement vernietigde al zijn voor
schriften, hoe hij ook protesteerde en
tegen de katholiek© Ieren werden d©
schandelijkste onderdrukkingswetten aan
genomen. 'Zij Wérden uitgesloten van het
Parlement, van de rechtspraak, van leger
en vloot, van alle burgerlijke betrekkingen,
van alle véreenigingen en zelfs buiten
de steden. Zij konden geen eigen scholen
hebben, geen land erven, geen wapenen
of (ammunitie bezitten en zelfs geen paard
duurder dan 5 ponden sterling. Zelfs
greep' cle wet in het huwelijksleven in.
Miss Ruth was een oogenblik tot zwij
gen gebracht; zij wist daartegen gelen©
verontschuldiging in te brengen. 1
„Adèle Dale zegt, dat de Forsythes in
April terugkomen," zeide zij einde-lijk.
„Ja, dat weet ik," antwoordde Miss,
Deborah. „Ik denk dat het dan wel klaar
zal komen. Ik heb Adèle gevraagd of
Louise met hem geëngageerd was;
toen zeide zij: „Nog niet formeel." Maar
ik twijfel niet of zij zijn het samen wel
eens."
Miss Deborah was daar zoo zeker van,
dat zij er zelfs tegen Gifford van gespro
ken had, onder hetzelfde ztegel van ge
heimhouding, waaronder het haar verteld
was. i
Dat Dicfe en zijn moeder te Ashurst
zouden terugkeeren, was volkomten waar.
Na dien avond van het diner bij dd
dames Woodhouse de boekerij van de
pastorie uitgestormd te zijn, had Dick'
een tijd gehad dat hij alles in verband
met Ashurst haatte; maar dat duurde niet
langer dan ee'n maand en werd gtevolgd
door een smeekendlem brief aan Louis©.
Ifaalr antwoo'rd Wekte zijln tooirn weder,
en toen de reactie vain liiefde; zoo ging.
het op en neer, totdat zijn laatste brief ge
meld had dat hij en zijn moeder hetzelfde
huis weer zouden huren, dat zij vroegier
hadden gehad, om den zomer te Ashurst
door te brengen.
„Wij komen vroeg," schreef hij, „Ik
Hel waren in een woord do afschu
welijkste wetten ooit floor beschaafde men-
schen tegen hun medeburgers uitgedacht.
En ondanks dit alles waren er in Ierland
in 1728 vijf Katholieken op eiken Prote
stant
in het verslag van de gistermorgèin ge
houden vergadering moeten ©en paar wij
zigingen en aanvullingen plaats hebben-.
Niet de heer J. C. C. Hat tink, doch)
dhr. K. E. Hattink had een adres inge
zonden; hij betoogde, dat men de goted-
koope cokes niet voldoende aan de Mid
delburgers te koop heeft aangjebtodien.
Niet mej. J. G. Broeke te Ritthtem, doch
inej. A. C. Steijn te Domburg word
tot onderwijzeres aan school J benoemd
en wel met 9 stemmen, tegen 6 op mej.
Broeke
Bij het voorstel tot reorganisatie van
'het L.O., in casu om een centrale zevend©
klasseschool te vestigen, zei de voorzit-'-
ter op een vraag van den heiar van Schou
wen, dat het niet, mogelijk is de school bel
doen beginnen met de inwerkingtreding
van de nieuwe leerplichtwet (1 Jana.s.)
Het voorstel tot, opheffing va nhet insti
tuut Handwerkonderwijzeressem ten tol op
heffing van de re serve leerkrachten vond
bestrijding bij den heer Cornelisse, die
(één reservekracht zou willen houden, wat
ook de heer Boasson beaamt. De voor
zitter meent, dat de wetenschap dat. er
pen reserveteerkracht is, tot veel „ziekte'^
aanleiding geeft. c
De heer Paul stelde voor, bet instituut
handwerkonderwijzeressem tie laten uit
sterven. Tegen het voorstel van B. en W.
om het instituut handwerkonderwijzeresi-
,sen op te heffen, stemden de 5 S. D. A.
P.ers,
Bij het voorstel inzake de verordening
op de uitvoering der Vleeschkleuringswiet
wees de voorzitter er op, dat bet nog
slechts een voorloopige verordening is.
Bij de algemeene beschouwingen over
de begroeting 1922 spreekt de hteer (ior-
nelisse er zijn voldoening over uit, dat
een verbetering is gekomen in de verlich
ting van de buitenwijken. Ook de be-
istrating is veel verbeterd. Spr. zou die
opbrengst der straatbelasting willen be
steden aan verdere verbetering.
Inzake die belasting stelt spr. voor deh
aftrek te bepalen op f 800 en f 100 voor
ieder kind. Met vréugde- constateert spr.
jde verbetering der woningtoestanden. In
zake de werkloosheid, die nog steeds toe.
neemt, vraagt spr. financieelen steun. Spr.
(wijst er op ,dat het gas slecht is.
Spr.' meent, dat op de 'kantoren van
de bedrijven te velal personeel is.
Ten opzichte van de annexatie betreurt
spr. het, dat de commissie van 13 niet bij'
enkele candidaiatstelling is gekozien. f
De heer Boasson bepleit reclame maken
vo or gasgebruik als warmte-middel, nu
blectrisch licht het gaslicht verdringt.
De heer v. Schouwen verwacht daling
der inkomsten, en daarom moet naar be-
^uiniging in de gemeentediensten worden
gestreefd. Spr. wil dat geen posten wordiest
overschreden zonder voorkennis vair den
raad; hij verlangt besliste toezegging been
fdeze van B. en W. Buitengewone werken
tooeten worden uitgesteld.
De heer Streefkerk beieft met genoegen'
gezien de vermindering met f 85.000 van
den H. O.jmaar vraagt zich af, of bijv. de
kan niet wegblijven. Ik heb inoedter doen
beloven dal: zij in April het huis zal
openen, dus hoop ik u over een maand'
te zien. Het heeft mij ontzaglijk vtaeL
moeite gekost haar te hewiegen om te
gaan; zij houdt niet. van bet buitenleven,
dan alleen in den zomer, maar eindelijk
'zeide zij dat zij wel wilde. Zij welet waar
om ik zoo verlangend ben te Ashurst
te komen, en zij zou gelukkig zijn als"
en toen ging de brief over in ©en ge
zeur over teleurstelling en liefde.
Wrevelig wierp Louise den brief in het
vuur en zag met een boosaardig genote
gen hoe hij op de roode kolen opkrulde
en zwart werd. Ik wou dat hij maar
wegbleef," zeide zij; „hij verveelt mij doo-
delijk. Ik houd niet van hem! Wat eein
malle brief!"
Zóo mal was de brief, dat zij moest
glimlachen ondanks haar wrevel. Nu is
het bijna even noodlottig om den brief
van een minnaar te lachen als er door-
verveeld te worden. Maar de arm» Dick
had niemand, die hem dat zeide, en hij
had zijn hart op het papier uitgestort,
ondanks eenige moeilijkheid in de spel
ling en kon niet vermoeden dat hij oml
zijn plannen werd uitgelachen-
(Wordt vervolgd